Het zilveren ambtsjubileum van mr. dr. A. baron Röell. Zwitserland's nieuwe president. 'p T N S D A G 16 JANUARI 1949 Treffende huldiging door de Provinciale Staten. Koninklijke onderscheiding p Heden, Dinsdag 16 Januari, herdenkt Mr. Dr. A. •baron RÖell, Commissaris der Koningin in Noord- Holland dén dag, waarop hij voor een kwart eeuw, i:na lange jaren het burgemeestersambt van de ■^hoofdstad des lands te hebben bekleed, geroepen 'werd tot het ambt van Commissaris der Koningin in Noord-Holland. Dr. A. baron Röell. Vijf-ep-twintig jaar dit ambt te mogen beklee- iden is een voorrecht, dat weinigen gegeven is. 1 *Doch niet het feit der herdenking alleen, maar in 1 Me eerste plaats de superieure wijze, waarop Baron -pRöell de hem toevertrouwde taak heeft vervuld, a&jaakt dezen dag tot een feestdag in den waren zin des woords. p De leden der Provinciale Staten hebben zich bij g"fleze gelegenheid dan ook vereenigd tot het bren van een hulde aan den voorzitter van de ver gaderingen van dit college. Weliswaar schept de Wet geen gelegenheid daartoe een buitengewone zitting te bestemmen, doch dit verhinderde aller- Qjpiinst het organiseeren van een bijeenkomst, waar- ;eKop de gevoelens van hoogachting en vriendschap: 1 voor den hoogen jubilaris ondubbelzining aan het 15licht traden. De huldiging der Staten. Daartoe vereenigd-en hedenmorgen vrijwel alle leden der Provinciale Staten zich in de groote zaal het Gouvernementsgebouw te Haarlem, waar aate half elf de Commissaris der Koningin met zijn mpchtgenoote en verdere familieleden de zaal werd binnengeleid door een commissie, bestaande uit de heeren Asscher, Kooyman en den Griffier, Mr. Stuf kens. Alle leden verhieven zich van hun zitplaats en Verwelkomden den Commissaris met handgeklap. De heer H. van Boeyen, minister van Binnenland issche Zakén, nam naast de familie Röell plaats, Ook de hoofdambtenaren en de beeldhouwer van Reyn namen een zetel in de zaal in. flï De Statenzaal bood een gansch anderen aanblik, fetjan tijdens de gewone zittingen. De tafels der Sta- zo(,enleden waren allemaal verwijderd, zoodat er veel hbiheer gelegenheid bestond, het aantal zitplaatsen uit ie breiden. ■udi Uit het dak van het Gouvernementsgebouw woei Inzie vlag; in de werkkamer van den Commissaris, in le Statenzaal en in de recreatiezaal was een prach- versiering van bloemen en palmgroen aange- Als voorzitter der bijeenkomst fungeerde Mr. A. lid van Gedeputeerde Staten en waarne- Commissaris der Koningin, die een openings- birede hield. j: :en Hij richtte een speciaal woord van welkom to't ieiröen minister van Binnenlandsche Zaken, den heer j JH. van Boeyen, en tot Jhr. F. J. E. van Lennep, vertegenwoordiger van H. M. de Koningin, o: Het is mij een groot voorrecht de eerste te mo gen zijn om u, onzen Commissaris-jubilaris, mede namens alle aanwezigen, van ganscher harte geluk te wenschen met dit zeldzame feest, waaraan zoo- fywel Rijk ,als Provincie deel' hebben, maar de Pro- vineie het méést, omdat wij u nooit hebben be- schouwd en gij u nooit hebt getoono als den Rijks- opziener, den Episcopus, maar in u zagen en zien Jonzen Commissaris, den eersten ambtenaar in de - Provincie, den voorzitter van Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten, die ons, dat is bet Gewest, _steeds waardig representeerde naar buiten. Ik haast mij, noemende de representatie, ook u, mevrouw Röell, warmen dank te betuigen voor uw en voortreffelijk'aandeel in dezen plicht, die nu eenmaal den Gouverneur van een Gewest, eigen is. e. Mede hartgrondigen dank aan Zijne Excellentie Minister van Bihnenlandsche Zaken, die door ."vjzijn komst en straks door zijn woord grootere luister toevoegt aan dit feestgetij en dien ik, het eerst van allen, zal verzoeken het woord te willen s 'nemen. Daarna zal de oudste Gedeputeerde in zit tingstij d en jaren, de heer Michels u toespreken en Zonder twijfel memoreeren uw voornaamste taak gedurende een kwart eeuw, nl. uw voorzitterschap van Gedeputeerde Staten. Vervolgens is het woord aan den heer Luden, oudste in jaren van alle Sta- tenleden, die spreken zal namens bet Gewest, de burgerij als zoodanig. Tenslotte zal ik het woord geven aan den heer Van der Wal, voorzitter der grootste fractie, om u te huldigen als voorzitter der Staten van Noord- Holland, en daartusschen in doemen verrassingen op, die ik evenwel niet mag onthullen omdat bet anders geen explosieve verrassingen meer zouden Zijn. Op één verrassing hopen wij echter nog: dat onze Commissaris de rij der sprekers zal eindigen, in dien hij daartoe lust gevoelt en aanleiding vindt. Ziedaar de agenda. De agenda van dezen feestdag, dag van vreugde n en dankbaarheid. Een zeldzame dag. .j Van vreugde, omdat het u en ons gegeven is een 25-jarig jubileum te beleven van den besten Com missaris, dien Noordholland ooit gehad heeft. U meent, dat ik in mineur spreek, waar ik in een tafel-speech in kleinen kring van u sprak als den besten Commissaris in Nederland, maar wij willen geen andere 10 provinciën tegen ons opzetten en ik beperk mij dus tot de intieme Noordhollandsche opinie: Röell, de beste Commissaris, dien onze Pro vincie ooit gehad heeft. En dezen behielden wij 25 jaren! Daarom een dag van vreugde. O .ja, ik weet, dat ket u Commissaris, nóg vreugdevoller zou stemmen aan het begin dezer 25 jaren te staan, maar het ware dan een andere dag, niet deze. zeldzame dag. En dan, wij beleven toch een dag van intrede, nl. van'een nieuwe periode, al durft zelfs mijn klate rend optimisme geen nieuwe 25 jaren voorspellen. Ook daarom mogen wij van een vreugdedag spre ken, omdat hij geen uur van afscheid bevat. Een dag van dank tevens, ja van dankbaarheid vooral. Dezen te beleven is een geschenk van God en ik durf 't met den psalmist uitroepen: Dit is de dag, dien de Heer ons bereid heeft. En onze dank gaat mede uit naar Hare Majesteit, die u benoemd heeft en gehandhaafd, waardoor zij moeilijk maar schoon Noordholland zéér bijzonderlijk aan Haar verplicht heeft. Moge ik eindigen met een wensdh, gedachtig het Gallische woord: Tout casse, tout passe, tout lasse, Diéu seul reste: in mijne vertaling: Allés, alles stort inéén, maar staan blijft God alléén: Moge deze Almachtige Geweldige als Liefderijke Trooster naast u staan in uw verder leven tot loon van uw onverdroten plichtsbetrachting gedurende 25 jaar. Als geloovige kan ik u niets hoogers en kostbaar- ders en heerlijkers toewenschen: God zegene Ba ron Röell en zijn gezin! (Luid applaus). Gelukvvensch van H. M. de Koningin. Het Statenlid Jhr. F. J. E. van Lennep, Ka merheer van H. M. ide Koningin, wenschte den Commissaris namens onze Vorstin geluk. Rede van minister Yan Boeyen. Hierna sprak de minister van Binnenlandsche Zaken, de heer H. van Boeyen. De minister verklaarde, dat hier een feestelijke stemming den hoofdtoon voert. Hij voelde er zich zelf trouwens, aan onderhevig. Spreker voelde zic'h als een vreemdeling in een vreemd land, maar hij dankte toch den president, dat hij het voorrecht kreeg, dit schoone feest te mogen meemaken, om een der beste Inwoners van Noord-Holland, baron Röell, te eeren. De minister was eveneens dank baar, dat hij als vreemdeling in dezen vreemden kring iets mocht zeggen De Statenleden zijn hier bijeen gekomen om hun Commissaris te danken en te eeren. „Ik ben echter hier niet alleen als vreem deling aanwezig maar ook als boodschapper van de regeering des lands. Uw 25 jaren als Commis saris zijn niet alleen Voor de provincie, maar ook voor het heele land zeer zegenrijk geweest. Met hooge waardeering heb ik uw arbeid gadegeslagen; ik heb altijd de grootste belangstelling gehad voor uw heldere adviezen. Ik was diep getroffen door •het persoonlijk contact, dat ik met u mocht heb ben. U bent niet alleen Commissaris der Koningin van dit gewest, maar krachtens de bepalingen der wet ook regeeringscommissaris. Als gij uw amb telijke loopbaan eens zult afsluiten, dan zult gij weinig vinden wat u in laatstgenoemde functie hebt verricht U begreep, dat u als Commissaris der Koningin veel meer mocht doen; met geheel uw ziel hebt gij 25 jaar lang aan de belangen van het gewest Noord-Holland gewijd. U zorgde er voor, 'dat de belangen der provincie en die van het land op de beste wijze tot harmonie werden gebracht. De regeering dankt u voor uw zegenrijken arbeid, Ik hoop, dat gij nog vele jaren uw belangstelling, aan deze provincie en aan hét land mag wijden én 'dat God u.-mag zégenen. Het is mij een vreugde, u te kunnen mededeelen, dat liet H. M. de Ko ningin behaagd heeft, u te benoemen tot comman deur in de Orde van den Nederlandschen Leeuw". (Luide toejuichingen). De Minister verzoekt aan mevrouw Röell, de schriftelijke mededeeling vandeze benoeming aan haar echtgenoot te willen overhandigen. Terwijl mevrouw Röell haar echtgenoot een kus gaf, voldeed zij aan het. verzoek van den minister. Rede van Gedeputeerde A. W. Michels. De heer A. W. Michels, die als oudste lid van Gedeputeerde Staten in zittingstijd het woord voer de, wenschte allereerst den Commissaris van harte geluk met de zoo juist ontvangen koninklijke on derscheiding en zei, dat beter dan wie ook, de leden van Gedeputeerde Staten kunnen oordeelen over de talenten en de werkkracht, de bestuurs kwaliteiten en de uitmuntende kennis van ons ge west van den jubilaris.-Alle leden van ons college zoo ging spreker voort hebben van u in den loop dér jaren veel geleerd en het vergaderen on der uw leiding was elke week opnieuw een nuttige en aangename bezigheid. Met groote bewondering zijn wij steeds vervuld van uw uitgebreide kennis van de zoovele en on derscheiden zaken, 'die elke week in de honderden dossiers in behandeling komen. Ons college is politiek evenredig samengesteld en hoewel het aantal zaken, waarover wij het altijd eens zijn, veel grooter is, dan dat, waarover meer of minder meeningsverschil bestaat, komt het na tuurlijk voor, dat deze verschillen de moeilijkheid om te besluiten vergrooten. Maar hoevele malen waart u het, die na eindeloos geredekavel een mo dus vond, waarmede wij het plotseling allen eens waren. Hier treedt misschien een uwer eigenschappen op den voorgrond, waarover u zich tegenover ons altijd beklaagt, nl. dat u geen verstand van politiek hebt Maar het zal hiermede wel zoo zijn, als met uw bewering, dat u geen kranten leest, terwijl voort duren blijkt, dat u desondanks toch wel weet wat er in staat en ook wat er kennelijk onjuist in staat. Er is tusschen de Staten en ons college steeds een zeer goede samenwerking geweest en dit heeft voor óns' gewest zegenrijke vruchten gehad. Maar hoevele malen was het, die aan in de Staten gelanceerde denkbeelden den juisten vorm wist te geven, zoodat, hetgeen ons aanvankelijk niet anders dan vaag voor oogen stond, tot gelukkige uitvoering kwam. Als we nu na 25 jaar de balans opmaken, ten einde te kunnen nagaan hoe zich dit toezicht heeft voltrokken, dan is. het met gröote voldoening, dat we mogen erkennen, dat u als voorzitter van ons college bij mijn weten nooit gebruik hebt gemaakt van uw bevoegdheid, eenig besluit van ons college ter vernietiging voor te dragen en dat het slechts een heel enkele maal is geweest, dat u bij de dui zenden adviezen aan de regeering van uw afwijkend gevoelen kennis hebt gegeven. Wijst dit eenerzijds op de uitstekende samenwer_ king, Ihet is ook een bewijs van uw wijs beleid en groote bestuurservaring. Ook u viel het wel eens moeilijk, een besluit waarmede u het ganschelijk oneens waart, uit te voeren. Maar wij hebben het steeds gewaardeerd, dat u zich bij de beslissing der meerderheid hebt neergelegd. Wij danken u, geachte voorzitter voor alles, wat u voor ons gewest hebt gedaan en wat u voor ons in al die jaren geweest zijt. Wil naast dien dank als bewijs van onze hulde en vriendschap aanvaarden de versierselen van de hooge onderscheiding, u zoo juist toegekend. We hopen vurig, dat u nog lang in gezondheid dit eereblijk zult mogen dragen. Zich tenslotte tot mevrouw RÖell wendend, wenschte spreker ook haar als trouwe en krach tige steu nvan den jubilaris van harte geluk met dezen dag. Rede van den heer E. Luden. De heer E. Luden sprak als oudste lid van de Provinciale Staten namens die Staten en namens de provincie Noordbolland, bij verhindering van den heer Klaas de Vries; memoreerde welk een prachtige carrière de jubilaris heeft gemaakt. Na 't ambt van burgemeester der gemeenten Leeuwar den, Arnhem en Amsterdam, werd hij Commissaris der Koningin in de-provincie Noordholland. In vroeger tijd was dit ambt voor een groot deel een eere-ambt. De werkzaamheden daaraan verbonden, waren in -zekeren zin beperkt. Gedurende de vijf- en-twintig jaren van de ambtsvervulling van den jubilaris is dit in de provincie Noordholland an ders geworden. In 19-16 brachten de groote dijk doorbraken rampen over een belangrijk deel van het noorderkwartier. Met groote energie heeft Baron Röell het lenigen van de ontstane nooden aangegrepen .Spr. somde verder op al hetgeen er in de afgeloopen ambtsperiode in de provincie tot stand is gekomen. Spreker, wees tenslotte op het behartigen van de representatieve functie door den jubilaris. Bij elke belangrijke gelegenheid was Röell aanwezig. Gaarne zou spreker nog meer in bijzonderheden treden, doch hij wilde de wijze les, kort geleden door den voorzitter van de Eerste Kamer gespro ken ter harte nemen: „Laat uw woorden weinig zijn, want de stem des zots komt door de veelheid der woorden". Echter „verba volent" en daarom wilden de Sta ten een stoffelijk blijk van de erkentelijkheid der provincie als een blij vend en stempel op dezen feestdag aanbieden Spreker bood den heer Röell een door den kunstenaar Van Reyn vervaardigd marmeren borstbeeld aan, er de hoop bij uitspre kend, dat het den jubilaris zou' mogen behagen aan dit gedenkteeken' èen bestemming te willen ver kenen, waardoor het in het midden der Staten zöü kunnen blijven. Hierna verzocht spreker aan freule Röell het borstbeeld te willen onthullen. (De zitting duurt voort Het borstbeeld van den Commissaris der Koningin in Noord-Holland, Mr. Dr. A. Baron Röell, dat door den Haarlemschen beeldhouwer Theo van Reyn in Franschen steen werd uit gevoerd. Hedenmorgen is het beeld, dat in op dracht van Gedeputeerde Staten is vervaardigd, aan baron Röell, die zijn 25-jarig ambtsjubileum als Commissaris viert, aangeboden. De Commis saris heeft herhaalde malen bij den beeldhouwer in diens atelier geposeerd. Vliegtuig valt Engelschen trawler aan. LONDEN, 15 Januari (Reuter)De trawler „Ivery" is op de -Noordzee door een Heinkel- bommenwerper aangevallen. De uit negen personen bestaande bemannini is in een Schotsche haven aan land gegaan. De Fransclie legerberichten. Maandagavond: „Bedrijvigheid van patrouil les en artillerie. Plaatselijke ontmoetingen tus schen verkenningsaf deelingen" Dinsdagmorgen: „Niets te melden". Zijn oordeel over i toekomst van Zwitserland. Zal de zomertijd langer duren? Er wordt thans tusschen verschillende departe menten volgens de Tel.- overleg gepleegd of de Zomertijd dit jaar langer moet duren dan gewoon lijk. Indien tot verlenging zou worden overgegaan, zou men deze niet zoeken in een vroegeren aan-, vang, maar in een latei' tijdstip van beëindiging. Projectielen op Luxemburgsch gebied ontploft. LUXEMBURG, 15 Jan. (Belga) Vanmorgen om 6 uur 20 is tijdens een hevig artillerie-vuür dat was ontketend tegen dé beneden-stad van Perl en aan de Moezel, een granaat op den Luxemburgschen oever ontploft, vlak bij een brug en op twintig we- ter afstand van drie huizen, welke daar. staan. Gra naatscherven kwamen terecht tegen de gevels van die huizen, en drongen zelfs door deuren en ramen, zonder echter iemand te kwetsen, daar de bewoners zich nog te bed bevonden. Volgens de „Luxemburger Zéitung" zouden even eens drie of vier bommen Zaterdag j.l. zijn neerge komen op het gebied van de Luxemburgsche ge meente Burmerange. Op Schengen zijn zeven bom men terecht gekomen. Een der projectielen zou zelfs een storing in de electriciteitsvoorziening hebben'teweeggebracht. Men heeft niet kunnen vaststellen waar de bommen van daan kwamen. Minister Dupong heeft zich Zaterdagmiddag naar Schengen begeven. Is Kaganowitsj gefusilleerd? LONDEN, 15 Januari CHavas). De corres pondent van de '„Daily Herald-' te Kopenhagen verneemt uit Tallin dat de afgezette volkscom missaris voor de luchtvaart, Kaganowitsj terecht gesteld zou zijn evenals generaal Zdanof de mili taire gouverneur van Leeningrad, generaal Ve- ressof en de voormalige ambassadeur van de Sovjet Unie Helsinki, Devalanski. Deze laatste zou Mos-kou verkeerde inlichtingen hebben ge geven over de toestanden in Finland. (Van onzen oorrespondent). GCENèV'E, Januari 1940. WITSEiRLAND heeft weder een nieuwen president. De jaarswisseling heeft naar vaste traditie ook weder een presidents wisseling met zich gebracht. Wanner men maar jong genoeg tot minister gekozen wordt en de gezondheid sterk genoeg is om jarenlang de lasten van het ministerschap te blijven dra gen, kan men verscheidene malen president van Zwitserland worden (de tegenwoordige minister van buitenlandsche zaken Motta is reed-s vijf maal president geweest en heeft goede kans ook nctg een zesde maal als zoodanig te worden ge kozen!), doch twee jaren achtereen lean men de hoogste waardigheid van Zwitserland niet be- kleeden. President Philip Etter, die ih 1939, het jaar der Nationale Tentoonstelling van Zürich en het jaar helaas ook der mobilisatie, zoo menig maal de uitstekende vertolker van de gevoelens van het Zwitsersche volk en zijn regeering ge weest is, heeft de vorige week zijn hooge ambt dus weder aan een collega-minister moeten overdragen aan dr.. Marcel Pilet-Golaz, die reeds in 1934 president van Zwitserland geweest is eh thans in 1940 nogmaals eén jaar lang de „primus inter pares" (de eerste onder zijns gé- lijken) zijn zal. Van politieke beteekenis is de presidentswisse ling in Zwitserland niet. De president heeft geenerlei bijzondere bevoegdheden van wet- gevenden of uitvoerenden aard. Het eenige wat hem bij de staatsleiding van zijn medemipisters onderscheidt is, dat hij bij de besprekingen in den ministerraad het voorzitterschap voert en dat hij bij belangrijke gebeurtenissen als woord voerder der regeering moet optreden. Voor het overige is de president geheel de gelijke der andere leden der regeering Hij blijft ook tijdens zijn presidentschap de leiding houden van het bijzondere departement, aan welks hoofd hij de vorige jaren stond. Toch zal de Zwitsersche bevolking in den loep van het-jaar, telkens wanneer de president van Zwitserland tot het volk zal spreken, bijzonde: duidelijk bemerken dat een andere president het staatshoofd van Zwitserland geworden is. Want terwijl de presidenten uit de jaren 1938 en 1939, de heeren Baumann en Etter, die een voudige gespierde taal pleegden te laten h-ooren, die den burgers der kleine oude kantons van het land eigen is, is Marcel PiletG-olaz meer de man der elegante welsprekendhe.d, die men naar Fransch voorbeeld in de Franseh-Zwitsersche kantons pleegt aan te treffen. Nadat het Duitsch twee jaren lang de eerste taal van den president geweest is, zal thans het Fransch deze eere plaats weder voor een jaar innamen. President Pilet-Golaz behoort evenals zijn vorganger Etter tot de jongste leden der Zwit sersche regeering, die in den 68-jarigen. Motta haar oudste lid heeft. President Pilet-Golaz is op Oudejaarsdag juist 50 jaar geworden. Nadat hij zes jaar lang de Benjamin der regeeriiif weest was, verloor hij deze eigenschap in 1934, t'oèh dé twee jaar jongere Etter tot'minister gekozen werd." Pilet-Golaz heeft échter de onder scheiding voor zich behouden de eenige Zwitser te zijn, die nog vóór het bereiken van den 40- jarigen leeftijd tot minister gekozen werd. Hij was pas 38 jaar oud, toen Kamer en Senaat hem in December 1928 tot opvolger van minister Chuard benoemden. De omstandigheid dat het de vaste gewoonte is, dat het grootste Fransch- Z-witsersche kanton Vaud (Waadtland) steeds, evenals de beide groobste Duitsch-Zwitsersche kantons Bern en Zürich, in de uit zeven leden bestaande regeering vertegenwoordigd is, was de voornaamste oorzaak to.t deze eervolle onder scheiding. Uit den kleinen kring van Waadtland- sch'e parlementsleden, waaruit de 'keuze steeds pleegt gedaan te werden, was Pile't—Golaz stellig de bekwaamste, zoodat men over de bezwaren van zijn jeugd maar heenstapte. "f\/ir ARCEL PILET-GOLAZ, die te Lausanne, Leipzig en Parijs in de rechten had studeerd en zich vervolgens als advocaat te Lausanne had gevestigd, was op 35-jarigen leef tijd door het. kanton Vaud naar de Zwitsersche Kamer afgevaardigd. Daar had hij zich door zijn juridische kennis, scherpzinnigheid en helderen betoogtrant terstond weten te onderscheiden. Deze goede gaven heeft hij thans elf jaren lang ook als lid der regêefing aangewend. Hij is stellig de grootste juridische kracht der re geering. Bovendien heeft hij als minister getoond over een groot tactgevoel de beschikking te heb ben, dat aan de belangen van het land zeer ten goede is gekomen. Want sinds vijf jaren is Pilet-Golaz de eenige vertegenwoordiger van Fransch-Zwitsefland in de regeering. Telkens wanneer zich de vraag voordoet, hoe ver de cen trale Zwitsersche staatsbevoegdheid ten koste van de kantonale vrijheden kan worden uitge breid, is het Pilet-Golaz, die er voor zorgen moet dat een regeling tot stand komt, die voor de op hun kantonale bevoegdheden sterk gestelde Fransch-Zwitsersche kantons duldbaar is, zondef dat de algemeen-e staatsbelangen al te zeer door toegeven aan de Fransch-Zwitsersche gevoelig heden op dit punt geschaad worden. Het is voor een groot deel aan den tegenwoordigen president van Zwitserland en diens goed gevoel voor het juiste midden te danken dat de tegenstelling tusschen centralisten en federalisten in de laat ste jaren geen al te scherpen vorm heeft aan genomen. De gedachte van „eenheid in verschei denheid" is steeds meer tot gemeengoed van het geheele Zwitsersche volk geworden. President Pilet-Golaz, die dit jaar voor de tweede maal de hoogste waardigheid van het land bekleedt, heeft in de groote Kathedraal van Lausanne de hulde van de bewoners van zijn getooortekantoh in ontvangst genomen,, die door de ernstige tijdsomstandigheden natuurlijk heel wat minder feestelijk gestemd was dan in 1934, toen hij voor het eerst als president de hulde zijner medeburgers met een woord van dank beantwoordde. President Pilet-Golaz be reidde zijn medeburgers voor op de zware lasten, die hun in verband met den oorlog te wach ten stonden, zelfs indien Zwitserland buiten den strijd zelf zou kunnen blijven. Enorme geld sommen zullen moeten worden opgebracht; streng zal de dagelij ksche arbeid van een ieder moeten zijn. Bovendien zal men zich bewust moeten zijn van de groote gevaren voor het behoud der Zwitsersche neutraliteit. „Want weliswaar heb ben Frankrijk en Duitschland beide nogmaals aan de Zwitsersche regeering bevestigd dat zij de Zwitsersche neutraliteit zullen eerbiedigen. Doch soms kunnen de omstandigheden sterker ziin dan de menschelijke wil. Wie zal zeggen, Dr. Marcel Pilet-Golaz, do beste jurist uit de regeering. hoe ver de oorlog zich nog zal uitbreiden?, Eeuwenoude rijken zijn verdwenen. Kleine vol keren zagen hun souvereinitcit aangetast. Slechts God weet, hoe ver de oorlog zijn verwoestingen nog zal voortzetten". „Deze woorden", zoo eindigde president Pilet- Golaz zijn rede, „mogen u somber en ernstig toe schijnen. Zij waren dit ook! Zijn de tijden zelf niet eveneens ernstig en somber? Wij moeten, gereed zijn, gereed tot alles; tot het vaak zoo moeilijke geduld, gereed tot de zoo pijnlijke ont beringen, gereed ook tot den zoo wreeden strijd* Doch dit bewustzijn van de ons dreigende ge varen mag ons niet tot pessimisten maken, mag ons niet ontmoedigen. Hebt moed, bewaart uw vertrouwen! De geschiedenis leert ons dat het kwaad ten slotte steeds overwonnen wordt. Op den langen duur zijn het de Vrede en d« Liefde, die de overwinning behalen. Zoo heeft Gol het gewild en God is het die beveelt. Laten wij ons dus aan Hem toevertrouwen en smeeken da| Hij ons ook thans beschermen moge, zooais Hij zes eeuwen lang door alle woelingen der tijden heen Zwitserland Zijn steun heeft verleend!" In het verloop van zijn redevoering, die ook door den opperbevelhebber van het Zwitsersche leger generaal Henri Guisan werd bijgewoond, die evenals president Pilet-Golaz een zoon van, het kanton Vaud is (men begrijpt den trots der Waadtlanders dat de twee hoogste landspostep thans door medeburgers zijn bezet!), heeft presi* dent. Pilet-Golaz ook nog betoogd dat de Zwifc sersche neutraliteit niet slechts een nationaal doch ook een Europeesch belanv is. Zwitserland moet als neutraal land het vereenigingspunt tusschen de groote beschavingen van Europa blijven. Zwitserland moet door zijn neutraliteit getrouw blijven aan zijn roeping in de wereld: het levende bewijs te zijn, dat mensehen van verschillende beschaving, ras taal en godsdienst in Vrede en Liefde met elkander kunnen sa-men-* werken. Zooals men weet, hebben ook de staats* hoofden van Nederland en België meermalen, verkondigd dat het een algemeen EuropeeScli belang is, dat de kleine volken van Europa hun neutraliteit zullen kunnen behouden. B. DE JONG VAN BEEK EN DONK. PRDEDAMMA WOENSDAG 17 JANUARI 1940. HILVERSUM L 1875 en 414.4 M. VARA-Uitzending. 10.00—10.20 v.m. VPRO. 6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Ber. ANP., gram.muziek, 8.15 Orgelspel. 8.-15 Gramofoonmuziek. 9.30 Keukenpraatje. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de con tinubedrijven. 11,00 Causerie „Ziekenverpleging aan' huis in moeilijke tijden". 11.30 Voor cie vrouwen. 12,00 Gramofoonmuziek. 1.001.45 VARA-orkest. 2.002.55 en 3.00 Voor de vrou wen. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Gramofoon muziek. 5.45 Rosianorkest. 6.30 Lezing over na turalisme. 7.00 VARA-kalender. 7.05 Felicitaties 7.10 Koorzang. 7.30 Bij bel vertellingen. 3.00 Herhaling SOS-,berichten. 8.03 Berichten ANP, VARA-Varia. 8.20 Verkorte operette „Die schóne Galathee". 9.00 Radiotooneel. 9.45 „The ihiima Hawaiians" en orgels-pel. 10.00 Gramofoon muziek. 10.15 Cello en piano. 10.40 Lezing over hormonen. 11.00 Berichten' A.N.P. 11,10 De Ramblers. 11.40—12.00 Orgel, cymbaal, xylo foon en vibrafoon. HILVERSUM II, 301,5 M. NCRV-uitzending. 6.307.00 Onderwijsfonds voor de Scheepvaart. 8.00 Ber.ANP„ 8.05 Schriftlezing, meditatie, 8.20 Gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Gelukwenschen) 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.10 Viool, piano en gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek, (Om 12.30 Berichten ANP.), 12.40 Orgelconcert. 1.4-0 Zang piano en gramofoonmuziek. 2.302,55 Gramo foonmuziek. 3.00 Christ, lectuur. 3.30 Gramo foonmuziek. 3.45 Christ, liederen. 4.30 Gramo foonmuziek. 4.45 Felicitatiesc. 5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 4.45 Felicitaties. 5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.00 Middenstandspraatje. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.30 Taalles en technisch onderricht. 7.00 Be richten. 7.15 Causerie „Op de bres voor Neder lands onafhankelijkheid". 7.45 Gramofoonmu ziek. 8.00 Berichten ANP., herhaling SOS- berichten. 8.15 Gramofoonmuziek. 8.50 Causerie „De Gereformeerde Kerken in Nederlandsch- Indië". 9.20 Arnhemsche Orlcestvereeniging en. solist. 10.05 Berichten ANP., actueel halfuur. 10.35 Gramofoonmuziek. Ca. 11.5012.00 Schrift lezing. ENGELAND, 391 en 449 M. (Na 6.20 nam. ook 342 M.) 12,20 BBC-Northern orkest. 1.05 Causerie. I.20 Berichten. 1.30 Zang. 1,502,20 R.A.F.- Central-orkest. 3.20 Reportage. 3.40 Eddiei Carroll en zijn dans orkest. 4.20 Berichten. 4.35 BBC-Schotsch Orkest. 5.20 Kinderhalfuur. 5.50 Revue-orkest. 6.20 Berichten. 6.35 Ac- tueele uitzending. 7.05 Vioolduetten. 7.20 Me- dedeelingen. 7.40 Variété. 8.20 BBC-sympho- nieorkest. 9.20 Berichten. 9.35 Causerie „The Opposition". 9.50 Variété. 10.15 Radiotooneel. II.00 Spinetvoordracht. 11.20 BBC-Theater- orkest. en -koor. 12.2012.35 Berichten. RADIO-PARIS, 1648 M. 12.05 Zang. 12è20 Het Félix Raugel-koor. 1.05 Pianovoordracht, 1.35 Zang. 2.00 Gramofoonmu ziek. 2,05 en 2.30 Trio Jean Manuel. 3.50 Ra diotooneel. 4.50 Zang. 5.35 Het Victor Gentil* kwartet en zang. 7.20 Lichte muziek. 7.50 Ra diotooneel. 9.05 „Manon Lescaut", opera. 10.20 Zang. 19.35 Chansons. 11.20 De Vereeniging voor oude instumenten .Jïenri Casadesus". 12.05—12.20 Dansmuziek (gr. pi.) KEULEN, 456 M. 5.50 Herman Hagesteldt's orkest. 7.40 Gramo foonmuziek. 9.30—9.50 Zang en piano. 10.50 Gramofoonmuziek. 11.20 Concert. 1.15 Muzikaal tusschenspel. 1.35 Populair concert. 2.45 Muzi kaal tusschenspel. 3.20 Voor de soldaten. 4,30 Gevarieerd programma. 5.45 Folkloristisch pro gramma. 6.05 Gramofoonmuziek. 7.3512.20 Zie Deutschlandsender. BRUSSEL, 322 en 484 M. 12.20 Gramofoonmuziek. 12,51 en 1.30 Om- roepdansorkest, 1,502.20 en 6.00 Gramofoon muziek. 6.50 Zang. 8.20 „Christophore Colomb" opera. 10.3011.20 Omroepdansorkest, BRUSSEL 484 M. 12.20 Gramofoonmuziek 12.50 en 1.30 Radio* orkest. 1.50—2.20 en 5.20 Gramofoonmuziek. 5.35 Zimmer-kwartet. 6.05 Gramofoonmuziek. 6.35 Cellovoordracht. 6.50—Gramofoonmuziek. 8.20 Voor soldaten. 8.50en 9.45 Radio-orkest. 10.30—11.20 Gramofoonmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.35 Blaasmuziek. 8.20 Erich Schneidewind's orkest en solisten. 9.20 Berichten. 9.50 Jarp Michalek's orkest, 10.20 Politiek overzicht, Hieqia tot 12.20 Nachtconcert.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1940 | | pagina 3