IJmuider Courant
De sidfd
JmmoIP eiscfiw
f
r
1
2)e fBütteu in Tlawik
in Zuidoost Tlooweyen^
Kongsvinger wordt dapper
door de Noren verdedigd
Natuurleven.
wecden 7laotweqen aeocgeCegd
Duitschers in het noorden van Noorwegen
op den terugtocht?
UITGANG NO. 140
(.ourens
,..:-Uiigaven
i 93, Haarlem.
Coster. Maatschappij vooi
a Algem Drukkerij N.V., Gr.
Telefoon 10724 Bureau
Courant Kennemerlaan 42, Dmulden,
Sim Posigl'»3107" Alle Adv°'">ntiM.
dil blad. worden kosteloos
ÜAGBLAÜ VOOK VELSEJN. IJMU1DFN. SANTPOORT EN OMSTREKEN
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
voor
imen
Directie: P W PEEREROOM EN ROBER1 PEEREBOOM
HoofdredacteurROBERT PEEREBOOM
DINSDAG 16 APRIL 1940
Abonnementen per week 01254, pe< maand
/0.52J4, per 3 maanden ƒ1.55, franco per post
1.95 per kwartaal. Losse nummers 3 cent per ex,
Advertentiën: 1-5 regels 0.60. elke regel meer
ƒ0.12. BIJ abonnementen belangrijke korting.
Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
Advertenties van Vraag en Aanbod 1-3 regels
0-25, elke regel meer ƒ0.10
«rebeurt er?
menschen
verbazen er zich nu over dat men
nieuws
omtrent den oorlog in Noorwegen
wat er eigenlijk precies gebeurt.
^.'jgheid betreft verschillende hoofdstuk-
'X! eenvoudigst aangeduid worden met na-
Engeland, Noorwegen en Duitschland.
"'•erheerschende vraag onder hoofdstuk I is
'•-«middag tegen één uur eindelijk beant-
:f\'ant toen kwam van Engelsche zijde het
dat op verschillende punten aan de Noor-
Engelsche troepen aan land waren gezet,
ve lijding op til was kon men Zondagavond
ce26 Want toen werd medegedeeld dat de En-
een beroep op de Noorsche bevolking had-
aan om hun troepen huisvesting, voeding
Kwenschte voorlichting te verleenen waar
^ter daarom gevraagd zou worden.
•T ïjjk rijzen nu onmiddellijk volgende vragen.
'X ze geland? Hoe sterk zijn ze? In welke
rUkken ze op? Van dit laatste zal wel
genoeg iets blijken. Door de gevolgen na-
Maar de antwoorden op de eerste twee vra-
men niet spoedig vernemen. Vooral die op
-«de niet. Want de Engelschen zullen niet zoo
door teveel publiciteit de tegenstanders in
•hten. Evenmin als de Duitschers dat hebben
{in die ook nooit bekend hebben gemaakt hoe
den zjj op den eersten dag van hun aanval
aan land hebben gezet en hoeveel
doorwegen i
«•«rkingen zij
later hebben gezonden.
fy-'eden week keeft het Enëelsclle departement
Marine gezegd dat de vloot „een zwijgend wa-
Als de schepen met radio-uitzendingen niet
arzichtig zijn kan daardoor de tegenstander
prille peilen. Zoodat zij zwijgen als zij in actie
Maar het is niet alleen de vloot die veel zwij-
'moet: meer dan ooit sinds vliegtuigen zoo snel
tlaalse kunnen zijn. Hetzelfde geldt voor de
en natuurlijk niet alleen voor het Engelsche
p- oak voor het Noorsche en het Duitsche. Daar-
"wroi een door snelle berichtgeving zeer ver-
j-e wereld maar zoo spaarzaam ingelicht omtrent
tverloop der militaire gebeurtenissen en krijgt zij
(i te hooren aangaande troepensterkte. Omtrent
Isalste zijn er alleen wat geruchten, die geen
yde hebben en ramingen van de tegenpartij, die
aig waarde hebben en die ook wel eens opzette-
1 onjuist kunnen zijn. Want men werkt in zijn
;$-publiciteit niet alleen met directe propa-
;£j!ische middelen, maar ook met list. Ik vestig
eens de aandacht op deze dingen omdat zoo-
menschen schijnen te vergeten dat de in vroe-
ooriogen toegepaste geheimzinnigheid omtrent
orbereiding van krijgsoperaties en troepensterkte
j altijd toegepast moet worden. Dat de snelheid
technische nieuwsvoorziening zoozeer vergroot
'::engt daar geen enkele verandering in. Als de
•Ischen tevoren hadden laten weten dat hun
ansportschepen onderweg waren zouden die zeker
:or Duitsche vliegtuigen overvallen zijn. En nu
bericht hebben dat zij op verscheidene punten
[Noorwegen troepen aan land hebben gezet betee-
i dat niet, dat dit vlak tevoren gebeurd is maar
de landing al vele uren geleden, wellicht al
2 etmaal geleden voltooid moet zijn. Zoodat men
sjevolge van de bekendmaking geen verrassingen
:eer heeft te vreezen en het grootste deel der troe-
pal in het binnenland' is.
Wat beteekent deze landing? Ten eerste dat de
'litschers niet de geheele Noorsche kust in hun
Eicht hadden, hetgeen trouwens bij een dergelijke
TiTcarlijke kustlengte zeer onaannemelijk scheen,
rjtdaar zou een geweldige troepenmacht met
e dito kustverdediging, tellende tallooze batte-
jen en schepen in de honderden inhammen, voor
codig zijn geweest. Ten tweede beduidt de lan-
ing der Engelschen, dat de door zoovelen aan het
tettront verwachte landoorlog nu in Scandina-
losgebarsten is.
spreekt vanzelf dat de Engelschen hun Ian-
havens niet zullen loslaten, dat zij uit die
■ütsen verbindingslijnen met hun troepen moeten
tóerhouden en dat hun vloot en hun luchtvloot die
a'oindingslijnen vasthouden en bewaken. Want de
«epen moeten natuurlijk met levensmiddelen, wa
as en munitie worden gesteund. Een expeditie-
aat zoo maar niet uit troepen en wapens,
een heelen bagage- en munitietrein noo-
la daarachter weer een heel stelsel van aanvoer,
op zichzelf weer voortdurend bewaakt en ver
bid moet worden. Sinds de ontwikkeling van het
bchtwapen eischt dat laatste meer zorg en meer
h'triaal dan ooit tevoren. En hetzelfde is natuur-
p met het Duitsche expeditieleger in Noorwegen
k geval.
Ia dat land vol bergen en kloven, vol diepe rivier-
•-a ook, kunnen de strijdende partijen eikaars
•.-"Sïsch natuurlijk ernstig belemmeren, soms on-
•soiijk maken, door het opblazen van spoorwe
gbruggen en tunnels. Daarbij worden Duitschers
fwel als Engelschen gehinderd door hun onbe-
Mdheid met het terrein. De laatsten hebben het
•wdeel dat de aan hun zijde strijdende Noren hen
she macht helpen zullen.
hs Duitschers zullen de landing van Engelsche
natuurlijk pogen te beantwoorden met het
-ien van versterkingen. Maakt de Engelsche vloot
-•onmogelijk de Duitsche heeft in de Noorsche
-•-raeming al zeer zware verliezen geleden en was
al veel zwakker dan zouden de Duitschers
icht tot het zenden van troepen door Zweden
^■on overgaan en daarmee Zweden in den oorlog
bekken.
-j is ernstige mogelijkheid dat thans een groote
^oorlog in Scandinavië losbarst. Zouden de
!chers in Zweden doordringen en de kust van
etnische Golf bereiken dan zou Rusland zijn
"-rwicht in de Oostzee weer kwijtraken, zoodat
ahicht ook een meetellende factor in het spel
R. P.
Halden
weer
door
de
Duitschers
ontruimd?
Reuter verneemt uit Stockholm, dat de Duit-
schers in Noorwegen aan het Zuid-Oostelijk front
aanzienlijke plaatselijke successen boeken. Zij "pro-
beeren de Noorsche troepen, die met een flank
dicht tegen de Zweedsche grens worden gedrukt,
„op te rollen". Het einddoel schijnt daarbij te zijn
noordwaarts op te rukken en de Noren terug te
dringen in de bergachtige streken. De toestand
te Kongsvinger wordt kritiek geacht.
Volgens „Social Democraten" hebben de Duit
schers er naar schatting minstens 16.000 man. De
Val van de stad wordt spoedig verwacht, ondanks
den dapperen tegenstand der Noren. Militaire krin
gen verklaren evenwel dat deze snelle successen
weinig tellen, tenzij voortdurend versterkingen
worden gezonden.
Voorts wordt uiteengezet dat de Duitschers zware
artillerie en andere voorraden moeten hebben,
welke niet door de lucht kunnen worden vervoerd.
Gezegd wordt, dat de Duitschers reeds met een
benzine tekort beginnen te kampen en dat Zondag
twee vliegtuigen in Zweden wegens benzinegebrek
noodlandingen hebben moeten maken.
Volgens den correspondent van „Aftonbladet" te
Kongsvinger gelooft men dat de Duitschers op zes
mijl van Kongsvinger zijn aan den spoorweg van
Stockholm naar Oslo. Zij wenschen de spoorweg
verbinding af te snijden. Gemeld wordt dat Duit
sche troepen zich ook in de strfeek van Skarnes op
12 mijl ten Westen van Kongsvinger ophouden
Bij Elverum wordt de strijd voortgezet. Verklaard
wordt, dat de Duitsche troepen Kornsjö, een grens
station in het uiterste Zuid-Oosten van Noorwegen,
dat zij hadden bezet, hebben ontruimd.
De Duitschers zijn volgens dezen correspondent
op Halden bij de kust teruggetrokken. Zij vreezen
een verrassing van de zijde der Noorsche troe
pen.
Het Duitsche Nieuwsbureau deelt mede dat tijdens
de operaties der Duitsche troepen ten Zuid-Oosten
van Oslo bij het bedwingen van den Noorschen
tegenstand 300 gevangen .zijn gepiaakt en zeven
stukken geschut, vele geweren en munitie zijn buit
gemaakt.
Een in het gebied van Christiansand gestation-
neerd, Duitsch bataljon, zoo bericht het N.N.B.
verder, is bij den opmarsch in den loop van den
dag op stei-ke Noorsche strijdkrachten gestooten.
Het betrof hier drie Noorsche bataljons, welke
door artillerie waren versterkt.
Ondanks de grootere getalsterkte hebben de
Duitsche troepen aangevallen. Na een kort gevecht
hebben de Noren de wapenen neergelegd. 150 offi
cieren en 2000 man hebben zich overgegeven.
Bij de bezetting van Hönefodss door de in het
gebied van Oslo opereerende Duitsche troepen is
de kruitfabriek aldaar bezet. Op het Noorsche oefen
terrein Hvalsmön en in de wapenfabriek van Kongs-
berg is 'n groote hoeveelheid lichte en zware wapens
in beslag genomen.
De wapens, die te Kongsberg in Duitsche handen
zijn gevallen, bestaan in hoofdzaak uit geweren,
machinegeweren, een groot aantal kanonnen van 2
c.m. en talrijke stukken luchtdoelgeschut van 40
m.m. Met het oog op den geringen omvang der
Noorsche wapenfabricage is dit resultaat van bij
zondere beteekenis.
De omroep te Oslo heeft medegedeeld, dat de
arbeiders der marinewerven te Oslo zich heden
ochtend op het werk moesten aanmelden.
De Noorsche radiozender Notodden. dié de laat
ste dagen zijn anti-Duitsche uitzendingen heeft
voortgezet, is door de Duitsche troepen opgeblazen.
DUITSCHE PARACHUTISTEN
GEDAALD.
De zender van Stockholm heeft een bericht van
den radiozender der Noorsche regeering bekend
gemaakt waarin wordt verklaard, dat Duitsche
parachutetroepen bij Dombaas, een knooppunt van
spoorwegen, zijn gedaald.
DUITSCHE TEGENSPRAKEN.
Het Duitsche Nieuwsbureau ontkent dat de Duit
sche luchtmacht opdracht heeft koning Haakon
Het nieuwe Engelsche mijnenveld in
de Noordzee
i
4
1
7~
.v
i
'fel'
\9
„5
IX
■~jx
--
J
1-
r~
r>
fj
e
i"
t»
i
fs
V
i
i
A
D,
V*
-\
7f
?P-i
7
X,
v* -
i
i
-
J'"
l'rf-
fb
-*T"
J
van Noorwegen persoonlijk te achtervolgen, zooals
beweerd moet zijn. Ook is niet waar, zooals in een
onder den naam van koning Haakon uitgegeven op
roeping aan het Noorsche volk werd verklaard,
dat de Duitsche luchtmacht de burgei'bevolking
van Noorwegén aanviel met mitrailleurvuur en
bommen.
Volgens het D.N.B. bewijst dit dat ofwel de
naam van koning Haakon wordt misbruikt, ofwel
dat hij verkeerd voorgelicht wordt door onver
antwoordelijke raadslieden. De Noorsche regee-
rings-„camarilla", welke ten noorden van Oslo
een strijd zonder hoop op succes voert tegen de
Duitsche troepen sleept koning Haakon als een ge
vangene mee. Bij de vlucht door de wouden in het
noorden kan de koning zich geen juist beeld schep
pen. van den toestand in Noorwegen. Overal, waar
de Duitsche troepen zich bevinden, is het rustig.
De Engelsch-gezïnde machthebbers doen een laatste
wanhopige poging. Zij maken misbruik van den
naam van koning Haakon om de Duitsche weer
macht en in het bijzonder de luchtmacht, welke
zich streng houdt aan de bepalingen van het vol
kenrecht, te beschimpenen het eigen volk te
misleiden, aldus het D.N.B.
WAT AAN DEN
DUITSCHEN
INVAL
VOORAFGING.
(Hier en daar zijn de bollenvelden
reeds kleurig in bloei.)
Het leven wordt in deze dagen,
Waarin je veel van 't slagveld leest,
Soms moeilijk als een vreugd te dragen,
Door een beklemming van den geest.
Maar er is van de bollenvelden,
Zoo langzaam aan, van dag tot dag,
Gelukkig ook nog nieuws te melden,
Daar zijn de bollen aan den slag.
Daar komen weder frissohe kleuren,
Geordend tot een bloemtapijt,
Daar speurt de neus weer zachte geuren.
Zooals in eiken voorjaarstijd.
Al houdt het koele weer wat tegen,
De zon verwekt den nieuwen groei,
Geholpen door den voorjaarsregen,
Komt toch het bollenland in bloei.
Het nieuws moge dan droevig wezen,
En vaak beklemmend bovendien,
Wij krijgen niet slechts nieuws te lezen
Wij krijgen ook weer nieuws te zien
Wanneer gij moe zijt van het werken.
O mensch zoek in uw vrije uur,
Om lichaam en om geest te sterken,
Uw troost en vreugd bij de natuur.
P. GASUS.
STOCKHOLM 16 April (Havas). Het
Noorsche Telegraafagentschap deelt in een
memorandum over den toestand mede dat op
hetzelfde tijdstip, dat de Duitsche troepen
Noorwegen binnenrukten, de Duitsche gezant
de regeering te Oslo een nota met twaalf eischen
overhandigde.
Deze twaalf eischen kunnen als volgt worden
samengevat:
1. De regeering en het volk van Noorwegen moe
ten zich beslist van elk verzet tegen de Duitsche
operaties onthouden.
2. De Noorsche regeering moet het Noorsche leger
opdracht geven met de Duitsche troepen vriend'
schappelijke betrekkingen aan te knoopen.
3. Alle middelen zullen ter beschikking van de
Duitsche troepen worden gesteld om de veiligheid
van Noorwegen te verzekeren.
4. Aan het Duitsche opperbevel moet een gede
tailleerd document over de mijnversperring worden
gezonden.
5. Het Noorsche grondgebied zal zoo noodig ver
duisterd worden om luchtaanvallen te weerstaan.
6. Alle telefoon-, telegraaf- en spoorwegverbin
dingen zullen onder Duitsch toezicht worden gesteld.
7. Aan Noorsche koopvaardijschepen zal verboden
worden, de havens te verlaten.
8. Noorsche loodsen zullen instructie krijgen, zich
ter beschikking van de Duitsche marine te stellen.
9. De telefonische, telegrafische en postverbindin
gen zullen tot nader order verbroken worden.
10. De pers en de radio zullen onder Duitsche
controle worden gesteld.
11. De verkoop van oorlogsmateriaal buiten de
Noorsche grenzen zal verboden worden.
12. Er zal van codetelegrammen gebruikt gemaakt
worden om te verhinderen dat de tegenstanders van
het Rijk bepaalde berichten in handen krijgen.
De Noorsche minister van buitenlandsche za
ken Koht verklaarde dat een land, dat op zijn
onafhankelijkheid prijs stelde, dergelijke voor
waarden niet kan aanvaarden en hij herinnerde
hierbij aan de wooi'den van Hitier, dat „een
land, dat zonder slag of stoot voor geweld buigt,
geen aanspraak kan maken op het recht,om te
leven."
Kohf maakt Hitler's woorden tot de zijne.
Een andere belangwekkende passage van het me
morandum heeft betx-ekking op den stap van den
Duitschen gezant bij den koning van Noorwegen,
op het oogenblik waarop de groote aanval op El-
verum wei'd ingezet. De gezant drong formeel aan
op benoeming van de regeering-Quisling, overeen
komstig den uitdrukkelijken wensch van hel Duit
sche staatshoofd. De koning antwoox'dde „dat ma
joor Quisling niet het vertrouwen van het volk ge
noot en dat het niet meer dan een regeering van
het genre-Kuusinen zou zijn.
De Duitsche gezant stelde daraop minister Koht
de vraag, of Noorwegen tegenstand zou gaan bie
den. Koht antwoordde dat Noorwegen inderdaad
allen mogelijken tegenstand zou bieden.
Mijnen drijven op onze kusten
aan.
Petter zeewering loopt weer gevaar.
Tengevolge van den storm zijn weer ver
schillende mijnen losgeraakt en naar onze
klist gedreven.
Te Petten zijn vanmorgen vier mijnen aan
gespoeld. Zij liggen tegen de zeewering tussclien
Petten en Kamperduin. In verband daarmede heb
ben de militaire autoriteiten den weg Petten-
Kamperduin afgezet. De mijnen leveren groot
gevaar op.
Een kilometer ten Noorden van Egrnond aan Zee
is een mijn en twee kilometer ten zuiden van Eg-
mond zijn twee mijnen aangespoeld. Zij zijn onder
militaire bewaking gesteld.
Volgens de laatste berichten te Londen uit
Zweden ontvangen hebben Britsche marine
detachementen onder dekking van zwaar ge
schut een gedeelte van Narvik bezet. Te Londen
wordt niets medegedeeld omtrent de plaatsen,
waar de Britsche troepen aan land zijn gegaan.
In berichten van Zweëdsche zijde wordt gezegd,
dat de Duitschers zich uit Narvik teruggetrok
ken hebben langs den spoorweg, welke naar
Kiruna in Zweden leidt. De Noren zouden
trachten, hen te omsingelen.
Het Fransche blad „Temps" heeft vernomen
dat ook op de Lofoden de eilandengroep voor
de fjord van Narvik een Engelsch expeditie-
leger aan land is gegaan.
Te Dronthjem zouden eveneens Engelsche
troepen ontscheept zijn.
De Noorsche regeering heeft naar Reuter meldt,
het Noorsche volk gisteravond in een boodschap
opgedragen Engelsche en Fransche betaalmiddelen
in ontvangst te nemen, daar de geallieei-de troepen
niet voldoende tijd hebben gehad Noorsch geld +e
verkrijgen. De officieele koers zal worden bekend
gemaakt na een tusschen de Noorsche Staatsbank
en de Bank van Engeland te sluiten overeenkomst.
In een boodschap der Noorsche regeering aan de
Noren wordt gezegl: De hulp van Noorwegen, waar
om de Noorsche regeering aan de Bx-itsche en Fi-an-
sche regeering heeft gevraagd, wordt gegeven en
neemt grooten omvang aan. De eerste teekenen
daarvan zijn de herovering van Narvik en het om
die stad liggende gebied.
Een aantal Noorsche loodsen heeft reeds werk
zaamheden bij de marine aangevangen. Noorsche
officieren, die gedetacheerd zijn bij het expeditie-
leger, zijn op 15 April in Engeland aangekomen. Zij
hebben het contact met de militaire autoriteiten tot
stand gebracht. De mededeeling behandelt voorts
ook nog de kwestie der betaalmiddelen.
Alle Noox-sche militaii-e en civiele autoriteiten heb
ben opdracht gekregen met de Britsche en Fran
sche bondgenooten een zoo nauw mogelijk contact
te onderhouden en hun allen bijstand te verleenen,
welken zij kunnen geven.
STAVANGER OPNIEUW AANGEVALLEN
Officieel wordt uit Londen medegedeeld dat
het vliegveld te Stavanger gisteren opnieuw
gebombardeerd is.
Het Britsche ministei'ie van luchtvaart xneldt
hierover: „De verkenning van-, de Noorsche
kust 'is den geheelen dag voortgezet. Den on-
gunstigen weersomsandigheden ten spijt is het
vliegveld van Stavanger weer gebombax-deei-d.
Aan deze actie werd deelgenomen door ver
scheidene af deelingen der luchtmacht, die alle
zonder verliezen terugkeerden".
Van gezaghebbende Engelsche zijde woi'dt verno
men dat minstens twee Duitsche watervliegtuigen
te Stavanger zijn tot zinken gebracht, toen het
vliegveld en de basis voor watervliegtuigen op
nieuw door Britsche Blenheims werden aangeval
len.
De watervliegtuigen lagen gemeerd, toen zij
door de Britsche vliegtuigen uit machinegeweren
werden beschoten.
Kort daarna zagen Britsche vliegres deze wa
tervliegtuigen ondei-gaan.
DUITSCH COMMENTAAR.
Het Duitsche Nieuwsbureau meldde Maandag
avond: Naar van welingelichte zijde over de En
gelsche beweringen inzake landingen van Engel
schen in Noor-wegen wordt vex-klaax-d zou het tot
nu toe onbevestigde bericht over een landing ergens
in Noox-d-Noorwegen misschien van het standpunt
der Engelsche px;estige-propaganda een zeker succes
beteekenen voor diegenen te Londen, die ter ge
ruststelling van hun volk iets dergelijks dringend
noodig hebben.
Een landing in de onherbergzame fjoxrien is na
tuurlijk op een of andere plaats mogelijk, doch mi
litair zinloos. Een dergelijke landing zou geen en
kel militair belang hebben.
Tusschen Di-ontjhem en Narvik strekt zich een
meer dan 600 K.M. lang woest Noorsch hoogge
bergte uit. Tusschen Narvik en Drontjhem bestaat
geen spoorwegverbinding.
Een operatiemogelijkheid in deze buurt van even
tueel gelande Engelsche troependeelen tegen de
basis der Duitsche oorlogvoering in het Noorsche
gebied, dus tegen Midden- en Zuid-Noorwegen,
'dat vast in Duitsche handen is, zou daardoor niet
zijn ontstaan.
Aan dit het bovenstaand ging een D.N.B. bericht
uit Oslo vooraf, waarin gezegd werd dat in de
door Duitsche troepen bezette plaatsen en 'streken
geen Engelschman Noorschen bodem betx-eden had.
Narvik, zoo werd medegedeeld, bevindt nog-steeds
in Duitsche handen.
Scherp toezicht op vreemdelingen
in Indië.
BATAVIA, 15 April. (Apeta'ANP). Het lid
van den Volksraad, de heer Van Helsdingen, richtte
een sehx-iftelijke vraag tot de regeering, waarin hij
er op wijst, dat, volgens berichten in de pers, in
Noorwegen de leden van de Duitsche kolonie mili
tair georganiseerd en van opdrachten voorzien zijn
geweest. Voorts zouden voor elk militair object,
vliegveld of radio-station reeds lang tevox-en in-
landsche Duitsche bezettingsdetachementen zijn
aangewezen, en zouden deze, gebruikmakend van
hun plaatselijke kennis en van het feit dat er
blijkbaai- geen vooi-zorgsmaatregelen tegen hen
waren getroffen, den Duitschen overval hebben
voorbereid en aan de uitvoering daarvan hebben
medegeholpen. Duitsche toeristen zouden zich aan
soortgelijke feiten hebben schuldig gemaakt.
In vex-band met e.e.a. vraagt de heer Van Hels
dingen, of de regeering bereid is:
Inlichtingen in te winnen of deze berichten in
hoofdzaak juist zijn, en zoo ja, een scherp toezicht
te doen houden op alle in Ned.-Indië gevestigde
onderdanen van belligerente mogendheden, gezien
de ervaring in Noorwegen in de eerste plaats op
Duitschers:
Indien bij hen voorhanden, bij hen alle wapens
te doen innemen, alle vreemdelingen in Indischen
dienst, ook al zijn zij Nederlandsche onderdanen,
en" speciaal die op de kwetsbare en belangrijke
posten gestald, buiten de mogelijkheid te plaatsen
om de Ned.-Indische overheid te schaden;
In het bijzonder den aard en inhoud van de z.g.
Liebesgaben, welke de bemanningen van de in In
dische havens liggende schepen ontvangen, te doen
onderzoeken;
En, voor zoover déze maati-egelen niet kunnen
worden toegepast zonder b.v. afkondiging van den
staat van oorlog of van beleg, een zóodanigen toe
stand in het leven te roepen
LANDAANWINNINGSWERKEN IN DEN
DOLLARD.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp inge
diend tot verklaring van het algemeen nut der
onteigening van perceelen, erfdienstbaarheden en
an'dex-e zakelijke x-echten, noodig voor landaan-
winningswerkén in den Dollard, zich uitstrekkend
in de gemeenten Termunten, Nieu'wolda, Finster-
wolde en Beerta.
Verbetering van de haven van
Delfzijl.
Kosten op 300.000 geraamd.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging van
de begrooting van inkomsten en uitgaven van het
verkeersfonds voor 1940, waarbij de minister van
waterstaat 300.000 vraagt voor verbetering van
de haven van Delfzijl.
Aan de memorie van toelichting is het volgende
ontleend:
Sedert het uitbreken van den oorlog heeft het
havenvei'keer te Delfzijl zich, wegens uit den oor
logstoestand voox-tgekomen gevax-en voor de vaart
langs Nederland's Westkust sterk ontwikkeld. Daar
bij is dit verkeer van een geheel andex-e structuur
geworden. Was namelijk Delfzijl in hoofdzaak een
haven, waar de producten, afkomstig van en be
stemd voor Noordoostelijk Nederland wex-den gelost
en geladen, (invoer van steenkolen en kunstmest
stoffen, uitvoer van stroocax-ton, ijzeraarde en
aardappelmeel), sinds September j.l. is de haven
van Delfzijl van beteekenis voor ons geheele land
geworden. Over Delfzijl vindt thans de invoer plaats
van producten, bestemd voor geheel Nederland, ter
wijl ook de uitvoer niet meer een overwegend
regionaal karakter draagt.
De haveninrichting, en -outillage passen echter
niet bij het huidige verkeer. Het algemeen belang
vereischt, dat zoo spoedig mogelijk voorzieningen
Worden getx-offen om het hoofd te kunnen bieden
aan de moeilijkheden, ontstaan door de toeneming
en gewijzigde structuur van het havenverkeer.
Daartoe zou noodig zijn, dat de ligplaats voor
binnenschepen wordt verbeterd en uitgebreid, dat
een gedeelte van de haven door uitbaggering ge
schikt wordt gemaakt als ligplaats voor diepgaande
schepen en dat een aantal voorzieningen voor het
meren van schepen worden getroffen. De uitvoering
van deze werken zal vermoedelijk een bedrag van
ten hoogste 300.000 vorderen.
NEDERLAND—BELGIE.
Gaat door.
Het is te begrijpen, dat in verband met den inter
nationalen toestand geruchten verspreid zijn, welke
er toe zouden kunnen leiden, dat men hier en daar
in de meening zou kunnen verkeeren, dat het door
gaan van den wedstrijd Nederland-België op Zondag
21 dezer twijfelachtig zou rijn. Het bestuur van den
Kon. Ned. Voetbalbond deelt ons mede, dat van een
niet-doorgaan van den wedstrijd geen sprake is.
SPECIALE TREIN VOOR
BELGISCHE BEZOEKERS
Het laat zich aanzien, dat de wedstrijd een flink
contingent Belgen naar Amsterdam zal trekken. De
V. V. V. „Amsterdam" deelt mede, dat de maatschap
pij der Belgische Spoorwegen in samenwerking met
de Nederlandsche Spoorwegen Zondag a.s. een spe-
cialen trein laat loopen, waardoor een eendaagsch
bëzbek van Belgen aan Amsterdam mogelijk wordt.