«c- SOUTACHE.... EEN FIJNE, MODERNE VERSIERING. ZELF NAAIEN. Centrale Verwarming N.V. Holster AdTreM?n35 Robinia. Onder valsche vlag ZATERDAG 7 JÜNT 194Ï Handige vingers knutselen sprookjesachtige motieven. De lente is in 't land, eindelijk dan toch. Als een weelde van koestering en kleuren stort hij zich over ons uit! Laten we zorgen, dat we spoedig het laatste toetsje van smaakvolle jvergiering aanbrengen aan onze zomerjurken. Nu kunnen we hieraan immers zoo gemakkelijk een avond besteden, nu in de milde avondzon onze vingers als vanzelf grijpen naar iets lichts en luchtigs. Enwat is mode? Twtninr We hebben dit voorjaar, toen we de étalages be keken, gezien dat er naast de warmgetinte, groot- bloemige, fleurige zomerjurken, toiletjes waren van een zeer gedistingueerden eenvoud, effen van tint en enkel versierd met fijne motieven van kant of bloemen. Een schat van een namiddagtoiletje zagen we in marineblauw met witte kanten bloe men aan schouder en heup; een andere creatie in zacht-groen met een bolero'tje, afgezet met fijn naaldwerk. Hebben we ook nog niet zoo'n simpel jurkje, mooi van kleur en van coupe, dat op een passende garneering wacht? Of koopen we een aardig lapje in effen tint? Dan vinden we in deze foto's en teekening een prachtidee, dat we met eigen hand kunnen uit voeren. Moeilijk en ingewikkeld? Heelemaal niet. De motieven lijken u luxueus en misschien zelfs vreemd, maarals u ze goed bekijkt, blijken ze geheel te zijn opgebouwd uit eenige tientallen meters fijn soutache. Iedereen, die een klein beetje handwerkroutine heeft, kan deze alleraardigste motieven zelf maken. U begint met het gewenschte model te teekenen en uit te knippen en legt de teekening op de plaats aan hals of taille, die u ermee wilt versieren dit om teleurstelling te voorkomen, als het motief niet past of niet zoo voldoet, als u gedacht had. Het allereenvoudigste motief is een groote „com posiet", die bestaat uit een hart, dat niets anders is dan een rolletje soutache tusschen duimen en vingers opgerold, zooals we 't als kinderen met serpentines deden. Als dit rolletje u ziet het duidelijk op de werkteekening hier en daar is vastgestoken, wordt de bloemkroon gevormd uit gelijke lussen, eromheen genaaid. Aan binnen- en buitenzijde van de bloem wordt een draad door gehaald..... Zijn alle bloemen klaar,' dan worden ze op een (Foto Dellla, Amsterdam) zijden lint genaaid en als halssieraad voor een hooggesloten japonnetje gebruikt. Een alleraardig ste, eenvoudige versiering, die het zeker doen zal er: die in één verloren avondje kan worden ver vaardigd. Wilt u een ingewikkelder versiering, een vlin dermotief of iets, dat lijkt op een sprookjeachtig gesterrel van ijsbloemen? Dan vindt u hiervan ook een paar voorbeelden op een der foto's. U begrijpt, dat een dame met fantasie hier allerlei mooie com binaties kan bedenken, waarbij bloemen, vruchten, bladeren en gevlochten koord een rol spelen. We moeten u echter op het hart drukken, met het eenvoudigste te beginnen en dan vooral eerst een teekening te maken. (Foto Delila, Amsterdam) ONS EIGEN GROENTETUINTJE. Gevarieerd voedsel door eigen gewas. Indien we een klein, eigen groentetuintje het onze kunnen noemen, zijn we dit jaar goed af. Wie gezond voor haar gezin wil koken, moet zorgen iederen dag iets anders op tafel te brengen. Ons tuintje kan ons hierbij prachtig helpen. Denkt u maar eens aan de volgende voorjaars- en zomer groenten: peulen, doppers, tuinboonen, zomerwor- teltjes, radijs en boonen! Peulen, doppers, tuinboonen kan men binnenshuis in bakjes voorkiemen om een vroege opbrengst te hebben. Benut den grond goed door tusschen de rijen spinazie, raapstelen of snij- sla te zaaien en kropsla uit te planten. Worteltjes kan men op rijen zaaien van 10 c.M. Dun ze daarna uit en trek ze bij het oogsten voor den voet weg op. In menig uitgebreider tuintje zullen postelein, zomerbieten, komkommers, augurken, inmaak uitjes, zomerramenas en sterrekers voor de boter ham nog een plaatsje vinden. Een kruidenhoekje mag in geen tuintje ontbreken. Naast selderie en peterselie zaaien we wat boonenkruid, kervel en basilicum voor het geurig maken van soepen, groen ten, sauzen en azijn. Bij vleesch en visch en voor den inmaak in azijn zijn onze eigen kruiden on misbaar. Kent u de lavas of maggiplant? De blaadjes hiervan geven aan soep en saus de bekende maggi- smaak. Het is een overblijvende plant en niet ge makkelijk van zaad te winnen. Probeer dus een goede plant te krijgen. U heeft er jaren voordeel var. Wist u, dat peterselie zooveel vitaminen bevat? Zeer fijn gehakt rauw door soep, saus, groenten en stamppot, wordt niet alleen de smaak, maar ook de voedingswaarde verhoogd. Om de koude, vaak vochtige maanden door te komen, moet iedere huisvrouw in de zomer- en herfstmaanden vooruit zorgen. Wist u, dat bruine en witte boonen, groene erw ten en capucijners met wat melk of ondermelk door het middagmaal, niet onderdoen voor vleesch? En dat een flinke portie boerenkool evenveel eiwit kan bevatten als 1 ons vleesch? Zonder in te maken kunnen we uit ons tuintje iederen dag versche wintergroenten hebben. Be kijk het volgende maar eens en bestel dan direct het zaad: Versch uit den tuin hebben we boerenkool, spruitkool en prei. Diege nen, die meer soorten wenschen, nemen nog Brus- selsch lof en veldsla. Op een vorstvrije droge plaats bewaren we rapen, vaste late witte, roode en savoyekool, uien en (of) sjalotten, bruine en (of) witte boonen, erwten en (of) capucijners. Uien zijn gestoofd of gebakken en in stamppot een heerlijke wintergroente. Erwten dienen niet alleen voor soep, maar smaken ook in een stamppot van b.v. wortels uitstekend. Ze kunnen dan vleesch vervangen. In den kuil buiten of in bakken met zand binnenshuis bewaren w.e, prei, winterwortelen, winterbieten en ramenas. Prei is gestoofd een fijne wintergroente en dient dus niet alleen voor soep. Ze is winterhard en blijft in niet te natten grond tot het voorjaar goed. Zet men de helft op een beschut plaatsje goed afge dekt in zand, dan kan men er ook gedurende de vorst van gebruiken. Ramenas wordt geschild en in plakjes gesneden met zout op de boterham gegeten, evenals radijsjes in den zomer. Tomaten kent al wel iedereen. Verbouwt u ze echter ook zelf? Probeer het eens met een paar planten. In Mei worden ze op afstanden van 50 c.M. uitge- plant. Zorg, dat ze vollen zon krijgen. Zet er een f linken stok bij, bind ze aan en verwijder zorgvul dig de zijscheuten of dieven. Nadat zich 2 a 3 vruchttrossen gevormd hebben, verwijdert men den top. Rabarberplanten kunt u vervroegen door een oude mand of kist van binnen met een laag broeimest en ook van buiten goed afgedekt om de warmte tegen te hou den over de plant te zetten. De bladstelen groeien dan flink uit. Ieder jaar heeft de plant stalmest, beer of stikstof noodig. De inmaak. En wat gaan we nu nog inmaken? zult u zich afvragen. Onze inmaakglazen bewaren we voor vruchten, vruchtenmoes en eventueel als we op 't platteland wonen voor vleesch- van eigen slacht. Voor den Zondag en een extra gelegenheid maken we nog een paar flesschen groente in. Vruchtensap, jam en gelei in flesschen en jam potjes. Tomatenpuree en sap in potjes en fleschjes. Een flinke pot zuurkool; voor een groot gezin van ongeveer 30 liter, en een klein potje sla of snij- boonen van niet grooter dan 15 liter: We beginnen dus met goeden moed aan onzen groentetuin. Nu meer dan ooit is een goede zelf voorziening voor hen, die hiertoe in de gelegen heid zijn, gewenscht! EEN COMPLET VOOR DE BABY (Foto De Haas) Voor dit aardige pakje, overgooier en jasje, voor een baby van drie tot zes maanden, hebben we 100 gr. camisole wol gebruikt, kleur lichtblauw, en een restantje rose. Voorts vijf kleine knoopjes en l'/z m. lichtblauw zijden lint. Pennen no. 3. OVERGOOIER. Voorpand. We zetten 20 st. op en breien 4 pennen recht. De 5de pen: 3 r. 2 st. af kanten, 4 r. 2 st. afkanten, 4 r. 2 st. afkanten, 3 r. 6de pen. 3 r. 2 st. bymaken, 4 r. 2 st. bijmaken, 4 r. 2 st. bijmaken. 3 r. Op deze manier hebben we 3 knoopsgaten gebreid: nu breien we nog 3 pennen recht en we hebben dan 4 ribbels. Nu beginnen we aan 1 pen recht, 1 pen averecht, en bij het begin van elke pen meerderen we 2 st. Na 4 pennen bre ken we de draad af, knoopen de rose draad aan en breien een pen rose. Dan weer de draad afbreken en de blauwe aanknoopen en de volgende pen breien: 5a 1 afhalen, 6a 1 afhalen. Deze 6a 1 afhalen herha len tot we eindigen met 5a. Dan nog 4 pennen ave recht met blauw, waarna alles herhaald wordt, 1 pen rose enz. We blijven meerderen tot we 72 st. hebben. Dan breien we door *ot we 15 sti-epen rose hebben en na deze ook 5 pennen te hebben ovei-ge- breid, is de eerste pen van het pasje: 2 recht te zamen breien, 1 recht. 2 averecht, 2 te zamen, 1 r., 2a, enz., eindigen met 2 recht. Op de pen hebben we nu 58 st. De volgende pen is 2 r, 2a. Als we 10 pen nen 2r., 2a. verspringen hebben gebreid, verdeelen we het werk in tweeën en breien eerst de eene helft op. We mindei-en telkens aan het begin van iedere pen tot we 7 st. over hebben en kanten deze af. De tweede helft is gelijk aan de eerste en de rug is ge lijk aan het vooi-pand, maar natuurlijk zonder knoopsgaten. Voor de pijpjes zetten we 64 st. met blauw op en breien 8 pennen 2 r. 2a. verspringen. De pijpjes worden er onzichtbaar aangenaaid, en sluiten van onderen ook weer met een lusje, zoo dat er nu 5 knoopsgaten zijn. De afwexking boven geschiedt met een koordje of vlechtje. De schou ders sluiten met strikken. JASJE. Voor den rug zetten we 130 st. op en breien 14 pennen 2r., 2a. verspringen. Dan 8 st. 2r. 2a., de heele pen x^echt, en dan weer 6 st. 2r. 2a. De eerste en laatste 8 st. blijven steeds 2 r., 2a. ver- springen van de blauwe kleur. De rest van het brei- werk is als bij den overgooier. Na 4 pennen breien we dus een pen rose, alleen de rechte steken. Te rug met blauw als volgt: 8 st, 2r., 2a. verspringen, 4a.. 1 afhalen, 6a. 1 afhalen, enz. en de laatste 8 st. weer als het begin. Na 5 pennen blauw weer een pen rose, en zoo breien we door tot we 8 strepen x'ose hebben; het wex-k is dan van onderaf 16 c.m. Nu splitsen we het werk in 3 deelen, 33 st. voor het linkei-voorpand; 64 st. voor den rug, en 33 st. voor 't rechtervoorpand. We breien eei'st den rug op. 2x\, 2a. verspringen, en telkens 2 te zamen aan het eind van elke pen tot'we 32 st. over hebben. Af kanten. Bij het opbreien van het linkervoorpand minderen we telkens aan het begin van de pen bij het armsgat. Midden voor frreien we recht door; hebben we nog 16 st. over, dan bi'eien we deze door tot een rechte bies, lang 9 c.m. en dan nemen we de steken op een draadje. (Dit is de halve kraag). Het x-echtervoorpand is een spiegelbeeld van het linker en de kraag wordt achter aan elkaar gemaasd. MOUW. We zetten 34 st. op en bx'eien 2r., 2a. ver- spi'ingen, terwijl we om de 8 pennen voor en ach ter een steek meerderen, tot 50 st. Is de mouw 14 c.m. lang, dan breien we aan het eind van iedex-e pen 2 te zamen tot we 16 st. over hebben en kan ten af. De mouwen worden er ingenaaid, het geheel on der een vochtige doek gestreken en de lintjes be vestigd. Maak zelf uw klceding dat is de titel van het boek dat voor me ligt, en dat een handleiding wil zijn voor het knippen en naaien van dames- en kin- derkleeding. Niemand zal ontkennen dat aan zoo'n handleiding in den tegenwoordigen tijd behoefte bestaat, want niet alleen worden er veel „lappen" gekocht (denk maar eens aan het bedrukte lapje kunstzij op onze K-bon), daarbij hebben alle naaisters het overloopend druk, zoodat men lang moet wachten op het afleve ren van de kleeding, maar bovendien valt er veel te veranderen en te vermaken, waarvoor men, nog meer dan voor nieuw naaien op de hoogte moet zijn van de eischen die aan naaiwerk worden gesteld. Het eerste deel van het genoemde boek gaat alleen nog maar over kinderkleeding, schrijfster is mejuf frouw J. van Moosel, leerares aan de Vakschool voor Vrouwen- en Kinderkleeding te Amsterdam, de uitgeefster is „Kosmos", eveneens te Amsterdam. Als men alleen al in dit boek ziet, hoeveel er bij het maken van kinderkleeding komt kijken, dan is het geen wonder dat daarover al een heel boekdeel kan worden volgepend en volgeteekend. Nu behan delt het ook niets meer of minder dan onder- en bovenkleeding voor jongens en meisjes van 214 jaar, dus dat wil nogal wat zeggen. Een meisjesregenmantel, een meisjes-raglanmantel met capuchon, een jongensbroek, een plusfour en een kampeerbroek, dit zijn allemaal modellen, waaraan een onhandige naaister zich allicht niet zoo spoedig wagen zal, maar dan zal zij toch, aan de hand van dit boek, haar kennis aanmerkelijk kunnen vergrooten. Grondpatronen en normaalpatronen, vex-grooten van patronen, het knippen van de stof, verschillende soorten van naden en stofberekeningen, dit zijn al lemaal factoren, die voor het welslagen van het wex-k doorslaggevend zijn; eigenlijk kan men zeg gen dat* alle werkzaamheden voordat het eigenlijke naaien begint het succes van het werk beteekenen; met het naaien zelf kan een huisvrouw die daarvan eenig denkbeeld heeft, weinig meer verknoeien, zoo dat het van het grootste belang is om voor die voorbereidingen goed beslagen ten ijs te komen. Met duidelijke teekeningen en beknopte beschrij vingen worden de verschillende, meest voorkomende modellen voor alle leeftijden behandeld en het zal niet moeilijk zijn om aan de hand hiervan zelf goedpassende patronen op ware grootte te knippen en het betreffende kleedingstuk te maken. Juist voor de kinderkleeding is deze handleiding van zooveel belang, omdat in dezen tijd van textiel- schaarschte zooveel kleeren van volwassenen tot kin derkleeding moet worden verwerkt, waarbij een goed patroon zooveel kan bijdragen tot een behoor lijk resultaat. Het is immers noodig dat er niets verlo ren gaat, en toch willen wij onze kinderen graag goed en fleurig gekleed zien. Dat is geen gemakke lijke taak, die wij onszelf stellen, maar het is dan ook de moeite waard om ons daarvoor te willen ver diepen in de problemen van patronen en alles wat daarmee samenhangt. E. E. J.—P. AUTOM. OLIE - KOLENSTOOKINR. SANITAIRE INSTALLATIES. (Adv. Ingez. Med.) Voor de Kinderen (Teekeningen H. Kannegieter). EEN IMITATIE TEDDY-TRIX. Wacht, hij brengt hem naar de keuken. Maakt wat eten voor hem klaar. Als hij zich niet goed mocht voelen, is het aan stonds voor elkaar. Tjonge, 't is een heele sjouw hoor, met zoo'n stoel door deur en gang. Maar als 'k heen en weer moet loo- pen, duurt het wellicht veel te lang. Zoo, daar staat hij bij 't fornuis nu en ik maak wat havermout. Als ik hem dat hier kan geven, is 't natuuilijk nog niet koud. Warmte zal het beste wezen voor een klei nen, zieken hond. Als hij dit heeft opgege ten, is hij zeker weer gezond. ROBINIA. (foto Hendriks.) We kennen Robinia, veelal foutief Acacia ge- noemd, meestal als boom. Maar er zijn ook enkele heesters onder, die zelfs in een niet te grooten tuin een heel goed figuur zullen slaan. Eén daarvan is Robinia hispida, die al op zeer jeugdigen leeftijd mooie groote trossen van lila-rose vlinderbloemen draagt. Een tweede, minder beken de, maar eveneens zeer mooie soort is Robinia Kel- seyi. Ook deze bloeit al zeer vroeg en de bloem trossen hebben een prachtige karmïjnrose kleur. Beide soorten groeien haast overal goed, alleen niet op winderige plaatsen. Over het algemeen geldt voor het geslacht Robinia, dat een open, zonnige standplaats is gewenscht en een kalkrijken, mineraalhoudenden bodem. De meest bekende soort is de Robinia-pseudacacia, die meestal alleenstaand voorkomt en dan een korten stam en een mooie regelmatige kruin vormt. De mooie geveerde bladeren en de prachtige trossen van zuiver witte, heerlijk riekende vlinderbloemen zijn wel een ieder bekend. Wanneer de wind naar ons toe is, ruiken we den heerlijken geur al op een afstand van tientallen meters, een heerlijken zoeten en toch fris- schen geur. De bloei duurt van Mei tot Juli. Van Robinia pseudacacia bestaan nog meerdere va riëteiten: R. p. Bessoniana groeit zuilvormig om hoog. Dit is een zeer goede boomsoort voor smalle wegen. Ze groeit op zeer arme gronden. R.p. semperflorens heeft de prettige gewoonte om den geheelen zomer door te bloeien. De witte bloe men hangen in groote trossen en rieken heerlijk en de boom is ook in het aantal van zijn bloemen niet karig. Den geheelen zomer door bloeit hij rijkelijk. Zeer mooi is ook de Robinia neomexicana. Deze heeft groote, blauwgroen geveerde bladeren en bloeit in Juni-September met groote lila-rose bloem trossen. Deze Robinia wordt niet zeer hoog en is dus meer voor tuinen geschikt. Maar het beste voor den tuin zijn toch de beide eerstgenoemde soorten: R. hispida en R. Kelseyi. Alleen wel bedenken, dat beide een beschutte standplaats noodig hebben. A. J. D. MAXIMUMPRIJZEN VOOR ANSJOVIS. In een op 5 Juni j.l. afgekondigde beschikking worden de maximum-prijzen vastgesteld voor ansjovis, filet en ansjovisproducten, zoowel als pastei. Voor ansjovis, die in kleine hoeveelheden wordt verpakt, zijn een aantal standaard verpakkingen voorgeschre ven. De kleinste hoeveelheid bedraagt 10 stuks in flacons; de winkelier mag daarvoor f 0.52 -vragen. Keulsche potten, inhoudende 100 stuks, kosten f 3.60, blikken van 4 K.G. netto f 9.25. Voor alle daartus- schen liggende soorten van verpakking zijn de prij zen precies aangegeven. Ansjovispastei in tuben van 65 gram mag f 0.64 kos ten; andere vischpastei, waax-in ansjovis is verwerkt, is eveneens in de prijslijst opgenomen. Ansjovisfilet is opgenomen in blikken en potjes van verschillende grootte; los uitgewogen mogen de filets f 2 per K.G. kosten. In een afzondex-lijke publicatie van den gemachtigde voor de prijzen is een volledig overzicht der nieuwe prijzen opgenomen. AGRARISCH FRONT. FRONT VAN NERING EN AMBACHT. Men schrijft ons: Dondei-dagmiddag werd door het Agrarisch Front tezamen met het Front van Nering en Am bacht een Districtskantoor geopend aan den Wa genweg No. 9 te Haarlem. Bij de opening, waar voor groote belangstelling bestond, waren aan wezig de secretaris van den Beauftragter voor de Provincie Noord-Holland, de Gouwleider van het Agrarisch Fx-ont voor Noord-Holland, de Front leider van het Front van Nering en Ambacht, de Districtsleider van district 14 der N.S.B. en vele anderen. De aanwezigen werden welkom geheeten door den districtsvertegenwoox-diger van het Front van Nering en Ambacht, waarna het woord wex'd ge voerd door den Frontleider van het Front van Nering en Ambacht en den Gouwleider van het Agrarisch Fx-ont. De wei'kzaamheden, welke door de beide Fron ten worden verricht, nemen steeds in omvang toe en daarom voox-zit dit goed ingerichte districts kantoor in een dringende behoefte aan vergader ruimte. MARINUS BERTRAM. 20) (Nadruk verboden). Die nieuwe jongen heeft dan zeker het eerste be richt gebracht? vroeg Albert. Sinds de ruzie met Ndabamatoba was er bijna geen Inlander in de buurt van het hotel geweest, maar juist twee dagen geleden had zich een flinke kerel voor stalwerk aangeboden en zonder veel vragen had van Oordt hem in dienst genomen. Zoo is het, bevestigde van Oordt nu. en om je de waarheid te zeggen, heb ik het gevoel, dat we den boel maar eens moesten gaan klaarmaken, dat we op het eerste sein er vandoor kunnen. Zij liepen om het huis heen, naar den stal, waar Albert de muilezels, juist zooals hun eigenaar gezegd had in puike conditie vond. Het waren krachtige dieren, en Albert kon zich begrijpen, dat zij in staat waren als de „weerlicht" te loopen. Ze maakten alles klaar om direct te kunnen inspannen, toen de stal jongen een kreet slaakte en stil bleef staan luisteren. Van Oordt volgde zijn voorbeeld. Het is een ruiter, zei hij, misschien meer dan een. Och, van Duyven. wil jij eens kijken wat het te beteekenen heeft? Ik moet dit nog even klaar maken. Wie het ook is, hij rijdt heel snel. Albert deed wat hem gevraagd werd. In de verte zag hij snel een ruiter naderen. Hij kwam in wilden galop recht op het hotel aan en had na korten tijd Albert bereikt. Hij liet zich van zijn paard glijden zonder de teugels los te maken. Het arme dier stond met hangenden kop te hijgen en scheen op het punt ln elkaar te zakken. De man was een ruw type; een eigenaar van een kleine boerderij of een veehouder, classificeerde Albert hem. Hij zag er beangst en op gewonden uit. Mijnheer van Oordt, begon hij. nog voor hij weer op adem gekomen was, het is begonnen. Overal is opstand en het is zaak om hier direct weg te komen als uw leven u lief is. Een van Ndabamatoba's impi's (kaffer-regimenten) komt hier recht op aan. Albert nam geen tijd om den man uit den droom te helpen omtrent zijn identiteit. Hoe ver is die impi hier nog vandaan? vroeg hij. Ik zag ze net over den weg bij Mundhloza trek ken. Ze zullen nu wel gauw hier zijn.... héél gauw ook. Hoe ver is dat hier vandaan, waar u ze het laatst zag? drong Albert aan, tot groote verbazing van den ander. Neemt u mij niet kwalijk, maar wat mankeert u, mijnheer van Oordt? Ach. natuurlijk, deze man hield hem ook alweer voor van Oordt. Het was dan ook geen wonder, dat hij er zich over verbaasde, dat deze informeerde, hoe ver de weg bij Mundhloza hier vandaan was. Als u niet gauw gaat. zullen ze hier zijn en u den weg naar het kamp bij Emvati afsnijden, want daar zult u toch zeker heen willen. Maar geef mij ln 's he melsnaam wat te drinken voor wij verder gaan. Ik moet nog naar een boerderij 15 K.M. verder om de menschen daar te waarschuwen. Albert hoorde zijn gastheer bezig met het tuig van de muildieren en den staljongen met het rijtuigje klaarmaken. Hij wilde hen niet storen en zet tegen den boodschapper: Kom maar mee naar binnen. De man liet zijn teugels op den grond vallen en ging met Albert mee. Hiei\ zei Albert, bedient u zich. Och. het kan me niet veel schelen, als ik maar wat te drinken krijg. Hij schonk zich een glas in, maar werd gestoord door iets, dat hem nog veel meer deed schrikken dan de troep kaffers Iets gooide het glas in zijn hand aan gruizelementen en de beide mannen zagen een leeg spuitwaterfleschje door de open deur zijn weg naar buiten vervolgen. Op hetzelfde oogen- blik kwam een fijne vrouwenstem, maar met een schorren klank erin van de andere zijde van de deur, die naar de keuken leidde. Je zult je zelf even bedienen! Ik zal je wel leeren wie hier de baas is, en toen volgde een stroom van woorden, waarvan een van de hoorders eenvoudig niet gelooven kon, dat zij uit den mond kwamen, die ze uitte. Albert werd bleek en met twee stappen was hij in de keuken. Daar stond in den anderen hoek, met oogen als een in het nauw gedreven dier en handen als klauwen, Celina te wankelen, dronken, half krank zinnig! HOOFDSTUK XVIII. Umzuti's impi. Albert bleef als betooverd staan. Het verschrikke lijke van wat hij daar zag, had hem het gevaar, waar in ze verkeerden, volkomen doen vergeten. Hij was niet erg kieskeurig, daarvoor had hij te veel beleefd, maar dit maakte hem onpasselijk. Hij kon geen woor den vinden en bleef maar staan kijken. Zij daaren tegen vond een heeleboel woorden! Eindelijk kwam van Oordt binnen. Zijn gezicht scheen uit steen gehouwen en het was doodsbleek. Hij was wel aan deze dingen gewend, of schoon ze niet vaak voorkwamen. Maar op dit oogen blik van gevaar hadden ze hier te doen met een furie, die geen besef had van wat ze deed en daar door snel handelen onmogelijk maakte. En juist daar van hing alles af! Toen ze haar man in het oog kreeg, barsttte de deerniswekkende vrouw in een nieuwen vloed van scheldwoorden uit. In een onderdeel van een seconde had van Oordt zijn plan de campagne gemaakt. Hij ging naar de kamer, waar de boodschapper nog steeds zal, schonk een gi-oot glas vol drank en keerde hiermee naar de keuken terug. Hier Celina, zei hij kalmeerend, dx-ink dit nu eens op, dat zal je goed doen. De uitwerking was verrassend en direct. Alsof sterke machten haar geboden, hield Celina op met haar ge tier. Ze stak haar hand naar het glas uit en een be klagenswaardige, idiote trek kwam op haar gezicht. Van Oordt hield het glas vast en enkele minuten na dat zij het leeggedronken had legde hij haar in een toestand van volkomen bewusteloosheid op den grond. Het is de eenige oplossing, zei hij verontschul digend. Nu kan ze op den bodem van. het rijtuig liggen zonder dat we last van haar hebben. Zooals ze daarnet was zou ze ons eenvoudig tpt een prooi voor die zwarten gemaakt hébben. Buiten stond het rijtuig, een soort brik, al klaar. Nkala, de nieuwe staljongen, hield de voorste twee dieren bij hun bitten vast. Van Oordt nam zijn vrouw op en legde haar zoo vooi-zichtig mogelijk op den bodem van het rijtuigje. Om maar geen oogenblik te verliezen was Albert begonnen met de wapens en munitie in te laden. Je deed beter ook maar met ons mee te gaan, Seeker, zei van Oordt tegen den boodschapper. We hebben een man nog meer noodig dan iets anders. Ja, ik ga mee. Ik denk niet dat de impi naar Elandskop gaat: daar wou ik eerst nog naar toe. Ik geloof eerder dat ze den kant van Emvati opgaan Ja. daar gaan ze naar toe, verklaarde van Oordt op een toon, die bewees dat hij op de hoogte was. Als ik jou was, zou ik mijn paard naast die muildiei-en vastmaken en zelf in het rijtuig komen. Eenige kilometers werden afgelegd, zonder dat een der mannen veel zei. Allen waren ze met hun eigen gedachten vervuld. Van Oordt was een uitstekend koetsier en de muildieren liepen prachtig. Albert voelde zijn sympathie voor zijn dubbelganger stijgen. Die vrouw die daar nu op den bodem van het rijtuig lag, was wel een afschuwelijke schaduw in het leven van een man! En hoe vlug en energiek was deze niet in het oogenblik van gevaar opgetreden! Maar wat een vree- selijke ontdekking was het geweest. Als hij er dacht, liep een koude rilling over zijn rug; hij was bijna een maand in huis geweest en hij had niet het min ste vermoeden van de werkelijkheid gehad. Een waar schuwende por van Seeker met wien hij op de achterbank zat deed hem de richting, waarin deze keek, uitzien. Ze reden over een weg door een onbeschutte vlakte. Aan den anderen kant van het dal op een kilometer of twee afstand liep nog zoo'n weg bijna evenwijdig aan die. waarop zij reden En op dien tweeden weg bewoog iets. Dat zijn ze, zei Seeker. Van Oordt, dien Seeker ook gewaarschuwd had, wierp eveneens een blik naar den anderen weg, maar hij zei niets. Hij vergrootte alleen de snelheid van het rijtuig. De dieren schenen zijn woorden, dat ze „als de weerlicht" konden loopen, niet te logenstraffen. Als ze het zoo eenigen tijd konden uithouden, hadden ze een goede kans. Het ergste was dat de twee wegen, die tot nog toe vrijwel evenwijdig hadden geloopen, nu steeds meer naar elkaar toekwamen. Het ging er om, wie het eerst op het kruispunt zou zijn! Een andere uitweg was er niet; den weg verlaten stond gelijk met zelfmoord! De muildieren holden voort, bestuurd door van Oordts krachtige hand. Weldra konden de vluchte lingen den troep kaffers nauwkeurig waarnemen met de met veeren versierde schilden de assegaaien, die de krijgers heen en weer zwaaiden, als ze met ge bogen hoofd vooruit renden Er zijn er op zijn minst honderd, zei Seeker en hij laadde zijn geweer vast. Kunt u zien, of er bij zijn die geweren hebben? Neen, maar dat doet er ook minder toe, want al hadden ze geweren, ze zouden er nog geen olifant mee kunnen raken. Tegelijk draaide hij zich om en ging zoo liggen, dat hij bij het schieten liet minste last van het schokken van het rijtuigje zou hebben, een voorbeeld, dat de ander volgde. De impi liep in gesloten gelederen. Een reus van een kerel scheen de leider te zijn. Behalve zijn andere wapens droeg hij een geweer en schuin over zijl borst een welvoorzienen patroongordel. Zonder, zijn hoofd om te draaien zei van Oordt: Schief er midden in. Het zal ongeveer driehonderd meter zijn. In ieder geval schrikt het ze toch even af. Het is niet gemakkelijk uit een schuddend rijtuig goed te mikken en het gevolg was dan ook, dat een van de kogels dichtbij in den grond sloeg en de an dere ergens in de verte, de hemel weet waar, neer kwam. Direct daarop vuurden de mannen weer; bei den hadden instinctmatig den grooten donkeren reus tot doel genomen- Dezen keer schenen ze iemand ge raakt te hebben, want de gelederen openden zich' even en de geheel e impi kwam tot stilstand. Maar de leider was ongedeerd. Tot nu toe had de impi zwijgend voortgeloopeö, maar toen ze hun weg vervolgden hieven ze hua strijdkreet aan. Joesoetoe! klonk het. ^Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1941 | | pagina 6