£eeuv&eid
Verfrisschende dranken.
ONS KNIPPATROON
Huwelijk met modern
Comfort.
ZATERDAG IS JUNI 1940
VOOR DE VROUW
De laafsfe les voor-
loopig: hoe we onze
restjes opmaken
Nu het leer voor het vervaardigen van practi
sche werkstukjes niet of moeilijk te krijgen is,
leek het ons gewenscht, deze rubriek, die steeds
zooveel belangstelling bij-onze lezeressen heeft
ontmoet, voorloopig te vervangen door een serie,
waarin dezelfde schrijfster allerlei in dezen tijd
doelmatige werkstukjes niet van leer dus
met u behandelt.
Vóór we hiertoe echter overgaan moeten we
toch onze leerrestjes opmaken, niet waar? 't Zou
jammer zijn, deze te laten slingeren!
We organiseeren dus een gezelligen knutsel-
middag met onze kinderen.
Op regenachtige zomerdagen, als allerlei plei-
zierige uitgaansplannetjes in duigen vallen, is het
soms een heele toer de stemming bij onze sprui
ten en jeugdige logés op peil te houden.
Welnu, op zoo'n dag haalt u uw doos met leer-
resten te voorschijn, plant de aspirant leer ar
beiders en arbeidsters van 10 jaar en ouder om
de met laanten beschermde tafel en gaat met
ze aan den slag.
Ik ga van de veronderstelling uit, dat u zelf
eenigszins geoefend zijt, zoodat het u geen
moeite zal kosten aan de hand van de foto en
schetsjes de werkteekeningen op ware grootte
te maken. U maakt daarbij gebruik van ruitjes-
papier (klein ruitje). Grootere kinderen kun
nen dit werkje zeer goed zelf doen.
Inmiddels laat u de kinderen even het maken
van gaatjes oefenen op een proeflapje. Trek
eerst een lijntje voor ze, maar laat ze het latei-
op het oog doen. De afstand altijd 3 m.M. van
den rand en 3 m.M. tusschenruimte. Laat ze dit
oefenen tot ze het keurig netjes kunnen.
Als eerste voorwerpje maken we den bladwijzer.
Het patroon is op ruitjespapier geteekend, de
gaatjes versiering door stipjes aangegeven. Na
dat het patroon met punaises is vastgezet, laat u
de omtreklijn met een scherp mesje of puntig
schaartje doorprikken en de gaatjes met een
ponspijpje door het papier heen slaan. Het pa
pier wordt er af genomen, de franje fijn inge-
knipt, natgemaakt en tusschen duim en vinger
opgerold, allemaal in dezelfde richting. Men kan
een stukje leer in afstekende kleur er achter
plakken. Laat ze ook zelf eens een ander pa
troontje verzinnen, bijv. een naamletter.
De achthoekige inktlap volgt hierop in moei
lijkheid. Binnenin komen eenige lapjes suède of
zeemleer. Versiering: steeds kleiner wordende
lapjes van allerlei afstekende kleuren, die men
kan inknippen, perforeeren. enz. Afmaken met
een kwastje of houten kraal. Een ronde inktlap
is ook leuk en nog makkelijker, men trekt de cir
kels om een kopje, glaasje, gulden, enz.
Na deze oefening met spons, schaar en tang
maken ze een eenvoudig beursje. Ons voorbeeld
geeft een applicatie in afstekende tint, die met
leerband opgezet is. Wanneer men aan de ach
terzijde de bandjes netjes afplakt met synde-
ticon, behoeft men niet te voeren. Vulpen, kam
en schaarétuitje zijn nu aan de orde.
Voor de knapperds geef ik nog een leuk luci-
fers-étuitje. Aan den achterkant zijn hier twee
rechthoekjes uitgesneden, waarachter de
strijk vlakken van een gewoon lucifersdoosje ge
lijmd worden. Hiertegen plakt men het vierkante
stukje leer. Het uitgeronde deel vormt het zakje
waar de lucifers in komen.
Voor onze meisjes -tenslotte nog een eenvoudige
corsage. De bloempjes worden langs een gulden
en een 2Y2 centstuk omgetrokken, uitgeknipt en
met de tang uitgetand. Artex-bloemendraad met
een knoopje bovenop en onder het bloempje
vormt het steeltje. De blaadjes worden in het
midden van gaatjes voorzien, waardoor op en
neer een nerf geregen wordt. Met een beetje fan
tasie komt men van het een tot het ander.
Wees niet bang om redelijke eischen aan net
heid en accuratesse te stellen. Zeg vooral niet
,,'t is toch maar kinderwerk". Integendeel wees
zelf serieus en zorg voor behoorlijke instrumen
ten. Ik heb werk van kinderen van ongeveer
twaalf jaar gezien, op school gemaakt en zóó
keurig, dat geen volwassene het ze zou verbete
ren en dat nog wel mét klassen van 30 leerlin
gen. De onderwijzer had de vijf beste leerlingen
een les vooruit gegeven en deze hielpen nu elk
weer zes anderen. Laat ook de grooten en klein
tjes helpen, het is uitstekend om ze geduld te
leeren en tenslotte zijn ze net zoo trotsch op de
producten van hun pupillen als op die van zich
zelf.
En het resultaat van den regendag: blijde,
voldane gezichten en een reeks keurige cadeau
tjes voor resp. grootouders, tantes, enz.
HET MENU VAN DEN DAG.
Tomatensoep.
Haringsla.
Beschuit met kaas.
Tomatensoep (4 personen.)
iy2 pond tomaten.
1 klein uitje.
Wat boter.
1 L. water.
2 ons rijst.
1 eetlepel peterselie.
Bereiding: Snijd de tomaten in vieren,
snipper het uitje en bak het lichtbruin in de bo
ter, kook intusschen de tomaten met het water
en zeef dit gezamenlijk. Breng het vocht weer
aan de kook, strooi de rijst erin, laat ze zes
minuten voorkoken en zet ze gedurende drie uur
in de hooikist. Maak de soep af met zout en ten
slotte met de peterselie.
Haringsla (4 personen).
4 haringen.
4 groote tomaten of 4 zure appelen, maar deze
zijn slecht te krijgen in dezen tijd en zij be
vatten veel minder vitamine dan de tomaten.
3 eieren.
12 groote, gekookte aardappelen.
3 kropjes sla.
Olie en azijn.
Augurkjes en uitjes.
Maak de haringen schoon, snijdt ze in stukjes,
ontdoe de tomaten van de velletjes, maak de
aardappelen zoo fijn mogelijk, kook de eieren
hard, maak de sla schoon en meng dit alles, be
halve één ei door elkaar, met olie en azijn, peper
en zout. Garneer de schotel dan met uitjes,
augurkjes in waaiers, het overgehouden ei, sla
blaadjes en desgewenscht nog enikele stukjes
haring.
VERSPIL GEEN WATER.
Het regent dat het giet, en menigeen, die op een
mooien tuin is gesteld, kijkt er met vreugde naar,
want de grond was immers door en door droog,
en we mochten niet spuiten, was er gezegd. Nu,
daaraan heeft de eene zich wel gehouden, en van
uit zijn deugdzaamheid zijn hoofd geschud over
den ander, die er zich niet aan stoorde. Er worden
zelfs verhalen gedaan van buren, die er hoogloo-
pende ruzie over kregen en natuurlijk al heel
gauw spijt hadden van hun kleinzieligheid!
Intusschen zorgt de regen er nu wel voor, dat
alle gekibbel over wel spuiten niet spuiten met
één slag is opgelost. Maar het is ook waar, dat er
met mate wel van een tuinslang gebruik mag wor
den gemaakt, mits er .geen water wordt verspild,
wat dus zooveel wil zeggen, dat alle vaste sproeiers
uit den booze zijn. Want wie zoo'n instrument wel
eens gebruikt heeft, weet, dat het ware waterver-
knoeiers zijn. In de eerste plaats omdat wij ze
moeilijk zoo kunnen zetten, dat ze niet óf den
gevel van het huis óf de paden, of de bladeren van
de boomen mee begiftigen. En dat is nu niet direct
noodig.
Daarbij komt, dat het versieepen van den sproeier
een vervelend werkje is, dat maar al te spoedig
wordt vergeten.
Wie met overleg den tuin straks weer wil spui
ten, doet het best dit werkje tot een bepaalden tijd
te beperken, waarin hij weet, dat alles klaar kan
zijn.
Ook uit een zuinigheidsoogpunt is het matig
gebruik van duinwater aan te bevelen: zet niet de
kraan open boven een emmer, om daarna de keu
ken uit te loopen en een tijd later het water over
den rand van de emmer te zien golven.
Gebruik voor het baden ook niet meer water dan
strikt noodig is; een halfvol bad met heet water,
dat tot den rand bijgevuld'moet worden met koud,
opdat men zich er niet aan branden zal, is ook ver
spilling. Zorg dat het water op temperatuur in het
bad komt, dat is ook voor de gasbesparing beter.
Zuiniger ten opzichte van gas en water beide is
het om de douche te gebruiken, en eigenlijk is het
hygiënischer bovendien, omdat het zeepwater
wordt afgespoeld met schoon water, terwijl het
badwater natuurlijk vuil wordt. Vooral bij kin
deren, die zich erg vuil gemaakt hebben en bij
volwassenen die in hun werk vuil worden speelt
dit een belangrijke rol.
lederen dag een bad nemen kunnen wij ook tot
de verspilling rekenen; vooral in de zomermaan
den, wanneer er genoeg gelegenheid tot baden en
zwemmen is, wat. bovendien nog meer sportiviteit
vraagt dan een bad in huis, is het overdreven
om aan deze verspilling mee te doen.
Moet u het gebruik van water nog verder be
perken om financieele redenen, dan zijn er nog wel
meer middelen daartoe te vinden, -namelijk de te
wasschen bladgroenten, die u toch ook niet graag
met zand vermengd eet, in een teil te doen, er
ruim water over te gieten, de groenten flink met
de handen er door te halen en dan een kwartiertje
te laten staan, zoodat het zand gelegenheid heeft-
om naar den bodem te zakken. Dat spaart zeker
eenmaal wasschen uit.
Voor het zeemen van de ramen kunt u de be
kende hout handgreep met gummiband, zooals die
bij de glazenwasschers algemeen in gebruik is, als
waterbezuiniger instellen; bovendien spaart dit
spons en zeem omdat deze veel minder vuil wor
den.
Vaste waschtafels zijn bijna, onmisbare onder
deden van ons huis geworden, maar ongemerkt
verslinden zij water. Het „wasschen in een kom
metje'' zooals het soms zoo geringschattend wordt
genoemd, is niet prettig, ook zeker minder hygië
nisch, maar bedenkt u maar dat er duizenden zijn
die het zoo doen, en dat de omstandigheden zoo
kunnen zijn, dat de financiën de allesbeheer-
schende factor in huis zijn dan is er geen keus en
het gaat ook goed.
Kolengebruik speelt bij de waterleiding vrijwel
geen rol, het is meer een voorzorg om waterver
spilling tegen te gaan, dat de overheid verzoekt
om matig gebruik. Gaat het echter om.de eigen be
zuiniging dan kan met voldoende overleg nog ge
noeg bespaard worden. E. E. J.-P.
In plaats van thee te gebruiken.
Als de kinderen warm en moe uit school komen,
moeten ze iets te drinken hebben. Maar
limonade is beslist te duur, thee schaarsch en boven
dien onvoordeelig vanwege de suiker.
Wat moet Moeder doen? Wel, ze koopt wat
stelen zoethout en een citroen, die ze in schijfjes
snijdt en laat dit alles een tijdlang in lauw water
weeken. Als "t niet vlug genoeg gaat kan men
het ook op een zacht pitje laten sudderen.
Hierdoor ontstaat een uitstekend extract voor
een goedlcoope limonade, die de kinderen heerlijk
zullen vinden. Water naar smaak toevoegen.
Een tweede zeer verfrisschende en gezonde drank
wordt op de volgende manier bereid: in een bier-
fleschje, van 7/8 deel gevuld met schoon water,
doet men een eetlepel poedersuiker, een halve eet
lepel oranjebloesem-extract bij den drogist ver
krijgbaar 5 gram wijnsteenzuur in poedervorm
en 5 gram dubbelkoolzure soda. Sluit de flesch
vlug en schud flink!
In den zomer verdient het aanbeveling al de
poedertjes, die hiervoor noodig zijn van tevoren
te mengen. Men maakt dan in minder dan geen tijd
een verfrisschende mousseerende drank.
VROUWEN IN TIJD VAN NOOD
Ook in de moeilijkste oogenblikken liep
alles als gesmeerd.
Het werk van den wederopbouw is in vollen
gang. Nu blijkt, meer dan ooit, wat ook vrouwen
doen kunnen!
De oorlogsstorm is over ons heengegaan als
een bange en booze droom, die niettemin als volle
werkelijkheid werd doorleefd. En in die zware
dagen hebben de mannen èn de vrouwen van
Nederland getoond, welke goede krachten er in
hen leven. Ook de vrouwen!
Het is gebleken, dat de Nederlandsche vrouw
in alle opzichten paraat is om haar medeme.n-
schen te helpen. In de allermoeilijkste oogenblik
ken is dit ten volle gebleken. Dat geeft groot ver
trouwen in de toekomst.
„Achter onze taak in oorlogstijd ligt onmid
dellijk onze vredestaak".
Er is gelukkig voor ons! ontzaglijk veel te
doen en te helpen. Nog altijd vinden zeer vele
handen bij de Vrijwillige Vrouwelijke hulp werk
en de leidsters verklaren het steeds weer met
de grootste voldoening: er zijn lederen dag voor
alle oproepen krachten genoeg.
Dit is begrijpelijk. Er zal wel geen vrouw in
Nederland zijn, die er niet naar snakt, iets te
mogen doen om den nood van haar landgenooten
te lenigen, geen vrouw, die niet soms verzucht,
dat zij toch nog zóó weinig kan doen!
En naast het doen komt het aan op het z ij n.
Er wordt nu van alle Nederlandsche vrouwen
verwacht, dat zii vertrouwen in de toekomst heb
ben en dat ze dit vertrouwen in woord en daad
uitdragen. Dit is nietzóó moeilijk als het mis
schien lijkt. Immers, wanneer het leven rustig'
en kalmpjes daarheen glijdt, heeft men tijd en
krachten beschikbaar om te tobben over de toe
komst, te wikken en te wegen, zich over te geven
aan allerlei voor 't grootste deel nuttelooze
bespiegelingen
Maar wanneer het leven diepe ernst wordt, ont
breekt hiervoor de tijd. Dit is heel gelukkig.
Het is nu een eerezaak voor de Nederlandsche
vrouw, iederen dag opnieuw al het nuttelooze
leed. dat ontstaat door tobberij over onzinnige
praatjes en geruchten, met. vaste hand uit te
roeien. Niet en nooit mee te doen aan klaag
tonen en moedëlooze gesprekken. Toe te zien dat
al haar woorden kracht, opgewektheid en ver
trouwen inhouden voor anderen.
Er blijft behalve het nuttelooze leed nog ge
noeg werkelijk leed over, dat we samen moeten
dragen. Dragen we het met waardigheid en met.
hoop in het hart. Een onverwoestbare hoop op
de toekomst gegrond op de vele goede krachten
in ons volk en in de menschheid.
We moeten steeds bedenken, dat geen leed.
wat het ook zij, tevergeefs geleden wordt. In
alle smart en nood ligt geestelijke groei opgeslo
ten. Duizenden van ons hebben dit in de afge-
loooen weken ervaren en ervaren het nog dage
lijks.
We moeten dapper en geduldig zijn. B1 ij v e n
vertrouwen, dat alle leed een rijkere vreugde
inhoudt en dat uiteindelijk en op Gods tijd het
groote wereldduister, dat wij thans doorleven, in
licht zal verkeeren.
Eerst als we dit doen, vervullen wij ten volle
onzen plicht.
R. DE RUYTERv. d. FEER.
MASKÏ
EIKICUTIN
KAASMARKT ALKMAAR.
(Vrijdag)
Aangevoerd 30 stapels zijnde 100.000 K.G. Fa-
briekskaas kleine 22.50 per 50 K.G.; Boerenkaas
kleine 23 per 50 KG.
Handel matig.
De Duitsche Brandweer.
Komt niet te Haarlem.
Wij hebben reeds medegedeeld, dat eenige cqi
pagnieën van de Brandweer der Ordnungspolizei
Duitschland met materiaal (motorspuiten en tt
teriaalwagens) naar ons land gekomen zijn om
brandweer te Amsterdam, Rotterdam en eeniK
andere groote gemeenten bij te staan in het
strijden van branden.
De Duitsche brandweerlieden zijn niet najj
Haarlem gekomen en bij de staf van de brandy
is ook niet bekend dat het voornemen bestaat
alsnog te zenden.
Ijs.
„Met ijs eten behoeft men thans niet
voorzichtiger te zijn dan vroeger."
De bovenstaande verklaring is van den di..v.
teur van den Keuringsdienst voor Waren in fcj
district Haarlem.
Wij vroegen of er, nu er van overheidswege^,
waarsehuwd is de melk goed te laten doorkoken
ook reden is voorzichtigheid te betrachten bij het
gebruik van ijs.
De heer C. J. Mieras antwoordde: IJs is altijd
een delicaat artikel, zoodat ieder goed zal doen
geen ijs te eten waarvan hij de herkomst niet
vertrouwt. Maar er is geen reden om nu voor.
zichtiger te zijn dan vroeger. In onze omgeving
zijn tot heden geen gevallen van typhus gecon
stateerd, zoodat daarin geen gevaar kan schuilen,
Mochten in onze omgeving alsnog gevallen van
besmettelijke ziekten voorkomen, dan zal de over.
held, als daartoe althans aanleiding bestaat, een
waarschuwing niet achterwege laten.
Zoolang er niet gewaarschuwd is behoeft men
zich dus niet ongerust te maken.
NIEUWE UITGAVEN.
Bij den uitgever J. Philip -Kruseman te Dea
Haag zagen de volgende boeken het licht:
„Jack, de ontembare" door Frank C. Robt
uit het Amerikaansch door Geert Venema;
raadsel van de geknoopte sjaal" door Mignon"^
Eberhart, vertaling van G. J. Werumeus Bulling
Ensink; „Iederen dag een goede daad" door Va-
lentine, geaut. vertaling van J. A. W. van HaciS
en „De grootste leugen" door Lola Stein, geauto-
riseerde vertaling van M. J. LandréTollenaar.
EEN SCHORTJE.
Dit is een zeer aardig schortje, dat heel eenvou»
dig zelf te maken is van een bedrukte stof, afge
biesd met effen. Andersom van effen goed met
zakjes, enz, van een afstekende kleur geeft het
ook een heel aardig effect.
Benoodigde stof 125 c.M. van 80 c.M. breed.
Patronen in maat 46.
Het patroon is van Maandag af gedurende een
week verkrijgbaar bij Kennemerlaan 42, IJmuiden
pp Breestraat 29, Beverwijk.
Mr. CORRY STOLZ-VAN DEN KIEBOOM.
16)
Nick schuift door de draaideur het Jaarbeurs
restaurant binnen. Kwart voor één, ze heeft het
netjes afgemikt. Boy zit er al. iUt de verte ziet ze
zijn bolle wangen nog rooder worden, als hij haar
in het oog krijgt. Hij springt op, komt haar tege
moet.
Nick, wat een geweldig idee van je, zeg. Nee
maar, wat vind ik dat genoeglijk. Hij schudt haar
ihanden. Je ziet er patent uit, zeg.
Allemaal vreugde, dat ik weer in Utrecht ben,
lacht ze. En hoe maak jij het? Hoe staat het
met je proefschrift?
Bah, hoe wreed! Nu sta ik me uit te putten
om je duidelijk te maken, hoe verrukt ik ben, je
weer terug te zien en de eerste woorden, die ik uit
jouw mond te hooren krijg, zijn: hoe staat het
met je proefschrift. Ben je ditar nu extra voor
hier gekomen? Om me dèt te vragen?
Stil maar, sust Nick. 't Was niet zoo be
doeld. Nee, ik kom heel ergens anders voor, voegt
ze er ernstig aan toe.
Dan eerst een koele dronk, zegt Boy. Sher-
ry-soda met veel ijs, ja?
Boy wil het blijkbaar een beetje rekken begint
direct druk te vertellen. Over alle mogelijke men-
schen, die examen gedaan hebben. Over de inter
academiale tenniswedstrijden. Nick, toch geïnte
resseerd, luistert, vraagt, lacht mee om een gek
verhaal. Dan raapt ze al haar moed bij elkaar.
Zeg Boy, begint ze, je hebt er zeker to
taal geen vermoeden van, wat ik je eigenlijk kom
vragen.
O jawel, zegt Boy. Ik weet het allang. Hij
kucht onhandig, kijkt dan met een nog rooder
fcoofd langs haar heen de zaal in, Je hebt na
tuurlijk geklets gehoord over die geschiedenis van
Han met dat lunchroom juffie en nou kom je mij
vragen, wat er van aan is en of je hem moet la
ten schieten. Is het 'm dat niet? Half opgelucht,
half triomfantelijk kijkt hij haar aan.
Hèè? Waatt?? zegt Nick suf. Wat vertel je
me daar allemaal?
Alle. goden, schrikt Boy. Was het dat niet?
Nee maar, dan heb ik dan heb ikradeloos
blijft hij steken.
Nick haalt diep adem. Het is niet zoo erg als
jij denkt, zegt ze eindelijk. Tusschen Han en
mij staat het nog precies eender als toen ik hier
wegging. Gewoon vx*iendschap, verder niets. Maar
dat neemt niet weg, dat ik het toch- verschrik
kelijk lam zou vinden, als hij stomme dingen ging
doen. Vooral omdatZe zwijgt. Ze hoeft Boy
niet te gaan vertellen, dat het haar schuld is. Trou
wens, is het haar schuld wel? Waarom krijgt het
meisje, dat een jongen weigert, altijd de schuld,
als de jongen, uit wanhoop over die weigering, met
een dollen kop onverstandig wordt? Enfin 't is
toch ellendig, ze moet toch van Boy zien te weten
te komen, of dat al langer geleden begonnen is
of het misschien een gevolg is van haar stilzwij
gen op Han's laatsten brief.
Ze kijkt Boy aan. Hij zit onbehaaglijk te draaien
op zijn stoel, wanhopig verlegen over zijn blun
der. Ze schiet in een lach.
Kijk toch niet zoo als een uil in doodsnood,
zegt ze. O Boy, als je eens wist, wat ik je wer
kelijk kom vragenze schatert.
Vertel het dan gauw, dan kan ik tenminste
meelachen, zegt Boy.
Vooruit dan maar, begint Nick opnieuw.
Weet je nog wel, die eene avond, een jaar of an
derhalf geleden, toen we zoo'n knallende fuif bij
jou gehad hebben, vanwege die erfenis van je?
Van Oom Berend vult Boy aan. Nou of ik
het nog weet.
En toen zei jegaat Nick door. 't Is toch
moeilijker dan ze dacht. Misschien is het maar een
grapje in het wilde weg geweest, misschien heeft
hij wel niets te zeggen in'die fabriek
s-! Toen zei jij, hervat ze, dat, als we later
een van allen soms een baantje zochten, dat we dan
maar bij jou moesten komen. En nu dacht ik, zie
je, ik heb vorige week examen typen en steno ge
daan, omdat ik zoo graag een echte baan wilde
hebben, maar ik weet heelemaal niet hoe ik daar
aan moet komen en toen dacht ik aan jou.
O, zegt Boy en probeert het te verwerken.
O juist, je wou duseh
Een betrekking zien te krijgen als particulier
secretaresse of secretaresse van de directie van een
vennootschap of iets dergelijks. En zooiets krijg je
momenteel absoluut niet, als je geen connecties
hebt. Dus als jij nu je invloed eens zoudt willen
aanwenden bij die maatschappij van jou, dat is
te zeggen, als je tenminste invloed hebt en als je
er voor voelt om me te helpen natuurlijk.
Wat het eerste punt betreft, kun je gerust
zijn, zegt Boy, een tikje hautain. Volkomen. Als
ik iemand helpen wil, dan is er daar altijd wel een
plaatsje te maken. Natuurlijk een min of meer be
scheiden plaatsje, want crisis is het overal. En dat
ik jou graag wil helpen, spreekt ook vanzelf. Al
leen. ik zou je eerst nog iets anders willen vra
gen, eindigt hij aarzelend.
En dat is?
Ja, zie je, zegt Boy, ik heb nu uit je eigen
mond gehoord, hoe de zakern staan tusschen jou
en Han. En dat heb ik nooit eerder geweten, wij
geen van allen trouwens. De laatste weken heb
ben we Han hier weer doorloopend zien ronddazen
met dat meisje waarmee hij vroegerhij stokt.
Ga maar door, zegt Nick. Ik ben geen
schaap van» zestien. Hij heeft weer een oud vrien
dinnetje opgeduikeld, wil je zeggen.
Ja, en daar maakt hij de laatste weken
veel werk van. En natuurlijk vragen ze hem nu
links en rechts: Is het uit met Nick? En dan bekt
hij terug: nooit aan geweest. En dat geloofde nie
mand. Maar nu je het zelf zegt.... Nick, als ik
dat geweten had, dan.nou, dat snap je wel
dan was ik allang eerder op de proppen gekomen.
Boy! zegt Nick verbijsterd. Jij9 Bedoel
je.
Dat ik je hierbij ten huwelijk vraag. Ja zegt
Boy plechtig. Had je dat niet verwacht?
Nooit van m'n leven, zegt Nick. Je meent
net toch niet, hè?
't Is me bloedige ernst, zegt Boy. Al jaren
lang. Heb je daar nooit iets van gemerkt?
De tranen springen Nick in de oogen. O, Boy,
wat spijt me dat, ik vind het zoo ellendig.
Ik dacht het wel, zegt Boy nederig. Maar
't kón toch altijd, zie je nu het Han niet is.
Nick schudt treurig het hoofd. Nee, zegt ze.
Han niet. En jij ook niet. En ik vind jullie allebei
toch zoo verschrikkelijk aardig.
Huil d'r maar niet om, troost Boy. Ik.
ik.... 't is nu natuurlijk wel een klap voor me,
zie je, want ik kreeg straks ineens hoop. toen je
dat zei van Han. Maar ik kom er wel overheen.
O ja, zegt ze luchtig. Een gebroken hart,
daar kom je wel overheen. Jullie jongens zeker.
Jullie kunt je tenminste makkelijk laten troosten
links en rechts.
Boy kijkt haar opmerkzaam aan, Wat zeg je
dat eigenaardig. Precies alsof je zelf....
Ook een gebroken hart hebt. vult ze aan.
Heb ik ook. In gruzelementen. Serieus, ik meen
het, zegt ze, als ze zijn ongeloovig lachje ziet.
En wie is dan die onnoemelijk stomme ezel,
neem me niet kwalijk, zeg
Iemand, die er geen blasse Ahnung van heeft,
Iemand, die ternauwernood weet, dat ik besta. Ik
heb er nog met geen sterveling ooit over gespro
ken. En ik vertel het alleen aan jou. omdat ik het
zoo verschrikkelijk vind, dat ik je verdriet heb
moeten doen. En om je te te laten begrijpen, dat
die baantjeszoekerij niet zoo maar een bevlieging
van me is.
Boy schudt peinzend het hoofd. Krankzin
nige boel is het toch in de wereld. Die ouwe Heine
was er nog zoover niet naast, zeg. Maar daarom
niet getreurd. Weet je wat we doen, zeg? We gaan
naar mijn kast en dan open ik van daaruit onmid
dellijk een telefonisch offensief op de Directie van
de Noord-Nederlandsche Zeepfabrieken. Wat zeg
je daarvan?
Je bent een schat, zegt Nick. Maar hoor
eens, ik wil er niet bij zitten, terwijl jij telefoneert,
dat vind ik veel te griezelig. Dan loop ik even een
straatje om en dan.ben ik om half vier bij je.
dank je vast wel voor alles, hoor.
Boy zit met een overwinnaarsair in zijn clubfau
teuil, als Nick zijn kamer binnenkomt.
O.K. hoor. zegt hij. En ik heb me niet eens
erg hoeven uit te sloven. Er ging onverwachts een
typiste trouwen, zeiden ze. Ja secretaresse word
je nog niet direct, vind je 't erg?
Heelemaal niet, zegt Nick enthousiast.
vind het prachtig. Wat moet ik nu doen?
Je moet je morgenochtend komen presentee
ren en proeve van bekwaamheid afleggen, ver
taalt Boy de woorden van den Directeur, die
„stuur dat juffertje van je maar eens op zicht
gezegd heeft. En dan kun je volgende week
direct beginnen.
Volgende week al? Wat gauw zalig ze2-
O Boy. ik ben je zoo dankbaar.
Hoeft niet. Doe maar liever je jas uit en ga
zitten, dan laat ik thee aanrukken.
Ja, maar als ik nu meteen ga, kan ik den
trein van vier vijftien nog halen.
Verbazend hartelijk ben je. Heb ik me daar
voor nu zoo uitgesloofd? Kun je nu niet eens een
kwartiertje gezellig zijn?
Nick kijkt hem een seconde aan, trekt dan reso
luut haar mantel uit en gooit haar hoedje op een
stoel.
Je hebt gelijk, zegt ze. Ik ben een onhar
telijk schepsel. Maar ik zal me alsnog beteren?
Laat die thee nog maar even wachten, zeg..--
Een trouwe vriend als Boy, die je zóómaar in een
handomdraaien aan een baantje helpteen
kwartiertje gezellig zijn, 't. is niet te veel ge
vraagd
Zeg, als je nu in Amsterdam zit. dan kom ik
je eens gauw opzoeken, zegt Boy, als Nick aan
stalten maakt om te vertrekken. Dan bel ik je
opkantoor op en dan gaan we genoeglijk samen
dineeren.
Welja, zegt Nick met een hard lachje, dat
opbellen lijkt me vooral erg geslaagd. Dan ben ik
daar op kantoor meteen als jouw vriendinnetje ge
doodverfd.
.(Wordt vervolgd)* i