n
Erdal doei schoenen langer meegaan!
liet JOimt w Jan Olie&ol.
De Lotgevallen van een Collier
Uit de Pers.
V R IJ DAG 9 AUGU S T U S 1940
EEN PRACTISCH MIDDEL. Ter besproeiing van de droge helling der Jeker-
vallei bij Maastricht halen de boeren in groote vaten het zoo noodige vocht uit de
snelstroomende rivier zelf.
Haarl. Rechtbank
Vervalschiiig van kwitanties.
Donderdagochtend werd voor de Arrondisse
mentsrechtbank te Haarlem een kwestie behan
deld inzake schriftvervalsching.
Kwitanties, uitgeschreven door een tabakshan-
del te Amsterdam, waren van andere data voor
zien. Inplaats van het jaar '32 was steeds '37 ge
schreven. Een dame te Heemskerk werd van deze
vervalsching verdacht. Het zou met de bedoeling
gebeurd zijn om eenige vorderingen ten bedrage
van totaal f 70, welke de tabakfirma op haar
echtgenoot had, ongedaan te maken door te sug-
gereeren dat ze al betaald waren.
Een schriftdeskundige verklaarde ter zitting
dat de op de kwitanties aangebrachte valsche
cijfers afkomstig waren van verdachte.
Merkwaardig was dat niet alleen de 2 in een
7 was veranderd doch dat ook het cijfer 3 van
32 uitgevlakt was en vervangen werd door een
nieuw cijfer 3.
Volgens den schriftdeskundige was dit gebeurd
om de 3 in gelijken stand met de daarop vólgende
7 te brengen.
De verdachte ontkende evenwel iets met deze
vervalsching uitstaande te hebben.
„Ik weet er niets van" zei ze bij herhaling.
De Officier achtte haar schuldig en eischte 8
maanden gevangenisstraf.
De verdediger mr. C. H. van Wijk vond dat geen
enkel overtuigend bewijs voor de vervalsching
aanwezig is en vroeg vrijspraak.
Uitspraak over 14 dagen.
Suiker zonder bon.
De chef van het filiaal van een groot kruide-
niersbedrijf in ons land te Oostzaan was bij de
aflevering van suiker nonchalant te werk gegaan.
Wanneer de klanten de suikerbon niet bij zich
hadden werd de suiker wel gegeven, en dan kon
de bon later wel gebracht of gehaald worden. En
dat dit klaarblijkelijk dikwijls vergeten werd
blijkt uit het feit dat er in deze zaak in October
een tekort van 1600 pond suiker kwam, dat niet
door bonnen gedekt was.
Donderdag stond de winkelchef wegens over
treding van het distributiebesluit, waarin uitdruk
kelijk bepaald wordt dat suiker alleen afgeleverd
mag worden tegen inlevering van. een bon, voor
de Arr. rechtbank te Haarlem terecht.
De verd. zeide dat het tekort hoofdzakelijk ont
staan was door bestellingen in de buitenwijken,
waarop hij geen controle had.
Een winkelbediende verscheen als getuige.
„Vijftig personen komen per dag wel in den
winkel", aldus getuige. „Het kwam wel voor dat
een klant zijn bon had vergeten of deze niet kon
vinden. Dan werd de suiker toch gegeven. Den
volgenden dag zou de bon dan wel gebracht wor
den. Of er werd afgesproken deze met den loop
jongen mee te geven.
In één geval kon worden vastgesteld dat een
bakker 20 pond suiker kreeg. Vijf dagen na de
levering kwam pas de bon.
De getuige gaf toe dat de bonnen wel eens in
het vergeetboek raakten. En gezien het ontstane
tekort van 1600 pond moet dat heel dikwijls ge
beurd zijn. Een tweede winkelbediende bevestigde
eveneens dat suiker zonder bon werd geleverd.
De winkelchef had zijn verregaande nonchalan
ce reeds zwaar moeten betalen: zijn directie had
hem, na een 18-jarigen diensttijd op staanden
voet ontslagen.
De Officier wilde bij zijn eisch hiermede reke
ning houden en vroeg 14 dagen voorwaardelijke
gevangenisstraf met 3 jaar proeftijd.
De verdediger bepleitte een geldboete.
Een ernstig auto-ongeluk.
Een chauffeur uit Krommenie was op 17 Juli
1939 met zijn vrachtwagen op den weg langs de
Nauernasche vaart in Assendelft uit de bocht
gevlogen.
De auto sloeg over den kop, en een tuinman,
die naast den chauffeur zat, kreeg een hersen
schudding. Donderdagmorgen stond de chauffeur
vcor de Arrondissementsrechtbank te Haarlem
terecht, verdacht van schuldig te zijn aan het
veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel. Er was
een getuige, die de auto had zien rijden.
Hij schatte de vaart van den wagen op 70 K.M.
en achtte dat veel te snel om de bocht in den
weg te nemen. De getuige was zelf in het bezit
van een rijbewijs en reed ook vaak langs deze
bocht.
De auto was tegen een paaltje aangereden, dat
afbrak, vervolgens omgeslagen en met de wielen
naar boven komen te liggen. De inzittende tuin
man was bewusteloos.
De tuinman kwam zelf als getuige. Hij herin
nerde zich nog wel aan den chauffeur gezegd te
hebben: „Denk om de bocht". Tien weken lang
had hij in het ziekenhuis gelegen en niet kun
nen werken.
Een andere getuige, die ook in de auto had ge
zeten, had op een 50 M. afstand voor het onge
luk een tegenligger zien aankomen. Daarna had
hij op een papiertje gekeken en verder niets ge
zien. Uit het feit dat de chauffeur plotseling naar
rechts uitweek concludeerde hij dat deze voor
den tegenligger geschrokken moest. zijn.
De verd. zelf verklaarde dat de tegenligger links
van den weg reed.
„Ik had de keuze, óf een botsing, óf de berm op,
ik heb het laatste gedaan", aldus verd.
Geen der getuigen kon echter bevestigen den
tegenligger links van den wég te hebben zien rij
den.
De officier wilde zulks dan ook niet aannemen,
achtte integendeel bewezen dat verd. roekeloos
had gereden. De eisch luidde 3 maanden voor
waardelijke hechtenis en f 40 boete subs. 24 d.
Uitspraak over 14 dagen.
SPORTFEEST IN HAARLEM-ZUID-WEST.
Door de Vereeniging ter behartiging van de
belangen van de bewoners van Haarlem-Zuid-
West wordt Zaterdagmiddag voor de jeugd een
sportmiddag georganiseerd, waaraan alle kinde
ren in die buurt van 7 tot 17 jaar kunnen deelne
men Op het programma staan hardloopen, ver
en hoogspringen, estafette, enz., waarvoor we
derom eenige fraaie prijzen beschikbaar zijn ge
steld.
Voor de oudere jongens en meisjes zal voorts
nog een hindernisloop wordpn gehouden, even
eens om prijzen. De leiding berust bij den heer
A. van den Berg.
EXAMENS.
EXAMENS FRANSCH EN ENGELSCH.
Voor het te Utrecht gehouden examen Fransch
L.O. slaagde o.a. mej. Th. C. van der Werff te
Velsen Noord; voor het examen Engelsch M.O. A.:
de heeren J. A. W. Floor te Lisse en H. van der
Veen te IJmuiden.
De heer J. van Winterswijk te Haarlem is ge
slaagd voor het Staatsexamen H.B.S. A.
HANDELSKENNIS L.O.
Geslaagd: G. Verkerk, Hillegom.
Huizen voor oorlogsinvaliden.
Initiatief van „De Nederlandsche
Werkgemeenschap".
Naar wij vernemen gaat „De Nederlandsche
Werkgemeenschap", voorzitter dr. E. G. H. Verviers,
op haar landgoed „De Scheepstal" invalidenhuizen
bouwen, die den vorm krijgen van gezinshoeven.
De bedoeling is, dat oorlogsinvaliden zonder onder
scheid van gezindte of richting voor tijdelijk of
blijvend een wezenlijk tehuis vinden. Hier kunnen
zij door licht tuinbouwwerk of door ambachtsnij
verheid, al naar hun lichamelijken toestand, hun
herstel bevorderen en den overgang tot normaal
maatschappelijk leven vergemakkelijken.
De gepensionneerd luitenant-generaal H. A. Seijf-
fardt heeft zich bereid verklaard, toezicht te hou
den op de stoffelijke en geestelijke verzorging der
oorlogsinvaliden.
„De Nederlandsche Werkgemeenschap" vraagt fi-
nancieele hulp aan hen, die met dit doel sympathi-
seei-en.
Vrijzinnig-Democraten achter de
Ned. Unie.
Oprichting met sympathie begroet.
Het hoofdbestuur van den Vrijzinnig Democra-
tischen Bond heeft thans zijn standpunt be
paald omtrent de Nederlandsche Unie. In een
aan de leden toegezonden omzendbrief, zoo
meldt de „N. R. Ct.", geeft het hoofdbestuur als
zijn meening te kennen dat hoewel de Nederland
sche Unie een andere organisatie is geworden
dan aanvankelijk bedoeld werd, er niettemin
aanleiding is om haar oprichting met sympathie
te begroeten. Wel, zoo heet het verder, is het
programma vaag en zijn de leiders van deze be
weging niet staatkundig geschoold, maar hier
tegenover staat dat het driemanschap bezield is
met den wensch om in vaderlandschen geest het
algemeen belang te dienen, dat zij voornemens is
bij de autoriteiten van de bezettende macht het
specifiek karakter van ons volk tot uitdrukking
te brengen, en te bevorderen dat wetgeving en
bestuur in Nederlandschen geest zullen worden
geleid.
Toetreding tot de Nederlandsche Unie mag
echter er niet toe leiden de eigen organisatie te
verlaten, zoo zegt het hoofdbestuur. De Vrijzinnig
Democratische Bond heeft een hechten grond
slag, wij willen de partij intact houden zoodat
wij in vrijheid zullen kunnen beslissen hoe de
toekomstige politieke organisatie zal moeten
worden. Het standpunt van het hoofdbestuur is
derhalve:
1. Ieder blijve lid van den V.D.B.
2. Het lidmaatschap van de Nederlandsche Unie
is vereenigbaar met dat van onze partij.
Slotfeest van „Vacantlcbezigheden''.
Het comité voor instandhouding van vacantie-
bezigheden schrijft ons:
Wie zich in het tijdvak van 22 Juli9 Augustus
op een of anderen dag langs een der Haarlemsche
speelterreinen heeft bewogen zal opgemerkt heb
ben dat gedurende dit tijdvak vele honderden kin
deren daarin hun vreugdevol leventje hebben kun
nen leiden.
De vlaggen op het terrein wapperden lustig, de
jeugd had plezier. Wip schommel, zandbak, kring
zangspelen, balspelen en nog vele andere zinvolle
bezigheden hebben drie weken achtereen het pro
gram gevuld voor meer dan 1900 schoolkinderen.
Gistermiddag zijn deze bezigheden met een eind-
tractatie beëindigd. Maandag a.s. gaat het gewone
speeltuinleventje weer door. Echter zal den kim
deren naast deze tractatie evenals vorige jaren een
prettig sluitingsfeest worden geboden
Dank zij de bereidwilligheid van den heer Bak
ker, directeur van het Rembrandt Theatér, die voor
dit doel geheel gratis zijn gebouw ter beschikking
stelde, zal Zaterdagmorgen aan ongeveer 850
kinderen een aardig program worden geboden. Als
waardig besluit van de moeilijke en moeizame
taak van tientallen leidsters zal in dit program
het spel „van het kind voor het kind" opgevoerd
worden. Het is een schitterend geslaagd vacantie-
feest geweest. Het weer heeft daartoe medege
werkt. Wij hebben veel blijdschap voor de jeugd
kunnen brengen. Hier moge dan ook van deze
plaats een woord van oprechten dank gebracht
worden aan allen, die voor dit schoone doel hun
vrijen tijd ter beschikking stelden. Ook aan hen.
die op eenigerlei wijze dit werk met de daad
hebben gesteund en we denken hierbij ook aan het
Gemeentebestuur van Haarlem. Wij voor ons hopen
het volgende jaar deze taak wederom met blijd
schap te vervullen.
NED. BOND TOT HET REDDEN VAN
DRENKELINGEN.
Nadat eerst het „Eenheidsdiploma", volgens de
regelen van den Kon. Nat. Bond voor Redding
wezen en Eerste Hulp bij Ongevallen, „Het
Oranje Kruis" was behaald (medisch leider Dr.
D. Heymans) en j.l. Zondag het technisch wa
ter werk in Heemstede was afgelegd, werden nu
de vier candidaten voor het diploma C. (Instruct
teursdiploma) in het Spirtfondsenbad te Haar-
dem voor de theorie van het zwèmmend redden
behandel. De uitslag van de drie afgelegde proe
ven was dat aan alle vier der candidaten het be
geerde diploma kon worden uitgereikt. De na
men der geslaagden (allen lid der Haarl. Red
dingsbrigade) zijn: mejuffrouw C. J. Stammes
en de heeren: R. J. Bruseker, F. Lodder en N. D.
Warmerdam. De heer J. W. van Gemen, voor
zitter der Hechn. Commissie van den Bond
reikte met een hartelijk woord de diploma's uit.
AdvIngez. Wied.)
VOOR DE KINDEREN
Daarin hebben zij alles verstopt, sprak
hij..
De professor begreep dat de Touaregs hem
voor waren geweest. Dat was roof! De profes
sor wilde er zijn rechten op laten gelden ten
behoeve van het Oudheidkundig Genootschap.
Ze openden de kist, en ieder stak zooveel
edelsteenen en sieraden bij zich als hij maar
bergen kon, waarmee zij den terugtocht aan
vaardden. Krent en de Dikke droegen de kist
en de professor droeg de lantaarn.
De gevelklimmer, die een nieuwe afw
langs den gevel van een der Amsterdams;
fabrieksgebouwen moest bevestigen.
Weer telegrafische postwissels u*
en naar Duitschland.
Het verzenden van telegrafische postvsj
tusschen Nederland en Duitschland zal in
richtingen van 12 Augustus af weder mogelijks
NIET WERKLOOS TOEZIEN.
,H e t Volk" wijst er in een hoofdartikel op.ril
juist in dezen tijd voor de socialisten een taak
weggelegd. Nadat het blad de eerste vergaderd
der Ned. Unie besproken heeft waarbij het erl'
aandacht op vestigt, dat het er sterk den schijn ij
heeft of de R.K. Staatspartij streeft er naar zich
de Ned. Unie te kristalliseren teneinde aldus ij
ter de schermen invloed te kunnen uitoefenen"
ons staatsbestel, zegt het o.m., dat het duidelijk
dat in het huidige tijdsbesteld het democrat
socialisme heeft afgedaan. Het socialistisch or&
stelt dan de vraag:
Maar moet nu tegelijk ook het socialistisch int
zwijgen van de velen in de sociaal-democrati*
gelederen, die bij de verbinding van socialisme'
democratie, in hun hart toch altijd het zwaartep-
hebben gezocht in den socialistischen grondö
hunner beweging?
Wij gelooven, dat, ook in de huidige omstap
heden, deze vraag ontkennend kan en moe: worm
beantwoord. Het ware onoprecht indien wij,
nu nog, bleven vasthouden, aan de verbindingn
socialisme en democratie. Deze laatste is imE-:
uitgeschakeld.
Waar wat blijft, wat de storm der tijden hs
doorstaan en wat in de toekomstige ontwikkefe
zij het langs geheel andere wegen dan venréi
mocht worden, zich zal doorzetten, dat is de sti
listische idee eener harmonische volksgemK-
schap, waarin de uitbreiding van de eene groep dr
de ander.e vervalt en allen gezamenlijk werken iz
het groote doel van den opbouw eener gave
evenwichtige volksgemeenschap.
Om uitdrukking, te geven aan het arbeidsveH
dat ons hier wacht, hebben wij, zoowel uit een oei
punt van politieke eerlijkheid als ter wille van eg
duidelijke aanduiding van ons streven, in den h
van ons blad, het onderschrift: „Sociaal-Democri-
tisch Dagblad" veranderd in „Socialistisch Da;,
blad". Deze nieuwe aanduiding sluit aan bij de:ge-
geven werkmogelijkheden, zij getuigt.van een tui
verzwakte hoop op socialistische verwezenlijking
in ons maatschappelijk bestel, zij bevestigt het
heel eigen karakter, dat ons blad ook in de nieun
ontwikkeling zal blijven vertoonen.
Waar nu eigenlijk alle groote groepeeringen in e
land hun stem hebben laten hooren bij het alle;,
wegen naar voren komend streven naar polities
wilsvorming, daar hebben wij zooals gezegd te
woord van het socialistisch volksdeel, waarmei
wij ons verbonden voelen, noode gemist. Ons bil
heeft tot dusver gepoogd telkens weer peilingen
ondernemen naar de mogelijkheden, die de nieun
ontwikkeling, ook aan ons, op socialistisch
zal kunnen schenken.
Het is echter duidelijk, dat daarnaast ook beu-
ning noodig is in de breede kringen van de werkc
van stad en land. die eenmaal door de socialisti-é
idee gegrepen zijn. Zulk een bezinnen zal v«
menigeen een pijnlijke taak zijn. Sommigen zult:
als vrucht van een eerlijk overleg met zichzelf, t
een negatief antwoord geraken.
Anderen echter, meer daadkrachtig en bef
fend, dat een tijd,, die zoo zeer vervuld is van marl
tige stuwingen als de onze, geen werkloos t*
zien gedoogt, zullen tot de slotsom komen, date
juist voor hen als socialisten een taak is weggelf?
om deel te nemen aan 'n vernieuwden en positieve
arbeid.
NORMAN FRAZER.
(Nadruk verboden).
14)
Als Hollins op dat moment zijn snor haar voor
haar had kunnen uittrekken had hij het gedaan.
Er was een smalle spiegel in zijn soupé, waarin hij
zich bekeek. Er waren onder zijn oogen en in zijn
gezicht lijnen, die er drie dagen geleden niet
v/aren geweest. Maar Hollins besteedde er geen
aandacht aan: zijn blik was als gehecht aan het
spiegelbeeld van zijn snor.
In Derby stapte hij uit, ging de stad in en liep
rond tot .hij in een stille zijstraat een kleine
kapperswinkel vond, zoo eenvoudig en primitief,
dat hij het er wel op durfde wagen binnen te
gaan. Toen Hollins de deur opende, was de kapper
een krant aan het lezen en die aanblik deed hem
haast het angstzweet uitbreken. Maai- hij dwong
zich tot kalmte, ging zitten en vroeg geschoren te
worden.
Hij sloeg het gezicht van den barbier in den
spiegel aandachtig gade, terwijl de man zijn kin en
wangen inzeepte in de meening, dat hij wel
spoedig eenig teelten van herkenning zou laten
blijken. Maar de kapper toonde niet de minste
neiging tot indiscretie en Hollins, met een gladge
schoren gezicht nu, verzocht hem, hoewel inner
lijk sidderend, thans zijn bovenlip onder handen te
nemen.
De kapper leek verbaasd.
„Vindt u het niet jammer zoon mooie snor weg
te laten scheren", vroeg hij.
Hollins die, gedreven door de angst van de laat
ste dagen, allerlei ongekende mogelijkheden bij
zichzelf ondekt had, speelde thans voortreffelijk
comedie.
«Het is geen kwestie van vrijen wil", gaf hij
rustig ten antwoord „ik heb juist een betrekking
als chauffeur bij een deftige familie gekregen en
mijn nieuwe patroon staat er op dat ik gladgescho
ren ben. Dus zit er niets anders op dan hem er
af te halen".
Hij verliet den kappehswinkel in de zekerheid
dat niemand hem zou herkennen en voelde zich
daardoor aanmerkelijk meer op zijn gemak. Hij
keerde naar het station terug om zijn tocht noord
waarts voort te zetten maar voor hij in den trein
stapte, bracht hij een bezoek aan de stationsrestau
ratie, dronk een paar borrels, liet zijn flesch op
nieuw vullen en nam een slok telkens wanneer, ge
durende de volgende etappe, de wereld er wat som
ber begon uit te zien. Op dezelfde manier ver-
frischte hij zich in Sheffield evenals in Normanton
en ook daar ging de veldflesah leeg over de toon
bank van het stationsbuffet om hem gevuld weer
overhandigd te worden.
Zijn bestemming Castleford, bereikte hij laat in
den avond en toen eindelijk begon de immense
hoeveelheid spiritualiën, die hij tot zich genomen
had, zijn uitwerking te doen gevoelen op een wijze
die hij niet begreep en nimmer tevoren, zelfs na
overvloedig drankgebruik, bij zichzelf had be.
speurd. Hij had een gewaarwording alsof de vlam
men hem uitsloegen, was opgewonden, schichtig en
schrikachtig en hij kreeg een schok alsof zijn hart
stilstond en alles om hem heen draaide, toen bij
het verlaten van het station eensklaps een hand
op zijn arm werd gelegd. Met een wilde rule en
een woedende grom keerde hij zich naar den man,
die hem op die manier aanklampte.
„Verdraaid", grauwde hij, „laat me gaan".
De man die zijn arm had vastgepakt, deed een
stap achteruit en hief een pleitende hand op.
„Hé, Bill", riep hij uit, „herinner je je mij niet?
Je oude kameraad Stafford Finney? Ga met me
mee ik heb je wat te vertellen. En blijf-in
vredesnaam aan den donkeren kant van de straat,
Bill Hollins!"
HOOFDSTUK XI.
De nachtwaker.
Bij deze woorden brak bij Hollins plotseling het
fatale bewustzijn baan, dat een crisis op komst
was. Hij kwam dichter bij Finney en keek hem on
derzoekend in het gelaat.
Finney tuurde om zich heen het plein voor
het kleine station was donker en er was geen
levende ziel te bekennen een verdwaald lijkende
lantaarn gaf een zwak, geelachtig schijnsel en tus
schen deze spaarzame lichten lagen plekken van
diep zwart.
„Wat heeft dit te beteekenen?", vroeg Hollins
gebelgd.
Finney bracht zijn gezicht bij Hollins' oor.
„Bill", fluisterde hij, „de politie zoekt je ze
staan op de uitkijk naar je er stond een agent
in burger aan het station, maar je hebt je snor af
geschoren".
Hollins vermande zich. Hij was als door den
bliksem getroffen bij de ontdekking, dat de ver
gelding hem zoo vlug op de hielen zat. Met on-
geloovige oogen staarde hij naar Finney en lachte
schor.
„Politie! Zoekt mij?", bracht hij uit. „Ik zou wel
eens willen weten waarom de politie mij zou zoe
ken?"
Finney trok een krant uit zijn zak en tikte er
veelbeteekenend met zijn wijsvinger op.
„Bill", fluisterde hij nog zachter, „Bill ze
ze hebben Lloyd's liohaam gevonden! Het staat
allemaal in het avondblad in .de Evening Post,
Bill".
Hollins verbrak de ingevallen stilte.
„Verdraaid", barstte hij uit, „dat is onmgoelijk!
Het het is een leugen".
„Het is maar al te waar, Bill", was Finney's
ernstig bescheid. „Het staat allemaal in de krant
je kunt het met je eigen oogen lezen. Maar ik
wist er al eerder wat van; doordat ik bij de politie
was voor ik mijn been verloor je hebt het
nog niet opgemerkt» wel? hoor ik zoo nu en
dan wel eens iets en toen dat verhaal van jouw
verdwijning vanmorgen in de krant stond, ging ik
naar het politiebureau om te zien of ze al wat
naders wisten".
„En wat was het geval?" informeerde Hollins
gejaagd.
„Op dat moment nieett, maar even voor tewaalven
hoïfrden ze iets", deelde Finney mee.
„Wat?', klonk het angstig.
„Nou, het was alleen maar een telegram, dat ze
een man op post moesten zetten, aan het station
om naar je uit te kijken voor het geval dat je hier
opdook. Ze wisten natuurlijk, dat je uit Castleford
afkomstig bent".
Hollins staarde zijn ouden kameraad hulpeloos
aan, volkomen overdonderd door de snelle wijzi
ging in den stand van zaken en zijn hersens, suffig
en dof door den zondvloed van drank, weigerden
zoo helder te denken als de kritieke situatie1'
eischte.
„Dat moet een stompzinnige vergissing zijn
dat vinden van Lloyd" stiet hij ineens uit. „Hoe
konden ze dat, voor den duivel?"
„Een man- met een lantaarn lieten ze in de kloof
neer", wist Finney te vertellen. „Dat staat ten
minste in de avondbladen. Het was omstreeks
twaalf uur dat ze de ontdekking deden en ze
hebben het nieuws natuurlijk direct haar alle kan
ten rondgeseind. Ze zullen er alles op zetten om je
te pakken te krijgen Bill, daar hoef je niet aan te
twijfelen".
Hollins moest zichzelf bekennen, dat deze oude
kennis de waarheid sprak. Hij keek hem nog eens
aan in de duisternis en trachtte, hoe traag en neve
lig zijn voorstellingsvermogen ook was. de volle
beteekenis van de situatie te realiseeren.
„Hoe herkende je mij?", vroeg hij ten laatste.
„Het is tien jaar geleden sinds we elkaar het laatst
zagen en ik heb bovendien mijn snor afgescho
ren".
„Ik herkende je eerst ook niet, Bill", ver
klaarde de ander. „Ik zag je op het perron in Nor
manton ik kwam daar met denzelfden trein
vandaan als jij en had in het begin seen notie
dat jij het was. Maar ik had juist de heele ge
schiedenis in de krant gelezen en opeens schoot
het 'door me heen, dat jij de man was, die daar op
het perron heen en weer wandelde. Je hebt dat.
wel eens meer dat een herinnering zoo plo
wordt opgewekt. Ik nam je nog eens- nauwkeuri!
op en toen was de laatste twijfel weggenomen B
kende iederen trek van je gezicht zoo goed, dat Bil
ontbreken van de snor me niet op een dwaalspw
kon brengen integendeel, het versterkte me wi
der in mijn overtuiging. Natuurlijk had je die snet
opgeofferd om niet herkend te worden en tB-
wees er op dat je een kwaad geweten had! Te:
slotte hield ik je nog eens in het oog door de glafci
deur van de restauratie en toen herkende ik ook ij
karakteristieke beweging, waarmee jij je glas
den mond bracht. Ik stapte in den wagon, dirtf
aehter die waar jij inging en hier aan het state
zag ik dien rechercheur, die absoluut geen erg-;
jou had. Maar hij is een nieuwe er zijn er P
noeg in de stad, die je wel zullen herkennü
net als ik, ook zónder snor".
„Dan kan ik zorgen dat ik zoo gauw mogelij
hier vandaan kom", vond Hollins, zich okmeer#
om naar het station terug te gaan. „De grte
schijnt hier een beetje te warm voor me te zip
„Vanavond gaan er geen treinen meer", lichta
Finney hem in. J
„Dan moet ik mijn beenen maar -gebruikea
zei Hollins. -••-
Hij scheen werkelijk van plan de daad bij
woord te voegen, maar de man met het eer-4
been kwam voor hem staan.
„Bill", zei hij veelbeteekenend, „Bill!"
„Nou wat moet je?", snauwde Hollins.
„Je kunt beter een raad van mij aannemö
Bill", hernam Finney overredend. »,Ik vermoK
dat je aan die historie wel iets verdiend heb date'
moeite waard is je bent niet van het soort oe
zooveel te riskeeren voor niets. Als jij er zoovtt
voor over hebt, dat het de moeite loont, zal ik
hier op een veilige plaats verbergen en ook zorg
dat je veilig wegkomt".
„Hoe weet ik dat je mij niet aan de politie ver*
raadt?", bracht Hollins in het midden.
„Finnev schudde energiek het hoofd.
„Niet als je het dc moeite waard voor mij maaiil
Bill", herhaalde hii.
(Wordt vervolgd).: