BESTE VRIENDINNETJES EN
VRIENDJES.
K
s
i
t
g
t
t
k
h
k
ZUSJE GAAT SLAPEN
door W. B. Z.
-3S?
Moeder rijdt de wagen
Nu wel alle dagen
Buitenlucht doet zusje goed
Buiten is ze altijd zoet
Gaat ons zusje gapen,
Dan zal ze gauw slapen.
Moeder zet de wagen neer,
't Is zulk heerlijk lenteweer.
't Duurt maar een klein poosje,
Dan ontwaakt zus Toosje
Moeder rijdt haar dan naar huis
En dan kom ik ook gauw thuis.
In verband met de Pinkstervacantie zal ik a.s.
week nog geen visite vragen.
Best GOUDMUILTJE. Neen, ik heb a.s. week
nog geen vacantie. Mijn vacantie. vangt Vrijdag
voor Pinksteren aan en eindigt 's Maandags na
de Pinksterweek. Je broertje heeft een goede ver
jaardag gehad. Wat zal hij van zijn opgeknapte
fiets genieten. Het bakken van poffertjes valt al
tijd tegen. Men kan er thuis te weinig tegelijk
bakken. In de kramen is dat heel anders. Daar
bakt men er dozijnen tegelijk, 'k Wensch je pret
tige vacantiedagen toe. Dag Goudmuiltje.
Lief DOORNROOSJE. Ook ik hoop dat je
mooi weer treft gedurende de vacantie. Gezellig
zeg, driestemmig zingen op school. Of ik het versje
ken? Ik weet het niet. Je hebt me te weinig woor
den uit het liedje gegeven. Schrijf in je volgend
briefje het eerste coupletje maar eens voor mij
op. Dag Doornroosje.
Lief BIJDEHANDJE. Wel meisje, ben je
weer ziek geworden? Dat is jammer, 'k Hoop dat
je weer spoedig beter zult zijn. Maar vooral niet
te vroeg naar buiten gaan. Dan zou je voor de
derde maal weer ziek worden. Dat kan je beter
trachten te voorkomen. Hei beste met je hoor
Dag Bijdehandje.
Beste BENJAMIN Meisjelief, je hebt een
mooi rapport. .Flink zo. Nu maar je best blijven
doen, zodat je steeds goede cijfers krijgt. Wanneer
ontvang ik nog eens een tekening van je? Dag
Benjamin.
Beste ANEMOON. Gelukkig ben ik weer
prima in orde. M'n verkoudheid is over. Je bent
dus maar weer fijn uit geweest. Ik heb nog geen
vacantie. Mijn vacantie begint a.s. Vrijdag pas en
eindigt Maandag 20 Mei. Geniet maar fijn van de
vacantie maar laat je moeder ook wat genieten door
haar 's morgens wat te helpen. Ze is dan vroeger
klaar, waardoor ze eens iets kan doen, waar ze
anders niet aan toe kan komen. Je kunt zo goed
helpen en weet, als je wil van aanpakken. Maar
dat doe je ook, dat weet ik zeker. Dag Ane
moon»
Lieve MA JA. Majalief, dat je mij vorige week
niet schreef, vind ik in jouw geval niet erg. Je
hebt je zus flink met de schoonmaak geholpen en
dat stel ik zeer op prijs. Je zus heeft gezien haar
leeftijd, een hele taak en ik vind het prettig dat je
daar waar'je gelegenheid hebt, haar ter zijde staat.
Werken en schrijven gaat niet tegelijk. De hulp
aan je zus, gaat altijd voor een briefje aan mij.
Is je zus nu klaar met de schoonmaak? M'n groe
ten aan haar en prettige vacantiedagen. Dag
Ma ja.
Best BLONDJE. Ook ik had 1.1. Dinsdagmid
dag vacantie. Of ik in de vacantie uit ga? Ik weet
het nog niet. M'n vacantie vangt pas Vrijdag 10
Mei aan en eindigt Maandag 20 Mei. Met de
vacantie in IJmuiden blijven vind ik echter niet
onaangenaam, 'k Heb altijd werk waar ik anders
niet aan toe kom. Het is prettig er dan gelegenheid
voor te hebben, 'k Wens je met je zusje aangename
vacantiedagen en veel mooi weer toe. Dag Blondje.
Best TEKENAARSTERTJE. Wat kan je
keurig schrijven als je je er op toelegt. Je briefje
zag er dit keer zéér netjes uit. En dan de versie
ring. Het is een echter voorjaarsbrief met de vele
fleurige en kleurige bloemen. Bovendien voor
prinses Juliana twee vlaggen. Je hebt extra je
best gedaan en een gx-ote pluim verdiend. Wil je
je moeder en zus m'n groeten terugdoen? 'k Wens
je een prettige vacantie toe. Geniet maar volop
van de buitenlucht. Dag Tekenaarstertje.
Beste MOEDER'S OUDSTE. Flink zo meisje.
Je weet je tijd nuttig te besteden. Wat zal je graag
de, door je zelf gebreide kousen dragen. Het was
een heel werkje voor je en moest je bij het breien
van de z.g.n. kabel je gedachten terdege bij je
werk bepalen. Nu heb je weer een tafelkleed onder
handen. Moet je kruissteken werken of is het plat
steek wex-k? Werk met genoegen. Dag Moeder's
Oudste.
Lieve LENTEBODE. Prettig voor je dat je
nichtje nog enige weken blijft. Je kunt de vacantie
prettig met haar doorbx-engen. Ja, de foto van het
Prinselijk gezin heb ik gezien. Het is een gezellige
kiek. De kleine Ix-ene is al weer een flinke kleuter.
Prettig dat je een zwemabonnement krijgt. Je kunt
in ieder geval, als je niet veel huiswerk hebt,
steeds na 4 uur zwemmen. Binnenkort vangt de
zomertijd weer aan, waardoor je, als je om 4.15
gaat zwemmen, zonnetijd 3.15 zwemt, 'k Wens je
een prettige vacantie toe. Neen, met de schoon
maak ben ik nog niet gereed. Voor m'n Pinkster
vacantie, dus voor 10 Mei, hoop ik boven ge
reed te komen. Dag Lentebode.
Best DROOMSTERTJE. Zeg, wat heb je me
een gezellige lange brief geschreven. Weet je wat
ik verleden week totaal vergeten ben? Je op je
vraag te antwoorden. Natuurlijk mag je voor de
courant verhaaltjes schrijven en gedichtjes maken,
'k Vind het altijd prettig als ik werk van een
vriendinnetje of een vriendje kan laten opnemen,
't Moet, maar dat weet je reeds, eigen fatasie zijn.
Wij mogen ons niet aan z.g.n. plagiaat schuldig
maken, 'k Kan het me voorstellen, dat je niet
gx-aag bij iemand zit, die moeite met het houden
van-de orde heeft. Het z.g.n. pret maken, verveelt
spoedig. In het algemeen houden de kinderen meer
van iemand die de teugels in handen heeft. Het
onderwijs komt in een wanordelijke klas ook ab
soluut niet tot z'n recht en dat is zeer jammer. De
zieke schoolvriendin vond het zeker wel erg pret
tig, dat je haar kwam opzoeken? Je had je ter
ere van het mooie weer in een passand kledij ge
stoken. Zelfs de sieraden waren in overeenstem
ming met het geheel. Momenteel ben ik een schat
van een blouse voor me zelf aan het breien. Je
kent de Hongaarsche blouses wel, met het
kleurige borduurwerk? Zo'n blouse wordt het. De
blouse zelf is van donker bruine fijne wol en
wordt omgehaakt en rijk geborduurd met mooie,
bijpassende, heldex-e kleuren. Het is een heel werk.
maar het eindi'esultaat zal de moeite ruimschoots
belonen. Maar nu eindig ik met je van harte het
beste toe te wensen. Dag Droomstertje.
Veel groeten van
Mej. E. VTJLBRIEF.
WAARSCHUWING
De bekende schrijver Mark Twain je
kent hem natuurlijk wel door zijn jongensboeken
Tom Sawyer en Hucklebex-ry Finn! was een gees
tig man.
Hij kwam eens op zijn reizen in een klein hotel in
West-Amerika aan en vond in zijn kamer een bordje
met de woox-den: „Voox'zichtig! Niet roken! Denk aan
de brand van het Astoria-hotel in New-York!"
Direct trok Mark Twain zijn potlood en schreef
ex-onder: „Voorzichtig! Niet spuwen! Denk aan de
overstroming van de Missisippi!"
HIJ WIST HET!
Tante: „Waar zit je hax-tje, Frits?"
Fx-itsje: „Weet ik niet, Tante".
Tante (op zijn hart wijzend): „Als ik daar in prik
waar kom ik dan?"
Fritsje: „In de gevangenis, Tante."
JOECHHEISA, JOECHHEI
door W. B.Z.
Joechheisa, joechhei.
Nu is 't heus Mei
De kinderen zingen
'k Zie broertjes, die springen
Zo maar in de wei
Joechheisa, joechhei.
Joechheisa, joechhei.
Ze zijn ook zo blij
De vogeltjes fluiten
't Is heex-lijk nu buiten,
't Is mooi in de wei
Joechheisa, joechhei,
Joechheisa, joechhei.
Wie is nu niet blij?
De koetjes, die loeien
De lajnmetjes stoeien
Joechheisa, joechhei.
Wie is nu niet blij?
WAT ZOU DAT.ZIJN?
door W. B. Z.
Hé, wat ligt daar tussen 't riet?
Pierewiet, Pierewiet.
Zou 't zijn die valse kat?
Die wel vogeltjes opat?
Pierewiet, Pierewiet.
Hoe of toch dat beest wel hiet?
Piex-ewiet, Pierewiet.
Zou 't hondje Fik soms zijn?
Hè zijn tanden doen ook pijn.
Pierewiet, Pierewiet.
Musje, als jij heel goed ziet, -
Pierewiet, Pierewiet.
Is 't geen kat en is 't geen hond,
Is 't een hoedje hoog en rond.
Piex-ewiet, Pierewiet.
Mijn geheel is een Rubriekertjesnaam, die uit 16
lettex-s bestaat.
1 2 3 is een metaal.
6 8 4 is een knaagdier1.
10 5 11 13 is een deel van de voet.
12 7 is een lengtemaat.
14 8 8 7 is een schoolvak.
7 11 10 16 is een meisjesnaam.
15 8 9 is een jongensnaam.
Kamraadsel.
12 3 4 5
1 is een boom
2 is een soort hert
3 is een telwoord.
4 is een soort kom
5 is een ander woord voor iedereen.
Langs de rug van de kam lees je de naam van een
Gx-iekse godin, die vrede betekent.
Verborgen Nederlandse plaatsen.
Waar wonen?
LENA EURWDER KA MARAL
HEIN LARNG
NOOR DREM
In dit bassin zwemmen 7 vissen. Welke?
VANG DE BAL
door
W. B. Z.
Vang de bal,
Jan heeft hem al.
Nu volgt Chx-istientje
En dan Engelientje
Kom Woutertje nu niet getreurd,
Jij krijgt natuurlijk ook je beurt
Omdat die Anton zich nooit haast,
Is hij met ballen steeds er naast.
Wat gaat die bal toch reuze-hoog!
Net of hij naar de wolken vloog.
Vang gauw de bal,
Stien heeft hem al.
Wie of hem daarna vangen zal.
O, Anton roept: „Ik heb hem al."
a
P
r
1
b
a
n
n
e
O
w
a
r
b
O
e
P
u
b
O
e
s
a
r
1
O
c
1
j
a
Strikvragen,
a. Welke boog wordt dagelijks gebruikt?
b. Welke gaten staan niet slordig?
c. Wat is de overeenkomst tussen de letter a en
12 uur 's middags?
Vex-borgen plaatsen in Nederland.
a. Heeft u soms oesters gegeten?
b. De repetitie viel niet mee.
c. Mies, luister je wel?
d. Wat had Koen met 't vinden van de schat te
maken?
Neem uit iedere zin één woord, dan kx'ijg je een
spreuk die op ons pijpenrekje staat.
Het huis is afgebrand.
Er is nu een lege plek
Geen stukje meubel is meer over.
Een man staat er bij.
Die man houdt de wacht.
Je mag er niet spelen.
Hij staat te roken.
Dat kan je wel zien.
Mijn geheel is een schuilnaam van 10 letters.
2 6 7 1 komt uit de schoorsteen
3 4 1 vaart op den Rijn.
10 5 is een maat
9 6 is een jongens- of meisjesnaam.
6 7 8 is een lichaamsdeel.
Strik vragen.
a. Welke slag horen wij altijd van boven komen?
b. Welke steden bezocht men vroeger 't meest?
c. Op welke tocht gaat men niet voorwaarts?
d. Welke hoxxd loopt nooit?
Verbox-gen bomen.
Is de trommel in de kast?
De nachten zijn nog koud.
Plons! pardoes tuimelt hij in 't water.
Vul de puntjes in met klinkers, zodat er een be
kend spreekwoord ontstaat.
H.t .s n..t .1 g..d w.t „r bl.nkt.
PAASVACANTIE.
't Was de eerste Lentedag, toen we vacantie kre
gen. 't Zonnetje scheen heexiijk en vrolijk ging ik
m'n vacantie in.
Uit logeren ben ik niet geweest maar toch heb
ik me geen ogenblik verveeld.
De middag voor Pasen fietste ik naar de omgeving
van Kraantje Lek. 'k Wou iets zoeken voor Pasen,
en ter eere van de Lente. Liefst wilgenkatjes, maar
die zag ik nergens. Toch prijkte le Paasdag een
mandje met crocusjes, denappeltjes, takjes enz. op
onze tafel, wat een echt, vrolijk aanzien gaf.
Per fiets gingen Vader en ik de volgende dag de
Zeeweg op, naar Zandvoort. Wat was 't hier druk!
En wat was 't fijn, die prachtig vlakke zee weer te
zien! Langs de Zandvoortselaan x-eden we .naar
Heemstede, waar we bij familie gezellig een kopje
thee dronken. Daarna gingen we naar huis, hadden
een gezellige avond en zo was het lang verwachte
Paasfeest weer voox*bij.
Nu nog een weekje van heerlijk nietsdoen! (Pret
jes en uitgaan).
's Morgens moeder helpen, 's middags fietsen, bij
vx-iendinnetjes spelen of in de tuin wex-ken, wat
vooral nu zo fijn is. Je kunt haast niet begrijpen,
hoe na al die vorst de crocusjes en sneeuwklokjes,
net als andere jaren, hun kopje nieuwsgierig boven
dè grond steken, als kleine Lenteboden.
Maar, als je je niet verveelt, zijn twaalf vrije da
gen in een wip om.
En, als iemand mij zou vragen: „Is de Paasvacan-
tie je goed bevallen?" zou ik niets anders kunnen
zeggen dan: „Ja1"
HEMELVAARTSDAG
Als jullie dit lezen, is het pas Hemelvaartsdag ge
weest. Misschien zijn jullie die dag 's mox-gens vroeg
opgestaan om een prachtige morgènwandeling te
doen. 't Kan ook zijn dat je deze dag hebt doorge
bracht als" een gewone Zondag. Hoe heel anders de
den dat onze of liever jullie gx-ootouders.In mijn jeugd
haastte zich ieder om op dezen dag naar buiten te
gaan. Dauwtrappen of dauwtreden noemde men dat.
Ook onze heidense voox-oudex-s gingen reeds in de
vroege mox-genstond naar hun heilige wouden of
bronnen om daar te gaan liggen in het bedauwde
gras om een dauwbad te nemen want de dauw nam
ook al in die lang vervlogen dagen een gx-ote plaats
in in het volksgeloof. Dit zal vooral zijn oorzaak ge
vonden hebben in het feit, dat de dauw voor hen
een onverklaarbaar verschijnsel was, dat het iets"
geheimzinnigs was. Men beschouwde de dauw als
een goede gave van de hemel. Vooral in het verre
Oosten was de dauw van grote betekenis; geen won
der, want in de zomertijd, waarin weinig of geen
regen viel, verving ze immers de regen. Men schreef
aan de dauw genezende kracht toe; vooral heette het
een uitstekend middel voor allerlei oogkwaaltjes te
zijn. Men ving dan ook vaak de dauw in doeken op
en bewaarde het uitgewrongen water in flessen. Men
gebruikte dit water ook tegen huiduitslag. Bij de
Engelse meisjes van het platteland bestaat nog het
geloof, dat er geen beter schoonheidsmiddel is, dan
de dauw van de eerste Meimorgen. Vroeger heette
het zelfs dat de dauwdruppels van deze eerste Mei
morgen op de takken van de Meidoorn als tover
middel konden gebx-uikt worden. Vee, dat in de
dauw gelopen had, gaf meer melk dan anders het
geval was. Nu we dit allemaal weten is het geen
wonder dat men in vroeger dagen zich 's mox-gens
vx-oeg opmaakte om van de dauw te kunnen profi
teren. Met het verdwijnen van dit bijgeloof is ook de
gewoonte van dauwtrappen verdwenen. Niet alle
oude gebruiken, die aan de Hemelvaartsdag gebon
den zijn, zijn echter verdwenen. Zo houdt men in
het Gelderse dorp Zelhem de brooduitdeling nog al
tijd in ere. In verschillende Engelse dorpjes houdt
men zo de versiering der bronnen in ere. Vooral in
't dorpje Tissington wordt aan het versieren van die
bronnen grote waarde gehecht. Het is een soort
uiting van dankbaarheid. Je moet n.l. weten dat in
de jaren 1348 en 49 alle dox-pen daar in de buurt ge-
teisterd werden door de pest. Alleen het dorpje.Tis
sington bleef gespaard. Men schreef dit toe aan dè
zuiverheid van 't water uit de plaatselijke bronnen
Ook bij een andere belegenheid maakten de bronnen
van-Tissington een uitzondering op de regel. In de
le helft der 17e eeuw heerste er overal in Engeland
grote droogte, vooral in de stx-eek waarin het dorp
Tissington ligt. 't Vee kwam hier en daar van dorst
om, de oogst verschroeide op het land. Overal had
men gebrek aan water, alleen in het dorpje Tissing
ton niet. Hier gaven de bronnen overvloedig water.
Men had niet alleen genoeg voor eigen gebruik'
maar kon ook aan de omgeving voldoende afstaan!
Van alle kanten uit de omgeving dreef men het vee
naar Tissington. Het eigenaardige was, dat hoeveel
water men- ook aan de bronnen onttrok, steeds had
men volop water. Het scheen wel dat hoe groter de
mensenstroom was, die water kwam halen, hoe
voller de bron werd. Het water bleef in onvermin
derde kracht toestromen. In September begon het
te regenen, en herleefde de hele omgeving. Geen
wonder, dat men sinds dat jaar elke Hemelvaartsdag
zich beijvert' om de bronnen te versieren. Na de
kerkdienst gaan de kerkgangers een tocht maken
naar de verschillende bx-onnen, waar gebeden en
gezongen wordt en tenslotte een zegen over de bron
uitgesproken.
W. B.-Zi
32714 WOORDEN OP EEN BRIEFKAART
Een jonge Oostem-ijksche boex-, Franz Wielach
genaamd, heeft een wonderwerk in miniatuxxrschrift
volbracht. Hij heeft n.l. in zijn vrije winteravonden
het heele Oude Testatment welgeteld 32714 woor
den op een gewone briefkaart geschx*even. Als men
deze kaart oppervlakkig bekijkt, lijkt het geschre
vene één grijze massa. Kijkt men echter beter of
neemt men er een vergrootglas bij, dan blijkt dit
grijs te bestaan uit een oneindig aantal fijne lijntjes.
Met een nog. sterkere loupe gaat men dan de woor
den onderscheiden.
Franz Wielach heeft dit reuzenwerk dat overi
gens meer dwaas dan nuttig is! uit eerzucht vol
bracht. Hij had eens gelezen, dat een Spanjaard 4760
woorden op 'n briefkaart schreef en een Duitscher
het zelfs tot 5413 had gebracht. Toen hij nu ook nog
las, dat een Belg dit aantal nog vergroot had tot
17000, was zijn besluit genomen. Hij deed er bijna
een heelen winter over, maar eindelijk was de „mi-
nïatuurbijbel" klaar!
AANSTAANDE Maandag 6 Mei is het 100
jaar geleden dat de eerste postzegel, zoals
wij die kennen zijn intrede in de wereld
deed. De postzegel viert dus zijn 100-jarig
jubileum. Vóór die tijd schreef men natuurlijk ook
wel brieven, al was het dan niet zo vaak en zo veel
als tegenwoordig. Het brieven schrijven of liever het
brieven ontvangen was vaak een kostbare geschie
denis, want de ontvanger van de bx-ief, de geadres
seerde, moest de vracht, de port, betalen. Geen won
der dan ook, dat het in 't begin der vox-ige eeuw tot
de grote bijzonderheden behoorde als iemand meer
dan 6 a 7 brieven per jaar ontving. Ook gebeurde
het vaak, dat iemand een brief, die voor hem be
stemd was, niet kon of wilde ontvangen omdat de
vracht, de port, zeggen we tegenwoordig, te hoog
was. Het verzenden van brieven was toen geen
staatszaak, zoals tegenwoordig, maar het recht om
brieven te vervoeren werd verpacht. We weten uit
de dagen van Stadhouder Willem IV, dat de op
brengst van deze verpachting alleen te Amsterdam
f 200.000 opbracht. De pachters van de posterijen
moesten dus heel wat port binnen krijgen, voor ze
konden zeggen, dat ze wat verdienden. Een brief van
Amsterdam naar Groningen kostte aan port toen dan
ook niet zoals nu 5 cent, maar meer dan een gulden.
Zo was het niet alleen in ons land, maar in ieder
land van Europa. In Engeland b.v. werd de port be
rekend naar het aantal velletjes papier men ge
bruikte hiervoor een z.g. doox-lichtlamp en naar
de afstand die de brief moest vervoerd worden. Een
half velletje kostte per 100 km. 30 cent. Zat er een
heel velletje in de brief, dan werd de port verdub
beld. Zo kon het gebeuren dat voor het verzenden
van een zware brief van ongeveer 1 kilo van Ply
mouth naar Londen ongeveer f 72 moest betaald
worden. Van een Schot, die door Schotland reisde,
wordt verteld, dat hij van elke plaats, waar hij ver
toefde, zijn familie een brief stuurde, die echter
steeds geweigerd werd. De familie zag aan 't stem
pel, waar de reiziger vertoefde en dit te weten was
hun genoeg. Iets dergelijks wordt verteld van een
meisje, dat in een dorpscafé bediende en wier ver
loofde in Londen woonde. Deze stuurde op geregelde
tijden 'n brief met enkele krabbels op de enveloppe.
Als 't meisje de krabbels ontcijferd had, dat was
blijkbaar in een ommezien gedaan, weigerde ze 'de
brief met de mededeeling dat haar de vracht te duur
was. Dit.bracht de Engelsman Rowland Hill, een
wiskundeleraar, die getuige was van de weigering
van bovengenoemd meisje, op de gedachte te gaan
ijveren voor portverlaging, vooral in 't binnenlands
verkeer en voor de betaling van de port door de
afzender. Hij stelde voor enveloppen beschikbaar te
stellen voor één penny (5 cent) voor binnenlands
verkeer. Het bestuur der posterijen ging op zijn
voorstel in, maar 't publiek wilde er aanvankelijk
niet van weten. Toen kwam een dx-ukker uit Dundee
een zekere James Chalmer met het voorstel een
klein stukje papier, juist groot genoeg om er een
stempel op te drukken en dat aan de achterzijde van
een kleefstof moest voorzien zijn, als vergoeding voor
de portkosten te verkopen. Het beltuur der poste
rijen ging ook hierop in en 17 Augustus 1839 werd
dit in een postwet vastgelegd en in 't Engelse Lager
huis aangenomen, en hiermede was de postzegel ge
boren, die 6 Mei 1840 voor 't eerst aan de Engelse
postkantox-en verkrijgbaar was en wel in 2 prijzen
van 1 en 2 penny (5 en 10 cent). Het brievenvervoer
nam tengevolge van deze portvexdaging verbazend
toe en in andere landen volgde men weldra het En
gelse vooi'beeld. In ons land werd de postzegel inge
voerd bij de postwet van 1850 en in 1852 werden de
eerste portzegels uitgegeven en wel van 5, 10 en 15
cent. 3 prijzen omdat men 3 postkringen onder
scheidde, die in 1855 werden teruggebracht tot 2. De
verzending van een brief tot 30 km. kostte toén 5
cent, voor grotere afstand 10 cent. Ook dit verschil
is later vervallen en thans brengt de post voor 5
cent een brief van 't ene uiterste van ons land naar
't andere.
W. B.—25.