Engeland heeft
schepen noodig.
Plaatsingsverordening overheids- en
semi- overheidspersoneel.
fl-pENS DAG 27 NOVEMBER T940
Lord Lothian nam een
memorandum mee
naar Washington.
get D.N.B. verneemt uit New York: Omtrent ihet
wider houd tusschen Roosevelt en den Britschen
«nibassadeur, Lord Lothian, schrijft de Washing-
fónsche correspondent van de „New York Times",
1 Amerika door Engeland druk wordt uit-
«oefend om meer schepen te leveren en wel niet
i "fisfiii handelsschepen, maar ook oorlogsbodems.
1 indien streeft Engeland naar een soort samen-
tusschen de Engelsche en de Amerikaan-
'L vloot, waardoor de Engelsche vloot zou wor-
|noevrijd van de patrouillediensten in verschil-
inde deelen der wereld.
Lord Lothian heeft schepen bijzonder nood
zakelijk voor Engeland genoemd. Op de vraag of
hii daaronder ook oorlogsschepen verstond, ant
woordde hij aan journalisten: ..Ik zei schepen".
Uit Londen meldt de ..New York Herald Tribu
ne" dat Lothian een memorandum naar Wasting-
jieeft meegenomen, waarin' Engeland's wen-
'.hon op het gebied van schepen zijn uiteen ge-
«t'volgens dit bericht zou Engeland van de Ver-
LnVde Staten drie slagschepen, zes kruisers en
honderd torpedobootjagers willen koopen of lee-
nen Het memorandum behelst geen aanduidin-
L' omtrent den prijs, dien Engeland voor een
Versterkte vloothulp in den vorm van bases in
jeQ stillen Oceaan of de wateren van Malakka
«ou willen betalen. Bovendien hoopt Engeland op
«oderne handelstonnage van Amerika. De Brit-
Ue delegatie van het ministerie van scheepvaart,
die op het oogenblik in Amerika vertoeft, stelt
.«oral belang in koopvaardijschepen van het
Nieuwe bouwprogram der federale scheepvaart-
sutoriteiten.
De Johnson-act ter tafel.
De voorzitter van de commissie voor Buiten
landsche Zaken uit den Senaat, George, heeft na,
een bespreking met Roosevelt bekendgemaakt,
aldus United Press, dat de commissie zich Woens-
daff zal bezighouden met het voorstel van senator
King om de Johnson-act te wijzigen, zoodat het
mogelijk zal worden Engeland credieten te ver
trekken.
"Voorts zal de eisch van den isolationistischen
tenator Nye tersprake worden gebracht om het
Congres op te dragen een onderzoek in te stellen
naar de Britsche credieten in de V.S.
Men is van meening, dat over beide onderwer-
m een heftig debat zal worden gevoerd, dat in
scherpte wellicht dat over het vredesverdrag van
Versailles in den Arnerikaanschen Senaat, zal 'be
naderen.
Besprekingen van Roosevelt.
President Roosevelt heeft een conferentie ge
leid.-waaraan de ministers van oorlog, marine en
justitie en het arbeiderslid van de defensiecom
missie, Hillman, hebben deelgenomen.
Kort tevoren had Roosevelt den New-Yorkschen
Industrieel Baruch ontvangen. Deze was in den
wereldoorlog voorzitter van de commissie voor de
oorlogsindustrie.
BESCHOUWING VAN DE
„DIPLO".
De onthulling van Lord Lothian, dat de finan-
cieele mogelijkheden van Engelard uitgeput begin
nen te raken, schrijft de „Deutsche Diplomatisch-
Politische Korrespondenenz", is een onsyfhpathieke
aangelegenheid voor den Arnerikaanschen belasting
betaler. De deelneming van Amerika aan de „red
ding der democratie" in den wereldoorlog, eindigde
met een binner landsche oorlogsschuld der Vereenig
de Staten van 25.7 milkard dollar. Daar kwamen
nog bij onbetaalde oorlogsschulden der geallieerde
legeeringen en onbetaalde schulden van het bui
tenland ten, bedrage van 12.2 plus 15.1, tezamen
27.3 milliard dollar, waarvan Amerika tot dusver
niets meer gezien heeft. Daar komen nog bij die
onberekenbare reusachtige verliezen, welke het
Amerikaansche nationale- vermogen bij de finan
cieele en economische crisis geleden heeft, welke
in het najaar van 1929 begon en een catastrophe
van tot dusver ongekenden omvang teweegbracht.
Prijsdalingen bij grondstoffen en levensmiddelen,
cm blijvende landbouwcrisis, ineenstorting van de
eifectenmarieten, faillissementen van fabrieken,
handelshuizen en banken, een ontzettende werk
loosheid, ineenstorting var het internationale cre-
dietstelsel en van de valtua's, toenemende belas
tingen, sociale en economische onzekerheid, dit al
les kenmerkt den weg, welke Amerika ten gunste
van Engel ar d in den oorlog leidde en met de eco
nomische catastrofe van 1929 en daarop volgende
jaren eindigde. Het Amerikaansche volk heeft in
1934 uit verontwaardiging over dit bedrog hieraan
een einde gemaakt in de Johnscrwet en bepaald
dat aan buitenlandsche regeeringen, die haar schul
den niet betaald hebben, de geldmarkt der Ver.
Staten gesloten moet blijven.
War.r.eer nu Lord Lothian desondanks probeert
een nieuwen greep' in den Arnerikaanschen geld
buidel te doen, de spaargelden en het vermogen
van het Amerikaansche volk weer aan te tasten,
dan kan daarbij slechts van twee mogelijkheden
sprake zijn. Of wel het is waar dat Engeland voor
de uitputting van zijn in het buitenland te gebrui
ken geldmiddelen staat, en dan verwacht het van
het Amerikaansche volk dat het, hoewel het nog de
Sigelsche oorlogsschulden met die van zich zelf te
torsen heeft, nieuw geld in een firma steekt die
op het punt staat haar faillissement aan te' vragen.
Dit zou dus neerkomen op goed geld naar -kwaad
geld gooien en wel in omstandigheden die geen
uitzicht op een'iige saneering bieden, maar wel een
hopelooze liquidatie van. deze onderneming doen
voorzien. Ofwel Lord Lothian heeft, naar vele eco
nomische en financieele deskundigen vermoeden,
fen onwaarheid verkondigd. Dan voert hij met zijn
aankondiging echter een brutaal bedrog jegens de
Vereenigde Staten in het schild en wil hij het
Amerikaansche volk weer in een val lokken om het
uigebche geld te redden. In beide gevallen zou
Amerika, althans volgens de planren van Lothian,
hat gelag moeten betalen. Aan de politieke en mi
litaire nederlaag van Engeland zou dit echter uiter
aard niets meer kunnen veranderen.
m den wereldoorlog geloofde het Amerikaan
sche volk voor bepaalde idealen te zijn opgekomen.
Thans weet het Amerikaansche volk dat het toen
aan doodgewonen rooftocht heeft gefinancierd,
Europa aan een blijvende wanorde heeft overgele
gd en zich te laat van deze schardvlekking zij-
fier idealer heeft teruggetrokken. Latere onderzoe
kingen van den Senaat hebben den noodlottigen sa
menhang tusschen de financieele aangelegenheden
ai de deelneming van Amerika aan den wereld
oorlog duidelijk aan het licht gebracht. Sledhts in
^trouwen op de vergeetachtigheid en -de lichtge
lovigheid van het Amerikaansche volk kan Lord
Lothian het thans wagen, een. nieuw bedrog jegens
Amerika op touw te zetten.
(D.N.B.)
CHURCHILL Jr. IN HET LAGERHUIS.
Tn den loop der Dinsdag gehouden vergadering
van het Engelsche Lagerhuis, aldus wordt uit Lon-
oan gemeld, heeft de zoon van den minister-presi-
oantf Randolph Churchill, zijn eerste rede gehou-
aam Hij deed hierin scherpe aanvallen op de Brit
sche regeering wegens haar tot dusver bekend ge
haakte oorlogsdoeleinden en eischte .preciseering
v^htvaardiging der Britsche oorlogsdoeleirden.
.Mipis(or-president Churchill woonde de rede van
sla zoon btf. 4
Duitsch leger bericht:
Aanval op Bristol duurde
verscheidene uren.
BERLIJN. 26 Nov. 'D.NB.1 Het opperbe
vel van de weermacht deelt mele:
„Een duikboot onder commando van luitenant
ter-zee eerste klasse. Schepke, heeft 41.400 brt.
vijandelijke handelsscheepsruimte tot zinken
gebracht.
Het luchtwapen zette ook in den nacht van
24 op 25 November de succesvolle vergeldings-
aanvallen op Londen voort. In het centrum van
de stad en op de beide oevers van de Theems
waren hevige ontploffingen en branden waar te
nemen. Andere sterke af deelingen gevechts
vliegers, hadden zooals reeds gemeld, in den
zelfden nacht de voor den oorlog belangrijke
doelen in Bristol als doel opgekregen. Gedu
rende verscheidene uren vielen zij met brand- en
dynamietbommen van het zwaarste kaliber de
haven- en industrieele installaties, als mede
ravitailleeringsinrichtingen aan. In het ge-
heele gebied vielen talrijke opslagplaatsen met
voorraden grondstoffen en de verwerkingsinstal
laties voor deze grondstoffen aan de vernietigende
vlammen ten prooi. Drie gasfabrieken werden
vernietigd en een groote maalderij door het
vuur vernield. Het aanvalsgebied van Bristol
was naar ooggetuigen den volgenden dag beves
tigden, een groote brandhaard.
Andere aanvallen richtten zich in denzelfden
nacht tegen enkele andere steden in de Midlands
en in Zuid-Engeland. Tengevolge van de on
gunstige weersomstandigheden heerschte er op
25 November overdag slechts een geringe acti
viteit. Kleine afdeelingen lichte gevechtsvlieg
tuigen bestookten met succes verschillende voor
de oorlogvoering belangrijke doelen in Zuid-
Engeland met zware bommen.
Het leggen van mijnen in Britsche havens en
in de scheepvaartwegen werd volgens plan voort
gezet.
Verdragend geschut van het leger en van de
marine nam op 25 November des avonds een
Britse,h convooi, dat naar het Westelijk ge
deelte van het Kanaal trachtte door te breken,
doeltreffend onder vuur, zonder dat hetf vuur
door den vijand beantwoord werd. Het convooi
werd uit elkaar geslagen.
In den afgeloopen nacht wierp de vijand in
Noordwest-Duitschland op eenige plaatsen bom
men, die slechts in een dorp geringe materieele
schade aanrichtten.
De vijand verloor gisteren twee vliegtuigen,
waarvan een in een luchtgevecht en een door de
•luchtdoelartillerie neergeschoten werd.
Van Duitsche zijde werden geen verliezen ge
leden."
NA TACHTIG DAGEN VAN
FELLE LUCHTACTIE.
Het D.N.B. meldt nader:
„Sedert op 7 September 1940 het Duitsche lucht
wapen voor de eerste maal overging tot intensieve
vergeldmgsaanvallen op het Britsche moederland
zijn precies tachtig dagen verloopen. In dien lan
gen tijd moest in Engeland alle hoop begraven wor
den, waarmede men zich in den aanvang van de
groote aanvallen, trachtte te troosten. Toentertijd'
geloofde men hoofdzakelijk op grond van drie ar
gumenten te kunnen voorspellen dat de Duitsche
acties spoedig zouden verlammen. In de eerste
plaats heeft de theorie der slijtage, volgens welke
het verbruik van materiaal en brandstoffen nood
zakelijkerwijs een verlichting voor Engeland moest
brengen, schipbreuk gelede-1. Het Duitsche lucht
wapen bewijst dagelijks door harde slagen dat zijn
strijdkracht niets heeft geleden, zoodat het souve-
rein op ieder oogenblik al naar de bestaande om
standigheden. de kraebt en zwaarte van de aan
vallen bepaalt, precies zooals een goede organist
het register van zijn instrument beheerscht om de
beste harmonieën te voorschijn te lokken. Ook het
vertrouwen op het slechte weer van den herfst is
bedriegelijk gebleken. Storm noch koude, mist noch
regen, kondén de gevechtsvliegtuigen uit het En
gelsche luchtruim weg houden. In tegenstelling
met de R.A.F., die zijn actie vaak genoeg dagen lang
stop zette, hebben de Duitsche vliegers te allen tijde
bewezen ongunstig weer te kunnen meester wor
den. Ook deze denkbeeldige wissel op de toekomst
werd niet gehonoreerd. De Britsche afweer is in-
tussdhen niet doeltreffender, maar zwakker gewor
den. Steeds vaker faalt hij volkomen. Nooit is hij
in staat gebleken den aanvallenden machines den
weg naar hun doelen te versperren.
Na Londen, Coventry, Birmingham en Southamp
ton is thans de groote haven- en industriestad
Bristol door het Duitsche luchtwapen uitgekozen
voor massale aanvallen.
De Amerikaansche pers heeft voor de laatstelijk
toegepaste methode van concentratie der hoofdza
kelijke trefkracht, telkens op een bepaalde stad de
uitdrukking „coventreeren" uitgedacht, omdat Co
ventry het eerste voorbeeld hiervoor was. Op die
wijze wordt de uitdrukking verbonden met een be
paalde daad, waarvan het succes riet kan worden
ontkend, ja dat door de bladen van alle landen in
talrijke ooggetuigeverslagen uitdrukkelijk wordt
bevestigd.
De mededeelingen van het weermachttoeridht van
heden geven de onbetwistbare waarnemingen weer,
gedaan uit de in den strijd geworpen vliegtuigen
boven Bristol. Deze waarnemingen vormen bij wijze
van spreken de groote penseelstreken voor het ont
zaglijke schilderij der vernieling, terwijl de in bui
tenlandsche bladen weergegeven gedetailleerde
waarnemingen op den' grond reeds een effectieve
schilderirg gaven van de vreeselijke verwoestin
gen. Hieruit blijkt dat er een diepgaande tegen
stelling bestaat tusschen deze feiten en de denk
beeldige „verpulvering" van Duitsche steden, waar
mede de R.A.F. zich geblameerd heeft zoo goed
als dat maar kon".
Ontwikkeling van den „robot".
Van „Televox" tot „Electro".
PITTSBURGH, November. Dertien jaar ge
leden bouwde een Amerikaansche ingenieur den
eersten mechanïschen mensch, die den naam van
„televox" kreeg en groot opzien baarde. Deze
„televox" leverde ruim stof voor „toekomst
films" en fantastische romans. Sedertdien heeft hij
twee opvolgers gehad, die nog veel meer presteer
den dan „telefox".
De eerste „robot", die reeds uitgediend is, kon
slechts een telefoonhoorn aan het oor brengen, zijn
armen bewegen en schakelaars bedienen, doch zijn
beide opvolgers zijn heel wat verder gekomen.
Televox was bij zijn geboorte nog stom en leerde
pas later twee korte zinnen. Hij kwam ook niet
op bevel in actie, doch reageerde slechts op pijl
signalen.
Zijn opvolger, Willie Vocalite, kon, in vergelijking
met den eersten robot, reeds veel meer. Van zijn
geboorte af, in het jaar 1932, kon hij spreken en na
eenigen tijd had zijn leermeester hem zelfs het
zingen bijgebracht. Willie kon een geweer afschie
ten, kon keurig groeten en rookte sigaretten. Ge
durende zijn reizen door de Vereenigde Staten,
waai'bij hij zelfs in Hawaii kwam en een totalen
afstand van 150.000 K.M. aflegde, vertoonde hij
zijn kunststukken. Nadat zijn „zenuwstelsel" gron
dig was nagezien, kwam Willie op de internationale
tentoonstelling van de „Golden Gate".
De grootste prestatie op dit gebit^ eehter staat
op naam van de pas sedert 2 jaar geleden vervaar
digde „Electro". Deze nieuwste robot heeft een
woordenschat van 77 woorden, hij kan op zijn vin
gers tellen, zijn hoofd omdraaien, loopen, zijn armen
en vingers bewegen, kleuren onderscheiden en siga
retten rooken. De „beste vrienden" van den mecha-
nischen mensch zijn twee mechanische honden, die
naar den naam van „Sparko" luisteren en die dit
jaar uit de werkplaats van Barnette te voorschijn
zijn gekomen. Zij treden tegelijk met hun beide
bazen op, volgen deze op den voet en gedragen zich
juist als hun collega's van vleesch en bloed. De
beide Sparko's kunnen blaffen, met den staart
kwispelen, gaan zitten, opstaan en mooi zitten.
(United Press.)
Minister Cross over de Britsche
scheepvaartverliezen.
Import sterk gedaald.
Het D. N. B. meldt: De Britsche minister van
scheepvaart, Ronald Cross, heeft Dinsdag
avond voor de Engelsche radio een rede
gehouden over de Britsche verliezen aan koop
vaardijschepen in de laatste maanden. Hij deel
de mede dat de wekelijksche verliezen van En
geland aan koopvaardij tonnage sedert Juni in
vergelijking met de gemiddelde wekelijksche
verliezen voor dien tijd driemaal zoo groot waren
geworden. Deze verhooging der verliescijfers was,
naar Cross zeide, hieraan te wijten dat Duitsch
land door de verovering van een groot aantal
.maritieme landen gunstiger bases voor zijn
aanvallen op de Britsche koopvaardij had
verkregen.
Ten aanzien van den aanbouw van koopvaar
dijschepen, aldus Cross, richt Groot-Brittan-
nië zijn blik hoofdzakelijk op de werven dei-
Ver. Staten, want het is een feit, dat de landen
van het Imperium niet gènoeg koopvaardijsche
pen voor Engeland kunnen bouwen. Doch zelfs
wanneer de werven der Ver. Staten erbij be
trokken worden is het alleszins twijfelachtig
of Engeland op den langen duur over voldoende
koopvaardijschepen zal beschikken. Er kan na
melijk reeds thans geen sprake meer van zijn
dat Engeland met behulp van zijn koopvaardij
vloot alle dingen invoert, die het voor het uit
breken van den oorlog heeft geïmporteerd. De
invoeren zijn integendeel zeer sterk gedaald,
vooral daar Duitschland Groot-Brittannië van
bijna alle Europeesch markten heeft uitgeslo
ten. In verband met de aan den oorlog verbon
den gevaren voor de scheepvaart is Engeland
thans in groote mate gedwongen zijn import
goederen uit overzeesche landen met eigen
schepen zelf te halen. Bij de lange aanvoerwe-
gen, zoo vervolgde Cross, doen zich natuurlijk
vertragingen voor, die eenerzij ds door het con-
vooistelsel veroorzaakt worden. Anderzijds moe
ten tegenwoordig ook steeds tal van koopvaar
dijschepen in Britsche of buitenlandsche ha
vens hersteld worden. Met het oog op het feit,
dat Engeland onder deze omstandigheden in de
naaste toekomst slechts in geringe mate overzee
sche goederen kan invoeren, verzocht de minis
ter het publiek bij het verbruik van waren
uiterst spaarzaam te zijn.
J. M. ANDREWS TIJDELIJK MINISTER
PRESIDENT VAN ULSTER.
BELFAST, 26 November. De minister van fi
nanciën, J. M. Andrews, zal na het overlijden van
burggraaf Craigavon de functie van premier waar
nemen, totdat de Unieraad een nieuwen minister
president heeft aangewezen. (United Press)
Een gcd&elte van de
bekende kerkruïne van
Bergen (N.-H.), welke
thans gerestaureerd
wordt met steun van
Rijksmonumentenzorg.
De ruïne ontstond in
1574 tengevolge van
brand tijdens een be
schieting.
(Foto Pax Holland.).
Alle candidaten worden in de af deeling
Overheidspersoneelvoorziening" ingeschreven.
99
De Staatscourant van hedenavond bevat een
beschikking van den secretaris-generaal, waar
nemend hoofd van het departement van Bin-
nenlandsche Zaken, regelende de wijze van
aanvulling van het personeel bij dc diensten,
bedrijven en instellingen van het rijk. de pro
vinciën, de gemeenten en de Ncdcrlanc^sche
Spoorwegen.
Deze beschikking luidt:
In overeenstemming met par. 2 en 3 der ver
ordening no. 3/1940 en op grond der verordening
no. 137/1940 van den Rijkscommissaris voor hel
bezette Nederlandsche gebied, bepaal ik:
Artikel 1. In de behoefte aan personeel bij de
diensten, bedrijven en instellingen, in den ruimsten
zin genomen, zoowel van het rijk als van de pro
vinciën, de gemeenten en de Nederlandsche Spoor
wegen. zal worden voorzien door aanwijzing van
daarvoor geschikte krachten uit de volgende cate
gorieën van personen:
a. Zij, die op 15 Mei 1940 rechtstreeks of mid
dellijk bij het rijk in dienstbetrekking waren, het
zij in burgerlijken dienst, hetzij als beroepsmilitair,
dan wel als dienstplichtig onderofficier in den zin
van artikel 1 van het capitulantenreglement 1935,
voor zoover voor hen in de laatstelijk door hen be-
kleede functie geen voldoende dagtaak meer valt te
errichten, alsmede zij, die als eervol ontslagen
militair van het Nederlandsch-Indisch leger op 15
Mei 1940 aanspraken konden ontleenen aan het be
paalde bij artikel 2 van voormeld reglement;
b. Zij. die op 15 Mei 1940 in het genot waren
van wachtgeld of z.g. wachtgeldvervangend pen-
Lord Rotliermcre overleden.
Bekend Engelsch dagbladeigenaar.
Lord Rothermere.
(Foto archief H. D.)
STOCKHOLM, 26 November. De kranten
magnaat Lord Rothermere. broeder van wijlen
lord Northcliffe, is volgens een Reuterbericht
heden op 72-jarigen leeftijd op de Bermuda
eilanden overleden.
Lord Rothermere had zich in Mei j.l. op verzoek
van Lord Beaverbrook met een bijzondere missie
naar Amerika begeven. (D.N.B.).
„Engeland zoo goed als verslagen."
Uitlating van Kennedy.
Naar de „New York Daily Mirror" meldt heeft
de Amerikaansche ambassadeur te Londen, Ken
nedy, tegenover de leiders van de Amerikaansche
filmindustrie verklaard dat het Britsche rijk voor
onoverkomelijke moeilijkheden staat. Amerika
moet inzien d?,t Engeland zoo goed als verslagen
ls. De Amerikaansche filmindustrie zou er goed
aan doen de vervaardiging van ophitsende films
tegen de autoritaire staten te staken. (D.N.B.)
Prof. Tuka terug in Slowakije.
Het D.N.B. verneemt uit Pressburg: De Slo-
waaksche minister-president en minister van
buitenlandsche zaken, prof. dr. Tuka, is gister
middag te Pressburg teruggekeerd. De bevolking
bereidde hem een hartelijke ontvangst. Ter ver
welkoming waren alle leden der Slowaaksche re
geering, de gezanten van Italië, Hongarije en Roe
menië, de leden van het Duitsché gezantschap en
vertegenwoordigers van Hlinkagarde en Hlinka-
partij aanwezig. Tuka hield een toespraak, waar
in hij zijn voldoening uitte over het resultaat van
zijn bezoek aan Berlijn.
Frankrijk en Spanje
wisselen kunstschatten uil.
Overeenkomst tusschen Louvre en Prado
PARIJS, 26 November. Met goedkeuring van
de regeeringen van Frankrijk en Spanje hebben
vertegenwoordigers van de grootste musea der
beide landen, het Louvre en het Prado, een vriend
schappelijke overeenkomst gesloten ter uitwisse
ling van kunstwerken. Spanje wenschte eenige
schilderijen te herkrijgen, die tijdens den onaf
hankelijkheidsoorlog van 1812 naar Frankrijk
•waren gebracht en Frankrijk wil het Louvre ver
rijken met werken van eenige Spaansche kunste
naars. die slecht vertegenwoordigd waren.
Volgens de overeenkomst zal Spanje o.a. aan
het Louvre afstaan het portret van de Infante
Maria'Anna en Greco's Annunciatie. Frankrijk
zal o.a. afstaan de Annunciatie van Murillo en een
vrouwenbuste van Phoenicische oorsprong.
(United Press)
RUBENSMONUMENT TE ANTWERPEN
BESCHADIGD.
Het D.N.B. meldt: In Antwerpen, waar
voor eenige dagen kunstenaars en geleerden uit
Duitschland en België bijeenkwamen om de na
gedachtenis te eeren van den grooten Vlaam-
schen schilder Peter Paul Rubens, heeft de
Royal Air Force in de eerste ochtenduren van
23 November met centrum dér stad met bommen
bestookt. Daarbij werd het wereldbekende Ru
bens-monument beschadigd. Er vielen geen doo-
deru
sïoen ter zake van vroegeren dienst, als burgerlijk
of militair rijksambtenaar (hieronder begrepen
zij, die in het genot van een uitkeering als om
schreven in artikel 99 van het Algemeen Rijks
ambtenarenreglement)
Zij, die op 15 Mei 1940 rechtstreeks of mid
dellijk bij een provincie, bij een gemeente of bij de
Nederlandsche Spoorwegen in dienstbetrekking wa
ren, voor zoover voor hen in de laatstelijk door hen
bekleede functie geen voldoende dagtaak meer
valt te verrichten;
d. Zij. die op 15 Mei 1940 in hot genot waren
van wachtgeld ter zake van vroegeren dienst als
ambtenaar bij een provincie, bij een gemeente of
bij de Nederlandsche Spoorwegen;
e. Zij, die ten gevolge van in en door den mi
litairen dienst gekregen letsel uit dien dienst zijn
ontslagen onder toekenning van pensioen, doch die
niet uitsluitend met dit pensioen in hun levens
onderhoud kunnen voorzien;
f. „Belanghebbenden" en „zoons van belang
hebbenden", in den zin der Zuiderzeesteunwet 1925
i
g. houders der akte van bekwaamheid als on
derwijzen, bedoeld in artikel 77a der wet van 17
Augustus 1878 (Staatsblad no. 127) die op 15
Mei 1940 reeds werden aangemerkt als gegadigde
voor een plaatsing in overheidsdienst.
Artikel 2. (1) Alle personen, behoorende tot de
categorieën, genoemd onder a. tot en met g. van
het voorgaand artikel, worden bij de afdeeling
„overheidspersoneelvoorziening" van het departe
ment van Binnenlandsche Zaken groepsgewijze in
geschreven als candidaat ter plaatsing in den over
heids- en semi-overheidsdienst.
(2) Indien bij een van de diensten, bedrijven of
instellingen, hetzij van het rijk, dan wel van een
provincie, een gemeente of van de Nederlandsche
Spoorwegen, in de behoefte aan een werkkracht
moet worden voorzien, dient het in deze tot benoe
men of tot indienststellen bevoegd gezag aan het
departement van Binnenlandsche Zaken een aan
vraag in tot aanwijzing van een geschikten candi
daat.
(3) Kan geen geschikte candidaat worden aan
gewezen, dan mag in de bestaande vacature wor
den voorzien door keuze uit vrije sollicitanten.
(4) Overigens is het in het tweede lid aange
duid gezag verplicht, den aangewezen candidaat irt
dienst te stellen.
Artikel 3. Aan de in artikel 1 aangegeven can
didaten, die ter vervulling van eenigerlei functie
worden aangewezen en hun dienst moeten verrich
ten buiten hun tegenwoordige woonplaats, kan
indien het hoofd van het departement van Bin
nenlandsche Zaken verhuizing naar de nieuwe
standplaats redelijk acht door en ten laste van.
het gezag, in wiens dienst zij werkzaam worden
gesteld, een tegemoetkoming in de kosten van
die verhuizing worden verleend, althans voor zoo
ver zij gehuwd zijn of geweest zijn en in het bezit
zijn van een volslagen eigen inboedel.
Artikel 4. Candidaten, als in art 1 genoemd, die
ter vervuiling van eenigerlei functie zijn aange
wezen en die weigeren deze functie te aanvaarden,
worden onverminderd hetgeen in de terzake
betrekkelijke wachtgeld- en pensioenregelingen
voor dergelijke gevallen is bepaald niet meer
ter vervulling van een andere vacature bestemd.
Artikel 5. (1) Tenzij door het hoofd van het de
partement van Binnenlandsche - Zaken anders
wordt bepaald, is de chef van de in artikel 2, eer
ste lid. aangeduide afdeeling bevoegd om over de
aangelegenheden, rakende de inschrijving en de
plaatsing van de in art. 1 aangegeven candidaten,
voor zoover zich daarbij geen principieele of ge
zagskwesties voordoen, namens dat hoofd, in brief
wisseling te treden met alle Nederlandsche auto
riteiten en met de directie der Nederlandsche
Spoorwegen; bedoelde autoriteiten en die directie
zijn verplicht-, aan genoemden chef alle gevraagde
inlichtingen nopens bedoelde aangelegenheden te
verstrekken.
(2) Omgekeerd is voormelde afdeelingschef ge-
houder., aÜe daarover van hem gevraagde inlich
tingen te verschaffen aan de Nederlandsche auto
riteiten en aan de directie der Nederlandsche
Spoorwegen.
Artikel 6. De regeling ter bevordering van de be
noeming ih betrekkingen in dienst van het rijk
als ambtenaar in den zin der Pensioenwet 1922
(Staatsblad no. 240) van houders der akte van
bekwaamheid als onderwijzer, bedoeld in artikel
77a der wet van 17 Augustus 1878 (Staatsblad «O.
127), zooals die regeling onder dagteekening van
30 Juni 1937, no. 241, kabinet M.R., is vastgesteld,
wordt bij deze ingetrokken.
Artikel 7. Tengevolge van het gestelde in artikel
3 blijft het bepaalde in de onderscheiden wacht
geldregelingen nopens toekenning van' een tege
moetkoming in de kosten eener verhuizing binten
verdere toepassing.
Artikel 8. (1) Deze verordening wordt geacht in
werking te zijn getreden met ingang van 1 Augus
tus 1940.
|APM^
PROGRAMMA
DONDERDAG 28 NOVEMBER 1940.
HILVERSUM I. 415' M. Nederlandsch programma. KRO*
8.00 Nieuwsberichten A, N. P. 8.15 Wij beginnen den
dag. 8.30 Gramofoonmuziek. 10.15 Rococo-oclet. 11.00 Gra-
jnofoonmuzick. 11.30 Godsdienstig halluurtje. 12.00 KRO-
orkest. 12.45 Nieuws- en economische berichten A. N. P.
1.00 Gramofoonmuziek. 1.15 Musiauette. 2.00 Nederlandsch
Kamerorkest. 2.40 Gramofoonmuziek. 3.00 Nederlandsch
Kamerorkest. 3.40 Gramofoonmuziek. 4.00 KRO-Melodls-
ten. 4,30 Ziekenpraatje. 4.45 Gramofoonmuziek. 5.15
Nieuws- economische- en beursberichten N. P. 5.30
Causerie „Vorming van de rijpere jeugd". 5.45 Gramo
foonmuziek. 5.00 Radiotooneel met muziek. 6.45 Actueele
reportage of gramofoonmuziek. 7.00—7.15 Vragen van den
dag en nieuwsberichten A. N. P„ sluiting.
HILVERSUM II, 301 M. AVRO,
8.00 Nieuwsberichten A. N. P., gramofoonmuziek. 10.00
Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Ensemble
Stefanescu. 11.00 Causerie ,,St. Nicolaassurprlses voor een
smalle beurs". 11.20 Ensemble Stefanescu. 12.15 Gramo
foonmuziek. 12.45 Nieuws- cn economische berichten A^
N. P. 1-00 Reportage. 1.15 AVRO-Amusementsorkest. 2.00
Omroeporkest en solist. 3.00 Voor de vrouw. 3.10 Gramo
foonmuziek. 3.20 Omroeporkest. 4.00 Causerie „Twente in
beeld en kleur". 4.15 Gramofoonmuziek. 5.00 VPRO:
Cyclus: „Lezen in de Bijbel". 5.15 Nieuws-, economlsche-
en beursberichten A. N. P. 5.30 Puszta-orkest. 6.00 Gramo
foonmuziek. 6.25 Boekbespreking. 6.45 Actueele reportage
of gramofoonmuziek. 7.00—7.15 Persoverzicht voor binnen
ben buitenland en nieuwsberichten A. N. P., sluiting.
KOOTWIJK, 1875 M. VARA.
7.00 Berichten, Duitsch. 7.15 Gramofoonmuziek. 7.30 Be
richten. Engelsch. 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Nieuwsbe
richten A. N. P., gramofoonmuziek. 9.00 Berichten,
Duitsch. 9.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Orgelspel. 11.00 Gra
mofoonmuziek. 11.30 Berichten, Engelsch. 11.45 Gramo
foonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. 12.30
Berichten. Duitsch. 12.43 Nieuws- en economische berich
ten A. N. P. 1.00 Gramofoonmuziek. 1.30 Berichten,
Engelsch. 1.45 Gramofoonmuziek. 2.00 Berichten. Duitsch.
2.15 Gramofoonmuziek. 2.30 Berichten. Engelsch. 2.45 Gra
mofoonmuziek. 3.30 Berichten, Engelsch. 3.45 2e. 3e en 4a
bedrijf van de opera „La Bohème" (gr.pl.). 5.00 Berichten,
Duitsch. 5.15 Nieuws-, economische eii beursberichten
N. P. 5.30 Orgelspel. 6.00 Gramofoonmuziek. 6.30 Berich
ten, Engelsch. 6.45 Actueele reportage of gramofoonmu
ziek. 7.00 Persoverzicht voor binnen- en buitenland efl|
nieuwsberichten A. N. P., sluiting.