{everwijk's trots: de sappige,
ode aardbei, is er weer.
JCuasF
De oogst staat er goed voor.
De Bank van Leening
te Haarlem.
ZeiCen.
frOEXSDAG 5 JUNI 1940
ro'
foeneming van export
par Duitschland verwacht.
ALS gc het kleine Beverwijksche sta
tionnetje uit komt en rechtsaf de Bree-
straat inslaat dan zult ge weinig van de
sardbeien bemerken. Doch zet ge u neder in een
Jan de vele gezellige cafés dan kunt ge ervan
verzekerd zijn, dat men u de vraag stelt of ge
een portie aardbeien met slagroom wilt hebben
en zeg dan maar niet, dat ge daar geen trek in
hebt want.de aardbei is de trots van den Be
verwijk"' en met recht.
Wie Beverwijk zegt denkt aan de aardbeien en
j|j uw tanden het sappige roode vruchtvleesch door
aten dan zegt ge onwillekeurig: ze zijn van 't jaar
«er goed in Beverwijk. En dat zijn ze dan ook.
In en om Beverwijk staan de vroege aardbeien
•hans in vollen bloei. Duizenden witte bloempjes
"idekken thans de akkers en ze vormen een schouw-
cel, dat wat kleurenpracht betreft, misschien niet
jet'de bollenvelden kan wedijveren, maar dat toen
ia ieder geval de moeite van een bezoek zeer zeker
jjont. Als men eens metde tuinders praat dan kunt
■e er zeker van zijn, dat de oogstvooruitzichten het
Zangrijkste punt van het onderhoud zullen vor-
pen. Dat is ook begrijpelijk.
Aan de aardbeienteelt moet nog altijd groote
betcekenis worden toegekend voor geheel Ken-
nemerland. Zij vormt een integreerend deel van
de inkomsten der tuinders in dit gebied.
Hoe staat de oogst er thans voor. Die vraag kunt
je het best aan de meest belanghebbenden, de tuin
ders zelf stellen,
Dank zij de gunstige weersomstandigheden heeft
de vruchtzetting zich uitstekend ontwikkeld. Aan
vankelijk was men wel wat bezorgd voor te groote
droogte doch gelukkig is er tijdens den bloei vol
doende water gevallen. Nu de vruchten zich gaan
rctwikkelen is de zoele zomerwarmte gekomen die
e?n gunstige uitwerking heeft op het rijpingsproces.
Z«er verheugd is men over het feit, dat het gewas
dit jaar niet onder de vorstschade heeft geleden.
Dit in tegenstelling met het vorige jaar toen vooral
de vroege soorten zèer ernstig van de vorst te lijden
hebben gehad. De late soorten beginnen nu te
bloeien. Zooals de "stand van dit gewas zich laat
aanzien is ook hier de verwachting op een goeden
oogst gerechtvaardigd. De „Moulin Rouge" is een
der mooiste soorten van de vroege gewassen. De
irite bloempjes ontkiemen zich daaraan bij trossen
en het is een lust elke plant nauwkeurig afzonder
lijk te beschouwen. De teelt van deze forsche aard
bei heeft de laatste jaren een groote vlucht genomen.
Vooral op de binnenlandsche markt vindt deze
groote roode vrucht een gereeden afzet. Voor ver
duurzaming gebruikt met meer da „Dutch Evern"
eveneens een flinke aardbei, die echter aan de
plant tamelijk zwak is en nogal eens last heeft van
het zoogenaamde „rot".
VERBETERING DER TEELT.
Aan de veredeling en verbetering der aardbeien
teelt wordt nog altijd alle mogelijke zorg besteed.
de eerste plaats houdt men zich bezig met de
bestrijding van ziekten in het gewas. Vooral die
ziekten hebben de aandacht waarvan men tot nu toe
de oorzaak nog niet vermocht op te sporen. De
iuinders en de veilingsorganisaties interesseeren
zich daarvoor bijzonder en werken op dit gebied
nauw samen. Zij worden in hun pogingen tot verbe
tering van het gewas krachtig gesteund door de
landbouwhoogeschool te Wageningen. Voor geza
menlijke rekening vertoeft te Beverwijk reeds ge
durende een tweetal jaren mej. Ir. Kronenberg, die
zich bezig houdt met het onderzoek naar de ziekten
het aardbeiengewas. Haar naam wordt overal met
lot genoemd. Zij werd in de gelegenheid gesteld op
ren stuk grond uitgebreide onderzoekingen en proe
ven te nemen. Daarvoor is het proefterrein aange
legd aan den Romerkerkweg. De proeven van mej.
i'onenberg bleven niet zonder gevolg want zij
fiagde er inderdaad in den verwekker van eenige
ziekten te ontdekken. Haar verdere studie is thans
gewijd aan het vinden van een bestrijdingsmiddel
legen deze ziekten.
DUBBELE OOGST.
Ook werden in den proeftuin pogingen gedaan van
dezelfde planten tweemaal per jaar te oogsten. Daar-
wordt de aardbei gedurende een bepaald deel
van den dag van het licht verstoken waardoor de
vrucht gedwongen wordt tot een „rustperiode",
ige tuinders hebben op grond van deze proe
ven reeds aardige resultaten bereikt. De vruchten
daarvan zijn evenals de andere kasaardbeien reeds
aan de markt.
EXPORTMOGELIJKHEDEN.
De vooruitzichten voor den afzet van den oogst
zijn niet ongunstig. De binnenlandsche markt zal
ongetwijfeld weer een groot kwantum afnemen hoe
wel men zich niet verheelt dat de vermindering van
het suikerverbruik wel een geringen terugslag kan
veroorzaken. Engeland, dat 'n belangrijk deel van den
oogst afnam, Is als uitvoer land vervallen. De export
naar Duitschland zal naar men hoopt belangrijk
stijgen. De laatste jaren was het aantal wagons, dat
met versche aardbeien naar Duitschland werd ver-
Hypotheken voor den wederopbouw
Reeds verschillende toezeggingen gedaan.
!S-GRAVENHAGE, 4 Juni. (A.N.P.) In aan
sluiting op het [bericht van 28 Mei jl. deelt het
secretariaat van de door de contactcommissie van
belanghebbenden bij het onroerend goed ingestelde
herstel-commissie, Tournooiveld 3 Den Haag, mede,
bat blijkens intusschen ontvangen mededeelingen,
jroote belangstelling voor hypothecaire leeningen
•en behoeve van of directe deelneming in den we
deropbouw blijkt te bestaan.
Verschillende particulieren en particuliere in
stellingen moeten echter, in verband met het ban-
henmoratorium, nog eenig voorbehoud maken ten
aanzien van de beschikbaar ie stellen bedragen.
Toch achten 2 particuliere instellingen, voor
zoover de toestand op idit moment valt te ovei'zien,
zich voorloopig gerechtigd gezamenlijk tot een be
drag van f 1.000.000.aan toezeggingen tot hun
oonvenieerende hypotheken voor wederopbouw-
doeleinden te doen.
De ter zake ingestelde enquete is nog in vollen
gang. Weldra zullen hieromtrent nadere mede
deelingen kunnen worden gedaan.
RIJWIELDIE VEN GEARRESTEERD.
AMSTERDAM, 4 Juni. De centrale recherche
!s er vanavond in geslaagd twee rijwieldieven te
arresteeren, een werd in Zuid op heeterdaad be-
'rapt en de andere in het centrum. Tevens kon een
■nedeplichtige worden gepakt. Het drietal, is inge
goten. (A.N.P.)
zonden niet groot maar in vroegere jaren gebeurde
het wel dal er 1000 wagons met dit kostelijke pro
duct naar onze oosterburen werden verzonden. Men
hoopt dat de contfngenteering zal worden opgehe
ven en dat de export naar Duitschland weer in be
langrijke mate zal worden verhoogd.
In ieder geval de oogst is niet ongunstig en de
Beverwijksche tuinder is vol goeden moed.
Niet zonder reden want de aardbei is een verlei
delijke vrucht, wie er eenmaal van geproefd heeft
lust er altijd weer meer van. En.... ze zijn heer
lijk van 't jaar.
Mislukte luchtaanvallen.
Vier toestellen neergeschoten.
Het A. N. P. meldt uit Den Haag d.d. 4 Juni:
In den afgeloopen nacht zijn van Engelsche zijde
eenige luchtaanvallen op plaatsen in Nedex-land ge
daan. Deze aanvallen bleken voornamelijk op Rot
terdam te zijn geconcentreerd. Het Duitsche afweer
geschut heeft echter afdoende vex-hinderd dat de
Engelsche vliegtuigen hun doel bereikten. Voor zoo
ver zij bommen konden afwex-pen, hebben deze geen
enkel doel getroffen, doch kwamen in het vx-ije veld
neer.
Ook heeft men getracht de vliegvelden Ypenburg
en Schiphol te bereiken, doch ook dit werd geheel
onmogelijk gemaakt en wel niet alleen door de actie
der Duitsche afweer-battex*ijen, maar ook door
Duitsche jachtvliegtuigen.
Zoo kan gezegd worden, dat de Engelsche aan
vallen totaal zijn mislukt; twee Engelsche vliegtui
gen zijn van den grond af neex-gehaald, terwijl twee
andere door Duitsche jagei-s werden neex-geschoten.
Hierdoor is afdoende aangetoond, dat de bevei
liging van het Nederlandsche gebied tegen lucht
aanvallen in alle opzichten voldoende is.
In dit verband vernamen wij nog van zeer be
voegde zijde, dat men in de zee-badplaatsen niet de
minste angst behoeft te koesteren voor eventueele
aanvallen van geallieerde zijde. De beveiliging door
het Duitsche bezettingsleger is zoodanig geoutil-
leex-d, dat men een absolute veiligheid van het Ne
derlandsche gebied als een vaststaande kwestie kan
beschouwen.
DIEREN IN OORLOGSTIJD.
's GRAVENHAGE 4 Juni (A. N. P.) In over
leg met den leider van de sectie „bijzondere dier-
gioepen" van het xdjksbureau voor voedselvoorzie
ning in oorlogstijd raadt het bestuur van het comité
tot hulpverleening aan dieren in oorlogstijd „De
Groene Ster" houders van honden, katten, duiven,
sier^ogels, etc. ex-nstig aan, voorloopig niet te fok
ken, resp. te broeden.
Ieder, dien het welzijn van de nog levende diereix
ter harte gaat, zal begrijpen, dat het met het oog op
het voor deze dieren beschikbare voedsel onge-
wenscht is nu den dierenstapel uit te breiden.
Inbrekers maakten 2200.— buit.
AMSTERDAM, 4 Juni. (A.N.P.) In den af
geloopen nacht hebben inbrekers op brutale wijze
hun slag geslagen in een kantoor op de Nassau-
kade alhier. Door het openschuiven van een raam
en het fox-ceeren van een slot wisten zij in het
kantoor te komen, waar zij twee geldkistjes, x-es-
pectievelijk 1840.70 en 325 inhoudende, stalen,
In de woning welke bij het kantoor hoort be
machtigden zij een damestaschje, inhoudende
vijftig gulden, een portefeuille met 3.50, drie
pakjes thee en een bedi-ag van 3.50 uit een man
telzak.
De inbraak werd vanmox*gen ontdekt door een
werkster, die onmiddellijk de politie waarschuwde.
Deze stelt thans een uitgebreid onderzoek in.
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE
HAARLEM.
Geëindigde faillissementen.
Door het verbindend worden der uitdeelings-
lijst zijn geëindigd de faillissementen van:
C. H. Pointl, wonende te Dx-iehuis/Westerveld,
gem. Velsen.
Cixrator mr. B. W. Stomps te Haarlem.
A. van Hattum, gewoond hebbende te Santpoort,
thans wonende te 's-Gravenhage.
Curator mr. J. O. Bai'on te Beverwijk.
Restauratie van dit restant van een
oud klooster.
De Bank van Leening te Haax-lem is gehuisvest
in een gebouw in de Kleine Houtstraat, waarin
nog vrij veel restanten herinneren aan het kloos
ter der Lazaristen.
De Haarlemsche historicus C. J. Gonnet schreef
index-tijd over die orde: „Toen de orde van St. Jan
van Jeruzalem zich in de 12e eeuw zoowel de
ziekenverpleging als de verdediging van het
Heilige Lard tot een plicht ging stellen en tenmin
ste voor een deel een militair karakter aannam,
was een gedeelte van de ordebroeders daarover
ontevreden en scheidde zich af, om voortdurend en
uitsluitend zich aan krankenverpleging te wijden.
Zoo noemden zij hun vereenigng naar den aard
van hun liefdewex-k „Orde van den H. Lazax-us".
Lodewijk IX (12261270) bracht hun zetel naar
Frankrijk over, waar zij zich vestigden te Borgniq
en droeg hun het bestuur over de zieken- en
leprooshuizen op. Zij breidden zich binnen korten
tijd over een groot gedeelte van het Christelijk
Europa uit en in de Noordelijke Nedex-landen vindt
men steeds nog sommige, hoewei schaarsche sporen
van hun bestaan.
Zoo ook te Haarlem. In deze stad waren in de
eerste jaren der 14e eeuw slechts 3 conventen: de
Karmelieten (in de Gx-oote Houtstraat), het Begijn,
hof en de Dominikanen (Pand), doch dit getal werd
spoedig vex-meerderd. Reeds in 1307 spx-eekt Willem,
Heer van Egmond, in een giftbx-ief van een kloos
ter, dat- ter eex-e Gods, van de H. Maagd en van St.
Lazarus, door hem is gesticht en dat geen ander
DE BINNENPLAATS.
kan zijn dan dat waarin thans de Bank van Lee
ning gevestigd is.
De bouworde van het huis rechtvaardigt volko
men de meening omtrent de eex-ste bestemming tot
klooster. En de~"traditiën zijn met dat gevoelen niet
in tegenspraak, want een tot woonkamer ingericht
vertrek, heeft door alle eeuwen heen den naam van
.de kapel" behouden, inrichting en stijl der ka
mer herinneren aanstonds aan de bidcel van een
convent".
In het gebouw zijn nog vele andere gedeelten
die ook als overblijfsels van het oude klooster zijn
te herkennen, ook is bij ver-bouwingen, die in
den loop der eeuwen werden uitgevoerd, veel ver-
lox-en gegaan.
Bij het gemeentebestuur van Haarlem be
staan reeds lang plannen dit historische ge
bouw een grondige restauratie te laten onder
gaan.
Op dit oogenblik zijn er wel timmerlieden
en metselaars aan het werk. maar dat zijn nog
slechts zeer dringende herstellingen, in af
wachting van het later komende ingrijpende
restauratiewerk.
Op het woonhuis naast de Bank wordt een nieuw
dak gemaakt, terwijl ook de top van den voor
gevel vernieuwd zal worden. Het geheele gebouw
is aan den kant van de Kleine Houtstraat met
grijze kalk bpsmeerd, dat geeft een somber aan
zien. Nxx wordt de top van het woonhuis reeds in
schoone baksteen opgetrokken, waaruit wel afge
leid kan worden, dat in de toekomst wel de ge
heele kalklaag zal verwijderd worden.
Op de binnenplaats is het oude nog vrijwel in
tact. Alleen is het jammer dat een deel van den
zuidelijken muur aan het gezicht onttrokken wordt
door een leelijk houten gebouwtje, dat als veiling
lokaal dienst doet. Een van de eerste punten van
de x-estauratie zal zijn dit aanbouwsel te vex-wij
deren. Maar aan de (muren en het dak zal ook veel
gedaan moeten worden, want alles gaat er beden
kelijk oud uitzien.
Thuis Rekenen.
De wederopbouw van Rotterdam.
Besprekingen over electro-technische
werkzaamheden.
ROTERDAM 4 Juni. In het gebouw van het
gemeentelijk electriciteitsbedrijf is gisteren een
bespreking gehouden over de uitvoering van electro-
technische werkzaamheden, welke in verband met
den wederopbouw der stad zullen moeten worden
verx-icht.
Ir. G. J. Th. Baker, directeur-gen ex-aal van de
electriciteitsvoorziening gaf hierbij op verschillende
punten advies en verklaarde zich bereid, bij de ver
dere uitvoering met x-aad en daad mede te werken,
Er werd voorloopig een centraal bureau gevormd,
bestaande uit de heeren ir. M. J. Romer, dix-ecteur
van het gemeentelijk electriciteitsbedrijf te Rotter
dam, ir. W. Roijer, (plaatsvervangend lid ir. J. J.
van Rietschoten), H. M. van der Meer (plaatsver
vangend lid W. Doeland), en H. A. van der Maas,
secretaris. Het secretariaat is gevestigd in het ge
bouw van het G. E. B., Rochussenstraat 200, tele
foon 35988. Het bureau zal de electro-technische
belangen behartigen.
Men kwam in principe overeen, dat de werkzaam
heden zullen worden uitgevoerd door Rotterdamsche
firma's met Rotterdamsch pex-soneel, onder toezicht
van het G. E. B. Maatregelen ter waarborging vaix
de deugdelijkheid der installaties zullen worden
genomen.
Met alle instanties, die zich met den weder
opbouw bemoeien, zal contact wox-den gezocht, ter
wijl van de opx-ichting van het bureau x-eeds kennis
is gegeven aan den regeeringscommissaris voor den
wederopbouw, dr. ir. J. A. Ringers (A. N. P.)
Utrechtsch initiatief voor „samen
trekking van vervoer".
Geen ledige of half geladen auto's op
den weg.
Het A.N.P. meldt: Op initiatief van den
Commissaris der Koningin in de provincie
Utrecht is voor zijn gewest een vervoersdistri
butieeentrum in het leven geroepen met een
commissie om terzake van voorlichting te. die
nen. Het bureau is gevestigd in het gebouw van
de Provinciale Griffie te Utrecht, achter Sint
Pieter 20, Telefoon 11957.
Uitgaande van een voldoend begrip voor sa
menwerking is deze samentrekking van het ver
voer vooralsnog vrijwillig gehouden.
Men x werkt zoo dat belanghebbenden in de
provincie Utrecht, die anders per eigen gelegen
heid expedieeren, aan het bureau dagelijks op
gave doen van de zendingen, welke een der vol
gende dagen naar eldex-s vervoerd moeten wor
den. Daarnaast wordt dagelijks opgave verwacht
van hen die van Utrecht uit een x-it moeten ma
kexx met een ledige of een geheel geladen auto.
Deze opgaven van beide zijden worden denzelfden
dag werwerkt. Daarbij wordt nagegaan op welke
wijze van deze ledige of niet geheel bezette 'auto's
kan worden gebruik gemaakt.
Thee.
- Nee, zeg ik tot de vrouw die mijn zorgen
deelt en mijn geluk grooter maakt, nee, je moet
je vergist hebben. We zijn met z'n vijven en dus
kan je nooit. per hoofd van de be
volking zevexiendertlg driehonderd-drie-en-
twintigste van een half ons thee per
week drinken en xxog koffie zetten ook. We
moeten het nog eens narekenen. Geef me eens
een nieuw vel. Laten we aannemen dat ons oud
ste kind twee derde, het tweede de helft en het
jongste twee vijfde van een volwassene drinkt.
Dan is het toch dóódsimpel om te becijferen
hoeveel
Je vei-geet nicht Henriëtte, die eiken Woens
dag minstens drie koppen sterke thee wil heb
ben.
Dan moeten we nicht Henriëtte afschaffen.
Dat moeten we niet. zegt de vrouw d.m.z.d.
e.m.g.g.m. We kunnen op alles beter bezuini
gen dan op nicht Henriëtte. Ze heeft laatst Joop
op z'n wang getikt en gevraagd, wanneer hij
naar de H.B.S. ging.
- Ja, maar er zijnvier Woensdagen in élke
maand, zeg ik en vier maal drie koppen sterke
thee, dat wil zeggengeef me eens een nieuw
vel.
- Het schoolgeld op de H.B.S. is in ieder geval
meer, beslist de moeder en zoo wordt nicht Hen
riëtte Voorshands niet wegbezuinigd.
We kunnen het vraagstuk ook van den an
deren kant aanvallen, en beginnen met het to
taal aantal koppen, dat je van een half ons
thee kunt zetten. Als de dat deelen door het aan
tal koppen van het gezin, weten we hoeveel kop
pen we per kop mogen drinken. Dat deelen we
door dertig en als we dan ieder een dag per week
een kop minder drinken terwille van nicht Hen
riëtte, blijven er nog twee koppen over.
Waarom wil je koppen overhouden? Ik
ben al meer dan tevreden, als ik uitkom.
Dat doet er niet toe. Het komt nu eenmaal
zoo uit. Nu, hoeveel koppen thee haal je uit een
half ons?
Dat weet ik niet, zegt mijn vrouw schuchter.
Dan zullen we het uitrekenen. Hoeveel zit
er in je trekpot?
Een schepje en daar hebben we ieder drie
kopjes van gedronken en nu kunnen er nóg twee
uit, maar dat is labberdaan.
Labberdaan is ook thee. Als je nu de weeg
schaal haalt en geef nu meteen even een nieuw
vel.
De weegschaal is een oud en eerwaardig in
strument. Hij is nog heel goed, maar werkt
slechts boven de drie pond en bij ruwe behan
deling. Als we er „De Klop op de deur" opleggen
en hem een schop geven, springt de roestige
naald naar 3 pond en 2 ons. Maar .Levenswijs
heid met een Glimlach" en een zoutvaatje wegen
samen precies wat we noodig hebben. Nu lepelt
mijn vrouw zorgvuldig de Chineesche thee op
den Chinees, terwijl Ik het toestel mishandel.
Elf schepjes is één streepje en één streepje is
één tiende pond, dus zullen we 88 kopjes kun
nen drinken en als we nu met z'n drieën thee
nemen en met z'n tweeën koffie
Geef me eexis een nieuw vel, roep ik want nu
wordt ik enthousiast.
Dan gaat de bel. Het is tante Henriëtte. Ze
kijkt wat schuw rpnd en fluistert:
Als jullie soms thee noodig hebben.
Dan verdwijnt de weegschaal en tex-wijl de
vrouw d.m.z.d.e.m.g.g.m. met tante Henriëtte
verder conspireert, verdiep ik me in Levenswijs
heid met een Glimlach.
in Haarlem
en daarbuiten.
Het Rijksmuseum weer geopend.
Zatex'dag is in een gedeelte van ons nationaal mu
seum een tentoonstelling geopend, die in velerlei
opzicht de aandacht verdient, een deel van het
grootsche gebouwencomplex weer in gebruik neemt
en den gang van de kunstliefhebbers weer naar de
Stadhouderskade voeren kan.
In den linkschen vleugel van het gebouw is een
interessante verzameling kunstwerken bijeenge
bracht, waarvan de hoofdschotel gevormd wordt
door de collecties teekeningen, aquarellen en pren
ten uit de achttiende eeuw, doch waaraan door toe
voeging van een aantal belangrijke schilderijen, die
nieuw bezit van het Museum zijn geworden, nog
meer gewicht vexdeend wordt. En zelfs een aantal
moderne (19e eeuwsche) aquarellen en prenten
vindt de bezoeker tot zijn verrassing in de vitrines
uitgelegd, zoodat er een aangename en niet-ver-
moeiende variatie bereikt is.
Al ligt dan het zwaartepunt dezer expositie in het
achttiende-eeuwsche wei"k, van de nieuwe aan
winsten in schilderijen mogen er aanvankelijk een
paar genoemd wox-den, waarbij dan in de eerste
plaats de ras verkregen Rembrandt in aanmerking
komt. Het is de kop van een ouden Oostexding, door
Rembx-andt in 1635, dus op 29-jarigen leeftijd ge
schilderd, reeds breed en imposant van techniek en
in den achtergrond voluit gesigneerd. Het kan den
zelfden Oosterling voorstellen die op Rembrandt's ets
(Bartsch 288) afgebeeld staat, welke ets eveneens
met 1635 gedateerd is. Behalve dit schilderij zal de
bezoeker er, onder het vele, mooie exemplaren van
Van Goyen, Jan.Steen en Ruysdael aantreffen en
een paar belangrijke primitieven.
Doch wij willen ons thans in hoofdzaak tot onze
Hollandsche I8e eeuw wenden, voor welke periode
langzamei'hand de belangstelling is gaan groeien en
waarvan wij ook in de Haarlemsche collecties en
archief zulke mooie stalen bezitten. Vinden wij hier
niet van den beroemd wox-denden stadgenoot Wy-
brand Hendriks wederom eenige markante werken?
Daar is de zeer verzox-gde aquarel met „Een zieke
dame" die door een gewichtig doenden doktoor be
zocht wordt, terwijl achter het paar een jonge maagd
zich de tranen van het gezicht wischt. En hoe rustig-
zuiver gezien zijn de beide landschap-aquarellen van
denzelfden schilder.
Doch reeds in het eerste kabinet hebben ons, bij
een bloemenstilleven van Van Huysum, de teeke
ningen van Pronk en Pothoven, van De Moucheron
en Van Liender bezig gehouden, geestig omgeven
door de technisch wonderlijk knappe zwarte-kunst
prentjes door J. Mc. Ardell.
In een volgende afdeeling krijgen wij te maken
met een paar bonzen onzer achttiende eeuw: met
Cornell's Troost en met J. de Wit, wiens „Witjes"
hun roem nooit overleefd hebben. En nog steeds,
nu weer in stijgende mate, zijn zijne schetsen en
teekeningen begeerenswaardige en waardeerbare
objecten. Vreemd is dat niet, want zoowel Troost als
De Wit waren talentrijke kunstenaars, bovendien
ook spiritueel ver boven het gemiddelde van hun
tijd in Holland staande. Als men van den laatste die
schets met vrouwenfiguren (waarschijnlijk voor een
wandpaneel in de hoogte bedoeld) maar even be
kijkt, dan voelt men de verwantschap van dezen
Hollander met den Franschman Jules Chéret, die
veel later, in het eind der negentiende eeuw, met
zijn felkleurige, sterk sprekende affiches voor Saxo-
léine en andere producten een wereldnaam z:«u ma
ken. Vele lezers herinneren zich die affiches nog
wel, die vaak de ateliers der schilders en de stu-
deerkamex's der studenten opvroolijkten.
Cornells Tx-oost's roem berustte in hoofdzaak op
de tallooze gravures die, naar zijn werk gemaakt en
in den handel gebracht zijn. Hij was de befelder van
het moreele leven van zijn tijd en zijn land, soms
gemoedelijk-ondeugend, maar toch steeds zekere
resei-ves in acht nemend. De serie van vijf groote
pastels in het Haagsche Mauritshuis is bekend (on
der den naam der Nelri), en van één daarvan, het
naar huis gaan der gasten na een overdadigen maal
tijd, is hier de voorteekening te zien. Amusant is de
voox-stelling maar ook de schx-iftuur ervan is geestig,
de houdinkjes der heeren die moeizaam in hun ka
rossen getild wox-den zijn schrijnend juist. En welk
een uitmuntend aquarellist hij was kan men hier
aan een paar losstaande figuurstudies ervaren. Een
aantal prenten naar zijn bekendste werken, zooals
de verliefde Brechtje en Saartje Jansz, vullen het
inzicht in Troost's kunst aan.
In de verdere afdeelingen zal men vele den Haar
lemmers welbekende namen ontmoeten. Buys, Spil
man, Cats, De Beyer zijn teekenaax-s geweest, met
wier werk men hier door de verzamelingen in Tey-
ler, het Stedelijk Archief en d.e collectie Hoog ver
trouwd kan zijn. Van Spilman zijn hier een Stadnuis
in Buuren en een gezicht op Woudrichem die van
zeer mooie qualiteit zijn. Van Schouman verrast een
tweetal uitmuntend geaquax-elleerde Papegaaikop
pen; van den bekenden P. Langendijk een merk
waardige „kerkbrand in Arnhem" en van den niet
minder bekenden J. Cats een reeksje werken, waar
van een „ijsgezïcht" wel heel aantrekkelijk is.
Voor de snuffelaars in de oude kunstproductie zijn
er echter ook nog wel bijzondere dingen te aan
schouwen, wier makers minder algemeen bekende
namen dragen. Zoo zijn er van een zekeren Dr. J.
Teyler (1648-1712), geen Haarlemmer en niets met
Teyler's Musexxm uitstaande hebbend, curieuse in
kleuren gedrukte gravures met vogelstudies uitge
legd. Vooral voor wie zich voor de technische mo
gelijkheden en proefnemingen met de drukprocédés
interesseert zijn dat belangwekkende bladen. En
artistiek beschouwd zijn zij ook niet te versmaden.
Voorts lette men eens op de Italiaansche landschaps
aquarellen van J. A. Knip, den voorvader van Hen
riëtte Ronner, en merke op hoe zuiver en elegant
die gemaakt zijn. Een weinig bekend artist als
Cocklers (1740-1817) is eveneens de moeite eener
nadere kennismaking waard. Zijn portretjes van het
echtpaar Goll van Fx-ankenstein, die hier zijn uitge
legd, sporen daartoe aan.
Dat de Haarlemmer C. van Noorde hier door een
schilderij „Ijsvermaak te Kortenhoef" vertegen
woordigd wox-dt is minder opmerkelijk dan dat reeds
in de 18e eeuw Hollanders als Kobell en Reimer op
Java werkten en er het Gouvernementspaleis in
beeld brachten. En dat de Beëediging van het Re-
geeringsreglement op de Groote Markt te Haarlem
een feit van belang is geweest in den aanvang der
vorige eeuw bewijst wel het aantal afbeeldingen,
die dat feit tot de massa hebben gebracht. Hier vin
den wij er twee kapitale, uitvoerige teekeningen van,
door den Haarlemmer Van der Vinne met vlijt ver
vaardigd.
Afwisseling, die prettig en ongezocht aandoet,
brengen tusschen dit alles een aardig aantal etsen
van 19e eeuwsche meesters als Whistler, Millet,
Bracquemond en nog vele anderen. Misschien mo
gen wij daar nog eens op tei-ugkomen. Men bezoeke
alvast het herleefde Rijksmuseum.
J. H. DE BOIS
'k Wilde U vertellen van een zeiltochtje. Afge
zaagd, zult U zeggen. Neen, misschien zegt U dat
niet, en daarom schrijf ik er wat over.
Ach er zijn een massa menschen, die steeds iets
nieuws willen, iets origineels, iets wat ons nog nooit
gebeurd is, en schrijvers en andei*en, die het pu
bliek wat aan te bieden hebben, sloven zich uit om
steeds maar nieuwe dingen op te disschen in de
hoop u te blijven boeien.
Denkt u zich eens in dat ook Moeder Natuur zoo
dol zou zijn op nieuwe dingen, dat ze zou denken:
elk jaar dezelfde bloemetjes, dat zal de menschen
gaan vervelen. Dat doet ze niet. Heusch, elk jaar
krijgt u weer dezelfde lente, en toch is die lente
steeds een nieuwe belevenis. Waarom zouden we
onze geest niet aan de natuur toetsen?
Ik wilde U vertellen van een zeiltochtje. Een zeil
tochtje in Juni van het jaar 1940. Er varen sedert
jax-en bootjes over deix Westeinderplas, dag in dag
uit. Heeft u een zeilboot, een kano of iets andex-s,
waarin u zich drijvende kunt houden langs de
schoone watex-dx-even van ons landje? Vergeet hen
dan in deze dagen niet, vergeet hen niet omdat u
vindt dat uw hoofd niet naar zeiltochtjes staat,
want in dagen als deze kx-achtig zijn en jezelf
blijven, misschien jezelf vinden, beteekent een
zegen voor iedereen.
Een zeiltocht is een ontdekkingstocht in datgene,
waarin ons leven ankert: de natuur. Ik berx, tegen
groote woorden, en evengoed als een schipper
een kx-ixxgetje kan spuwen voor zijn gebed, kan de
bemanning van een zeilbootje de tocht iets schoons
vinden zonder daarover te zaniken. Zeilen is mooi
omdat je het doen moet met wat de natuur je geeft
Wanneer ge panne hebt met de auto komt aan het
gemopper geen einde. Als de wind wegblijft uit de
zeilen zijt ge stil. De natuur is niet alleen veel ouder
maar ook veel machtiger dan de techniek. Dat. voelt
men met de touwen van het gx-ootzeil en het fokzeil
in de hand. U zwijgt wanneer de natuur niet geeft
wat u hebben wilt. Ge klaagt als de menschen u niet
geven dat waar ge uw zinnen op hebt gezet. Zóó
filosofeert ge over de met zonlicht geparelde golfjes
starend naar den kant met de'huïsjes, het torentje en
de haven. En dat is goed, daar wordt uw geest even
frisch van als je body opknapt van de bries. Tot een
bries kwam het evenwel niet, toen op den West
einder. „Zuchies" noemt de waterman die goeder-
tiex-enhcid van de lucht, die het bootje doet voort
varen. Maar die „züchies" stemden een ieder te
vreden. De menschen zijn vlug tevreden op het
water.
Lucht, land en water, menschenkind wat wilt ge
nog meer dan glijdend verder te gaan, in het water,
door de lucht, en langs het land? Met de roerstang
in dc hand, droomend alles wat in uw gedachten op
komt te schrijven op het witte zeil, dat boven uw
hoofd bolt tegen den hemel. Op één wit zeil kan
meer fantasie dan op honderd witte boekenbladen.
Kudelstaart heet het plaatsje, waar we vandaan
kwamen en waar we weer landden. Een aardig
plaatsje met een kerk en een straat, een meneei-,
die er een proper haventje op na houdt, waar de
scheepkens weerom komen kunnen als de kie
kens bij de kloek, en een bakker, die in
zijn vrijen tijd er een span opna houdt, een mooi
koetsje met twee paarden, dat ons van pas kwam,
want de auto's reden niet De techniek zweeg rond
om de boorden van de plas. Geen motorboot snorde
hautain de zeilers voorbij. Alleen de natuur sprak.
Motoren maken lawaai. De natuur is stil en toch
spreekt die stilte duidelijker dan het lawaai. Daarom,
wanneer u een zeilbootje, of een kano of desnoods
een vlotje hebt, vergeet het niet in deze dagen. Wan
neer u van al dit schoons niets bezit, vaart dan eens
mee. Er valt veel te ervaren op de plassen. Weinig
nieuws, maar.... veel waars.
v. a,