{everwijk's trots: de sappige, ode aardbei, is er weer. JCuasF De oogst staat er goed voor. De Bank van Leening te Haarlem. ZeiCen. frOEXSDAG 5 JUNI 1940 ro' foeneming van export par Duitschland verwacht. ALS gc het kleine Beverwijksche sta tionnetje uit komt en rechtsaf de Bree- straat inslaat dan zult ge weinig van de sardbeien bemerken. Doch zet ge u neder in een Jan de vele gezellige cafés dan kunt ge ervan verzekerd zijn, dat men u de vraag stelt of ge een portie aardbeien met slagroom wilt hebben en zeg dan maar niet, dat ge daar geen trek in hebt want.de aardbei is de trots van den Be verwijk"' en met recht. Wie Beverwijk zegt denkt aan de aardbeien en j|j uw tanden het sappige roode vruchtvleesch door aten dan zegt ge onwillekeurig: ze zijn van 't jaar «er goed in Beverwijk. En dat zijn ze dan ook. In en om Beverwijk staan de vroege aardbeien •hans in vollen bloei. Duizenden witte bloempjes "idekken thans de akkers en ze vormen een schouw- cel, dat wat kleurenpracht betreft, misschien niet jet'de bollenvelden kan wedijveren, maar dat toen ia ieder geval de moeite van een bezoek zeer zeker jjont. Als men eens metde tuinders praat dan kunt ■e er zeker van zijn, dat de oogstvooruitzichten het Zangrijkste punt van het onderhoud zullen vor- pen. Dat is ook begrijpelijk. Aan de aardbeienteelt moet nog altijd groote betcekenis worden toegekend voor geheel Ken- nemerland. Zij vormt een integreerend deel van de inkomsten der tuinders in dit gebied. Hoe staat de oogst er thans voor. Die vraag kunt je het best aan de meest belanghebbenden, de tuin ders zelf stellen, Dank zij de gunstige weersomstandigheden heeft de vruchtzetting zich uitstekend ontwikkeld. Aan vankelijk was men wel wat bezorgd voor te groote droogte doch gelukkig is er tijdens den bloei vol doende water gevallen. Nu de vruchten zich gaan rctwikkelen is de zoele zomerwarmte gekomen die e?n gunstige uitwerking heeft op het rijpingsproces. Z«er verheugd is men over het feit, dat het gewas dit jaar niet onder de vorstschade heeft geleden. Dit in tegenstelling met het vorige jaar toen vooral de vroege soorten zèer ernstig van de vorst te lijden hebben gehad. De late soorten beginnen nu te bloeien. Zooals de "stand van dit gewas zich laat aanzien is ook hier de verwachting op een goeden oogst gerechtvaardigd. De „Moulin Rouge" is een der mooiste soorten van de vroege gewassen. De irite bloempjes ontkiemen zich daaraan bij trossen en het is een lust elke plant nauwkeurig afzonder lijk te beschouwen. De teelt van deze forsche aard bei heeft de laatste jaren een groote vlucht genomen. Vooral op de binnenlandsche markt vindt deze groote roode vrucht een gereeden afzet. Voor ver duurzaming gebruikt met meer da „Dutch Evern" eveneens een flinke aardbei, die echter aan de plant tamelijk zwak is en nogal eens last heeft van het zoogenaamde „rot". VERBETERING DER TEELT. Aan de veredeling en verbetering der aardbeien teelt wordt nog altijd alle mogelijke zorg besteed. de eerste plaats houdt men zich bezig met de bestrijding van ziekten in het gewas. Vooral die ziekten hebben de aandacht waarvan men tot nu toe de oorzaak nog niet vermocht op te sporen. De iuinders en de veilingsorganisaties interesseeren zich daarvoor bijzonder en werken op dit gebied nauw samen. Zij worden in hun pogingen tot verbe tering van het gewas krachtig gesteund door de landbouwhoogeschool te Wageningen. Voor geza menlijke rekening vertoeft te Beverwijk reeds ge durende een tweetal jaren mej. Ir. Kronenberg, die zich bezig houdt met het onderzoek naar de ziekten het aardbeiengewas. Haar naam wordt overal met lot genoemd. Zij werd in de gelegenheid gesteld op ren stuk grond uitgebreide onderzoekingen en proe ven te nemen. Daarvoor is het proefterrein aange legd aan den Romerkerkweg. De proeven van mej. i'onenberg bleven niet zonder gevolg want zij fiagde er inderdaad in den verwekker van eenige ziekten te ontdekken. Haar verdere studie is thans gewijd aan het vinden van een bestrijdingsmiddel legen deze ziekten. DUBBELE OOGST. Ook werden in den proeftuin pogingen gedaan van dezelfde planten tweemaal per jaar te oogsten. Daar- wordt de aardbei gedurende een bepaald deel van den dag van het licht verstoken waardoor de vrucht gedwongen wordt tot een „rustperiode", ige tuinders hebben op grond van deze proe ven reeds aardige resultaten bereikt. De vruchten daarvan zijn evenals de andere kasaardbeien reeds aan de markt. EXPORTMOGELIJKHEDEN. De vooruitzichten voor den afzet van den oogst zijn niet ongunstig. De binnenlandsche markt zal ongetwijfeld weer een groot kwantum afnemen hoe wel men zich niet verheelt dat de vermindering van het suikerverbruik wel een geringen terugslag kan veroorzaken. Engeland, dat 'n belangrijk deel van den oogst afnam, Is als uitvoer land vervallen. De export naar Duitschland zal naar men hoopt belangrijk stijgen. De laatste jaren was het aantal wagons, dat met versche aardbeien naar Duitschland werd ver- Hypotheken voor den wederopbouw Reeds verschillende toezeggingen gedaan. !S-GRAVENHAGE, 4 Juni. (A.N.P.) In aan sluiting op het [bericht van 28 Mei jl. deelt het secretariaat van de door de contactcommissie van belanghebbenden bij het onroerend goed ingestelde herstel-commissie, Tournooiveld 3 Den Haag, mede, bat blijkens intusschen ontvangen mededeelingen, jroote belangstelling voor hypothecaire leeningen •en behoeve van of directe deelneming in den we deropbouw blijkt te bestaan. Verschillende particulieren en particuliere in stellingen moeten echter, in verband met het ban- henmoratorium, nog eenig voorbehoud maken ten aanzien van de beschikbaar ie stellen bedragen. Toch achten 2 particuliere instellingen, voor zoover de toestand op idit moment valt te ovei'zien, zich voorloopig gerechtigd gezamenlijk tot een be drag van f 1.000.000.aan toezeggingen tot hun oonvenieerende hypotheken voor wederopbouw- doeleinden te doen. De ter zake ingestelde enquete is nog in vollen gang. Weldra zullen hieromtrent nadere mede deelingen kunnen worden gedaan. RIJWIELDIE VEN GEARRESTEERD. AMSTERDAM, 4 Juni. De centrale recherche !s er vanavond in geslaagd twee rijwieldieven te arresteeren, een werd in Zuid op heeterdaad be- 'rapt en de andere in het centrum. Tevens kon een ■nedeplichtige worden gepakt. Het drietal, is inge goten. (A.N.P.) zonden niet groot maar in vroegere jaren gebeurde het wel dal er 1000 wagons met dit kostelijke pro duct naar onze oosterburen werden verzonden. Men hoopt dat de contfngenteering zal worden opgehe ven en dat de export naar Duitschland weer in be langrijke mate zal worden verhoogd. In ieder geval de oogst is niet ongunstig en de Beverwijksche tuinder is vol goeden moed. Niet zonder reden want de aardbei is een verlei delijke vrucht, wie er eenmaal van geproefd heeft lust er altijd weer meer van. En.... ze zijn heer lijk van 't jaar. Mislukte luchtaanvallen. Vier toestellen neergeschoten. Het A. N. P. meldt uit Den Haag d.d. 4 Juni: In den afgeloopen nacht zijn van Engelsche zijde eenige luchtaanvallen op plaatsen in Nedex-land ge daan. Deze aanvallen bleken voornamelijk op Rot terdam te zijn geconcentreerd. Het Duitsche afweer geschut heeft echter afdoende vex-hinderd dat de Engelsche vliegtuigen hun doel bereikten. Voor zoo ver zij bommen konden afwex-pen, hebben deze geen enkel doel getroffen, doch kwamen in het vx-ije veld neer. Ook heeft men getracht de vliegvelden Ypenburg en Schiphol te bereiken, doch ook dit werd geheel onmogelijk gemaakt en wel niet alleen door de actie der Duitsche afweer-battex*ijen, maar ook door Duitsche jachtvliegtuigen. Zoo kan gezegd worden, dat de Engelsche aan vallen totaal zijn mislukt; twee Engelsche vliegtui gen zijn van den grond af neex-gehaald, terwijl twee andere door Duitsche jagei-s werden neex-geschoten. Hierdoor is afdoende aangetoond, dat de bevei liging van het Nederlandsche gebied tegen lucht aanvallen in alle opzichten voldoende is. In dit verband vernamen wij nog van zeer be voegde zijde, dat men in de zee-badplaatsen niet de minste angst behoeft te koesteren voor eventueele aanvallen van geallieerde zijde. De beveiliging door het Duitsche bezettingsleger is zoodanig geoutil- leex-d, dat men een absolute veiligheid van het Ne derlandsche gebied als een vaststaande kwestie kan beschouwen. DIEREN IN OORLOGSTIJD. 's GRAVENHAGE 4 Juni (A. N. P.) In over leg met den leider van de sectie „bijzondere dier- gioepen" van het xdjksbureau voor voedselvoorzie ning in oorlogstijd raadt het bestuur van het comité tot hulpverleening aan dieren in oorlogstijd „De Groene Ster" houders van honden, katten, duiven, sier^ogels, etc. ex-nstig aan, voorloopig niet te fok ken, resp. te broeden. Ieder, dien het welzijn van de nog levende diereix ter harte gaat, zal begrijpen, dat het met het oog op het voor deze dieren beschikbare voedsel onge- wenscht is nu den dierenstapel uit te breiden. Inbrekers maakten 2200.— buit. AMSTERDAM, 4 Juni. (A.N.P.) In den af geloopen nacht hebben inbrekers op brutale wijze hun slag geslagen in een kantoor op de Nassau- kade alhier. Door het openschuiven van een raam en het fox-ceeren van een slot wisten zij in het kantoor te komen, waar zij twee geldkistjes, x-es- pectievelijk 1840.70 en 325 inhoudende, stalen, In de woning welke bij het kantoor hoort be machtigden zij een damestaschje, inhoudende vijftig gulden, een portefeuille met 3.50, drie pakjes thee en een bedi-ag van 3.50 uit een man telzak. De inbraak werd vanmox*gen ontdekt door een werkster, die onmiddellijk de politie waarschuwde. Deze stelt thans een uitgebreid onderzoek in. ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE HAARLEM. Geëindigde faillissementen. Door het verbindend worden der uitdeelings- lijst zijn geëindigd de faillissementen van: C. H. Pointl, wonende te Dx-iehuis/Westerveld, gem. Velsen. Cixrator mr. B. W. Stomps te Haarlem. A. van Hattum, gewoond hebbende te Santpoort, thans wonende te 's-Gravenhage. Curator mr. J. O. Bai'on te Beverwijk. Restauratie van dit restant van een oud klooster. De Bank van Leening te Haax-lem is gehuisvest in een gebouw in de Kleine Houtstraat, waarin nog vrij veel restanten herinneren aan het kloos ter der Lazaristen. De Haarlemsche historicus C. J. Gonnet schreef index-tijd over die orde: „Toen de orde van St. Jan van Jeruzalem zich in de 12e eeuw zoowel de ziekenverpleging als de verdediging van het Heilige Lard tot een plicht ging stellen en tenmin ste voor een deel een militair karakter aannam, was een gedeelte van de ordebroeders daarover ontevreden en scheidde zich af, om voortdurend en uitsluitend zich aan krankenverpleging te wijden. Zoo noemden zij hun vereenigng naar den aard van hun liefdewex-k „Orde van den H. Lazax-us". Lodewijk IX (12261270) bracht hun zetel naar Frankrijk over, waar zij zich vestigden te Borgniq en droeg hun het bestuur over de zieken- en leprooshuizen op. Zij breidden zich binnen korten tijd over een groot gedeelte van het Christelijk Europa uit en in de Noordelijke Nedex-landen vindt men steeds nog sommige, hoewei schaarsche sporen van hun bestaan. Zoo ook te Haarlem. In deze stad waren in de eerste jaren der 14e eeuw slechts 3 conventen: de Karmelieten (in de Gx-oote Houtstraat), het Begijn, hof en de Dominikanen (Pand), doch dit getal werd spoedig vex-meerderd. Reeds in 1307 spx-eekt Willem, Heer van Egmond, in een giftbx-ief van een kloos ter, dat- ter eex-e Gods, van de H. Maagd en van St. Lazarus, door hem is gesticht en dat geen ander DE BINNENPLAATS. kan zijn dan dat waarin thans de Bank van Lee ning gevestigd is. De bouworde van het huis rechtvaardigt volko men de meening omtrent de eex-ste bestemming tot klooster. En de~"traditiën zijn met dat gevoelen niet in tegenspraak, want een tot woonkamer ingericht vertrek, heeft door alle eeuwen heen den naam van .de kapel" behouden, inrichting en stijl der ka mer herinneren aanstonds aan de bidcel van een convent". In het gebouw zijn nog vele andere gedeelten die ook als overblijfsels van het oude klooster zijn te herkennen, ook is bij ver-bouwingen, die in den loop der eeuwen werden uitgevoerd, veel ver- lox-en gegaan. Bij het gemeentebestuur van Haarlem be staan reeds lang plannen dit historische ge bouw een grondige restauratie te laten onder gaan. Op dit oogenblik zijn er wel timmerlieden en metselaars aan het werk. maar dat zijn nog slechts zeer dringende herstellingen, in af wachting van het later komende ingrijpende restauratiewerk. Op het woonhuis naast de Bank wordt een nieuw dak gemaakt, terwijl ook de top van den voor gevel vernieuwd zal worden. Het geheele gebouw is aan den kant van de Kleine Houtstraat met grijze kalk bpsmeerd, dat geeft een somber aan zien. Nxx wordt de top van het woonhuis reeds in schoone baksteen opgetrokken, waaruit wel afge leid kan worden, dat in de toekomst wel de ge heele kalklaag zal verwijderd worden. Op de binnenplaats is het oude nog vrijwel in tact. Alleen is het jammer dat een deel van den zuidelijken muur aan het gezicht onttrokken wordt door een leelijk houten gebouwtje, dat als veiling lokaal dienst doet. Een van de eerste punten van de x-estauratie zal zijn dit aanbouwsel te vex-wij deren. Maar aan de (muren en het dak zal ook veel gedaan moeten worden, want alles gaat er beden kelijk oud uitzien. Thuis Rekenen. De wederopbouw van Rotterdam. Besprekingen over electro-technische werkzaamheden. ROTERDAM 4 Juni. In het gebouw van het gemeentelijk electriciteitsbedrijf is gisteren een bespreking gehouden over de uitvoering van electro- technische werkzaamheden, welke in verband met den wederopbouw der stad zullen moeten worden verx-icht. Ir. G. J. Th. Baker, directeur-gen ex-aal van de electriciteitsvoorziening gaf hierbij op verschillende punten advies en verklaarde zich bereid, bij de ver dere uitvoering met x-aad en daad mede te werken, Er werd voorloopig een centraal bureau gevormd, bestaande uit de heeren ir. M. J. Romer, dix-ecteur van het gemeentelijk electriciteitsbedrijf te Rotter dam, ir. W. Roijer, (plaatsvervangend lid ir. J. J. van Rietschoten), H. M. van der Meer (plaatsver vangend lid W. Doeland), en H. A. van der Maas, secretaris. Het secretariaat is gevestigd in het ge bouw van het G. E. B., Rochussenstraat 200, tele foon 35988. Het bureau zal de electro-technische belangen behartigen. Men kwam in principe overeen, dat de werkzaam heden zullen worden uitgevoerd door Rotterdamsche firma's met Rotterdamsch pex-soneel, onder toezicht van het G. E. B. Maatregelen ter waarborging vaix de deugdelijkheid der installaties zullen worden genomen. Met alle instanties, die zich met den weder opbouw bemoeien, zal contact wox-den gezocht, ter wijl van de opx-ichting van het bureau x-eeds kennis is gegeven aan den regeeringscommissaris voor den wederopbouw, dr. ir. J. A. Ringers (A. N. P.) Utrechtsch initiatief voor „samen trekking van vervoer". Geen ledige of half geladen auto's op den weg. Het A.N.P. meldt: Op initiatief van den Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht is voor zijn gewest een vervoersdistri butieeentrum in het leven geroepen met een commissie om terzake van voorlichting te. die nen. Het bureau is gevestigd in het gebouw van de Provinciale Griffie te Utrecht, achter Sint Pieter 20, Telefoon 11957. Uitgaande van een voldoend begrip voor sa menwerking is deze samentrekking van het ver voer vooralsnog vrijwillig gehouden. Men x werkt zoo dat belanghebbenden in de provincie Utrecht, die anders per eigen gelegen heid expedieeren, aan het bureau dagelijks op gave doen van de zendingen, welke een der vol gende dagen naar eldex-s vervoerd moeten wor den. Daarnaast wordt dagelijks opgave verwacht van hen die van Utrecht uit een x-it moeten ma kexx met een ledige of een geheel geladen auto. Deze opgaven van beide zijden worden denzelfden dag werwerkt. Daarbij wordt nagegaan op welke wijze van deze ledige of niet geheel bezette 'auto's kan worden gebruik gemaakt. Thee. - Nee, zeg ik tot de vrouw die mijn zorgen deelt en mijn geluk grooter maakt, nee, je moet je vergist hebben. We zijn met z'n vijven en dus kan je nooit. per hoofd van de be volking zevexiendertlg driehonderd-drie-en- twintigste van een half ons thee per week drinken en xxog koffie zetten ook. We moeten het nog eens narekenen. Geef me eens een nieuw vel. Laten we aannemen dat ons oud ste kind twee derde, het tweede de helft en het jongste twee vijfde van een volwassene drinkt. Dan is het toch dóódsimpel om te becijferen hoeveel Je vei-geet nicht Henriëtte, die eiken Woens dag minstens drie koppen sterke thee wil heb ben. Dan moeten we nicht Henriëtte afschaffen. Dat moeten we niet. zegt de vrouw d.m.z.d. e.m.g.g.m. We kunnen op alles beter bezuini gen dan op nicht Henriëtte. Ze heeft laatst Joop op z'n wang getikt en gevraagd, wanneer hij naar de H.B.S. ging. - Ja, maar er zijnvier Woensdagen in élke maand, zeg ik en vier maal drie koppen sterke thee, dat wil zeggengeef me eens een nieuw vel. - Het schoolgeld op de H.B.S. is in ieder geval meer, beslist de moeder en zoo wordt nicht Hen riëtte Voorshands niet wegbezuinigd. We kunnen het vraagstuk ook van den an deren kant aanvallen, en beginnen met het to taal aantal koppen, dat je van een half ons thee kunt zetten. Als de dat deelen door het aan tal koppen van het gezin, weten we hoeveel kop pen we per kop mogen drinken. Dat deelen we door dertig en als we dan ieder een dag per week een kop minder drinken terwille van nicht Hen riëtte, blijven er nog twee koppen over. Waarom wil je koppen overhouden? Ik ben al meer dan tevreden, als ik uitkom. Dat doet er niet toe. Het komt nu eenmaal zoo uit. Nu, hoeveel koppen thee haal je uit een half ons? Dat weet ik niet, zegt mijn vrouw schuchter. Dan zullen we het uitrekenen. Hoeveel zit er in je trekpot? Een schepje en daar hebben we ieder drie kopjes van gedronken en nu kunnen er nóg twee uit, maar dat is labberdaan. Labberdaan is ook thee. Als je nu de weeg schaal haalt en geef nu meteen even een nieuw vel. De weegschaal is een oud en eerwaardig in strument. Hij is nog heel goed, maar werkt slechts boven de drie pond en bij ruwe behan deling. Als we er „De Klop op de deur" opleggen en hem een schop geven, springt de roestige naald naar 3 pond en 2 ons. Maar .Levenswijs heid met een Glimlach" en een zoutvaatje wegen samen precies wat we noodig hebben. Nu lepelt mijn vrouw zorgvuldig de Chineesche thee op den Chinees, terwijl Ik het toestel mishandel. Elf schepjes is één streepje en één streepje is één tiende pond, dus zullen we 88 kopjes kun nen drinken en als we nu met z'n drieën thee nemen en met z'n tweeën koffie Geef me eexis een nieuw vel, roep ik want nu wordt ik enthousiast. Dan gaat de bel. Het is tante Henriëtte. Ze kijkt wat schuw rpnd en fluistert: Als jullie soms thee noodig hebben. Dan verdwijnt de weegschaal en tex-wijl de vrouw d.m.z.d.e.m.g.g.m. met tante Henriëtte verder conspireert, verdiep ik me in Levenswijs heid met een Glimlach. in Haarlem en daarbuiten. Het Rijksmuseum weer geopend. Zatex'dag is in een gedeelte van ons nationaal mu seum een tentoonstelling geopend, die in velerlei opzicht de aandacht verdient, een deel van het grootsche gebouwencomplex weer in gebruik neemt en den gang van de kunstliefhebbers weer naar de Stadhouderskade voeren kan. In den linkschen vleugel van het gebouw is een interessante verzameling kunstwerken bijeenge bracht, waarvan de hoofdschotel gevormd wordt door de collecties teekeningen, aquarellen en pren ten uit de achttiende eeuw, doch waaraan door toe voeging van een aantal belangrijke schilderijen, die nieuw bezit van het Museum zijn geworden, nog meer gewicht vexdeend wordt. En zelfs een aantal moderne (19e eeuwsche) aquarellen en prenten vindt de bezoeker tot zijn verrassing in de vitrines uitgelegd, zoodat er een aangename en niet-ver- moeiende variatie bereikt is. Al ligt dan het zwaartepunt dezer expositie in het achttiende-eeuwsche wei"k, van de nieuwe aan winsten in schilderijen mogen er aanvankelijk een paar genoemd wox-den, waarbij dan in de eerste plaats de ras verkregen Rembrandt in aanmerking komt. Het is de kop van een ouden Oostexding, door Rembx-andt in 1635, dus op 29-jarigen leeftijd ge schilderd, reeds breed en imposant van techniek en in den achtergrond voluit gesigneerd. Het kan den zelfden Oosterling voorstellen die op Rembrandt's ets (Bartsch 288) afgebeeld staat, welke ets eveneens met 1635 gedateerd is. Behalve dit schilderij zal de bezoeker er, onder het vele, mooie exemplaren van Van Goyen, Jan.Steen en Ruysdael aantreffen en een paar belangrijke primitieven. Doch wij willen ons thans in hoofdzaak tot onze Hollandsche I8e eeuw wenden, voor welke periode langzamei'hand de belangstelling is gaan groeien en waarvan wij ook in de Haarlemsche collecties en archief zulke mooie stalen bezitten. Vinden wij hier niet van den beroemd wox-denden stadgenoot Wy- brand Hendriks wederom eenige markante werken? Daar is de zeer verzox-gde aquarel met „Een zieke dame" die door een gewichtig doenden doktoor be zocht wordt, terwijl achter het paar een jonge maagd zich de tranen van het gezicht wischt. En hoe rustig- zuiver gezien zijn de beide landschap-aquarellen van denzelfden schilder. Doch reeds in het eerste kabinet hebben ons, bij een bloemenstilleven van Van Huysum, de teeke ningen van Pronk en Pothoven, van De Moucheron en Van Liender bezig gehouden, geestig omgeven door de technisch wonderlijk knappe zwarte-kunst prentjes door J. Mc. Ardell. In een volgende afdeeling krijgen wij te maken met een paar bonzen onzer achttiende eeuw: met Cornell's Troost en met J. de Wit, wiens „Witjes" hun roem nooit overleefd hebben. En nog steeds, nu weer in stijgende mate, zijn zijne schetsen en teekeningen begeerenswaardige en waardeerbare objecten. Vreemd is dat niet, want zoowel Troost als De Wit waren talentrijke kunstenaars, bovendien ook spiritueel ver boven het gemiddelde van hun tijd in Holland staande. Als men van den laatste die schets met vrouwenfiguren (waarschijnlijk voor een wandpaneel in de hoogte bedoeld) maar even be kijkt, dan voelt men de verwantschap van dezen Hollander met den Franschman Jules Chéret, die veel later, in het eind der negentiende eeuw, met zijn felkleurige, sterk sprekende affiches voor Saxo- léine en andere producten een wereldnaam z:«u ma ken. Vele lezers herinneren zich die affiches nog wel, die vaak de ateliers der schilders en de stu- deerkamex's der studenten opvroolijkten. Cornells Tx-oost's roem berustte in hoofdzaak op de tallooze gravures die, naar zijn werk gemaakt en in den handel gebracht zijn. Hij was de befelder van het moreele leven van zijn tijd en zijn land, soms gemoedelijk-ondeugend, maar toch steeds zekere resei-ves in acht nemend. De serie van vijf groote pastels in het Haagsche Mauritshuis is bekend (on der den naam der Nelri), en van één daarvan, het naar huis gaan der gasten na een overdadigen maal tijd, is hier de voorteekening te zien. Amusant is de voox-stelling maar ook de schx-iftuur ervan is geestig, de houdinkjes der heeren die moeizaam in hun ka rossen getild wox-den zijn schrijnend juist. En welk een uitmuntend aquarellist hij was kan men hier aan een paar losstaande figuurstudies ervaren. Een aantal prenten naar zijn bekendste werken, zooals de verliefde Brechtje en Saartje Jansz, vullen het inzicht in Troost's kunst aan. In de verdere afdeelingen zal men vele den Haar lemmers welbekende namen ontmoeten. Buys, Spil man, Cats, De Beyer zijn teekenaax-s geweest, met wier werk men hier door de verzamelingen in Tey- ler, het Stedelijk Archief en d.e collectie Hoog ver trouwd kan zijn. Van Spilman zijn hier een Stadnuis in Buuren en een gezicht op Woudrichem die van zeer mooie qualiteit zijn. Van Schouman verrast een tweetal uitmuntend geaquax-elleerde Papegaaikop pen; van den bekenden P. Langendijk een merk waardige „kerkbrand in Arnhem" en van den niet minder bekenden J. Cats een reeksje werken, waar van een „ijsgezïcht" wel heel aantrekkelijk is. Voor de snuffelaars in de oude kunstproductie zijn er echter ook nog wel bijzondere dingen te aan schouwen, wier makers minder algemeen bekende namen dragen. Zoo zijn er van een zekeren Dr. J. Teyler (1648-1712), geen Haarlemmer en niets met Teyler's Musexxm uitstaande hebbend, curieuse in kleuren gedrukte gravures met vogelstudies uitge legd. Vooral voor wie zich voor de technische mo gelijkheden en proefnemingen met de drukprocédés interesseert zijn dat belangwekkende bladen. En artistiek beschouwd zijn zij ook niet te versmaden. Voorts lette men eens op de Italiaansche landschaps aquarellen van J. A. Knip, den voorvader van Hen riëtte Ronner, en merke op hoe zuiver en elegant die gemaakt zijn. Een weinig bekend artist als Cocklers (1740-1817) is eveneens de moeite eener nadere kennismaking waard. Zijn portretjes van het echtpaar Goll van Fx-ankenstein, die hier zijn uitge legd, sporen daartoe aan. Dat de Haarlemmer C. van Noorde hier door een schilderij „Ijsvermaak te Kortenhoef" vertegen woordigd wox-dt is minder opmerkelijk dan dat reeds in de 18e eeuw Hollanders als Kobell en Reimer op Java werkten en er het Gouvernementspaleis in beeld brachten. En dat de Beëediging van het Re- geeringsreglement op de Groote Markt te Haarlem een feit van belang is geweest in den aanvang der vorige eeuw bewijst wel het aantal afbeeldingen, die dat feit tot de massa hebben gebracht. Hier vin den wij er twee kapitale, uitvoerige teekeningen van, door den Haarlemmer Van der Vinne met vlijt ver vaardigd. Afwisseling, die prettig en ongezocht aandoet, brengen tusschen dit alles een aardig aantal etsen van 19e eeuwsche meesters als Whistler, Millet, Bracquemond en nog vele anderen. Misschien mo gen wij daar nog eens op tei-ugkomen. Men bezoeke alvast het herleefde Rijksmuseum. J. H. DE BOIS 'k Wilde U vertellen van een zeiltochtje. Afge zaagd, zult U zeggen. Neen, misschien zegt U dat niet, en daarom schrijf ik er wat over. Ach er zijn een massa menschen, die steeds iets nieuws willen, iets origineels, iets wat ons nog nooit gebeurd is, en schrijvers en andei*en, die het pu bliek wat aan te bieden hebben, sloven zich uit om steeds maar nieuwe dingen op te disschen in de hoop u te blijven boeien. Denkt u zich eens in dat ook Moeder Natuur zoo dol zou zijn op nieuwe dingen, dat ze zou denken: elk jaar dezelfde bloemetjes, dat zal de menschen gaan vervelen. Dat doet ze niet. Heusch, elk jaar krijgt u weer dezelfde lente, en toch is die lente steeds een nieuwe belevenis. Waarom zouden we onze geest niet aan de natuur toetsen? Ik wilde U vertellen van een zeiltochtje. Een zeil tochtje in Juni van het jaar 1940. Er varen sedert jax-en bootjes over deix Westeinderplas, dag in dag uit. Heeft u een zeilboot, een kano of iets andex-s, waarin u zich drijvende kunt houden langs de schoone watex-dx-even van ons landje? Vergeet hen dan in deze dagen niet, vergeet hen niet omdat u vindt dat uw hoofd niet naar zeiltochtjes staat, want in dagen als deze kx-achtig zijn en jezelf blijven, misschien jezelf vinden, beteekent een zegen voor iedereen. Een zeiltocht is een ontdekkingstocht in datgene, waarin ons leven ankert: de natuur. Ik berx, tegen groote woorden, en evengoed als een schipper een kx-ixxgetje kan spuwen voor zijn gebed, kan de bemanning van een zeilbootje de tocht iets schoons vinden zonder daarover te zaniken. Zeilen is mooi omdat je het doen moet met wat de natuur je geeft Wanneer ge panne hebt met de auto komt aan het gemopper geen einde. Als de wind wegblijft uit de zeilen zijt ge stil. De natuur is niet alleen veel ouder maar ook veel machtiger dan de techniek. Dat. voelt men met de touwen van het gx-ootzeil en het fokzeil in de hand. U zwijgt wanneer de natuur niet geeft wat u hebben wilt. Ge klaagt als de menschen u niet geven dat waar ge uw zinnen op hebt gezet. Zóó filosofeert ge over de met zonlicht geparelde golfjes starend naar den kant met de'huïsjes, het torentje en de haven. En dat is goed, daar wordt uw geest even frisch van als je body opknapt van de bries. Tot een bries kwam het evenwel niet, toen op den West einder. „Zuchies" noemt de waterman die goeder- tiex-enhcid van de lucht, die het bootje doet voort varen. Maar die „züchies" stemden een ieder te vreden. De menschen zijn vlug tevreden op het water. Lucht, land en water, menschenkind wat wilt ge nog meer dan glijdend verder te gaan, in het water, door de lucht, en langs het land? Met de roerstang in dc hand, droomend alles wat in uw gedachten op komt te schrijven op het witte zeil, dat boven uw hoofd bolt tegen den hemel. Op één wit zeil kan meer fantasie dan op honderd witte boekenbladen. Kudelstaart heet het plaatsje, waar we vandaan kwamen en waar we weer landden. Een aardig plaatsje met een kerk en een straat, een meneei-, die er een proper haventje op na houdt, waar de scheepkens weerom komen kunnen als de kie kens bij de kloek, en een bakker, die in zijn vrijen tijd er een span opna houdt, een mooi koetsje met twee paarden, dat ons van pas kwam, want de auto's reden niet De techniek zweeg rond om de boorden van de plas. Geen motorboot snorde hautain de zeilers voorbij. Alleen de natuur sprak. Motoren maken lawaai. De natuur is stil en toch spreekt die stilte duidelijker dan het lawaai. Daarom, wanneer u een zeilbootje, of een kano of desnoods een vlotje hebt, vergeet het niet in deze dagen. Wan neer u van al dit schoons niets bezit, vaart dan eens mee. Er valt veel te ervaren op de plassen. Weinig nieuws, maar.... veel waars. v. a,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1940 | | pagina 5