Winietfassen-
GERARD VAR PRAAG
Wij zijn 20 goedkooper
Nu is het tijd voor een
K} Uitexkleed
J. VAN DER KLEY's Ijzerhandel N.V.
ScmmE Wind
VICKS HOESTBONBONS
Onze mooie duinen
3iotei „JCettnemeihof"
Wollen
Baai en
Flanel
liw aopes* zijn kei waatd
Smit, Opticien V.V.O.
WINTERJASSEN EN
WINTER COSTUUMS
Joh. Jleiiei, JUeetmaket
JCaopt
aecstandiy!
gezellig bitteruurtje
N.V.
Sff.«SS§£0:
Als de beukeblaren vallen.
no Archief H. D.)
(Vervolg van de vorige pap.)
Onhoorbaar voor u aangetreden
Om tl een laatst verzoek te doen....
Hij zweeg even. In spanning keken wij toe.
„Wat ziet ge?"
„Ik zie iets nevelachtigs, iets vormloos in de
verteik weet niet
De zwarte gaat verder:
Mijn oog is dof. Mijn blonde haren
Vol wier.... maar voor éen enklen keer
Kom 'k om den vriend der jonkheid waren
Als in de dagen van weleer.
De student was bleek als een doode geworden.
Hij kwam half overeind, maar de ander duwde hem
in zijn stoel terug.
„Wat ziet ge?"
„Ik meen.... ik geloofdie gestalte.... hij
wenkt....
Reik mij de hand! Reik mij het leven....
Van de overzij van 't vochtig graf
Zijt gij nog steeds mijn vriend gebleven?
Zoo kus mij 't vaal der wangen af....
De zwarte stond op en lachte hoonend.
„Wat ziet ge, jonge spotter? Wat ziet ge?"
„Het komt op mij toehet wil mij grijpen
ik wilhelphelp.-.
Wij vlogen overeind. De student was in zwijm
gevallen.
De paardenkoopman keek met een smalend lach
je op hem neer. Ik had den vent kunnen aanvlie
gen. Hij bemerkte het.
„Help dien knaap liever" zei hij, schouderopha
lend, als om te kennen te geven, dat hij geen
schild had aan het gebeurde. Toen sloeg hij zijn
jasóver de schouders, drukte den hoed op het hoofd
en -verdween in de duisternis.
Natuurlijk hielden wij ons met den student be
zig. Lang duurde het niet of hij kwam bij. Ver
wilderd keek hij ons aan, doch toen hij bemerkte,
dat de ander niet meer in het vertrek was, sprong
hij op en wilde eveneens weg. Goede raad baatte
niet. De jongen moest en zou den man, die zijn on
geloof zulk een harde les had gegeven, achterna,
't Was ons niet duidelijk, of hij hem ter verant
woording .wilde roepen of wellicht nieuwe open
baringen van hem verwachtte en zoo bleven wij
driëënJaöhter. Het geheimzinnige tweetal was ver
dwenen en bleef weg.
Onze twee tientjes óók. Want toen ik den volgen
den dag hoorde, dat ze dezelfde vertooning daags te
voren, in Boekendaal hadden opgevoerd, begrepen
we genoeg
Jean Paul zwijgt. We hebben in spanning zitten
luisteren en zelfs de dwaze ontknooping van zijn
luguberverhaaltje kan ons nog niet maar zonder
meer onze bezinning teruggeven. Buiten is het even
stil geworden, zoo stil, dat je de stilte binnen hoort
en dan schrikken we op, als er opeens aan de deur
getikt wordt.
Ik sta op. Dat moet Floor zijn.
„Wat had je, trouwe ziel?"
„Heb u alles?"
Ik ben een bescheiden mensch en verlang waar
lijk niét alles. Toch kan ik haar naar waarheid
verzekeren, dat er in redelijkheid niets te wenschen
is. Intusschen blijkt ze om een praatje verlegen.
„Nou hoop ik maar, dat de appelemoes zoet ge
noeg is".
Ah, nu vat ik het. Ze wil me toch even mee
hebben naar de keuken om me te laten zien, hoe
ver ze met haar preparatieven is. Die appelmoes
is maar larie. Als Floor die nog niet kan maken,
wie zal het dan wel kunnen Daar dribbelt ze me
al vóór nog évennu staan we met z'n bei
den in de keuken. En ik snuffelsnuif en herken
de geuren. Het zurige van de reinetten en de noot
muskaat over de puree en de milde koffie, die staat
te trekken voor 't kleintje met het Bénedictientje.
maar dat alles is toch eigenlijk maar fragment, bij
komstigheid, tweede plans. Het is de wonder-lek-
kere wildgeur die de keuken vult en je do.et trek
kebekken van ongeduld.
Floor, we hebben er eer van! Daar, diep in den
oven ligt de knaap in z'n sleetje en ik heb er als een
kleine jongen_bij gestaan en toegekeken, hoe Floor
vanmiddag de dunne reepjes spek lardeerde, het
haas zijn laatste badje gaf, hem zoutte en in de
boter braadde, alsof 't niet op kon, voordat hij den
oven im ging, bedropen en wel. En nu suddert hij
al een paar uur en telkens krijgt hij een nieuwe
bedruiping en dat glanst met oolijke glimlichtjes
op 't prachtige braadbruin van de ruggetjes. Ah,
Ca, ira, ga ira
„Wat blieft u?"
„Niks. 't Zal heerlijk zijn". Ik koekeloer in de
schaaltjes. Floor komt met een staartje „Domprost"
aanzetten.
„Voor de ■jus"-. Ik mocht eens denken, dat' ze
dorst had.
jg INNEN worden eenige boomen geplant. Chry-
sostomus verdedigt de stelling, dat in deze
maatschappij de beteekenis van de rust nooit vol
doende wordt ingezien en zooals hij daar ongema
nierd in zijn stoel hangt gaat zijn betoog hem
uitnemend af.
„Geen thee meer", zegt hij, als ik binnenkom.
Dat dacht ik ook al. De zaak zal wel op tempe
ratuur zij® en terwijl Jean Paul de snedige op
merking maakt, dat bij schelvisch niets zoo lekker
is als versch Salvatorbier zet ik de glazen bij.
De wind steekt weer op. Regen klettert tegen de
ruiten. Hunkerend wroet het wrange najaar om
mijn woning en onwillekeurig luisteren we naar het
Weeë geklaag door de boomen.
Chrysostomus heeft zijn stelling bewezen en be
studeert het etiket van de flesch.
„Daar denk ik nog dikwijls aan", merkt hij op,
terwijl hij kleine klopjes op het papier geeft.
„Waaraan?"
„Aan Langres. Kennen jullie Langres? 'n Naar
geestig nest van een provinciestadje in de Fransche
middelgebergten. Oud, maar niet mooi oud, klein,
maar niet aantrekkelijk klein. Goed, we verzeil
den er. M'n vrouw en ik. Op toer door Frankrijk.
Parijs, Orléans, Nevers en een heel stel dorpen en
dorpjes. Den heelen dag had ik achter het stuur
gezeten en ik was óp, bek-af. M'n vrouw kreeg
hoofdpijn. Stemming ver onder nul. De dag was
maakt Uw keel droog en effent den o«oor»
weg voor verkoudheden.- Verzacht en
maak Uw keel vochtig met
(Adv. Ingez. Med.)
warm geweest en de avond bracht geen koelte. Zoo
sukkelden we Langres binnen.
'n Hotel. Jawel, om er een op toe geven, 'n Be
hoorlijk ruime kamer maar inrichting anno dazu-
mal. Met stofdoeken en bezems schenen ze nogal
zuinig te zijn. Stroomend water uit de lampetkan.
Ik wilde niet blijven en m'n vrouw wou weg.
Maar de avond was gevallen en we wisten heg noch
steg. En 't zou maar voor één nacht zijn en als je
moe bent word je makkelijk. Blijven dus.
De eigenaar kwam een praatje maken. Hij liep
er niet in z'n trouwpak bij. Een wijde broek, zooals
ze daar nogal veel dragen en een vuil buis. Daar
over een blauw boezelaar. Op zijn hoofd een krui
sing van slaapmuts en pet.
„Wat een smeerpoets!" zegt mijn vrouw. Maar
hij kwam niet, om uitgescholden te worden, maar
om te vragen wat we eten wilden.
Wat hij ons kon aanbevelen?
Njokki. 'k Zal 't woord altijd onthouden.
„Qu'est ce que c'est done?"
„Ce sont des pattes".
De njokki kwam en we kieskauwden de stukjes
vermicelli, die in de bouillon dreven. Als je je
oogen dicht deed ging het nogal.
We vervolgden met een kippetje, dat een groe
zelige kellner, die in zijn vrijen tijd, te oordeelen
naar zijn handen, stalknecht was, ons bracht. Het
voorsnijden liet hij aan mij over. Het kippetje moet
aan verval van krachten overleden zijn.
,Maar gauw gaan slapen", troostte ik mijn
vrouw.
Toen verscheen de. baas zelf weer. Ik zeg: ver
scheen. Hij liep niet. Hij schreed. Hij zei niets
meer. Hij zweeg, zooals de bedienaar van de een of
andere ceremonie zijn handeling niet ontwijdt door
profaan gesnap. En de doek in zijn handen was
hagelwit en in den plooi, zóó wit, dat de zwaar be
stofte flesch er tegen .afstak als een najaarsblad
op vèjrsch gevallen sneeuw.
Hij schonk ons in en daar, op ons armetierig ta
feltje in deze verslofte» omgeving fonkelde de
weelde van den wijngaard, de gevangen zonne
schijn de koele troost na alle misère van den dag...,
nooit heb ik edeler gebaar van schenken gezien,
nooit zwieriger grandezza, als waarmede hij de
flesch de eereplaats op tafel gaf. En we dronken
het edele vocht waarin de zomer van de Zuiderhel
lingen bewaard was gebleven en laafden ons aan
het bouquet en wisten, morgen geen vlaktemen-
schen meer te zijn maar het leven te mogen ge
nieten aan de zonzijde van de Cöte d'or
Ik heb hem niet weergezien. Den volgenden mor
gen, toen we vertrokken was hij van huis. Maar
dien sjofelen hotelier uit Langres, die ons de weel
de van zijn land reikte als een vorst zijn weldaden
vergeet ik nooit
Chrysostomus heeft er na zijn verhaal dorst van
gekregen en vervolgt met interessante bijzonder
heden over de kelders in Champagne en de wijn
musea in Duitschland. Jean Paul verbetert be
leefd een paar onnauwkeurigheden.
Floor komt binnen met het tafellaken.
Even later schikken we bij. Als ik een „Trois
Moulins" in 't mandje leg, ben ik mij bewust in
waardigheid grootelijks te kort te schieten bij
den hospes uit Langres.
De appelmoes is in zuivere harmonie met de
puree.
Floor brengt het haas. Geurig dampt het boven
de tafel.
Jean Paul mag het het eerst zeggen: een rugge
tje of een bout....
In alle jaargetijden heeft het duinlandschap
zeker zijn bekoring, doch het mooist is het wel in
het najaar als. de herfsttinten over het heuvel
landschap vallen en de verschillende heesters prij
ken met een rijkdom van vruchten in de meesi
uitegnloopende kleuren.
Het meest valt thans op de gewone duin
doorn met de dikke trossen oranje-gele bessen, die
tusschen het blauwgroene blad een zeldzaam mooi
effect maken. Ook de kornoelje of kardinaals
mutsje, zoo genoemd naar den vorm van de paars-
roode vruchten, is een sieraad voor het land-
De minder voorkomende berbuis met de donker-
roode bessen trossen, de oranje-roode rozebottels.
de blauwzwarte bessen van de vlierstruiken, de
roode bessen van de Geldersche roos en tallooze
andere vruchten geven met de herfsttinten van de
bladeren aan het landschap een bijzondere bekoring
Voor vogels is het duin thans een dorado. Zij
laten zich de verschillende besvruchten uitstekend
smaken. Vooral spreeuwen trekken in troepen van
duizenden rond om zich aan de duindoornbessen te
goed te doen. De fazanten, die in dezen tijd van
voedselschaarschte bijna geheel zijn aangewezen op
hetgeen de natuur hun verschaft, eten mer dan
vorige jaren van deze gele bessen. Op den smaak
van het vleesch van deze dieren heeft dit een
minder goeden invloed. Een fazant, die veel van
déze bessen gegeten heeft, smaaakt zuur en zelfs
als hij goudbruin gebraden wordt binnen gebracht,
is van den dampenden zure geur van de xijBzdenu
is de eigenaardige zure geur van de duindoornbes
sen, die van den dampenden schotel opstijgt, zeer
goed te onderscheiden.
Ondanks den moeilijken aanvoer van STOFFEN is het ons
gelukt voor den komenden winter een collectie
samen te stellen, die onze collecties van de vorige jaren
in verscheidenheid nog overtreft.
Hiervan hebben wij thans reeds een groot deel ontvangen,
zoodat U evenals de vorige jaren weer een GROOTE KEUZE
vindt van de mooiste modellen en stoffen.
Ook de kwaliteiten zijn nog even goed ais vroeger, zoodat
U er verstandig aan doet Uw WINTERJAS nog dit jaar te
koopen. Geheel vrijblijvend noodigen wij U daarom uit om
in een van onze zaken de nieuwe collecties te komen be
zichtigen. U zult dan overtuigd zijn dat U nog net zoo'n jas
kunt krijgen als vroeger en nog voor lage prijzen.
KANAALSTRAAT 63 IJMUIDEN - ZEEWEG 115, IJMU1DEN-OOST
Telefoon 5501 Telefoon 4593.
KENNEMERPLEIN.
Zalen disponibel voor vergaderingen enz.
Aanbevelend, W. KOSTER.
Voor warme
- 'tlrA
Alleen de beste
Kwafit'étien
K. Tijssen
Snelliusstr. 23
IJm. - Tel. 5653
dat zij worden toevertrouwd aan
een VAKKUNDIG OPTICIEN
KENNEMERLAAN No. 70 - IJMUIDEN
Leverancier: van ALLE ZIEKENFONDSEN -
Practische wenken voor Brandstofbesparing
en Economisch Stoken
Voorziet Uw ramen en deuren van Tochtband
met rubber inlage
in witte kleur 18 en 20 ct. per Meter
in bruine kleur 20 en 22 Ct. per Meter
Plaatst achter Uw kachel een kookgelegenheid
voorzien van circulatie-plaat. Verkrijgbaar
met 1 of 2 kookplaten, vanaf 2.65 - 3.25 - enz
Gebruikt nu een kachelketel met lange zak
Zonder extra kosten, steeds warm water
Bruin of grijs geëmailleerd vanaf f 2.—
Groen vanaf f 2.45
Ook de ouderwetsche Vuurcomforen zijn nu weer
in eere hersteld. Vanaf 60 ct.
Al deze practische ideeën kunt U in onze
etalage bezichtigen
VELSERDUINPLEIN TEL. 5407 ilMUIDEN-OOST
c°'
prima Engelsche kwaliteiten
aan het stuk voorradig
KENNEMERLAAN no. 36
TELEFOON 4453 IJMUIDEN.
Ja!!
HAARD
HAARDKACHEL
RADIO
RIJWIEL
Komt U eens praten?
STOFZUIGER
KINDERWAGEN enz.
um<
HOUTMANSTRAAT 4, IJMUIDEN.
MEEUWENLAAN 2, IJMUIDEN-O., Telef. 4810
ZEESTRAAT 48. BEVERWIJK. Telef. 5254.
dat zog ik een ieder wel
willen toeroepen. Juist
in dezen tijd, nu we maar
een enkel paar schoenen
mogen koopen, moeten
wij wel op kwaliteit
letten.
Ik geef dan ook liever iets meer, dan heb ik
zekerheid en.ik koop mijn schoenen natuurlijk
bij KOPPEN, ,,'n Mooie sorteering hebben ze daar
in alle mogelijke modellen, vooral voor het
najaar. Mijn man koopt daar ook altijd zijn
schoenen en die wil niet anders meer dragen dan
KOPPEN'S schoenen."
V00R BETERE
hUrrtN SCHOENEN
ORANJESTRAAT 27
Telef. 5710
IJM'IIDE»'
^^1