JCuasf
Minister van Boeijen lijdt een nederlaagje
4
STAATSLEENINC NIET VOLTEEKEND.
TUNGSRAM
Bij Ruwe
handen
PUROL
Zestienduizend ondeugdelijke gas
maskers in beslag genomen.
,'OENSDAG 20 DECEMBER 1939
TWEEDE KAMER
Geen politieke gevolgen.
luiderzeesteunwet-problemen
Critiek op de rede van minister
Bolkestein.
DEN HAAG, Dinsdag,
yoor het eerst sinds het optreden van het
ibinet-De Geer heeft een van zijn leden, te
gten Minister v. Boeyen, een nederlaag geleden
eenïg ernstig gevolg zal echter geen kwestie
want het betrof hier slechts een tegen-
jgje zonder de geringste politieke beteeke-
5.
In 1934 had de Regeering, dank zij een
delijke wijziging (aanvulling) van de
Miingwet de bevoegdheid gekregen om al te
Oote afwijkingen van het Regeeringsbeleid
zake den woningwetbouw dus in geval van
jningbouw met 'behulp van gelden uit de
liblieke kas tegen te gaan. De betreffende
paling' zou tot 1 Januari 1940 van kracht blij -
jn en nu lag er een wetsontwerp ter tafel om
Ie buitengewone Regeeringsbevoegdheid met
jjf jaar te verlengen.
'Hiertegen bleek echter
groote oppositie te be
staan. Zoowel de heer
Smeenk (a.r.) als de
hearen S t e ijn m e t z
(r.k.) B ommer(s.d.), de
Visser (comm.) moesten
er niets van hebben. In
hoofdzaak kwam hun be
toog hierop neer dat eener
zijds de praktijk aller
minst de behoefte, laat
staan de wenschelijkheid
van verlenging der wets
wijziging van 1934 be
lezen had en dat anderzijds het particulier ini
tiatief ten opzichte van den bouw van goed
kopere woningen in gebreke zou zijn gebleven.
Mevr. Mr. Mac'kay—Katz (c.h.) beweer-
ge, dat er wel degelijk behoefte bestond aan ver
lenging van de bijzondere Regeeringsbevoegdheid
sl erkende zij tevens, dat dergelijke bevoegd
heid natuurlijk goed moet worden toegepast.
Volgens den Minister zou dank zij de werking
Ier in 1934 toegekende bevoegdheid ordening op
1 terrein van woningbouw bereikt zijn en was er
waakt tegen den bouw van te dure arbeiders
woningen. Zou de wetswijziging niet langer
ran kracht blijven, dan zou men krachtens de
provinciale wet moeten gaan optreden (vernie
tiging van woningbou-w-besluiten op grond van
strijd met 't algemeen belang), maar daardoor
touden de zaken in een gansch andere sfeer ge
raken. Nu de woningwet binnenkort toch van de
helling gaat, ware het 't beste de bestaande
machtiging met vijf jaar te verlengen. Wat wo-
Dingcommissies aangaat, daarvoor hebben we
geen geld en bovendien kan krotopruiming 'ook
daarzonder plaats hebben.
Na re- en dupliek, verwierp de Kamer het ver-
lengings-ontwerpje, bij gemengde stemming,
met een zeer groote meerderheid, nl. met 52—
19.
De voor 1938 voorgestelde verhooging van de
Uitgaven van het staatsbedrijf der Landsdruk
kerij in verband met uitbesteding van werk bij
derden, deed Mr. Wen delaar (Lib.) waar
schuwen tegen een te veel
aan zich trekken van par
ticulier werk, tegen te groo
te expansiezucht der Lands
drukkerij. Mi'. Teulings
(R.K.) meende echter en
minister, die dit ontwerp
z. h. st. doorkreeg, was
het met hem eens dat
het aanhangige ontwerp
juist toont, dat het bedrijf
rijn capaciteit niet wil uit
breiden; vandaar immers de
uitbesteding van werk aan
derden.
Zonder de overige afgedane hamerstukken te
vermelden kom ik thans terecht bij de beraad
slagingen over de begrooting van het Zuider-
zeefonds.
Hiervan zij genoteerd, dat de heer E b e 1 s
(V.D.) o.m. bezwaren maakte tegen de centrali
seering van den dienst der Zuiderzeewerken te
Zwolle en Kampen. Zit hierin niet de bedoeling,
vroeg hij zich af om den N.O.-polder van
Friesland af te trekken om dezen te voegen bij
Overijssel? Hiertegen zou spr. bij voorbaat be
swaar willen maken. Ir. v. d. W a e r d e n (S.D.)
merkte later op dat men ook wel eens zou kunnen
overwegen den Noord-Oostpolder en de beide
nog te maken zuidelijke polders tezamen een
provincie te doen vormen.
Tot de verder aangevoerde onderwerpen be
hoorde natuurlijk o.a. ook weer de uitvoering van
de Zuiderzeesteunwet, waarover de heeren v. d.
a 1 (A.-R.)W ij n k o o p (Commun.) Algera
(A.-R.), Kievit (S.D.), Bakker (C.H.).
E'oels (V.D.) en nog anderen spraken, terwijl
voorts Ir. v. d. Waerden (S. D.) en Stuna
pel (R.K.) mee 'n aandeel in 't debat hadden.
Het wetsontwerp betreffende de gemeente
lijke, indeeling van den Noord-Oostpolder zoo
vernamen we verder van den minister van Wa
terstaat zal de Kamer spoedig bereiken. Op dit
oogenblik kan de minister hieromtrent niets
verder meedeelen, evenmin over de aangevoerde
vraag met betrekking tot de provinciale indee
ling.
Alle krachten zullen worden ingespannen voor
tok aanpakken van de drooglegging dei* Zuide
lijke polders. Zondier zich overigens ook maar
(enigszins te willen vastleggen op dlit punt gaf ir.
Albarda te verstaan, dat voorloopig zijn neiging
misschien iets meer uitgaat naar het denk
beeld v. d. Waerden (sd.) dan dat van den
beer V. d. Stumpel (r.k.)Eerstgenoemde meende
ie werken voor die beide Zuidelijke polders als
geheel en niet eerst weer de helft te doen aan
vangen, zooals de heer Stumpel had bepleit.
De minister verklaarde ondervonden te hebben
boe moeilijk het is in korten tijd de problemen
to verband met de uitvoering van de Zuiderzee-
iteunwet te beheerschen.
Aan ds. v. d. Zaal (a.r.), die een heelen klaag
zang en vele wenschen had
laten hooren, kon de minis
ter meedeelen, dat hij tal
van klachten heeft verno
men. Het liefste zou hij aan
alle klagers telkens vol
doening schenken, doch
steeds weer moet hij be
denken, dat bijkans geen
geval op zichzelf staat en
dat elk geval zijn conse
quenties kan hebben op
zeer groot gebied. Een recht
op volledige schadevergoe
ding valt aan deze niet niet
te ontkennen.
De minister erkent, dat de goede tijden van
tteleer voor de vissclierij-bevolking voorbij zijn,
41 kunnen ze wel weer eens terugkomen. In-
tusschen is er tot heden toe 16 imillioen gulden
aan Zuiderzeesteun uitbetaald, hetgeen toch
waarlijk niet zoo weinig is.
Overigens kan spr. er wel op wijzen, dat het
afgeloopen jaar de opbrengst van de visscherij
gunstiger is dan in 1938, speciaal als men let op
de gemiddelde besomming in de meeste (niet
in alle) Zuiderzee-gemeenten, zulks o.a. dank
zij de snoekbaars.
Mocht deze in 1940 minder opleveren dan
wordt daarmee gerekend bij den toeslag. De
gunstige beslissing dienaangaande is al geno
men.
Voor verbetering van de beroepsinstantie, ge
lijk o.a. de heeren Kievit (s.d.) en ir. v. d. Waer
den (s.d.) hebben aanbevolen, zal zorg worden
gedragen.
Tot besluit deed de bewindsman nog een hier
en daar vermoedelijk bevrediging schenkende
mededeeling, n.l. dat besloten is aan alle belang
hebbenden ex art. 6 (bedrijfssteun) en ex art.
13 (tegemoetkoming aan gezinnen) van de Zui
derzeesteunwet in de komende Kerstweek een
extra-uitkeering te doen van '25 procent.
Het slot dier discussies leiidide tot een vrij fel
debatje tusschen ds. v. d. Zaal (a.r.) en den
heer Bakker (c.h.); laatstgenoemde meende
tie -mogen zeggen, dat hij zulks voerde hij tot
eigen eer aan nog steeds een kind in de
politiek was gebleven! Tenslotte ging deze be-
gro'otdmg er z.h.st. door evenals die van de Wie-
ringermeer.
Begrooting van onderwijs.
Mr. Wendelaar (lib.) pleitte vol vuur voor
verlaging van de leerlingenschaal, vuur waarmee
hij zelfs een aangekondigde motie wist te smeden.
Ook de heer T h ij s s e n (s. d.) voelde in begin
sel veel voor den door den liberalen woordvoerder
uitgeoefenden aandrang i.z. wijziging van de leer
lingenschaal, doch hoofddoel van zijn rede was den
Minister van Onderwijs onder handen te nemen
wegens diens, ter jaarvergadering van den Vrijzin-
nig-Democratischen Bond, verkondigde stelling over
de openbare school, welke de heer Bolkestein als
een soort christelijk-humanistïsehe school had
schetst.
Ook Mevr. Mr. Bakker-Nort (v. d.) achtte
het bezwaarlijk dat de Minister de kwestie der
leerlingenschaal pas voor de begrooting 1941 onder
de oogen wil zien. Maar een motie achtte ze thans
feitelijk overbodig en bovendien feitelijk gericht
tot 't kabinet en niet alleen tot den Minister.Wat ove
rigens diens uiteenzettingen over de openbare school
gaat, spreekster trachtte daaraan een zoo on
schuldig mogelijken uitleg te geven. Hierna juichte
Dr. Vos (lib.) een spoedige wettelijke regeling, te
vens oplossing van de spellingskwestie en voorts
het aanleeren van het Wilhelmus toe.
Nadat de heer Zijlstra (a. r.) den Minister
ook een klein standje had gemaakt wegens zijn rede
over de openbare school, welke volgens den heer
Bolkestein niet een overkoepeling maar een eigen
richting beteekende, wijdden eerst de heer
Sleen (s. d.), daarna diens fractiegenoot Brug
man s aandacht aan het overdreven huiswerk.
Tot de verdere sprekers behoorden o.m. de nat.
soc. W oudenberg, die het niet bleek te kunnen
vinden met Erasmus, dien hij verfoeide als een hu-
manistischen cosmopoliet, voorts de heer Roos-
jen (a.r.) die het opnam voor de geschiedenis
leesboekjes in gebruik bij het bijzonder onderwijs,
die z.i. in orde zijn
Dr. M o 11 e r (r. k.) sprak zijn vertrouwen in den
Minister uit, toonde zich zeer verheugd over diens
plannen t. a.v. de spelling en verkondigde voorts,
dat de openbare school eigenlijk alleen aanvulling
van het bijzonder onderwijs moet zijn.
De heer v. Hoüten (chr. dem.) meende dat deze
bewindsman niets meer blijkt te willen doen dan zijn
vroegere voorganger Slotemaker de Bruine; in dit
verband uitte hij o.a. ook klachten met betrekking
tot de leerlingenschaal. Verder keurde spr. af wat
de heer Bolkestein ter vergadering van zijn partij
omtrent de openbare school had betoogd.
De heer Tilanus (c.h.) meende, dat er ten
onzent niet zoo bitter weinig voor ons onderwijs
wordt gedaan.
Tenslotte kwam spr. des middernachts terecht
bij vragen betreffende dubbele e en sch. Op dit late
uur moge met vermelding hiervan volstaan wor
den, al zij nog gereleveerd, dat de heer W ij n k o o p
(communist) betoogde, dat in vergelijking met den
onderwijsspecialist, die thans achter de Regeerings-
tafel zit, de heer Slotemaker de Bruine nog een
politiek-heilige figuur was geweest. Deze bewinds
man doet niets, luidde zijn grief.
Mr. Joekes bood den Minister een steuntje en
Loot hulptroepen aanrukken!
Bedrag van f 100 millioen ingeschreven.
Ter vervanging van
Uw oude buizen
DE VAN OUDS BEKENDE
RADIOBUIS
(Adv. Ingez. Med.)
onderstreepte hoezeer toe te juichen valt, dat we
thans achter de groene tafel een man zien zitten,
bil uitstek deskundig om voor 't middelbaar er
voorbereidend hooger onderwijs een goede regeling
tot stand te brengen, een der hoofdpunten van het
geen deze Minister beoogt. Wat nu diens te Utrecht
gehouden rede aangaat, daarin kon men een be
langrijk overzicht omtrent mogelijke en wenschelijke
onderwijs-vernieuwing beluistex-en. De door den
heer Bolkestein toen gebezigde formuleering om
trent de openbare school mocht inderdaad niet in
alle opzichten gelukkig geweest zijn, doch het ging
niet aan om nu al vast te stellen, dat deze bewinds
man de openbare school de nek wil omdraaien.
Daarvan is natuurlijk geen sprake.
Het was kwart voor een, toen de Minister van
Onderwijs gelegenheid kreeg om het zijne te zeg
gen, waarbij hij zich ook met het oog op 't late
uur tot de hoofdzaken wilde bepalen en dan
bovenal: de leerlingenschaal.
Op grond van de eischen van 'n goed geldelijk
beheer aldus stelde spr. voorop dwingt de
nood er toe, tal van kostbare onderwijs-wenschen
thans niet te verwezenlijken.
Verbetering van het onderwijs zij steeds 't streven,
doch daarvoor zijn niet altijd nieuwe uitgaven
noodig.
In 't afgeloopen jaar is", er ruim 205 millioen uit
de openbare kas aan onderwijs besteed.
De Regeering kan voorshands niet tot verlaging
van de leerlingenschaal overgaan, maar ze blijft
daarop voortdurende acht slaan. Het kabinet blijft
in dezen diligent.
En nu de rede in Utrecht. De Minister, zoo ver
klaarde hij, uitte zich daarin als volgeling van
wijlen Dr. Bos, de gedachte van samenwerking
tusschen openbaar en bijzonder onderwijs aanhan
gende. Erkend is en zij het goed recht der bijzon
dere school, omdat hetgeen de openbare school
biedt lang niet alle burgers kan voldoen.
Vereenvoudiging van de examen-eischen zal
bovenal noodig zijn om het onderwijs eenvoudiger
exi de huiswerk-taak geringer te kunnen maken.
Met 't oog op den overgang van lagere naar mid
delbare school zou men 't beste een afzonderlijke
klasse kunnen vormen waar een jaar lang wordt
gewerkt om dan te kunnen beoordeelen wie
schikt zijn om naar de middelbare school te gaan.
E. v. R.
Mr. DE GEER SPREEKT VAN EEN PROEF
Het A. N. P. heeft Dinsdagavond den minister
van financiën gevraagd naar zijn indrukken om
trent den afloop der staatsleemng.
De leening heeft niet opgebracht zei
Z.Exc. wat wenschelijk ware geweest. Er
is ingeschreven voor een kleine 100 mil
lioen. Met de 60 millioen, die bij de fondsen
geplaatst zijn, vormt dit slechts de helft van
het bedrag dat de regeering zich voorgesteld
had thans te consolideeren. Indien men uit
sluitend let op het bedrag, waarvoor de in
schrijving op de vrije markt was openge
steld, is het zelfs minder dan de helft.
Komt dit resultaat geheel onverwacht? vroegen
wij.
Met de mogelijkheid ervan is gerekend ant
woordde de minister al gaf natuurlijk de rede
lijke kans, die aanwezig geacht werd voor het te
gendeel, den doorslag bij het uitkomen met zulk
een groote emissie.
Het was in zekeren zin een proef ging de mi
nister voort en het kon niet anders zijn, om
dat van een vrijwillige leening in oorlogstijd geen
antecedenten voorhanden wareif. Gedurende den
jongsten wereldoorlog zijn alle staatsleeningen
,,semi-gedwongen" geweest; d.w.z. in de Leening-
wet stond dan reeds opgexiomexi de bepaling, dat
bij niet-slagen een gedwongen leenixig zou volgen
tegen een lager percentage, terwijl tevens voor
alle rubrieken van vermogens reeds aangewezen
werd voor welk bedrag alsdan zou moeten wor
den ingeschreven. Ieder kende dus zijn „compe
tente portie". Schreef hij bij de leening in voor
een lager bedrag dan waartoe hij bij de eventueel-
volgende gedwongen leening verplicht zou zijn,
dan liep hij een risico. Het risico namelijk om, bij
het mislukken der leening, het restant van zijn
„portie" te moeten opnemexi tegen onvoordeeliger
voorwaarden. Technisch was die zaak aldus ge
regeld, dat aan iedere obligatie van de aanvanke
lijke leening een „bewijs van inschrijving" ge
hecht was, dat bij een latere gedwongen leening
vrijstelde tot het reeds opgenomen bedrag.
Deze methode van den „stok achter de deur"
heeft in al die gevallen het beoogde resultaat ge
had. De in reserve gehouden gedwongen leening
heeft nooit toepassing behoeven te vinden.
Intusschen heeft de ervaring uit die jaren wel
geleerd, dat een dergelijke reeks van semi-ge-
dwongen leeningen minder gunstig werkt op het
staatscrediet. Het gevolg was dat toen enkele ja
ren na den porlog in 1922 voor het eerst weer
een zuiver vrijwillige leening werd uitgeschreven,
de voor de schatkist zeer onereuze bepaling moest
worden gemaakt, dat de leening, naar den toen-
maligen rentestand 6 pCt. rente bedragende, ge
durende tien jaren niet zou mogen worden
geconverteerd.
Eén en ander was reden, thans de proef te ne
men met een vrijwillige leening in oorlogstijd. Als
attractie werd daaraan verbonden de bekende be-
lastingbetalings-faciliteit. Ook van de werking
hiervan was geen antecedent. Want w e 1 was een
dergelijke faciliteit ook in een vroegere leening
reeds opgenomexi geweest, maar dit was de zui-
ver-gedwongen leening van 1919. In dat jaar
meende men namelijk dat het eenvoudiger was,
den indirecten dwang door een direeten te ver
vangen en dus dexi stok niet achter de deur te
houden, maar er terstond mee te werken. En de
belastingbetalings-faciliteit was nu niet bedoeld
als attractie, maar als soulaas. Zij stx-ekte om de
pil van den direeten dwang te vergulden.
Uit een en ander ziet gij besloot de minister
dat ditmaal een proef genomen werd, waarvan
nog geen antecedent voorhanden was en waarvan
dus de uitslag onzeker moest worden geacht. Dat
die uitslag niet meer bevredigend is geweest blijft
niettemin te betreuren.
GEEN AANKOOP VAN RUND(EREN IN Dl
KERSTWEEK.
In de week van 24 tot 30 December a.s. zal
de aankoop van runderen van, regeeringswege
op de verschillende veemarkten achtei*wege blij
ven. Ook op de markt te Utrecht op Zaterdag 23
December a.s. zal de Veehouderijcentrale geen
runderen afnemen.
verzacht en geneest
Dooi 30, Tube 45 c!. Bij Apoth. en Drogisten.
(Adv. Ingez. Med.)
Bij een autohandelaar te Haarlem.
Dank zij de oplettendheid van de politie is
voox-komen, dat een groot aantal landgenoo-
ten, die zich tegen eventueele gevaren uit de lucht
willen beschex-men, in het bezit van een ondeug
delijk gasmasker is gekomen, want bij eexi auto
handelaar aan het Tuinlaantje te Haarlem is
een partij van oxigeveer 16.000 stuks vaxi die
minderwaardige dingen in beslag genomen.
Van den Commissaris van Politie, den heer E.
H. Terxckirxck, vernamen we, dat het aan de re
cherche te Amsterdam ter oore was gekomen,
dat gasmaskers in den handel werden gebracht
voor het lage bedrag van f 1.50, een prijs, ver
beneden dien van zelfs het goedkoopste volks
gasmasker.
Uit een onderzoek naar de kwaliteiten van dit
masker bleek, dat het artikel in geen enkel op
zicht voldeed aan zelfs maar de geringste
eischen, welke men aan een gasmasker mag stel
len. De vullirigbus, die van primitieve samen
stelling bleek, was gevuld met een waardeloos
mengsel, niet in staat om welke chemische stof
ook te neutraliseeren.
De recherche kwam tot- de conclusie, dat men
hier met een vorm van oplichterij te doen had en
ging op ondei'zoek naar de herkomst der on
deugdelijke gasmaskers. Het spoor leidde naar
Haarlem, waar Dinsdagmiddag bij een auto
handelaar aan het Tuinlaantje een zeer groote
in Haarlem
en daarbuiten.
Een portret van Edmond de Goncourt
door Bracquemond.
Het is juist zestig jaar geleden dat Edmond
de Goncourt in zijn dagboek de volgende regels
schreef; (2 October 1879).
„Terwijl ik poseer voor mijn portret, vertelt
Bracquemond al teekenende, mij het een en
ander van zijn leven. Hij kreeg zijn opvoeding
in een manége en had eigenlijk stalknecht moe
ten worden. Maar toevallig woonde er in datzelf
de huis een leerling van Ingres, een zekere
heer Guichard, met wiens kinderen hij speel
de. Die heer Guichard liet hem wel eens wat
teekenen en toen hij zag dat hij daarbij het best
met de pen overweg kon, ried hij hem aan te
gaan gr aveeren".
Bracquemond wist toen nog niets van de pro
cédés af, doch een andere buurman bezat een
oude Encyclopaedic en'daaruit heeft de man die
een der knapste Fransche graveurs van de ne
gentiende eeuw zou worden, zijn eerste techni
sche kennis bijeen gezocht. Hij heeft moeilijke
en pijnlijke tijden moeten doormaken en ge
brek geleden, totdat de prentendrukker Delatre.
wien hij een paar gulden ter leen had gevraagd,
hem met een marchande d'estampes, madame
Avenin, in contact bracht, die hem door het
ergste heen hielp.
Toen Bracquemond ik meen in 1913 ge
storven was, heeft onze Jan Veth hem in de
Gids als een der bijzonderste grafische kunste
naars van zijn tijd herdacht.
En nu de geportretteerde. Het leven gaat zoo
snel dat velen lezers de naam Goncourt geheel
ontgaan zou, zoo er niet nog steeds de Académie
Goncourt bestond, die ieder jaar een litterairen
prijs van tamelijke beteekenis uitkeert voor de
beste litteraire prestatie, die het afgeloopen jaar
het licht heeft gezien.
Deze Edmond was de overgeblevene van twee
broeders, die, tot den dood van Jules, in 1870,
steeds hadden samengewerkt en een reeks ro
mans. tooneelstukken, kunsthistorische studies
en dagboekbladen hadden geschreven en door
hun positie als zeer vermogende celibatairs uit
eerste kringen, daarin overal geziene gasten en
graag gevolgde raadgevers in zake de dingen der
schoonheid waren. Zelf waren zij verzamelaars
dier schoonheid, in een tijd waarin voor veel
daarvan nog geen aandacht besteed was. Hun
huis was een museum geworden van dingen
waarvoor eerst later de oogen der meesten zouden
opengaan. En dingen die dan, nog later, objec
ten zouden worden van winstbejag en snobisme,
waarvan die vroegste, eerlijke schoonheidszoe
kers nog geheel vrij waren. De kunst van de
achttiende eeuw was omstreeks 1850 in Frank
rijk weinig bekend en zeker niet gewaardeei'd
als later. De Goncourts hebben, tusschen hun
vele litteraire werk door, van die belangrijke
kunstperiode producten verzameld en gegevens
over hun makers bijeengezocht en gepubliceerd,
welke laatste nog steeds bruikbaar materiaal
voor de kunsthistorie geacht worden. En in dien
tijd waarin de mooiste origineel-oude Japansche
houtsneden, lakwerk en pottebakkerskunst nog
in Parijs alleen maar als exotische curiositei
ten bekeken werden, de schoonheid er van nog
weinig begrepen werd en de handelswaarde ge
ring was, hadden de Goncourts er al gansche
voorraden van mede naar hun woning gebracht,
ze bestudeerd en er van genoten en de eerste,
half in romanvorm gegoten boeken over de Ja
pansche prentkunstenaars Outamaro en Ho-
kusai geschreven, die in Europa voor de Japan
sche houtsxiede een.we,g zouden openen naar ber
gen van litteratuur, door Duitschers, Engelschen
en Franschen nadien aan die materie gewijd.
En nu hebben wij nog slechts een paar gebieden
vaag aangeduid waarop de activiteit der Gon
courts zich bewogen heeft. Men gevoelt reeds
daai-uit de geheele geestelijke levenshouding de
zer werkers in wat slechts schoonheid voor het
oog en den geest is, hun afgekeerd zijn van het
gemengd nieuws van iederen dag en men be
grijpt hun verbaasd-zijn, die zich uit in een
dagboek-notitie van het jaar '78: Merkwaar
dig is toch die behoefte aan dramatiek bij de
menschheid. Als ze haar krant opneemt verveelt
ze zich als daarin geen sprake is van een oorlog
of op zijn minst van een moord op een vorst of
heerscher". Hoezeer wordt de menschheid
thans naar wensch bediend, en dreigt de
schoonheid in het gedrang te komen, als er niet
juist nu bij voortduring naar verwezen
wordt!"
En nu Bi-acquemond's geëtst portret. Een fij
nen kop had deze Edmond de Goncourt., met
iéts van een oud-militair er in, en ook veel van
den artist; met een prachtigen schedel en een
oogstand waardoor de blik het doorborende van
den speurder met de zekerheid van den weter
vereent. Maar het meest drukken hier de vingers
van de rechterhand uit. Die zijn lenig, sterk en
teer tegelijk en als getraind om kostbare kleine
voorwerpen voorzichtig en liefdevol te hantee-
ren. Edmoxid's verschijning heeft trouwens
meermalen de artisten van zijn tijd aangetrok
ken. Behalve Bracquemond hebben ook Gavarni,
De Nittis en vooral Eugène Carrière interessante
portretten van hem gemaakt.
Ons plaatje geeft de reproductie van een zeld-
zamen eersten staat der prent te zien. Dat wil
zeggen een afdruk van een koperen plaat, die
nog niet voltooid is. Kop en handen hebben den
graveur het eerst en het meest bezig gehouden,
de losgestrikte das is nog pas met een paar teere
lijntjes aangegeven; het kleedingstuk ontbreekt
nog. De Goncourt is geteekend in een kunst-
cabinet; aan den wand hangt een werk van
Olodion, daaronder een Japansch bronzen vogel.
Reeds in dezen nog niet definitieven staat is het
een important stuk werk, vol houding en waar
digheid.
J. H. DE BOIS.
partij gasmaskers in beslag kon worden gèno-
mem.
Bij onderzoek bleek, dat de autohandelaar
eexiigen tijd geleden een zeer gi'oote hoeveel
heid gelaatsstukken van afgekeurde gosmaskex'S,
afkomstig uit de militaire magazijnen der artil
lerie-inrichting aan de Hembrug had opge
kocht. De waarde van deze gelaatsstulcken be
stond uitsluitend uit het rubber materiaal,
waaruit deze vervaai'digd zijn. Bij verkoop door
de artillerie-inrichtingen vei*onderstelde men,
dat de opkooper uitsluitend de beschikking over
een groote partij rubber, die voor andere doelein
den bruikbaar is, wilde krijgen, inplaats daar
van ging de nieuwe eigenaar knoeien met vul
lingsbussen en axidere oxxdei'deelen, die hen aan de
gelaatsstukken bevestigde om den indruk te
wekken een volledig gasmasker in den handel te
brengen.
De Amsterdamsch recherche stelde de Haar-
lemsche politie van haar ontdekking in kennis;
gezamenlijk namen zij Dinsdagmiddag den voor
raad, die naar schatting uit 16.000 stuks be
stond, in beslag.
De politie had in één der dagbladen een adver
tentie gelezen, waarin medegedeeld werd, dat als
men een goedkoop gasmasker wilde koopen, on
dereen zeker nummer moest schrijven. De politie
schreef er óók op en zoodoende kwam zij er
spoedig achter, wie de leverancier van de on
deugdelijke gasmaskers was. Aan de Artillerie
inrichting had men hem nog gewaarschuwd, dat
hij de rubber gelaatsstukken niet als gasmas
kers mocht verkoopen. Er ontbrak dan ook het
vereischte Rijksmerk aan. Ook de politie waar
schuwde hem ernstig, want anders zou hij
moeilijkheden ondervinden.
De man adverteerde toen niet meer, maar ver
zekerde zich van de hulp van een tusschenper-
soon, die voor hem aan het werk ging. Maar om
dat het in de omgeving van Haarlem en Am
sterdam te gevaarlijk voor dezen ongeoorloofden
handel geworden was, koos hij een ander ter
rein uit. Hij ging o.a. naar Meppel, waar de
prullen voor f 1.50 te koop werden aangeboden.
Dit kwam ook aan de politie te Meppel ter oore,
die toen de Amsterdamsche politie waarschuwde,
zoodat de noodige maatregelen genomen konden
worden: De Haarlemsche autohandelaar kreeg
Dinsdagmiddag onverwacht bezoek van twee
Amsterdamsche en twee Haarlemsche recher
cheurs, die hem mededeelden dat zij de
partij in beslag kwamen nemen. Met een groote
vrachtauto wei'den de 16.000 rubber gelaats
stukken weggevoerd.
Van den heer Tenckinok vernamen we nog dat
de autohandelaar aan de Artillerie-inrichting
20 000 gelaatsstukken had opgekocht; hiervan
heeft hij er zelf 4000 als totaal waardeloos weg
gegooid.
Ten overvloede ging de Haarlemsche recherche
nog naar de Hembrug, waar de deskundigen de
dingen onvooi*waardelij;k afkeurden.
Inplaats dat de autohandelaar dus meende een
goede winst te kunnen maken, kreeg hij een
proces-verbaal De Haarlemsche politie zet het
onderzoeik nog voort.
Deze geschiedenis is een goede waarschuwing
voor het publiek om geen acht te slaan op
argwaan-wekkende goedkoope aanbiedingen,
maar alleen een gasmasker te koopen, dat van
het vereischte Rijkskeurmerk voorzien is, want
het leed zou bij een eventueelen gasaanval niet
te overzien zijn.
Eenige Friesche kanalen zijn
opengebroken.
Het vaarverbod op de kanalen Stroobos-Har-
lingen, Fonejacht-Lemmer en Fonejacht-Sta-
voren ls Dinsdagmiddag opgeheven. Op de ove
rige Friesche kanalen is het verbod nog van
kracht.
Om zes uur gisteravond is de ijsbreker „Trio"
in dienst van de Vereenïging tot IJsbestrijding
Harlingen—Leeuwarden, begonnen het kanaal
HarlingenLeeuwarden open te breken,