Het zilveren ambtsjubileum van
mr. dr. A. baron Röell.
Zwitserland's nieuwe president.
'p T N S D A G 16 JANUARI 1949
Treffende huldiging door de Provinciale Staten.
Koninklijke onderscheiding
p Heden, Dinsdag 16 Januari, herdenkt Mr. Dr. A.
•baron RÖell, Commissaris der Koningin in Noord-
Holland dén dag, waarop hij voor een kwart eeuw,
i:na lange jaren het burgemeestersambt van de
■^hoofdstad des lands te hebben bekleed, geroepen
'werd tot het ambt van Commissaris der Koningin
in Noord-Holland.
Dr. A. baron Röell.
Vijf-ep-twintig jaar dit ambt te mogen beklee-
iden is een voorrecht, dat weinigen gegeven is.
1 *Doch niet het feit der herdenking alleen, maar in
1 Me eerste plaats de superieure wijze, waarop Baron
-pRöell de hem toevertrouwde taak heeft vervuld,
a&jaakt dezen dag tot een feestdag in den waren zin
des woords.
p De leden der Provinciale Staten hebben zich bij
g"fleze gelegenheid dan ook vereenigd tot het bren
van een hulde aan den voorzitter van de ver
gaderingen van dit college. Weliswaar schept de
Wet geen gelegenheid daartoe een buitengewone
zitting te bestemmen, doch dit verhinderde aller-
Qjpiinst het organiseeren van een bijeenkomst, waar-
;eKop de gevoelens van hoogachting en vriendschap:
1 voor den hoogen jubilaris ondubbelzining aan het
15licht traden.
De huldiging der Staten.
Daartoe vereenigd-en hedenmorgen vrijwel alle
leden der Provinciale Staten zich in de groote zaal
het Gouvernementsgebouw te Haarlem, waar
aate half elf de Commissaris der Koningin met zijn
mpchtgenoote en verdere familieleden de zaal werd
binnengeleid door een commissie, bestaande uit de
heeren Asscher, Kooyman en den Griffier, Mr.
Stuf kens.
Alle leden verhieven zich van hun zitplaats en
Verwelkomden den Commissaris met handgeklap.
De heer H. van Boeyen, minister van Binnenland
issche Zakén, nam naast de familie Röell plaats,
Ook de hoofdambtenaren en de beeldhouwer
van Reyn namen een zetel in de zaal in.
flï De Statenzaal bood een gansch anderen aanblik,
fetjan tijdens de gewone zittingen. De tafels der Sta-
zo(,enleden waren allemaal verwijderd, zoodat er veel
hbiheer gelegenheid bestond, het aantal zitplaatsen uit
ie breiden.
■udi Uit het dak van het Gouvernementsgebouw woei
Inzie vlag; in de werkkamer van den Commissaris, in
le Statenzaal en in de recreatiezaal was een prach-
versiering van bloemen en palmgroen aange-
Als voorzitter der bijeenkomst fungeerde Mr. A.
lid van Gedeputeerde Staten en waarne-
Commissaris der Koningin, die een openings-
birede hield. j:
:en Hij richtte een speciaal woord van welkom to't
ieiröen minister van Binnenlandsche Zaken, den heer
j JH. van Boeyen, en tot Jhr. F. J. E. van Lennep,
vertegenwoordiger van H. M. de Koningin,
o: Het is mij een groot voorrecht de eerste te mo
gen zijn om u, onzen Commissaris-jubilaris, mede
namens alle aanwezigen, van ganscher harte geluk
te wenschen met dit zeldzame feest, waaraan zoo-
fywel Rijk ,als Provincie deel' hebben, maar de Pro-
vineie het méést, omdat wij u nooit hebben be-
schouwd en gij u nooit hebt getoono als den Rijks-
opziener, den Episcopus, maar in u zagen en zien
Jonzen Commissaris, den eersten ambtenaar in de
- Provincie, den voorzitter van Gedeputeerde Staten
en Provinciale Staten, die ons, dat is bet Gewest,
_steeds waardig representeerde naar buiten.
Ik haast mij, noemende de representatie, ook u,
mevrouw Röell, warmen dank te betuigen voor uw
en voortreffelijk'aandeel in dezen plicht,
die nu eenmaal den Gouverneur van een Gewest,
eigen is.
e. Mede hartgrondigen dank aan Zijne Excellentie
Minister van Bihnenlandsche Zaken, die door
."vjzijn komst en straks door zijn woord grootere
luister toevoegt aan dit feestgetij en dien ik, het
eerst van allen, zal verzoeken het woord te willen
s 'nemen. Daarna zal de oudste Gedeputeerde in zit
tingstij d en jaren, de heer Michels u toespreken en
Zonder twijfel memoreeren uw voornaamste taak
gedurende een kwart eeuw, nl. uw voorzitterschap
van Gedeputeerde Staten. Vervolgens is het woord
aan den heer Luden, oudste in jaren van alle Sta-
tenleden, die spreken zal namens bet Gewest, de
burgerij als zoodanig.
Tenslotte zal ik het woord geven aan den heer
Van der Wal, voorzitter der grootste fractie, om
u te huldigen als voorzitter der Staten van Noord-
Holland, en daartusschen in doemen verrassingen
op, die ik evenwel niet mag onthullen omdat bet
anders geen explosieve verrassingen meer zouden
Zijn.
Op één verrassing hopen wij echter nog: dat onze
Commissaris de rij der sprekers zal eindigen, in
dien hij daartoe lust gevoelt en aanleiding vindt.
Ziedaar de agenda.
De agenda van dezen feestdag, dag van vreugde
n en dankbaarheid. Een zeldzame dag.
.j Van vreugde, omdat het u en ons gegeven is een
25-jarig jubileum te beleven van den besten Com
missaris, dien Noordholland ooit gehad heeft. U
meent, dat ik in mineur spreek, waar ik in een
tafel-speech in kleinen kring van u sprak als den
besten Commissaris in Nederland, maar wij willen
geen andere 10 provinciën tegen ons opzetten en
ik beperk mij dus tot de intieme Noordhollandsche
opinie: Röell, de beste Commissaris, dien onze Pro
vincie ooit gehad heeft. En dezen behielden wij 25
jaren!
Daarom een dag van vreugde. O .ja, ik weet, dat
ket u Commissaris, nóg vreugdevoller zou stemmen
aan het begin dezer 25 jaren te staan, maar het
ware dan een andere dag, niet deze. zeldzame dag.
En dan, wij beleven toch een dag van intrede, nl.
van'een nieuwe periode, al durft zelfs mijn klate
rend optimisme geen nieuwe 25 jaren voorspellen.
Ook daarom mogen wij van een vreugdedag spre
ken, omdat hij geen uur van afscheid bevat.
Een dag van dank tevens, ja van dankbaarheid
vooral. Dezen te beleven is een geschenk van God
en ik durf 't met den psalmist uitroepen: Dit is de
dag, dien de Heer ons bereid heeft. En onze dank
gaat mede uit naar Hare Majesteit, die u benoemd
heeft en gehandhaafd, waardoor zij moeilijk maar
schoon Noordholland zéér bijzonderlijk aan Haar
verplicht heeft.
Moge ik eindigen met een wensdh, gedachtig het
Gallische woord: Tout casse, tout passe, tout lasse,
Diéu seul reste: in mijne vertaling: Allés, alles
stort inéén, maar staan blijft God alléén: Moge
deze Almachtige Geweldige als Liefderijke Trooster
naast u staan in uw verder leven tot loon van uw
onverdroten plichtsbetrachting gedurende 25 jaar.
Als geloovige kan ik u niets hoogers en kostbaar-
ders en heerlijkers toewenschen: God zegene Ba
ron Röell en zijn gezin! (Luid applaus).
Gelukvvensch van H. M.
de Koningin.
Het Statenlid Jhr. F. J. E. van Lennep, Ka
merheer van H. M. ide Koningin, wenschte den
Commissaris namens onze Vorstin geluk.
Rede van minister Yan Boeyen.
Hierna sprak de minister van Binnenlandsche
Zaken, de heer H. van Boeyen.
De minister verklaarde, dat hier een feestelijke
stemming den hoofdtoon voert. Hij voelde er zich
zelf trouwens, aan onderhevig. Spreker voelde zic'h
als een vreemdeling in een vreemd land, maar hij
dankte toch den president, dat hij het voorrecht
kreeg, dit schoone feest te mogen meemaken, om
een der beste Inwoners van Noord-Holland, baron
Röell, te eeren. De minister was eveneens dank
baar, dat hij als vreemdeling in dezen vreemden
kring iets mocht zeggen De Statenleden zijn hier
bijeen gekomen om hun Commissaris te danken en
te eeren. „Ik ben echter hier niet alleen als vreem
deling aanwezig maar ook als boodschapper van
de regeering des lands. Uw 25 jaren als Commis
saris zijn niet alleen Voor de provincie, maar ook
voor het heele land zeer zegenrijk geweest. Met
hooge waardeering heb ik uw arbeid gadegeslagen;
ik heb altijd de grootste belangstelling gehad voor
uw heldere adviezen. Ik was diep getroffen door
•het persoonlijk contact, dat ik met u mocht heb
ben. U bent niet alleen Commissaris der Koningin
van dit gewest, maar krachtens de bepalingen der
wet ook regeeringscommissaris. Als gij uw amb
telijke loopbaan eens zult afsluiten, dan zult gij
weinig vinden wat u in laatstgenoemde functie
hebt verricht U begreep, dat u als Commissaris der
Koningin veel meer mocht doen; met geheel uw
ziel hebt gij 25 jaar lang aan de belangen van het
gewest Noord-Holland gewijd. U zorgde er voor,
'dat de belangen der provincie en die van het land
op de beste wijze tot harmonie werden gebracht.
De regeering dankt u voor uw zegenrijken arbeid,
Ik hoop, dat gij nog vele jaren uw belangstelling,
aan deze provincie en aan hét land mag wijden én
'dat God u.-mag zégenen. Het is mij een vreugde,
u te kunnen mededeelen, dat liet H. M. de Ko
ningin behaagd heeft, u te benoemen tot comman
deur in de Orde van den Nederlandschen Leeuw".
(Luide toejuichingen).
De Minister verzoekt aan mevrouw Röell, de
schriftelijke mededeeling vandeze benoeming aan
haar echtgenoot te willen overhandigen.
Terwijl mevrouw Röell haar echtgenoot een kus
gaf, voldeed zij aan het. verzoek van den minister.
Rede van Gedeputeerde
A. W. Michels.
De heer A. W. Michels, die als oudste lid van
Gedeputeerde Staten in zittingstijd het woord voer
de, wenschte allereerst den Commissaris van harte
geluk met de zoo juist ontvangen koninklijke on
derscheiding en zei, dat beter dan wie ook, de
leden van Gedeputeerde Staten kunnen oordeelen
over de talenten en de werkkracht, de bestuurs
kwaliteiten en de uitmuntende kennis van ons ge
west van den jubilaris.-Alle leden van ons college
zoo ging spreker voort hebben van u in den
loop dér jaren veel geleerd en het vergaderen on
der uw leiding was elke week opnieuw een nuttige
en aangename bezigheid.
Met groote bewondering zijn wij steeds vervuld
van uw uitgebreide kennis van de zoovele en on
derscheiden zaken, 'die elke week in de honderden
dossiers in behandeling komen.
Ons college is politiek evenredig samengesteld en
hoewel het aantal zaken, waarover wij het altijd
eens zijn, veel grooter is, dan dat, waarover meer
of minder meeningsverschil bestaat, komt het na
tuurlijk voor, dat deze verschillen de moeilijkheid
om te besluiten vergrooten. Maar hoevele malen
waart u het, die na eindeloos geredekavel een mo
dus vond, waarmede wij het plotseling allen eens
waren.
Hier treedt misschien een uwer eigenschappen
op den voorgrond, waarover u zich tegenover ons
altijd beklaagt, nl. dat u geen verstand van politiek
hebt
Maar het zal hiermede wel zoo zijn, als met uw
bewering, dat u geen kranten leest, terwijl voort
duren blijkt, dat u desondanks toch wel weet wat
er in staat en ook wat er kennelijk onjuist in staat.
Er is tusschen de Staten en ons college steeds
een zeer goede samenwerking geweest en dit
heeft voor óns' gewest zegenrijke vruchten gehad.
Maar hoevele malen was het, die aan in de
Staten gelanceerde denkbeelden den juisten vorm
wist te geven, zoodat, hetgeen ons aanvankelijk niet
anders dan vaag voor oogen stond, tot gelukkige
uitvoering kwam.
Als we nu na 25 jaar de balans opmaken, ten
einde te kunnen nagaan hoe zich dit toezicht heeft
voltrokken, dan is. het met gröote voldoening, dat
we mogen erkennen, dat u als voorzitter van ons
college bij mijn weten nooit gebruik hebt gemaakt
van uw bevoegdheid, eenig besluit van ons college
ter vernietiging voor te dragen en dat het slechts
een heel enkele maal is geweest, dat u bij de dui
zenden adviezen aan de regeering van uw afwijkend
gevoelen kennis hebt gegeven.
Wijst dit eenerzijds op de uitstekende samenwer_
king, Ihet is ook een bewijs van uw wijs beleid en
groote bestuurservaring.
Ook u viel het wel eens moeilijk, een besluit
waarmede u het ganschelijk oneens waart, uit te
voeren. Maar wij hebben het steeds gewaardeerd,
dat u zich bij de beslissing der meerderheid hebt
neergelegd.
Wij danken u, geachte voorzitter voor alles, wat
u voor ons gewest hebt gedaan en wat u voor ons
in al die jaren geweest zijt. Wil naast dien dank als
bewijs van onze hulde en vriendschap aanvaarden
de versierselen van de hooge onderscheiding, u zoo
juist toegekend.
We hopen vurig, dat u nog lang in gezondheid
dit eereblijk zult mogen dragen.
Zich tenslotte tot mevrouw RÖell wendend,
wenschte spreker ook haar als trouwe en krach
tige steu nvan den jubilaris van harte geluk met
dezen dag.
Rede van den heer E. Luden.
De heer E. Luden sprak als oudste lid van de
Provinciale Staten namens die Staten en namens
de provincie Noordbolland, bij verhindering van
den heer Klaas de Vries; memoreerde welk een
prachtige carrière de jubilaris heeft gemaakt. Na
't ambt van burgemeester der gemeenten Leeuwar
den, Arnhem en Amsterdam, werd hij Commissaris
der Koningin in de-provincie Noordholland. In
vroeger tijd was dit ambt voor een groot deel een
eere-ambt. De werkzaamheden daaraan verbonden,
waren in -zekeren zin beperkt. Gedurende de vijf-
en-twintig jaren van de ambtsvervulling van den
jubilaris is dit in de provincie Noordholland an
ders geworden. In 19-16 brachten de groote dijk
doorbraken rampen over een belangrijk deel van
het noorderkwartier. Met groote energie heeft
Baron Röell het lenigen van de ontstane nooden
aangegrepen .Spr. somde verder op al hetgeen er
in de afgeloopen ambtsperiode in de provincie tot
stand is gekomen.
Spreker, wees tenslotte op het behartigen van de
representatieve functie door den jubilaris. Bij elke
belangrijke gelegenheid was Röell aanwezig.
Gaarne zou spreker nog meer in bijzonderheden
treden, doch hij wilde de wijze les, kort geleden
door den voorzitter van de Eerste Kamer gespro
ken ter harte nemen: „Laat uw woorden weinig
zijn, want de stem des zots komt door de veelheid
der woorden".
Echter „verba volent" en daarom wilden de Sta
ten een stoffelijk blijk van de erkentelijkheid der
provincie als een blij vend en stempel op dezen
feestdag aanbieden Spreker bood den heer Röell
een door den kunstenaar Van Reyn vervaardigd
marmeren borstbeeld aan, er de hoop bij uitspre
kend, dat het den jubilaris zou' mogen behagen aan
dit gedenkteeken' èen bestemming te willen ver
kenen, waardoor het in het midden der Staten zöü
kunnen blijven.
Hierna verzocht spreker aan freule Röell het
borstbeeld te willen onthullen.
(De zitting duurt voort
Het borstbeeld van den Commissaris der
Koningin in Noord-Holland, Mr. Dr. A. Baron
Röell, dat door den Haarlemschen beeldhouwer
Theo van Reyn in Franschen steen werd uit
gevoerd. Hedenmorgen is het beeld, dat in op
dracht van Gedeputeerde Staten is vervaardigd,
aan baron Röell, die zijn 25-jarig ambtsjubileum
als Commissaris viert, aangeboden. De Commis
saris heeft herhaalde malen bij den beeldhouwer
in diens atelier geposeerd.
Vliegtuig valt Engelschen
trawler aan.
LONDEN, 15 Januari (Reuter)De trawler
„Ivery" is op de -Noordzee door een Heinkel-
bommenwerper aangevallen.
De uit negen personen bestaande bemannini
is in een Schotsche haven aan land gegaan.
De Fransclie legerberichten.
Maandagavond: „Bedrijvigheid van patrouil
les en artillerie. Plaatselijke ontmoetingen tus
schen verkenningsaf deelingen"
Dinsdagmorgen: „Niets te melden".
Zijn oordeel over
i toekomst
van Zwitserland.
Zal de zomertijd langer duren?
Er wordt thans tusschen verschillende departe
menten volgens de Tel.- overleg gepleegd of de
Zomertijd dit jaar langer moet duren dan gewoon
lijk. Indien tot verlenging zou worden overgegaan,
zou men deze niet zoeken in een vroegeren aan-,
vang, maar in een latei' tijdstip van beëindiging.
Projectielen op Luxemburgsch
gebied ontploft.
LUXEMBURG, 15 Jan. (Belga) Vanmorgen om 6
uur 20 is tijdens een hevig artillerie-vuür dat was
ontketend tegen dé beneden-stad van Perl en aan
de Moezel, een granaat op den Luxemburgschen
oever ontploft, vlak bij een brug en op twintig we-
ter afstand van drie huizen, welke daar. staan. Gra
naatscherven kwamen terecht tegen de gevels van
die huizen, en drongen zelfs door deuren en ramen,
zonder echter iemand te kwetsen, daar de bewoners
zich nog te bed bevonden.
Volgens de „Luxemburger Zéitung" zouden even
eens drie of vier bommen Zaterdag j.l. zijn neerge
komen op het gebied van de Luxemburgsche ge
meente Burmerange. Op Schengen zijn zeven bom
men terecht gekomen.
Een der projectielen zou zelfs een storing in de
electriciteitsvoorziening hebben'teweeggebracht. Men
heeft niet kunnen vaststellen waar de bommen van
daan kwamen.
Minister Dupong heeft zich Zaterdagmiddag naar
Schengen begeven.
Is Kaganowitsj gefusilleerd?
LONDEN, 15 Januari CHavas). De corres
pondent van de '„Daily Herald-' te Kopenhagen
verneemt uit Tallin dat de afgezette volkscom
missaris voor de luchtvaart, Kaganowitsj terecht
gesteld zou zijn evenals generaal Zdanof de mili
taire gouverneur van Leeningrad, generaal Ve-
ressof en de voormalige ambassadeur van de
Sovjet Unie Helsinki, Devalanski. Deze laatste
zou Mos-kou verkeerde inlichtingen hebben ge
geven over de toestanden in Finland.
(Van onzen oorrespondent).
GCENèV'E, Januari 1940.
WITSEiRLAND heeft weder een nieuwen
president. De jaarswisseling heeft naar
vaste traditie ook weder een presidents
wisseling met zich gebracht. Wanner men
maar jong genoeg tot minister gekozen wordt
en de gezondheid sterk genoeg is om jarenlang
de lasten van het ministerschap te blijven dra
gen, kan men verscheidene malen president van
Zwitserland worden (de tegenwoordige minister
van buitenlandsche zaken Motta is reed-s vijf
maal president geweest en heeft goede kans ook
nctg een zesde maal als zoodanig te worden ge
kozen!), doch twee jaren achtereen lean men de
hoogste waardigheid van Zwitserland niet be-
kleeden. President Philip Etter, die ih 1939, het
jaar der Nationale Tentoonstelling van Zürich
en het jaar helaas ook der mobilisatie, zoo menig
maal de uitstekende vertolker van de gevoelens
van het Zwitsersche volk en zijn regeering ge
weest is, heeft de vorige week zijn hooge ambt
dus weder aan een collega-minister moeten
overdragen aan dr.. Marcel Pilet-Golaz, die reeds
in 1934 president van Zwitserland geweest is eh
thans in 1940 nogmaals eén jaar lang de
„primus inter pares" (de eerste onder zijns gé-
lijken) zijn zal.
Van politieke beteekenis is de presidentswisse
ling in Zwitserland niet. De president heeft
geenerlei bijzondere bevoegdheden van wet-
gevenden of uitvoerenden aard. Het eenige wat
hem bij de staatsleiding van zijn medemipisters
onderscheidt is, dat hij bij de besprekingen in
den ministerraad het voorzitterschap voert en
dat hij bij belangrijke gebeurtenissen als woord
voerder der regeering moet optreden. Voor het
overige is de president geheel de gelijke der
andere leden der regeering Hij blijft ook tijdens
zijn presidentschap de leiding houden van het
bijzondere departement, aan welks hoofd hij de
vorige jaren stond.
Toch zal de Zwitsersche bevolking in den loep
van het-jaar, telkens wanneer de president van
Zwitserland tot het volk zal spreken, bijzonde:
duidelijk bemerken dat een andere president
het staatshoofd van Zwitserland geworden is.
Want terwijl de presidenten uit de jaren 1938 en
1939, de heeren Baumann en Etter, die een
voudige gespierde taal pleegden te laten h-ooren,
die den burgers der kleine oude kantons van het
land eigen is, is Marcel PiletG-olaz meer de
man der elegante welsprekendhe.d, die men naar
Fransch voorbeeld in de Franseh-Zwitsersche
kantons pleegt aan te treffen. Nadat het Duitsch
twee jaren lang de eerste taal van den president
geweest is, zal thans het Fransch deze eere
plaats weder voor een jaar innamen.
President Pilet-Golaz behoort evenals zijn
vorganger Etter tot de jongste leden der Zwit
sersche regeering, die in den 68-jarigen. Motta
haar oudste lid heeft. President Pilet-Golaz is
op Oudejaarsdag juist 50 jaar geworden. Nadat
hij zes jaar lang de Benjamin der regeeriiif
weest was, verloor hij deze eigenschap in 1934,
t'oèh dé twee jaar jongere Etter tot'minister
gekozen werd." Pilet-Golaz heeft échter de onder
scheiding voor zich behouden de eenige Zwitser
te zijn, die nog vóór het bereiken van den 40-
jarigen leeftijd tot minister gekozen werd. Hij
was pas 38 jaar oud, toen Kamer en Senaat hem
in December 1928 tot opvolger van minister
Chuard benoemden. De omstandigheid dat het
de vaste gewoonte is, dat het grootste Fransch-
Z-witsersche kanton Vaud (Waadtland) steeds,
evenals de beide groobste Duitsch-Zwitsersche
kantons Bern en Zürich, in de uit zeven leden
bestaande regeering vertegenwoordigd is, was de
voornaamste oorzaak to.t deze eervolle onder
scheiding. Uit den kleinen kring van Waadtland-
sch'e parlementsleden, waaruit de 'keuze steeds
pleegt gedaan te werden, was Pile't—Golaz stellig
de bekwaamste, zoodat men over de bezwaren
van zijn jeugd maar heenstapte.
"f\/ir ARCEL PILET-GOLAZ, die te Lausanne,
Leipzig en Parijs in de rechten had
studeerd en zich vervolgens als advocaat te
Lausanne had gevestigd, was op 35-jarigen leef
tijd door het. kanton Vaud naar de Zwitsersche
Kamer afgevaardigd. Daar had hij zich door zijn
juridische kennis, scherpzinnigheid en helderen
betoogtrant terstond weten te onderscheiden.
Deze goede gaven heeft hij thans elf jaren lang
ook als lid der regêefing aangewend. Hij is
stellig de grootste juridische kracht der re
geering. Bovendien heeft hij als minister getoond
over een groot tactgevoel de beschikking te heb
ben, dat aan de belangen van het land zeer ten
goede is gekomen. Want sinds vijf jaren is
Pilet-Golaz de eenige vertegenwoordiger van
Fransch-Zwitsefland in de regeering. Telkens
wanneer zich de vraag voordoet, hoe ver de cen
trale Zwitsersche staatsbevoegdheid ten koste
van de kantonale vrijheden kan worden uitge
breid, is het Pilet-Golaz, die er voor zorgen moet
dat een regeling tot stand komt, die voor de op
hun kantonale bevoegdheden sterk gestelde
Fransch-Zwitsersche kantons duldbaar is, zondef
dat de algemeen-e staatsbelangen al te zeer door
toegeven aan de Fransch-Zwitsersche gevoelig
heden op dit punt geschaad worden. Het is voor
een groot deel aan den tegenwoordigen president
van Zwitserland en diens goed gevoel voor het
juiste midden te danken dat de tegenstelling
tusschen centralisten en federalisten in de laat
ste jaren geen al te scherpen vorm heeft aan
genomen. De gedachte van „eenheid in verschei
denheid" is steeds meer tot gemeengoed van
het geheele Zwitsersche volk geworden.
President Pilet-Golaz, die dit jaar voor de
tweede maal de hoogste waardigheid van het
land bekleedt, heeft in de groote Kathedraal
van Lausanne de hulde van de bewoners van zijn
getooortekantoh in ontvangst genomen,, die door
de ernstige tijdsomstandigheden natuurlijk
heel wat minder feestelijk gestemd was dan
in 1934, toen hij voor het eerst als president
de hulde zijner medeburgers met een woord van
dank beantwoordde. President Pilet-Golaz be
reidde zijn medeburgers voor op de zware lasten,
die hun in verband met den oorlog te wach
ten stonden, zelfs indien Zwitserland buiten
den strijd zelf zou kunnen blijven. Enorme geld
sommen zullen moeten worden opgebracht;
streng zal de dagelij ksche arbeid van een ieder
moeten zijn.
Bovendien zal men zich bewust moeten
zijn van de groote gevaren voor het behoud der
Zwitsersche neutraliteit. „Want weliswaar heb
ben Frankrijk en Duitschland beide nogmaals
aan de Zwitsersche regeering bevestigd dat zij
de Zwitsersche neutraliteit zullen eerbiedigen.
Doch soms kunnen de omstandigheden sterker
ziin dan de menschelijke wil. Wie zal zeggen,
Dr. Marcel Pilet-Golaz, do
beste jurist uit de regeering.
hoe ver de oorlog zich nog zal uitbreiden?,
Eeuwenoude rijken zijn verdwenen. Kleine vol
keren zagen hun souvereinitcit aangetast. Slechts
God weet, hoe ver de oorlog zijn verwoestingen
nog zal voortzetten".
„Deze woorden", zoo eindigde president Pilet-
Golaz zijn rede, „mogen u somber en ernstig toe
schijnen. Zij waren dit ook! Zijn de tijden zelf
niet eveneens ernstig en somber? Wij moeten,
gereed zijn, gereed tot alles; tot het vaak zoo
moeilijke geduld, gereed tot de zoo pijnlijke ont
beringen, gereed ook tot den zoo wreeden strijd*
Doch dit bewustzijn van de ons dreigende ge
varen mag ons niet tot pessimisten maken,
mag ons niet ontmoedigen. Hebt moed, bewaart
uw vertrouwen! De geschiedenis leert ons dat
het kwaad ten slotte steeds overwonnen wordt.
Op den langen duur zijn het de Vrede en d«
Liefde, die de overwinning behalen. Zoo heeft Gol
het gewild en God is het die beveelt. Laten wij
ons dus aan Hem toevertrouwen en smeeken da|
Hij ons ook thans beschermen moge, zooais Hij
zes eeuwen lang door alle woelingen der tijden
heen Zwitserland Zijn steun heeft verleend!"
In het verloop van zijn redevoering, die ook
door den opperbevelhebber van het Zwitsersche
leger generaal Henri Guisan werd bijgewoond,
die evenals president Pilet-Golaz een zoon van,
het kanton Vaud is (men begrijpt den trots der
Waadtlanders dat de twee hoogste landspostep
thans door medeburgers zijn bezet!), heeft presi*
dent. Pilet-Golaz ook nog betoogd dat de Zwifc
sersche neutraliteit niet slechts een nationaal
doch ook een Europeesch belanv is. Zwitserland
moet als neutraal land het vereenigingspunt
tusschen de groote beschavingen van Europa
blijven. Zwitserland moet door zijn neutraliteit
getrouw blijven aan zijn roeping in de wereld:
het levende bewijs te zijn, dat mensehen van
verschillende beschaving, ras taal en godsdienst
in Vrede en Liefde met elkander kunnen sa-men-*
werken. Zooals men weet, hebben ook de staats*
hoofden van Nederland en België meermalen,
verkondigd dat het een algemeen EuropeeScli
belang is, dat de kleine volken van Europa hun
neutraliteit zullen kunnen behouden.
B. DE JONG VAN BEEK EN DONK.
PRDEDAMMA
WOENSDAG 17 JANUARI 1940.
HILVERSUM L 1875 en 414.4 M.
VARA-Uitzending. 10.00—10.20 v.m. VPRO.
6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO.
8.00 Ber. ANP., gram.muziek, 8.15 Orgelspel. 8.-15
Gramofoonmuziek. 9.30 Keukenpraatje. 10.00
Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de con
tinubedrijven. 11,00 Causerie „Ziekenverpleging
aan' huis in moeilijke tijden". 11.30 Voor cie
vrouwen. 12,00 Gramofoonmuziek. 1.001.45
VARA-orkest. 2.002.55 en 3.00 Voor de vrou
wen. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Gramofoon
muziek. 5.45 Rosianorkest. 6.30 Lezing over na
turalisme. 7.00 VARA-kalender. 7.05 Felicitaties
7.10 Koorzang. 7.30 Bij bel vertellingen. 3.00
Herhaling SOS-,berichten. 8.03 Berichten ANP,
VARA-Varia. 8.20 Verkorte operette „Die schóne
Galathee". 9.00 Radiotooneel. 9.45 „The ihiima
Hawaiians" en orgels-pel. 10.00 Gramofoon
muziek. 10.15 Cello en piano. 10.40 Lezing over
hormonen. 11.00 Berichten' A.N.P. 11,10 De
Ramblers. 11.40—12.00 Orgel, cymbaal, xylo
foon en vibrafoon.
HILVERSUM II, 301,5 M.
NCRV-uitzending. 6.307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart.
8.00 Ber.ANP„ 8.05 Schriftlezing, meditatie, 8.20
Gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Gelukwenschen)
10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek.
11.10 Viool, piano en gramofoonmuziek. 12.00
Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek, (Om 12.30
Berichten ANP.), 12.40 Orgelconcert. 1.4-0 Zang
piano en gramofoonmuziek. 2.302,55 Gramo
foonmuziek. 3.00 Christ, lectuur. 3.30 Gramo
foonmuziek. 3.45 Christ, liederen. 4.30 Gramo
foonmuziek. 4.45 Felicitatiesc. 5.00 Voor de
jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 4.45 Felicitaties.
5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.00
Middenstandspraatje. 6.15 Gramofoonmuziek.
6.30 Taalles en technisch onderricht. 7.00 Be
richten. 7.15 Causerie „Op de bres voor Neder
lands onafhankelijkheid". 7.45 Gramofoonmu
ziek. 8.00 Berichten ANP., herhaling SOS-
berichten. 8.15 Gramofoonmuziek. 8.50 Causerie
„De Gereformeerde Kerken in Nederlandsch-
Indië". 9.20 Arnhemsche Orlcestvereeniging en.
solist. 10.05 Berichten ANP., actueel halfuur.
10.35 Gramofoonmuziek. Ca. 11.5012.00 Schrift
lezing.
ENGELAND, 391 en 449 M.
(Na 6.20 nam. ook 342 M.)
12,20 BBC-Northern orkest. 1.05 Causerie.
I.20 Berichten. 1.30 Zang. 1,502,20 R.A.F.-
Central-orkest. 3.20 Reportage. 3.40 Eddiei
Carroll en zijn dans orkest. 4.20 Berichten.
4.35 BBC-Schotsch Orkest. 5.20 Kinderhalfuur.
5.50 Revue-orkest. 6.20 Berichten. 6.35 Ac-
tueele uitzending. 7.05 Vioolduetten. 7.20 Me-
dedeelingen. 7.40 Variété. 8.20 BBC-sympho-
nieorkest. 9.20 Berichten. 9.35 Causerie „The
Opposition". 9.50 Variété. 10.15 Radiotooneel.
II.00 Spinetvoordracht. 11.20 BBC-Theater-
orkest. en -koor. 12.2012.35 Berichten.
RADIO-PARIS, 1648 M.
12.05 Zang. 12è20 Het Félix Raugel-koor. 1.05
Pianovoordracht, 1.35 Zang. 2.00 Gramofoonmu
ziek. 2,05 en 2.30 Trio Jean Manuel. 3.50 Ra
diotooneel. 4.50 Zang. 5.35 Het Victor Gentil*
kwartet en zang. 7.20 Lichte muziek. 7.50 Ra
diotooneel. 9.05 „Manon Lescaut", opera. 10.20
Zang. 19.35 Chansons. 11.20 De Vereeniging
voor oude instumenten .Jïenri Casadesus".
12.05—12.20 Dansmuziek (gr. pi.)
KEULEN, 456 M.
5.50 Herman Hagesteldt's orkest. 7.40 Gramo
foonmuziek. 9.30—9.50 Zang en piano. 10.50
Gramofoonmuziek. 11.20 Concert. 1.15 Muzikaal
tusschenspel. 1.35 Populair concert. 2.45 Muzi
kaal tusschenspel. 3.20 Voor de soldaten. 4,30
Gevarieerd programma. 5.45 Folkloristisch pro
gramma. 6.05 Gramofoonmuziek. 7.3512.20
Zie Deutschlandsender.
BRUSSEL, 322 en 484 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12,51 en 1.30 Om-
roepdansorkest, 1,502.20 en 6.00 Gramofoon
muziek. 6.50 Zang. 8.20 „Christophore Colomb"
opera. 10.3011.20 Omroepdansorkest,
BRUSSEL 484 M.
12.20 Gramofoonmuziek 12.50 en 1.30 Radio*
orkest. 1.50—2.20 en 5.20 Gramofoonmuziek.
5.35 Zimmer-kwartet. 6.05 Gramofoonmuziek.
6.35 Cellovoordracht. 6.50—Gramofoonmuziek.
8.20 Voor soldaten. 8.50en 9.45 Radio-orkest.
10.30—11.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.35 Blaasmuziek. 8.20 Erich Schneidewind's
orkest en solisten. 9.20 Berichten. 9.50 Jarp
Michalek's orkest, 10.20 Politiek overzicht,
Hieqia tot 12.20 Nachtconcert.