'liet JOient en Jan OCie&ol. De Lotgevallen van een Collier ONS KNIPPATROON. ZATERDAG 10 AUGUSTUS 1940 2 Kousen herstellen Nu onze dunne kousen een lang leven moeten leiden, komen de middelen om ze tegen slijtage te bewaren of om ze onberispelijk te herstellen uit menig vrouwelijk brein naar boven. Mag ik voor dat herstellen ook nog eens een duit in het zakje doen? Het is vrij algemeen bekend dat, gemaakt uit beenen van oude kousen, keurige pleisters op de teenen van onze kousen gelegd kunnen worden, die er dan met een flanelsteek op worden vastgehecht. Van diezelfde oude kous kunnen echter uitste kend stukjes geknipt worden om de versleten en ge stopte hielen op den rand van de schoenen mee te bedekken. Wij knippen een stukje in hetzelfde model als de versterking achter aan den hiel, leggen het lapje er aan den buitenkant op en slaan van boven en aan de beide zijkanten een heel smal inslagje in. Dit naaien wij met een onzichtbaar klein steekje in dezelfde kleur op de kous vast,, waarna wij de onderzijde zonder inslag weer met den flanelsteek vastzetten. Dit laatste komt toch in de schoenen en wij voorkomen ermee, dat wij hinder ondervin den van een dik randje. Natuurlijk heeft niemand altijd dezelfde kleur van kousen, maar dat speelt niet zoo'n belangrijke rol: de versterking is toch altijd anders van tint en wanneer het niet teveel afwijkt, zal niemand iets van het stukje zien. Maar doet u het niet in schemerlicht, het is een oogenwerkje dat goed licht buiten de zon eischt. E. E. J.—P. Oorlogskookboek Geen wonder, dat in dezen tijd de huisvrouwen snel grijpen naar een boek met een titel als dit van het „oorlogskookboek" dat mej. A. Geurts, leerares koken en voedingsleer, dat werd uitgegeven door J. J. Romen en Zonen te Roermond-Maaseik. Het eer ste 5000-tal was dan ook reeds uitverkocht aan den boekhandel, toen ze nog niet van de pers was. Van het 6e tot 10de duizendtal ontvingen wij een recen sie-exemplaar dat er zeer aanlokkelijk uitziet. Een reeks artikeltjes over koken in oorlogstijd, 312Z] Twee damesblouses met lange en korte mouwen, prijs 26 cent, patroon 3122 (beneden). Aansluitende blouse van linnen, katoen of zijde met knoopsluitenden hals. Postuurnaden aan schou der en taille, voor- zoowel als. rugpanden. Sluiting met lange rij knoopjes. Patronen in m. 42. Patroon 3122 (boven). Gekleede blouse voor grootere figuren met af- kïeedende kraag en jabot. Schouder- en rugstuk. Leent zich om met lange zoowel als korte mouwen gedragen te worden. Ingehaalde ruimte aan rug- en voorpanden. Als materiaal worden dunne zijden weefsels of voile aangeraden. Patronen in m. 48. Extra vermelden 3122 (boven). Het patroon is van Maandag af gedurende een week verkrijgbaar bij de bureaux van dit blad week verkrijgbaar Kennemerlaan 42, IJmuiden en Breestraat 29. Beverwijk. besparing van bi-andstoffen, de hooikist, koken in kranten, het doelmatig bereiden van groenten en aardappelen, besparing van suiker en het maken van jus gaat vooraf aan het eigenlijke kookboek, dat bestaat uit 33 volledige maaltijden, waarbij vol ledig rekening is gehouden met de beperkingen en mogelijkheden van dezen tijd. Hierna volgen nog hoofdstukken over besparing van boter bij de broodmaaltijden, gerechten, die de broodmaaltijden kunnen aanvullen en vervangen, middelen ter be sparing en vervanging van koffie, thee enz. inmaak in oorlogstijd. Een zeer handig en overzichtelijk boekje! Het Menu van den dag Spinaziesoep. Gestoofde varkensnier Aardappelen. Vruchtensla SPINAZIESOEP. Spinaziewater. 30 gr. boter. 20 gr. bloem. 2 d.L. melk. Een sneedje brood zonder korst. Boter om in te bakken. Verwarm roerende de boter met de bloem, voeg steeds roerende het spinaziewater toe en laat de soep even doorkoken. Giet er op het laatst de melk bij, en bak dobbel steentjes oud brood om er apart bij te presenteeren. GESTOOFDE VARKENSNIER. Wasch de nier in lauw water, zet haar op met koud water, giet dit eraf als 't kookt en zet haar dan opnieuw met kokend water op dit heet blan- cheeren en kook haar gaar (ongeveer een half uur). Maak op de bekende wijze een sausje van boter, bloem en zout water of bouillon, en maak dit naar eigen smaak af met het ge zeefde sap van een half pond tomaten (in plaats van het vocht), of met wat kerry, met een scheutje witte wijn of met verschillende fijnge hakte groenten. SPERCIEBOONEN. Haal de spercieboonen dubbel af, kook ze vlug gaar in weinig water met zout in een goed gesloten pan, en stoof ze met een klontje boter. Rasp er in de schaal nootmuskaat over. VRUCHTENSLA. Ga in dezen tijd van het jaar voor een vruchten sla uit van een meloen die wel te groot is voor zoo'n slaatje, maar waarvan het grootste deel den volgenden dag nog heel goed gegeten kan worden. Neem verder een paar rijpe pruimen, schil ze en ontdoe ze van de pitten, schil een paar perziken, die hiervoor heel goed overrijp kunnen zijn, waar door zij wellicht billijker in prijs zijn, voeg er desgewenscht wat geritste bessen bij en even tueel een restje gestoofde vruchten van den vo- rigen dag zooals wat appelmoes of boschbessen, en dergelijke. Schep de vruchten door elkaar, voeg er wat suiker bij en laat ze eenige uren staan om goed door te trekken. Is het gei-echt u nog te schraal, geef er dan wat custardvla bij of wat griesmeel- of ge malen rijstpap. BOONEN ZIJN GOUD WAARD! Ook ais aanvulling van den broodmaaltijd. Ongeveer 30 jaar geleden was het gewoonte om aan het ontbijt te beginnen met een bordje bruine boonen. Deze gewoonte kunnen wij nu weer in eere herstellen. Men behoeft niet op te zien te gen het brandstoffenverbruik, want boonen be- hooren tot de weinige gerechten, die niet te lijden hebben door het uren lang ingepakt zijn (in hooi kist of kranten). Om er een smakelijk koud gerecht van te ma- Een voordeelig couponnetje Nu is het tijd om te bezuinigen! Meer dan ooit zal de huisvrouw er thans op uit zijn om voordeelig en practisch stoffen in te koopen. Als u een aardig couponnetje zwaar linnen van een gedekte kleur hebt kunnen bemachtigen, dan kunt u er door deze teekening eens goed te bestudee- ren twee aardige kleedingstukken van maken: een sportief rokje voor moeder en een vlot zomerjasje voor het dochtertje, dat heusch in de vacantie en in de komende kille herfstdagen zooiets best zal kun nen gebi'uiken! Leuk, vindt u niet? En deze manier van knippen is erg voordeelig. Probeert#u 't maar! ken kan men er een restje rabarber- of appel moes door mengen. Een van boonen afgeleide voedzame broodbe legging is op de volgende wijze gemakkelijk te be reiden: 250 gr. 0/2 pond) bruine of witte boonen, 60 gr. (3 afgestreken eetlepels) boter, 1 uitje, wat zout. peper en nootmuscaat. Laat de gewasschen boonen een nacht weeken, breng ze in hetzelfde water aan de kook en laat ze gaar worden (pl.m. l'/2 uur). Breng ze over in een vergiet en laat ze uitlekken (bewaar het boo- nennat. voor een soep). Fruit intusschen het fijngesnipperde uitje in de boter lichtgeel en gaar. Stamp de boonen met het uienmengsel tot een gelijke massa en maak die op smaak af met wat zout en wat kruiden. Vervang desverkiezend de met boter gefruite ui door gesmolten boter en een eetlepel fijngesneden groene tuinkruiden (peterselie, selderij, kervel, bieslook)of wel door gesmolten boter en 1 eet lepel dikke tomatenpuree. Jongenspakje Dit pakje, gebreid voor een jongen van ongeveer 4 jaar, is gemaakt van 200 gr. lichtblauwe en 100 gr. donkerblauwe koordwol, We gebruiken pennen no. 2>/s. We beginnen met het truitje. RUG. We zetten op 80 steken en breien 24 naal den 1 r. 1 avr. Verder 1 naald recht waarbij we van eiken 4en steek twee maken, zoodat er nu lOOsteken op de naald zijn. Eerste naald patroon: 8 avr. 4 r. 16 avr. 4 r. 16 avr. 4 r. enz. eindigen met 8 avr. De volgende naald hee- lemaal recht. Deze twee naalden herhalen we steeds, tot het heele werk 25 c.m. lang is. Nu maken we de armsgaten door aan eiken kant 6 steken af te kanten. Daarna aan eiken kant 3 steken en vervolgens nog 3 keer aan beide kanten 1 steek; er blijven dan 76 steken over. Die worden in patroon verder gebreid tot het heele werk 36 cm. lang is. De naald wordt nu op 8 steken na uitgebreid, omkeeren, daarna weer tot op 8 steken na uitbreien, omkeeren de naald uit bloeien tot op 16 steken na, omkeeren, weer uitbreien tot op 16 steken na, daarna twee keer uitbreien tot op 26 steken na en hierna alle steken op een draad zetten. VOORPAND. Tot de armsgaten is het voorpand gelijk aan den rug. De laatste naald op den avr. kant voor het inbreien van de armsgaten breien we als volgt: 18 avr. 4 r. 16 avr. 4 r. 16 avr. 4 r. 16 avr. 4 r. 18 avr. De strepen zijn nu versprongen. Het arms gat breien we precies zoo als bij het rugpand, dus 1 keer 6 steken, 1 keer 3 steken, en 3 keer 1 steek aan weerskanten afkanten. Als het armsgat afge- kant is, beginnen we aan het split. We breien nu tot en met de middelste streep, keeren het werk om en breien terug. Als de versprongen strepen 7 rib bels hoog zijn, verspringen ze weer en breien we ze weer als de eerste keer. De middelste ribbel loopt vanwege het splitje steeds door. Hier maken we na 7 ribbels een knoopsgat in. Is de versprongen streep weer 7 ribbels hoog, dan verspringt deze weer. In de middelste ribbel komt weer een knoopsgat. Heeft het voorpand een lengte van 34 c.m., dan kanten we den hals af, eerst 10 steken, daarna 4 steken daar na 4 keer 1 steek. Voor den schouder blijven er dan 20 steken over. Als we het werk hebben doorge breid tot het voorpand even lang is als de rug, breien we de schouders van voor- en rugpand samen. Als we aan de rechterhelft van het voorpand naast het split beginnen, zetten we aan den splitkant er 4 steken bij op. Dit wordt de onderslag van het split, waar de knoopjes op komen. De rechterhelft is het spiegelbeeld van de linkerhelft, echter zonder knoopsgaten. BOORDJE. Hiervoor nemen in den hals 80 ste ken op en breien 4 r., 1 avr. De volgende pen ver springen we, zoodat we dus een boordje van gersten kon-el krijgen. Na 12 pennen kanten we het boord je f. MOUW. We zetten 50 steken op en breien 40 naalden 1 r. 1 avr. Vervolgens breien we 1 naald recht, 1 naald avr., doch de middelste 4 steken wor den aan den avf. kant recht gebreid, zoodat en een streep over de mouw komt. Elke 14de naald meer deren we aan weerskanten 1 steek tot het geheele werk 32 c.m. lang is. Nu zij'n we aan 't begin van de kap. We kanten telkens aan het begin van de pen 2 steken af tot er 10 steken over zijn. Deze ook af kanten. OPMAAK. We naaien de zijnaden van trui en mouwen dicht, stikken de mouwen in het truitje en VOOR DE KINDEREN Tegelijkertijd steunde de professor den nog zwakken man, die maar langzaam vooruit kwam. Ze kwamen weer in de ruimte, waar de Touaregs nog sliepen. Uiterst voorzichtig slopen zij vooruit, doch in het halfduister struikelde Krent. Dit had tot gevolg dat hij de kist uit zijn handen liet glippen. Door het lawaai werden de twee mannen wakker en sprongen over eind. Het werd een ware paniek, want de professor wist geen raad met den zwakken man. Vlucht met dien man, Dikke, gilde Krent, waarop de Dikke de kist liet vallen. voorzien het boordje van twee koordjes. De knot jes worden op het splitje genaaid. Op elke street, wordt van donkerblauw een drietal mopjes gebor. duurd. Op het boordje maken we om de 10 stekea eenzelfde mopje. BROEK. We zetten 90 steken op en breien 2n naalden, 1 pen recht, 1 pen avr. Bij de 21ste naato nemen we de steken van den onderkant van hs' werk op 1 naald en breien dit tezamen. Dit Worjj| de zoom. Nu breien we 30 naalden verder. Bij de 31ste naal^ kanten we aan het begin van de naald 1 steek af. d,i herhalen we elke 10de naald, in het geheel 6 keer Als het werk 28 c.m. lang is, breien we op den rech.' terkant: 60 steken, omkeeren, terugbreien. Nu ji steken, omkeeren, terugbreien. Dit herhalen we, tel. kens met 6 steken minder te breien tot alle steken gebreid zijn. Nu breien we 4 naalden 1 recht, 1 avr In de 5de naald: omslaan, minderen. Dit de geheel» naald herhalen. Daarna nog 3 naalden 1 recht, 1 avr Afkanten. De tweede helft is gelijk aan de eerste. Al.' leen mindert men dan aan het eind van de recht» naald en het opbreien met 60 steken avr. KRUIS. We zetten 2 steken op, breien 1 peQ r„ 1 pen avr., telkens van den laatsten steek 2 ma kend, tot we 24 steken hebben. Dan steeds aan het eind 2 tezamen, tot er weer 2 over zijn. Neem 20 steken van het rechterpandje bij het split op en brei hierop 10 naalden gerstekorrel. Het kruis wordt van het split af tot de zoom in het broekje genaaid, De broek wordt op de machine in elkaar gestikt en alles wordt gestreken onder een vochtigen doek. NORMAN FRAZER. 15) (Nadruk verboden). „Goed", steunde Hollins toe, „wat kun je voor mij doen?" „De zaak zit zoo", vervolgde Finney',' opgewekt pratend. „Toen ik zes jaar geleden mijn linkerbeen verloor, doordat ik door een wagen werd over reden in Glass Houghton en natuurlijk niet bij de politie kon blijven, kreeg ik een heel aardig baantje als nachtwaker bij de groote glasfabriek. Ik moet daar nu mijn dienst beginnen ik zou je kunnen meenemen en je ergens verstoppen waar niemand je vinden kan als je onzichtbaar wilt blijven". „En daarna?", informeerde Hollins. „Zou ik je een uitstapje naar het vasteland aanraden", vulde Finney aan. „Ik zou je zonder veel moeite naar Hull of naar Grimsby kunnen krijgen". Hollins dacht een paar seconden over het voor stel na. „Uitstekend", besliste hij toen, „ik ga met je mee de condities kunnen we naderhand rege len.. Maar luister eens, is er iets te drinken waar je me heenbrengt?" „Ik kan koopen wat je hebben wilt, Bill, als je me geld geeft", luidde het antwoord van den nachtwaker. Hollins legde een bankbiljet in Finney's uitge strekte hand. „Haal een paar flesschen van de beste Schotsdhe whfeky", verzocht hij. „Dezen kant Bill", wees zijn metgezel. Volg me op korten afstand". De nachtwaker keerde om en sloeg een rióhtinjf in, tegenovergesteld aan die, die hij volgens Hollins moest nemen, als hij naar de glasfabriek Wilde, waarvan Hollins zioh de ligging nog goed Goedkoop en toch smakelijk Honing: een belangrijke zoetsof in dezen tijd. Honing behoort tot de vanouds bekende zoet» middelen en kan in sommige gevallen heel goed de suiker vervangen. Bovendien is de honing een natuurproduct zoodat ze nog allerlei voedende stoffen bevat, die de sterk gezuiverde suiker mist en is ook zeer licht verteerbaar. Wil men zeker zijn goede Nederlandsche honing te koopen dan moet men letten op het „Honingmerk" dat op de potten, door middel van een strook papier, aan gebracht is. Is de honing wat versuikerd, dan krijgt men deze weer goed vloeibaar, door de pot een tijdje in warm water te zetten. Hieronder volgen eenige recepten waarin honing verwerkt is. Hierbij is rekening gehouden met de geringe hoeveelheden bloem, die thans verkrijgbaar zijn, Men maakt op deze wijze een niet dure en toch heerlijke versnapering of broodbelegging, waarbij geen slaolie noodig is! Gekruide cake met honing. Benoodigdheden: 1/2 pond bloem, 1/2 pond hoi ning, 1 ons boter, 2 eieren, 2 theelepels bakpoeder, 1/2 theelepel nootmuskaat, 1/2 theelepel zout. Bereiding: De boter tot room roeren, de honing er door werken, één voor één de eieren toevoegen, De bloem die met de kruiden en de bakpoeder gezeefd is er doorroeren en het deeg overdoen in een met boter ingesmeerden cakevorm. De cake in een matig warmen oven in 1 a 11/4 uur gaar bak ken, uit den vorm nemen en uit laten dampen. In een gesloten trommel kan deze cake eenige weken goed^blijven. Kruidkoek met honing. Benoodigdheden: 250 gr. bloem, 250 gr. honing, 1 dl. melk. 2 theelepels kaneel. 1 theelepel Ha gelgruis, 12 theelepel peper, 1/2 theelepel zout, 2 theelepels bakpoeder. Bereiding: De bloem met de kruiden en de bak poeder zeven. Daarna aanmengen met de honing en zooveel melk tot het deeg dezelfde dikte heeft als cakedeeg. Alles overdoen in een cakevormen de koek lal 1/4 uur in een matig warmen oven gaar bakken. Uit den vorm nemen en uit laten dampen. Smeerseltje voor de boterham. Benoodigd: 4 eetlepels honing, 3 eetlepels ge malen noten (hazelnoten, walnoten, amandelen), De honing vloeibaar maken door het potje in warm water te zetten. De gemalen noten er door mengen en dit gebruiken als belegging van de boterham, die nu niet met boter gesmeerd be hoeft te worden. herinnerde. Finney's houten been kletterde rhyth- misch over den donkeren weg. Hollins zorgde zijn ouden bekende niet uit het oog te verliezen en keek tegelijkertijd scihexp luit naar een mogelijken vijand. Finney legde een opmerkelijke zin voor strategie aan den dag in de wijze waarop hij zijn bescherme ling door het stadje voerde om eventueele achter- volgers hun spoor bijster te maken. En tevens toonde hij daarbij een voor een invalide als hij op merkelijke kwiekheid. Hij klom over hekken, stak onbebouwde stukken grond over, klauterde over spoorwegdijken, kwam terecht op de donkerste ge deelten van de lijn en in slechtbegaanbaar terrein vol gaten en kuilen aan de andere zijde, ging voor door kronkelige stegen en nauwe straatjes, om tenslotte Hollins aan den kant van de rivier te brengen, op een punt waar een uitgestrekte laad plaats langs de vaag, opdoemende, grillig-gevormde daken en schoorsteenen van de glasfabriek liep. Het was hier doodstil; Finney bleef onder een zwart berookten muur staan, in afwachting van de komst van Hollins. „Wacht hier een oogenblik, Bill", fluisterde hij. „Ik ga even om den hoek va nde straat daar de whisky halen. Daar kan ik goede' krijgen". „Zeg", antwoordde Hollins, „neem wat mee om te eten. Ik rammel van den honger". Maak je maar niet bezorgd, Bill, stelde de nacht waker hem gerust, „je zult niets te kort komen. Ik heb mijn eigen avondmaal klaar en er is meer dan genoeg voor twee". Hij verwijderde zich en Hollins wachtte achter den steenen muur tot zijn gastheer, terugkwam met een pakje onder zijn arm en na Hollins toege fluisterd te hebben hem te volgen, scharrelbeende de nachtwaker weer voort. Het was nu pikdpnker er viel een motregen en van de rivier kwam een koude, vochtige wind. Hollins vond de omgeving verre van behagelijk; hij dacht met meemoed aan het comfort van het hotel in Birmingham, waar hij den vorigen nacht had doorgebracht. Plotseling besefte hij, met een eigenaardige ge waarwording van vrees en verlatenheid, dat hij de moed niet zou hebben, dat hotel vanavond bin nen te gaan, noch een andere openbare plaats -m dat hij dat de komende avonden evenmin zou durven. Al zijn voorzorgen ten spijt, 'strekte de sterke arm der gerechtigheid zich naar hem uit. Finney hielt halt bij de groote ingangspoort van de glasfabriek; na eenig gemorrel met een sleutel ging een deur in den muur open en hij beduidde Hollins naar binnen te gaan. Toen de deur achter hen gesloten was, legde Finney zijn hand op den arm van zijn metgezel terwijl hij hem langs den muur voerde tot ze bereikten wat zich in de duis ternis als een huis opdeed, met den hoogen muur alsals buitenzijde van den achterkant en den voor gevel naar de binnenplaats gekeerd; het bouwsel gaf een lichtende plek in de duisternis. Hier ontsloot Finney een andere deur, verzocht Hollins binnen te stappen en leidde hem door een donkere gang naar een kamer die slechts door de gloed van een góed-brandend open vuur werd ver licht. Hij streek een lucifer af en stak een gaspit aan. Hollins keek om zich heen en merkte op dat hij in een gerieflijk gemeubelde woonkamer stond. Hij wierp een angstige blik naar een raam, waar een gordijn voor hing. „Maak je maar niet bezorgd, kerel", stelde Finney hem met een geruststellenden knik op zijn gemak. „Dat raam heeft zoowel blinden als gordijnen en in de blinden is geen kijkgat. Ik zal de andere deur even grendelen en we zullen het ons gezellig maken en een stukje eten. Mijn eerste ronde hoef ik pas over een uur te beginnen". Hij bolderde weg, deed den grendel op de deur, kwam terug, schoof voor Hollins een gemakkelijke stoel bij den haard en pookte het vuur op tot dansende vlammentongen omhoog lekten. Daarna ontkurkte hij een van de whiskyflesschen en plaat ste die met een glas en een kan water naast Hol lins' arm. „Nee maat", protesteerde Hollins, „twee glazen; we drinken samen". „Nou, een druppeltje dan", stemde Finney toe. ..om op je gezondheid te drinken". Hollins schonk zichzelf een royaal glas in Finney mat de hoeveelheid met een scherp-monste- renden blik uit zijn ooghoek en trok zijn conclu sies. Hij begon toebereidselen voor den maaltijd te maken; middenin hield hij op en trok een krant uit zijn zak. „Misschien wil je de Evening Post wel zien. Bill?" vroeg hij, „terwijl ik voor het eten zorg". Hollins dronk zijn glas leeg, bediende zich op nieuw en vouwde met trillende vingers de krant open. Wat hij las maakte hem ziek van angst zoo slap en wee dat het blad hem bijna uit de handen viel. Alles was verkeerd geloopen, alles had zich tegen hem gekeerd. Ze waren er op uitgegaan om Lloyd te zoeken, hadden zich naar het plateau begeven waar hij en Lloyd de wacht hadden ge houden bij Vasalli's lichaam; een hond die ze mee genomen hadden, had de rotsen aan den rand van de kloof besnuffeld; de kloof zelf was onderzocht en het lichaam van Lloyd, met den verbrijzelden schedel, was ontdekt. En nu stak de vergelding haar duizend gruwelijke onontkoombare grijpvin gers naar William Hollins uit! William Hollins voelde zich vervelend. Hij ver- wenschte zichzelf en hij verwenschte Lloyd hij was thans in een gemoedstoestand om iedereen en alles te verwenschen. Maar daar dat niets gaf, zocht hij zijn heil maar weer bij de whisky. Finney zag dat hij van de kook was en wachtte zijn tijd af hij had spoedig het eten opgedaan en noodig- de zijn gast uit zijn stoel aan tafel te schuiven en aan te vallen. Hollins beantwoordde de aanmoe diging slechts met een armzalige poging tot be leefdheid: hij was gemelijk en suf en niet bepaald onderhoudend of aangenaam gezelschap. Het kostte hem zichtbaar moeite een hap door de keel te krijgen; een paar maal liet hij zijn mes en vork zakken en staar-de naar zijn gastheer, alsof hij niet goed wist wat hij van hem moest denken. Na het eten gaf hij zijn verlangen naar een warme groc te kennen en sloeg dit brouwsel in zulke enorme hoeveelheden naar binnen, dat Finney vreesde dat hij stomdronken zou worden en een scène maken. Maar Hollins werd steeds rustiger naarmate de avond verliep en de inhoud van de eerste flesch whisky verminderde; tenslotte ging hij naar bed in een kamertje dat aan de woonkamer grensde, in een vredige stemming. De tweede flesch whisky ging met hem mee. Finney sloot hem in zijn kamer op en ging zijn ronde doen. Toen hij weer terug was, luisterde hij aan Hollins' deur en hoorde neits. Later luisterde hij nog eens en verbeeldde zich, dat hij onmisken baar het geluid van snurken hoorde. Toen was hij tevreden en blij dat drank bij Hollins een derge lijke kalme uitwerking had. Den volgenden morgen om acht uur hinkte Fin ney de kamer van zijn gast binnen en riep hem vanuit de geopende deur. Hij kreeg geen antwooid en stommelde naar het bed. Daar lag Hollins. dood één oogopslag liet hem daaromtrent geen twijfel. De whiskyflesch leeg tot den laatsten druppel, rustte in de buiging van zijn arm. HOOFDSTUK XII. De oven in de glasfabriek. Mr. Stafford pinney's onmiddellijk handelen ne de ontdekkir dat zijn vriend William Hollins, dood was. typ. :de des heeren Finney's bijzondere kwaliteiten volkomen. Hij hinkte kalm naar de deur terug, nam den sleutel aan den anderen kant van de deur er uit, stak hem in het slot aan zijn kant en sloot zichzelf op met den overledene. Daarop ging hij terug naar het bed en onderwierp het lichaam aan een nauwkeuriger, zij het opper vlakkig onderzoek, juist voldoende om zich te over tuigen, dat er geen schaduw van twijfel kon be. staan, dat Hollins inderdaad dood was. En terwijl hij dat deed, overdacht hij rustig de situatie. „Niemand, die Bill gisteravond heeft zien drin ken", peinsde mr. Finney, „zou ook maar eenigs- zins verrast zijn bij het vernemen van Bill's .dood tengevolge van zijn onmatigheid. Hij heeft, op een kleinigheid na, twee groote flesschen whisky leeg gedronken en hij deed er verdraaid weinig water bij. Ondertusschen zal er iets met het lichaam ge daan moeten worden. Maar dat kan nog even wach ten ik moet eerst eens weten wat vriend Bil' noal bij zich heeft". De overleden mr. Hollins had zich met zoo min mogelijk omslag en tijdverlies ter ruste begeven. (Wordt vervolgd^

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1940 | | pagina 8