CREMER
ENTR' ACTE
y QJS N -S D. A -G- 28- -M E I -1941'
Kaart Van pelt
Duitsche valschermjagers en troepen zijn op 20 Mei op het eiland Kreta geland
en hebben volgens Duitsche weermachtsberichten het Westelijk deel van het
eiland bezet. In den linker bovenhoek bij Krythera is de Zuidelijkste punt van
Griekenland aangegeven, de afstand in kilometers van daar uit naar de hoofd
stad van Kreta (Heraklcon) is 210 K.M.
Fransche nola aan dc
Amerikaansche regeering.
Verzekering inzake Fransche vloot en
koloniën herhaald.
Uit New York verneemt het D.N.B.: Naar „As-
Hciated Press" uit Washington meldt, heeft de
Lnsche ambassadeur Henry Haye den vice-
minister van buitenlandsche zaken Sumner Welles
»n nota overhandigd, waarin de verzekering wordt
verhaald dat Frankrijk noch zijn vloot noch zijn
koloniën aan Duitschland of eenïgerlei andere
mogendheid zal afstaan. De nota, zoo verklaarde
^ambassadeur tegenover de pers, is door hem in
instructie van Vichy ontworpen.
StaatssecretarisHuil heeft gisteren op de pers
conferentie bevestigd dat de Fransche ambassadeur
Sumner Welles een nota heeft overhandigd. Hij,
gull, had den inhoud echter nog niet bestudeerd.
Japan wil copra uit Ned.-Indië
invoeren.
Europapress meldt uit Tokio: De Japansche markt
voor copra heeft den laatsten tijd belangrijk in
fceteekenis gewonnen. Voor de bereiding van spijs-
vetten en veekoeken is de copra van groote betee-
kenis en met het oog op deze vetverzorging wordt
het gewenscht geacht, copra in voldoende hoeveel
heden in te voeren. Tusschen de Japansche en Ned.-
Indische regeeringsautoriteiten worden besprekin
gen gevoerd over den invoer van copra uit Neder-
landsch N. Guinea, welken invoer men in Japan
nog belangrijk wil uitbreiden en voor welk doel
één der grootste Japansche scheep vaartonderne-
niingen nieuwe scheepstonnage in de vaart wenscht
te brengen. Tot dit doel is het aandeelenkapitaal
van die maatschappij bereids uitgebreid.
De aanslag op den Albaneeschen
premier.
Dader terechtgesteld.
Het D.N.B. meldt uit Tirana: Dinsdagochtend
vroeg is op de binnenplaats van de gevangenis te
Tirana het doodvonnis voltrokken aan Mihailoff Val-
pil Laci, die op 17 Mei een mislukten revolver
aanslag heel't gepleegd op den Albaneeschen minis
ter-president Verlaci. toen deze koning-keizer Victor
Emmanuel III bij zijn vertrek uit Albanië op het
vliegveld van Tirana uitgeleide deed.
Het doordraaien van groenten.
Het rijksbureau voor de voedselvoorziening in
oorlogstijd meldt:
De laatste dagen hebben eenige bladen gemeld,
dat op een groentenveilïng één of meer partijen
spinazie zijn „doorgedraaid", d.w.z. dat er geen
koopers voor waren, zoodat zij „op de mesthoop"
moesten worden geworpen. Dit maakt het wen-
schelijk, dat het publiek eens opmerkzaam wordt
gemaakt op eenige eigenaardigheden, die zich bij
een groente als spinazie en bij de veiling daarvan
voordoen en waardoor het verschijnsel van het
doordraaien wordt -verklaard en tot zijn juiste pro
porties teruggebracht.
Spinazie dan heeft vooreerst de eigenschap, dat
de omvang van den aanvoer in sterke mate afhan
kelijk is van de, dikwijls grillige, weersgesteldheid.
In 1939 bijvoorbjeeld bedroeg de aanvoer in de
week van 25 tot 31' Maart 740.000 kg. om de week
daarop plotseling tot millioen cn vervolgensweke
lijks achtereenvolgens tot 1,3, 2,4 en 3,2 millioen
kg. te stijgen. Daarna nam de aanvoer, eveneens
sprongsgewijze, 31.
Hetzelfde verschijns.el deed zich voor in 1940.
toen, na de week van 1 tot 7 April, waarin de aan
voer 537.000 kg. groot was, hij vervolgens wekelijks
935.000, 1.1, 1.7, 2.9 en 4.1 millioen kg. bedroeg om
de week daarna plotseling tot 2,1 millioen kg. te
verminderen. Dat de sterke wisseling in den aan
voer weinig bevorderlijk kan zijn voor een geregel-
den verkoop van alle beschikbare hoeveelheden, is
duidelijk.
Eindigt de winter vroeg, dan is de spinazie in
April klaar en volgt de natuur- de glasspinazie op
den voet, ja, gaan ze in elkander over. Dit jaar was
er een hiaat tusschen de glasspinazie en die van
den kouden grond.
Wat kan men dan met de spinazie van mindere
kwaliteit doen? De drogerijen verwerken op nit
oogenblik volop spinazie van behoorlijke kwaliteit
en eveneens de conservenfabrieken, voorzoover het
Het interview met groot-admiraal
Rader.
Berlijn over commentaar van Huil.
Het A.N.P. verneemt uit Berlijn: Het persgesprek,
jat groot-admiraal Rader aan een vertegenwoordiger
van het Japansche persagentschap Domei heeft toe-
jestaan, heeft volgens de meening van politieke
kringen in de Duitsche hoofdstad in de Vereenigde
Staten de aandacht gevonden die men in Duitschland
had verwacht.
In de Wilhelmstrasse qualificeerde men Dinsdag de
opvatting van den Amerikaanschen minister van bui
tenlandsche zaken, Cordell Huil, als interessant; hij
immers trachtte de uitlatingen van Rader te kenmer
ken als'één dreigementniet sléchts tegen de Veree
nigde Staten, maar ook tegen andere Amerikaansche
republieken. In de Wilhelmstrasse. had men nog nooit
vernomen dat andere Amerikaansche republieken iets
In den geest van patrouilles of konvooien hebben
ondernomen. Het vermoeden dat het interview van
Rader ook betrekking had op andere Amerikaansche
staten is volstrekt onjuist. Deze „andere landen van
het Westelijk Halfrond", zooals Huil het uitdrukte,
spelen met betrekking tot den tegenwoordigen oorlog
hoogstens een rol in de voorstellingswereld van den
Amerikaanschen minister. Het interview van Rader
heeft zich daarmede niet beziggehouden en behoefde
dat ook in het geheel niet.
In politieke kringen te Berlijn vestigde men bij her
haling de aandacht op de omstandigheid dat de Duit
sche marine en het Duitsche luchtwapen hun eer en
hun geheele plichtsgevoel op het spel zetten om het
oorlogstuig, dat de Ver. Staten aan Engeland willen
doen toekomen, verre te houden van gebruik tegen
het Groot-Duitsche rijk. Want het gevolg van de aan
komst van 'dit Amerikaansche oorlogsmateriaal in En
geland zou toch slechts een bombardement van de
Duitsche burgerbevolking zijn.
Overigens herinnert men in deze kringen nog aan
de uitlating van Early, den particulieren secretaris
van Roosevelt, volgens wien Rader de bedoeling zou
hebber gehad -met zijn uiteenzettingen de rede van
Roosevelt te doorkruisen. Te Berlijn heeft men deze
reactie niet au sérieux genomen, doch ziet -daarin
veeleer een uitvlucht van den heer Early.
Geen dienstplicht in Noord-Ierland.
Mededeeling vail Churchill.
Het D.N.B. deelt mede:
Churchill heeft, naar de Londensche berichtendienst
meldt, in het Lagerhuis medegedeeld dat afgezien is
van de invoering van den dienstplicht in Noord-Ier
land. Het recht van Groot-Brittannië zoo zeide
Churchill om in Ierland den dienstplicht in te voe-
,,wel is waar buiten twijfel, maar de aan
gelegenheid heeft meer stof doen opwaaien dan het
Vfaard is". Daarom is er van afgezien.
United Press meldt uit Londen dat dit besluit ge
lijktijdig in het Engelsche en het Noord-Iersche par
lement door de minister-presidenten voorgelezen moet
worden. De Londensche pers is het er- over eens dat de
Invoering van den dienstplicht tot opstanden in Noord-
Ierland en tot grootere vervreemding tusschen En
geland en Ierland zou leiden.
OORDEEL VAN DE „DIPLO".
„Men weet dat het tot de beginselen van het na-
öonssl-socialistische Duitschland behoort voor za
ken welke het Duitsche rijk moet bevechten geen
tefen van vreemde volksgroepen er bij te halen. De
Dl'hsche bepalingen voor dienstrecht en dienstplicht
«hrijven uitdrukkelijk voor, dat de leden van de bin-
jjen de rijksgrenzen wonende minderheden niet voor
•jeu militairen dienst gebruikt worden", zoo schrijft
oe „Deutsche Dïplomatisch-Politische Korrespondenz"
en zij vervolgt, dat de Duitsche weermacht niet in de
laatste plaats om ethische redenen er van afziet
vreemdelingen in haar gelederen op te nempn.
Het is echter een oude Britsche traditie, bij voor
keur vreemde volken voor zich te laten strijden en
Voor zuiver Britsche belangen te laten opofferen.
Ditmaal zijn het de Ieren die men weer eens in den
Britschen legerdienst zou willen dwingen. Nauwelijks
wat dit Britsche plan, dat met het oog op de andere
'er beschikking staande hulpvolken uit voorzichtig
heid achteruit was gehouden, bekend geworden of daar
ontstond, in het betrokken Noord-Iersche Ulster een
scherpe reactie onder de bevolking, die met veront
waardiging weigerde, oorlogsdiensten voor vreemde
Britsche belangen te verrichten. Doch ook in den
krschen Vrijstaat is een golf van verontwaardiging
Wegens den Britschen eisch aan de Noord-Iersche
broeders ontstaan. Duitschland heeft in dezen be-
«issenden oorlog tegen het Britsche imperialisme
«et bewijs geleverd dat het in dezen strijd geen
vreemde volken op den Engelschen vijand afstuurt,
ne. democratische Engeland van zijn kant miskent
eigens gewoonte de belangen der vreemde naties, door
neze met brutaal geweld af valsche beloften in het
jagen, met den eenigen wensch, zijn eigen
te sparen. Deze geheele handelwijze echter
Petroleum uit Ned.-Indië uaar
Thailand.
Europapress meldt uit Tokio: Tusschen Japan en
Ned.-Indië zijn besprekingen gevoerd over de leve
ring van petroleum en ruwe olie, alsmede benzine,
naar Thailand. Als gevolg van deze besprekingen
wordt thans bekend gemaakt, dat olieleveringen
uit Nederlandsch-Indië zullen worden voortgezet.
Teneinde dezen uitvoer vlot te doen verloopen, zal
de scheepsverbinding tusschen Batavia en Bangkok
worden verbeterd.
DetStrijd bij Solloem.
Terugtrekken der Britten.
BERLIJN, 27 Mei. De Britsche troepen zijn
met hun voofste stellingen verder van Solloem te
uggetrokken naar het D.N.B. verneemt.
Uitbreiding der Amerikaansche
vliegtuigproductie.
Roosevelt vraagt een crediet van ruim
3 milliard dollar.
Volgens een bericht van de Associated Press uit
Washington heeft president Roosevelt gisteren het
Congres verzocht om goedkeuring van een crediet van
3 milliard dollar voor den bouw van nog meer vlieg
tuigen. 2 milliard 790 millioen dollar zijn bestemd voor
het leger. 529 millioen voor de vloot. Naar Associated
Press verder mededeelt, heeft de seceretaris van Roo
sevelt, Earley, geweigerd een raming te geven van
het aantal in aanbouw zijnde vliegtuigen of te -zeg-
gen of het bommenwerpers of jagers betreft.
(D.N.B.)
tBUtnenCand
De Nederlandsche Unie.
Gewestelijke Raad voor Noord-Hólland.
Het persbureau van de Nederlandsche Unie
schrijft ons:
Dezer dagen vond, in het gebouw van het Ge
westelijk Secretariaat van De Nederlandsche Unie
voor Noord-Holland, aan de Kruisstraat te Haarlem
de installatie plaats van den Gewestelijken Raad
voor Noord-Holland, welke verricht werd door prof.
dr. J. E. de Quay van het Driemanschap.
In dezen raad hebben de navolgende personen
zitting: mej. N. Posthumus Meijjes te Haarlem, mr.
J. Bierens de Haan te Bloem endaal, mr. D. Bos-
scher te Alkmaar, J. Buys te Zaandam, mr. J.
Roelse te Hilversum, A. F. J. Princen te Hoofd
dorp en S. Wytema te Westwoud, terwijl mr. A
A. Aberson het voorzitterschap vervult.
Uit de samenstelling van dezen raad blijkt, dat
elk der zeven districten van Noord-Holjand erin
vertegenwoordigd is, terwijl de bovengenoemde
personen allen een verschillende functie vervullen
in het cultureele, sociale en economische leven in
Noord-Holland.
De heer mr. A. A. Aberson, de voorzitter van
den Gewestelijken Raad voor Noord-Holland, was
reeds onlangs als Gewestelijk Commissaris van De
Nederlandsche Unie voor Noord-Holland vervan
gen door den heer J. D. Schamhart, voordien Secre
taris-Penningmeester van het Plaatselijk Comité der
Nederlandsche Unie te Heemstede.
Na de installatie-plechtigheid van genoemden
Raad werd door prof.dr. J. E. de Quay een voor
dracht gehouden voor genoodigden, naar aanleiding
van verschillende binnengekomen vragen.
De Nederlandsche Unie in Noord-Holland, exclu
sief Amsterdam, telt reeds meer dan 45.000 leden,
terwijl reeds circa 750 Uniekringen in de plaatse
lijke afdeelingen zijn opgericht.
vraagstuk van de blikvoorziening haar daartoe in
staat stelt.
Dezer dagen berichtte een blad, dat op de Alk-
maarsche veiling een partij van 550 kisten jonge
spinazie op de mesthoop zou zijn gesmeten. Een,
naar aanleiding van dit bericht ingesteld onder
zoek wees uit, dat het hier spinazie van tweede en
derde kwaliteit betrof. Wanneer dergelijke spinazie
op een veiling als de Alkmaarsche onverkoopbaar
blijft, is er niet altijd een fabriekmatige verwer
king van al de doorgedraaide hoeveelheden
mogelijk.
Aan een inwoner van Alkmaar, die op het door
draaien van die spinazie kritiek had geoefend, werd
eenige dagen later, toen opnieuw spinazie werd
doorgedraaid, gevraagd, of hij er weg mee wist. Hij
gaf het adres op van een drogerij te Kolhom, die
ze, naar hij meende, zou kunnen verwerken. De
spinazie werd erheen vervoerd.en de inwoner
van Alkmaar belde énkele dagen later de veiling
op met de mededecling, dat die drogerij geen
spinazie bleek te kunnen verwerken. Zoo ziet men,
dat de zaak minder eenvoudig blijkt, dan men-
schen, die de moeilijkheden van het probleem niet
kennen, soms meenen.
Men' zegt wel eens, dat doorgedraaide groente
ter beschikking van de Centrale Keukens ter
plaatse moet worden gesteld, maar een Centrale
Keuken moet haar menu's vooraf vaststellen om
zich van den aanvoer der benoodigde grondstoffen
te kunnen verzekeren. Bovendien zijn de Centrale
Keukens reeds afneemster van groenten van eer
ste kwaliteit en kan men ze niet met groenten van
mindere hoedanigheidopschepen. En in het alge
meen zouden wanneer onverkoopbare groente zou
worden weggegeven de handelaren met hun aan
gekochte hoeveelheden blijven zitten. Dan zou
den die hoeveelheden bederven en zou de moeilijk
heid slechts verplaatst maar niet opgeheven zijn
Het bovenstaande moge ertoe meewerken om te
voorkomen, dat men zich omtrent het doordraaien
van groente onjuiste en overdreven voorstellingen
maakt.
HET TOONEEE
Dr. T. Goedewaagcn, secretaris-generaal van het Departement van Volksvoor
lichting en Kunsten, verrichtte te Den Haag de opening van de tentoonstelling
op het gebied van de Vrijmetselarij, welke in het gebouw der Vrijmetselaarsloge
aan den Fluweelen Burgwal wordt gehouden. Dr. Goedewaagen bezichtigt de
expositie in gezelschap van den heer Oosterbaan, directeur van het Perswezen.
(Foto Schimmelpenning!!)
Amstleven in 1940.
Uit het verslag van Amstleven (N.V. Amsterdam-
sche Maatschappij van Levensverzekering) over
1940 blijkt, dat zij, door de verbreking der verbin
ding met Indië, ten aanzien van haar Indisch kan
toor, aan het einde van het boekjaar slechts over
gegevens beschikte, die voor een deel betrekking
hebben op de eerste twee en voor een ander deel
op de eerste drie maanden van het boekjaar. Met
instemming der Verzekeringskameris toch beslo
ten een balans en winst- en verliesrekening op te
stellen en voor een aantai posten dus niet de juiste,
doch benaderde cijfers te geven. Uitgegaan is
van de veronderstelling, dat in de Indische porte
feuille na 1 Maart 1940 geen veranderingen zijn in
getreden dan die het gevolg zijn van expiratie van
loopende contracten, welke bij het hoofdkantoor
bekend zijn.
Volgens de in Nederland, bekende gegevens is
aan nieuwe verzekeringen afgesloten f 17.291.932.90
en stijgt het verzekerde bedrag met f 2.550.827.20
tot f 235.437 805 met een jaarlijksch premie-inko
men van f 5.551.644.90.
Aan totaal premie-inkomen is geboekt f 6.837.579.92,
bestaande uit f,1.230.390.29 aan koopsommen en
f 5.607.189.63 aan termijnpremiën. De netto-ont
vangsten aan huren en renten vertegenwoordigen
een bedrag van f 2.821.674.90. De premie-reserve
eigen risico wijst aan het einde van het boekjaar
een bedrag aan van f 64.607.979. De gemiddelde te
kweeken rente is 3.63 pet., terwijl van alle beleg
gingen een gemiddelde rente gekweekt is van
4.37 pet.
De winst- en verliesrekening toont een netto
winst van f 464.931.95, waarin een voor Indië ge
calculeerde winst van f 167.609.16. Afgeschreven
wordt aan onbetaalde hypotheekrente f 31.072.81.
In de extra-reserve wordt gestort f 262.295.99. Aan
deelhouders ontvangen over de verplichte stortin
gen op de aandeelen een dividend van f 25 per
aandeel. Over de niet-verplichte stortingen wordt
4.37 pet. 's jaars vergoed, berekend over den tijd,
gedurende welken zij in 1940 in het bezit der Maat
schappij waren. Na bovengenoemde aanvulling
stijgt de extra-reserve tot f 2.982.131.24, De reserve
voor verlies op hypotheken is f 175.665. Het maat
schappelijk kapitaal bedraagt f 2.000.000.
In de jaarlijksche algemeene vergadering van
aandeelhouders is verder het aantal commissarissen
tot zes teruggebracht. De heer D. G. J. Baron van
Heemstra is als commissaris herkozen.
noemt
men „de strijd van Engeland voor vrijheid, de
mocratie en zelfbeschikking".
Binnenkort zal het gezelschap van het Deutsche Nationaltheater uit Osnabrück
in verschillende steden van het Noorden des lands, o a. te Groningen en te
Leeuwarden, een opvoering geven van „Der Zigeunerbaron" van Johann Strauss.
Een scène uit de operette.
(Foto Ernst Krauss)
ORGANISATIE VAN DE COMMISSIE-
Dr. POSTHUMA.
's-GRAVENHAGE, 27 Mei, In het geheele
land wordt met spoed gewerkt om een volledige
organisatie voor den productieslag tot stand te
brengen.
19 Maart jl. werd de commissie ter ondersteuning
van de maatregelen, getroffen voor de regeling tvan
de landbouwproductie (commissie dr. Posthuma)
door den rijkscommissaris voor het bezette Neder
landsche gebied benoemd.
21 Maart d.a.v. werd de commissie, die dr. F. E.
Posthuma tot voorzitter heeft en de voorzitters van
den Christelijken Boeren- en Tuindersbond, van
den Kafch. Ned. Boeren- en Tuindersbond, van het
Ned. Agrarisch Front en van het Ned. Landbouw
Comité tot leden, door den Reichsbauernführer
Graf Grote geïnstalleerd.
21, 23 en 25 April d.a.v. werden de gewestelijke
commissies door dr. Posthuma geïnstalleerd. Deze
commissies zijn met hun arbeid thans zoo ver ge
vorderd, dat de streekcommissies in de gewesten
zijn samengesteld en in vele streken de buurtcom-
missies zijn gevormd.
Met de vorming der buurtcommissies is de orga
nisatie voltooid
Henk Bakker en mevrouw Christien van Bommel—
Kouw hebben op hun succesblijspel „Robbedoes" twee
vervolgen „Najaarsstormen" en „Entr'Acte" ge
schreven en van deze trilogie heeft de vereeniging
Cremer gisteren in onzen Stadsschouwburg als haar
slotvoorstelling van dit seizoen het laatste stuk opge
voerd.
Bob Terlaet, de „Robbedoes" uit het eerste stuk,
speelt in Entr'Acte maar een ondergeschikte rol. Wij
zien haar pas in het laatste bedrijf als een vrouw van
middelbaren leeftijd met grijs haar. Thans is Loes,
haar 21-jarige dochter hoofdpersoon, maar eigenlijk
nog meer Victor van Nieverden, de Lebemann, die in
Najaarsstormen het huwelijksgeluk van de Terlaets
een oogenblik dreigde te vernietigen.
Van Nieverden komt te Parijs zeer toevallig in aan
raking met Loes, die in deze wereldstad haar zang-
studie zal voltooien. Als man van de wereld ziet hij
met zijn groote menschenkennis al heel spoedig, dat
het jonge, onervaren meisje gevaar loopt in Parijs en
vooral in het bohème-milieu waarin zij gekomen is.
Hij acht het zijn plicht over de dochter van Bob de
eenige vrouw, die hij in zijn leven werkelijk heeft
liefgehad te waken en aan hem is het te danken,
dat zij niet het slachtoffer wordt van een mauvais
sujet, dat zijn positie als opera-directeur misbruikt bij
jonge zangeressen. En omdat van Nieverden ook in
ziet, dat Loes geen werkelijke artiste is, grijpt hij nog
verder ih en weet hij haar al is het door een leugen
van verdere zangstudie te Parijs af te brengen. Op
dat beslissende oogenblik komt hij nog eenmaal tp**en-
over zijn vroegere liefde. Bob Terlaet, te staav en
wanneer hij ook haar overtuigd heeft, dat Loes in
Parijs werkelijk gevaar zou loopen en hij het meisje
voor goed „gered" heeft, trekt hij weer verder de we
reld in, om te zwerven, zooals hij heel zijn leven he~*t
gedaan.
Het is opmerkelijk, dat van het vroolijke en zonnigs
van Robbedoes in deze twee vervolgstukken vrijwel
niets is overgebleven. Zoowel Najaarsstormen als
Entr'Acte zijn in veel ernstiger toon geschreven en ze
zijn er niet minder om. Maar de auteurs hebben in dit
derde werk niet de hoogte bereikt van Najaarsstor
men, dat ik altijd nog het beste stuk van deze trilogie
vind. Toch is er ook in Entr'Acte zeer veel goeds
Zoo is het bohème-milieu van deze Hollanders in
lichten toets zeer raak geschreven en is Victor van
Nieverden ook nu weer heel zuiver geteekend. De
handeling is logisch en het stuk is knap gebouwd, al
speelt het toeval er wel een wat groote rol in. Dat
Van Nieverden Loes te Parijs ontmoet, is natuurlijk
mogelijk en zonder dat toeval zou het stuk niet ge
schreven hebben kunnen worden. Maar dat Marcel
Ducroix het mauvais sujet nu juist de man is,
die de dochter van de concierge ongelukkig heeft ge
maakt, is in een zoo groote' stad als Parijs toch wel
heel erg toevallig. Nu de auteurs dit eenmaal zoo be
schikt hadden, leek het mij ook qnnoodig, dat Victor
te voren Ducroix dreigde met zijn invloed om hem
als opera-directeur te laten ontslaan, wat dunkt mij nog
niet zoo eenvoudig zou zijn geweest, ondersteld ten
minste, dat Ducroix voor deze betrekking te Parijs
de capaciteiten bezat.
Maar deze zwakheden beletten niet, dat het stuk
boeit, vooral door de figuur van Van Nieverden en de
dikwijls voortreffelijke dialoog. Met de teekening van
dezen Lebemann, die zijn opkomende liefde voor Loes
onderdrukt, zijn de auteurs zeer gelukkig geweest.
Deze comedie, die ver staat boven de vorige in dit
seizoen .door Cremer gespeelde stukken van Bakker,
heeft op het publiek veel indruk gemaakt en
wij mogen dan ook van een werkelijk en verdiend
succes spreken.
Dit succes was voor een groot deel aan de zeer ver
zorgde opvoering te danken. Als altijd bij de regie
van Bakker was het'spel der verschillende personen
uitstekend op elkaar afgestemd en werd het een flink
geheel. Bakker had voor zichzelf de rol van Van
Nieverden gekozen. Hij had zich een zeer sympathie
ken kop gemaakt en speelde dezen Lebemann met
grooten ernst, gevoel en overtuiging. Hij was volko
men de man met overwicht, die dit milieu beheerscht.
Alleen, had ik, .zijn toon nu en dan vooral in het
begin graag wat lichter gewenscht. Hij was wel wat
te veel; de bezadigde man.
Anneke de Wilde was Loes. Zij leek mij voor deze
Loes met haar kunst-aspiraties in dit Parijsche milieu
wat te degelijk Hollandsch en te meisjesachtig. Ook
haar zag ik althans bij lezing wat lichter en
'n tikje frivoler zelfs. Anders toch zou zij niet
zijn ingegaan, op het voorstel van Ducroix om bij hem
te soupeeren en na haar ontgoocheling onmiddel
lijk voor Van Nieverden in vlam hebben gestaan.
Maar zij speelde in haar opvatting de rol lief, na
tuurlijk en met distinctie.
Mevrouw Bremer maakte iets heel goeds als Bob
van haar korte scènetje in III. Zij zag er ook bij
zonder knap uit met haar witte pruik. Eki Bouwer
toonde weer haar talent van knap typeeren als de rij
pere Yvone en speelde haar scène in II met bedwongen
hartstocht zeer gevoelig en zuiver. Ook mej. Kooren-
blik zagen wij met genoegen als Madame Lafitte.
Haar lang niet gemakkelijk tooneel met Van Nie
verden speelde zij met dramatisch accent.
De heer Crombouw had de ondankbare rol van het
mauvais sujet. Hij wist daaraan relief te geven maar
een Parijsch opera-directeur kon ik toch moeilijk in
hem zien.
Het bohème-milieu dat, gelukkig voor de spelers,
voornamelijk uit Hollanders en niet uit Parijzénaars,
bestond werd niet onverdienstelijk aange
vuld door Aad Strooman, Wim Nottelman
hij vooral typeerde vermakelijk den Vlaamschen
zang-paedagoog, al zou ik niet spoedig een leerling aan
hem toevertrouwen. Huib Tuninga waarom had
de kapper hem zoo'n leelijke pruik gegeven? en
Gerda de Haan. Wim Oostwald was in dit Parijsche
milieu de solide Hollander, wat hij ook zijn moest.
Ik schreef reeds, dat de voorstelling een groot
succes voor de auteurs en Cremer was. Er waren
veel bloemen en aan 't slot nam het applaus den vorm
van een ovatie aan.
J. B. SCHUIL.
N.V. Hollandsclie Kunstzijde
Industrie.
Dividend over 1940 8 procent.
Aan het jaarverslag over 1940 der N.V. Holland-
sehe kunstzijdeindustrie te Breda, wordt het vol
gende ontleend.
De vraag naar kunstzijden garens was in 1940
tengevolge van gebrek aan de gebruikelijke grond
stoffen voor de textielindustrie zoo groot dat onze
afleveringen de productie hebben overtroffen. Der
halve hebben wij over een langere periode op volle
capaciteit kunnen werken dan in 1939 en zijn de
resultaten dan ook uit dien hoofde gunstiger. De
vergrooting onzer productie heeft een daling van
den kostprijs tot gevolg gehad, die den nadeeligen
invloed van stijging van de grondstof fenprij zen
grootendeels heeft teniet gedaan.
Wegens de vroeger plaatsgevonden verminde
ring van ons kapitaal door afstempeling der aan
deelen, is door ons over het jaar 1940 geen winst
belasting verschuldigd, zoodat wordt voorgesteld
het dividend over 1940 op 8 procent vast te stellen
en het restant, zijnde f 36.995.43 te bestemmen
voor dividendreserve.
Per oprichtersbewijs kan dan f 80 betaalbaar
worden gesteld terwijl f 497.71 voor de houders
van oprichtersbewijzen ter beschikking blijft.
Ten aanzien van den gang van zaken bij onze
vennootschap in 1941 kunnen wij. nog mededeelen
dat, als gevolg van het verwerven door de Alge
meene Kunstzijde Unie N.V. van alle uitstaande
prioriteits aandeelen, de in Januari 1931 tusschen
beide vennootschappen gesloten overeenkomst van
samenwerking niet meer verlengd behoefde te
worden. In verband hiermede vonden enkele mu
taties in den raad van bestuur plaats. Dr. F. H.
Fentener van Vlissingen werd tot voorzitter, de
heeren prof. ir. I. P. de Vooys, jhr. dr. D. F. Reuch-
lin en Chr. Stulemeijer tot gedelegeerden benoemd.
Laatstgenoemde blijft te Breda de dagelijksche
leiding voeren.
Indien de toevoer van grondstoffen voldoende
blijft en de steeds grooter moeilijkheden welke wij
speciaal de laatste maanden te dien aanzien onder
vinden. opgelost kunnen worden, zal de vraag naar
kunstzijde ons voorloopig wel in staat stellen om
onze fabriek op de tegenwoordige capaciteit te
laten voortwerken.
adio
Jstotyiamma
DONDERDAG 29 MEI 1941.
HILVERSUM I, 415.5 M.
S.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00
Gramofoonmuziek. 7 45 Ochtendgymnastiek. 8.00 B. N. O.
Nieuwsberichten. 8.15 Dagopening (voorbereid doo het
Vrijz. Prot. Kerkcomité). 8.25 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.45
Gramofoonmuziek. 9.15—9.20 Voor de huisvrouw. 10.00 Or
gelspel. 10 30 Gramofoonmuziek. 11.00 Voor den boer. 11.20
Zang met pianobegeleiding en gramofoonmuziek. 12.00
Amusementsorkest. 12.42 Almanak. 12.45 B N. O- Nieuws-
en economische berichten. 1.00 Omroeporkest met piano-
intermezzi. 2.10 Voor de vrouw. 2.30 De Arnhemsche
orkestvereeniging en gramofoonmuziek. 4.00 Revida-sextet.
4.30 „Muziekcentra in het verleden: Rusland vóór 1914",
causerie met gramofoonmuziek. 5.15 B. N. O. Nieuws-,
economische en beursberichten. 5.30 Ensemble Erica Helen.
6.00 Gramofoonmuziek. 6.15 Cyclus „Sport en lichamelijke
opvoeding". 6.30 Ensemble Bandi Balogh. 7.00 B. N O.
Vragen van den dag. 7.15 „Musica Antiqua". 8.00 B. N. O.
Nieuwsberichten. 8.15 Spiegel van den dag. 8.30 Concert
voor de leden van de Duitsche Weermacht. 9.30 Berichten,
Engelsch. 9.45 Gramofoonlnuziek. 10.00—10.15 B. N. O.
Engelsche berichten.
HILVERSUM II, 301.5 M.
6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00
Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 B. N. O.
Nieuwsberichten. 8.15 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgen
dienst (voorbereid door de Christ. Radio-Stichting), 10,20
Gramofoonmuziek. 11.00 Fluit, piano en gramofoonmuziek.
1.30 Declamatie. 11.45 Gramofoonmuziek. 12.00 Berichten.
12.15 Ensemble Jack der Kinderen en solist. 12.45 B. N. O.
Nieuws- en - economische berichten. 1.00 Ensemble Bart
Ekkers. 1.40 Gramofoonmuziek. 2.00 Pianovoordracht. 2.30
Gramofoonmuziek. 2.45 Orkest Eloward. 3.30 Vreugdeston
den aan ziekensponden. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.30 Voor
de jeugd. 5.00 Christ, lectuur (voorbereid door de Christ,
Radio-Stichting). 5.15 B. N. O. Nieuws-, economische en
beursberichten. 5.30 De Ramblers 6.00 U hebt 't gehad op
de lagere school. 6.15 Orgelspel. 6.45 Gramofoonmuziek.
7.00 B. N. O. Persoverzicht voor binnen- en buitenland.
7.15 Gramofoonmuziek. 7.30—7.45 „Ik was er zelf bij",
causerie). 3.00 B. N. O. Nieuwsberichten. 8.15 Spiegel van
den dag of gramofoonmuziek. 8.30 Omroepsymphonie-orkest
en soliste. 9.45 Gramofoonmuziek. 10.00 B. N. O. Nieuw»-
berichten, sluiting.