'liet JOimt m Jxut Olie&ot.
Hoe het Korps Vrouwelijke Vrijwilligers werkte
Huwelijk met modern
Comfort.
WÖENSDSG 29 HET 194Ö
Ook het gaarkeuken-koken heeft voor de
vrouwelijke vrijwilligers van den huishoudelijken
dienst geen geheimen. Onder militair toezicht
wordt de maaltijd klaargemaakt.
andere plaatsen. Onder voorzitterschap van den
wethouder is een comité gevormd, waarin naast de
Armenraad, het Leger des Heils en de Winterhulp
ook het K. V. V. zitting heeft.
Met nadruk verzocht men ons te willen mede-
deelen, dat de goederen per wijk met handkarren
worden opgehaald.
Het kan dus' eenigen tijd duren voor men aan een
bepaalde wijk toe is gekomen. Een wijk was reeds
door een der bewoners geheel bewerkt. Reeds vier
groote vrachtwagens vol met goederen van allerlei
aard zijn naar Rotterdam vertrokken. Er is echter
nog zeer veel noodig o.a. ook keukenmateriaal.
Waar hulp noodig was werd ze verstrekt.
Nooii tevergeefs een beroep
op het K. V. V.
HAARLEM, Woensdag.
De arbeid van het Korps Vrouwelijke Vrijwilli
gers met zijn 1300 leden heeft in ruimen kring waar
deering gevonden. Het Korps heeft veel en goed
werk verricht en hoopt dat in de toekomst ook te
doen. In een bijeenkomst op het bureau in het Stad
huis zijn ons over dat werk eenige mededeelingen
verstrekt. De basis waarop het K. V. V. eigenlijk
werkt, wordt zeer juist omschreven in een brief, die
door het bestuur aan de leden werd gericht. Het vol
gende is daaraan ontleend:
„Onze diensten hebben ieder naar eigen geboden
mogelijkheden gewerkt. Wij moeten doorgaan met
ons werk. Wij moeten ons blijven bekwamen. Wij
moeten bereid blijven ook al kan het K. V. V. niet
dadelijk van onze diensten gebruik maken. Het gaat
er niet om of precies alle leden van het K. V. V. aan
het werk gesteld kunnen worden. liet gaat er alleen
maar om dat nooit een beroep op het K. V. V. tever
geefsch zal kunnen' worden gedaan."
Dat was de voornaamste inhoud van dien brief
waaruit de geest van het korps duidelijk spreekt.
De bereidheid anderen zooveel mogelijk te helpen
komt ook duidelijk tot uiting in den Socialen Dienst.
Er kwamen 24 aanvragen van uiteenloopenden aard
binnen, die eerst door Maatschappelijk Hulpbetoon
werden onderzocht. Het betrof voornamelijk hulp
verleening in de huishouding bij ziekte en kinder
verzorging. Ook werden bedden, matrassen en klee
ding verzameld en in het St. Vincentiushuis opge
slagen ten einde te kunnen worden verstrekt aar
vluchtelingen uit andere plaatsen, die tijdelijk naar
Haax-lem waren gekomen. Van den Geneeskundigen
Dienst zijn de hospitaalhelpstei's, noch zij die voor
hulp in de wijkverpleging waren opgeleid in vollen
dienst geweest. Waar het noodig was is echter ge
holpen. De E. EI. B. O. cursussen worden voortgezet.
De verbindingsdienst had tot taak moeilijkheden, die
door belemmeringen van het verkeer waren ontstaan
op te heffen door het inschakelen van rijwielordon-
ïiansen. Twintig daarvan hadden een speciale oplei
ding gehad, de overigen moesten meteen aan het
werk gaan. Ook werd b.v. hulp verstrekt in brood-
bakkei'ijen bij het inpakken van brood voor de sol
daten, het inzamelen van goederen terwijl deze
dienst ook hulptelefonisten ter beschikking stelde.
De dienst van Vervoer stelt chauffeuse? voor am-
bulance-autos ter beschikking. Deze chauffeuses
werken in de ziekenhuizen en op ziekenautos terwijl
ze ook een cursus E. H. B. O. hebben gevolgd. De
huishoudelijke dienst was gesplitst in een opleiding
tot het koken in gaarkeukens, het verleenen van
huishoudelijke hulp in noodhospitalen, de kinderver
zorging en de hulp in de gezinnen.
De administratrice heeft voornamelijk voor de
administratie van het. K. V. V. zelf gezorgd. Daartoe
wordt een zeer practisch kaartsysteem ontworpen
Ook leverde deze dienst eenig personeel aan de ge
meente. Er bestaat voor den administratieven dienst
echter nog een groote behoefte aan typistes, die ook
overdag kunnen werken terwijl het verder ook op
prijs gesteld zou worden indien zij, die met een
stencil machine om kunnen gaan zich zouden wil
len melden. De luchtbeschermingsdienst gaf twee
cursussen voor gezinsbescherming, waaraan door 65
leden werd deelgenomen. De leden, die dezen cursus
volgden hebben zich daarna bij haar blokhoofd ge
meld. De verzorging van gewonde en zwervende
dieren behoort tot de taak van den dienst „Hulp aan
Dieren". Het gevaar van losgebroken paarden en
huisdieren ook in verband met het uitbreken van
besmettelijke ziekten heeft de volle aandacht van
dezen dienst. Aan alle eigenaars van dieren is daar
om den raad gegeven hun beesten van een kaartje
met adres te voorzien. De kliniek voor dierenbe
scherming vormde het voornaamste dierenhospitaal
Daartoe waren ook nog eenige garages ingericht.
Hulp aan RotterdamI
Op verzoek van den wethouder van Sociale Zaken
de heer W. J. B. van Liemt werden nog eenige me
dedeelingen gedaan over de hulp aan Rotterdam en
EXAMENS.
ACADEMISCHE OPLEIDING.
Geslaagd aan de Gem. Universiteit te Amsterdam
voor het cand.ex. geneeskunde (2e ged.) de heeren
H. H. J. Claessen en J. D. J. W. Bleeker.
NIEUWE UITGAVEN.
Een beknopte belastinggids samengesteld door
di". M. J. H. Smets en J. H. Meihuizen is verschenen
bij L. J. Veen's Uitgevers Mij N.V. te Amsterdam.
NED. VER. VAN VRIJZ. ZONDAGSSCHOLEN.
De Ned. Vereeniging van Vrijzinnige Zondags
scholen (Kiesdistrict Noord-Holland) houdt haar
28e jaarvergadering op Woensdag 5 Juni a.s. in de
Ned. Herv. Kerk te Zuid-Scharwoude.
Mevr. W. J. C. BlombergZeeman, te Haarlem,
zal een lezing houden over het onderwerp „Albert
Schweitzer en zijn werk".
FAILLISSEMENT.
Door de Arrondissements-Rechtbank te Haar
lem is op Dinsdag 28 Mei 1940 uitgesproken het
faillissement van Hendrik Lustig, timmerman,
wonende te Beverwijk, Boeweg 55.
Curator Mr. J. A. B. Sanders te Beverwijk.
Rechter-Commissaris Mr. S. J. Pit te Haar
lem.
CHAUFFEUSES AAN DEN ARBEID. Leden van
het K. V. V. doen practisch dienst op zieken
auto's. Een van de vele nuttige werkzaamheden,
die deze vrouwelijke vrijwilligers op zich hebben
genomen.
DONDERDAG 30 MEI.
JAARSVELD, 414.4 M.
AVRO-uitzending.
8.00 Berichten ANP. 3.10 Gramofoonmuziek. 8.30
Orgelspel. 8.50 Gramofoonmuziek. 10.35 Omroep
orkest. 11.00 Declamatie. 11.10 Omroeporkest en
soliste. 12.15 Puszta-orkest. 12.45 Berichten ANP,
Gramofoonmuziek. 1.00 AVRO-Aeolianorkest en
solist. 2.00 Concertgebouw-strijkorkest (opn.) 2.30
Pianovoordracht. 3.00 Ensemble Jonny Kroon. 4.30
Gramofoonmuziek met toelichting. 5.Ö0 Jeugdhalf-
uur. 5.30 AVRO-Amusementsorkest en de „Melody
Sisters". 6.30 Omroeporkest en solisten. 7.30 Con
certgebouworkest en solist (om ca. 8.30 Utrechtsch
Vrouwenkoor). 9.50 Mededeelingen, reportage.
lO.OOGramofoonmuziek. 10.30 AVRO-Amusements-
orkést en solist. 11.00 Berichten ANP. 11.10 AVRO-
dansorkest. 11.4012.00 Gramofoonmuziek.
KOOTWIJK. 1875 M.
NCRV - uitzending.
8.00 Gramofoonmuziek. 9.00 Berichten (Franseh).
9.15 Gramofoonmuziek. 9.30 Berichten (Neder-
landsch). 9.45 Marcando-ensemble. 11.15 Berichten
(Engelsch) 11.30 Berichten (Vlaamsch). 11.45 Gra
mofoonmuziek. 12.00 Jac. Stoffer's sextet. 1.30 Be
richten (Nederlandsch). 1.45 Berichten (Franseh).
2.00 Gramofoonmuziek'. 2.30 Berichten (Neder
landsch). 2.45 Gramofoonmuziek. 3.15 Berichten
(Engelsch). 3.30 Gooilanders. 5.30 Berichten (Ne
derlandsch). 5.45 Gramofoonmuziek. 6.15 Berichten
(Engelsch). 6.30 Berichten (Vlaamsch) 6.45 Cello
voordracht. 7.30 Berichten (Nederlandsch). 7.45
Gramofoonmuziek. 8.15 Berichten (Engelsch). 8.30
Berichten (Vlaamsch). 8.45 Gramofoonmuziek. 9.15
Berichten (Engelsch). 9.30 Berichten (Neder
landsch). 9.45 Gooisch symphonieorkest. 11.15 Be
richten (Engelsch). 11.4512.00 Gramofoonmuziek.'
ID3
De garage.
In den tijd toen vele Nederlanders nog auto re
den, die nu heel blij zijn dat zij een fiets bezitten,
leefde er ergens in landelijk Nederland een jonge
man, dien het zoo goed ging in zijn zaken dat hij
zich een kleine auto kon veroorloven. De auto was
van dat allerkleinste model dat ze vroeger „een
boulevard-luis" noemden. Maar overigens heele-
maal echt: een gesloten coach, tweedeurs. Kort
daarna stierf een oude oom, die den jongen man
eer. bescheiden vermogentje naliet. En aangezien
hij geloofde in onroerend bezit, veel meer dan in
de grilligheid van beurspapieren en andere ver
gankelijke waarden, besloten zijn vrouw en hij
zich een kleine woning te laten bouwen buiten het
stedeke, waarin hij zijn arbeid bedreef. Natuurlijk
gaf hij de opdracht aar zijn vriend den architect,
die jong was als hij en verblijd met de taak.
want het zou zijn eerste villaatje zijn. Tot dusver
had hij zich tot een boerderij en eenige pakhuizen
moeten bepalen.
Een schoone tijd van plannen-maken brak voor
alle drie aan. Den architect gewerd de geest die
tot bezielde schepping voert. En hij ontwierp eer.
klein juweel, dat zijn principaal en diens vrouw
verrukte. Natuurlijk behoorde er een garage voor
het wagentje bij. Die was ingebouwd in het geheel,
dat de strengste toets der juiste verhoudingen
scheen te kunnen doorstaan. Het werd daarop aan
besteed. De aannemer en zijn mannen kwamen.
Het verrees, zooals nieuwe woningen dat plegen
te doen, temidden van steigers en rommel. Maar
de verrukte toekomstige bewoners dachten die
weg. Hun verbeeldingskracht zag de idyllische wer
kelijkheid reeds in de liefelijke natuur, die het
alles omgaf. Schier dagelijks gingen zij zich in de
wording vermeien.
Tot het oogenblik kwam waarop het gereed was
en tot de verhuizing besloten kon worden. „Mor
gen, als je wilt, zei de trotsche bouwer en hij nam
zijn zesde foto uit een zesden gezichtshoek. Lang
toefden zij, bewonderden nog eens alles en reden
toen naar de oude woning terug, Daar merkte de
nieuwe huiseigenaar dat hij zijn pijp had laten
liggen. „Even terugrijden om 'm te halen", zei hij
en zijn vrouw plaagde hem dat hij met opzet dat
ding had laten liggen om nög eens te kunnen gaan.
.Goed goed", zei hij, laohte, reed weg en keerde
niet terug.
Men vond hem in den laten avond.
Dat klinkt tragisch, maar hij was heelemaal niet
dood. Zelfs niet gewond of ziek. Hij was spring
levend, ofschoon erg hongerig. En verder alleen
maar teleurgesteld.
Want toen hij in de landelijke stilte bij zijn
nieuwe woning was gekomen had hij gezien dat de
garagedeuren openstonden en de garage eens even
willen probeeren. Dat was nog niet gebeurd. Dat
moest toch. Dus reed hij er keurig en voorzichtig
in. En stopte zijn motor. En nam het sleuteltje uit
het contact. En wilde het portier links openen.
Maar 'het ging maar enkele centimeters open, toen
stootte het tegen den muur. „Ik heb het midden
niet genomen toen ik binnenreed", dacht hij,
schoof naar rechts en opende het portier aan dien
kant. Maar dat wou hoogstens een decimeter wij
ken. Hij dacht dat het ergens aan haakte, rukte er
aan en liet het cortactsleuteltje uit de auto vallen,
dat er ergens onder belanc-de. En toen bleek hem
dat rukken ook niets hielp. Het rechter-portier kon
volstrekt niet verder open. De garage was te smal.
Zijn architect, die zijn eerste villaatje bouwde en
gansch geen ervaring van auto's bezat, had in op
timistische onwetendheid het garage-nut aan de
pure inspiratie geofferd.
Ik heb u gezegd dat het daar landelijk en stil
was. Ik moet er aan toevoegen dat de avond viel
toen de vreeselijke fout ontdekt werd, dat er geen
ander huis in de buurt was, dat het regende en
dat dus de jongeddchters der boerderijen niet met
hu, vrijers op stap gingen. Daarom baatte het
riet dat. de opgeslotene door zijn achterruit tuurde
en zelfs niet dat hij om hulp ging roepen. Niemand
hoorde het. Ten overvloede kwam er ook nog een
windvlaag, die de garagedeuren dichtsloeg.
Het was reeds nacht toen een doodelijk onge
ruste jonge vrouw en een ontstelde arphitect hem
kwamen bevrijden. Na lange uren, waarin zij ver
ondersteld hadden dat hij plotseling door een groo-
ten klant ontboden was, of met een auto-defect
zat te tobben en meer van dien aard.
In het pikkedonker vielen harde woorden aan
het adres van den schepper van het juweel. Een
vertrouwen brak. Een blanke illusie was besmeurd.
Enden volgenden dag moest er een opening in
den buitenmuur van de garage gemaakt worden,
waarin het linker-portier kon openen. Daar kwam
toen weer een deur in. Waarna die garage een jaar
lang tot de geliefde en bespotte bezienswaardighe
den van het district behoorde. Zoo zijn de men-
schen: zij willen niet erkennen dat men door fou
ten te maken moet leeren. Ofschoon zij dat alle
maal doen, al is het niet steeds zoo opvallend. Het
opvallende was hier natuurlijk de groote pech.
Tenslotte moet ik nog zeggen dat het heusch ge
beurd is. Er gebeuren trouwens nog wel wonder
lijker dingen in de wereld. Nietwaar?
(Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden).
KON. NED. TOONKUNSTENAARSVEREENIGING
Dezer dagen hield de afdeeling Haarlem en
omstreken der K.N.T.V. haar jaarlijksche verga
dering in het gebouw „De Nijverheid".
De voorzitter, de heer George Robert, sprak een
kort openingswoord.
De penningmeester ,de heer Karei de Jong,
bracht het jaarverslag uit. De kascommissie had de
boeken nagezien en in orde bevonden.
Na voorlezing van het jaarverslag door de se
cretaresse, mej. Betsy Koopman, werd medege
deeld, dat in verband met de gebeurtenissen de
algemeene jaarvergadering, die in Juni 1940 te
Haarlem zou worden gehouden met een concert,
tentoonstellingen en andere feestelijkheden ter
eere van het 13e lustrum der K.N.T.V. moet ver
vallen.
ALGEMEENE ABONNEMENTSKAARTEN DER
NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN
UTRECHT, 28 Mei. In het bericht der Neder-
landsche spoorwegen, betreffende de algemeene
abonnementskaarten, welke zonder bijbetaling gel
dig zijn in de bussen der A. T. O.-lijnen, is een ver
keerd traject gemeld. Dit moet zijn: BredaGeer-
truidenberg.
VOOR DE KINDEREN
Eerst keek meneer Citroen ongeloovig, doch
ging ten laatste ook twijfelen, omdat het
beest geen geluid gaf. Hij werd zoo rood als
een kalkoen en brieste De politie moet ik
hebbèn, oogenblikkelijk moeten die bedriegers
worden opgepakt.
Hij rende naar het politiebureau en vertelde
aan den inspecteur wat er was voorgevallen.
Hij kreeg twee agenten mee om in de stad op
zoek te gaan naar den Dikke en zijn vriend
Krent, en ging onmiddellijk op stap.
Het treinverkeer herstelt zich meer
en meer. De verbinding Schiedam-
Rotterdam is weer normaal. De aan-
kondiging op het station te Schiedam
maakt van dezen gelukkigen factor
melding
JA
itfl-Ui
iiraa'
0
l&on
;snorn<
sint
de
j!er<
ïddei
-hai
<7or
ylati
d teg
>rlatt
-;;eg
Afscheid gezant G. Aschmann,
's-GRAVENHAGE, 28 Meil. In een perst®,
ferentie in het gebouw van het Duitsche geaaj.
schap heeft Z. Exc. G. Aschmann, buitengewoon
gezant en gevolmachtigd minister ter beschik-
king, die een andere bestemming gaat volgen
afscheid genomen van de Nederlandsche pers'
die hij voor haar samenwerking dankte. De pers-
chef van het gezantschap, de heer w. Janke.
heeft daarna de verdiensten van den heer Asch
mann voor de verstandhouding tusschen het
Duitsche en het Nederlandsche volk herdacht,
Namens de Nederlandsche journalisten dankte
mr. J. van Bolhuis voor de tactvolle wijze,
waarop de heer Aschmann zijn moeilijk werk
had verricht. (AN.P.)
De commissie-oorlogsschade.
's GRAVENHAGE, 29 Mei. De opperbevel,
hebber van land- en zeemacht heeft, naar wij gis.
teren reeds hebben gemeld, een commissie ingesteld
bestaande uit de heeren ir. W. H. van Leeuwen,
prof. H. A. Kaag, mr. K. P. van der Mandele en
als secretaris prof. mr. P. Lieftinck, welke tot taak
zal hebben voorstellen te doen:
a. Nopens de beginselen, volgens welke van over-
heidswege tegemoetkoming zal worden verleend in
verband met geleden materieele oorlogsschade en
b. Nopens de wijze waarop de financiering hier
van zal dienen te geschieden.
Naar aanleiding van de instelling van deze com
missie, welke den naam „commissie-oorlogsschade"
draagt, wordt er de nadruk opgelegd, dat de werk
zaamheden van deze commissie zich niet zullen uit
strekken tot het onderzoek van individueels
schadegevallen. Men wende zich derhalve met ge
vallen van dezen aard niet tot de commissie-Van
Leeuwen, doch tot de verschillende gewestelijke dan
wel plaatselijke stichtingen, welke voor dit doel
worden of zijn ingesteld.
Het secretariaat der „Commissie-oorlogsschade"
is gevestigd te 's Gravenhage, Bezuizenhout 87. Da
commissie heeft haar werkzaamheden inmiddels
aangevangen. (A.N.P.)
VERKEER PONTVEER OLST NORMAAL.
OLST, 28 Mei (A.N.P.) Het verkeer over
het ponbveer te Olst thans normaal.
ZAKBIJBELBOND.
De Zakbijbelbond houdt Donderdagavond 30
Mei te Haarlem een samenkomst na de Alle-Dag-
kerk, in een der lokaliteiten der Groote Kerk (in
gang Klokhuisplein) onder leiding van Ds,
du Fossé, Vrij-Evang. predikant, correspondent
van den Bond voor Haarlem.
-:ch'
alc
traa'
sere:
31 v
ïgd
gh
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van 1890
TOEGENOMEN SCHULD.
De schulden der gemeenten zijn in den
laatsten tijd sterk toegenomen.
Het trof ons te lezen dat een halve eeuw
geleden de schuld der gemeente Haarlem
mermeer slechts /30.000 bedroeg.
In dien tijd is de schuld opgeloopen tot
2.407.282.
f Mr. CORRY STOLZ-VAN DEN KIEBOOM.
J 1)
j „Hoe was het?"
„Hoe is het gegaan?"
„Is het meegevallen?"
Ze stormen met hun allen op Nicoline Lénswaèrdt
af, zoodra de deur van de Senaatskamer achter
haar didhtvajt.
Hè! Ze haalt diep adem, goddank, dat ik
er af ben. Drie maanden schat ik.
Ben je mal? Hoe zoo? protesteeren de anderen
bemoedigend. Heb je erg zitten rijden? Vertel
nou eens, zeg Nick.
Strafrecht ging wel, zegt ze. Maar Staats
recht was hopeloos. Nee, 't is vast mis. Als ik er
maar met drie maanden afkom. Kan ik me direct
na de groote weer opgeven.
Niet zoo somber, Nikker! Han Maeyhoelc, als
eenig medicus wat onwennig tusschen enkel ju
risten, waagt zich nu toch dichterbij. 't Zal best
losloopen. Hij knikt haar bemoedigend toe, probeert
zijn trouwhartig jongensgezicht de vereischte be
zorgde uitdrukking te geven.
't Lukt hem niet, denkt Nicoline met even een
lachje. Han zou het allang best vinden, als ze des
noods tien maanden kreeg een consilium abeun
di, dat zou hem wel lijken. Ze wordt meteen weer
in beslag genomen door een paar aanstaande mede
slachtoffers, die nerveus details vragen.
Jan Riemersma kijkt op zijn horloge: Acht
minuten, Nick.
Ze worden nu allemaal stil en wadhten. In de
holle, schemerdonkere ruimte van gangen en trap-
gewelven, waar geen zomerzon en geen lawaai van
buiten doordringt, hangt de spanning. De meisjes
jjl hun lichte zomerjurken rillen. Nicoline, bleek
boven het zwart van haar japonnetje, trekt Jan's
pols met het horloge naar zich toe. Acht minuten
judicium het kan nog
Het belletje! Nicoline voelt den vloer onder zich
wegzakken even maar.
De pedel, die op de deur afkomt ze wijken
terug, wachten weer, Nicoline vooraan.
Nu komt het. Als de pedel uit de Senaatskamer
komt, hoef je alleen maar naar zijn hand te kijken.
De hand van den pedel aan den deurknop. Houdt
hij hem vast, dan gaat de deur meteen weer achter
je dicht, ben je gezakt.
Daar is hijLaat hij los?.... Nög niet?....
Ja nééJuffrouw Lenswaerdt.Dicht
gaat de deur achter Nicoline. Het triomfantelijk
„èn de heeren" 1 sein, dat de anderen ook bin
nen mogen komen blijft achterwege. Met knik
kende knieën gaat Niok haar vonnis tegemoet. Ach
ter de dichte deur staan de anderen, verslagen.
Drie maanden. De tranen loopen over haar
wangen, als ze de Senaatskamer uitkomt. Ze drin
gen om haar heen, ijverig troostend.
Maar drie maanden de moeite niet waard!
Huil er nou niet om, zeg. Dikke Boy de Laet
van Neerduynen beklopt bemoedigend Nicks
schouder.
Kind, als 't nou nog voor je eerste deel was....
Wel ja, Nick, je eerste deel heb je in ieder ge
val.
En je hoeft hier nog niet weg voorloopig. Dat
is Han's gezichtspunt natuurlijk, denkt Nick en ze
lacht alweer door haar tranen heen.
Natuurlijk. Ik lijk wel mal. 't Is niet zoo tra
gisch. Kom, zegt ze resoluut, laten we maar ver
dwijnen.
Zwijgend en landerig loopen ze de trappen af,
slenteren besluiteloos het Domplein op. Loes en
Elly, de hartsvriendinnen, hebben Nick bescher
mend tusschen zich in genomen. De een na den
ander neemt met een „perkte hoor Nick, hou je
taai" afscheid.
Natuurlijk, denkt Han Maeyhoek, die met
twee andere, trouw gebleven vrienden volgt. Jan
Riemersma en Boy de Laet en hij zelf met de
meisjes er bij precies vijf, die er overblijven om
Nick door de eerste ellendige oogenblikken heen
te helpen. Zoo gaat het immers altijd bij een uit
slag.'Als je zakt, weten de meesten niet, hoe ze
gauw genoeg zullen eclipseeren. Enfin, wat hèm
betreft mogen ze allemaal verdwijnen, Jan en Boy
en de meisjes ook. Hoe eer hoe liever.
Zeg, wat doen we? vraagt Boy monter. Aha,
denkt Han, die wil ook mee helpen troosten.
Opkrassen, jij zegt hij binnensmonds.
Na jou, geeft Boy hoffelijk terug.
Weet je wat, begint Jan Riemersma hoopvol.
—Laten we naar Zeist gaan.
Nick draait zich om. Eerst naar 't postkan
toor, zegt ze met een zielig stemmetje.
Dadelijk gaat ze weer huilen, denkt Han angstig
en hij duwt Elly opzij en grijpt Nicks arm. Nik
ker, toe, trek het je niet zoo aan. Die lamme ke
rels! Hij kijkt woedend om naar de ramen van de
Senaatskamer. Nee, er staat niemand, zegt hij
spijtig.
Had je je tong willen uitsteken? Nick moet
toch lachen om zijn woede. Laat ik nu maar
eerst gaan telegrafeeren, anders heb ik er geen
moed meer voor, zucht ze.
Ik heb er bij gezet, dat ik overmogen thuis
kom, vertelt ze, als ze het postkantoor uitkomen.
Dan is de storm hopelijk wat geluwd inmiddels.
Goed zoo, zegt Han verheugd. En wat wil
je nu gaan doen?
Laten we nou naar Zeist gaan, komt Jan Rie
mersma opnieuw. Beetje buiten zitten en dan
sen.
-Geen gek idee, zeg, valt Boy hem bij. Alle
maal in mijn wagen, dat kan best. Gaan jullie mee,
dan drinken we eerst bij mij een borrel.
Ik ga eerst naar huis, zegt Nick. De juf
frouw vertellen, cat ze me rog niet kwijt raakt.
Ten minste één mensch, die er goed mee is,
zucht ze.
Zeg! Han en Boy trekken haar protesteerend
ieder aan een arm. Wij niet soms?
En voor 't twee dagen verder is, ben je er zelf
blij om, dat je hier nog terug mag komen na de
groote, voorspelt Boy bemoedigend.
In Zeist onder de hooge boomen is het al donker,
als Boy voor het hotelterras stopt. Nick voelt, nu
de ergste teleurstelling voorbij is, haar verdriet
merkwaardig snel verdwenen. Als ik geslaagd
was, zaten we misschien nu ook hier, zegt ze.
Maar dan voor 't laatst, ik tenminste.
O zoo! triomfeert Boy. Wat heb ik je ge
zegd? Dansen?
Met mij. Han plant zich voor hem. Nick staat
lachend op.
Wel? vraagt Han. Ben je er overheen?
Allang, bluft ze. Ik ben eigenlijk dolblij,
dat ik nog geen afscheid hoef te nemen.
Hij drukt haar vaster tegen zich aan. Wij
hoeven toch heelemaal geen afscheid te nemen.
Ik had het niet over ons, ontwijkt ze koeltjes.
Ik bedoelde het afscheid van dit allemaal. En
van mijn kamer. En van de oude straatjes achter
den Dom, En van de Kloostergang, als het carillon
speelt. Sentimenteel hè?
Afgrijselijk, vindt Han. En wij je vrien
den, om het dan maar onpersoonlijk te zeggen? Op
de hoeveelste plaats komen wij? Achter het Wil-
helminapark of achter de colleges Handelsrecht?
Vóór de meisjesclub in ieder geval, zegt Nick.
Gek hè, daar heb ik me nooit thuis gevoeld.
Vriendinnen als massa-artikel niets voor mij.
En vrienden? vraagt Han nadrukkelijk.
Vrienden? O. dat 's heel wat anders zegt ze
luchtig. Hoe meer hoe liever. Maar het aller
liefste.... ze houdt even in een koele dronk,
want ik bezwijk, eindigt ze lachend.
Kattekop, zegt Han. Morgen komt er weer
een dag, belooft hij zichzelf. Het is nu toch geen
geschikt moment om er mee voor den dag te ko
men. Eerst maar de emoties van vandaag laten
bezinken.
Nick ligt lusteloos op den divan in haar zitka
mer en kijkt door de open tuindeuren naar buiten.
Jasses inpakken, denkt ze en zucht. Wat ziet ze
er tegen op om morgen naar huis te gaan. Gezakt
zij, knappe Nicolientje, die al haar examens met
glans heeft gehaald. En het heele dorp weet er
van, natuurlijk. Zooals iedereen altijd alles van
iedereen weet. Papa, die teleurgesteld zal zijn en
nu dubbel nerveus om Rob, die volgende week
wéér voor zijn derde deel notariaat op moet en wel
wéér zal zakken. Terwijl Papa zijn hulp op kan
toor zoo hard noodig heeft. En Mama, die na
tuurlijk weer zal komen aar dragen met de hon
derd keer gehoorde klachten, dat ze niets aan
haar heeft, dat ze andere moeders benijdt, die niet
zulke excentrieke dochters hebben en dat ze nu
toch beter met die studie kan uitscheideno ja,
denkt Nick, het zal een "genoeglijke boel zijn thuis.
Kon ze maar hier blijven. Zij kijkt de gezellige zit
kamer rond, haar eigen vertrouwde hok, meer
eigen, meer vertrouwd na vier jaar, dan haar
ouderlijk huis. Een gewone studenten-huurkamer
met veel traditioneele afgrijselijkheden het koe
haren karpet, de moquet-overtrokken stoelen, he.
liefgebloemde behangetje. Maar toch de zalig
heid van zoo'n achterkamer in een oud Utrechtsch
grachtenhuis, zooiets typisch vind je nergens. Eerst
de tocht door die lange, smalle gang, nooit' heele
maal recht, altijd met een gekken kronkel erin,
altijd kil en donker en dan ineens sta je in een
zonnige tuinkamer met wijd openslaande deuren
je eigen kamer. Met den antieken doek achter
den divan en het Jacobean fauteuiltje voor de
tuindeuren. En het Minervabeeld op den schoor
steen. En de Series Lectionum met het roode lint
er over, tegen de deur gespijkerd. En de boeken
kast. Enfin, na de vacantie ziet ze het allemaal
weer terug. En de boeken moet ze ook nog inpak
ken. Thuis iederën dag vossen. Dat lamme, ellen
dige Staatsrecht, aboe. Ze rekt zich uit, kruipt
dan zuchtend overeind. In vredesnaam maar be
ginnen met pakken.
Een roffel op de deur. Han natuurlijk.
Nikker, ik kom je halen.
Nee, ik kan niet, ik moet nog inpakken.
Jawel, je gaat mee, zegt Han gedecideerd.
We gaan samen eten in het Jaarbeursrestaurant,
omdat het jouw laatste avond is.
Geen denken aan. Ik moet inpakken, zeg ik je
toch. Demonstratief haalt Nick een stapel boeken
uit de kast.
Zal ik helpen? biedt Han aan. Zeg je bent
nogal wat van plan. Moet je dat allemaal afwerken
in de vacantie? Moet die dikkerd ook mee?
Ja dat is de ergste kluif van allemaai.
(Wordt vervolgd),