STALIN's POLITIEK
Ex Sovjet-diplomaat over
KI
De Amerikaansche politie.
E'
Alexander Barmine antwoordt op de
vraag: Waarom al die executies?"
Merkwaardig gebrek aan eenhei{
Meer Marxistische lectuur ver
nietigd dan in Duitschland
(Van een bijzonderen medewerker)
ORT voor den oorlog verscheen ln Parijs
een merkwaardig werk, dat in leidende
kringen zeer koel werd ontvangen.Wij be-
doelen het boek van den Russischen
vluchteling Alexander Barmine, getiteld: „Twin
tig jaren in dienst van de U. S. S. R.".
De hooge rang, dien Barmine in het Russische
ambtenarencorps heeft bekleed, was op zichzelf
al een reden om dit boek met meer dan gewone
aandacht te bezien. Na in Moskou te zijn opge
klommen werd hij consul in Perzië en daarop ge
zantschapssecretaris in Athene. Toen de gezant
overleed werd hij hoofd van de legatie aldaar met
den titel van tijdelijk zaakgelastigde.
Maar reeds naderde het onweer; zijn lauwe
houding en te critische geest hadden de aandacht
van Moskou getrokken. Barmine begon voor zijn
leven te vreezen: had hij onder zijn collega's al
niet veel gevallen van plotselinge verdwijning ge
zien? Toen hij eens op een geheel onverwacht
oogenblik ter kanselarij kwam, vond hij een on
dergeschikte bezig het slot van zijn schrijftafel
te forceeren. Een te hartelijke en te dringende
uitnoodiging van den gezagvoerder van een Rus
sisch handelsschip om den maaltijd aan boord te
komen gebruiken, opende hem geheel de oogen.
Hij is gevlucht en wel naar het land, waar reeds
zoo vele duizenden van zijn volksgenooten wonen,
zij mogen dan wit-Russen of uitgewekenen om
andere redenen zijn: Frankrijk.
Het was toen zomer 1937. Twee jaren later ver
scheen zijn boek.
Men kan zich voorstellen dat deze publicatie de
hooge Fransche instanties verre van aangenaam
was: er bestond Immers nog groote vriendschap
voor Rusland. Zoowel radio als pers wezen vrijwel
dagelijks op „de sterke militaire macht van Rus
land te land, ter zee en in de lucht". Had op dat
oogenblik van verschijnen reeds censuur bestaan,
het boek zou zich zeker gekendmerkt hebben door
een onnoemelijk aantal witte plekken.
Het werk werd natuurlijk doodgezwegen. Dit
kon echter niet verhinderen dat in een paar we
ken tijds al 2000 exemplaren hun weg vonden.
Doch sedert dat alles, welk een omwenteling op
het Europeesche schaakbord! Na een gloeiende
vriendschap, die met uitzondering van de Brest-
Litovsk periode en de Russische opmarsch in Po
len in 1920, drie en veertig jaren heeft geduurd,
kunnen verscheidene Parijsche persorganen thans
reeds openlijk schrijven dat het verdere verblijf
van den Russischen ambassadeur in Frankrijk
door hen ongewenscht wordt geacht.
Bezien wij dan het profetische boek van Bar
mine eens nader.
Men zal in dit werk vergeefs zoeken naar de
gewone sensatiedetails van de gruweldaden van de
Tsjeka. De schrijver, zcon van een onderwijzer
en een veldwachtersdochter, vertelt sober van
zijn politieke ervaringen. Hij somt dikwijls vrij
droog op, zooals een Engelsche rechter zou doen
aan het slot van een groot proces, maar zijn
boek is er te aangrijpender door. Hij laat door-
scheimlerien dat zijn communistische en mis
schien zelfs zijn socialistische denkbeelden een
flinken schok hebben gekregen, maar wat hij
geheel openlijk ten toon spreidt, dat is een
groote en door de omstandigheden melancho
lieke liefde voor zijn vaderland. De verklaring
„dit of dat kan ik niet zeggen, het zcu mijn
geboorteland schade doen", komt herhaaldelijk
voor en dit doet sympathiek aan.
Het boek wijdt natuurlijk veel aandacht aan
Stalin. Reeds in den aanvang wordt gerept van
„een weinig bekend lid van het Centrale Comité,
Stalin geheeten, die zeggingschap over een ca
valeriedivisie had en oorzaak werd van twee
gevoelige nederlagen tijdens den veldtocht tegen
Polen in 1920". Barmine geeft ock voorbeelden
om het „Aziatisch-rancuneuze" karakter van
den despoot aan te toonen. Generaal
Dimitri Schmidt, die hem in 1927 in
zijn ijdelheid had gekwetst en ook de
Don Juan-diplomaat Leon Karakhane, die hem
in amoureus vaarwater had dwars gezeten, zij
hebben lang genoeg geleefd om te merken dat
Stalin niets en nooit vergaf
Over de twee gebeurtenissen, die Europa in
rep en roer brachten, het verdwijnen van
generaal Koetjepof uit Parijs en de moord op
Ignace Reiss in de omstreken van Lausanne,
spreekt Barmine natuurlijk ook. Hij zegt dat
Reiss zijn doodvonnis teekende toen hij zijn
bekende bittere verklaringen in een Nederlandsch
persorgaan had gepubliceerd. Wat Koetjepof be
treft verklaart hij ten stelligste dai de offi-
cieele Russische diplomaten in Parijs (waartoe
Barmine op dat oogenblik behoorde) niets ervan
hebben geweten, maarnaast den ambassa
deur en zijn personeel, bestond in Parijs een
uitstekend georganiseerde afdeeling van de
Gepoe
Men moet een' Russisch ambassadeur dus ge-
looven als hij met de hand op zijn hart ver
klaart „niets, maar ook werkelijk niets te weten
van een of andere pijnlijke en tegen rechts
gevoel indruischende gebeurtenis".
Behalve veel tragisch komt ook humor om den
hoek kijken. Als bijv. de bevelen uit Moskou om
bepaalde Marxistische boeken uit de bibliotheken
der communistische cellen in het land van ves
tiging te doen schrappen, omdat zij niet meer
„orthodox" waren, steeds talrijker worden, merkt
Barmine droog op: „Wij verbranden waarlijk
meer boeken dan de nazi's en zeer zeker meer
Marxistische schrijvers dan zij".
Het boek bevat talrijke foto's, de onderschrif
ten zijn meestal vrij luguber: geëxecuteerd, ver
dwenen, vermoord. Men is bepaald verrast eens
een levenden bekende als Litvinof of Molotof aan
te treffen.
Er is ook een afdruk van de bekende ver?a-
melfoto van een dertiental Russische generaals
en politici. De Sovjetpropaganda had dit docu-
ment gemonteerd lang voordat er sprake was
van de geruchtmakende processen wegens hoog
verraad.
Weer valt in deze wrange afbeelding de fijne
kop op van den generaal Alskinis, chef van de
luchtvloot, „aan wien Rusland de buitengewone
kracht van dit wapen dankt, indien tenminste
niet zijn executie en de executie van zijn beste
medewerkers en ingenieurs, den uitvinder Tou-
polef aan het hoofd, onherstelbare schade heb
ben veroorzaakt".
De aanklacht tegen maarschalk Toechatsjefski
berustte op niets, zegt Barmine. Het is te onzin
nig om een seconde te gelooven dat bij de strenge
controle, die bestaat op alle gangen "an wien
ook, de maarschalk ook maar één enkele poging
had kunnen doen om met Duitschland te heu-
In het licht van wat er sedert Augustus is be
kend geworden over de Duitsch-Russische be
trekkingen, wint de meening van Barmine „dat
de aanklacht op niets berustte" nog meer aan
kracht, zij het dan op een wijze die de schrijver
niet vermoed heeft!
Maar waarom gelastte Stalin al die execu
ties?
Het boek antwoordt hierop en stelt Sta
lin's uiteindelijk doel in het licht: niemand
meer tegenover zich te hebben, die hem het
verlaten van het socialistische en commu
nistische ideaal van 1918 verwijten kan.
„En grootendeels is dat doel thans be
reikt"
Ofschoon het minder bekendheid geniet plaat
sen wij dit boek zeker naast het te New-York
niet lang geleden verschenen standaardwerk
van Boris Souvarin over Stalin.
KANTONGERECHT
Keesje de Ruyter biljartte te
Aalsmeer.
Overtreding van de Arbeidswet?
Voor de Aalsmeersche biljartliefhebbers was 22
December een groote dag. Op dien datum gaf het
biljart-wonder Keesje de Ruiter namelijk 's avonds
een séance in een café. Natuurlijk was de belang-
telling zeer groot en de faam van Keesje werd
eens te meer bevestigd. Alleen de arbeidsinspectie
was niet zoo erg met deze heuglijke gebeurtenis
ingenomen en zij maakte proces-verbaal op tegen
den café-houder omdat er des avonds na 8 uur in
het café werd gearbeid door iemand die iemand
was Keesje die nog niet den bij de wet vastge-
stelden leeftijd had bereikt. Een inspecteur van de
arbeidsinspectie verklaarde voor den Haarlemschen
Kantom-echter dat er volgens zijn meening wel de
gelijk een overtreding van de Arbeidswet was be
gaan.
De Kantonrechter merkte op, dat men toch van
biljartsport spreekt. Het gaat er nu maar om of
men in dit geval van arbeid mag spreken.
De Ambtenaar vond van wek Ook de biljart-
sport kent professionals; menschen, die van biljar
ten hun beroep maken en daarvan leven. Keesje
de Ruyter, zoo ging de Ambtenaar verder, is in de
rechtszaal een bekende verschijning geworden. De
bezigheden, die dit kleine jongetje in rookerige ge
legenheden moet verrichten is een vorm van kin
derexploitatie, die stuitend is. Waar het geld dat
hij verdient, blijft, weet niemand. Zijn vader geeft
hierover geen inlichting en zegt alleen, dat hij voor
zijn zoon een goed vader is.
Nadat de Rechtbank in Den Bosch den vader en
den impresario tot f 10 boete heeft veroordeeld
worden deze biljartvoorstellingen in het arrondis
sement Den Bosch niet meer gehouden. Thans pro
beert men het in de andere deelen van ons land.
De Kantonrechter van Alphen heeft indertijd een
vrijsprekend vonnis gegeven.
De Ambtenaar meende echter, dat het biljarten
van Keesje de Ruyter wel degelijk arbeid is. Er
wordt een contract tusschen den caféhouder en den
vader of impresario van Keesje afgesloten en de
caféhouder heeft recht op schadevergoeding als
Keesje niet zou komen. De Kantonrechter te Al
phen heeft in zijn vonnis bepaald, dat het biljèrt-
spel niet zou vallen onder de werkzaamheden, die
worden verricht in een koffiehuis. Het biljarten
als biljart-séance zoo meende de Ambtenaar
is echter wel arbeid in een café. Hij eischte daarom
een geldboete van f 20.
De inspecteur van de arbeidsinspectie vertelde
nog, dat er reeds eenigen tijd voor de biljart-séance
werd gehouden aanplakbiljetten in het dorp had
den gehangen. De Kantonrechter besloot over veer
tien dagen schriftelijk vonnis te wijzen.
Bouwer van de Siegfriedlinie in
Rusland.
CERNAUTI, 24 Januari (Havas). In
genieur Todt, de bouwer van de Siegfried
linie is te Lwow aangekomen en heden
ochtend, vergezeld van een aantal Dultsche
deskundigen en ingenieurs naar Moskou
vertrokken.
STOOMSCHIP „OOSTPLEIN" IN AANVARING.
ROTTERDAM 24 Janauri. Het 5059 ton groote
stoomschip „Oostplein" van de N.V. Scheepvaart
Maatschappij Millingen te Rotterdam is gisteravond
op een mijl ten zuiden van Dover in aanvaring ge
weest met een schip, waarvan naam en land nog
niet beleend zijn. De „Oostplein", die op weg was
van New Orleans naar Rotterdam, geladen met
maïs, kon op eigen kracht naar Dover opstoomen.
Hier zal de schade onderzocht worden. o
Erica Carnea, winterheide.
Wel een ieder zal de dophei kennen, die be
hoort tot het geslacht Erica, die meestal op
de vochtigste plekjes vam een heideveld staat
en iets eerder bloeit dan de gewone struikheide, de
Calluna vulgaris.
Maar niet iedereen zal weten, dat- er van Erica
een soort bestaat, de Erica carnea, die veel vroe
ger bloeit, al in het voorjaar, wanneer de sneeuw
nog in onze tuinen ligt en die ondanks die
sneeuw rustig door blijft bloeien.
EXAMENS.
Academische opleiding.
Bevorderd aan de Gem. Universiteit van Am
sterdam tot doctor in de geneeskunde op proef
schrift getiteld: „Over de regeneratie van de ute-
rusmucosa post partum": de heer E. C. Grave-
meyer geb. te Schipluiden, en op proefschrift geti
teld: „Een onderzoek naar de voeding ten platte-
lande van Nederland": mevr. C. Janse-Stuart, geb.
te Amsterdam.
Machinisten-examen.
Geslaagd voor het voorloopig diploma de heeren
E. R. Th. Les, te Haarlem; G. K. E. Hollmann, te
Driehuis-Wester veld en K. Bosscher, te Santpoort.
Erica carnea.
Erica carnea stamt oorspronkelijk uit het
Alpengebied, waar ze al vóór den winter haar
knopjes klaar heeft.- Ze begint daar in de Alpen
te bloeien zoodra de sneeuw smelt. Deze winter
hei of „Schneeheide", zooals ze in Zwitser
land wordt genoemd, bleek nu ook zeer geschikt
in onze Hollandsche tuinen te kunnen worden
aangeplant. Vooral in den rotstuin doet ze het
zeer goed. Ze heeft behoefte aan veen- of
boschgrond, moet matig vochtig worden ge
houden en verlangt zeer zeker ook zon.
Aan dit laatste moeten we wel degelijk den
ken. Zoo vaak wordt gedacht, dat heide niet
veel noodig heeft en op den armsten grond
wel kan groeien, maar ook voor de gewone heide
geldt die behoefte aan zon en licht. Let u maar
eens op wanneer u over een heivlakte loopt. Daar
waar een sparreboom staat, is rondom den
stam, op heel het gebied, waar de schaduw van
den spar valt, geen hei te bespeuren.
Van deze Erica carnea zijn in den loop der
jaren vele variteiten gekweekt, waarvan er
enkele reeds zeer vroeg bloeien. Erica carnea
hybr. Mrs. Sam. Doncaster bloeit van December
tot Maart met vleeschkleurig rose bloemen.
Erica carnea Queen of Spain bloeit van Januari
tot Maart met lichtrcse bloemen met paarse
meeldraden. Buitengewoon mooi is ook Erica
carnea hybr. Winter Beauty, die groote, zacht
karmijnrose bloemen heeft en bloeit van Janu
ari tot Maart.
Al deze soorten kunnen ook goed in bakken
langs een balkonrand worden gekweekt. Doordat
de bloemen meer op ooghoogte staan, zullen we
er vanuit de kamer al veel van kunnen
genieten. Vooral met strenge kou zullen we
er niet zoo vaak toe komen om in onzen tuin
rond te loopen om verder weg staande bloemen
te gaan bekijken. En de Erica-bloempjes zijn
snoezig en in verhouding tot den wilden stamvorm
ook vrij groot, maar zij zijn van dichtbij toch
nog oneindig veel mooier.
Er zijn nog vele andere variëteiten van de
Erica carnea, die meest allemaal in Februari
beginnen te bloeien. Er zijn er met roode, kar-
mijnroode, lichtrcse en witte bloemen. Ook in
de grootte der bloemen is vrij veel verscheiden
heid.
Een der allermooiste is de Erica carnea hybr.
King George. Deze heeft zeer groote bloemen
van een eigenaardige karmijnroode tint met een
purperen schaduw. De bloei hiervan begint ech
ter pas in Februari.
Maar zooals boven al is gemeld kunnen we
ook al in Januari bloeiende hei in den tuin
hebben.
A. J. D.
(Van onzen Amerikaanschen correspondent.)
R zijn in Amerika vele typisch-Ameri-
kaansche verschijnselen, Eén van de
meest typische en meest boeiende
is de Amerikaansche politie. Een cor
respondent is gast inde Vereenigde Staten
en gasten moeten beleefd zijn. Een gast zou
bijvoorbeeld niet beleefd zijn, wanneer hij zei
wat de Amerikaansche schrijver Henry Morton
Robinson gezegd heeft: „het gekste en minst ge
coördineerde ding in de Vereenigde Staten is
ons politiesysteem". Ik ben te beleefd om dezen
bekenden schrijver over Amerikaansche misdaad
en politie tegen te spreken. Integendeel: ik ben
het met hem eens: iedere Amerikaansche ge
meenschap: staat, stad, dorp en -gehucht heeft
zijn geheel aparte poditie, verdraagt geen in
menging of hulp van andere politiecorpsen en
werkt maar hoogst zelden met anderen samen.
Het resultaat Is dat er in de Vereenigde Staten
niet minder dan39000 geheel op zichzelf
staande politie-ïnstanties bestaan, hetgeen niet
alleen heel onpractisch is voor de politie, doch te
vens heel practisch voor hen die de wet overtre
den.
En zulke wetsovertreders zijn er in groote hoe
veelheid, al is de misdadigheid sinds de afschaf
fing van het drankverbod en de hoogtijdagen van
Al Capone en zijn grimmige vriendjes heel wat
afgenomen.
Hebt u er eenig denkbeeld van hoe groot het
verlies door diefstal jaarlijks in de Vereenig
de Staten is? Niet minder dan 150.000.000 dol
lar. En diefstal plegen schijnt hier aanlokkelijk
omdat de dief op z'n hoogst de gevangenis in
gaat. Dat het gestolene naar den bestolene
terug zou keeren daar heeft men hier nog
nooit van gehoord. En in één groote stad. zoo
vertelt bovengenoemde Henry Morton Robin
son, wordt er per week op ondeugdelijke chèques
300.000 uitbetaald. Wanneer een meneer in
Connecticut iets stouts heeft uitgehaald en die
meneer vertrekt daarna met pak en zak naar
New-York, dan vergezelt hem niets anders dan
een oprechte zucht van verlichting. Er gaat geen
waarschuwing van de politie van Connecticut
naar de politie in New-York: „die 'en die me
neer, die hier als een deugniet bekend staat,
woont nu bij jullie", laat staan dat er gezegd
wordt welke methoden die deugniet pleegt toe te
passen. Neen, de politie van Connecticut
denkt: „laten ze het in New-York maar zelf uit
vinden". En zoo gaat dat hier altijd.
Maar dit is nog niet het ergste gevolg van dit
gebrek aan eenheid bij de Amerikaansche poli
tie. Er zijn wel de politiecorpsen in de groo
te steden, die uitstekend zijn uitgerust met de
nieuwste politieele wetenschappelijke hulp
middelen en die derhalve doorkneed zijn in de
nieuwste politieele methoden. Dat zijn de corpsen
in de -groote steden. Maar die bewaren hun ge
heimen voor zichzelf en andere corpsen krijgen
daar geen deel van. Zoodat van 39.000 Ameri
kaansche politie-instanties er op zijn minst
38.000 zijn, die allen nog maar werken niet
knots, gummistok en handboeien. In het ééne
jaar 1933 zijn er in de Vereenigde Staten niet
minder dan 1.300.000 vrij ernstige misdaden be
gaan, waarvan 12.000 moorden en 90.000 over
vallen. Driekwart van deze zijn niet eens voor
den rechter gekomen.
U herinnert zich natuurlijk nog het geval-
Lindbergh.
Hier kwam de Amerikaansche knuppel- en
gummistokpolitie op haar slechtst te voorschijn.
Om maar weer eens Robinson aan het woord te
laten: het was een volkomen zinlooze uit
storting van politiemannen over het huis van de
Lindbergh's en de omgeving daarvan, zij spek
takelden in hun auto's en met hun motors de
wegen op en af en drukten alle sporen zoo diep
mogelijk weg in de Maartsche modder, systema
tisch ieder voetspoor, iederen vingerafdruk uit-
wisschende."
Misstanden.
E gewone gemiddelde Amerikaansche poli
tieman is een eerlijke plichtsgetrouwe ke
rel, wat wij zouden noemen „een gezelllige
aardige vent", maar volgens de mannen die
het kunnen weten heeft hij voor zijn verant
woordelijke baantje een slechte opleiding gehad.
Het is alleen weer in de groote steden dat dit
anders is en dat candidaten een politieschool
moeten bezoeken, maar dan nog duurt zoo'n
cursus nauwelijks drie maanden. Zoodra de po
litietaak ook maar eenigszins naar de weten
schappelijke gaat neigen is de gemiddelde New-
Yorksche politieman een volslagen leek. Er zijn
van die echt Amerikaansche" cijfers, die u in
Nederland een rilling over -den on-crimineelen
rug zullen doen loopen: negentig procent van de
lijfmisdaden in de Vereenigde Staten geschie
den met een schietwapen, en: ieder uur van
iederen werkdag wordt gemiddeld één Ameri
kaan door een verraderlijken kogel gewond of ge
dood. En toch zijn er maar 70 politiebureaux in
dit heele land, die een wapendeskundige tot hun
directe beschikking hebben.
Het „Bureau of Investigation" te Washington
beroemt er zich op dat het meer dan 4.00.000
vingerafdrukken bezit en dat er van alle kanten
van de wereld nog ongeveer 2200 per dag
komen. Maar een van de inspecteurs vasl
bureau, die op een inspectiereis was, rappor,
de dat er op honderden commissariaten yk
afdruk-kaarten rondslingerden, die nooit
Washington waren gezonden. De vingerai
is één van de nuttigste politie-,.wapenen" jM
strijd tegen de misdaad, maar op vele 4
kaansche politiebureaux wordt er niet de
ringste aandacht aan besteed. Wanneer de-
tie een verdachte heeft opgepikt is het haar
zijn crimineelen staat van ondienst vast tej
len en alle .feiten, die tegen hem zijn. in
zamelen. Dezelfde Henry Morton RqJ
schrijft letterlijk:,,maar daarvoor
sens noodig, wilskracht, vasthoudendheid, ri
ning en geduld en daar de meeste van'
eigenschappen op vele Amerikaansche po*
bureaux ten eenenmale ontbreken is er
schandelijk „derde-graad-verhoor" voor in
plaats gekomen. Rubber knuppels, halve
hongering en wreede kunstmatige slapt;
heid" worden gebruikt om bekentenissen te-
duceeren. In dit verband mogen ook wel d-
of liever: sommige gevangenissen worden
noemd. Op het oogenblik dat ik dit schrijf
alle Californische kranten vol van een oi-
zoek, dat staats-gouverneur Olsen in de ge:
genis Saint Quentin heeft ingesteld. Dat
zijn feiten tegen gevangenbewaarders aan
licht gekomen, die de haren ten berge j
rijzen. Af ranselpartijen zijn daar nog de 5.
erge van.
Hoopvolle geluiden.
MAAR op de beter voor hun taak beisk-
bureaux vervangt de wetenschap voor
belangrijk deel de derde-graadsche wreed:
Het belangrijkste onder deze wetenschap^
hulpmiddelen is de „Keeler Polygraph", fcf;
volksmond genoemd de „leugen-ontdekt
die reeds in ongeveer 5000 gevallen met si:
is gebruikt door den uitvinder dr. Leoa;
Keeler van de Northwestern Universiteit. 4'
niet alle politiemannen zijn van zulke nik
zaken overtuigd. Ik vroeg 'een politieman I
hij dacht van den „leugen-ontdekker", j
haalde zijn schouders op en hield zijn get
vuist voor mijn gezicht. „Dat is de beste leug»
ontdekker" zei hij.
Maar wij moeten niet al te critisch tegen-
sommige Amerikaansche politie-toestan
staan: Er is in de Vereenigde Staten zon
goeds en moois en verheffends te zien en t
wanneer er iets is, dat critiek rechtvaardig1,
er een verontschuldiging bij de hand, die on
op past: „Dit land is nog zoo jong".
Inderdaadhet is eigenlijk nauwelijks
menschenleeftijd geleden, dat dit groote li
pas met iets wat op een politiemacht geleö
begonnen En de misdadigers die men hier
voor slechts eenige tientallen jaren moest pa>
en straffen waren uit zulk soort hout gesrg
dat „lijfstraffelijke" methoden de eenige w
die een klein beetje indruk op hen konden:
ken. Bij alles wat ge in Amerika ziet bedenkt;
dit land heeft in decenniën bereikt, waar En-
eeuwen voor heeft noodig gehad. In heel;
opzichten is het de oude wereld met vlag
wimpel voorbij gestreefd; mag het dan in en»
andere opzichten niet te. achter zijn? Het:
dien achterstand trouwens spoedig genoeg;
halen. Ook op het gebied dat het onderwerp;
dezen brief is, want er zijn vele teekenen
verandering. Dnsr is bijvoorbeeld de recente:
richting van een politie-academie op het
mien van een militaire cadettenschool
Washington, die onder leiding en toezicht si;
van het departement van justitie. De studert-
daar zijn speciaal uitgekozen uit de veelbèlovd
elementen der politiecorpsen; de cursus
duren vier jaar en bevatten natuurlijk ook?
litieele, technische en chemische leervakken,!
het klein bestaat zoo'n academie reeds te ft
keley (Californië) waar August Vollmer, prof®
in de politiewetenschappen aan de Universa
van Chicago, de leiding heeft.
Op de credit-zijde van de Amerikaanse
politie vindt ge ook de zoogenaamde „G-me
de onoverwinnelijke mannen van de beroes
„Division of Investigation" (de onderzoekt'
divisie), die even wetenschappelijk een bail
rekening kunnen ontleden en een microsco"
hanteeren, als zij met revolver en geweer kunne
omspringen.
De „G" van „G-men" is dezelfde als dier;
„gun" geweer of revolver.
Er is in de Vereenigde Staten gemakk£i
emplooi te vinden voor 50.000 van die veelzijq
kranige G-men, in plaats van500, die:
in werkelijkheid zijn.
Goed geoefende oogen zien de wetenschap m
naar boven komen in de Amerikaansche p>
litiewereld in anwoord op de welig tiereas
Amerikaansche misdadigheid. Voor den belas
tingbetaler is dit een hoopvol geluid, wanti'
is geen nuttiger economische handeling dan t
uitroeiing van de misdaad. Voor den gangsK'
is het vooralsnog zwakke geluid niet prettig: t'
beduidt het naderende einde van zijn rijk e
luiheid en wetteloosheid. De eenigen, dit dit ge
luid nog niet hooren, zijnsommige polite
autoriteiten.
Het is welhaast een gemeenplaats te ze?£
dat Amerika het land van .de uiterste tegel
stellingen is. En toch moet uw correspondent
telkens weer constateeren. Nergens vindt gee:
grooter idealisme, beschaving, tucht, netheid,
eerbied voor den mensch en het mensch#
leven dan hier nergens vindt ge ook
tegenovergestelde in zoo groote en hevige n
Midden in dit boeiende tafereel staan ee
rechterlijke macht en een politie, waarvan i
eerste nog meer dan de tweede dezelfde teg£
stelling te zien geeft: volstrekte onkreukbaar^
naast totale corruptie. De oorzaak van deze cor-
ruptiviteit is het feit dat zoowel de rechtsprekend!
als de controleerende macht invloeden ondft'-
gaat van de wetgevende macht, die soms vo«
geen middelen terugschrikt om haar politiek!
doeleinden te bereiken en hen die haar helpen
op haar beurt niet onbeloond laat.
Maar ook hier worden met kracht en voort-
varendheid misstanden opgeruimd. De kracht P
de voortvarendheid van de jeugd
Mr. E. ELIAS.
Dinges reed intusschen verder. Hij nader
de den lantaarnopsteker, die juist op rijn
laddei stond. Met zijn stuur tikte bij de
ladder opzij. De lantaarnopsteker greep
het boveneinde vast, viel enkwam
boven op de schouders van den drogist te
zitten. Dinges voelde dat hg ergens tegen
aen gereden was. „Wat een pech, wat e6B
De dorpsjeugd had schik in de acrobati
sche toeren van den motorrijder. „Dat is
er vast een uit het circus", werd er ge
zegd. De kinderen juichten den armen
Dinges, die daar geheel gratis een prach
tige voorstelling gaf, luid toe. Dat was
nog eens werk. Zoo iets had men nog
pjjumer gezien. De menschen liepen frnn
De vrouw van den drogist was dien mid
dag juist op visite. Zij leunde uit het
raam van haar gastvrouw, zag haar man,
dacht dat deze het heele dorp op stelten
zette en greep van woede de ladder beet,
toen deze onder het raam door schoof.
Maar o wee, door de vaart van den motor
het raam gesleurtf. J
De luchtverbindingen in de
Molukken.
MAKASSAR, 24 Januari (Aneta-A. N. P.)
Nadat de piloot van de K. N. I. L. M., de heer D!
Graaf, de plannen voor een lijn van Makasa!
naar Ambon en van Makassar naar Ternatetf
Menado had bestudeerd, vertrok hij naar Jak
nadat hij verschillende gegevens had verzam&
speciaal betreffende het gebruik van ampW®*
of landtoestellen. Met dit vraagstuk hangt waai'
schijnlijk ook de vraag samen of Ambon dan fit-
Makassar zal worden aangewezen ais uitgangs
punt. Sinds het vertrek van den heer De 0^
is echter in Makassar niets meer vernomen.
Aneta teekent bij het bovenstaande telegraB
nog het volgende aan: Ambon wordt het central!
punt voor de Groote Oost. Over de opening «f
de nieuwe luchtlijn is nog niets vastgesteld. Dit#
o.a. afhankelijk van de aflevering der bestel#
amphibie-toestellen, waaromtrent evenmin B*
inenteel iets kan worden gezegd,