Ri HOOCE RAAD VAN ARBE|#»s Krachtige strijd tegen het communisme in Frankrijk. Nieuwe Uitgaven. fc 1 DONDERDAG 23 NOVEMBER 1939 Strenge maatregelen tegen de ondergrondschepropaganda. Onze Parijsche correspondent schrijft: UIM twee maanden geleden heeft Frank rijk gemobiliseerd en heeft het millioe nen jonge mannen opgeroepen voor de verdediging van het vaderland. Van dat oogenbük af zijn de politieke partijtwisten verge ten. zijn al de op zichzelf kleine geschillen op zij gezet en staan socialist en conservatief schouder aan schouder, één in de gedachte: alles voor het vaderland. Wetens en willens heeft zich echter één groep Franschen buiten deze gemeenschap gehouden: de oommunisten en wanneer we het woord „communisten" gebruiken, dan bedoelen we hiermede niet al degenen, die betooverd door verkiezingsleuzen op communistische lijsten heb ben gestemd bij verkiezingen in vredestijd en die nu in overgroote meerderheid de communistische partij den rug hebben toegekeerd, doch dat kleine groepje verstokte propagandisten en leiders, die om diverse redenen Moskou trouw zijn gebleven Het zou in strijd met de waarheid zijn te be weren dat in Frankrijk op het oogenblik nog een communistisch front bestaat. Een front immers veronderstelt kader en manschappen: zonder leidend kader zijn manschappen een willooze kudde en zonder manschappen is een kader niet in staat zijn wil door te drijven. Welnu, die man schappen bezit de communistische partij niet meer, doch een kader, een geheim kader en daar om zoo moeilijk tot onderwerping te dwingen, be zit het wel. Tegen dit in het verborgen werken de kader is de energieke actie, die op het oogen blik de Fransche regeering tegen de communis tische partij voert, gericht. Maurice Thorez. Onwillekeurig vraagt men zich af: Heeft de communistische partij in Frankrijk, die toch sinds bijna twee maanden officieel ontbonden is, nog zooveel invloed? Op deze vraag moet het ant woord luiden: Op het oogenblik niet meer, doch tengevolge van een handige propaganda zou die invloed binnen korten tijd weer aanzienlijk kun nen toenemen en de bewijzen liggen voor het gri.jpen dat die clandestiene propaganda onmid dellijk zeer actief ter hand genomen is. Wanneer men de evolutie van de communistische partij ge durende de laatste jaren eens nagaat, een evolu tie, die alleen verklaard kan worden door instruc ties van buitenaf, omdat deze niets gemeen heb ben met het landsbelang en slechts een buiten- landsehe „ideologie" dienen kunnen, dan begrijpt men waarom de Fransche regeering zoo energiek die propaganda den kop wil indrukken. De socia list Dormoy, oud-minister van binnenlandsche zaken in het kabinet-Blum, iemand, die door zijn daden bewezen heeft niet verdacht-te kun nen worden van ingeboren animositeit tegen de communistische partij, schreef dezer dagen: „Op bevel van het Kremlin predikt en orga niseert Thorez (de communistische fractievoor zitter in de Kamer) het défaitisme. Den löd-en Maart 1935 verklaart hij in de Kamer: „De com munisten gelooven niet in de leugens van de nationale verdedigingZij zullen niet toe staan dat men de arbeidersklasse meesleept in een verdedigingsoorlog van de democratie tegen het fascisme. Ik verklaar ten stelligste dat de communisten een dergelijken leugen, een der gelijke illusie niet zullen propageeren". En dan gaat de de heer Dormoy verder: „Sinds heel wat water naar de zee gestroomd.... Steeds op bevel „van hoogerhand" is Thorez uit een ander vaatje gaan tappen. Zoon van het volk bleef hij tevens kleinzoon van Stalin, vader van het volk. Doch tegelijkertijd knielde hij voor het graf van Sint Lode wijk en bad hij voor dat van Napoleon. Zijn stem trilde van ontroering, wan neer hij sprak van Jeanne d'ArcHij ging er groot op de Marseillaise en de tricolore aan het volk te hebben teruggegeven. Van zijn land hield hij „boven alles". En hij riep Bossnet te hulp om de hand te reiken aan de Katholieken, „zijn broeders". In dienzelfden tijd vroeg Jacques ■Duclos, specialist in spionnagezaken dat men een opruiming zou houden onder de agenten van de Gestapo en van het 'buitenland, die in Frankrijk hun bedrijf uitoefenden. Den lsten September onder voorzitterschap van Thorez in de Kamer bijeengekomen, verklaarde de communistische fractie, dat „de communisten tegenover den brutalen aanval van het Hitler- facisme, waarvan zij steeds de vooruitziende en overtuigde tegenstanders geweest zijn en blij ven, de beste verdedigers van de democratie en de onafhankelijkheid van het land zullen zijn". „Die tekst is volmaakt", voegt de heer Dormoy. hieraan toe, „doch drieweken na de publicatie ervan, deserteerde Maurice Thorez. Hij liet Frankrijk, zijn geschiedenis, zijn traditie, aan zijn lot over om partij te kiezen voor het Hitler- Duitschland, zooals Stalin voor hem gedaan had". "ITV3ZE uiteenzetting, die men even goed een requisitoir kan noemen, verklaart vol doende de actie, die de Fransche regeering oogenblikkelijk bij het uitbreken van den oorlog tegen de communistische partij heeft ingezet. Bij regeeringsdecreet werd de partij met eenige bij-organisaties ontbonden, de voornaamste bladen werden in beslag genomen en toen onder een anderen naam de communistische Kamer fractie wederom het hoofd trachtte op te steken en met een brief aan den Kamervoorzitter aan haar houding kracht poogde bij te zet ten, werden de heeren in verzekerde bewaring gesteld. Echter niet aliens de voornaamsten, de aanvoerders, hadden zich bijtijds in veiligheid gesteld en sinds dien tijd is een ondergrondsche actie begonnen, die tot de zeer energieke maat regelen der laatste dagen geleid heeft. Ongetwijfeld hebben de communistische leiders dezen loop van zaken voorzien en daarom hebben zij gezorgd, dat vertrouwensmannen aan het hoofd kwamen te staan van vereenigingen en organisaties, die niet officieel van de partij af hankelijk waren. Op deze wijze zouden zij bij eventueele ontbinding der officieele instanties I toch nog beschikken over een staf steeds op den achtergrond gebleven propagandisten, die een onwettige actie voor de Derde Internationale zouden kunnen voeren. Die actie is onmiddellijk begonnen en heeft in de eerste plaats ten doel de weder-oprichting van communistische cellen vooral in de fabrieken, die voor de nationale ver dediging werken en zoo mogelijk in het leger. Duizenden en duizenden vlugschriften worden dagelijks uit clandestiene drukkerijen in het geheim verspreid. Een net van automobielver bindingen zorgt voor het contact tusschen Parijs en de voorsteden en sommige verder afgelegen centra in de provincie, terwijl de voortvluchtige leiders zeer waarschijnlijk bij vertrouwde vrien den onderdak genieten. Wat er in die vlug schriften zooal te lezen staat? Een is getiteld „Vormt een keten van waarheid" en is een op roeping tot. verspreiding van de nog steeds in het geheim gedrukte en voor 50 centimes verkochte „Humanité"; een ander met den titel „Wat de bourgeoisie-pers heeft verzwegen" somt de voor- deelen op, die de arbeiders van sommige fabrie ken door middel van passieven weerstand verkre gen zouden hebben. In andere vlugschriften wordt de C. G. T.. die openlijk met de communis ten gebroken heeft, aangevallen en zoo heftig is die aanval dat deze machtige arbeidersorgani satie zich genoodzaakt heeft gezien een weke- lijksch blaadje als verweer het licht te doen zien. Het summum van al deze litteratuur is ech ter wel een blaadje, waarin Thorez verdedigd wordt tegen de beschuldiging van desertie. Zooals men weet is deze ongeveer een maand geleden van zijn post als genie-soldaat gedeserteerd en sindsdien plotseling verdwenen. En wat staat er in dit geschrift, te lezen? „Neen, Maurice Thorez is geen deserteur. Hij heeft integendeel den strijdpost ingenomen, die hem door zijn partij is aangewezen". En de volgende „slagzin" vat de heele actie samen: ..Beter leven onder Hitier- regime dan sterven onder Daladier-regime". ET is duidelijk dat een dergelijke propa ganda geld kost. Tegelijk met het decreet tot ontbinding der partij verscheen een ander, waar door beslag werd gelegd op haar roerend en on roerend goed, doch ook in dit opzicht had de communistische partij haar maatregelen ge nomen: fondsen vond men slechts zeer weinig, doch schulden des te meer. Daar het verder vast staat dat bepaalde sommen voor duidelijk om schreven doeleinden ontvangen waren en geen spoor van dat geld kan teruggevonden worden, zijn verschillende leiders beschuldigd van ver duistering. Zij zullen zich voor de justitie te ver antwoorden hebben. Zoo is bijv. he>t bedrag, dat krachtens de voor schriften der sociale wetgeving voor de helft door de werkgevers en voor de andere helft door de werknemers ten bate der sociale verzekeringen gestort moeten worden, spoorloos verdwenen Hetzelfde is het geval met een bedrag van 10.000 fres, dat eveneens volgens wettelijk voorschrift door den werkgever van het arbeidersloon moet worden afgehouden en als „nationale belasting'" in de rijkskas gestort moet worden. De korting op het loon is geschied, doch de be lasting is nooit betaald. Het spreekt vanzelf dat deze bedragen, d'ie ik alleen vermeld omdat hun verdwijning een merkwaardig licht op de zaak werpen, in het niet verdwijnen bij de groote sommen, die bijv. als contributie binnenkwamen. Geen spoor heeft men er tot nu toe van terug gevonden, doch wel talrijke onbetaalde rekeningen voor meubileering van de syndicaatshuizen, voor steenkoolen, etc., bedragen, die in de honderd duizenden loopen. Het lijdt, geen twijfel, of met deze in veiligheid gebrachte fondsen wordt de ondergrondsche propaganda gevoerd, waartegen eiken dag nieuwe maatregelen genomen worden Die maatregelen zijn streng en energiek en ze worden uitgevoerd zonder aanzien des persopns. Aan de activiteit van talrijke nieuwe communis tische organisaties, een 120-tal, heeft de politie dezer dagen een einde gemaakt. De lijst ge arresteerden wordt grooter en zoo houden nu een ex-voorzitter van den Conseil Génóral van het departement van de Seine eenigszins te vergelijken met onze Provinciale Staten - twee Parijsche gemeenteraadsleden de gearres teerde Kamerleden gezelschap, evenals talrijke bestuursleden van communistische syndicaten. Uit dit alles mag niet de conclusie getrokken worden dat Frankrijk ernstig bedreigd wordt door een binnenlandisch gevaar: de communistische partij heeft al haar crediet verspeeld. Doch op den duur zou die ondergrondsche propaganda invloed gaan uitoefenen en den geest van na tionale solidariteit kunnen aantasten. Tegen dat gevaar heeft de reg-eering willen optreden en zij doet het ten volle gesteund door de pu blieke opinie. (Nadruk verboden). J. W. KOLKMAN. EEN NIEUWE VERTALING VAN HET NIEUWE TESTAMENT Het Nederlandsch Bijbelgenootschap liet ir druk verschijnen een nieuwe vertaling van het Nieuwe Testament. Prof. Dr. F. W. Grosheide, de voorzitter van de vertalingscommissie, wees eenige maanden ge leden bij de overhandiging van de vertaling aan het Bijbelgenootschap in een rede op de beteeke- nis van dezen arbeid. Er is zoo zei hij in ons vaderland in de 19e eeuw op het gebied van bij belvertaling veel verdienstelijk werk verricht. Maar bijna al dat werk draagt een persoonlijk karakter. Met de voordeelen daarvan, doch ook met de groote nadeelen. Werk, dat uit een be paalden kring komt is daardoor reeds van te voren in andere kringen zooal niet veroordeeld, dan toch min of meer verdacht. Het bijzondere van deze nieuwe vertaling is, dat zij niet van een enkelen persoon komt, maar dat zij is vervaar digd door de samenwerking van allen, van wie men verwachten kon dat zij eraan zouden mee werken, op last van een Genootschap dat door heel Protestantsch Christelijk Nederland en ook door Oud-Katholieken wordt gesteund. Het hoofdbestuur heeft een commissie benoemd waarin personen zitting hadden uit verschillende kerken en van verschillende richtingen. En door samenwerking van deze mannen kwam de ver taling tot stand. Deze samenwerking beteekent niet, dat ieder in elk opzicht verkregen heeft wat hij zou wenschen. Heel vaak moest er een keuze worden gedaan. Zoowel op het punt van het vertalen als op dat van het Nederlandsch. Menig maal is iets bij meerderheid van stemmen vast gesteld. Maar het schoone is, dat daardotpr de mede verhouding tusschen de vertalers niet al- een nooit is verstoord, doch dat ieder ook de ver antwoordelijkheid dragen kan voor heel het werk. Het is de geheele commissie, die zonder meer deze vertaling aanbiedt. Dat beteekent, dat een poging, die wel met eenige vrees werd gedaan, onder den zegen Gods is gelukt. In de commissie hadden zitting Prof. Dr. W. J. Aalders te Groningen, Dr. J. A. Beyerman te Am sterdam. Prof. Dr. F. W. Grosheide te Amsterdam (voorzitter)Ds. A. Klinkenberg J.Azn. te Amster dam Prof. Dr. J. A. C. van Leeuwen te Utrecht, Prof' Dr. D. Ploov te Utrecht, Prof. Dr. G. Seven- ster te Leiden, Prof. Dr. J. Th. Ubbink te Gro ningen, Prof. Dr. A. van Veldhuizen te Groningen, Prof. Dr. H. Windisch te Leiden en Prof. Dr. J. de Zwaan te Leiden. De uitgave is zeer goed verzorgd; vooral zal door velen gewaardeerd worden dat een duidelij ke heldere letter gekozen is. Binnenkort ver schijnt een zeer goedkoope uitgave. In „De avonturen van een Fin in Sovjet-Rus land" vertelt de Fin Olavi Vel-theim van zijn be wogen verblijf in de Sovjet-Unie, nadat hij dit land wilde verlaten om een werkkring in zijn vaderland te zoeken. Hij werd onder beschuldi ging van verschillende feiten, die hij onmoge lijk kon toegeven, gevangen genomen en bracht vijf jaren in gevangenissen (o.a. de beruchte Loebjanka) en concentratiekampen door. De Ne- derlandsche vertaling van dit boek is van dr. B. Raptschinsky en verscheen bij de N.V. Dagblad en Drukkerij De Standaard te Amsterdam. In een boek getiteld „1914—1918, een dyna mische tijd" geeft H. Ch. G. J.'van der Mandere, bekend door zijn radio-causerieën en artikelen in ons blad, een overzicht van de 25 jaren be wogen wereldgeschiedenis,, welke achter ons lig gen. De schrijver begint met een bespreking van het voorspel van '14 en behandelt achtereenvol gens den wereldoorlog, de verschillende verdra gen, de oude en nieuwe staten van Europa, de „herrijzenis" van Duitschland, het Abessynische conflict, den Spaanschen burgeroorlog, de Duit- sche expansie en den jongsten oorlog. Ook aan hetgeen in deze kwarteeuw in andere deelen van de wereld aan politieke gebeurtenissen geschied de wij noemen den Chineesch-Japanschen oorlog wijdt de schrijver de aandacht.. Het werk dat van een aantal foto's en kaartjes voorzien is, telt pl.m. 380 bladzijden. Het is een uitgave van G. Naeff te 's-Gravenhage. De Nederlandsche Uitgeversbond te Amsterdam heeft den 16en jaargang van den catalogus „Het Ne derlandsche boek" laten verschijnen. Dit boek be vat een opgave van de in 1939 verschenen boeken. In de „Libelle-serie" van de Uitgeversmij. Bosch en Keuning N.V. te Baarn is verschenen: „De Zo merwind'' door Jo Kalmijn-Spierenburg. Chirurg, door prof. dr. Andreas Majocchi. Uitg. Zuid Hollandsche Uitgevers Mij. Den Haag. In „Chirurg" vertelt prof. dr. Andreas Majocchi zijn levensgeschiedenis. Dr. Majocchi is één der meest vooraanstaande chirurgen van Italië. Zijn levensgeschiedenis mag niet vol ups en downs zijn zijn leven wordt feitelijk gekenmerkt door één lange stijging. Zijn werk echter, brengt het boeiende element in het boek. De chirurgie noemt hij een Goddelijke kunst, een kunst, welke alleen met succes beoefend kan worden dooi* hem, die er zich geheel aan overgeeft en ook alles voor haar over heeft. Als hij over die Kunst spreekt vloeien de zinnen vlotter en komt er echte dramatische spanning. Majocchi vertelt van den verbeten ernst, waarmede om een menschenleven gevochten wordt. Hij beschrijft alle geheimen van de operatiezaal, de zaal, waarin het. mes tot redding van menschen- levens wordt gebruikt. De lezer van dit boek zal moeten bekennen, dat daarbij ware wonderen wor den verricht, wonderen, welke ook door niet-medici bewonderd zullen worden. Heerschers over Rusland, door E. J. Klinsky. Uitg. Zuid-Hollandsche Uitgevers Mij. Den Haag. In bijna 300 bladzijden vertelt de auteur de ge schiedenis van het Huis Romanoff, dat tot 1918 over Rusland heeft geregeerd. De grootste vertegen woordiger daarvan is geweest Peter de Groote, aan wiens levensbeschrijving dan ook de meeste aan dacht is besteed. Klinsky geeft geen dorre geschied schrijving verre van dat. Hij tracht in het wezen van elk lid van het Hujs Romanoff door te dringen, waarin hij soms goed is geslaagd. Zijn boek laat zich zeer vlot lezen en geeft een goeden kijk op de ontwikkeling van Rusland van Aziatischen staat tot Europeesche gx*ootmacht. Het werk is met vele mooie foto's verlucht. Weg met de Staketselen. Uitg. Schelten's Gil- tay Amsterdam. Die boek bevat een reeks opstellen, welke een bewerking vormen van een reeks voordrachten, onder den titel „Weg met de staketselen" voor de A.V.R.O.-microfoon gehouden. Daar het de bedoe ling der A.V.R.O.-serie was, een bijdrage te leveren tot slechting van de staketselen, die er tusschen de verschillende groepen van ons volk bestaan, tot een beweging voor eendracht van het land, heeft het boek, in verband met de onverwachte, maar stel lige actualiteit, verkregen, door de huidige inter nationale spanning, den ondertitel ontvangen: een boek voor dezen tijd. Het wil zijn een boek der ver troosting. De verschillende opstellen zijn verzorgd door: prof. R. Casimir; prof. dr. M. J. A. de Vrijer: dr. J. Eykman; prof. dr. S. F. H. J. Berkelbach van der Sprenkel; dr. F. H. Fentener van Vlissingen; prof. dr. P. Stegenga Azn.; prof. mr. Paul Scholten; prof. dr. F. C. Gerretson; prof. dr. F. Roels; prof. dr! P. Geyl; prof. dr. ir. J. Goudriaan en mgr. prof. dr. Andreas Rinkel. Bij zóó groote verscheidenheid van medewerkers moet er wat kaf onder het ko ren voorkomen. Het is echter miniem in verhouding tot het koren. Sommige opstellen zijn zeer goed en een herlezing dubbel waard. De bijdrage van prof. Geri'etson over: de moeilijkheden der internatio nale verhoudingen en de wegen, die kunnen leiden naar een oplossing, is zeer actueel en heetf geen deel uitgemaakt van de voor de A.V.R.O.-microfoon uitgesproken voordrachten. LICHTSEIN ONBEWAAKTEN OVERWEG iflNï Gp 4 October 1919 opger,'cj IJ Koninklijk Besluit van 4 October 1919 werd dc Hooge Raad van Arbeid in het leven geroepen, waarbij de bedoeling was, dat de Staat terug zou treden ten behoeve van het georganiseerde bedrijfsleven. Door het totstandkomen van de wet van 24 December 1927 kreeg deze Raad een wettelijke basis. Het was de toenmalige Minister van Sociale Zaken, Prof. Mr. P. J. M. Aalberse, die de vorming van dit college als eerste punt op zijn programma had staan. Deze bewindsman zweefde voor oogen, dat de ge organiseerde bedrijfsgenooten het onderling over bepaalde punten eens zouden worden, waarna de Overheid hieraan haar sanctie zou verleenen. De ze den Raad toegedachte functie is niet verwe zenlijkt, doch wel kan men zeggen dat een band is gelegd tusschen Overheid en bedrijfsleven, waarop Mr. Ir. A. W. Quint, secretaris van den Raad, wijst in een jubileum-artikel in de E. S. B. van 4 October. Samenstelling In de tegenwoordige samenstelling bestaat de Raad uit 6 ambtenaren, 13 wetenschappelijke le den, 16 werkgevers- en 16 werknemersleden. Te genover 32 vertegenwoordigers van het bedrijfs leven staan dus 19 leden van de z.g. „derde groep". Deze laatste groep had volgens de gedachte van Minister Aalberse de leiding moeten nemen bij het verkrijgen van overeenstemming tusschen werkgevers en werknemers. Deze taak is haar niet toebedeeld, maar niettegenstaande dat speelt zij een zeer belangrijke rol in den Raad. Niet alleen worden de z.g. Commissies van prae-advies steeds door een lid dezer groep gepresideerd, maar daar naast levert zij de deskundigen, die bij de zeer uiteenloopende onderwerpen steeds de noodige voorlichting verstrekken. De werknemersgroep bestaat uit vier delegaties van de voornaamste vakcentrales, terwijl de werkgeversgroep is samengesteld uit vertegen woordigers der verschillende centrale organisaties naast die van bepaalde vakvereenigingen. Ter wijl toch de industrie, middenstand en landbouw ieder door de centrales van drieërlei richting zijn vertegenwoordigd, treft men verder nog aan een drietal vertegenwoordigers van resp.: de Scheep- vaartvereenigingen Noord en Zuid, de Vereeni- ging tot behartiging van de belangen der Lim- burgsche Mijnindustrie, den Nederlandschen Tuinbouwraad en de Nederlandsche Maatschap pij voor Nijverheid en Handel. In 1927 is een poging gedaan om den Raad te maken tot een algemeen sociaal en economisch adviescollege. Het was het Kamerlid Prof. Ver aart die per amendement in de wet wenschte op te nemen dat de Raad van advies zou dienen over onderwerpen, welke de belangen van arbeid, han del en nijverheid raken. De Tweede Kamer ver klaarde op voorstel van den voorzitter dit amen dement ontoelaatbaar. De „derde groep" valt uiteen in de wetenschap pelijke en de ambtelijke leden. Tot de eerste groep behooren o.m. een belangrijk aantal hoog leeraren en andere deskundigen, zoomede de voorzitter van de Nederlandsche Maatschappij tot bevordering van de Geneeskunst. Tot de tweede groep behooren, behalve de secretaris-generaal van Sociale Zaken en de directeur-generaal van den Arbeid, de directeur van het Centraal Bureau voor de Statistiek, de chefs der afdeelingen Ar beid en Arbeidersverzekering van het Departe ment en de directeur van den Rijksdienst der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling. De Hooge Raad van Arbeid is het eenige tot nu toe door de Regeering ingestelde college, waarin het geheele bedrijfsleven organisch is vertegen woordigd, zulks in tegenstelling met den Econo- mischen Raad. Aanvankelijk was de Minister ambtshalve voorzitter van den Raad, terwijl een plaatsver vangend voorzitter door de Kroon uit de weten schappelijke leden werd aangewezen. Sinds de wettelijke regeling is de Raad in de keuze van zijn presidium autonoom. Werkwijze p, Brit het bedrijfsleven aan de verwachtingen^ -3 -eïdi n bovendo «Mi ^eide jlie van ieit. In 1 deze als instelling van georganiseerd 0 het bedrijfsleven aan de verwachting! daan en dat hij zich een blijvende r Nederlandsche staatsbestel heeft weten"'14 overen. Van verschillende zijden is we]«» merkt, dat de waarde der adviezen voor p' enten 31 een juiste groepeering der argumenten rnntrn- aan de meening der mi~J- dan ook in de adviezen een ruime nW den ingeruimd. MOlosj, e 1»1 ïOlK is c '•zaak, itkt kun WANNEER U EEN MENSCH ZIJT met een open oog voor den machtigen' strijd tusschen mensch en dier, dan genieten van het prachtige boek «A: Holesch: „DE ZWARTE HENGST BENTO' een Cultuurserie-roman met 64 uniek» omslag- en bandverzorging van Anton Een boek van onvergetelijke schoonheid ZORGT VOOR UW GEESTELIJK VOEta (Adv inge Toen Buis 158.300 Sinds jenden het .janzien doorg r hulp v tóeelinge AfQ< Waterstaats wenschen der Tweede Kamer, eroote men. Ii land bi tr,entaler Naar de plannen inzake geïnformeerd. erkeerscoordini^ Het zwaartepunt voor de werkwijze van den Raad wordt gevonden in zijn commissies. Bij de oprichting van den Raad werd een reeks vaste commissies ingesteld. Later is men overgegaan tot het instellen van commissies ad hoe, zij het, dat in 1937 een vaste commissie werd ingesteld op grond van de Wet tot het algemeen verbindend en onverbindend verklaren van bepalingen van C. A. O.'en. In deze commissies kunnen ook niet- leden van den Raad worden benoemd, van welke gelegenheid veelvuldig gebruik is gemaakt. De op gestelde prae-adviezen worden als regel in de ple naire vergadering van den Raad behandeld, wel ke vergadering meestentijds door den Minister wordt bijgewoond. In spoedeischende gevallen, of wel bij adviezen van teehnischen aard, gaat het advies rechtstreeks naar den Minister, waartoe de Voorzitter de bevoegdheid bezit. Ook bij de adviezen inzake algemeen verbindendverklaring van C. A. O.'en wordt deze verkorte procedure gevolgd. Bij de reorganisatie van den Raad in 1927 werd een zoo groot mogelijke zelfstandigheid ver kregen, o.m. tot uiting komend in de regeling van het voorzitterschap en het toekennen van het recht van initiatief. Daardoor is de Raad niet meer tot een passieve houding gedoemd, doch kan hij uit eigen beweging onderwerpen, die in ijn kring leven, aan de orde stellen. In de 20 jaren van het bestaan van den Raad zijn 121 adviezen uitgebracht, waarvan 18 betrek king hadden op verbindendverklaring van C. A. "."en; 15 hiervan zijn gepubliceerd. Tot de meest bekende adviezen behooren die, inzake de bedrijfsorganisatie (1923), herziening der sociale verzekering (1923), verbindendverkla ring der C. A. O.'en (1926), vereenvoudiging open bare uitvoeringsorganen der sociale verzekering ('29), Bedrijfsradenwet ('31), wijziging ongevallen wet 1921 ('38),Kinderbijslagverzek. ('38) en inzake de verplichte werkloosheidsverzekering (1939), alsmede de drie reeds geciteerde rapporten op eigen initiatief uitgebracht. Met de adviezen is voor een zeer groot gedeelte rekening gehouden. Slechts in 15 gevallen kan worden vastgesteld dat de Regeering er geheel of grootendeels van afgeweken is. De Secretaris van den Raad is van oordeel, dat Aan het voorloopig verslag over de begrooting en die van het Verkeersfonds volgende ontleend: Vele leden spraken de hoop uit, dat de krachtig zal voortgaan met het doen uitvoer* ör openbare werken. Zij verwachtten dat der* van Waterstaat, voorzoover dit van hem hieraan zijn volle medewerking zal verleend onder de thans ingetreden buitengewone omsiv. ia mog heoen zal deze vorm van werkloosheidhockl^ 1300 Hoewe onbf de 0 ril Duit jval e immers zeker niet gemist kunnen worden, Is het juist, zoo werd verder gevraagd, dst rjze va den aanvang der mobilisatie tal van aanC lïelek- gen van waterstaatswerken geen vooruitgang <4 - ben gevonden? Dit zouden vele leden betreure gaven echter uiting aan de hoop, dat deze 5 u stedingen alsnog zoo spoedig mogelijk zullen^ vinden. Gaarne zouden zij vernemen of dit De I het voornemen der regeering ligt. Kan er gerekend worden, dat de bouw van een tuïï Velsen en andere groote waterstaatswerken voortvarendheid zullen worden ter hand gene Eenige leden merkten op, dat ofschoon 3?- 'an rla 1 oppf jermeldi minister voorzitter geweest is van de sociaal-:-J"V'Tp cratische fractie in de Kamer en heeft medee^"^ de de toeften aan de totstandkoming van het Plan van ceoa beid, niets in de begrooting van zijn departej er op wijst, dat aan dit plan uitvoering wordt geven. De oorlogstoestand buiten onze gres aldus deze leden, kan geen belesel zijn voor hel voeren van dit plan, daar het immers juist bea welvaart te brengen door het stimuleeren van: wel alle takken van bedi*ijf, onafhankelijk va- buitenland. Deze leden zouden willen vernema hoeverre de minister alsnog uitvoering vanhetp! van den ai-beid wil bevorderen. Sommige leden informeerden naar de mogeM P heid van verdere inpolderingen. jozo Verscheidene leden vreesden, dat het-mstg trs schoon van ons land belangrijk zal worden gesca tjn door de uitvoering van verschillende xvaten'a (5(00 werken, welke ter bestrijding van de werkloca Kekelij worden ondernomen. Ook zou huns inziens ultn ring van het plan-Westhoff te veel grondend trekken aan het tex*rein, dat nog beschikbaar isb ontspanning in de vi'ije natuur. tem v ;::,der Intuss sed jeserve wllikei Mr. L. Vliegentbart. Benoemd tot rechter bij de Arrondissements rechtbank te 's-Gravenhage. Tot rechter in de Arrondissements Rechtbank te 's-Gravenhage is bij Koninklijk Besluit van 18 November benoemd mr. L. Vliegenthart, thans rechter in de Arrondissements Rechtbank te Haarlem. De heer Vliegenthart Is 17 Februari 1900 te Delft geboren. Hij studeerde te Leiden; nadat hij daar in 1924 afgestudeerd was, werd hij be noemd tot waarnemend griffier bij de Rechtbank in Den Haag en vervolgens tot substituut-griffier aldaar. Sinds November 1936 is hij rechter bij de Arr. Rechtbank te Haarlem. Verkeerspol Van vele zijden werd den minister verzocht dedeeling te willen doen van zijn plannen ten zien van de coördinatie van het verkeer. Verscheidene leden waren van oordeel, daij methode, welke de regeering tot dusverre heeft volgd om tot verkeerscoördinatie te komen, niet ct juiste is. Wat betreft de concurrentie tusschen spoor autobus ten aanzien van het personenverkeer^ ken sommige leden nog als him meening deze op den duur zal moeten worden opgelost!# de, desnoods gedwongen, opx*ichting van een i:> busmaatschappij, waarin alle lijnen zouden n«s worden opgenomen. Op die wijze zou men ook heid van tai'ieven kunnen verkrijgen. De begrooting van het Verkecrsfoti Gaarne zou men vernemen, welke plannen verdere reoi*ganistatie bij de spoorwegdirectie a bestaan. In het bijzonder werd de vraag gesteli: het in de bedoeling ligt nog meer lijnen geheel t gedeeltelijk voor het vervoer te sluiten. Deze vraag gaf verscheidene leden aanleiding waarschuwen tegen voortgaan met het sluiten vi lijnen. Vooral militaire belangen verzetten zich aal hun meening daartegen, maar ook belangen van iii platteland. Een deel dezer leden noemde als voorbeeld te ver gaande opheffing van lijnen de staking den dienst op het traject Zuidbroek—Stadskansi Eenige leden hadden vernomen, dat er plannen zouden bestaan om den dienst op dit traject te her openen. Zij zouden gaarne vernemen of dit gerra waarheid bevat. Van verschillende zijden werd gevraagd, plannen bestaan tot uitbreiding van de electrificari Eenerzijds achtte men verdei*e electri'icatie veel belang voor het publiek, omdat het reizen door woi*dt veraangenaamd en vei*sneld, en voorcl bedrijfsuitkomsten, omdat de ervaring leert, dat het aantal reizigers ex-door toeneemt. Anderzijds m tegen voortzetting van de electrificatie gewaar schuwd, omdat geëlectrificeerde lijnen in oorlop tijd kwetsbaarder zijn dan lijnen met stoomtrafi* Vele leden informeerden met groote belang^ ling, hoe het thans staat met de voorbereiding""' het z.g. vastrechttarief. Olifantje geboren in Circus Strassburger. AMSTERDAM, 22 November. Veel eerder ia verwacht werd, is heden in den vroegen morgö de menagerie van Circus Strassburger, dat op n« oogenblik in de hoofdstad optreedt, met een vroU' welijke olifant-baby uitgebreid. Het gewicht van het dier bedraagt 150 kilogranl. hetgeen wil zeggen, dat twee mannen noodig afl om het op te tillen. De hoogte is ongeveer 75 cent* meter. De moeder, Lisl, die ongeveer veertig Jatf oud is, maakt het goed. hebl iclievei Duits Hde c Zuii tachta: btell N- Verd isgiu ïch i ge bardee den of vuur a Het nn d ulon heht D;arb ?che v Til in de Ei MARKT WOERDEN. Aanvoer 258 partijen kaas: Met rijksmerk le kw- 30—32; 2e kw. 28—29.50. ERNSTIG ONGELUK BTJ BATAVIA. BATAVIA 22 November (Aneta/A. N. P-)- chauffeur van het Fransche consulaat-generaal nwn hedenmorgen met een auto, waarin geeQ P3*?-- giers waren gezeten, op den Matraman weg, M Meester-Cornelis, de fietsende mej. M. Sieger» aangereden, die op slag werd gedood. De chauffeur gooide het stuur om en r®, rijwielpad op, waardoor hij vier inheemsche vei) raakte, die allen zwaargewond werden. Onder n bevonden zich twee beambten van het Ceiw»' kantoor voor de statistiek.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1939 | | pagina 6