Duitschland gereed voor
vijf jaar oorlog zegt Hitier.
Met Engeland zal de taal „die het waar
schijnlijk wel verstaat" gesproken worden
Chlicch '&t
„Engeland zal de
duikbootaanvallen
meesier worden".
Een koninklijke kunst
DONDERDAG 9 NOVEMBER 1939
Volgens de nationaal-socialistische traditie
Woensdagavond, op den vooravond van den
marsch naar de Feldhermhalle, in den Bürger-
braukeller te München het „Appèl der oude garde'
voor Hitier gehouden.
Om 8 uur betrad Hitler de zaal. Hij nam on
middellijk het woord.
Volgens de niet-offdcieele lezing, die van zijn
rede uitgegeven is, heeft de Führer aldus het
D.N.B. herinnerd aan den negenden November
1923, waarna hij, sprekende over de oorlogsschuld,
aeide. dat de Duitsche rijksregeering van 1914
slechts één schuld had, n.l. niet gedaan te heb
ben wat noodzakelijk was voor het geval van een
oorlog en zich op het meest ongunstige oogenblik
in den oorlog te hebben laten sleepen. Dezelfde
tegenstanders als thans hebben toen met de
zelfde phrases en dezelfde leugens den oorlog
tegen Duitsohland ingezet.
De Duitschers zijn niet op het slagveld ver
slagen, maar er door een leugen toe gebracht de
wapens meer te leggen.
Het groote zelfvertrouwen, dat Hitier gevoelt,
heeft hij op het slagveld verworven. Thans ko
men dezelfde mannen met dezelfde leugens en in
zooverre is alles gelijk gebleven. Eén ding echter
is anders: in plaats van een zwakke regeering
is er thans in Duitschland- een andere, dde toen-
dertijd te velde tegenover de Engelsehen lag.
Wij hebben daarom jegens hen niet meer respect
dan men voor een ander soldaat behoeft te
hebben, maar niet het gevoel van minderheid,
doch eerder het gevoel van superioriteit, aldus
Hitier.
Vervolgens behandelde spreker de Engelsche
stelling, volgens welke toen gestreden werd voor
de vrijheid der kleine naties en voor de recht
vaardigheid en het zelfbeschikkingsrecht, waarbij
hij uiteenzette, dat daarvan in de practijik niets
ten uitvoer is gelegd.Voorts hekelde hij de bewering
dat Engeland streed voor de beschaving en de
humaniteit en zich niet keerde tegen het Duit
sche volk of den Duitschen handel en de Duit
sche koloniën. Ook de overige leuzen der ge
allieerden uit den wereldoorlog en de punten
van Wilson, onderwierp Hitier aan felle critiek
Engeland wilde alleen niet meer oorlog, omdat
het de wereldheerschappij veroverd had en een
stabilisatie van dien toestand wenschte.
Geen
vertrouwen in de Britsche
leiders.
Wat het vertrouwen in het gegeven woord
betreft zeide Hitler, dat ook hij gaarne een
overeenstemming met de Engelschen tot
stand zou brengen, wanneer Duitschland
slechts vertrouwen kon hebben in het woord
van de Engelsche leiding. Nooit is een volk
ernstiger bedrogen dan het Duitsche in de
afgeloopen twintig jaar door de Engelsche
staatslieden.
Niets van al het beloofde ls ten uitvoer ge
leed, het werd geen vrede zonder overwinnaars
en overwonnene. Er kwam geen zelfbestemmings-
recht der volken, er werden herstelbetalingen
geëischt, het koloniale probleem is niet recht
vaardig behandeld en ondragelijke lasten zijn op
Duitschland gelegd. Duitschland is niet als
rechtsgelijke natie opgenomen in den Volken
bond, er kwam geen algemeene ontwapening.
Dat waren alle louter leugens. De Duitsche kolo
niën zijn weggenomen, de Duitsche handel is ver
nietigd. de oorlogsvloot geroofd. Mülioenen
Duitschers werden van het Rijk losgescheurd,
het volk werd geplunderd en onder zware lasten
gezet. Men moet thansniet beweren dat men
een niet nationaal-sociaiistisch Duitschland het
gouden hart van Engeland zal openen.
Hitier vervolgde: Van zeer veel werd afstand
gedaan, maar geen Duitsche regeering kan af
stand doen van het leven en de nationaal-socia-
listen denken er in het geheel niet aan, want zij
zijn voortgekomen uit den afstand van het leven,
die gedaan werd door de Duitsche democratische
wereld. „Ik denik er niet aan", aldus Hitier, „uit
te spreiken dat Duitschland afstand doet van
zijn leven, integendeel, ik zal de veiligheid van
het Duitsche volk en rijk doorzetten. Ik heb mij
nooit aangematigd in Britsche of Fransche be
langen een woord te zeggen. Wanneer er thans
een Engelschman is, die zegt: Wij, Engelschen,
zijn verantwoordelijk voor het lot der volken
in Midden-Europa, voor het lot van Oost-Europa,
kan ik hem slechts antwoorden: precies zoo
kunnen wij zeggen, dat wij Duitschers verant
woordelijk zijn voor de volken van Palestina,
voor de volken van Egypte en mijnentwege voor
de volken ook in Indië. Wanneer een Engelsch
man zegt: „Onze grens ligt aan den Rijn" en
de volgende zegt: „Onze grens ligt aan den
Weichsel", kan ik slechts zeggen: „Let u er op,
dat gij terug komit naar de Theems, anders zal
ik u helpen uw grens te vinden. Het tegenwoor
dige Duitschland is in ieder geval van zins en
vastbesloten om zijn grenzen veilig te stellen en
zijn levensruimte te behouden. En dat is een
ruimte, die niet de Engelschen, maar wij ge
cultiveerd hebben. Wij zijn nergens heengegaan,
waar tevoren de Engelschen cultuur hadden ge
bracht".
Duitschland had al cultuur toen Engeland
daarvan nog geen idee had. Wij hebben sedert
1933 de Duitsche natie weer opgeheven en
Duitschland vrij gemaakt en sterk. De ooriogs-
opruiers hebben tot hun spijt gezien, dat het
nieuwe Duitschland niet meer het oude is, wamt
niet alleen cultureel, maar ook -ten aanzien van
de macht heb ik er naar gestreefd Duitschland
te ontwikkelen en wel op grondige wijze. Er is
een weermacht opgebouwd, zooals er geen tweede
in de wereld, is. Daarachter staat een aaneen
gesloten volk en daarboven staat een regeering
met een fanatieke wilskracht, zooals in eeuwen
niet gebeurd is. Dit nieuwe Duitschland had
geen oorlogsdoel tegen Engeland of Frankrijk.
Wanneer men ons toch aanviel kan dat niets
uit te staan hebben met de kwestie Oostenrijk,
Tsjechië of Polen, want zoo noodig is die snel
vergeten. Polen toont bovendien hoe weinig En
geland gelegen is aan het bestaan van Staten,
want anders had Engeland ook Rusland moeten
aanvallen, aangezien Polen immers is gehal
veerd. Wanneer Engeland voor de vrijheid zegt
te strijden, kan het een prachtig voorbeeld ge
ven door zijn eigen volkeren volleidge vrijheid te
schenken. Het is belachelijk wanneer Engeland
steeds weer verklaart geen egoïstische doelein
den te hebben. De oorlog is er alleen omdat
Engeland hem gewild heeft. De leus, volgens
welke eindelijk een einde moet worden gemaakt
aan den oorlog is dus onjuist.
Overigens, aldus spreker zijn wij er van over
tuigd dat er zoolang oorlog zal zijn als de goe
deren der wereld niet rechtvaardig verdeeld zijn
en niet uit vrijen wil met rechtvaardigheid deze
aerdeeling van goederen is geschied.
Ook wij zijn van meening, dat deze oorlog
een einde moet nemen en dat niet om de
paar jaar telkens weer een oorlog kan en
mag en moet. beginnen. Wij achten het daar
om noodzakelijk, dat tot dit doel de naties
zich beperken tot hun eigen gebieden van
invloed, dat een volk zich niet aanmatigt te
willen spelen voor politieagent in de wereld.
De door Engeland aangegeven motieven zijn
de werkelijke niet. In feite haten zij het
sociale Duitschland.
Het Duitschland van onze sociale arbeidswet
geving, dat zij reeds voor den wereldoorlog
haatten, het Duitschlaid van de sociale voor
zorgen, het Duitschland van de sociale gelijk
making, van de opheffing der klassenverschillen.
Het zijn hun geldmagnaten, hun Joodsche en
niet-Joodsche internationale bankbaronnen, die
ons haten, omdat zij in dit Duitschland een
slcht voorbeeld zien, dat hun volken wellicht
zou kunnen prikkelen. Natuurlijk haten zij
daarmee ook het sterke Duitschland, dat
marcheert, dat vrijwillig offers op zich neemt.
Het is een strijd tegen-het vrije, onafhankelijke,
gezonde, levenskrachtige Duitschland.
Dat is nu hun strijd en daartegenover staat
onze eeuwige nationaal-socialistische en gelijk
blijvende strijd voor de oprichting van een ge
zonde, sterke volksgemeenschap en de beveili
ging daarvan tegenover de overige wereld. Dat
is het doel. Wij strijden voor de veiligheid van
ons volk, voor onze levensruimte.
„Engeland wil den vrede niet."
Engeland wil den vrede niet. Wij hebben
dat gisteren weer gehoord. Ik heb reeds in
mijn Rijksdagrede verklaard, dat ik per
soonlijk niets moer daarover te zeggen heb.
De rest zullen wij voor de Engelschen zeg
gen in de taal, die zij waarschijnlijk wel
zullen verstaan. Het spijt ons slechts, dat
Frankrijk zich in dienst gesteld heeft van
deze Britsche oorlogsophitsers en dat het nu
zijn weg tezamen met die van Engeland zal
afleggen.
Wat Duitschland betreft, wij zijn nooit
bang geweest voor een front. Wij hebben
aan twee fronten onze successen getoond.
Wij hebben thans één front en zullen op dit
front met succes stand houden.
Sprekende over Rusland zeide Hitier: „Ik heb
het niet als een succes van de Duitsche politiek,
maar als een succes van het verstand beschouwd,
dat het ons gelukt is met Rusland tot een over
eenstemming te komen. Eenmaal hebben beide
volkeren oorlog tegen elkander gevoerd tot dood
bloeden toe. Wij zijn thans overeengekomen den
heeren in Londen en Parijs dit genoegen een
tweeden maal niet meer te doen.
Het Duitschland van 1939, 1940, 1941 en 1942
kan niet vergeleken worden met het Duitsch
land van 1914, 1915. 1916, 1917 en 1918.
Wat toen kon gebeuren is in de toekomst on
mogelijk. Wij zullen en daarvoor staat mij de
partij borg, er zorg voor dragen, dat verschijn
selen zooals wij ze in den wereldoorlog helaas
moesten beleven, niet meer in Duitschland kun
nen optreden. Onze wil is precies even onbuig
zaam naar buiten als hij eens onbuigzaam was om
de macht in het binnenland. Toen heb ik reeds
gezegd: „alles is denkbaar, behalve dit eene,
dat wij capituleeren. Als nationaal-socialist kan
ik althans slechts tegenover de wereld herhalen:
alles is denkbaar, een capitulatie nooit.
Wanneer men tegen mij zegt: dan zal de
oorlog misschien drie jaar duren, dan ant
woord ik daarop: hoe lang de oorlog duurt
speelt geen rol, maar capituleeren zal
Duitschland nooit, nu niet en nooit in de
toekomst. Men zegt- tegen mij: Engeland
heeft zich voorbereid op een drie-jarigen
oorlog. Ik heb op den dag van de Brltsöhe
oorlogsverklaring aan veldmaarschalk Goe-
ring het bevel gegeven onmiddellijk alle
voorbereidingen te treffen voor den duur
van vijf jaren allereerst. Niet omdat ik
geloof, dat deze oorlog vijf jaren duurt,
maar omdat wij ook in vijf jaar niet zullen
capituleeren.
Wij zullen nu toonen, wat de kracht van een
tachtig millioenen volk vermag onder een
leiding met één wil en samengevoegd tot één
gemeenschap. Wat ook van ons geëischt wordt
aan offers is belangeloos; beslissend is en blijft
alleen de overwinning.
Wij zullen dank zij onze voorbereidingen dezen
strijd onder veel gemakkelijker omstandigheden
voèren dan in 1914. Toen tuimelde Duitschland
blind den oorlog in. maar wij hebben sinds vele
jaren de natie psychisch, maar vooral ook eco
nomisch gewapend. Ik kan u thans de verzeke
ring geven, dat zij ons noch militair, noch eco
nomisch, noch ook maar in het geringste op de
knieën kunnen dwingen. Hier kan maar een
overwinnen en dat zijn wij. Dat Churchill dat
niet gelooft schrijf ik op rekening van zijn
hoogen leeftijd. Ook anderen hebben het niet
geloofd.
Engeland heeft hen opgeruid en opgehitst.
Het oorlogsverloop heeft wellicht voor de eerste
maal getoond welk instrument het Duitsche rijk
zich intusschen gesmeed heeft. Een staat met
ruim 36 millioen menschen, met rond vijftig
divisies, die een gemiddelde jaarlijksche opkomst
van recruten van bijna 300.000 bezat,, tegenover
120.000 Fransche recruten, is ln tien dagen mi
litair verslagen en in dertig dagen tot algeheele
capitulatie vernietigd. Wij zijn ons ook daarbij
er van bewust, hoezeer de Voorzienigheid ons ge
holpen heeft; zij heeft ons zoo veel daarbij
mogelijk gemaakt, zij heeft onze plannen op de
juistte wijze vorm doen nemen en zij heeft de
uitvoering zichtbaar gezegend. Wij zijn derhalve
ook het geloof toegedaan, dat de Voorzienigheid
datgene wat gebeurd is, zoo gewild heeft.
Fransche lezing van Duitsche
troepenconcentraties.
Als „diplomatieke dreiging" aangeduid.
PARIJS. 8 Nov. Volgens gezaghebbende
Fransche militaire kringen is het zeker, dat de
Duitsche strijdkrachten aan de Nedèrlandsche
grens in de paar laatste dagen zijn uitgebreid.
Er zijn reeds eenigen tijd belangrijke concen
traties geweest, welke in staat stellen te allen tijde
tot het offensief over te gaan. Er zijn thans aan
vullende eenheden aan toegevoegd.
Te Parijs is men van gevoelen, dat het moge
lijk is, dat deze nieuwe bewegingen eerder een
soort diplomatieke dreiging zouden kunnen vor
men om druk uit te oefenen op Nederland en Bel
gië, dan dat zij voor militaire operaties bedoeld
zijn. (Reuter).
POOLSCHE MINISTERS NAAR LONDEN.
Tijdens hun aanstaande bezoek aan Londen zul
len de Poolsche minister-president Sikorski en de
minister van Buitealandsche Zaken Zaleski be
sprekingen hebben met Chamberlain, Halifax en
de defensieministers,
De Engelsche minister van marine, Churchill,
heeft Dinsdag in het Lagerhuis een verklaring af
gelegd over de torpedeering van de „Royal Oak".
Een gelijke mededccling werd gedaan door Lord
Chatfield in het Hoogerhuis. De minister zeide:
geen treffender maatstaf kan gevonden worden
voor het sterke gevoel van veiligheid tegen duik-
booten dan het feit, dat nadat een torpedo de
„Royal Oak" had getroffen, geen der waakzame
ervaren officieren zich voorstelde dat het een
torpedo kon zijn. Het gevaar uit de lucht was het
eerste waarvoor men bevreesd was. Een groot deel
der bemanning begaf zich naar de stalen schuil
plaatsen, waar zij zouden omkomen, terwijl de
kapitein en de admiraal een onderzoek instelden
naar de mogelijkheid van een inwendige ontplof
fing. In deze omstandigheden loste de duikboot een
tweede salvo torpedo's.
Lan§bury wendt zich tot Roosevelt.
George Lansbury heeft een telegram aan presi
dent Roosevelt gezonden, waai'in hij diens „mach
tigen steun voor Koning Leopold en Koningin
Wilhelmina bij hun nobel streven naar het on
middellijk bijeenroepen van een conferentie en
het doen eindigen van een rampzaligen oorlog"
vraagt.
Geen verklaring van Chamberlain.
Initiatief wordt zorgvuldig bestudeerd.
LONDEN, 8 Nov. (Reutel*.) In het Lagerhuis
heeft Attlee, de leider der oppositie aan Chamber
lain gevraagd of hij eenige verklaring had af te
leggen over de mededeeling van de Koningin der
Nederlanden en den Koning der Belgen. Chamber
lain zeide hierop, dat de mededeeling door de
Britsche regeering zorgvuldig bestudeerd wordt,
maar dat hij niet in staat was daarover vandaag
een verklaring af te leggen.
Daar het aanbod van Koningin Wilhelmina en
Koning Leopold aan den Koning gericht was, be
hoort het volgens het protocol ook te worden voor
gelegd aan de regeering van Engeland en die der
Dominions, alvorens eenig antwoord kan worden
gegeven. Onder omstandigheden zal ook de Fran
sche regeering geraadpleegd moeten worden. Der
halve zullen eenige dagen verloopen, voor een de
finitief antwoord kan worden gegeven. Het is dan
ook onwaarschijnlijk, dat de eerste minister in de
rede, die hij heden zal houden, meer zal doen dan
het aanbod vermelden, omdat zijn antwoord vol
ledig en zorgvuldig overwogen behoord te wor
den. Het aanbod heeft officieele kringen te Londen
volkomen verrast. Er was geen enkele aanwijzing,
dat een dergelijke stap verwacht kon worden. Ge
zegd kan worden, dat het NederlandschBelgische
initiatief in groote mate aanspraak maakt op den
moreelen steun der wereldopinie
oud als onze beschaving zelve en reeds beoefend
door de vorstinnen van Egypte, is de gelaats
massage. Zij hergeeft de huid de soepelheid en
elasticiteit, die de charme van het gelaat uit
maken.
Volg dezen koninklijken weg en masseer van
tijd tot tijd Uw gelaat met Purol, dat alle
vetten bevat, welke Uw huid voor haar gezond
heid en schoonheid behoeft.
(Adv. Ingez. Med.j
Winston S. Churchill.
De Admiraliteit aldus Churchill, op wie een
zware verantwoording rust, heeft deze bittere les
moeten leeren, dat in dezen nieuwen oorlog, mei
zijn vele nieuwe complicaties, niets mag worden
verzuimd, en dat elk scharnier in ons harnas be
proefd en versterkt moet worden, voor zoover de
hulpbronnen en het vernuft dit toelaten.
Gedurende de openingsphase van den oorlog,
heeft de Koninklijke marine een grooter menschen-
verlies geleden dan alle andere Fransche en Brit
sche strijdkrachten ter zee, te land en in de lucht.
Elk verlies dat de vijand ons heeft toegebracht,
hebben wij terstond gemeld. Een van onze duik-
booten, de „Oxley" is vernield door een ongeluk
kige ontploffing, in omstandigheden, welke publi
catie op het tijdstip der gebeurtenis ongewenscht
maakten. De oorlog ter zee is inderdaad de eenige
oorlog welke volledig aan den gang is.
Met grootere stelligheid dan zes weken ge
leden kan ik het Huis verzekeren, dat wij
definitief de duikbootaanvallen meester
worden.
In de tweede maand van den oorlog was de
Britsche tonnage welke door vijandelijke actie ver
loren ging 72.000 ton minder dan de helft van
de hoeveelheid, welke in de eerste maand verloren
ging, en tegen de verliezen kunnen wij plaatsen
52.000 ton buitgemaakt van den vijand, 27.000 ton
aangekocht uit het buitenland en 57.000 ton gereed
gekomen nieuwe schepen. In de eerste acht weken
van den oorlog is ons netto verlies aan tonnage
minder geweest' den een derde procent. De instel
ling van het convooistelsel beteekent voor de
scheepvaart een vertraging, en vertraging betee
kent vermindering van haar vervoercapaciteit.
Deze vertragingen zullen sterk verminderen, wan
neer het stelsel in volledig gebruik komt. In deze
twee maanden hebben wij bovendien eenige hon
derden van onze grootste koopvaardijschepen te
ruggetrokken teneinde hen van verdedigingswape
nen te voorzien en dit gaat steeds door.
Ik meen te mogen ramen, dat elke week twee
lot vier Duitsche duikbooten verloren gaan.
Wij moeten aannemen, dat wellicht twee nieu
we duikbooten per week erbij komen. In ieder
geval kunnen wij verwachten, dat wij in
Januari komen te staan tegenover honderd
duikbooten minus de vaartuigen welke inmid
dels tot zinken zijn gebracht. Wij kunnen
daaruit opmaken, dat er een lange onbarm
hartige strijd te wachten staat. Driemaal zoo
veel vaartuigen, welke op duikbooten jacht
maken, zijn thans aan het werk als bij het
begin van den oorlog.
Wat het offensief tegen de duikbooten betreft:
het is zeer moeilijk stellige cijfers te geven, omdat
vele der in diep water gezonken aanvallers geen
spoor achterlaten. Er blijft twijfel over elk geval,
waarin wij geen overlevende of een lijk of een
wrak kunnen toonen. Van materieel standpunt be
keken zouden wij dus de toekomst met vertrouwen
tegemoet zien, maor de materieele basis beslist
niet alleen over dezen strijd. Het opleiden van be
manningen en vooral het verschaffen van vakkun
dige officieren zal het moeilijkste
den taak van den vijand. -
Wij worden blootgesteld aan een
val, welke verfoeilijk geacht wordt-
genmaatregelen zijn doeltreffend. Ik '-3
evenwel waarschuwen, dat bhivL'j0K
verwacht moeten worden. Nooit kan
schendbaarheid gegarandeerd word
dezen oorlog geen tijdvak zijn, waan' ^1
volkomen veilig zijn, maar, naar ik
ook geen periode zijn, waarin het f
scheepvaartverkeer der geallieerden
den voortgezet.
Daarnaast moeten wij het hoofd b'«i
aanvaller boven water. Een, weliinl,
vestzakslagschepen bevinden zich d
weken op de handelsroutes van den
Oceaan. Maar het opvallende is, <ja,
machtige vaartuigen op den weg lis/^
vooien, welke den Oceaan oversteken
staat zijn of niet durven tot dusv£ v'
spreek onder de grootste reserve 7
overingen te doen van beteekenis" "su'a
schepen met een inhoud van 10.000 ton
ver door aanvallen boven water
bracht, tegen 212.000 ton door duikboo'*
Sprekende over de Fransche vloot &L
nister, dat deze geslachten lang niet &vr
e:i doeltreffend geweest is. Onder 2tjj
admiraal Darlan en het ministerie van'^
een schitterende zeemacht gevormd
gebacht te hebben aan het personeel
sche vloot, dat voor groote inspanning,
sloot Churchill:
Na de negende oorlogsweek geloof ii-
dei mij over te geven aan vermetel -J
voor zoover het de zee betreft,
vaak bewezen ten slotte te beslissen
0:19
Een
In h
naar
toonee
rollen
Mom*
Ond
Chami
in. Hu
{en zi
lijn b
avond
jillren:
zeer 1
hoop kunnen koesteren, dat alles in orde
Gevaren te laag geschat.
In het Hoogerimis heeft Lord Ghalto
Britsche minister voor de coördinatie S
fensie, inzake het vergaan der „Royaio*
verklaard, dat de oorlogsbodem tot sjr>*
gebracht door een Duitsche duikboot in és*,
uren van den 14den October, welke door
dediging van Scapa Flow was heengedroi
Deze verdediging was van tweeëreï aard h
structies door netten en balken enk k
trouillevaartuigen. Geen van beide wa>?.
doende sterk om het ankeren der orkw
absoluut veilig te maken, zooals het ha; -yj
zijn, tegen een duikbootaanval. Maatree
en worden genomen om de obstructies
beteren. De langdurige en vertrouwd t»
onschendbaarheid van Scapa Flow in den
gen oorlog heeft geleid tot een te laee'j;
ting van de gevaren, welke aanwezig zV
wel de Admiraliteit als de vloot heelt eg
gepaste graad van risico aanvaard. De gjjj
is echter niet voornemens een gerecht^
derzoek in te stellen teneinde een blaam ie
pen op bepaalde personen. Zulk een verl»
een dubbele last leggen op de schouders vaj
ter zee en aan de kust, die bij den strijj
trokken zijn. Op dien strijd moeten alom
dachten en geheel onze kracht geconcccfi
zijn.
CHURCHILL HOUDT ZONDAG
Churchill zal 12 November te 21.15 air
schen zomertijd een radiorede houden
tien weken van den oorlog".
'PROEBAMMA
onder
huwe
denkt
de ka
hem 1
want
lijk
meer
berot
Op h
een
heeft
gewo
Hij
geen
want
en f
Mari
word.
zij zi
nog
te g«
een
als
leest
knoc
duiZ'
toon
*erc
H<
Het stoffelijk overschot van burgemeester Max opgebaard in de tot chapelle ardente ingerichte
Gothische zaal van het stadhuis te Brussel
VRIJDAG 10 NOVEMBER
HILVERSUM I, 1875 en 414.4 M.
Algemeen programma, vcnoni
de KRO.
8.— Berichten ANP. 8.05—9.15 en 10.- C-n
foonmuziek. 11.30 Bijbelsche causerie 12.- Be
ten. 12.15 KRO-Melodisten en solist. (12,15-
Berichten ANP, gramofoonmuziek) 2.-0$
eert en gramofoonmuziek 3.Gramofooas
3.15 Zang met pianobegeleiding. 3.30 Roem
(3.504.Gramofoonmuziek) 4.15 Gramoia
ziek. 5.15 KRO-orkest 6.— GramofoonmuzM
KRO-orlcest 7.Berichten 7.15 Causerie „Httï
Luchtnet" 7.35 Gramofoonmuziek (met toeliet
8.— Berichten ANP. 8.15 Gramofoonmuziek
KRO-Boys en solist. 8.50 KRO-orkest 9,20 Ba
octet 9.40 De „Lecuona Cuban Boys" (opn.) I
KRO-Melodisten en solist 10.30 Berichten j
10.40 KRO-Kamerorkest 11.1012.00 Graza
muziek.
HILVERSUM H. 301,5 M.
8.— VARA 10.— VPRO 10.20
12.AVRO 4.— VARA 130 Ti
9.VARA 10.40 VPRO HOM
VARA
8.— Berichten ANP Gramofoonmuziek.
gen wijding 10.20 Gramofoonmuziek 10.40 w
matie 11.Pianovoordracht 11.30 VARA-&
orkest 12.— Het Renova-septet 12.45 Bend
ANP, gramofoonmuziek 1.AVRO-Amusez»
orkest 1.45 Ensemble Jetty Cantor 2,- \w
vrouw 2.10 Vervolg van 1.45. 3.— Causerie ja
en oorlogen". 3.30 AVRO-Dansorkest 4.- Gra
foonmuziek 5.Declamatie voor de kinderen
Orgelspel 6.— De Ramblers 6.30 Letterkundig
zicht. 6.50 Gramofoonmuziek 7.— Cyclus 3-
ginselprogramma der S. D. A. P." 7.18 Ba
ANP 7.30 Berichten en mededeelingen. U» W-
„De boeken van den Bijbel" 8.Het Trio -
8.30 Cyclus „Het ontwaken van het platteland
Jodelprogramma (gr.pl.) 9.15 Gramofoono
10.Puzzle-uitzending 10.15 Verkorte op»
„Die Blume von Hawaii" 10.40 AvondwijdiV;
Berichten ANP. 11.10 Jazzmuziek (gr.pl
12.Orgelspel.
ENGELAND, 391 en 449 M.
9.50—10.20 Gramofoonmuziek 11.-
dracht 11.20 Causerie 11.35 Dansorkest 1
richten 12.35 Orgelspel 12.50—1.20 Sotat®1
dracht 2.20—2.55 Orkest van het Cli«F;
3.15 Gramofoonmuziek 3.20 Berichten 3 w
spel 3.55 Radiotooneel of gevarieerd pi
4.29 Kinderuurtje 4.50 BBC-Hamowe-WM
Berichten 5.35 Causerie „These days in «-
Variété 6.20 Orkestconcert 6.50 Mededering
Gevarieerd programma 7.35 Variété 8.31
ten. 8.35 Radiotooneel of gevarieerd
9.20 Solistenvoordracht. 9.50 Variété UW3
muziek. 11.2011.35 Berichten-
RADIO-PARIS, 1648 M.
Geen opgave ontvangen.
KEULEN, 456 M. w
5.50 Gramofoonmuziek 7.40 De „Drei
ten" 9.30 Gramofoonmuziek 11.20 ConcertJ--,
roepkoor en -orkest en solisten 1.35 Popu
eert 2.20 Zang 2.50 Solistenconcert 3.2U
soldaten 4.30 Cantate 5.— Gramofooiumffl»
Concert 7.35—12.20 Zie Deutschlandsender.
BRUSSEL. 322 M.
11.20 Gramofoonmuziek 11.50 Omroepo
—1.20 Gramofoonmuziek 4.20 Het Vlanara-i
solist. 6.20 Gramofoonmuziek 7.20 Ontsp -
programma voor soldaten 7.50 OmroeporK
liste. 9.3010.20 Gramofoonmuziek.
BRUSSEL 484 M.
11.35 Gramofoonmuziek 11.30 Omr0^
5.50
der!
12.501.20, 4.20 en v.v>u «idat® <-
Pianovoordracht 7.20 Uitzending voor s
Omroepsymphonie-orkest en het
9.3010.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.35 Luchtmacht-ensemble 8.20 Om
kest, een zigeunerorkest en solisten.
9.50 Gramofoonmuziek 10.20 Concert
ten. Hierna tot 12.20 Nachtconcert.