de echte
Jiuastr
:0ENSDAG 24 APRIL 1940
Doodelijk verkeersongeluk op tie
Amsterdamsche Vaarl.
Bevestiging' van vonnis der Haarlemsche
Rechtbank geëischt.
den nacht van 19 op 20 November 1938 ge-
ind op de Amsterdamsche Vaart, in de buurt
n Haarlemmerliede een zeer ernstig auto-on-
ïk waarbij twee personen de heeren mr. O. ter
ff ren s. W. F. Hendrikse het leven, verloren.
Reide heeren reden in gezelschap van hun
hteenooten per taxi van Amsterdam in de
d hting Haarlem. Door nog onopgehelderde oor-
k'reed de taxi plotseling van het wegdek en
Sn op het naast den asfaltweg gelegen klin-
road De auto raakte met het achterspatbord
n Daar paaltjes en kwam met een geweldigen
p tegen een betonnen paal terecht. De wagen
s vrijwel geheel vernield en de beide heeren
Jaren zoo zwaar gewond, dat zij korten tijd later
0De4H^rtee chauffeur uit Amsterdam hoorde
I h door de rechtbank veroordeelen tot twee
ïaanden hechtenis.
Vandaag stond de man m hooger beroep voor
J eerechts'hof te Amsterdam terecht. Des-
«ei' P .n.n.V TTrftvnii r-1 nnvinTircift r>-r.
kundigeri
in deze zaak waren tot de conclusie ge-
dat niets er op wijst, dat de oorzaak van
het ongeluk ^jj een defect aan de auto moet
worden gezocht. De auto is geleidelijk van den
Lg geraakt en uit ni'ets blijkt, dat verdachte
Hdiff geremd heeft. De verdachte was van oor-
■•el dat het ongeluk moet worden toegeschre-
n-aan een defect aan de auto of aan een lekke
orband. Zeker wist hij, dat hij niet in slaap
was gevallen, zoodat hem z.i. geen onoplettend
heid kon worden verweten.
De procureur-generaal mr. J. Versteeg was
ran een tegenovergestelde meening. Verdachte is
zonder twijfel onoplettend geweest, anders zou
lil gemerkt hebben, dat hij van het asf aïtdek op
de keienlaag langs den weg terecht was geko
men. Verd. is nóóit eerder veroordeeld' en hier
mede rekening houdende achtte de procureur-
„eneraal de door de rechtbank opgelegde straf
juist weshalve spr. bevestiging van het vonnis
eisohtetwee maanden hechtenis.
De verdediger mr. Voute was van meening,
dat dit ongeluk zeker niet kan wordTen geweten
aan onoplettendheid van verdachte. Het is zeer
goed mogelijk, dat er iets aan de auto mankeerde,
temeer, daar kort voor het ongeluk drie onge
lukken'met de taxi zijn voorgevallen, waardoor
de wagen aan de voorzijde was beschadigd. Uit
niets blijkt, dat verdachte in slaap was gevallen.
Hij had een behoorlijke rust genoten en geen
bijzonder lange diensturen achter den rug.
pi, concludeerde tot vrijspraak.
Arrest: 7 Mei.
1 huiszoekingen bij leden van de
n. s. b.
De heer De Marehant et d' Ansembourg heeft
aan den voorzitter van. den raad van ministers
waagd:
1. Is het den minister bekend, dat tijdens de
laatste dagen in Limburg en Noord-Brabant op last
van den procureur-generaal bij het Gerechtshof te
's Hertogenbosch meer dan honderd vijftig invallen
zijn gedaan bij leden van de nationaal-socialistische
beweging?
2. ïs het den minister bekend, dat óp 18 April
omstreeks 14 uur een afdeeling bestaande uit ca.
20 marechaussees en rijksveldwachters de woning
van stejler van deze vragen, het kasteel Amsten-
rade heeft omsingeld en ten aanschouwe van een
groote menigte het geheele complex van ge
bouwen twee uur lang op wapens heeft doorzicht,
evenals in de onder 1 genoemde gevallen zonder
eenig resultaat?
3. Heeft de minister zich er rekenschap van ge
geven, dat de bovenbedoelde feiten wijzen op een
discriminatie van de nationaal-socialistische be
weging, die niet in overeenstemming kan worden
geacht met de door hem in September en ook later
nog herhaalde angegeven richtlijnen voor het al$fe-
meene regeeringsbeleid?
lijk van verdwenen dienstbode
opgehaald.
De gemeente-politie van Ginneken heeft Dins
dagmiddag uit de rivier de Mark het lijk», opgehaald
van de 22-jarige dienstbode B. en G. uit Zeven-
bergschen Hoek, die sedert 1.1. Vrijdag vermist
werd.
Soldaat schoot op een kameraad.
Drie en een half jaar geëischt.
Op 27 December van het vorige jaar is te Bab-
berich, gemeente Zevenaar, 'n moordaanslag ge
pleegd op den soldaat J. Kemna. De 21-jarige sol
daat A. C. M. loste twee schoten op K., die in
den schouder werd getroffen.
De dader werd gearresteerd en naar Den Bosch
overgebracht.
stond hij terecht voor den Bosschen
Iiem was ten laste gelegd poging tot
moord, subsidiair poging tot doodslag.
De auditeur-militair achtte bewezen, dat de be
klaagde zich aan poging tot doodslag heeft schuldig
gemaakt en eischte een gevangenisstraf van drie
jaar en zes maanden, met aftrek van drie maanden
voorarrest.
De veiligheid van ons land.
Vragen van den heer De Marehant et
d'Ansembourg.
Het lid van de Tweede Kamer, de heer de Mar-
chant et d' Ansembourg heeft aan de ministers van
Justitie en Defensie de voigende vragen gesteld:
h Is het den ministers bekend, dat de gepension
eerde generaal-majoor A. Diemont, secretaris van
Vereeniging voor Nationale Veiligheid, in een
voordracht, gehouden 'op 18 April j,l., te Alkmaar,
net volgende heeft verklaard:
.«Er is het gevaar van de sterker wordende orga
nisatie van vreemdelingen binnen onze grenzen, die,
v'ij moeten het helaas erkennen, gesteund wordt
öoor Nederlanders, die niet waard zijn dien naam
te dragen en den kogel verdienen?"
2- Is aan de ministers het bestaan bekend van een
organisatie van vreemdelingen hier te lande, die ge-
Vaar oplevert voor de Nederlandsche veiligheid, en
zoo ja, waarom worden dan tegen deze organisatie
2een maatregelen genomen op grond van de be
staande wettelijke bepalingen en waarom worden
ze vreemdelingen niet vervolgd of over de grens
gezet?
3. Is het aan de ministers bekend, dat aan zoo
danige staatsgevaarlijke organisatie van vreemde-
hngen steun wordt verleend door Nederlanders, en
z°0]a, waarom worden deze personen dan niet-ver-
ling ®ron(^ van bestaande wettelijke bepa-
4, Heeft generaal-majoor A. Diemont van de aan
om bekende strafbare feiten voornemens kennis
8,egeven aan de ambtenaren van de justitie of poli-
,le>en zoo niet, is de minister van justitie dan bereid
jogeti hem een vervolging te gelasten wegens over-
L.e<rni dar artikelen 135, 136 of 189 van het wetr
oek van strafrecht, of, zoo aan den genoemden
preker in werkelijkheid geen strafbare feiten of
oomemens bekend waren, op grond v*an art. 142
°n het wetboek van strafrecht, dat strafbaar stelt
^opzettelijk de rust verstoren door valsche alarm-
thans in aile betere
zaken verkrijgbaar is!
Een echte Amerikaan
sche melange, waar
van de kwaliteit der
gebruikte tabakken
een prijs van 35 ets recht
vaardigt.
Dooreen-geschudde menschheid.
door MELIS STOKE
Broeder, wie zijt ge en wat is uw staat?
Vreemdeling? Vluchteling? Burger? Soldaat?
Ik vraag uw papieren bewijzen!
De grens is gesloten, de kust is bewaakt.
Het is voor de menschen onmogelijk gemaakt
om naar hun believen te reizen.
Wat wilt ge? Wat doet ge? En wat hangt ge aan?
Waar zijt ge geweest en wat hebt ge gedaan?
Waarom kwaamt ge gastvrijheid zoeken?
Waarom wilt ge hierheen? Waarom wilt ge van hier?
Wij willen bewijzen, op geldig papier,
want ge moet oh uw plaats in de boeken.
Ge reist voor een doel. Want wie reist voor pleizierl
En we raden u aan: reis met open vizier
en toon dat oolc aan met uw daden.
De wereld heeft kostbare lessen betaald
voor paarden van Tx-oje die in zijn gehaald
en plannen die werden verraden.
Vreemdling wees welkom, want vrij is deez' grond
Maar spreek ons niet aan uit een dubbelen mond
want we willen onszelf zijn en blijven.
Verklaar ons het reisdoel waarvoor ge hier komt.
Maar hebt ge gelogen, en blijkt ge vermomd,
dan voelt ge dit feit aan den lijve.
De menschen zijn wild door de wereld verstrooid,
in haat en in list door elkander gegooid
en verplicht in den vreemde te wonen.
Daarom vraagt de wereld voor iedere reis
dat elk per gewaarborgd, gezegeld bewijs
zijn ware gelaat zal vertoonen.
Broeder, wie zijt ge en wat is uw staat?
Vreemdeling? Vluchteling? Burger? Soldaat?
We willen u gaarne vertrouwen.
We willen ny/ antwoord, met open gelaat,
want we kennen de droefheid, wanneer men te laat
om paarden van Troje moet rouwen!
TOASTED
B L W N Dj
Mi
AMERICAN
(Adv. Ingez. IVied.)
in Haarlem
en daarbuiten.
jacob bendien.
Naar aanleiding van het eere-zaaltje, dat op de
tentoonstelling van „De Brug" in het Gemeente
museum van Amsterdam ter herdenking van Jacob
Bendien werd ingericht (a.s. Zondagmiddag sluit
die expositie, waarover hier reeds geschreven
werd) reproduceeren wij hierbij zijn zelfportret en
knoopen daar enkele algemeene opmerkingen aan
vast.
Immers, Bendien, die slechts drie en veertig jaar
oud werd (18901933) en wiens gezondheidstoe
stand zeker in latere jaren geen te groote activiteit
toeliet, kon slechts in een tamelijk beperkt aantal
werken zich als kunstenaar volledig uiten en als
wij de bijzonderheid van die werken erkennen,
moeten wij toch in het oog houden dat ze, juist
door hun qualitèiten, eerder als representanten
van een bepaalde periode in de kunstproductie, dan
als onderdeelen van een geslaagd levensoeuvre van
belang zijn.
Het is noodig zich over die periode, die in de
eerste twintig jaar dezer eeuw valt, een weinig
te bezinnen om ook van Bendien's plaats en be-
teekenis daarin, een niet overschatte, doch zeker
ook niet onderschatte idee te verkrijgen.
In die periode dan begint in het weelderig kleed,
waarin zich bij ons de schilderijkunst gedurende
het laatste kwart der vorige eeuw gehuld had, de
mot te komen. Het kleed is niet nieüw meer en de
motgaatjes vallen dozijnsgewijze uit de lucht dooi
de ongestremde productie van die kunstwerken, die
geen kunstwerken zijn, doch slechts slappe af
treksels van het krachtige voeder, dat de werkelijke
meesters gegeven hadden. Voor dagelijksche con
sumptie kunnen die groepjes een lang leven heb
ben, men kan ze nog steeds te kust en te keur
in de warenhuizen vinden, waar ze althans het
voordeel hebben, slechts maar billijk te zijn.
Doch voor de kunstenaars, die met zich zelf ernst
maakten, zoowel als met hun arbeidsbedoelingen,
stond het geval moeilijker en het is niet zoo heel
vreemd, dat zeker niet de minsten onder hen die
begrepen, dat in de schilderijkunst met hier en
daar een paar individueele uitzonderingen voov-
loopig het mooiste woord gesproken was, zich open-
steldenvoor'hier overal opduikende inzichten die
in feite dwars tegen wat men tot dan. onder schil
derkunst bad verstaan, ingingen.
Deze werd van vrij, dienstbaar gemaakt, dat is
wel zoo ongeveer de quintessens van de .verande
ring die zich voltrok en die men misschien het best
als een proces ter regeneratie, ter zuivering kan be
schouwen. Dienstbaar aan de versiering van boek
of meubel, dienstbaar aan de architectuur, aan de
reclame, dienstbaar ook en hier raken we het ter
rein waar we wezen wilden aan ontastbaarheden
als geest en zieleleven. De kunstenaar wordt mathe
maticus, filosoof, psycholoog, enz. en velen van hen
vergeaten in dë haast, dat zij als slechider of teeke
naar van huis zijn gegaan en nog niet eens hun
gereedschap verzorgd hebben. Niet overal is er een
Redon, een William Blake, een Thijs Maris te vin
den wier geestesbewogenheid door een onfeilbare
kennis hunner uitdrukkingsmiddelen gerugsteund
wordt. Men gevoelt dat in de periode waarop wij
doelden de deur wijd open komt te staan voor het
onvolledig-experiment, om niet te zeggen, het dil-
lettantisch heen en weer huppelen tusschen wat,
kunst en wat geleerdheid is. In de hoop ze beide
tegelijkertijd te kunnen beheerschen, zijn er gan-
■sche legioenen gesneuveld en zullen er blijven
sneuvelen. Voor zoover er daarbij zijn met uitzon
derlijke begaafdheden, is dat natuurlijk in-triest.
Ook dient hierbij in het oog gehouden te worden,
dat er een beslissend verschil steeds zal bestaan tus
schen wil en wensch naar en de gave tot. Een
waarlijk artist, die een portret schildert, zal psycho
loog zijn zonder het zelf misschien te vermoeden en
een psycholoog die zijn studies met liefde in toe
passing brengt, is op dezelfde onaangediende wijze
artist. Als Jozef Israels het portret van den tooneel-
speler Veltman of van den ouden Roelofs, den schil
der, maakt, is hij psycholoog van het bovenste
plankje en een psycholoog als de Groningsche pro
fessor I-Ieymans was in zijn karakterbeschrijving en
classificatie een artist. Maar dat zijn de uitverko
renen.
Hoe 'staat nu in dien tijd van zoeken en streven,
van willen en wenschen, met of zonder verworden
kunde en verkregen gave, een figuur als Bendien
voor onze oogen? Een blik op zijn zelfportret zegt
ons dat hier ,de kundigheid niet ontbreekt en een
gave, die een scherp doordringens-vermogen bevat,
evenmin betwist kan worden. Ook wordt hier het
normale beeldende element niet verlaten om voor
abstracties plaats te maken, die slechts met een
handleiding te begrijpen en zonder die, nietszeggend
zijn als een deurpost. De stille koestering die de
kunst weven kan rondom de toch ietwat angstige
expressie van dien denkerskop is aanwezig. De
teekening ontroert en maakt even een stilte. We
raken er even aan die vermenging van vis.ueele
èn intellectueele emotie die groote kunst te voor
schijn toovert. En zoo zijn er nog enkele werken
ter tentoonstelling te vinden. Veelal echter over
heerscht het intellectueele in de portretjes en ge
laten; dan naderen we de felle charge of de carica-
tüur, al blijft de lijn, die uit zijn hand loopt zuiver
en direct op den man afgaand. En tusschen charge
en betoog blijft hij zwevend, waar hij schildert.
Stug blijft de verf en hij ontroert, noch noopt tot
verzet. Hetgeen het ergst is wat een kunstwerk kan
overkomen.
Zoo zijn in Bendien alle. elementen van een moei
lijken overgangstijd vertegenwoordigd en zijn in
zijn wex-k alle werkzame intelligenties, alle wen
schen en willen naar nieuwe waarden terug te
vinden. Zijn intelligentie was de kern van zijn
productie, doch de gave bezat hij evenzeer als
sommige kundigheid. Waardoor hij een belangwek
kend figuur uit een merkwaardige periode,zal blij
ven.
J. H. DE BOIS.
Auto na botsing over den kop
geslagen.
Eén militair gedood, twee gewond.
Omstreeks middernacht is op den rijksstraat
weg Amsterdam-Amersfoort, ter hoogte van
den "Vredelaan te Laren een zeer ernstig on
geluk gebeurd.
Een personenauto, waarin vijf militairen,
allen te Baarn gelegerd, zaten, kwam daar in
botsing met èen vrachtauto, welke uit Zutphen
kwam. De snelheid, welke de personenauto
auto had, was zoo groot, dat de wagen na de
botsing nog 73 meter dooi-schoot en daarna
over den kop sloeg.
De' gevolgen waren zeer ernstig. Alle inzit
tenden werden uit de auto geslingerd. De 32-
jarige bestuurder, Bruining genaamd en thuis-
behoorende te Vught, was op slag dood. Twee
andere militairen liepen verschillende verwon
dingen op en twee bleven ongedeerd.
BEZOEK VAN MINISTER VAN DEN TEMPEL
AAN DRENTE.
De minister van sociale zaken, dr. J. van den
Tempel, heeft Dinsdag in gezelschap van de heeren
Meyer de Vries en mr. J. H. J. Schouten, een be
zoek aan de provincie Drente gebracht, ten einde
zich in het bijzonder van het werk der Centrale Ver
eeniging voor den opbouw van Drente opv.de hoogte
te stellen. Behalve de commissaris der Koningin
mr. dr. R. H. baron de Vos van Steenwijk, die tevens
voorzitter der Centrale vex-eeniging voor den op
bouw van Drente is, maakten de heeren K. Brok
en P. J. Duinkerken, bestuursleden en mr. J. Cra
mer, directeur der Centrale Vereeniging voor den
opbouw van Drente, den tocht mede.
DE „AMIGOE Dl CURASAO" WORDT DAGBLAD.
Naar ons wordt medegedeeld, zal het tot nog toe
tweemaal per week verschijnende orgaan van de
missie op Curacao, de „Amigoe di Curagaó" met in
gang van 1 November a.s. dagelijks uitkomen. Tot
chef-redacteur is benoemd de heer A. Groothuis te
Heemstede, thans redactioneel medewerker van de
„Actie voor God".
KARABIJNBRIGADE BIJ DE ZWOLSCHE
POLITIE.
B. en W. van Zwolle hebben den raad het voor
stel gedaan hun een crediet te verleenen van
5400, voor het aanschaffen van 60 karabijnen en
munitie, ten behoeve van een effectiever bewape
ning van het politiecorps, orn twee auto's tot „over
valwagens" te kunnen inrichten, en de gelegenheid
te scheppen, dat de manschappen eventueel op het
politiebureau kunnen overnachten.
Soldaat speelde met revolver.
Wegens het dooden van een meisje tot
zes maanden hechtcnisstraf veroordeeld.
'De krijgsraad te Utrecht heeft een 21-jarigen
sergeant capitulant veroordeeld tot een hechtcnis
straf van zes maanden, daar de man eenige maan
den geleden een meisje met een revolverschot heeft
gedood.
Tijdens de behandeling van deze zaak door den
krijgsraad kwam vast te staan, dt de sergeant met
een vriend en twee meisjes op een kamer had
vertoefd. Voor de aardigheid had hij zijn revolver
getrokken.
Zijn vriend had hem gewaarschuwd, doch even
later richtte hij het wapen opnieuw op het meisje.
Plotseling ging het schot af, waardoor het meisje
zoodanig werd gewond, dat het eenige dagen later
overleed.
MEXICAANSCHE INDRUKKEN.
Het schoone meer.
(Van onzen reizenden medewerker).
De muzikanten spelen naar hartelust aan het
schoone .meer van Chapala. Zij hebben hun mooiste
en grootste sombrero's op, hun beenen zijn in de
nauwe, rijkbestikte Mexicaansche broek gestoken,
een zwierig en kleurig jasje en een bonte doek
hangen losjes over den rechterschouder. Zoo spelen
zij hun liefdeszangen en hun patriottische liederen
en zingen er hun veelstemmige refreinen bij aan het
schoone meer van Chapala.
De buitenhuizen der rijke Mexicanen aan het
schoone meer van Chapala zijn wit en weelderig.
Zij staan in de felle zoii overdag, in de blauwige
schemering van den avond, in de koele stilte van
den nacht tusschen boomen en bloemen en vertellen
van de tegenstellingen van Mexico: de groote rijk
dom vhn weinigen, de diepe armoede van zeer velen.
De purperen bougainvillea's hangen in weelderige
trossen van de balcons; gouden regen kruipt tegen
de witte zuilen, lathyrus in vele zachte tinten, witte
en roode rozen en geraniums kleuren in de tuinen
langs de oevers van het schoone meer van Chapala.
En er staat een kex\k met twee hooge torens fel-
wit te blakeren in de zon. Er is een blank strandje,
waar ge liggen kunt in een gemakkelijken stoel.
Bootjes voor spelevarende bezoekers gaan over de
groote watervlakte: de grootste binnenwater-vlakte
van heel Mexico. Bootjes met visschers vangen de
zilvervischjes van Chapala in hun netten, die go
over een uur, ontgraat en gewikkeld in een deeg van
eigeel, gaat eten in hotel El Nido, Het Nestje een
wit en helder nest in het stoffige, grauwe nest
Chapala.
Het is heel groot, het meer van Chapala. Wan
neer het niet heel helder weer is kunt ge in de
lengte den anderen oever niet zien, maar in de
breedte ziet ge aan den overkant weer twee witte
torens van een ander stadje met een vreemden me-
lodischen naam en als alle andere Mexicaansche
stadjes: met brandende zon in smalle straten van
witte muren, met een marktplein waar een oude,
breedgekromde boom in zijn schaduw de vrouwen
met de breede sinaasappelmanden en de geconfijte
vruchten wat koelte biedt en mannen met breede
hoeden en op bloote voeten en ezeltjes.... overal
kittige, grijze ezeltjes met zware balen op den rug.
Ge ziet er ook. in die Mexicaansche stadjes, man
nen op paarden. Ze zitten trotsch en recht en hebben
glimmende laarzen aan met glinsterende sporen en
een breede met koper beslagen riem en een fraai
bewerkt holster met een pistool.
En overal klinken de muziekjes.
Die zingen liefdesliederen en strijdgezangen en
de sprookjes van het meer van Chapala. Sprookjes
óver dieren. Over slangen en arenden. En over
bloemen. En hoe, midden tusschen de glooiende ber
gen van de hoogvlakte, 'dat groote meer is gekomen.
Het is iets om niet te vergeten; te wandelen langs
den oever; turen over de wijde vlakte. Of naar de
eilandjes waarop hutten zijn waar visschers wo
nen; lui liggen in een stoel op het blanke strandje,
bruin worden in de zon, luisteren naar de muziek.
Of te dwalen door de straten, langs de kerken en
de klokketorens, over de markt, onder den grooten
boom, langs de vruchtenvrouwtjes en de lekker
nijentafels, waar de vliegen en de bijen gonzen. En
de ezeltjes te zien met hun sukkeldrafje en hun
zware vracht. De trotsche mannen te paax-d. De rus
tige visschers. Den blauwen hemel. De buitenhuizen.
En de bloemen.
Het is geen wohder dat aan dit tafereel oeroude
fabels zijn verbonden.
Dat rijke lieden hier komen uitrusten van het geld
verdienen. En dat de dichters en de schrijvers van
Mexico' in grooten getale bij het meer wonen.
Het meer van Chapala.
Mr. E. ELIAS
(Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden).