Opgave van oexeenigingen
en stichtingen-
Vordering van onroerende goederen
voor de Duitsche Weermacht
idelijk
A A Jj PAG 23 SEPTEMBER
1940
)nttrekking
Bepalingen inzake de schadevergoeding
slechts
prAVENHAGE. 21 September. Het ver-
«enblad bevat een verordening van den
issaris voor het bezette Nederlandsche
"betreffende ingebruiknemening van be-
o' en onbebouwde onroerende goederen ten
p van de Duitsche weermacht.
&j wordt bepaald:
Tkel 1 Bebouwde en onbebouwde grond-
met al hetgeen zich, als onroerend goed door
ming daarop bevindt en daartoe behoort
^r) 'worden, indien noodig, door de Duit-
iweermacht door middel van vordering in ge-
'Cr!n gDoor6 het bloot feit der vordering gaat
irht op het uitsluitend gebruik van het on-
d goed over op de Duitsche weermacht,
"i Hkel 2 Een onroerend goed wordt geacht
Herd te zijn, wanneer het vorderingsbewijs
Pv het aan de verordening toegevoegde
Wtë. is aan de Nederlandsche ge
nie bTnnen welker gebied het onroerend goed
Door deze Nederlandsche gemeente moet van
/vordering onverwijld mededeeling worden ge-
aan den eigenaar van het onroerend goed,
i Pde aan hem, die tot het onmiddellijk gebruik
Jan gerechtigd is.
Atikel 3- (1De Duitsche weermacht kan
rie ingebruikneming van een onroerend goed
die tot het onmiddellijk gebruik daarvan
1 is, schadeloosstelling verleenen. Deze
ÊAadeloosstelling bedraagt jaarlijks: a. voor grond-
In welke voor landbouwdoeleinden worden
Shit het bedrag der jaarlijksche pachtwaarde;
voor 'andere gronderven, twee derde deel van
hedrag der jaarlijksche huurwaarde; c. voor al
w «een zich, als onroerend goed door bestemming
net onroerend goed bevindt en daartoe be-
fet (inventar) 6 pet. van zijn waarde als roerend
jan hem.
Als jaarlijksche pachtwaarde wordt aan
een het bedrag, dat binnen de grenzen der
«lelijkheid voor het gevorderde gronderf jaarlijks
r-ït betaald of verkregen kan worden.
(3Als jaarlijksche huurwaarde en als waarde
1 roerend goed wordt aangenomen de waarde,
door den dienst der belastingen als zoodanig
ebielijk is of wordt vastgesteld.
u) Met bodemschade, oogstderving, bemoei
al in de uitoefening van het bedrijf, gederfde
lost uit de exploitatie van bebouwde gronderven
waardevermindering van gronderven ten ge-
r van het gebruik wordt bij het vaststellen
ie°schadeloosstelling geen rekening gehouden.
PACHT- OF HUURWAARDE.
Artikel 4. (10 Bij de vaststelling der pacht-
tsarde moet het bevoegde pachtbureau worden
jboord, ten einde advies uit te brengen. De
Sehrmachtsbezirksverwaltung" is aan dit advies
iet gebonden; zij stelt de schadeloosstelling naar
jgen goeddunken vast. j
(2). Bij de vaststelling der huurwaarde of der
narde als roerend goed moet van de bescheiden
zich onder de onder het departement van
•inanciën ressorteerende diensten bevinden, wor.
uitgegaan. Is uit bedoelde bescheiden de
waarde der gevorderde goederen niet vast te stel
le of is daaruit deze waarde ook niet door verge
lijking met de waarde van goederen van soortge-
|ken aard of ligging noch door bepaling van het
irenredig gedeelte der waarde eener zaak, die
iechts gedeeltelijk is gevorderd, vast te stellen,
lender op moeilijkheden van grooteren aard te
riten, dan bepaalt de „Wehrmachtsbezirksver-
waltung" naar zijn goeddunken het bedrag der
tóadeloosstelling.
(3). De pachtbureaux en de onder het depar
tment van Financiën ressorteerende diensten zijn
Toplicht over de waarde van een gevorderd
p«d inlichtingen te verschaffen aan instanties der
ü.itsc'ne weermacht.
Artikel 5. Bedraagt de schadeloosstelling, als
fcdoeld in de artikelen 3 en 4 minder dan de pacht,
huur of eenigerlei andere vergoeding, welke
lÜ, die tot het onmiddellijk gebruik verschuldigd
dan wordt het bedrag dier vergoeding voor den
far der vordering verminderd tot het bedrag der
ïhadeloosstelling. Wox*dt in het geheel geen scha-
toegekend, dan vervalt de verplich
te tot het betalen dezer vergoeding.
.Artikel 6. (1). Hij, die aanspraak maakt op
töadeloosstselling, dient bij den burgemeeter een
tot schadeloosstelling, volgens het aan de
verordening toegevoegde model, in.
Dit verzoek dient vergezeld te gaan van de voor
ïh vaststellen van de waarde noodzakelijke be-
ieiden.
De gemeente stelt, lettende op artikel 3
b artikel 4, lid 1 en 2, voor zooveel mogelijk
ie waarde van het gevorderde goed vast en legt
Mt verzoek met bijlagen en eventueel vergezeld
vb de door haar vastgestelde waarde aan de
Wor haar bevoegde „Wehrmachtbezirksverwaltung"
"oor.
UITBETALING.
Artikel 7 (1). De gemeenten kunnen maande-
f-'k de helft van het per maand verschuldigde
der op den voet van de artikelen 3 en 4
elde schadevergoedng uitbetalen aan den
artikel 3 bedoelde gerechtigde,, voordat de
oegrootheid der te verleenen schadeloosstelling
leurd^6 "^^^tbezirksverwaltung" is goedge-
(2). Het uiteindelijke bedi-ag der schadeloosstel-
J* "ordt door de „Wehrmachtbezirksverwaltung'
kef k maakt de dienovereenkomstig uit te
I ren ^dragen maandelijks over aan de gemeen-
'^verdere uitbetaling aan de gerechtigden,
t Hy die volgens artikel 3 recht op' schade-
- telling heeft, evenals een gemeente, die be-
lichtst 3'S- in 1 bedoeld, heeft ver-
j.;v' Aan binnen twee weken, nadat de be-
ofJ van de „Wehrmachtbezirksverwaltung" hem
J, °r 15 medegedeeld de beslissing van den hoofd-
v-iv fchef-intendant) bij den weermachtbe
(41 W 'n ^ederland inroepen,
hj j,neer de gemeente, op de wijze als ir
™oeM, aan den gerechtigde meer uitbetaald
w ^em v°lgens de vaststelling van de
V^'inachtbezirksverwaltiing'' of volgens de be-
^en hoofdintendant (chef-intendant) bij
(jjjj ~~*®achtbevelhebber in Nederland toekomt,
de aar> den gerechtigde uitbetaalde scha-
1 "ig alleen dan terugvorderen, wanneer
„Ciun bij het ontvangen der schadeloos-
heid er af t °f te" gevolge van grove onachtzaam-
iinj, m.ede bekend was, dat hem een zoo-
deel n-af 'n geheel niet of althans voor
toekwam. Voor zoover een gemeente
(Adv. Ingez. Med.)
dientengevolg in een mate, die de grenzen der bil
lijkheid overschrijdt, schade lijdt, wordt deze door
het Rijk der Nederlanden gedragen.
UITZONDERINGEN.
Artikel 8. De artikelen 3, 4 en 6 van deze ver
ordening zijn niet van toepassing op:
1), Gronderven van Nederlandsche regeerings-
organen en bureaux, met inbegrip van de opstallen
en al hetgeen zich, als onroerend goed der bestem
ming, op een en ander bevindt en daartoe behoort
(inventar).
2). Alle versterkings- en verdedigingswerken en
vlieghaveninstallaties der vroegere Nederlandsche
zee- en landmacht, ook al zijn deze niet het eigen
dom van het Rijk der Nederlanden.
3). Gronderven met inbegrip van de gebouwen
en al hetgeen zich, als onroerend goed door bestem
ming, op of in een en ander bevindt en daartoe
behoort (inventar), welker eigenax-en zich buiten
het bezette Nederlandsche gebied bevinden, tenzij
de hoofdintendant (chef-intendant) bij den weer-
machtbevelhebber in Nederland in een bepaald ge
val het toekennen van schadeloosstelling toestaat.
Artikel 9. Deze vérordening is niet van toepas
sing op:
1). Gebouwen met inbegrip van al hetgeen
zich als onroerend goed door bestemming, daax-in
bevindt en daartoe behoort (inventar), die volgens
de verordening No. 50/1940 van den Rijkscommis
saris voor het bezette Nederlandsche gebied ge
vorderd worden.
2). Bebouwde en onbebouwde gronderven met
al hetgeen zich, als onroerend goed door bestem
ming, daarop of daarin bevindt en daartoe behoort
(inventar), die vanwege de Duitsche weermacht
gehuurd of gepacht zijn.
Artikel 10. Geen schadeloosstelling wordt toe
gekend voor het gebruik van 29 Mei 1940 door de
Duitsche weermacht van onroerende goederen, met
inbegrip van al hetgeen zich, als onroerend goed
door bestemming, op of in een en ander bevindt
en daartoe behoort (inventar).
Artikel 11. Deze veroi'dening sluit een schade
loosstelling van den betrokkene door het Rijk der
Nederlanden niet uit.
Artikel 12. Deze verordening treedt in werking
op den dag harer afkondiging.
Slechts tijdelijk onttrokken.
GRAVENHAGE, 21 Sept. De verordening
van den Rijkscommissaris betreffende de ingebruik
neming van bebouwde en onbebouwde erven voor
doeleinden van de Duitsche weermacht, sluit den
kring der verordeningen, waarbij de vergoedingen
voor verlichtingen ten behoeve van de Duitsche
weermacht worden geregeld.
In tegenstelling tot de z.g. R-verrichtingen-veror
dening (nr. 49/40), gaat deze verordening er van
uit, dat de weermacht erven slechts voor tijdelijk
gebruik noodig heeft, en niet voorgoed aan den
eigendom behoeft te onttrekken. De vordering van
een zoodanig erf geschiedt door schriftelijke mede
deeling aan de gemeente, waarin het erf gelegen is,
welke gemeente den eigenaar en den directen ge
bruiker hiervan onverwijld in kennis moet stellen.
Voor het in gebruik nemen kan dë"weernxacht een
schadevergoeding betalen en wel aan den tot direct
gebruik van het erf gerechtigde.
Deze schadeloosstelling bedraagt voor landbouw
gronden het bedrag van de jaarlijksche pachtwaarde
voor andex-e gronden tweederde deel van de jaar
lijksche huurwaarde, en voor alles wat zich op het
erf bevindt zes procent van de waarde. De waarde
wordt volgens een vrij oordeel, echter na raadple
ging van Nederlandsche'instanties, zooals de pacht
bureaux en belastinginstanties, vastgesteld. Hij die
aanspraak maakt op de schadeloosstelling moet het
verzoek daartoe bij den burgemeester van de ge
meente, waarin het erf is gelegen, indienen. De ge
meente kan als voorschot maandelijks de helft van
het waarschijnlijk per maand als schadevergoeding
uit te betalen bedrag beschikbaar stellen.
Is de schadevergoeding lager dan een vergoeding
(pacht, huur, enz.), welke de tot direct gebruik ge
rechtigde voor het gebruik van het erf betalen moet,
dan wordt deze vergoeding verminderd tot het be
drag van de door de weermacht betaalde schade
loosstelling.
Geen schadeloosstelling wordt betaald voor het
in gebruik nemen van ex*ven van Nedex'landsche re-
geeringsorganen en Nederlandsche regeeringsinstan-
ties, van verstex'kings-, verdedigings- en vlieghaven
installaties der vroegere Nedeiiandsche zee- er
landmacht, alsmede van erven, waarvan de eigenaar
zich buiten het bezette Nedex'landsche gebied be
vindt. In het laatste geval kan de chef-intendant bij
wijze van uitzondering een billijke schadeloosstel
ling toestaan. Natuurlijk geldt deze verorde
ning niet voor veiTichtingen, welke als inkwartie
ring vallen onder de verordening nr. 50/1940, als
mede in gevallen waarin de Duitsche 'weermacht
volgens privaatrechtelijke overeenkomst gehuurd of
gepacht heeft. Een schadeloosstelling wordt slechts
verleend voor ingebruiknemingen na den 29sten Mei
1940. Een verdere schadeloosstelling van de betrok
kenen door Nederlandsche instanties wordt door
deze verordening niet uitgesloten. (A.N.P.)
Indien de vereeniging geen
economisch doel heeft
V. V. E.-V. V. B. (3-2)
In een wedstrijd waarin de thuisclub een gx-oot
gedeelte door sneller tempo de meerderheid
had, zijn dus de eerste en waardevolle punten
binnen.
De gasten verschenen met twee invallers. Of
dit voor de WB-ers als excuse mag gelden voor
het door haar vertoonde spel is zeer te betwijfe
len. Het uitvallen van van 1 of 2 spelers mag als
zoodanig een verzwakking beteekenen. het spel
type mag niet van een zoodanige gehalte worden,
dat men zich moet afvragen: Is hier soms van
onderschatting sprake.
Nu waren er vele zwakke punten in het ver
toonde spel en van de linies. Het backstel
StrobbeLautsing was zeer slecht. Het op
stellen van Strobbe is foutief. Hij waagt
zich niet van zijn standplaats voor het doel af
te gaan, als tactisch het bezetten van een meer
naar voren gelegen plaats noodzakelijk is. In het
begin van den wedstrijd bracht dit door de snelle
WE-aanvallen angstige momenten. De spil der
Wijk aan Zeeërs, die meer aanvallend dan ver
dedigend werkte, plaatste de ballen over de mid-
denline der WB-ers heen meest op links, waar de
bal bij de zich goed opgestelde voorhoede-spelers
kwam. De zoo snelle buitenspelers der VVE-ex-s
reageerden hier keer op keer op. Dit spel bleef
zoo den geheelen wedstrijd beheerschen tot ver
in de tweede helft. Het vei'trouwen in beide backs
was bij de WB-middenlinie zoek, waardoor zij
genoodzaakt was een verdedigende positie in te
nemen. Verwonderlijk is het dat de beide haif-
spelers van de Wijk aan Zeeëi's zich niet meer
bij dit aanvalsspel hunner clubgenooten aan
sloten. Het stelt het vertoonde spel daartegen
over van VVB in het juiste licht. Zij wist niet en
was ook onmachtig daartoe, welk tegenspel hier
tegenover te plaatsen. Voor de rust scoorde Ver-
zaalberg tweemaal.
Na de rust heeft er een omzetting plaats bij
de WB-ers. Spruit is thans middenvoor, Valk
linksbinnen. Maar ook dan is er van eenig ver
band geen sprake. De backs konden de aanvallen
der WB-ers dan ook zonder veel moeite keeren.
Nadat Verzaalberg de stand op 30 gebracht
had, zagen we kort na elkaar de Wijk aan Zeeërs
twee foutjes maken, die beide even zoovele doel
punten opleverden. Even dreigde VVB het spel te
verplaatsen, maar zij miste de energie en het
doorzettingsvei'mogen.
Einde 32.
Beverwijk—Zeemeeuwen (6—0)
De competitie hebben de roodwitte Beverwij kers
met een flinke overwinning ingezet, die zij volko
men verdienen. Hoewel Zeemeeuwen goed partij
gaf, vooral voor de rust, kon zij toch qua spel en
techniek tegen Beverwijk niet op. In.de eerste helft
viel dit niet zoo bijzonder op, omdat ook de thuis
club er toen heel weinig van terecht bracht. Het
begin van dezen wedstrijd beloofde echter veel,
want Beverwijk ging direct na den aftrap met
vlugge open aanvallen van start, die de Zand-
voorter verdediging veel hoofdbrekens kostte. Al
deze aanvallen leverden niets op en zoo kon lang
zamerhand Zeemeeuwen het spel meer ver
plaatsen. Geruimen tijd ging het spel nu gelijk op
en neer, totdat Max-kx met een hard schot opnieuw
een kort offensief op het Zeemeeuwendoel inluid
de. Ook dit scheen op niets uit te loopen, doch na
ruim 20 minuten spelen zette Holman scherp voor.
De doelvei'dediger verzuimde snel genoeg uit
loopen, waardoor Marx langs hem heen het leder
in het doel plaatste. (10). Doordat de verdedi
ging even het zelfvertrouwen kwijt was kwamen er
nog meer kansen welke, echter alle onbenut bleven.
Ondanks het feit dat Beverwijk, dat met een
stei'k teruggeti-okken middenlinie speelde, het beste
van het spel hield kon Zeemeeuwen het meerma-
's-GRAVENHAGE, 21 Sept. Het Verorde- 1
ningenblad bevat een verordening van den Rijks
commissaris voor het bezette Nederlandsche ge
bied, houdende bepalingen ter verkrijging van een
overzicht (Erfassung) van vereenigingen van
personen en stichtingen zonder economisch doel.
Hierin is bepaald:
ARTIKEL 1.
1. Alle vereenigingen van personen (vereeni
gingen, bonden, organisaties en soortgelijke in
stellingen) alsmede alle stichtingen in het bezette
Nederlandsche gebied, zonder economisch doel,
moeten binnen 20 dagen na het in werking treden
van deze vërordening worden opgegeven bij den
bevoegden procureur-generaal, fungeerend direc
teur van politie.
2. Bevoegd is de procureur-generaal, fungee
rend directeur van politie, binnen wiens rechts
gebied de vereeniging van personen of de stich
ting is gevestigd. Wanneer er geen pdaats van
vestiging is, dan wordt de bevoegdheid bepaald
naar de plaats, waar het bestuur wordt uitge
oefend. Is ook deze niet aan te wijzen, dan geldt
de plaats, waar hij, die op den voet van artikel
3 tot aanmelding gehouden is, zijn woonplaats
of zijn gewoon verblijf heeft.
ARTIKEL 2.
1. Een vereeniging van personen wordt geacht
geen economisch doel na te streven, wanneer
haar doel niet in de eerste plaats gericht is op
het verkrijgen van op geld waardeerbare voor-
deelen ten behoeve van de vereeniging of van
haar leden.
2. Het eerste lid is van overeenkomstige toe
passing op de in artikel 1 genoemde stichtingen.
ARTIKEL 3.
Het bestuur van de vereeniging van personen
of van de stichting of, hij onstentenis daarvan,
hij, die met de dagelijksche leiding is belast, is
tot het doen der opgave gehouden. Ontbreekt
ook laatstbedoelde dan dient de opgave te ge
schieden door dengeen, die de belangen van de
vereeniging of stichting waarneemt", hetzij krach
tens een hem van overheidswege gegeven op
dracht (bijvoor-beeld als liquidateur), hetzij
krachtens eenige andere lastgeving.
ARTIKEL 4.
(1) De opgave geschiedt door het indienen
van een ingevulde vragenlijst en van een vermo
gensstaat. De indiening dezer stukken geschiedt
in duplo. Twee exemplaren der statuten dienen
te worden bijgevoegd.
(2) Zij, die tot het doen der opgave gehouden
zijn, moeten tijdig aan de in artikel 1 genoemde
instantie een verzoek om toezending van de be-
noodigde formulieren indienen, een en ander
onder nauwkeurige opgave, op welke der in het
eerste lid van artikel 1 genoemde organisaties
dit verzoek betrekking heeft.
ARTIKEL 5.
(1) Tot nader order mag over bestanddeelen
van het vermogen van de in het eerste lid van
artikel 1 genoemde vereenigingen slechts worden
beschikt, voor zoover dit voor de loopende zaken
en voor het vereenigingsletven noodzakelijk is.
Boven en behalve voornoemde rechtshandelingen
mogen geen rechtshandelingen worden verricht
of verklaringen worden afgegeven, waardoor op
eenigerlei wijze over bestanddeelen van het ver
mogen wordt beschikt of verplichtingen daartegen
in het leven worden geroepen.
(2) Het eerste lid is van overeenkomstige toe
passing op stichtingen zonder economisch doel.
(.3) Rechtshandelingen, in strijd met de bepa
lingen van het eerste of tweede lid verricht, zijn
van onwaarde
len tot doelman van Roon brengen. Van Roon had
stevige en trapvaste backs voor zich, maar die
elkaar vaak niet begrepen. Meer dan eens vielen
zij samen één speler aan, waardoor de Zandvoox--
ters vrij voor doel kwamen te staan.
De voorhoede van Zeemeeuwen was echter niet
het stei'kste deel van het elftal. Vaak aardig sa
menspelend, maar voor doel was het mis en geen
schutter, die van Roon op proef kon stellen. Rust
1—0.
In de tweede helft kweet het middentrio zich
direct meer van de aanvallende taak. met het ge
volg, dat de bezoekers in de verdediging gedrongen
werden. Voor het doel werd echter zoowel door Be
verwijk als door de gasten geprutst. Beide doelver-
dedigers hadden tot dusver dan ook een zeer gemak
kelijke taak gehad. De eerste keer, dat de Zand-
voorter doelman getoetst werd, leverde dit indirect
een doelpunt op. Hij stompte het harde schot cor-
ner, welke Teeling zoo nauwkeurig nam, dat deze
zonder dat iemand het leder aanraakte in het doel
verdween. (20). Dit doelpunt was voor Bever
wijk de stimulans om er nog een schepje op te
gooien. De verdediging der bezoekers werd danig
op de proef gesteld en menige keer ontsnapte het
doel aan een doorboring. Teeling was het, die uit
een corner het leder inzette (30). Wel pro
beerde Zeemeeuwen nog door een omzetting in
het elftal aan de nederlaag te ontkomen, maar het
gaf niets. Achtereenvolgens scoorden J. Albers en
Markx (5—0).
Kort voor het einde van dezen wedstrijd maakte
Holman het halve dozijn vol.
D. E. M.-A. D. O. (4-3)
De traditie getrouw was de strijd tusschen deze
twee rivalen weer uiterst spannend. Met een 43-
nederlaag stuurde D.E.M. het Heemskerksche
A.D.O. naar huis terug.
ARTIKEL 6.
(1) Personen, als in artikel 3 bedoeld, die de op
gave niet tijdig doen, of die bij de opgave onware
of onvolledige gegevens verstrekken, worden ge
straft met gevangenisstraf van ten hoogste twee
jaar en met geldboete Van ten hoogste twee dui
zend gulden of met een dezer straffen.
(2) met gelijke straffen wordt gestraft hij die
in strijd handelt met de bepalingen van artikel 5.
(3) Handelingen, als bedoeld in lid 1 en 2, zijn
misdrijven.
ARTIKEL 7.
De bepalingen vah de verordening no. 24/1940
blijven van kracht.
ARTIKEL 8.
Deze verordening treedt in werking op den dag
harer afkondiging.
MEVR. ANS STROINK LEERARES AAN HET
AMSTERDAMSCH CONSERVATORIUM.
In de vacatux-e-mevr. Ria Focke heeft het be
stuur van het Amsterdamsche Conservatorium
benoemd tot leerares voor bijvak zang mevrouw
Ans Stroink te Haarlem.
VOOR DEN KRIJGSRAAD.
De persdienst van de N.S.B. meldt, dat van den
auditeur-militair in den Haag bericht is ont
vangen, dat de klachten tegen den kapitein die
in den nacht van 13 op 14 Mei j.l. te Alkmaar ver
schillende vrouwelijke leden der N.S.B. heeft ge
dwongen zich geheel of nagenoeg geheel te ont-
kleeden, naar den krijgsraad zijn verwezen en
dat het voor-onderzoek door den officier-commis
saris nagenoeg is voltooid.
1940.
Een arm vol prachtige oogst voor cte munter-
campagne, welke weer voor de deur staat en
waarvoor de eerste pluk in de Haarlemmermeer
een aanvang heeft genomeri.
(Foto Pax Holland.)
DE VOORRAAD VOOR HET KOMENDE JAAR. De bietenoogst is begonnen en
binnenkort worden ze weer bij honderdduizenden tegelijk in de fabrieken ver
werkt. De eerste oogst wordt in de Haarlemmermeer verzameld.
(Foto Pax Holland.}
Noteering van 20 September
Spinazie per kilo 813.
Postelein per kilo 711.
Andijvie 100 stx\ 1.502.50.
Koolrapen per zak 1.20.
Wox-telen per bos 57 Yz
Bieten per kilo 26.
Aardappelen, klei per kilo 46'/2
Snijboonen per kilo 1426
Heereboonen per kilo 1014
Roode kool per stuk 811.
Savoye kool per stuk 10.
Bloemkool per stuk 617.
Uien per kilo 5.
Prei per kilo 58.
Sla per 100 krop 1.002.75.
Pieterselie per kist 11.
Selderie per kist 12.
Appelen per kilo 822
Peren per kilo 820.
Pruimen per kilo 15.
Druiven per kilo 36.
De gewijzigde onderwijsverordening.
Onlangs is in werking getreden een wijziging
der „verordening regelende het openbaar onder
wijs, uitgebreid lager onderwijs en buitengewoon
lager onderwijs in de gemeente Velsen."
Volgens deze verordening worden de openbare
lagere scholen niet meer aangeduid met een let
ter, maar met een nummer. De nummering is,
naar wij Zaterdag reeds hebben gemeld als volgt:
School A aan de Kerkstraat wordt school no. 1,
school J. Hadleydwax'sstraat wordt school no. 2,
school D, Heidestra&t wordt school no. 3, school
H, Le Mairestraat wordt school no. 4, school K
te Velsen wordt school no. 5, school E. Eksterlaan
wordt, school no. 6, school G, Wijkei'straatweg
wordt school no. 7, school F, Santpoort wordt
school no. 8, de U.L.O. school Platanenstraat
wordt school no. 9, de B.L.O.-school Houtman
straat wordt school no. 10.
Verder is in deze verordening bepaald:
Leerlingen van de scholen nos. 1, 3 en 5, die
het onderwijs in het 7e leerjaar wenschen te
volgen, worden na volbrenging van het 6e leer
jaar geplaatst respectievelijk op de scholen nos.
2, 4 en 6.
Het onderwijs omvat:
1. voor de gewone lagere scholen de vakken ge
noemd onder de letters a tot en met k van arti
kel 2 der Lager-onderwijswet 1920, waaraan kun
nen worden toegevoegd één of meer der vakken
genoemd onder de letters 1, n en r.
Voor elke school wordt de omvang der leerstof
afzonderlijk vastgesteld, met dien verstande, dat
de scholen nos. 2, 5, 6, 7 en 8 gelegenheid moeten
geven tot opleiding voor Middelbaar- en Voorbe
reidend Hooger Onderwijs.
2. aan school no. 9 de vakken, genoemd in ar
tikel 2 der Lager-Onderwijswet 1920. onder de
letters a tot en met q.
Om tot de gewone lagere scholen te kunnen
worden toegelaten moeten de leerlingen vóór 1
October van het kalenderjaar, waarin die toe
lating geschiedt, den leeftijd van zes jaar bereikt
hebben.
De toelating heeft plaats éénmaal per jaar en
wel op den eersten schooldag na de zomervacan-
tie.
Om tot school no. 9 te kunnen worden toege
laten moeten de leerlingen op. den dag der toe
lating de 6e klasse eener lagere school hebben
doorloopen.
De jaarlijksche inschrijving.
De jaarlijksche inschrijving der leerlingen voor
de gewone lagere scholen en voor de school voor
uitgebreid lager onderwijs moet geschieden in de
laatste helft der maand Mei aan de scholen door
de betrokken hoofden.
Burgemeester en Wethouders beslissen op welke
school de leerlingen zullen worden geplaatst, zulks
met inachtneming van het volgende:
a. dat de kinderen zooveel mogelijk worden toe
gelaten tot de school, welke staat in de omgeving,
waar de ouders of verzorgers wonen;
b. dat overigens zooveel mogelijk met de wen
schen van de ouders of verzorgers rekening zal
worden gehouden.
Tusschen tij dsche toelating van leerlingen, die
reeds vroeger een school voor gewoon lager on
derwijs hebben bezocht en wier ouders of verzor
gers zich in deze gemeente komen vestigen of
binnen de gemeente zijn verhuisd, mag door de
hoofden der scholen slechts geschieden, indien
hun wordt overgelegd een schriftelijk bewijs van
toelating, af te geven door of vanwege Burge
meester en Wethouders.
Het hoofd der school voor uitgebreid lager on
derwijs mag tusschentijds leerlingen tot zijn
school toelaten, doch moet van elke toelating
binnen drie dagen kennis geven aan Burgemees
ter cn Wethouders.
Kinderen van tijdelijk in deze gemeente ver
blijvende schippers kunnen worden toegelaten
op de scholen nos. 1 en 7.
B. en W. kunnen leerlingen van de eene school
naar de andere overplaatsen.
In den regel zullen deze overplaatsingen slechts
plaats hebben bij den aanvang van een nieuw
schooljaar.
BELLAMYMEETING GING NIET DOOR.
De door de Nederlandsche Vereeniging Bellamy
uitgeschreven openluchtbijeenkomst, welke Zon
dagmiddag j.l. in het gemeentelijke park Velser-
beek gehouden zou worden, is niet doorgegaan,
omdat de betrokken autoriteiten de toestemming
daartoe weigerden.