gum Corsica, Tunis, Gibraltar, Suez M A A N D AG 3 JUNI 1940 Oorlogsdoelen van Italië: De bekende journalist en overzichtschrijver van den buitenlandschen politieken toestand, directeur van de met het Italiaansche ministerie van buitenlandsche zaken in nauw contact staande „Telegrafo", heeft zoo meldt het D.N.B. in een radiotoespraak tot het Ita liaansche leger als Italiaansche oorlogsdoelen genoemd: Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez. „Iedereen' weet, zoo verklaarde Ansaldo, hoe de Italianen sedert meer dan vijftig jaar in Tunis be handeld worden. Gibraltar is een vesting in handen der Engelschen. Suez vormt een nauwe pas, voor het passeeren waarvan een hoog bedrag moet wor den betaald. Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez zijn controle-steunpunten tegen de Italiaansche onaf hankelijkheid. Deze steunpunten, deze misbruiken en inbreuken moeten verdwijnen, m.a.w. Italië moet zijn recht en vrijheid in de Middellandsche Zee verkrijgen. Dat moet Italië met eigen middelen en eigen overwinningen bereiken. Het zou dwaas zijn erop te willen wachten dat deze aanspraken ons door den hemel in den schoot worden gewor pen". In zijn toespraak sprak Ansaldo over de voor bereidingen van Italië, die in de laatste week zeer intensief zijn geworden. De voorbereidingswerk zaamheden bevinden zich in de laatste phase, de mobilisatie is in vollen gang. Toch betreft het hier geen overijlde mobilisatie, doch een in alle rust uitgevoerde arbeid, waarbij het aantal troepen steeds grooter wordt. Het wachtwoord van den Duce: gelooven, gehoorzamen en strijden, is door deze in alle stilte verrichte mobilisatie een feit geworden. Het geheim van deze mobilisatie is het volle vertrouwen op den Duce. Dit vertrouwen sluit echter niet uit dat iedere Italiaan afzonderlijk ook de reden moet kennen, die Italië op het oogen- blik leidt en waarom de Duce het bevel tot den opmarsch zou kunnen geven. Een volk als het Italiaansche kan met zijn enex-gie niet buiten een groot conflict blijven, waaraan alle Europeesche groote mogendheden deelnemen en die over het lot van Europa beslissen. Indien Italië zich afzijdig zou willen houden, dan zou het zich daardoor op onherroepelijke wijze diskwalificeeren. Italië moet alleen reeds om bestaansreden handelen en dat beteekent: sti-ijden, dat is de moreele reden van de Italiaansche houding, terwijl de tweede reden moet zijn de onafhankelijkheid van Italië op de zee. De terugtocht der Britten over het Kanaal. Radiorede van Anthony Eden. De Britsche minister van oorlog, Eden, heeft Zondag zoo meldt het D.N.B. een radiorede gehouden, waarin hij de vlucht over het Kanaal van de resten der in Noord-Frankrijk verslagen Engelsche en Fransche legers als een succes uit legde. Hij moest toegeven dat de Duitschers bij den grooten slag in Noord-Frankrijk groote stra tegische voordeelen hebben behaald. De Engelsche verliezen aan uitrusting en materiaal zijn zeer zwaar geweest. De kern van het Bx-itsche expeditie- leger en tienduizenden Franschen zijn echter ge red. Het was de geest van het Britsche expeditie- leger, die hier heeft gewonnen. Het leger was op den roep van België te hulp gesneld en had zijn stellingen aan de Schelde betrokken. De opmarsch duurde verscheidene dagen. In minder dan de helft van dien tijd moest het leger zich weer terugtrekken door gebeurtenissen, die buiten de Engelsche controle lagen. Vijf en zeven tig mijl voorwaarts, dan een gevecht en weer onder vechten 75 mijl teru gin 10 dagen, dat was de eerste phase in den slag om de Kanaalhavens. Eden con- stateerde dat die phase schitterend voltooid was. Hij sprak daarna over de gevechten om Calais en Boulogne, die hij weer trachtte voor te stellen als groote Engelsche successen. Terwijl zich in de na bijheid van de eigen kust al deze dingen hadden afgespeeld, heeft het expeditieleger op den terug tocht naar Duinkerken voor zijn leven gevochten. Er is, aldus besloot Eden, geen dapperder epos in de Britsche annalen dan dit. Resultaten na drie weken offensief. Artikel van de „Berliner Börsen Zeitung". BERLIJN 2 Juni (D. N. B.) De resultaten en ervaringen aan het einde van de derde week van den grooten strijd in het Westen worden in de „Ber liner Box-sen Zeitung" van speciale zijde samen gevat. In het artikel wordt gezegd: Vooral moet de boven alles uitstekende strategi sche prestatie der Duitsche leiding geconstateerd worden. Er moet de nadruk op worden gelegd dat de Duitsche legers stonden tegenover een gelijk- waardigen tegenstander. De Duitsche leiding heeft diens elitetroepen in een grootsch opgezette operatie ingesloten. Beslissend voor het succes was de nauwe en veelal nieuwe samenweiking der verschillende deelen der weermacht en der wapensoorten, zooals dit het duidelijkst bleek bij de samenwerking tusschen het luchtwapen en de pantserformaties. Speciale vermelding verdient verder de voortref felijke transportprestatie. Hoe steik de militaire positie van den tegenstan der is geschokt, blijkt uit verschillende feiten: 1. De Fransche leiding was niet in staat een „ver lichtingsoffensief" te voeren ten gunste van de in het nooi-den met de vernietiging bedreigde legers der westelijke mogendheden. Weygand, die als ver tegenwoordiger van een nieuwe offensieve strategie tot de leiding werd geroepen, heeft zich geheel tot het defensief moeten beperken. 2. De Britsche vloot waagde niet op te treden tot redding van het in Vlaanderen bedreigde Engelsche expeditieleger, resp. ter bescherming van de Ka naalhavens, die voor de Engelsche verbinding met het vasteland van beslissende beteekenis zijn, evenals ook voor de veiligheid van het Britsche eiland in het algemeen. 3. Ook het Britsche luchtwapen was, evenals het Fi-ansche, niet in staat het lot der ingesloten legers te stuiten. Het feit, dat het Duitsche luchtwapen absoluut superieur is en het luchtruim beheerscht is de laatste week krachtiger dan ooit in het licht getreden. Vooral echter is ook de uitstekende strijdgeest van de Duitsche infanterie gebleken, die na de eerste stormritten der gemotoriseerde deelen in ver wonderlijk snel tèmpo gevolgd is en in gevechten van nabij den taaien tegenstand van den tegenstan der definitief heeft gebroken. De successen van het Duitsche luchtafweergeschut scharen zich waardig aan de zijde van die der an- dere wapensoorten. EXAMENS. Centrale Vergpniging voor Open bare leeszaleit en bibliotheken. Geslaagd voor het assistents-examen der „Centrale vereeniging voor openbare leeszalen In Nederland" cursus-Nijmegen: mej. M. J. van Weel. te Heemstede. Cursus-Utrecht: de dames A. Körnmann, te Haarlem en H. G. Postema, te Overveen, Sir Samuel Hoare te Madrid. Anti-Engelsche betoogingen. Het D. N. B. meldde Zaterdag uit Madrid: Naar aanleiding van de aankomst van den nieu wen Britschen ambassadeur, Sir Samuel Hoare, heeft de Madrileensche universiteitsjeugd heden een op tocht gehouden, welke met den kreet „Gibraltar voor Spanje" en met plakkaten met hetzelfde opschrift door de straten der stad trok. De betoogers werden voor de Britsche ambassade door de politie uiteengedreven. Sir Samuel Hoare arriveerde des middags om 5 uur per vliegtuig uit Lissabon. Nader meldt het D. N. B.: Zaterdag is het tot spontane, reusachtige betoogingen gekomen voor de wederaansluiting van Gibraltar bij Spanje. Falan- gistische jongeren en studenten, meest in uniform gekleed,, vormden op de pleinen en in de hoofd straten van Madrid groote optochten, waar-bij bor den met een schets van Gibraltar en eischen tot teruggave werden meegedragen. De menschen- menigte sloot zich onder geestdriftig geroep van „Leve het Spaansche Gibraltar" bij de betoogingen aan. De betoogers trokken naar de Engelsche am bassade, waar de nieuwe Britsche ambassadeur Sir Samuel Hoare dienzeifden dag aankwam. De men- schen riepen: „Gibraltar is Spaansch". De politie trachtte de betoogers te bewegen tot doorloopen. Er werden geen arrestaties verricht, evenmin deden zich ernstige incidenten voor. Verwijzende naar de betoogingen te Madrid spi-eekt de Italiaansche pers de eischen uit dat Gi braltar naar Spanje moet terugkeeren. Gibraltar in het bezit van Engeland is een nationale schande, zoo wordt verklaard. Er kan geen groot Spanje be staan, zoo lang deze schande voortduui-t. De „Giornale d' Italia" schrijft dat het vraagstuk van den terugkeer van Gibraltar naar Spanje be schouwd moet worden als x-eeds practisch aan de orde te zijn gesteld. Het tegenwoordige regime van Gibraltar is een kenmerkend voorbeeld van de Engelsche hegemonie-methoden, zoo schrijft het blad. Engeland beheex'scht van Gibraltar uit den Europeesehen pijler bij den uitgang naar den Atlan- tischen Oceaan en het leven en de bedi'ijvigheid van alle volken aan de Middellandsche Zee. Het is natuui-lijk dat Spanje na zijn nationale en geestelijke vernieuwing het gemis van het door Engeland ont nomen Gibraltar als bijzonder pijnlijk ondervindt, daar Gibraltar een stuk van den nationalen Spaan- schen bodem is. AZNAR OVER GIBRALTAR. MADRID, 2 Juni (D.N.B.) In zijn laatste ar tikel over Gibraltar schrijft Manuel Aznar in „Ar riba", dat de Spaansche jeugd van vandaag de onwankelbare overtuiging heeft dat Gibraltar onder leiding van Franco tot het vadeiTand terugkeex-t. Dit mag niet een voorwei'p van vredesonderhan delingen zijn of van diplomatieke besprekingen. Het is voldoende indien Engeland zonder omwegen Gi braltar teruggeeft. Pas na deze overgave kan men van vriendschap tusschen Spanje en Engeland spreken. Tot zoolang zijn alle betuigingen van vriendschap een voorspiegeling van onjuiste feiten. De Duitschers in Ned.-Indië. Op goede behandeling van de geïnterneerden aangedrongen. Het A.N.P. melat d.u. 1 Juni uit 's Gravenhage: Het is helaas tot ons doorgedrongen dat de be handeling van de in Nederlandsch-Indië geïnter neerde Duitschers heel wat te wenschen overlaat. Men zal zich herinneren, dat deze Duitsche on derdanen aanvankelijk op het eiland Onrust, in de baai van Batavia, waren geïnterneerd. Niemand die dit eiland kent zal dit een ideaal oord vinden voor het onderbrengen van personen die niets misdeden en wien niets ten laste kan wox'den ge legd. Het eiland Onrust was reeds vroeger de plaats waar personen werden „opgeborgen", doch dan betrof het lieden wier verwijdering uit de samen leving om bepaalde redenen (en redenen van wei- nig-onschuldigen aard) dringend gewenscht was. Het feit dus dat Onrust den Duitschers als ver blijfplaats werd aangewezen kan reeds als weinig tactisch worden beschouwd. Destijds heeft het ministerie van koloniën ook telegrafisch aangedrongen op een behoorlijke be handeling der Duitsche geïnterneerden. Wij vernemen thans, dat zij van het eiland zijn weggevoerd, doch dat de behandeling nog in vele opzichten te kox't schiet en niet gelijk is aan die, welke hun Nedex-landsche lotgenooten in Duitsch. iand is te beurt gevallen. Hierover gaan weliswaar fantastische verhalen, doch thans is vastgesteld, dat de behandeling van Nederlandsche geïnter neerden in Duitsehland tijdens de oorlogsdagen niets te wenschen overliet. Zoo waren de Neder landsche journalisten te Berlijn in die dagen zeer comfortabel in het luxe-hotel „Kaisex-hof" gehuis vest. Er kan dan ook niet genoeg op worden aange drongen, dat men in Neder landsch-Indië en even tueel in West-Indië alles in het werk stelt om Duitsche geïnterneerden op redelijke en passende wijze te behandelen, naar de hygiënische wetten welke het tropisch klimaat stelt. Het is niet meer dan een daad van fatsoen. Het bovenstaande zou voldoende zijn, indien men deze teere kwestie alleen beschouwde van Neder- landsch standpunt. Doch wij willen hieraan nog enkele worden toe voegen, gericht van een Indischen gezichtshoek uit. Eerlijk gezegd begrijpen wij het niet, dat men in Indië niet met wat meer respect en met wat beter begrip den Duitschers tegemoet treedt en men, indien interneering vereischt is, hen een tijdelijke levenswijze laat volgen, waarop zij krach tens ongeschreven wetten recht hebben. Wij be doelen: onderbrenging in een gezond berg-oord, in een behoorlijke behuizing met redelij k-goede- voorziening. Wij schreven hierboven dat de Duitschers .krachtens ongeschreven wetten recht hebben". Dit vereischt een nadere verklaring. Wij zouden willen vragen: is men in Indië ver geten hoe de Duitscher steeds ijverig arbeidde, tusschen de Nederlanders en op gelijken voet met hen? Is men vergeten, dat de Duitscher steeds de eerste vreemdeling was, die onze taal sprak en goed sprak? Is men vergeten hoe de Duitsche maat schappijen bij het aannemen van personeel geen onderscheid maakten tusschen Nederlanders en Duitschers? Is men vergeten hoe de gezellige Duitsche clubs steeds voor Nederlanders open stonden? Men zou, om den Duitscher alle recht te laten wedervaren, verder moeten gaan. Men zou moeten wijzen hoe hij met den Neder lander tezamen heeft geax-beid voor de grootheid van Indië. Hoe hij onder harde ontberingen als pionier arbeidde en koffie, tabak en rubbercultuur hielp vestigen. Men ga de geschiedenis der Indische groote cultures slechts na en men zal de namen van Duitschers tusschen die van Nederlanders vin den onder de voortrekkers. Zij kwamen niet in de eerste plaats om groote concerns te vestigen en winsten te behalen. Zij kwamen toen de cultuur- ai'beid nog een worsteling beteekende met de na tuur, toen er met de handen gewerkt moest wor den om Indië groot te maken. Men zou ook de aandacht ...oeten vragen voor de vele Duitschers, die als geleerde in Indië zegen rijken arbeid hebben verricht. Laat men de geschiedenis van Indië er maar eens op naslaan en men zal tientallen namen vin den van Duitschers, die hun levensarbeid zonder eenige terughouding aan Indië gaven. Die als Junghuhn den grondslag legden voor grootsch wetenschappelijk onderzoek. Of als dr. Schüff- ner met ongekende enex'gie en groot succes een M-nstige volksziekte als de malaria bestreden. Zou men dit alles in Indië vergeten zijn? Wy kunnen het niet gelooven. DE kleinste stof cirkelt in duizelingwekkende vaart dooreen, tot ze uit zichzelf tot grootere geheelen komt en bedaart in den majestu- euzen gang der hemellichamen: de zon en de aai-de De aarde is zwart. De zon is licht en schenkt van haar weelde aan de aax~de en toovert er de schoon ste kleuren uit tevooi-schijn. En de aarde draait zich aan alle kanten in het heerlijke licht koesterende om de zon heen. De zonnestx'alen schuiven voort over het ruwe aardoppervlak. Zij verbreken het duister, dat zich achter hen weer sluit. Zij schui ven voort en brengen licht en leven waar zij ko men, en laten lavenis en rust vanwaar zij vertrek ken. De zonnestralen gaan voort over naakte leven- looze vlakten, over robuste dichtbegroeide bergen. De boomen rekken hun takken, de blaren en bloe men ontvouwen zich. De grassprieten schudden den dommel van zich af en de halmen op de velden richten zich rechter op. De bodem werkt en scheui-t en baart het nieuwe leven; de wortels van de planten en boomen drijven zich dieper en gulziger in dc zwarte weelde van de aarde.. Nieuwe sprie ten, nieuwe stengels werken den grond open en om hoog en keeren zich tot het licht, dat hen verwekt. De zonnestralen dansen verder over de aarde en bij hun liefdevolle aanraking komt alles tot be weging, groei en bloei. Allerwegen kleuren en geui'en! De zonnestralen dansen over de rivieren en glinsteren en weerkaatsen zich in het parelende water, dat sneller gaat loopen. Steeds trekken de zonnestralen vooi't, over bergen en door de dalen, langs velden en wegen, en ze jagen de schaduwen van den nacht als booze heksen voor zich uit, en ontworstelen de schatten van deze aarde aan den greep van het duister. Zoo komen die zonnestralen bij boerderijen, ge huchten, dorpen, en ze dringen er speels de kieren en vensters binnen om mensch en dier te wekken uit hun slaap, om hen weer de heugelijke tijding te brengen dat het licht over het duister gezegevierd heeft. De menschen wrijven zich de oogen uit en getroffen door de kostelijke kracht van de zonnestralen, die hen omdansen, springen zij hun bed uit, smijten ze de vensters wijd, wijd open en ademen gulzig de heilzame morgenlucht. Zij rekken de armen en heffen het hoofd in een kleine extase op ten hemel. Hun gedachten zijn helder als het reine licht en de dagtaak kan be ginnen. De schuren gaan open, de werkplaatsen worden bevolkt, de wagens rijden uit en het ge klikklak van de paardenhoeven weerklinkt veer krachtig en vi-oolijk in de trillende morgenlucht. De wagenwielen wentelen en de ploeg drijft diep in de vette aarde en gooit deze om en om. De menschenhanden slaan aan den arbeid; de levens lust bloeit allerwegen. Maar de zonnestralen gaan nog verder; ze komen bij fabrieken, die aan de oevers van de rivieren liggen. Sommige worden ook betooverd; het wordt een komen en gaan van menschen, wagens en schepen. De rook kringelt op uit de slanke schoor- steenen, en een zachte cbeunende melodie van de machines stemt in met het lied van den arbeid op de velden. Maar bij andere fabrieken mist de too- verkracht van de zonnestralen plotseling zijn uit werking. Teleurgesteld gaan de zonnestralen verder en omdansen een andere fabriek verderop, maar ook deze blijft doodsch en onberoerd onder hun aani-akïng. En de zonnestralen gaan voort naar de volgende, maar ook deze blijft vreemd stil, ver laten zonder leven, ook al schenken de zonnestralen nog zoo'n milde, barende warmte. Ze blijven on bewogen, als waren ze nog gevangen in den kou den greep van de heks, die door de mazen van de zonnestralen heen is geglipt. De Zonnestralen moeten voortgaan, zij trekken op, maar ook de stad, die groote groep van huizen, blijft ontoegankelijk. Hoe vreemd, hoe boosaardig lijkt dit verschijnsel? Waarom bloeit het leven hier niet dadelijk in volle kracht op, zooals het daar buiten bij de bloemen en planten onmiddellijk opbloeide bij 'de geringste aanraking met den tooverstaf van de zonnefee. Hier blijft het stil en kil. Waarom? Waarom?? Vraagt het hem. vraagt het hen, die torens, die de groote klokken in zich vatten en pronken met de wijzerplaten, vraagt het al die wijzers, die altijd wijzer zijn en toch nooit wijzer worden. Vraagt het hen, die puntige staken, die paarsgewijs een cirkel van cijfers bestrijken en onverstoord hun weg vervolgen. Vraagt het hun zusjes en broertjes, de hangklokken, de pendules, de horloges, die in de kamers van de huizen tik ken, steeds maar tikken, vraagt het hen, want zij kunnen het weten. Want zij zijn de heerschers van de stad. Het zijn geen zonneklokken. Maar wanneer zij het lied van gehoorzaamheid luiden, dan vangt het leven in de stad pas aan. Op hun rhythme ont waken en leven de stadsmenschen. Geen hemelsche zonnestraal, maar het blikkige gerinkel van een wekker vormt voor den stads- mensch het sein, dat de dagtaak beginnen moet. Niet de klaroenen van den dageraad, die bloed rood aan den verlichten horizont steken, maar ballorige belletjes zijn het teeken tot opstaan. De klok is het hart van het lichaam van de stad, en haar blikken tik-tak is de hartslag, die het bloed, de bloedlichaampjes van de stad: de auto's, wagens, fietsen en andere voertuigen, door de ade ren: de straten, stuwt. Zoo ook vandaag. v. H. En zoo men al overijld gehandeld heeft, dan is het thans nog tijd om gemaakten feilen te her stellen en te zorgen, dat de geïnterneerde Duit schers behandeld worden, zooals men te intex-neeren respectabele lieden in een ti-opisch land, volgens de regelen van eerbaarheid en fatsoen dient te be handelen, DE ZUIDELIJKE NEDERLANDEN. 's-GRAVENHAGE, 2 Juni. Dezer dagen ver trekt op initiatief van het A.N.P. een reportage auto naar de zuidelijke Nederlanden. De heer Flo- rimond Grammens, lid der Belgische Kamer, zal de reis leiden. Een speciale verslaggever van het A. N. P., alsmede een filmoperateur gaan mede. Doel der reis is een duidelijk beeld te krijgen van den toestand in België en in het bijzonder vast te leg gen in hoeverre de industrie, de verkeersmidde len, de openbare bedrijven enz. door de terugtrek kende Fransche en Britsche troepen zijn vei'woest. De tot dusver binnengekomen berichten zeggen, dat dit alles dermate is verwoest, dat tenslotte het Belgische volk het slachtoffer is en zijn be staansmogelijkheden in belangrijke mate zijn ver^ dwenen. Vele berichten zeggen, dat het Belgische volk dit zeer zwaar voelt en een ontzaggelijke ver arming daardoor vreest, hetwelk tot ernstige ont stemming tegen de geallieerden aanleiding moet hebben gegeven. Over deze dingen thans een zoo duidelijk moge lijk beeld te krijgen, zoowel in reportage als film, is het doel dezer reis. (A.N.P.) DUITSCHE LEGERPAARDEN VOOR DE BOEREN. UTRECHT, 3 Juni. Naar wij vernemen heb ben besprekingen tusschen den voedselcommis- saris in de provincie Utrecht en de Duitsche overheid tot resultaat gehad, dat reeds 300 paarden van de Duitsche weermacht gratis ter beschikking gesteld konden worden van de boerenbevolking in de provincie Utrecht. Hedenmiddag zullen ook in de stad Utrecht 35 paarden ter beschikking worden gesteld voor zaken en particulieren. Helpt elkander. Studenten uit Amsterdam en Utrecht zijn te Rhenen behulpzaam bij het rond brengen van kleeren en goederen der geëvacueerden, die thans naar hun haardsteden terug keeren Een kwarteeuw lid van den Raad. Op 15 Juni a.s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat de haeren W. J. B. van Liemt en G. Wolzak Hzn., tot lid van den Haarlemschen Raad gekozen wer den. Zij hebben gedurende die geheele kwarteeuw onafgebroken zitting gehad. Wethouder W. J. B. van Liemt. De heer Van Liemt was na zijn verkiezing lei der der R.-K. raaasgroep en in 1927 ook voorzitter der rechtsche raadsfractie. Hij bekleedde altijd vele functies in organisaties, commissies en besturen. Vooral interesseerde hij zich, als zakenman, voor de middenstandsactie. Toen de Raad den heer Van Liemt in 1931 als wethouder koos, als opvolger van mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, had hij zich uit zijn zaken te ruggetrokken, zoodat hij nu al zijn tijd beschik baar had. Hem werd de portefeuille van de be drijven, werkloosheidszorg en armwezen toever trouwd, in den crisistijd waarlijk geen sinecure! In dien tijd werd het Burgerlijk Amnbestuur om gezet in een dienst voor Maatschappelijk Hulpbe toon, hetgeen maakte dat de bemoeiingen van den wethouder sterk toenamen Bovendien noopte de stand der geldmiddelen tot steeds strengere be- pei'kingen, zoodat wethouder Van Liemt vaak voor moeilijke en dikwijls pijnlijke beslissingen stond. Gedurende de ziekte van wijlen mr. J. Gerritsz nam de heer Van Liemt ook het wethouderschap van Openbare Werken waar. Dit was voor hem wel een zéér drukke tijd. Voor het uitvoei-en van werken, zoo mogelijk in werkverruiming en als het niet anders kon in werkverschaffing heeft de heer Van Liemt veel gedaan. Hij was ook vele jaren lid van de Kamer van Koophandel in dit district en van April 1922 tot 1 Januari 1932 voorzitter der afd. Klein Bedrijf van die Kamer. Voorts is hij o.a. voorzitter van de stichting „Haarlem's Bloei" en van de R.-K. Ver eeniging voor Groote Gezinnen. De heer G. Wolzak Hzn. De heer G. Wolzak Hzn. werd 15 Januari 1377 te Alkmaar geboren. In 1910 werd hij candidaat-notaris te Haarlem en in November 1920 notaris aldaar (nieuwe stand plaats). De heer Wolzak is vice-voorzitter van de A.-R. Kiesvereeniging „Nederland en Oranje", regent van het St. Elisabeths Gasthuis, lid van het bestuur van den Ax-menraad, voorzitter van het bestuur der Groen van Prinsterer School; secretaris van het gesticht „Vogelenzang" te Bennebroek en lid van het college van Directeuren der Vrije Universiteit. In den Raad neemt de heer Wolzak een belang rijke plaats in. Zooals bekend, vertegenwoordigt hij in dat college de A.-R. Partij. Hij heeft, vooral de laatste jaren, steeds sterk aangedrongen op be zuiniging der overheidsuitgaven. De Regeering erkende zijn verdiensten door zijn benoeming tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. STEM DES VOLKS HAARLEM Maandag. Men verzoekt ons mede te deelen dat „De Stem des Volks" haar gewone repetities Dinsdag a.s. her vat en wel voorloopig in gebouw „Concordia" aan de Gedempte Oude Gracht. NIEUWE UITGAVEN. Bij J. Philip Kruseman, uitgever te Den Haag verschenen de volgende nieuwe boeken: „Het witte paradijs" door Faith Baldwin, vertaald door Jeanne de Kruyff; „Uitgestooten" door Raymond A. Berry, vertaald door J. G. H. van den Bovenkamp Jr.; „Moord op verzoek" door George Harmon Coxe, vertaling van J. Y. van Vliet en „Ten goede ge keerd" door E. W. Savi, geaut. vertaling van Jeanne Kloos—Reyneke van Stuwe. De Haarlemsche Ziekenhuizen. Werken nu weer normaal. Bij het uitbreken van den oorlog werden ver schillende maatregelen genomen voor de verpleging van zieke en gewonde soldaten te Haarlem. Inder tijd hebben wij over de voorbereiding van de orga nisatie van het Roode Kruis-centrum te Haarlem verschillende mededeelingen gedaan. Het aantal zieke en gewonde militairen dat thans nog in de Haarlemsche ziekenhuizen verpleegd wordt is betrekkelijk gering. Bovendien vermindert het nog vrijwel eiken dag, zoodat naar de direc teur van den Geneeskundigen Dienst te Haarlem ons mededeelde de verwachting is dat over eenige weken de toestaxxd op het gebied der zieltenvei'ple- gïng weer geheel normaal zal zijn. Eerst was het aantal burger-patienten in de Haar lemsche ziekenhuizen sterk ingekrompen. Nu is er evenwel weer meer dan voldoende ruimte beschik baar. De opneming van burger-patienten gaat dan ook weer gewoon zooals voor het treffen der bijzon dere maatregelen. Geen groote drukte te Zandvoort. Het weer werkte niet mee. De eerste Zondag in Juni is voor Zandvoort geen groot succes geworden. De kille Noordenwind en de betrokken lucht in den vooi-middag lokten niet uit om een uitstapje naar Zandvoort te maken. Natuurlijk liet niet iedereen zich hierdoor afschrik ken, doch we kunnen niet spreken van een stroom van bezoekers, die per fiets, trein en tram aan kwamen. In den loop van den dag kwamen er evenwel nog vrij veel bezoekers. Op het strand, waar de stoelen met den rug naar den wind en met den open kant naar het zonnetje waren gezet, streken velen neer. Ook op de caféterrassen langs den boulevard en op de terrassen van het Noordex-- en Zuiderbad waren nog vrij veel bezoekers. De badinrichting van het Zuiderbad, die Zondag voor het eerst officieel geopend was, kon aller minst op een druk bezoek bogen. Ook aan het Noorderbad werden betrekkelijk weinig zeebaden genomen. In het bassin, dat heerlijk in het zon netje en goeddeels uit den wind lag, wei'd even wel druk gezwommen. Voor het Noorderbad, dat ongeveer 10 minuten buiten de kom van het dorp ligt, is de beperkte vervoei-gelegenheid een vrij zware handicap. Zoodra hierin op een of andere wijze verbetering gebracht kan worden, zal het bezoek zeker aanmerkelijk stijgen. IACK PROGRAMMA DINSDAG 4 JUNI 1910. JAARSVELD 414.4 M. AVRO-uitzending. 6.30—6.50 VPRO. 8.Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoonmuziek. 8.30 Orgelspel. 8.50 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwij ding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Ensemble Jonny Kroon (11.0011.20 Huishoudelijke wen ken). 12.00 Pianosoli. 12.15 AVRO-dansorlcest. 12.45 Bex-ichten A.N.P., gx'amofoonmuziek. 1.Omroep orkest en soliste, 2.Declamatie. 2.20 Pianovoor- dracht. 2.50 Gramofoonmuziek.. 3.30 Officieele be richten. 4.Gevarieerd concert (opn.) 5.Voor de kinderen. 5.30 AVRO.-Amusementsorkest en solist. 6.30 Jeugduitzending. 6.50 AVRO-Amuse. mentsorkest en solist. 6.30 Jeugduitzending. 6.50 Gramofoonmuziek.. 7.Leden van het Om roeporkest. 7.30 Officieele berichten, eventueel reportage. 3.Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoon muziek. 8.40 Omroeporkest, solist en het Hilver- sumsche Vrouwenkoor. 10.Berichten A.N.P., Sluiting. KOOTWIJK 1875 M. NCRV-uitzending. 11.1511.30 n.m. Berichten. 8.Berichten A.N.P. 8.10 Gewijde muziek (gr.- platen), 8.20 Gx'amofoonmuziek. 9.Berichten (Fransch) 9.15 Gramofoonmuziek. 11.15 Berichten (Engelsch). 11.30 Gramofoonmuziek. 12.Quintolia (12.451.00 Berichten (A.N.P.) 1.30 Gramofoon muziek. 1.45 Berichten (Fransch). 2.Gramofoon muziek. 2.45 Zang met pianobegeleiding en gramo foonmuziek. 3.15 Berichten (Fransch) 3.30 Vervolg van 2.45. 4.Gramofoonmuziek. 4.45 Apollo-ensem- ble en gramofoonmuziek. 6.15 Bei'icbten (Engelsch) 6.30 Oi'gelspel en gramofoonmuziek. 7.30 Gramo foonmuziek. 8.Berichten (Engelsch) 8.30 Bel Canto (9.159.30 Berichten Engelsch) 10.Be richten A.N.P., sluiting. 11.1511.30 Berichten (Fransch). De uitzendtijden van de nieuwsberichten in het Nederlandsch, Fransch en Engelsch, op den zender Kootwijk 1875 M., zijn als volgt: 8.008.15 Nieuwsberichten van het A.N.P. 9.009.15 Berichten in het Fransch. 11.1511.30 Berichten in het Engelsch. 12.4513.00 Nieuwsberichten van het A.N.P. 13.4514.00 Berichten in Het Fx*ansch. 15.1515.30 Berichten in het Fransch. 18.1518.30 Berichten in het Engelsch. 20.0020.15 Nieuwsberichten van rea A.N.P. 20.1520.30 Berichten in het Engelsch. 21.1521.30 Berichten in het Engelsch. 22.0022.15 Nieuwsberichten van het A.N.P. 22.1523.15 Geen uitzending. 23.1523.30 Berichten in het Fransch. Tot nader order zullen de zenders Jaarsveld en vootwijk om 22.15, na de nieuwsbex'ichten van het A.N.P., sluiten, behalve dat, zooals uit bovenstaan de opgave blijkt, de zender Kootwijk om 23.15 terugkomt ajet berichten in het Fransch,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1940 | | pagina 3