Ri
HOOCE RAAD VAN ARBE|#»s
Krachtige strijd tegen het communisme
in Frankrijk.
Nieuwe Uitgaven.
fc 1
DONDERDAG 23 NOVEMBER 1939
Strenge maatregelen tegen de
ondergrondschepropaganda.
Onze Parijsche correspondent schrijft:
UIM twee maanden geleden heeft Frank
rijk gemobiliseerd en heeft het millioe
nen jonge mannen opgeroepen voor de
verdediging van het vaderland. Van dat
oogenbük af zijn de politieke partijtwisten verge
ten. zijn al de op zichzelf kleine geschillen op zij
gezet en staan socialist en conservatief schouder
aan schouder, één in de gedachte: alles voor het
vaderland. Wetens en willens heeft zich echter
één groep Franschen buiten deze gemeenschap
gehouden: de oommunisten en wanneer we het
woord „communisten" gebruiken, dan bedoelen
we hiermede niet al degenen, die betooverd door
verkiezingsleuzen op communistische lijsten heb
ben gestemd bij verkiezingen in vredestijd en die
nu in overgroote meerderheid de communistische
partij den rug hebben toegekeerd, doch dat kleine
groepje verstokte propagandisten en leiders, die
om diverse redenen Moskou trouw zijn gebleven
Het zou in strijd met de waarheid zijn te be
weren dat in Frankrijk op het oogenblik nog een
communistisch front bestaat. Een front immers
veronderstelt kader en manschappen: zonder
leidend kader zijn manschappen een willooze
kudde en zonder manschappen is een kader niet
in staat zijn wil door te drijven. Welnu, die man
schappen bezit de communistische partij niet
meer, doch een kader, een geheim kader en daar
om zoo moeilijk tot onderwerping te dwingen, be
zit het wel. Tegen dit in het verborgen werken
de kader is de energieke actie, die op het oogen
blik de Fransche regeering tegen de communis
tische partij voert, gericht.
Maurice Thorez.
Onwillekeurig vraagt men zich af: Heeft de
communistische partij in Frankrijk, die toch sinds
bijna twee maanden officieel ontbonden is, nog
zooveel invloed? Op deze vraag moet het ant
woord luiden: Op het oogenblik niet meer, doch
tengevolge van een handige propaganda zou die
invloed binnen korten tijd weer aanzienlijk kun
nen toenemen en de bewijzen liggen voor het
gri.jpen dat die clandestiene propaganda onmid
dellijk zeer actief ter hand genomen is. Wanneer
men de evolutie van de communistische partij ge
durende de laatste jaren eens nagaat, een evolu
tie, die alleen verklaard kan worden door instruc
ties van buitenaf, omdat deze niets gemeen heb
ben met het landsbelang en slechts een buiten-
landsehe „ideologie" dienen kunnen, dan begrijpt
men waarom de Fransche regeering zoo energiek
die propaganda den kop wil indrukken. De socia
list Dormoy, oud-minister van binnenlandsche
zaken in het kabinet-Blum, iemand, die door
zijn daden bewezen heeft niet verdacht-te kun
nen worden van ingeboren animositeit tegen de
communistische partij, schreef dezer dagen:
„Op bevel van het Kremlin predikt en orga
niseert Thorez (de communistische fractievoor
zitter in de Kamer) het défaitisme. Den löd-en
Maart 1935 verklaart hij in de Kamer: „De com
munisten gelooven niet in de leugens van de
nationale verdedigingZij zullen niet toe
staan dat men de arbeidersklasse meesleept in
een verdedigingsoorlog van de democratie tegen
het fascisme. Ik verklaar ten stelligste dat de
communisten een dergelijken leugen, een der
gelijke illusie niet zullen propageeren". En dan
gaat de de heer Dormoy verder: „Sinds heel
wat water naar de zee gestroomd.... Steeds op
bevel „van hoogerhand" is Thorez uit een ander
vaatje gaan tappen. Zoon van het volk bleef
hij tevens kleinzoon van Stalin, vader van het
volk. Doch tegelijkertijd knielde hij voor het
graf van Sint Lode wijk en bad hij voor dat van
Napoleon. Zijn stem trilde van ontroering, wan
neer hij sprak van Jeanne d'ArcHij ging er
groot op de Marseillaise en de tricolore aan het
volk te hebben teruggegeven. Van zijn land hield
hij „boven alles". En hij riep Bossnet te hulp
om de hand te reiken aan de Katholieken, „zijn
broeders". In dienzelfden tijd vroeg Jacques
■Duclos, specialist in spionnagezaken dat men
een opruiming zou houden onder de agenten
van de Gestapo en van het 'buitenland, die in
Frankrijk hun bedrijf uitoefenden. Den lsten
September onder voorzitterschap van Thorez
in de Kamer bijeengekomen, verklaarde de
communistische fractie, dat „de communisten
tegenover den brutalen aanval van het Hitler-
facisme, waarvan zij steeds de vooruitziende en
overtuigde tegenstanders geweest zijn en blij
ven, de beste verdedigers van de democratie en
de onafhankelijkheid van het land zullen zijn".
„Die tekst is volmaakt", voegt de heer Dormoy.
hieraan toe, „doch drieweken na de publicatie
ervan, deserteerde Maurice Thorez. Hij liet
Frankrijk, zijn geschiedenis, zijn traditie, aan
zijn lot over om partij te kiezen voor het Hitler-
Duitschland, zooals Stalin voor hem gedaan
had".
"ITV3ZE uiteenzetting, die men even goed een
requisitoir kan noemen, verklaart vol
doende de actie, die de Fransche regeering
oogenblikkelijk bij het uitbreken van den oorlog
tegen de communistische partij heeft ingezet.
Bij regeeringsdecreet werd de partij met eenige
bij-organisaties ontbonden, de voornaamste
bladen werden in beslag genomen en toen onder
een anderen naam de communistische Kamer
fractie wederom het hoofd trachtte op te steken
en met een brief aan den Kamervoorzitter
aan haar houding kracht poogde bij te zet
ten, werden de heeren in verzekerde bewaring
gesteld. Echter niet aliens de voornaamsten, de
aanvoerders, hadden zich bijtijds in veiligheid
gesteld en sinds dien tijd is een ondergrondsche
actie begonnen, die tot de zeer energieke maat
regelen der laatste dagen geleid heeft.
Ongetwijfeld hebben de communistische leiders
dezen loop van zaken voorzien en daarom hebben
zij gezorgd, dat vertrouwensmannen aan het
hoofd kwamen te staan van vereenigingen en
organisaties, die niet officieel van de partij af
hankelijk waren. Op deze wijze zouden zij bij
eventueele ontbinding der officieele instanties
I toch nog beschikken over een staf steeds op den
achtergrond gebleven propagandisten, die een
onwettige actie voor de Derde Internationale
zouden kunnen voeren. Die actie is onmiddellijk
begonnen en heeft in de eerste plaats ten doel de
weder-oprichting van communistische cellen
vooral in de fabrieken, die voor de nationale ver
dediging werken en zoo mogelijk in het leger.
Duizenden en duizenden vlugschriften worden
dagelijks uit clandestiene drukkerijen in het
geheim verspreid. Een net van automobielver
bindingen zorgt voor het contact tusschen Parijs
en de voorsteden en sommige verder afgelegen
centra in de provincie, terwijl de voortvluchtige
leiders zeer waarschijnlijk bij vertrouwde vrien
den onderdak genieten. Wat er in die vlug
schriften zooal te lezen staat? Een is getiteld
„Vormt een keten van waarheid" en is een op
roeping tot. verspreiding van de nog steeds in het
geheim gedrukte en voor 50 centimes verkochte
„Humanité"; een ander met den titel „Wat de
bourgeoisie-pers heeft verzwegen" somt de voor-
deelen op, die de arbeiders van sommige fabrie
ken door middel van passieven weerstand verkre
gen zouden hebben. In andere vlugschriften
wordt de C. G. T.. die openlijk met de communis
ten gebroken heeft, aangevallen en zoo heftig is
die aanval dat deze machtige arbeidersorgani
satie zich genoodzaakt heeft gezien een weke-
lijksch blaadje als verweer het licht te doen
zien. Het summum van al deze litteratuur is ech
ter wel een blaadje, waarin Thorez verdedigd
wordt tegen de beschuldiging van desertie. Zooals
men weet is deze ongeveer een maand geleden
van zijn post als genie-soldaat gedeserteerd en
sindsdien plotseling verdwenen. En wat staat er
in dit geschrift, te lezen? „Neen, Maurice Thorez
is geen deserteur. Hij heeft integendeel den
strijdpost ingenomen, die hem door zijn partij
is aangewezen". En de volgende „slagzin" vat de
heele actie samen: ..Beter leven onder Hitier-
regime dan sterven onder Daladier-regime".
ET is duidelijk dat een dergelijke propa
ganda geld kost. Tegelijk met het decreet tot
ontbinding der partij verscheen een ander, waar
door beslag werd gelegd op haar roerend en on
roerend goed, doch ook in dit opzicht had de
communistische partij haar maatregelen ge
nomen: fondsen vond men slechts zeer weinig,
doch schulden des te meer. Daar het verder vast
staat dat bepaalde sommen voor duidelijk om
schreven doeleinden ontvangen waren en geen
spoor van dat geld kan teruggevonden worden,
zijn verschillende leiders beschuldigd van ver
duistering. Zij zullen zich voor de justitie te ver
antwoorden hebben.
Zoo is bijv. he>t bedrag, dat krachtens de voor
schriften der sociale wetgeving voor de helft
door de werkgevers en voor de andere helft door
de werknemers ten bate der sociale verzekeringen
gestort moeten worden, spoorloos verdwenen
Hetzelfde is het geval met een bedrag van 10.000
fres, dat eveneens volgens wettelijk voorschrift
door den werkgever van het arbeidersloon moet
worden afgehouden en als „nationale belasting'"
in de rijkskas gestort moet worden.
De korting op het loon is geschied, doch de be
lasting is nooit betaald. Het spreekt vanzelf dat
deze bedragen, d'ie ik alleen vermeld omdat hun
verdwijning een merkwaardig licht op de zaak
werpen, in het niet verdwijnen bij de groote
sommen, die bijv. als contributie binnenkwamen.
Geen spoor heeft men er tot nu toe van terug
gevonden, doch wel talrijke onbetaalde rekeningen
voor meubileering van de syndicaatshuizen, voor
steenkoolen, etc., bedragen, die in de honderd
duizenden loopen. Het lijdt, geen twijfel, of met
deze in veiligheid gebrachte fondsen wordt de
ondergrondsche propaganda gevoerd, waartegen
eiken dag nieuwe maatregelen genomen worden
Die maatregelen zijn streng en energiek en ze
worden uitgevoerd zonder aanzien des persopns.
Aan de activiteit van talrijke nieuwe communis
tische organisaties, een 120-tal, heeft de politie
dezer dagen een einde gemaakt. De lijst ge
arresteerden wordt grooter en zoo houden nu
een ex-voorzitter van den Conseil Génóral van
het departement van de Seine eenigszins te
vergelijken met onze Provinciale Staten -
twee Parijsche gemeenteraadsleden de gearres
teerde Kamerleden gezelschap, evenals talrijke
bestuursleden van communistische syndicaten.
Uit dit alles mag niet de conclusie getrokken
worden dat Frankrijk ernstig bedreigd wordt door
een binnenlandisch gevaar: de communistische
partij heeft al haar crediet verspeeld. Doch
op den duur zou die ondergrondsche propaganda
invloed gaan uitoefenen en den geest van na
tionale solidariteit kunnen aantasten. Tegen
dat gevaar heeft de reg-eering willen optreden
en zij doet het ten volle gesteund door de pu
blieke opinie.
(Nadruk verboden). J. W. KOLKMAN.
EEN NIEUWE VERTALING VAN HET NIEUWE
TESTAMENT
Het Nederlandsch Bijbelgenootschap liet ir
druk verschijnen een nieuwe vertaling van het
Nieuwe Testament.
Prof. Dr. F. W. Grosheide, de voorzitter van de
vertalingscommissie, wees eenige maanden ge
leden bij de overhandiging van de vertaling aan
het Bijbelgenootschap in een rede op de beteeke-
nis van dezen arbeid. Er is zoo zei hij in ons
vaderland in de 19e eeuw op het gebied van bij
belvertaling veel verdienstelijk werk verricht.
Maar bijna al dat werk draagt een persoonlijk
karakter. Met de voordeelen daarvan, doch ook
met de groote nadeelen. Werk, dat uit een be
paalden kring komt is daardoor reeds van te
voren in andere kringen zooal niet veroordeeld,
dan toch min of meer verdacht. Het bijzondere
van deze nieuwe vertaling is, dat zij niet van een
enkelen persoon komt, maar dat zij is vervaar
digd door de samenwerking van allen, van wie
men verwachten kon dat zij eraan zouden mee
werken, op last van een Genootschap dat door
heel Protestantsch Christelijk Nederland en ook
door Oud-Katholieken wordt gesteund.
Het hoofdbestuur heeft een commissie benoemd
waarin personen zitting hadden uit verschillende
kerken en van verschillende richtingen. En door
samenwerking van deze mannen kwam de ver
taling tot stand. Deze samenwerking beteekent
niet, dat ieder in elk opzicht verkregen heeft
wat hij zou wenschen. Heel vaak moest er een
keuze worden gedaan. Zoowel op het punt van het
vertalen als op dat van het Nederlandsch. Menig
maal is iets bij meerderheid van stemmen vast
gesteld. Maar het schoone is, dat daardotpr de
mede verhouding tusschen de vertalers niet al-
een nooit is verstoord, doch dat ieder ook de ver
antwoordelijkheid dragen kan voor heel het werk.
Het is de geheele commissie, die zonder meer
deze vertaling aanbiedt. Dat beteekent, dat een
poging, die wel met eenige vrees werd gedaan,
onder den zegen Gods is gelukt.
In de commissie hadden zitting Prof. Dr. W. J.
Aalders te Groningen, Dr. J. A. Beyerman te Am
sterdam. Prof. Dr. F. W. Grosheide te Amsterdam
(voorzitter)Ds. A. Klinkenberg J.Azn. te Amster
dam Prof. Dr. J. A. C. van Leeuwen te Utrecht,
Prof' Dr. D. Ploov te Utrecht, Prof. Dr. G. Seven-
ster te Leiden, Prof. Dr. J. Th. Ubbink te Gro
ningen, Prof. Dr. A. van Veldhuizen te Groningen,
Prof. Dr. H. Windisch te Leiden en Prof. Dr. J. de
Zwaan te Leiden.
De uitgave is zeer goed verzorgd; vooral zal
door velen gewaardeerd worden dat een duidelij
ke heldere letter gekozen is. Binnenkort ver
schijnt een zeer goedkoope uitgave.
In „De avonturen van een Fin in Sovjet-Rus
land" vertelt de Fin Olavi Vel-theim van zijn be
wogen verblijf in de Sovjet-Unie, nadat hij dit
land wilde verlaten om een werkkring in zijn
vaderland te zoeken. Hij werd onder beschuldi
ging van verschillende feiten, die hij onmoge
lijk kon toegeven, gevangen genomen en bracht
vijf jaren in gevangenissen (o.a. de beruchte
Loebjanka) en concentratiekampen door. De Ne-
derlandsche vertaling van dit boek is van dr. B.
Raptschinsky en verscheen bij de N.V. Dagblad
en Drukkerij De Standaard te Amsterdam.
In een boek getiteld „1914—1918, een dyna
mische tijd" geeft H. Ch. G. J.'van der Mandere,
bekend door zijn radio-causerieën en artikelen
in ons blad, een overzicht van de 25 jaren be
wogen wereldgeschiedenis,, welke achter ons lig
gen. De schrijver begint met een bespreking van
het voorspel van '14 en behandelt achtereenvol
gens den wereldoorlog, de verschillende verdra
gen, de oude en nieuwe staten van Europa, de
„herrijzenis" van Duitschland, het Abessynische
conflict, den Spaanschen burgeroorlog, de Duit-
sche expansie en den jongsten oorlog. Ook aan
hetgeen in deze kwarteeuw in andere deelen van
de wereld aan politieke gebeurtenissen geschied
de wij noemen den Chineesch-Japanschen
oorlog wijdt de schrijver de aandacht..
Het werk dat van een aantal foto's en kaartjes
voorzien is, telt pl.m. 380 bladzijden. Het is een
uitgave van G. Naeff te 's-Gravenhage.
De Nederlandsche Uitgeversbond te Amsterdam
heeft den 16en jaargang van den catalogus „Het Ne
derlandsche boek" laten verschijnen. Dit boek be
vat een opgave van de in 1939 verschenen boeken.
In de „Libelle-serie" van de Uitgeversmij. Bosch
en Keuning N.V. te Baarn is verschenen: „De Zo
merwind'' door Jo Kalmijn-Spierenburg.
Chirurg, door prof. dr. Andreas Majocchi. Uitg.
Zuid Hollandsche Uitgevers Mij. Den Haag.
In „Chirurg" vertelt prof. dr. Andreas Majocchi
zijn levensgeschiedenis. Dr. Majocchi is één der
meest vooraanstaande chirurgen van Italië. Zijn
levensgeschiedenis mag niet vol ups en downs zijn
zijn leven wordt feitelijk gekenmerkt door één
lange stijging. Zijn werk echter, brengt het
boeiende element in het boek. De chirurgie noemt
hij een Goddelijke kunst, een kunst, welke alleen
met succes beoefend kan worden dooi* hem, die er
zich geheel aan overgeeft en ook alles voor haar
over heeft. Als hij over die Kunst spreekt vloeien
de zinnen vlotter en komt er echte dramatische
spanning. Majocchi vertelt van den verbeten ernst,
waarmede om een menschenleven gevochten wordt.
Hij beschrijft alle geheimen van de operatiezaal, de
zaal, waarin het. mes tot redding van menschen-
levens wordt gebruikt. De lezer van dit boek zal
moeten bekennen, dat daarbij ware wonderen wor
den verricht, wonderen, welke ook door niet-medici
bewonderd zullen worden.
Heerschers over Rusland, door E. J. Klinsky. Uitg.
Zuid-Hollandsche Uitgevers Mij. Den Haag.
In bijna 300 bladzijden vertelt de auteur de ge
schiedenis van het Huis Romanoff, dat tot 1918 over
Rusland heeft geregeerd. De grootste vertegen
woordiger daarvan is geweest Peter de Groote, aan
wiens levensbeschrijving dan ook de meeste aan
dacht is besteed. Klinsky geeft geen dorre geschied
schrijving verre van dat. Hij tracht in het wezen
van elk lid van het Hujs Romanoff door te dringen,
waarin hij soms goed is geslaagd. Zijn boek laat
zich zeer vlot lezen en geeft een goeden kijk op de
ontwikkeling van Rusland van Aziatischen staat
tot Europeesche gx*ootmacht. Het werk is met vele
mooie foto's verlucht.
Weg met de Staketselen. Uitg. Schelten's Gil-
tay Amsterdam.
Die boek bevat een reeks opstellen, welke een
bewerking vormen van een reeks voordrachten,
onder den titel „Weg met de staketselen" voor de
A.V.R.O.-microfoon gehouden. Daar het de bedoe
ling der A.V.R.O.-serie was, een bijdrage te leveren
tot slechting van de staketselen, die er tusschen de
verschillende groepen van ons volk bestaan, tot een
beweging voor eendracht van het land, heeft het
boek, in verband met de onverwachte, maar stel
lige actualiteit, verkregen, door de huidige inter
nationale spanning, den ondertitel ontvangen: een
boek voor dezen tijd. Het wil zijn een boek der ver
troosting. De verschillende opstellen zijn verzorgd
door: prof. R. Casimir; prof. dr. M. J. A. de Vrijer:
dr. J. Eykman; prof. dr. S. F. H. J. Berkelbach van
der Sprenkel; dr. F. H. Fentener van Vlissingen;
prof. dr. P. Stegenga Azn.; prof. mr. Paul Scholten;
prof. dr. F. C. Gerretson; prof. dr. F. Roels; prof. dr!
P. Geyl; prof. dr. ir. J. Goudriaan en mgr. prof. dr.
Andreas Rinkel. Bij zóó groote verscheidenheid
van medewerkers moet er wat kaf onder het ko
ren voorkomen. Het is echter miniem in verhouding
tot het koren. Sommige opstellen zijn zeer goed en
een herlezing dubbel waard. De bijdrage van prof.
Geri'etson over: de moeilijkheden der internatio
nale verhoudingen en de wegen, die kunnen leiden
naar een oplossing, is zeer actueel en heetf geen
deel uitgemaakt van de voor de A.V.R.O.-microfoon
uitgesproken voordrachten.
LICHTSEIN
ONBEWAAKTEN OVERWEG
iflNï
Gp 4 October 1919 opger,'cj
IJ Koninklijk Besluit van 4 October 1919
werd dc Hooge Raad van Arbeid in het
leven geroepen, waarbij de bedoeling was,
dat de Staat terug zou treden ten behoeve
van het georganiseerde bedrijfsleven. Door het
totstandkomen van de wet van 24 December 1927
kreeg deze Raad een wettelijke basis. Het was de
toenmalige Minister van Sociale Zaken, Prof. Mr.
P. J. M. Aalberse, die de vorming van dit college
als eerste punt op zijn programma had staan.
Deze bewindsman zweefde voor oogen, dat de ge
organiseerde bedrijfsgenooten het onderling over
bepaalde punten eens zouden worden, waarna de
Overheid hieraan haar sanctie zou verleenen. De
ze den Raad toegedachte functie is niet verwe
zenlijkt, doch wel kan men zeggen dat een band
is gelegd tusschen Overheid en bedrijfsleven,
waarop Mr. Ir. A. W. Quint, secretaris van den
Raad, wijst in een jubileum-artikel in de E. S. B.
van 4 October.
Samenstelling
In de tegenwoordige samenstelling bestaat de
Raad uit 6 ambtenaren, 13 wetenschappelijke le
den, 16 werkgevers- en 16 werknemersleden. Te
genover 32 vertegenwoordigers van het bedrijfs
leven staan dus 19 leden van de z.g. „derde groep".
Deze laatste groep had volgens de gedachte van
Minister Aalberse de leiding moeten nemen bij
het verkrijgen van overeenstemming tusschen
werkgevers en werknemers. Deze taak is haar niet
toebedeeld, maar niettegenstaande dat speelt zij
een zeer belangrijke rol in den Raad. Niet alleen
worden de z.g. Commissies van prae-advies steeds
door een lid dezer groep gepresideerd, maar daar
naast levert zij de deskundigen, die bij de zeer
uiteenloopende onderwerpen steeds de noodige
voorlichting verstrekken.
De werknemersgroep bestaat uit vier delegaties
van de voornaamste vakcentrales, terwijl de
werkgeversgroep is samengesteld uit vertegen
woordigers der verschillende centrale organisaties
naast die van bepaalde vakvereenigingen. Ter
wijl toch de industrie, middenstand en landbouw
ieder door de centrales van drieërlei richting zijn
vertegenwoordigd, treft men verder nog aan een
drietal vertegenwoordigers van resp.: de Scheep-
vaartvereenigingen Noord en Zuid, de Vereeni-
ging tot behartiging van de belangen der Lim-
burgsche Mijnindustrie, den Nederlandschen
Tuinbouwraad en de Nederlandsche Maatschap
pij voor Nijverheid en Handel.
In 1927 is een poging gedaan om den Raad te
maken tot een algemeen sociaal en economisch
adviescollege. Het was het Kamerlid Prof. Ver
aart die per amendement in de wet wenschte op
te nemen dat de Raad van advies zou dienen over
onderwerpen, welke de belangen van arbeid, han
del en nijverheid raken. De Tweede Kamer ver
klaarde op voorstel van den voorzitter dit amen
dement ontoelaatbaar.
De „derde groep" valt uiteen in de wetenschap
pelijke en de ambtelijke leden. Tot de eerste
groep behooren o.m. een belangrijk aantal hoog
leeraren en andere deskundigen, zoomede de
voorzitter van de Nederlandsche Maatschappij tot
bevordering van de Geneeskunst. Tot de tweede
groep behooren, behalve de secretaris-generaal
van Sociale Zaken en de directeur-generaal van
den Arbeid, de directeur van het Centraal Bureau
voor de Statistiek, de chefs der afdeelingen Ar
beid en Arbeidersverzekering van het Departe
ment en de directeur van den Rijksdienst der
Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling.
De Hooge Raad van Arbeid is het eenige tot nu
toe door de Regeering ingestelde college, waarin
het geheele bedrijfsleven organisch is vertegen
woordigd, zulks in tegenstelling met den Econo-
mischen Raad.
Aanvankelijk was de Minister ambtshalve
voorzitter van den Raad, terwijl een plaatsver
vangend voorzitter door de Kroon uit de weten
schappelijke leden werd aangewezen. Sinds de
wettelijke regeling is de Raad in de keuze van
zijn presidium autonoom.
Werkwijze
p, Brit
het bedrijfsleven aan de verwachtingen^ -3 -eïdi
n bovendo «Mi ^eide
jlie van
ieit. In 1
deze als instelling van georganiseerd 0
het bedrijfsleven aan de verwachting!
daan en dat hij zich een blijvende r
Nederlandsche staatsbestel heeft weten"'14
overen. Van verschillende zijden is we]«»
merkt, dat de waarde der adviezen voor p'
enten 31
een juiste groepeering der argumenten
rnntrn- aan de meening der mi~J-
dan ook in de adviezen een ruime nW
den ingeruimd.
MOlosj,
e
1»1 ïOlK
is c
'•zaak,
itkt kun
WANNEER U EEN MENSCH ZIJT
met een open oog voor den machtigen'
strijd tusschen mensch en dier, dan
genieten van het prachtige boek «A:
Holesch:
„DE ZWARTE HENGST BENTO'
een Cultuurserie-roman met 64 uniek»
omslag- en bandverzorging van Anton
Een boek van onvergetelijke schoonheid
ZORGT VOOR UW GEESTELIJK VOEta
(Adv inge
Toen
Buis
158.300
Sinds
jenden
het
.janzien
doorg
r hulp v
tóeelinge
AfQ<
Waterstaats wenschen der
Tweede Kamer,
eroote
men. Ii
land bi
tr,entaler
Naar de plannen inzake
geïnformeerd.
erkeerscoordini^
Het zwaartepunt voor de werkwijze van den
Raad wordt gevonden in zijn commissies. Bij de
oprichting van den Raad werd een reeks vaste
commissies ingesteld. Later is men overgegaan tot
het instellen van commissies ad hoe, zij het, dat
in 1937 een vaste commissie werd ingesteld op
grond van de Wet tot het algemeen verbindend
en onverbindend verklaren van bepalingen van
C. A. O.'en. In deze commissies kunnen ook niet-
leden van den Raad worden benoemd, van welke
gelegenheid veelvuldig gebruik is gemaakt. De op
gestelde prae-adviezen worden als regel in de ple
naire vergadering van den Raad behandeld, wel
ke vergadering meestentijds door den Minister
wordt bijgewoond. In spoedeischende gevallen, of
wel bij adviezen van teehnischen aard, gaat het
advies rechtstreeks naar den Minister, waartoe
de Voorzitter de bevoegdheid bezit. Ook bij de
adviezen inzake algemeen verbindendverklaring
van C. A. O.'en wordt deze verkorte procedure
gevolgd.
Bij de reorganisatie van den Raad in 1927
werd een zoo groot mogelijke zelfstandigheid ver
kregen, o.m. tot uiting komend in de regeling van
het voorzitterschap en het toekennen van het
recht van initiatief. Daardoor is de Raad niet
meer tot een passieve houding gedoemd, doch
kan hij uit eigen beweging onderwerpen, die in
ijn kring leven, aan de orde stellen.
In de 20 jaren van het bestaan van den Raad
zijn 121 adviezen uitgebracht, waarvan 18 betrek
king hadden op verbindendverklaring van C. A.
"."en; 15 hiervan zijn gepubliceerd.
Tot de meest bekende adviezen behooren die,
inzake de bedrijfsorganisatie (1923), herziening
der sociale verzekering (1923), verbindendverkla
ring der C. A. O.'en (1926), vereenvoudiging open
bare uitvoeringsorganen der sociale verzekering
('29), Bedrijfsradenwet ('31), wijziging ongevallen
wet 1921 ('38),Kinderbijslagverzek. ('38) en inzake
de verplichte werkloosheidsverzekering (1939),
alsmede de drie reeds geciteerde rapporten op
eigen initiatief uitgebracht.
Met de adviezen is voor een zeer groot gedeelte
rekening gehouden. Slechts in 15 gevallen kan
worden vastgesteld dat de Regeering er geheel of
grootendeels van afgeweken is.
De Secretaris van den Raad is van oordeel, dat
Aan het voorloopig verslag over de
begrooting en die van het Verkeersfonds
volgende ontleend:
Vele leden spraken de hoop uit, dat de
krachtig zal voortgaan met het doen uitvoer* ör
openbare werken. Zij verwachtten dat der*
van Waterstaat, voorzoover dit van hem
hieraan zijn volle medewerking zal verleend
onder de thans ingetreden buitengewone omsiv. ia mog
heoen zal deze vorm van werkloosheidhockl^ 1300
Hoewe
onbf
de 0
ril Duit
jval e
immers zeker niet gemist kunnen worden,
Is het juist, zoo werd verder gevraagd, dst
rjze va
den aanvang der mobilisatie tal van aanC lïelek-
gen van waterstaatswerken geen vooruitgang <4 -
ben gevonden? Dit zouden vele leden betreure
gaven echter uiting aan de hoop, dat deze 5 u
stedingen alsnog zoo spoedig mogelijk zullen^
vinden. Gaarne zouden zij vernemen of dit
De I
het voornemen der regeering ligt. Kan er
gerekend worden, dat de bouw van een tuïï
Velsen en andere groote waterstaatswerken
voortvarendheid zullen worden ter hand gene
Eenige leden merkten op, dat ofschoon 3?-
'an rla 1
oppf
jermeldi
minister voorzitter geweest is van de sociaal-:-J"V'Tp
cratische fractie in de Kamer en heeft medee^"^
de
de
toeften
aan de totstandkoming van het Plan van ceoa
beid, niets in de begrooting van zijn departej
er op wijst, dat aan dit plan uitvoering wordt
geven. De oorlogstoestand buiten onze gres
aldus deze leden, kan geen belesel zijn voor hel
voeren van dit plan, daar het immers juist bea
welvaart te brengen door het stimuleeren van:
wel alle takken van bedi*ijf, onafhankelijk va-
buitenland. Deze leden zouden willen vernema
hoeverre de minister alsnog uitvoering vanhetp!
van den ai-beid wil bevorderen.
Sommige leden informeerden naar de mogeM P
heid van verdere inpolderingen. jozo
Verscheidene leden vreesden, dat het-mstg trs
schoon van ons land belangrijk zal worden gesca tjn
door de uitvoering van verschillende xvaten'a (5(00
werken, welke ter bestrijding van de werkloca Kekelij
worden ondernomen. Ook zou huns inziens ultn
ring van het plan-Westhoff te veel grondend
trekken aan het tex*rein, dat nog beschikbaar isb
ontspanning in de vi'ije natuur.
tem v
;::,der
Intuss
sed
jeserve
wllikei
Mr. L. Vliegentbart.
Benoemd tot rechter bij de Arrondissements
rechtbank te 's-Gravenhage.
Tot rechter in de Arrondissements Rechtbank
te 's-Gravenhage is bij Koninklijk Besluit van
18 November benoemd mr. L. Vliegenthart, thans
rechter in de Arrondissements Rechtbank te
Haarlem.
De heer Vliegenthart Is 17 Februari 1900
te Delft geboren. Hij studeerde te Leiden; nadat
hij daar in 1924 afgestudeerd was, werd hij be
noemd tot waarnemend griffier bij de Rechtbank
in Den Haag en vervolgens tot substituut-griffier
aldaar. Sinds November 1936 is hij rechter bij de
Arr. Rechtbank te Haarlem.
Verkeerspol
Van vele zijden werd den minister verzocht
dedeeling te willen doen van zijn plannen ten
zien van de coördinatie van het verkeer.
Verscheidene leden waren van oordeel, daij
methode, welke de regeering tot dusverre heeft
volgd om tot verkeerscoördinatie te komen, niet ct
juiste is.
Wat betreft de concurrentie tusschen spoor
autobus ten aanzien van het personenverkeer^
ken sommige leden nog als him meening
deze op den duur zal moeten worden opgelost!#
de, desnoods gedwongen, opx*ichting van een i:>
busmaatschappij, waarin alle lijnen zouden n«s
worden opgenomen. Op die wijze zou men ook
heid van tai'ieven kunnen verkrijgen.
De begrooting van het Verkecrsfoti
Gaarne zou men vernemen, welke plannen
verdere reoi*ganistatie bij de spoorwegdirectie a
bestaan. In het bijzonder werd de vraag gesteli:
het in de bedoeling ligt nog meer lijnen geheel t
gedeeltelijk voor het vervoer te sluiten.
Deze vraag gaf verscheidene leden aanleiding
waarschuwen tegen voortgaan met het sluiten vi
lijnen. Vooral militaire belangen verzetten zich aal
hun meening daartegen, maar ook belangen van iii
platteland.
Een deel dezer leden noemde als voorbeeld
te ver gaande opheffing van lijnen de staking
den dienst op het traject Zuidbroek—Stadskansi
Eenige leden hadden vernomen, dat er plannen
zouden bestaan om den dienst op dit traject te her
openen. Zij zouden gaarne vernemen of dit gerra
waarheid bevat.
Van verschillende zijden werd gevraagd,
plannen bestaan tot uitbreiding van de electrificari
Eenerzijds achtte men verdei*e electri'icatie
veel belang voor het publiek, omdat het reizen
door woi*dt veraangenaamd en vei*sneld, en voorcl
bedrijfsuitkomsten, omdat de ervaring leert, dat het
aantal reizigers ex-door toeneemt. Anderzijds m
tegen voortzetting van de electrificatie gewaar
schuwd, omdat geëlectrificeerde lijnen in oorlop
tijd kwetsbaarder zijn dan lijnen met stoomtrafi*
Vele leden informeerden met groote belang^
ling, hoe het thans staat met de voorbereiding""'
het z.g. vastrechttarief.
Olifantje geboren in Circus
Strassburger.
AMSTERDAM, 22 November. Veel eerder ia
verwacht werd, is heden in den vroegen morgö
de menagerie van Circus Strassburger, dat op n«
oogenblik in de hoofdstad optreedt, met een vroU'
welijke olifant-baby uitgebreid.
Het gewicht van het dier bedraagt 150 kilogranl.
hetgeen wil zeggen, dat twee mannen noodig afl
om het op te tillen. De hoogte is ongeveer 75 cent*
meter. De moeder, Lisl, die ongeveer veertig Jatf
oud is, maakt het goed.
hebl
iclievei
Duits
Hde c
Zuii
tachta:
btell
N-
Verd
isgiu
ïch
i ge
bardee
den of
vuur a
Het
nn d
ulon
heht
D;arb
?che v
Til in
de Ei
MARKT WOERDEN.
Aanvoer 258 partijen kaas: Met rijksmerk le
kw- 30—32; 2e kw. 28—29.50.
ERNSTIG ONGELUK BTJ BATAVIA.
BATAVIA 22 November (Aneta/A. N. P-)-
chauffeur van het Fransche consulaat-generaal nwn
hedenmorgen met een auto, waarin geeQ P3*?--
giers waren gezeten, op den Matraman weg, M
Meester-Cornelis, de fietsende mej. M. Sieger»
aangereden, die op slag werd gedood.
De chauffeur gooide het stuur om en r®,
rijwielpad op, waardoor hij vier inheemsche vei)
raakte, die allen zwaargewond werden. Onder n
bevonden zich twee beambten van het Ceiw»'
kantoor voor de statistiek.