gum
Corsica, Tunis,
Gibraltar, Suez
M A A N D AG 3 JUNI 1940
Oorlogsdoelen van Italië:
De bekende journalist en overzichtschrijver
van den buitenlandschen politieken toestand,
directeur van de met het Italiaansche ministerie
van buitenlandsche zaken in nauw contact
staande „Telegrafo", heeft zoo meldt het
D.N.B. in een radiotoespraak tot het Ita
liaansche leger als Italiaansche oorlogsdoelen
genoemd: Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez.
„Iedereen' weet, zoo verklaarde Ansaldo, hoe de
Italianen sedert meer dan vijftig jaar in Tunis be
handeld worden. Gibraltar is een vesting in handen
der Engelschen. Suez vormt een nauwe pas, voor
het passeeren waarvan een hoog bedrag moet wor
den betaald. Corsica, Tunis, Gibraltar en Suez zijn
controle-steunpunten tegen de Italiaansche onaf
hankelijkheid. Deze steunpunten, deze misbruiken
en inbreuken moeten verdwijnen, m.a.w. Italië moet
zijn recht en vrijheid in de Middellandsche Zee
verkrijgen. Dat moet Italië met eigen middelen
en eigen overwinningen bereiken. Het zou dwaas
zijn erop te willen wachten dat deze aanspraken
ons door den hemel in den schoot worden gewor
pen". In zijn toespraak sprak Ansaldo over de voor
bereidingen van Italië, die in de laatste week zeer
intensief zijn geworden. De voorbereidingswerk
zaamheden bevinden zich in de laatste phase, de
mobilisatie is in vollen gang. Toch betreft het hier
geen overijlde mobilisatie, doch een in alle rust
uitgevoerde arbeid, waarbij het aantal troepen
steeds grooter wordt. Het wachtwoord van den
Duce: gelooven, gehoorzamen en strijden, is door
deze in alle stilte verrichte mobilisatie een feit
geworden. Het geheim van deze mobilisatie is
het volle vertrouwen op den Duce. Dit vertrouwen
sluit echter niet uit dat iedere Italiaan afzonderlijk
ook de reden moet kennen, die Italië op het oogen-
blik leidt en waarom de Duce het bevel tot den
opmarsch zou kunnen geven. Een volk als het
Italiaansche kan met zijn enex-gie niet buiten een
groot conflict blijven, waaraan alle Europeesche
groote mogendheden deelnemen en die over het
lot van Europa beslissen. Indien Italië zich afzijdig
zou willen houden, dan zou het zich daardoor op
onherroepelijke wijze diskwalificeeren. Italië moet
alleen reeds om bestaansreden handelen en dat
beteekent: sti-ijden, dat is de moreele reden van
de Italiaansche houding, terwijl de tweede reden
moet zijn de onafhankelijkheid van Italië op de
zee.
De terugtocht der Britten over het
Kanaal.
Radiorede van Anthony Eden.
De Britsche minister van oorlog, Eden, heeft
Zondag zoo meldt het D.N.B. een radiorede
gehouden, waarin hij de vlucht over het Kanaal
van de resten der in Noord-Frankrijk verslagen
Engelsche en Fransche legers als een succes uit
legde. Hij moest toegeven dat de Duitschers bij
den grooten slag in Noord-Frankrijk groote stra
tegische voordeelen hebben behaald. De Engelsche
verliezen aan uitrusting en materiaal zijn zeer
zwaar geweest. De kern van het Bx-itsche expeditie-
leger en tienduizenden Franschen zijn echter ge
red. Het was de geest van het Britsche expeditie-
leger, die hier heeft gewonnen. Het leger was op
den roep van België te hulp gesneld en had zijn
stellingen aan de Schelde betrokken.
De opmarsch duurde verscheidene dagen. In
minder dan de helft van dien tijd moest het leger
zich weer terugtrekken door gebeurtenissen, die
buiten de Engelsche controle lagen. Vijf en zeven
tig mijl voorwaarts, dan een gevecht en weer onder
vechten 75 mijl teru gin 10 dagen, dat was de eerste
phase in den slag om de Kanaalhavens. Eden con-
stateerde dat die phase schitterend voltooid was.
Hij sprak daarna over de gevechten om Calais en
Boulogne, die hij weer trachtte voor te stellen als
groote Engelsche successen. Terwijl zich in de na
bijheid van de eigen kust al deze dingen hadden
afgespeeld, heeft het expeditieleger op den terug
tocht naar Duinkerken voor zijn leven gevochten.
Er is, aldus besloot Eden, geen dapperder epos in
de Britsche annalen dan dit.
Resultaten na drie weken offensief.
Artikel van de „Berliner Börsen Zeitung".
BERLIJN 2 Juni (D. N. B.) De resultaten en
ervaringen aan het einde van de derde week van den
grooten strijd in het Westen worden in de „Ber
liner Box-sen Zeitung" van speciale zijde samen
gevat. In het artikel wordt gezegd:
Vooral moet de boven alles uitstekende strategi
sche prestatie der Duitsche leiding geconstateerd
worden. Er moet de nadruk op worden gelegd dat
de Duitsche legers stonden tegenover een gelijk-
waardigen tegenstander. De Duitsche leiding heeft
diens elitetroepen in een grootsch opgezette operatie
ingesloten.
Beslissend voor het succes was de nauwe en veelal
nieuwe samenweiking der verschillende deelen der
weermacht en der wapensoorten, zooals dit het
duidelijkst bleek bij de samenwerking tusschen het
luchtwapen en de pantserformaties.
Speciale vermelding verdient verder de voortref
felijke transportprestatie.
Hoe steik de militaire positie van den tegenstan
der is geschokt, blijkt uit verschillende feiten:
1. De Fransche leiding was niet in staat een „ver
lichtingsoffensief" te voeren ten gunste van de in
het nooi-den met de vernietiging bedreigde legers
der westelijke mogendheden. Weygand, die als ver
tegenwoordiger van een nieuwe offensieve strategie
tot de leiding werd geroepen, heeft zich geheel tot
het defensief moeten beperken.
2. De Britsche vloot waagde niet op te treden tot
redding van het in Vlaanderen bedreigde Engelsche
expeditieleger, resp. ter bescherming van de Ka
naalhavens, die voor de Engelsche verbinding met
het vasteland van beslissende beteekenis zijn,
evenals ook voor de veiligheid van het Britsche
eiland in het algemeen.
3. Ook het Britsche luchtwapen was, evenals het
Fi-ansche, niet in staat het lot der ingesloten legers
te stuiten. Het feit, dat het Duitsche luchtwapen
absoluut superieur is en het luchtruim beheerscht
is de laatste week krachtiger dan ooit in het licht
getreden.
Vooral echter is ook de uitstekende strijdgeest
van de Duitsche infanterie gebleken, die na de
eerste stormritten der gemotoriseerde deelen in ver
wonderlijk snel tèmpo gevolgd is en in gevechten
van nabij den taaien tegenstand van den tegenstan
der definitief heeft gebroken.
De successen van het Duitsche luchtafweergeschut
scharen zich waardig aan de zijde van die der an-
dere wapensoorten.
EXAMENS.
Centrale Vergpniging voor Open
bare leeszaleit en bibliotheken.
Geslaagd voor het assistents-examen der
„Centrale vereeniging voor openbare leeszalen
In Nederland" cursus-Nijmegen: mej. M. J. van
Weel. te Heemstede. Cursus-Utrecht: de dames
A. Körnmann, te Haarlem en H. G. Postema, te
Overveen,
Sir Samuel Hoare te Madrid.
Anti-Engelsche betoogingen.
Het D. N. B. meldde Zaterdag uit Madrid:
Naar aanleiding van de aankomst van den nieu
wen Britschen ambassadeur, Sir Samuel Hoare, heeft
de Madrileensche universiteitsjeugd heden een op
tocht gehouden, welke met den kreet „Gibraltar voor
Spanje" en met plakkaten met hetzelfde opschrift
door de straten der stad trok.
De betoogers werden voor de Britsche ambassade
door de politie uiteengedreven.
Sir Samuel Hoare arriveerde des middags om 5
uur per vliegtuig uit Lissabon.
Nader meldt het D. N. B.: Zaterdag is het tot
spontane, reusachtige betoogingen gekomen voor de
wederaansluiting van Gibraltar bij Spanje. Falan-
gistische jongeren en studenten, meest in uniform
gekleed,, vormden op de pleinen en in de hoofd
straten van Madrid groote optochten, waar-bij bor
den met een schets van Gibraltar en eischen tot
teruggave werden meegedragen. De menschen-
menigte sloot zich onder geestdriftig geroep van
„Leve het Spaansche Gibraltar" bij de betoogingen
aan. De betoogers trokken naar de Engelsche am
bassade, waar de nieuwe Britsche ambassadeur Sir
Samuel Hoare dienzeifden dag aankwam. De men-
schen riepen: „Gibraltar is Spaansch". De politie
trachtte de betoogers te bewegen tot doorloopen.
Er werden geen arrestaties verricht, evenmin deden
zich ernstige incidenten voor.
Verwijzende naar de betoogingen te Madrid
spi-eekt de Italiaansche pers de eischen uit dat Gi
braltar naar Spanje moet terugkeeren. Gibraltar
in het bezit van Engeland is een nationale schande,
zoo wordt verklaard. Er kan geen groot Spanje be
staan, zoo lang deze schande voortduui-t.
De „Giornale d' Italia" schrijft dat het vraagstuk
van den terugkeer van Gibraltar naar Spanje be
schouwd moet worden als x-eeds practisch aan de
orde te zijn gesteld. Het tegenwoordige regime van
Gibraltar is een kenmerkend voorbeeld van de
Engelsche hegemonie-methoden, zoo schrijft het
blad. Engeland beheex'scht van Gibraltar uit den
Europeesehen pijler bij den uitgang naar den Atlan-
tischen Oceaan en het leven en de bedi'ijvigheid
van alle volken aan de Middellandsche Zee. Het is
natuui-lijk dat Spanje na zijn nationale en geestelijke
vernieuwing het gemis van het door Engeland ont
nomen Gibraltar als bijzonder pijnlijk ondervindt,
daar Gibraltar een stuk van den nationalen Spaan-
schen bodem is.
AZNAR OVER GIBRALTAR.
MADRID, 2 Juni (D.N.B.) In zijn laatste ar
tikel over Gibraltar schrijft Manuel Aznar in „Ar
riba", dat de Spaansche jeugd van vandaag de
onwankelbare overtuiging heeft dat Gibraltar onder
leiding van Franco tot het vadeiTand terugkeex-t.
Dit mag niet een voorwei'p van vredesonderhan
delingen zijn of van diplomatieke besprekingen. Het
is voldoende indien Engeland zonder omwegen Gi
braltar teruggeeft. Pas na deze overgave kan men
van vriendschap tusschen Spanje en Engeland
spreken. Tot zoolang zijn alle betuigingen van
vriendschap een voorspiegeling van onjuiste feiten.
De Duitschers in Ned.-Indië.
Op goede behandeling van de geïnterneerden
aangedrongen.
Het A.N.P. melat d.u. 1 Juni uit 's Gravenhage:
Het is helaas tot ons doorgedrongen dat de be
handeling van de in Nederlandsch-Indië geïnter
neerde Duitschers heel wat te wenschen overlaat.
Men zal zich herinneren, dat deze Duitsche on
derdanen aanvankelijk op het eiland Onrust, in
de baai van Batavia, waren geïnterneerd. Niemand
die dit eiland kent zal dit een ideaal oord vinden
voor het onderbrengen van personen die niets
misdeden en wien niets ten laste kan wox'den ge
legd. Het eiland Onrust was reeds vroeger de plaats
waar personen werden „opgeborgen", doch dan
betrof het lieden wier verwijdering uit de samen
leving om bepaalde redenen (en redenen van wei-
nig-onschuldigen aard) dringend gewenscht was.
Het feit dus dat Onrust den Duitschers als ver
blijfplaats werd aangewezen kan reeds als weinig
tactisch worden beschouwd.
Destijds heeft het ministerie van koloniën ook
telegrafisch aangedrongen op een behoorlijke be
handeling der Duitsche geïnterneerden.
Wij vernemen thans, dat zij van het eiland zijn
weggevoerd, doch dat de behandeling nog in vele
opzichten te kox't schiet en niet gelijk is aan die,
welke hun Nedex-landsche lotgenooten in Duitsch.
iand is te beurt gevallen. Hierover gaan weliswaar
fantastische verhalen, doch thans is vastgesteld,
dat de behandeling van Nederlandsche geïnter
neerden in Duitsehland tijdens de oorlogsdagen
niets te wenschen overliet. Zoo waren de Neder
landsche journalisten te Berlijn in die dagen zeer
comfortabel in het luxe-hotel „Kaisex-hof" gehuis
vest.
Er kan dan ook niet genoeg op worden aange
drongen, dat men in Neder landsch-Indië en even
tueel in West-Indië alles in het werk stelt om
Duitsche geïnterneerden op redelijke en passende
wijze te behandelen, naar de hygiënische wetten
welke het tropisch klimaat stelt. Het is niet meer
dan een daad van fatsoen.
Het bovenstaande zou voldoende zijn, indien men
deze teere kwestie alleen beschouwde van Neder-
landsch standpunt.
Doch wij willen hieraan nog enkele worden toe
voegen, gericht van een Indischen gezichtshoek
uit.
Eerlijk gezegd begrijpen wij het niet, dat men
in Indië niet met wat meer respect en met wat
beter begrip den Duitschers tegemoet treedt en
men, indien interneering vereischt is, hen een
tijdelijke levenswijze laat volgen, waarop zij krach
tens ongeschreven wetten recht hebben. Wij be
doelen: onderbrenging in een gezond berg-oord,
in een behoorlijke behuizing met redelij k-goede-
voorziening.
Wij schreven hierboven dat de Duitschers
.krachtens ongeschreven wetten recht hebben". Dit
vereischt een nadere verklaring.
Wij zouden willen vragen: is men in Indië ver
geten hoe de Duitscher steeds ijverig arbeidde,
tusschen de Nederlanders en op gelijken voet met
hen? Is men vergeten, dat de Duitscher steeds de
eerste vreemdeling was, die onze taal sprak en
goed sprak? Is men vergeten hoe de Duitsche maat
schappijen bij het aannemen van personeel geen
onderscheid maakten tusschen Nederlanders en
Duitschers? Is men vergeten hoe de gezellige
Duitsche clubs steeds voor Nederlanders open
stonden?
Men zou, om den Duitscher alle recht te laten
wedervaren, verder moeten gaan.
Men zou moeten wijzen hoe hij met den Neder
lander tezamen heeft geax-beid voor de grootheid
van Indië. Hoe hij onder harde ontberingen als
pionier arbeidde en koffie, tabak en rubbercultuur
hielp vestigen. Men ga de geschiedenis der Indische
groote cultures slechts na en men zal de namen
van Duitschers tusschen die van Nederlanders vin
den onder de voortrekkers. Zij kwamen niet in de
eerste plaats om groote concerns te vestigen en
winsten te behalen. Zij kwamen toen de cultuur-
ai'beid nog een worsteling beteekende met de na
tuur, toen er met de handen gewerkt moest wor
den om Indië groot te maken.
Men zou ook de aandacht ...oeten vragen voor
de vele Duitschers, die als geleerde in Indië zegen
rijken arbeid hebben verricht.
Laat men de geschiedenis van Indië er maar
eens op naslaan en men zal tientallen namen vin
den van Duitschers, die hun levensarbeid zonder
eenige terughouding aan Indië gaven. Die als
Junghuhn den grondslag legden voor grootsch
wetenschappelijk onderzoek. Of als dr. Schüff-
ner met ongekende enex'gie en groot succes een
M-nstige volksziekte als de malaria bestreden.
Zou men dit alles in Indië vergeten zijn?
Wy kunnen het niet gelooven.
DE kleinste stof cirkelt in duizelingwekkende
vaart dooreen, tot ze uit zichzelf tot grootere
geheelen komt en bedaart in den majestu-
euzen gang der hemellichamen: de zon en de aai-de
De aarde is zwart. De zon is licht en schenkt van
haar weelde aan de aax~de en toovert er de schoon
ste kleuren uit tevooi-schijn. En de aarde draait zich
aan alle kanten in het heerlijke licht koesterende
om de zon heen. De zonnestx'alen schuiven voort
over het ruwe aardoppervlak. Zij verbreken het
duister, dat zich achter hen weer sluit. Zij schui
ven voort en brengen licht en leven waar zij ko
men, en laten lavenis en rust vanwaar zij vertrek
ken. De zonnestralen gaan voort over naakte leven-
looze vlakten, over robuste dichtbegroeide bergen.
De boomen rekken hun takken, de blaren en bloe
men ontvouwen zich. De grassprieten schudden
den dommel van zich af en de halmen op de velden
richten zich rechter op. De bodem werkt en scheui-t
en baart het nieuwe leven; de wortels van de
planten en boomen drijven zich dieper en gulziger
in dc zwarte weelde van de aarde.. Nieuwe sprie
ten, nieuwe stengels werken den grond open en om
hoog en keeren zich tot het licht, dat hen verwekt.
De zonnestralen dansen verder over de aarde en
bij hun liefdevolle aanraking komt alles tot be
weging, groei en bloei. Allerwegen kleuren en
geui'en! De zonnestralen dansen over de rivieren en
glinsteren en weerkaatsen zich in het parelende
water, dat sneller gaat loopen. Steeds trekken de
zonnestralen vooi't, over bergen en door de dalen,
langs velden en wegen, en ze jagen de schaduwen
van den nacht als booze heksen voor zich uit, en
ontworstelen de schatten van deze aarde aan den
greep van het duister.
Zoo komen die zonnestralen bij boerderijen, ge
huchten, dorpen, en ze dringen er speels de
kieren en vensters binnen om mensch en dier te
wekken uit hun slaap, om hen weer de heugelijke
tijding te brengen dat het licht over het duister
gezegevierd heeft. De menschen wrijven zich de
oogen uit en getroffen door de kostelijke kracht
van de zonnestralen, die hen omdansen, springen
zij hun bed uit, smijten ze de vensters wijd, wijd
open en ademen gulzig de heilzame morgenlucht.
Zij rekken de armen en heffen het hoofd in een
kleine extase op ten hemel. Hun gedachten zijn
helder als het reine licht en de dagtaak kan be
ginnen. De schuren gaan open, de werkplaatsen
worden bevolkt, de wagens rijden uit en het ge
klikklak van de paardenhoeven weerklinkt veer
krachtig en vi-oolijk in de trillende morgenlucht.
De wagenwielen wentelen en de ploeg drijft diep
in de vette aarde en gooit deze om en om. De
menschenhanden slaan aan den arbeid; de levens
lust bloeit allerwegen.
Maar de zonnestralen gaan nog verder; ze komen
bij fabrieken, die aan de oevers van de rivieren
liggen. Sommige worden ook betooverd; het wordt
een komen en gaan van menschen, wagens en
schepen. De rook kringelt op uit de slanke schoor-
steenen, en een zachte cbeunende melodie van de
machines stemt in met het lied van den arbeid op
de velden. Maar bij andere fabrieken mist de too-
verkracht van de zonnestralen plotseling zijn uit
werking. Teleurgesteld gaan de zonnestralen
verder en omdansen een andere fabriek verderop,
maar ook deze blijft doodsch en onberoerd onder
hun aani-akïng. En de zonnestralen gaan voort naar
de volgende, maar ook deze blijft vreemd stil, ver
laten zonder leven, ook al schenken de zonnestralen
nog zoo'n milde, barende warmte. Ze blijven on
bewogen, als waren ze nog gevangen in den kou
den greep van de heks, die door de mazen van de
zonnestralen heen is geglipt.
De Zonnestralen moeten voortgaan, zij trekken op,
maar ook de stad, die groote groep van huizen,
blijft ontoegankelijk. Hoe vreemd, hoe boosaardig
lijkt dit verschijnsel? Waarom bloeit het leven
hier niet dadelijk in volle kracht op, zooals het
daar buiten bij de bloemen en planten onmiddellijk
opbloeide bij 'de geringste aanraking met den
tooverstaf van de zonnefee. Hier blijft het stil en
kil. Waarom? Waarom?? Vraagt het hem. vraagt
het hen, die torens, die de groote klokken in zich
vatten en pronken met de wijzerplaten, vraagt het
al die wijzers, die altijd wijzer zijn en toch nooit
wijzer worden. Vraagt het hen, die puntige staken,
die paarsgewijs een cirkel van cijfers bestrijken en
onverstoord hun weg vervolgen. Vraagt het hun
zusjes en broertjes, de hangklokken, de pendules,
de horloges, die in de kamers van de huizen tik
ken, steeds maar tikken, vraagt het hen, want zij
kunnen het weten. Want zij zijn de heerschers van
de stad. Het zijn geen zonneklokken. Maar wanneer
zij het lied van gehoorzaamheid luiden, dan vangt
het leven in de stad pas aan. Op hun rhythme ont
waken en leven de stadsmenschen.
Geen hemelsche zonnestraal, maar het blikkige
gerinkel van een wekker vormt voor den stads-
mensch het sein, dat de dagtaak beginnen moet.
Niet de klaroenen van den dageraad, die bloed
rood aan den verlichten horizont steken, maar
ballorige belletjes zijn het teeken tot opstaan.
De klok is het hart van het lichaam van de stad,
en haar blikken tik-tak is de hartslag, die het
bloed, de bloedlichaampjes van de stad: de auto's,
wagens, fietsen en andere voertuigen, door de ade
ren: de straten, stuwt.
Zoo ook vandaag.
v. H.
En zoo men al overijld gehandeld heeft, dan is
het thans nog tijd om gemaakten feilen te her
stellen en te zorgen, dat de geïnterneerde Duit
schers behandeld worden, zooals men te intex-neeren
respectabele lieden in een ti-opisch land, volgens
de regelen van eerbaarheid en fatsoen dient te be
handelen,
DE ZUIDELIJKE NEDERLANDEN.
's-GRAVENHAGE, 2 Juni. Dezer dagen ver
trekt op initiatief van het A.N.P. een reportage
auto naar de zuidelijke Nederlanden. De heer Flo-
rimond Grammens, lid der Belgische Kamer, zal de
reis leiden. Een speciale verslaggever van het A.
N. P., alsmede een filmoperateur gaan mede. Doel
der reis is een duidelijk beeld te krijgen van den
toestand in België en in het bijzonder vast te leg
gen in hoeverre de industrie, de verkeersmidde
len, de openbare bedrijven enz. door de terugtrek
kende Fransche en Britsche troepen zijn vei'woest.
De tot dusver binnengekomen berichten zeggen,
dat dit alles dermate is verwoest, dat tenslotte
het Belgische volk het slachtoffer is en zijn be
staansmogelijkheden in belangrijke mate zijn ver^
dwenen. Vele berichten zeggen, dat het Belgische
volk dit zeer zwaar voelt en een ontzaggelijke ver
arming daardoor vreest, hetwelk tot ernstige ont
stemming tegen de geallieerden aanleiding moet
hebben gegeven.
Over deze dingen thans een zoo duidelijk moge
lijk beeld te krijgen, zoowel in reportage als film,
is het doel dezer reis.
(A.N.P.)
DUITSCHE LEGERPAARDEN VOOR DE
BOEREN.
UTRECHT, 3 Juni. Naar wij vernemen heb
ben besprekingen tusschen den voedselcommis-
saris in de provincie Utrecht en de Duitsche
overheid tot resultaat gehad, dat reeds 300
paarden van de Duitsche weermacht gratis ter
beschikking gesteld konden worden van de
boerenbevolking in de provincie Utrecht.
Hedenmiddag zullen ook in de stad Utrecht 35
paarden ter beschikking worden gesteld voor
zaken en particulieren.
Helpt elkander. Studenten uit Amsterdam en Utrecht zijn te Rhenen behulpzaam bij het rond
brengen van kleeren en goederen der geëvacueerden, die thans naar hun haardsteden terug
keeren
Een kwarteeuw lid van den Raad.
Op 15 Juni a.s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat
de haeren W. J. B. van Liemt en G. Wolzak Hzn.,
tot lid van den Haarlemschen Raad gekozen wer
den. Zij hebben gedurende die geheele kwarteeuw
onafgebroken zitting gehad.
Wethouder W. J. B. van Liemt.
De heer Van Liemt was na zijn verkiezing lei
der der R.-K. raaasgroep en in 1927 ook voorzitter
der rechtsche raadsfractie. Hij bekleedde altijd vele
functies in organisaties, commissies en besturen.
Vooral interesseerde hij zich, als zakenman, voor
de middenstandsactie.
Toen de Raad den heer Van Liemt in 1931 als
wethouder koos, als opvolger van mr. J. N. J. E.
Heerkens Thijssen, had hij zich uit zijn zaken te
ruggetrokken, zoodat hij nu al zijn tijd beschik
baar had. Hem werd de portefeuille van de be
drijven, werkloosheidszorg en armwezen toever
trouwd, in den crisistijd waarlijk geen sinecure!
In dien tijd werd het Burgerlijk Amnbestuur om
gezet in een dienst voor Maatschappelijk Hulpbe
toon, hetgeen maakte dat de bemoeiingen van den
wethouder sterk toenamen Bovendien noopte de
stand der geldmiddelen tot steeds strengere be-
pei'kingen, zoodat wethouder Van Liemt vaak voor
moeilijke en dikwijls pijnlijke beslissingen stond.
Gedurende de ziekte van wijlen mr. J. Gerritsz
nam de heer Van Liemt ook het wethouderschap
van Openbare Werken waar. Dit was voor hem wel
een zéér drukke tijd.
Voor het uitvoei-en van werken, zoo mogelijk in
werkverruiming en als het niet anders kon
in werkverschaffing heeft de heer Van Liemt veel
gedaan.
Hij was ook vele jaren lid van de Kamer van
Koophandel in dit district en van April 1922 tot
1 Januari 1932 voorzitter der afd. Klein Bedrijf
van die Kamer. Voorts is hij o.a. voorzitter van de
stichting „Haarlem's Bloei" en van de R.-K. Ver
eeniging voor Groote Gezinnen.
De heer G. Wolzak Hzn.
De heer G. Wolzak Hzn. werd 15 Januari 1377
te Alkmaar geboren.
In 1910 werd hij candidaat-notaris te Haarlem
en in November 1920 notaris aldaar (nieuwe stand
plaats).
De heer Wolzak is vice-voorzitter van de A.-R.
Kiesvereeniging „Nederland en Oranje", regent
van het St. Elisabeths Gasthuis, lid van het bestuur
van den Ax-menraad, voorzitter van het bestuur der
Groen van Prinsterer School; secretaris van het
gesticht „Vogelenzang" te Bennebroek en lid van
het college van Directeuren der Vrije Universiteit.
In den Raad neemt de heer Wolzak een belang
rijke plaats in. Zooals bekend, vertegenwoordigt
hij in dat college de A.-R. Partij. Hij heeft, vooral
de laatste jaren, steeds sterk aangedrongen op be
zuiniging der overheidsuitgaven.
De Regeering erkende zijn verdiensten door zijn
benoeming tot ridder in de orde van Oranje-Nassau.
STEM DES VOLKS
HAARLEM Maandag.
Men verzoekt ons mede te deelen dat „De Stem
des Volks" haar gewone repetities Dinsdag a.s. her
vat en wel voorloopig in gebouw „Concordia" aan
de Gedempte Oude Gracht.
NIEUWE UITGAVEN.
Bij J. Philip Kruseman, uitgever te Den Haag
verschenen de volgende nieuwe boeken: „Het witte
paradijs" door Faith Baldwin, vertaald door Jeanne
de Kruyff; „Uitgestooten" door Raymond A. Berry,
vertaald door J. G. H. van den Bovenkamp Jr.;
„Moord op verzoek" door George Harmon Coxe,
vertaling van J. Y. van Vliet en „Ten goede ge
keerd" door E. W. Savi, geaut. vertaling van Jeanne
Kloos—Reyneke van Stuwe.
De Haarlemsche Ziekenhuizen.
Werken nu weer normaal.
Bij het uitbreken van den oorlog werden ver
schillende maatregelen genomen voor de verpleging
van zieke en gewonde soldaten te Haarlem. Inder
tijd hebben wij over de voorbereiding van de orga
nisatie van het Roode Kruis-centrum te Haarlem
verschillende mededeelingen gedaan.
Het aantal zieke en gewonde militairen dat thans
nog in de Haarlemsche ziekenhuizen verpleegd
wordt is betrekkelijk gering. Bovendien vermindert
het nog vrijwel eiken dag, zoodat naar de direc
teur van den Geneeskundigen Dienst te Haarlem ons
mededeelde de verwachting is dat over eenige
weken de toestaxxd op het gebied der zieltenvei'ple-
gïng weer geheel normaal zal zijn.
Eerst was het aantal burger-patienten in de Haar
lemsche ziekenhuizen sterk ingekrompen. Nu is er
evenwel weer meer dan voldoende ruimte beschik
baar. De opneming van burger-patienten gaat dan
ook weer gewoon zooals voor het treffen der bijzon
dere maatregelen.
Geen groote drukte te Zandvoort.
Het weer werkte niet mee.
De eerste Zondag in Juni is voor Zandvoort geen
groot succes geworden. De kille Noordenwind en
de betrokken lucht in den vooi-middag lokten niet
uit om een uitstapje naar Zandvoort te maken.
Natuurlijk liet niet iedereen zich hierdoor afschrik
ken, doch we kunnen niet spreken van een stroom
van bezoekers, die per fiets, trein en tram aan
kwamen. In den loop van den dag kwamen er
evenwel nog vrij veel bezoekers. Op het strand,
waar de stoelen met den rug naar den wind en
met den open kant naar het zonnetje waren gezet,
streken velen neer. Ook op de caféterrassen langs
den boulevard en op de terrassen van het Noordex--
en Zuiderbad waren nog vrij veel bezoekers.
De badinrichting van het Zuiderbad, die Zondag
voor het eerst officieel geopend was, kon aller
minst op een druk bezoek bogen. Ook aan het
Noorderbad werden betrekkelijk weinig zeebaden
genomen. In het bassin, dat heerlijk in het zon
netje en goeddeels uit den wind lag, wei'd even
wel druk gezwommen. Voor het Noorderbad, dat
ongeveer 10 minuten buiten de kom van het dorp
ligt, is de beperkte vervoei-gelegenheid een vrij
zware handicap. Zoodra hierin op een of andere
wijze verbetering gebracht kan worden, zal het
bezoek zeker aanmerkelijk stijgen.
IACK
PROGRAMMA
DINSDAG 4 JUNI 1910.
JAARSVELD 414.4 M.
AVRO-uitzending. 6.30—6.50 VPRO.
8.Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoonmuziek. 8.30
Orgelspel. 8.50 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwij
ding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Ensemble
Jonny Kroon (11.0011.20 Huishoudelijke wen
ken). 12.00 Pianosoli. 12.15 AVRO-dansorlcest. 12.45
Bex-ichten A.N.P., gx'amofoonmuziek. 1.Omroep
orkest en soliste, 2.Declamatie. 2.20 Pianovoor-
dracht. 2.50 Gramofoonmuziek.. 3.30 Officieele be
richten. 4.Gevarieerd concert (opn.) 5.Voor
de kinderen. 5.30 AVRO.-Amusementsorkest en
solist. 6.30 Jeugduitzending. 6.50 AVRO-Amuse.
mentsorkest en solist. 6.30 Jeugduitzending. 6.50
Gramofoonmuziek.. 7.Leden van het Om
roeporkest. 7.30 Officieele berichten, eventueel
reportage. 3.Berichten A.N.P. 8.10 Gramofoon
muziek. 8.40 Omroeporkest, solist en het Hilver-
sumsche Vrouwenkoor. 10.Berichten A.N.P.,
Sluiting.
KOOTWIJK 1875 M.
NCRV-uitzending. 11.1511.30 n.m. Berichten.
8.Berichten A.N.P. 8.10 Gewijde muziek (gr.-
platen), 8.20 Gx'amofoonmuziek. 9.Berichten
(Fransch) 9.15 Gramofoonmuziek. 11.15 Berichten
(Engelsch). 11.30 Gramofoonmuziek. 12.Quintolia
(12.451.00 Berichten (A.N.P.) 1.30 Gramofoon
muziek. 1.45 Berichten (Fransch). 2.Gramofoon
muziek. 2.45 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek. 3.15 Berichten (Fransch) 3.30 Vervolg
van 2.45. 4.Gramofoonmuziek. 4.45 Apollo-ensem-
ble en gramofoonmuziek. 6.15 Bei'icbten (Engelsch)
6.30 Oi'gelspel en gramofoonmuziek. 7.30 Gramo
foonmuziek. 8.Berichten (Engelsch) 8.30 Bel
Canto (9.159.30 Berichten Engelsch) 10.Be
richten A.N.P., sluiting. 11.1511.30 Berichten
(Fransch).
De uitzendtijden van de nieuwsberichten in het
Nederlandsch, Fransch en Engelsch, op den zender
Kootwijk 1875 M., zijn als volgt:
8.008.15 Nieuwsberichten van het A.N.P.
9.009.15 Berichten in het Fransch.
11.1511.30 Berichten in het Engelsch.
12.4513.00 Nieuwsberichten van het A.N.P.
13.4514.00 Berichten in Het Fx*ansch.
15.1515.30 Berichten in het Fransch.
18.1518.30 Berichten in het Engelsch.
20.0020.15 Nieuwsberichten van rea A.N.P.
20.1520.30 Berichten in het Engelsch.
21.1521.30 Berichten in het Engelsch.
22.0022.15 Nieuwsberichten van het A.N.P.
22.1523.15 Geen uitzending.
23.1523.30 Berichten in het Fransch.
Tot nader order zullen de zenders Jaarsveld en
vootwijk om 22.15, na de nieuwsbex'ichten van het
A.N.P., sluiten, behalve dat, zooals uit bovenstaan
de opgave blijkt, de zender Kootwijk om 23.15
terugkomt ajet berichten in het Fransch,