NEKKIE-RAF
Een man verdween...
VRIJDAG 20 SEPTEMBER" 1940
Hoe verduister ik mijn liuis
Wenken van deskundigen.
Onder den titel „Buiten donker binnen licht"
geeft de vereenigiog van directeuren van eleetrische
bedrijven in Nederland een vlugschriftje uit met
wenken over de vraag: Hoe verduisteren en toch
goed verlichten?
Daarin wordt gezegd: Verlicht binnen zooveel
mogelijk normüal en zoek het voldoen aan de ver
duisteringsvoorschriften in afscherming van de
ramen.
Handh'aaf in ieder geval een goede verlichting
van alle in gebruik zijnde vertrekken.
Maak de lichtafscherming zoo, dat daarvan over_
dag geen hinder wordt ondervonden.
Het naar buiten dringen van licht van ruimten
- uit die van lichte overgordijnen zijn voorzien en
waarin geen werk wordt verricht, kan worden
voorkomen door deze gordijnen lichtkieren ver
mijdende zorgvuldig te sluiten en bovendien
lampen met beperkte lichtuitstraling toe te passen
of de aanwezige verlichtingsornamenten deugde
lijk af te schermen. In een lampekap kan hiertoe
b.v. een voering van dubbel zwart satinet met een
laagje wit satinet worden aangebracht. Het witte
satinet wordt van een breeden zoom voorzien,
waardoor een band kan worden geregen om de ope
ning te beperken. In ieder geval moet worden
voorkomen, dat licht naar buiten dringt.
Zorg er voor, dat bij het openen van de buiten
deur geen licht naar buiten valt. Verwijder de
gloeilampen uit buitenlichten en uit ganglampen
direcht achter de buitendeur.
Een klein raampje kan desnoods wel met behulp
\Tan stevig papier worden afgeschermd. Zoom de
randen van het papier dubbel om en naai in de
vier hoeken lusjes van elastiek. Daarmee kan het
papier op vier haakjes worden vastgezet.
Heeft u nog een oud lapje zwarte stof, dat geen
licht doorlaat, dan kan ook dit in plaats van pa
pier worden gebruikt.
Moetf'n eenvoudig armatuurtje worden afgeschermd
b.v. een melkglazen plafonnier in portaal of gang,
dan kan dit verkregen worden met een rokje van
boerenbont of iets ander;;, eerst gevoerd met zwarte
stof en daarna met witte.
Het licht is afgeschermd en men kijkt niet den
heelen dag tegen een zwarte lap aan.
Dus in het algemeen wel verduisteren, maar niet
versomberen.
Een raam in de keuken of in een bij vertrek, waar
geen of zeer lichte overgordijnen hangen, 'kan wor
den afgesloten door een stuk triplexplaat of een
stevig stuk carton, dat aan de randen op houten
latten is gelijmd of gespijkerd. In beide gevallen
kan de ophanging het eenvoudigst geschieden met
behulp van vier schilderijhaken. In de plaat of in
de omlijsting van het carton make men langwer
pige gaten.
Het aerton of de plaat kan ook voor het venster
worden vastgezet met wervels of knevels.
In vele gevallen zijn de overgordijnen in de
huiskamer zwaar genoeg om geen licht door te la
ten. Zijn zij dit niet dan kunnen zij van een extra
voering worden voorzien, b.v. van satinet of van
een andere ter beschikking staande donkere stof.
Ook kan een zwart lancaster gordijn, b.v. van een
niet gebruikt vertrek, goede diensten bewijzen.
Hangen gordijnen, die geen licht doorlaten, op
eenigen afstand van het raam dan kan ter be
scherming aan de bovenzijde een val van zwart
papier achter de overgordijnen tegen het raam
worden aangebracht.
Afscherming aan de zijkanten is als regel een
voudig mogelijk door hier de gordijnen, b.v. met-
punaises, aan de kozijnen te bevestigen.
Hangen de gordijnen dicht tegen het raam, dan
kan de. val aan de kamerzijde worden aangebracht.
Deze kan van zwart papier zijn, doch ook van
voorradige donkere stof. De val kan op een lat.
worden bevestigd, die iets boven het gordijn tegen
den wand wordt aangebracht.
Hoe de verduistering te controleeren?
Wachten tot het buiten volkomen donker is. In
huis alle lampen aansteken. Buiten uw oogen eerst
aan de duisternis laten wennen .Het huis van alle
kanten, van dichtbij en op een afstand, bekijken.
Let vooral op de dakramen. Controleer of bij het
openen van deuren binnenshuis licht in andere
vertrekken valt, dat buiten zichtbaar is.
Wat niet te doen?
Zelf eleetrische installaties veranderen en hier
voor niet de hulp van een installateur inroepen.
Metalen kappen om metalen lamphouders aanbren
gen .waardoor gevaren ontstaan.
Metalen afschermmiddelen met scherpe randen
toepassen, aangezien dit beschadiging van de lei
dingen naar de lamp ten gevolge kan hebben.
Lampen verven, omdat vele verven voor dit doel
geen stand houden en sommige den electrischen
stroom geleiden.
Bij herhaling punaises gebruiken, die immers het
houtwerk beschadigen.
Papier gebruiken voor afschermingen, die eiken
dag verwijderd moeten worden, omdat papier daar
niet tegen bestand is.
Schroeibare stoffen, zooals zijde, papier e.d. te
kort bij groote gloeilampen hangen, omdat dit
brandgevaar oplevert.
(Deze uitgave is goedgekeurd door de Rijksin
spectie voor de Luchtbescherming).
EXAMENS.
ACADEMISCHE OPLEIDING.
Geslaagd aan de Gemeentelijke Universiteit te
Amsterdam voor het cand.-ex. economie de heer J.
Hoffman, voor Hoogduitsch M.O.B. de heer W. B.
Rombauts, Den Haag.
Volksuniversiteit.
Eenige bijzonderheden over het programma.
Nu de autoriteiten vergunning hebben gegeven
voor het doorgaan van de cursussen van de Haar-
lemsche Volksuniversiteit, kan eenige inlichting
worden verstrekt over het programma. Met het oog
op de verduistering, zullen de lessen zooveel mo
gelijk op Zaterdagmiddag ook een enkele op
Zondag worden gehouden. Echter zal ook ge
tracht worden een enkele cursus op een avond
en wel een lichten maan-aVond te laten door
gaan. Datzelfde is ook het geval met een enkelen
filmavond.
De onderwerpen, welke behandeld zullen wor
den, zijn: Wijsgeerige problemen door prof: Pos;
Hoofdmomenten uit de wereldliteratuur door dr.
Bierens de Haan; Ontwikkeling der beeldhouw
kunst door dr. v. d. Boom; Vragen betreffende het
Christelijk Geloof door ds. Waardenburg; Oud-
Haarlem door dr. Spoelder en De schatten der
Stadsbibliotheek door der, heer P. V. de Witt. Ook
zal getracht worden een werkcursus Engelsche
taal te laten doorgaan. En voor leden en introdu
cés zal een filmavond worden georganiseerd.
In den loop van de volgende week zal het vol
ledige programma uitkomen, dat aan de leden zal
worden toegezonden en dat niet-leden bij de boek
handelaren gratis kunnen verkrijgen.
Begrafenis C. de Wijnian.
In den ouderdom van 60 jaar is te Haarlem on
verwacht overleden de heer C. de Wijman, oud
diaken van de Ned. Herv. Kerk en oud-regent van
het Diaconiehuis der Nederd. Herv. Gemeente.
Nadat in het Diaconessenliuis ds. A. M. Boeijinga,
Gereformeerd predikant, voor de naaste familie
leden van den overledene een rouwdienst had ge
leid, werd het stoffelijk overschot op de begraaf
plaats aan den Bergweg te Bloemendaal ter aarde
besteld.
Onder de talrijke aanwezigen merkten wij o.m.
op den oud-voorzitter van het college van regenten
van het Diaconiehuis, den heer S. de Clercq, eenige
diakenen van de Ned. Herv. Kerk, een aantal oud-
Kerkeraadsleden, het bestuur van de Wagenmakers-
vereeniging in Nederland en bestuursleden van de
Vereeniging van Huiseigenaren.
In de aula herdacht de voorzitter van de Wagen-
makersvereeniging, de heer Zevenhoven te Gouda,
in gevoelvolle woorden den overledene als een
trouw vriend en medewerker gedurende een 20-tal
jaren.
Aan het graf sprak de heer E. v. d. Wall als oud-
Kerkeraadslid, die er o.a. op wees, hoe de heer De
Wijman een groot deel van zijn leven had besteed
in dienst van de .barmhartigheid. „Rustig en waar
dig, als een Godvreezend man. ging hij zijn weg.
Zeer velen is hij tot steun en troost geweest".
Spreker richtte zich met woorden van troost tot
de familie.
De schoonzoon van den overledene, de heer M. J.
Henneman, dankte de sprekei's en de aanwezigen
voor de betoonde belangstelling.
HAARLEMSCHE RECHTBANK.
Een aanrijding niet
ernstige gevolgen.
Op 14 April reed een melkventer met zijn
driewielige motorbakfiets op de P. J. Troel-
stralaan te Zaandam een voetgangster aan,
met het gevolg dat deze een gecompliceerde
breuk aan het onderbeen kreeg, waarvan ze
thans nog niet hersteld is.
Gistermiddag verscheen de melkventer voor de
Arr. rechtbank te Haarlem, verdacht van roeke
loos en onverantwoordelijk rijden. Het ongeluk
gebeurde 's avonds om een uur of 8.
De laan was ter plaatse slecht verlicht, en de
melkventer reed volgens zijn zeggen met een
vaart van ongeveer 25 K.M. per uur.
Hij had niet gemerkt dat hij iemand had aan
gereden. Alleen aan een schok merkte hij dat er
iet-s mis was. Het was echter een ander, een ar
beider uit Landsmeer, die den melkventer er op
opmerkzaam maakte dat hij iemand had aange
reden.
De arbeider zorgde ervoor dat er hulp kwam. De
melkventer zelf echter vertrok voordat nog hulp
ter plaatse was.
De president wees hem op het laakbare van zoo'n
optreden.
Een agent van politie verklaarde dat de ver
lichting van het voertuig geheel onvoldoende
was; de lampen waren verkeerd gericht en het
schijnsel was veel te zwak.
De officier concludeerde dat de verdachte
hoogst roekeloos heeft gereden, temeer omdat het
op den betreffenden weg zaak is dat speciaal op
voetgangers gelet wordt, daar deze hier niet over
een apart pad beschikken. De eisch luidde: 3
maanden hechtenis en 1 jaar intrekking van het
rijbewijs.
Uitsp. over 14 dagen.
Dunne paling.
Waarom de dunne geen tijd krijgt dik te
worden.
Een abonné-inzender is verontwaardigd. „Paling
10 cent per bos, vier in een bos." Jawel, maar 't is
er ook paling naar, fulmineert hij. Groote spij
kers, daar kan men beter van spreken en
wat is het jammer, dat die veterdunne dingetjes
niet behoorlijk de kans hebben gekregen te ge
dijen tot zware, vette, weldoorvoede palingen,
waar wat aan te kluiven valt, terwijl tusschen vel
en graat van deze schriebeltjes zoo goed als niets
eetbaars zit. Dikke paling is duur, jawel. Maar
dat komt omdat er weinig dikke paling is. Gratis
advies: Men late het kleine goed nog een jaar
of wat zwemmen zoodat er meer voorraad en
daardoor goedkoopere dikke paling komt.
Goed en wel zegt de viseh-specialist, die ons
vriendelijk van voorlichting dient maar het is
nu eenmaal een tijd van grooten palingnood.
Zweden en Denemarken leveren ons niets meer
en we hebben een slechten winter achter den
rug, zoodat er weinig gevangen wordt, zoodat je
uit duizend kilo paling hoogstens vijftig kilo
haalt die de moeite waard is. De rest weer in het
De zuurkool-inmaak is in den Langendijk begonnen. Aanvoer langs den
loopenden band.
(Foto Pax Holland.)
water gooien? Dat is niet te vergen van de paling-
visschers, die hun plicht doen, als ze zich aan de
minimum-maat houden, 't Is waar, die minimum-
maat is krap genoeg en het is werkelijk niet de
eerste keer, dat het verlangen aan den dag komt,
die maat te verhoogen, maar ik behoef u maar
aan de puf-visscherij-beslommeringen te helpen
herinnerendaar zit zooveel aan vast-en
met die kleine paling is 'het al precies het zelfde.
Toegegeven, veel zit er niet aan vier van die
aaltjes, maareen dubbeltje is ook niet veel,
vooral niet als men bedenkt wat er al niet voor
gedaan moet worden. Werkelijk, goede raad is
hier duur en alleen de Visscherij-Inspectie zou
hier regelend kunnen optreden, maar erg groot
lijkt de kans op 't oogenblik niet.
BURGEMEESTERS VAN SASSENHEIM EN
NUNHEM GAAN HEEN.
Bij besluit van den secretaris-generaal van
het departement van Binnenlandsche Zaken van
17 September is, met ingang van 1 October 1940,
aan mr. Th. J. H. Aquarius, eervol ontslag ver
leend als burgemeester der gemeente Nunhem
(Limburg)
is met ingang van 1 Januari 1941 aan J. P. Gou
verneur eervol ontslag verleend als burgemeester
der gemeente Sassenheim.
VOOR DE KINDEREN
Na afloop van het feest wordt de
slimme vos bij den koning geroepen.
Hij moet een kroontje opzetten en
aan zijn linkerhand gaan zitten. Dat
deed de vos dan ook. En de pelikaan,
de zeemeeuw, de raaf, de eend en
heer Langbeen zijn getuigen. Want
de koning neemt een pen met een
veer en teekent op een groot stuk
papier zijn naam en roept den vos uit
tot eersten pennelikker aan het hof.
Hoera!!
Eenige dagen later moet de arme
Raf voor den rechter komen. Klink
nagel bracht hem er' heen. De edel
achtbare heer Pelikaan kijkt hem
doordringend aan.
„Raf," zoo spreekt hij plechtig, „ik
heb de feiten, waarvan je wordt be
schuldigd, gelezen en gehoord. Mor
gen zal je worden veroordeeld. Heb
je nog iets te zeggen?"
En nogmaals kijkt hij Raf in de
groote, domme oogen.
Toen dan eindelijk de dag was aan
gebroken, dat Raf zou worden ver
oordeeld was heel de dierenwereld op
de been. De koning zat vlak vooraan.
In het openbaar stond Raf terecht.
Zijn handen en hoofd vastgeklonken
in het schandbord. Vlak voor hem de
edelachtbare heer rechter Pelikaan.
„Nekkie-Raf," zoo spreekt hij, „alle
dieren zullen oordeelen wat uw straf
zal zijn. Wij zullen een stemming
onder hen houden. Over een uur zijn
we klaar."
Het collectief contract in t
metaalnijverheid.
Het komt vrijwel overeen met liet cnni»,.i
1930/31.
AMSTERDAM, 19 September. Men deelt
van werkgeverszijde het volgende mede: 5
In de metaalindustrie waren reeds eerder
tieve contracten geweest. Het laatst dat van ISri
hetwelk toen na de ingetreden crisis niet ver'a
werd. In den aanvang van 1939 werden opa*
onderhandelingen geopend, doch bij het uitbri
van den oorlog in September 1939 voor onbepsS
tijd opgeschort. Behalve over de looncijferj, i
toen over den inhoud reeds overeenstemming q
kregen. Eenige maanden geleden werden de
sprekingen hervat, hetgeen thans tot een totsy
koming der collectieve overeenkomsten heeft*
leid. De inhoud komt de cijfers zelf daar&j
over het algemeen geheel overeen met detj
lectieve overeenkomst 1930/31. Zij bevat een
soonlijk minimum uurloon en een minimi® j
middeld uurinkomen en houdt o.m. dezelfde i
deeling der werklieden in drie vakgroepen, e
vacantie van een week en een bepaling betrefia
de werkliedenvertegenwoordiging in,
(AM.)
VOEDINGSTENTOONSTELLING IN HEI
VEILIGHEID SMUSEUM.
Naar het A.N.P. verneemt ligt het in de befo
ling binnenkort in het Veiligheidsmuseum te te
sterdam vermoedelijk na afloop van de th
gehouden luchtbeschermingsténtoonstelling -
voedingstentoonstelling te organiseeren in
werking met verschillende vereenigingen, huishsaj
scholen en wetenschappelijke instellingen.
Het doel van deze tentoonstelling zal zijn I
groote publiek te laten zien hoe vooral nu dt a
menstelling van een voedzaam, smakelijk en b
goedkoop middagmaal kan worden bereikt. Bora
dien zal veel aandacht worden besteed aan de ïj
vaa bereiding, omdat daardoor de voedingswa*
belangrijk kan worden verminderd. Er zullen
demonstraties worden gehouden onder leiding n
deskundigen.
In den vorigen oorlog werd in dit m
soortgelijke expositie gehouden.
Oprichting van grasdrogerijen wmJ
aangemoedigd.
Ook voor het jaar 1941 zal door het rijk W
een beperkt aantal te stichten grasdrogena
respectievelijk uitbreiding van bestaande p»
drogerijen, financieele steun worden verleend.
Deze steun zal, onder bepaalde voorwaarden.fi
vorm hebben van een subsidie ongeveer ter greö
van den aankoop van het eigenlijke grasdroogappi-
raat, terwijl voorts de mogelijkheid bestaat, ff
voor den aankoop van grond, gebouw enz. tegs
zakelijke of persoonlijke zekerheid een crediet tefü
matige rente wordt verleend.
Nadere voorwaarden kunnen worden a;
bij den directeur-generaaj van den landbotf
departement van landbouw en visscherij te 's-Cii-
venhage.
Bij de toewijzing zal door genoemden d
generaal met de volgorde van binnenkomst vans
definitieve aanvragen rekening worden g'1""
door LESLIE FORD.
8)
„Bonjour, Cecily. Hebben ze hem op Cinnabar zoo
opzichtig uitgedost?Hoe maakt u het, mevrouw
Chapman?"
George wendde zich naar mij voorkwam, een
beetje stijfjes tot mij. „Grace, dit is mijn zwager.
De heer Ridley, mevrouw Latham. En dit is Bill
Latham". Hij boog zich voorover en kuste de ten
gere, een beetje timide vrouw met grijzend haar, die
by Alexander Ridley's joviale drukdoenerigheid
was komen aanloopen.
„Hoe gaat het er mee, May? Waar komen jullie
zoo plotseling vandaan? Je kent Cecily en mevrouw
Chapman dit zijn mevrouw Latham en Bill La
thamDit is mijn zuster, Grace".
Ik hoop maar dat ik niet gezegd heb: „Dat meen
je toch niet?" Het lag in elk geval op het puntje van
mijn tong. Het was me een raadsel, hoe iemand als
zij zoo zacht en kleurloos, zoo weinig beslist, zoo
oud een zuster van George kon zijn.
„Alexander dacht dat het wel een mooie tocht zou
zijn", zei ze. „We waren naar de tentoonstelling in
San Francisco geweest en we konden voor hetzelf
de geld langs deze route terugreizen. Het is buiten
gewoon interessant. Toen we gisteravond aan kwa
men rijden, zagen we den grooten geyser Old Faith
ful spuiten, en vanmorgen toen we wegreden weer".
De heer Alexander Ridley had zich van Cecily
meester gemaakt; zijn vrouw volgde hem met
eenigszins beangste, vermoeide oogen. Zij stonden
voor de breede ramen te genieten van het uitzicht
over het door de zon beschenen meer. „Nooit zoo
iets moois gezien", hoorde ik zijn luidruchtige
stem. „Mooie tocht; prachtig park. Zou het voor
niets ter wereld hebben willen missen."
„Is uw dochter hier ook?" vroeg mevrouw Chap
man.
„Die zit in een andere bus", antwoordde mevrouw
Ridley. Alexander vindt, dat ze meer met jonge
öienschen moet omgaan".
Bill en ik slenterden weg om wat rond te kijken
en plotseling, zonder de minste waarschuwing, ston
den wij van aangezicht tot aangezicht tegenover een
groote vierkante granieten gedaante, die vastgewigd
zat in een te kleine rieten leunstoel. Toen sergeant
Phineas Buck's oogen mij ontdekten, liet hij uit
verbijstering zijn krant op zijn knieën vallen. Hij
staarde mij met schelvischoogen aan en zijn door
groefde steenen gezicht nam langzaam de kleur aan
van gepolijst koper. Toen rukte hij zich uit de om
klemming van zijn stoel los en stond op. Hij mon
sterde met afkeer mijn vuile verfrommelde katoe
nen rijbroek en stoffige laarzen en scheen voldoe
ning te vinden bfj het zien van mijn verbrande en
vervellende neus.
„We dachten dat u in Europa zat, mevrouw", zei
hij uit den hoek van zijn mond; zijn vierkante kaak
stak dreigend naar voren.
„U bedoelt zeker dat u wenschte dat ik daar zat",
Ik ging voort: „Nee, we zijn hier, zooals u ziet
Bill, je herinnert je sergeant Buck toch nog?"
Zij schudden elkaar de hand, toen ik mevrouw
Chapman hoorde roepen: „Kom mee, Grace. Onze
kamers zijn klaar."
„Tot ziens, sergeant", zei Bill.
Buck antwoordde niet. Als hij buitenshuis ge
weest was zou hij zeker achter zich op den grond
gespuwd hebben. Nu hij binnen was, knorde hij
alleen maar en greep weer naar zijn krant. En toen
gebeurde er iets, wat ik voor onmogelijk gehouden
zou hebben. Ik keek achterom, toen wij den liftjon-
gen naar onze kamers volgden, en ik kreeg een
schok van verbazing. Een groote blonde vrouw
en dan bedoel ik heel erg blond van naar schat
ting een jaar of vijfendertig, was opgestaan van een
tafeltje bij het raam en ging op haar gemak en als
of het vanzelf sprak, naast hem in een stoel zitten.
En het meest verbazingwekkende was, dat sergeant
Buck het prettig scheen te vinden! Het was de al
lereerste maal en wij kenden elkaar toch lang
genoeg dat ik hem vergenoegd zag kijken, en ook
de eerste maal dat ik een vrouw gezien had die
moedig genoeg was om hem te durven aanspreken,
laat staan naast hem te gaan zitten.
„O, moeder kijk eens naar da' feestnummer naast
onze ouwe azijnfïesch!" riep mijn zoon uit,
„Ja ja; ik heb het gezien" zei ik. Maak voort zoon,
en vergeet niet je ooren te wasschen. En probeer
eens of je, al is het maar voor één keertje, je haren
kunt kammen."
De kamers die mevrouw Chapman voor ons
gereserveerd had, lagen halfweg de; lange;- gang
voorbij de lift. De mijne lag aan den kant van het
meer, naast die van Cecily, en een kamer die in een
zitkamer was veranderd, scheidde de hare van die
van mevrouw Chapman. De kamer van George lag
tegenover deze laatste en keek uit op de groote;
binnenplaats aan de achterzijde. Daarnaast lag de
kamer van Bill, waar tevens Joe Anders zou slapen
als deze terugkwam. De deuren hadden glazen bo
venlichten, die geopend konden worden om den bries
van het meer te kunen opvangen en de muren wa
ren even dun als in alle zomerhotels. Toen ik op mijn
kamer kwam, hoorde ik naast mij Cecily fluiten
en den kraan van haar bad opendraaien. Ook aan
den anderen kant hoorde ik een bekende stem.
„Dat is een heele familie reünie, hè May?" zei de
heer Ridley vroolijk. „Mag ik een schoon over
hemd van je, beste?Nee, een witDank je,
Neem deze weer wegDank je, beste.
„Het is vreemd dat we George hier moeten vin
den, vind je ook niet?" zei mevrouw Ridley.
„Er komen hier ieder jaar zoo'n half milhoen be
zoekers; dan is het niet te verwonderen dat je be
kenden ontmoet", antwoordde Ridley. „Cecily is wer
kelijk beeld van een meisje. Ik zou willen dat
Lisa iets van haar charme had nee, dat is het
rechte woord niet „vitaliteit" is het meer".
Ik draaide mijn bad aan en liet mijn laarzen op
zettelijk met veel geraas op den grond vallen. Ik
vond dat ik hen wel mocht late weten, dat ik ze
duidelijk kon verstaan. Het scheen geen indruk te
maken. „Het zou me verwonderen als ze nog eens
met hem trouwt", zei May Ridley.
„Ik mag het lijden. Het zou een uitstekende con
nectie zijn. We zouden best wat kunnen gebrui
ken van de zaken van Chapman en Davis. Je zou
daar uitstekend toe kunnen meewerken, als je zoo
ongemerkt je broer een beetje bij de oude mevrouw
Chapman in de hoogte steekt. Hij zal nooit een be
tere». kans krijgen dan nu".
Het bleef een langen tijd stil; toen hoorde ik
Ridley zeggen: „Kom bij dat raam vandaan en luis
ter eens, beste".
Ik begon te wenschen dat ik mijn schoenen niet
zoo luidruchtig had laten vallen. De familieverhou
dingen van de Ridley's begonnen interessant te wor
den.
Een oogenblik dacht ik dat ik nu wel niets meer
zou kunnen opvangen, maar toen ging Ridley ver
der: „Kijk eens hier, May; je gebruikt je verstand
niet".
„Ik zat juist te denken
„Je bedoelt dat je niet denkt", viel haar man in
de rede. „Ik zou willen dat je eens niet langer aan je
broer dacht, maar aan my als dat niet te veel ver
langd is van een man om aan zijn vrouw te vragen.
Ik behoef er hier niet over uit te weiden, maar als er
eenige mogelijkheid is, haar zoover te krijgen, dan
moeten George en Cecily trouwen. Ik verwacht
dat Lisa en jij in deze zullen samenwerken. Goed
begrepen?Je weet dat we een slecht jaar ge
had hebben. Chapman en Davis zullen binnenkort
wel overhoop liggen met de Beurscommissie voor
Beleggingswaarden en daar. kan iemand een lief ho
norarium aan verdienen. Dat George bij de firma
werkt, maakt voor mij nog geen connectie. Maar als
hij in de familie komt, is de zaak voor elkaar.
George heeft familiegevoel genoeg. En het wordt
tijd dat je hem een beetje steunt. Als je soms rede
nen hebt, waarom Cecily je niet aanstaat, dan ver
kies ik die niet te hoorenIk ga nu naar buiten
om te zien, wat er van Lisa geworden is. Als je klaar
bent, kun je oók beneden komen."
Ik hoorde de gangdeur dichtgaan; een oogenblik
later hoorde ik door de afgesloten verbindingsdeur
tusschen onze beide kamers het geluid van onder
drukte snikken. Mevrouw Ridley huilde.
Daarna hoorde ik een deur opengaan, en een
meisjesstem riep uit: „Moeder, lieverd, wat is er?
Wat is er gebeuprd, moeder?"
„Niets, Lisa", zei mevrouw Ridley na een oogen
blik. „Niets bijzonders, lieve meid. Maar luister
eens: George is hier met dat meisje en haar groot
moeder."
..Bedoelt u hier? Hier in het hotel! Ik dacht dat hij
ergens op een ranch was".
„Dat waren ze ook, maar nu zijn ze hier. En hoor
eens, kind: ik zou willen dat je zoo lief tegen .z
was als je maar kunt."
Lisa's stem klonk scherper: Hoor eens
moeder!"
„Ik weet het wel," zei haar moeder haastig,
je moét lief tegen hen zijn. Om mijnentwil."
„U bedoelt om vader," antwoordde Lisa met
derdrukte hartstocht. „Ik vond het'al zoo raar, I
hij plotseling besloot hierheen te gaan. Deiu-^
zomer lang. toen ik graag wou, omdat Barbafl"
Dick hier met hun woonauto waren, hadden we, P
tijd en moesten we dadelijk weer naar New-'®
terug. Ik vond het direct al zoo zonderling dat n?
op gesteld was mij een pleziertje te gunnen.
„Lisa, nu ben je onredelijk!" protesteerde 1'
moeder. „Hij wist niet dat ze hier zouden aja
heeft het voor jouw plezier gedaan. En lieveling-?
moet heusch beloven, aardig tegen iedereen
zijn. Dat zal alles zoo veel prettiger maken.
Ik voelde de gespannen stilte. „Goed dan
eindelijk. „Ik heb Cecile Chapman nooit g®»
ik heb niets tegen haar. Ik kan alleen met v«
gen dat oom George altijd zoo over iedereen n
loopt. Ik houd niet van de manier waarop jP'
behandelt.Toen Dick hem vroeg, hem viFjj
derd dollar te leenen om zijn studie te voltooien,
George, naar hij zei, geen rooien cent; maar
we den heelen zomer naar de Rivièra gaan
een van zijn rijke vrienden een zilveren
koopen, als huwelijkscadeau. En weet je
Barbara en Dick gegeven heeft? Een stel vi^
verts dat hij op de oud roestmarkt in Parijs ge-
heeft; en Barbara krijgt kippenvel van visan
George kan me gestolen worden, maar als
iets meer kan besparen, zal ik wel lief
doen. Kijk dus maar een beetje vroolijk^
en laat me je haar eens wat netter maken. ZUj
na het eten samen naar Barbara en Dick gas
staan in het woonwagenkamp bij de hoi'tvest
hebben het daar denderend leuk!"
De familie Ridley werd hoe langer hoe
waardiger en mijn bad was ijskoud geworden.
bijkcï
envW
{Wordt
vervolg