Bonnen die thans geldig zijn: De moord te Amsterdam Onder valsche vlag Eén bloemkool twee groenten. MAANDAG 9 JUNI T94T AARDAPPELEN. BON 04. T.m. 8 Juni: 1V2 Kg. BON 05. T.m. 15 Juni: VA Kg. BOTER- OF VETKAART. BON 17. T.m 14 Juni: 250 gr. boter of 200 gr. sla- of raapolie. BON 18. T.m. 14 Juni: 250 gr. boter. Vetkaart reductie. BROOD. GEBAK. BON 21. T.m. 11 Juni 200 gr brood of 2 rantsoe nen gebak. BON 24. T.m. 22 Juni 100 gr. brood of 1 rantsoen BON 22. T.m. 22 Juni 200 gr. brood of 2 rantsoe nen gebak. BON 8 (Bloemkaart) t.m. 15 Juni 50 gr. brood of rantsoen gebak. EIEREN (Bonkaart Alg.). BON 97. T.m. 8 Juni 1 ei. BON 51. T.m 8 Juni 1 ei. BON 53 en 88. T.m. 15 Juni: 1 ei. MEEL EN GRUTTERS WAREN. (Bonkaart Alg.). BON 32. T.m. 15 Juni: 250 gr. rijst, rijstemeel, rijstebloem of grutte- meel BON 24. T.m. 15 Juni: 250 gr havermout, ha vervlokken, haverbloem. aardappelmeelvlokken, gort, gortmeel of grutten BON 25. T.m 15 Juni: 250 gr gort. gortmout of grutten. BON 26. T.m. 15 Juni: 100 gr. macaroni, vermi celli of spaghetti. BON 27. T.m. 15 Juni: 100 gr maizena, gries- meel, sago, aardappel meel of puddingsaus- poeder. BON 8 (Bloemkaart). T.m 15 Juni: 35 gr. meel of bloem. MELK. Bon 19. T.m. 8 Juni: 1.J4 L. melk. BON 20. T.m. 15 Juni: 1-J4 L. melk. KAAS. (Bonkaart Algem.) BON 66 en 76. T m. 15 Juni- 100 gr BON 67 en 77. T.m. 29 Juni: 100 gr. SUIKER. (Bonkaart Alg.) BON 31. T m 8 Juni 1 kg BON 42. T.m. 6 Juli: 1 kg VLEESCH EN VLEESCH- WAREN. BON 17 „vleesch". T.m 7 Juni: 50 gr. vleesch. BON 17 „vleeschwaren" T.m 7 Juni V2 rantsoen BON 18 „vleesch". T.m. 15 Juni: 50 gr. vleesch. BON 18 „vleeschwaren" T.m. 15 Juni y2 rantsoen PEULVRUCHTEN. (Bon kaart Algemeen). BON 52. T.m. 22 Juni: 500 gr. KOFFIESÜRROGAAT EN THEE (Bonkaart Algem BON 34. T.m. 22 Juni 250 gr. koffiesurrogaat of 40 gr. thee. ZEEP. (Bonkaart Algem.) BON 35. T.m. 29 Juni 15Ó gr. toiletzeep, 120 gr. huishoudzeep, 200 gr. z. zeep, (oude samenstel- ling). 150 gr. z. zeep, 300 gr. z zeeppasta. 250 gr. zeeppoeder, 125 gr. zeepvlokken, 250 gr. Toifwp-v-^nrle waschmid- delen. 200 gr. vloeibare zeep of 600 gr. wasch- poeder. SCHEERZEEP ENZ. BON K (Textielkaart). T.m. 31 Aug.: 50 gr. PETROLEUM. Periode 10. T.m. 15 Juni: 2 L. HONDENBROOD. BON 14. T.m. 30 Juni: Groep 1 en 2: 10 Kg; Gr 3: 8 Kg; Gr. 4: 5 Kg; Gr 5: 4 Kg: Gr 6: 3 Kg. KATTENBROOD. BON 14. T-m. 30 Juni: 1V2 Kg. Hoe de politie het drama ontraadselde AMSTERDAM, 7 Juni (ANP) De nadere bijzonderheden, welke de Amsterdamsche politie verstrekte inzake den moord in Amsterdam-Oost werpen een somber licht op de gruwelijke wijze waarop de 52-jarige werklooze monteur in de woning aan de Baüstraat zijn vrouw om het leven heeft gebracht, doch tevens zijn zij een bewijs voor de onverflauwde activiteit van de Amsterdamsche politie, die met zoo weinig gegevens in handen geheel op eigen initiatief binnen zoo korten tijd tien dagen dezen moord tot volledige klaarheid wist te brengen. In 't bijzonder hoofdinspecteur v. Loon alsmede inspecteur Bijlsma hebben zich bij dit opsporingswerk onderscheiden. Naar men zich zal herinneren kwam op 27 Mei 1.1. bij de politie het bericht binnen, dat in het Merwedekanaal nabij het zwembad Nieuw Diep een pakket was gevonden, dat bij opening een vrouwen hoofd bleek te bevatten. Het hoofd, dat tamelijk verminkt was, was opgevuld met een prop, be staande uit een zakdoek en een stuk windsel en verpakt in een vaatdoek welke met steenen was verzwaard. Dit waren alle gegevens over welke de politie bij 't begin van het onderzoek beschikte. Allereerst ging zij na of er bij de in den laatsten tijd aangegeven vermiste vrouwen een was, wier signalement eenigszins met dat van het gevonden hoofd over eenkwam. Dit was inderdaad met een vrouw het geval en hoewel de kleur van de oogen niet geheel overeenstemde-met de bedoelde vermiste, werd tot huiszoeking in de woning van deze vermiste vrouw besloten. Hier vond de politie nieuwre aanwijzingen, n.I. windsel en vaatdoeken welke gelijkenis ver toonden met de uit het water opgehaalde. Deze vondst gaf de politie aanleiding den man van de vermiste vrouw (die n.b. zelf op 8 Mei aangifte had gedaan) in Hillegersberg, waar hij zich bij kennissen bevond, te doen arresteeren. Deze arrestatie geschiedde door de politie aldaar en on middellijk daarop togen inspecteur Bijlsma verge zeld van de rechercheurs Becking en Moes naar Hillegersberg om den man aan den tand te voelen. Dit had echter weinig succes, daar de man vol komen kalm hardnekkig ontkende iets van den moord op zijn vrouw af te weten. Intusschen werd het onderzoek naar alle kanten voortgezet, waarbij ook de vrouw bij wie de ver dachte in Hillegersberg vertoefde aan een scherp verhoor werd onderworpen. Het bleek al spoedig, dat zij de laatste weken van den verdachte allerlei goederen ten geschenke had gekregen o.a. een naaimachine welke uit de woning van den ver dachte afkomstig was en verscheidene kleeding- stukken welke aan de vermiste vrouw hadden toe behoord. Daaronder bevond zich ook een winter mantel die de vermiste vrouw (men wist nog steeds niet met zekerheid, dat zij ook de vermoorde vrouw zou zijn) zeker zou hebben aangetrokken als zij, volgens de opgave van den man, op 5 Mei de wo ning had verlaten. De aanwijzingen tegen den verdachte waren ten slotte zoo sterk, dat de man daarvoor bezweek en gisteren voor den rechter-commissaris bekende zijn vrouw te hebben vermoord. Dit zou overdag op 5 Mei in de woning zijn geschied. Volgens de lezing van den moordenaar zou er ruzie tusschen hem en zijn vrouw zijn ontstaan, hij zou daarbij de vrouw naar de keel zijn gevlogen en haar in drift hebben gewurgd. Daarop heeft hij het lijk naar den zolder gebracht en in stukken gesneden, welke stukken hij verpakt op verschillende plaatsen in het water heeft rtedeponeerd. Een van deze lichaamsdeelen (behalve het reeds eerder gevon den hoofd) is gisteren op zijn aanwijzing ergens uit het water opgehaald. Een bewijs van de geraffineerdheid waarmee de dader het lijk heeft laten verdwijnen is wel, dat noch zijn zoon (het echtpaar had twee kinderen, van wie een getrouwd en een nog thuis was) toen hij 's avonds van zijn werk thuis kwam, noch een van de buren iets bemerkt had van het gruwelijke drama, dat zich in de1 woning had afgespeeld. De bekende Duitsche aviatrice Elly Beinhorn houdt thans in Nederland een serie lezingen over haar vliegtochten. Elly Beinhorn voor de microfoon tijdens haar voordracht. (Foto Schimmelpenningh) door MARINUS BERTRAM. (Nadruk verboden). 21) Nu was het kritieke oogenblik. Van Oordt liet zijn zweep klappen en de dieren wierpen zich met. nieuwen moed in het tuig. De vervolgers waren op zijn hoogst op een honderd meter afstand en reeds brachten zij hun speren in de houding om ze naar de vluchtelin gen te werpen. Weer schoten Albert en Seeker hun geweren af en dezen keer niet zonder succes, weldra had het rijtuig een groot stuk op de impi gewonnen. Van Oordt - draaide zich even om en zei: Nu, dat scheelde ook maar een haar. Daar is het politiekamp al, wees van Oordt, met een beweging in de richting van een paar flinke ba rakken. Geen teeken van leven, dus Woudstra is weg geroepen. Nu, dat is een opluchting. Even voorbij het kamp werd de grond heuvelachti ger en meer begroeid. Gelukkig dat ze ons niet in die boschjes opge wacht hebben, vervolgde van Oordt. Dan. waren we er geen van allen levend afgekomen. De kaffers schenen niet van plan de vervolging, hoe hopeloos die voor hen ook mocht schijnen, op te geven. Men kon ze nog steeds met dezelfde snelheid zien voortrennen, een heel eind achter de vluchtelin gen, die zich al in veiligheid voelden. Laat ze maar eens loopen, lachte van Oordt grim mig; dat is wel eens goed voor ze; ze worden anders veel te lui en te vet. Het was Ndabamatobo niet, wel? Nee, die loopt niet meer zoo. Naar jullie beschrijving te oordeelen, moet het UmzittI zijn. zijn rechterhand. Nu, we zullen vroeg genoeg in Emvati aankomen, om ze daar te waarschuwen. Maar nauwelijks had hij dit gezegd, of er gebeurde ietsiets. dat het rijtuig bijna deed omvallen, maar door van Oordts bedrevenheid was het eenige dat het Biet een schok bleef stilstaan. EEN WARM WERKJE. De arbeiders, die bezig zijn met het bodemonderzoek in den Noord- Oostpolder, zijn niet voor een kleintje vervaard. (Foto Pax Holland) Nationale Bond voor Plaatselijke Keuze. Zaterdagmiddag hield de Nationale Bond voor plaatselijke keuze in het gebouw voor K. en W. te Utrecht een algemeene ledenvergadering, tevens herdenking van het 25-jarig bestaan van den bond. De voorzitter, de heer J. in 't Veld, heette in een korte openingsrede de leden van den raad van twaalf, van den raad van vijftig en de in grooten getale opgekomen leden welkom en maakte met voldoening gewag van de versohillende ingekomen schriftelijke gelukwenschen en attenties. Over de mogelijkheid van vruchtbare werk zaamheid in dezen tijd liet de voorzitter zich in op- timistischen zin uit, daar hij meende, dat het toe nemende sociale saamhoorigheidsgevoel het volk toegankelijk maakt voor de gedachte, dat de be strijding van de drankellende tot de maatschap pelijke plichten van elk individu behoort. Tenslotte deelde spreker mede, dat het bestuur besloten had aan de leden van beide raden en aan de overige ten vergadering aanwezige leden een feestgeschenk aan te bieden, bestaande uit een drietal fraaie boekwerken, door de verschillende drankweer-organisaties uitgegeven. Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer W. Elgersma, bleek dat de in Mei 1939 voorbe reide nieuwe actie voor de verwezenlijking van het ideaal van den bond ten gevolge van den oorlog niet tot volle ontplooiing kon komen, maar dat de bond desnietemin een vruchtbare activiteit had ontwikkeld. Tot leden van den raad van twaalf werden ge kozen de heeren F. S. Noordhof (Haarlem) en C. Schalken (Roosendaal); tot leden van den raad van vijftig de heeren ds. H. E. Gravemeyer ('s Gravenhage), dr. C. D. Cramer (Assen), dr. W. Hingst (Utrecht), mej. C. Janssen (Den Bosch), ds. L. H. Ruitenberg (Beers), J. C. Rugaard (Apel doorn), dr. A. J. Edelkoort (Amsterdam), J. J. Wepster (Rotterdam) en C. J. Toebes ('s Gra venhage). Nadat hiermede het zakelijke gedeelte der jaar vergadering was afgedaan, ging de bijeenkomst in feestvergadering over, waar twee sprekers als feestredenaars optraden n.I. de heeren P. v. d. Meulen en ds. A. J. Montijn. Den laatste werd het eerelidmaatschap van Twaalf aangeboden Ver. van Suikerwerk- en Chocoladefabrikanten. Zaterdag had te Amsterdam de algemeene jaar vergadering plaats van de Nederlandsche Vereeni- ging van Suikerwerk- en Chocoladefabrikanten. Na het uitbrengen van het uitvoerig jaarverslag door den heer B. H. Wellmann, secretaris-admi nistrateur der vereeniging, werd overgegaan tot de bestuursverkiezingen. Gekozen werden de heeren G. Bakker (directeur der N.V. Zaanlandsche Cacaofabriek v/h T. Oly en Co. te Nijkerk), voorzitter; B. E. Dieperink (N.V. Voornveld en Co., Amsterdam), secretaris; C. J. L. de Jong (N.V. Paré, Den Haag); L. Jamin (Rot terdam), L. A. Hagers (N.V. Beukers en Rijneke, Rotterdam). J. P. Dibbits (Lonka N.V., Brede), G. A. de Vries (N.V. Venz, Vaassen). Tot leden van de commissie voor de cacao- en chocoladefabrikanten werden- gekozen de heeren L. F. M. Bensdorp N.V., Bussum); P. J. Kapteyn (Union, Haarlem), P. J. Rademaker (N.V. Rade maker, Den Haag) en G. A. de Vries te Vaassen. Er werd een bespreking gehouden over de ko mende organisatie van het Nederlandsche bedrijfs leven; besloten werd tot de commissie Wolterson het verzoek te richten, de organisatorische eenheid van de Nederlandsche zoetwarenindustrie te willen bevestigen door de instelling van een bedrijfsgroep Zoetwaren, onderverdeeld in de verschillende vak groepen, die de verschillende producten der zoet warenindustrie omvatten. De heer B. H. Wellman hield een causerie over prij zenbeschikking. MAXEVIinVIBEDRAG VOOR POSTWISSELS NAAR DUITSCHLAND VERHOOGD. 's GRAVENHAGE, 6 Juni. Het maximumbe drag voor postwissels naar Duitschland is tot 800 rijksmark verhoogd. (A.N.P.) Seckers paard, dat naast de muildieren was vast gebonden en dat niet meer zoo erg snel was, was in eengezakt. Het werd nog een eind meegesleept, zoodat het rijtuig met zijn eene voorwiel over het dier heen gegaan en bijna omgevallen was. De muildieren, die uit hun koers getrokken waren, waren nu bezig de riemen tot een onuitwarbaar kluwen te verwikkelen. Van Duynen, hou jij de teugels, riep van Oordt, en hij sprong, evenals de staljongen, op den grond en liep naar de spartelende dieren. Nu, als we dit niet uit de war krijgen, zijn we er geweest. De beide mannen keken achter zich. Ze zagen hoe de Zoeloe's, die een oogenblik tevoren juist besloten hadden de vervolging op te geven, gemerkt hadden dat er iets gebeurd was en nu met vernieuwen moed en kracht vooruit stoven. Ze waren nog op een flin- ken afstand, maar met de snelheid van een Zuidafri- kaanschen neger zouden ze in een minmum van tijd bij hen zijn. Van Oordt trok en porde nu eens aan een riem, dan aan\en leidsel, dan weer aan een hoofdstel. Daar ze door hun ren opgewonden waren, trapten de beesten om zich heen en maakten de verwarring nog slechts grooter. Hij had echter zooiets vaker bij de hand ge had en zou er tenslotte wel in geslaagd zijn het klu wen te ontwarren, maar hier telde elke minuut. Boven dien schenen de dieren te merken, dat er gevaar dreigde, wat hun onrust nog grooter maakte. Seeker, die ook te hulp kwam, kon evenmin iets uitrichten. Het was niet meer mogelijk het kluwen te ontwarren. De vervolgers waren nu beangstigend dichtbij. Vlug instappen, beval van Oordt en terwijl Seeker en de staljongen aan zijn bevel gevolg gaven, trok hij zijn mes en sneed de riemen vóór de twee laatste muildieren door. Het waren twee groote beesten, die het rijtuigje nog een behoorlijke snelheid zouden kunnen geven, maar het was twijfelachtig of zij zich zonder hun kameraden in beweging zouden willen zetten. De inzittenden van het rijtuig slaakten dan ook een zucht van verlichting toen het weer op gang kwam. Die twee beesten krijgen ons niet verder dan het politiekamp, zei van Oordt. Daar moeten we ons Speelgoedtreinen op het Centraal Station te Amsterdam. Kinderen onder geleide mogen er mee spelen. Naar het A.N.P. verneemt zullen de Neder landsche Spoorwegen begin Juli in het Centraal Station te Amsterdam een „speelkamer" openen. Deze speelkamer in het Centraal Station zal in de eerste plaats voor kinderen onder geleide worden opengesteld en zij zullen er drie groote tafels aan treffen met tot in de perfectie doorgevoerde speel goedtreinen. Ieder kind zal er zijn misschien jarenoude illusie verwezenlijkt zien: werkende seinen, gecompliceeerde wisselcomplexen, verschil lende overwegbeveiligingen, stoom- en electrische treinen, enfin alles wat een kinderhart maar be- geeren kan. Met al dit prachtige materiaal nu mag de jeugd mits onder geleide komen spelen en des kundig personeel zal er voor zorsen. dat de daar bestede uren niet alleen genoegelijk maar ook leerzaam zijn. Dit spel immers biedt gelegenheid te over om vergelijkingen met de werkelijkheid te maken en zoo zal menig kind heel wat meer gaan begrijpen van wat hij tot nu toe op de staitons in de treinen en langs den ijzeren weg tijdens uitstapjes heeft kunnen waarnemen. De Amsterdamsche ontwerper Joop Geesink zorgt voor een gezellige aankleeding van de zaal, die boven het station in het Oostelijk deel gelegen is en die door een aparten ingang van de straat af bereikbaar is. RADIOTOESTELLEN IN MEUBELOPSLAG PLAATSEN. Ten aanzien van radiotoestellen welke zich in meubelopslagplaatsen bevinden, zijn sinds Zater dag de volgende voorschriften van kracht: Zoowel de eigenaar van een radiotoestel dat zich in een meubelopslagplaats bevindt als de exploitant va» de betreffende opslagplaats zijn verplicht hiervan onverwij 1 kennis te geven aan het hoofdbestuur dei- P.T.T.. technische dienst radio, Scheveningsche weg 6 's Gravenhage. Verkeert de exploitant van een meubelopslagplaats in onzekerheid of zich bij de bij hem opgeslagen goederen radiotoestel len bevinden, dan dient hij zich voor zoover mo gelijk hierover bij de eigenaars dezer goederen zekerheid te verschaffen. De exploitanten van meubelopslagplaatsen dienen van Zaterdag af, wanneer zich onder de bij hen onder te brengen goederen radiotoestellen bevinden, er voor zorg te dragen dat deze toestellen op zoodanige wijze worden geplaatst dat controle op eenvoudige wijze mogelijk is. Reeds eerder bij hen ondergebrachte radiotoestellen kunnen blijven waar zij zich thans bevinden. Verzegeling van radiotoestellen onder gebracht in meubelopslagplaatsen kan achterwege blijven. (A.N.P.) W.A.-MAN TE UTRECHT GEWOND. Het A.N.P. meldt d.d. 7 Juni uit Utrecht: Na een colportage van het Utrechtsche vendel der W. A. onder leiding van opperhopman Dengier aan den Groeneweg werd Vrijdagavond zingend naar de stad teruggemarcheerd onder groote belang stelling vooral van de zijde der jeugd. Het grootste deel van het vendel was ver vooruit terwijl opperhopman Dengier met eenige weer mannen en de begeleidende politie op eenigen af stand volgde. Aan de Kanaalstraat gekomen nam het publiek uit deze beruchte buurt tegenover dit kleine groepje een dreigende houding aan. Des ondanks vervolgden de mannen rustig hun weg, totdat plotseling uit het publiek een man met een mes in de hand op den wachtmeester J. Jansen toestormde en hem een steek in den hals toe bracht om onmiddellijk in vollen ren weer tus schen het publiek te verdwijnen. Noch de andere weermannen, noch de politie hadden gelegenheid tijdig in te grijpen. Het publiek drong onder het geroep van „landverraders" op, maar inmiddels was de voorste troep gealarmeerd en teruggekeerd waarna door samenwerking van W.A. en politie de orde spoedig was hersteld. De dader kon nog niet worden gevonden. Voor de Kinderen (Teekeningen H. Kannegieter). Door de hitte in de keuken, smelt het even beeld van Ted, tot een vormelooze massa grauw en onwelriekend vet. Als dan Karei eens gaat kijken, ziet hij slechts een groote plas, waar een tel of wat te voren zoo-iets als een hond nog was. zien te verschansen, het is een kleine kans maar de eenige. Terwijl hij dit zei, steeg uit de gelederen van de vervolgers een vreeselijk gebrul op. Ze hadden de achtergelaten, worstelende in hun tuigen verwarde dieren bereikt en staken met wild genot hun speren in de lichamen van de weerlooze beesten. Het hield hen wel wat op, maar daaf- gaven ze niet om. Ze meenden zeker te zijn van hun menschelijke prooi; met slechts twee dieren voor het rijtuig hadden deze immers niet de minste kans, vooral niet omdat de weg steeds slechter en hobbeliger werd. Het politiekamp was, zooals van Oordt al gezegd had, verlaten. Ervoor was een vierkant plein, waar omheen een aarden wal. liep, met steenen er boven op. Het was de aangewezen plaats om zich tegen de wilden te verdedigen. Van Oordt spande de twee die ren uit, bond ze aan ëen paal vast, die in het midden van het plein stond. Ondertusschen tilden de beide andere mannen Celina. die nog steeds bewusteloos was, uit het rijtuig en legden haar vlak tegen den aarden wal, zoodat ze tegen speren en kogels be schermd was. Ze laadden de munitie en de wapens uit en brachten hun „vesting" in staat van verdedi ging- Daar heb je ze, kondigde van Oordt aan. Terwijl hij dit zei, kwam de impi van een afstand van drie honderd meter aanrennen. Mik laag, mannen, commandeerde hij. Zijn ge weer sprak en een reus van een krijger gooide zijn schild in de lucht, sprong op en viel dood neer. Dat is het eerste bloed hier. Whau, Joesoetoe, riep van Oordt, en spottend gebruikte hij den strijd kreet van de aanvaller. Ook de beide anderen hadden met goed gevolg op den troep kaffers geschoten en de schoten volgden elkaar vlug op. De kaffers gingen nu plat op den grond liggen en daarna kropen ze weer voorwaarts met hun schilden in de hoogte. Op iemand, die niet met hun wijze van oorlogvoeren bekend was, zou dit den indruk hebben gemaakt, dat ze achter hun schilden beschutting zoch ten, maar in werkelijkheid was het een krijgslist om den vijand in onwetendheid te laten, omtrent hun juiste plaats. -- Kalm aan, fluisterde van Oordt, die deze tactiek' Slot defect? Tel. 11493 DeSleutelspecialist.L.Veerstr.lO (Adv. Ingez. Med.) Majoor Kruyt's partij. Het A.N.P. meldt d.d. 7 Juni uit Den Haag: Naar ons medegedeeld wordt, heeft majoor Kruyt de opheffing van zijn partij met ingang van 6 Juni 1941 bekend gemaakt. Met de opheffing van de N.S.N.A.P.-Kruyt is verdere klaarheid ontstaan inzake de bestaande nationaal-socialistische partijen. Behalve de N.S.B. bestaat thans slechts nog de groot-Duitsche be weging der N.S.N.A.P.-dr. van Rappard. GEDENKTEEKEN ONTHULD. Zaterdagmiddag had op de algemeene begraaf plaats Rusthof te Amersfoort de onthulling plaats van het gedenkteeken ter nagedachtenis aan de gesneuvelden van het 16e regiment infanterie. Dit monument ontworpen door den heer Lex Barten, res. kapitein van het 16e R.I. en leeraar aan de grafische school te Utrecht en uitgevoerd door den beeldhouwer W. Kuilenburg, is geplaatst op het graf van mr. A. Vreeken, eerste luitenant van het regiment, die tot de gesneuvelden behoort. Het is in overeenstemming met de door de familie Vreeken geplaatste zerk gebouwd, zoodat een harmonieus geheel is verkregen. (A.N.P.) NEDERLANDSCH-DUITSCHE CULTUUR- UITWISSELING. 's GRAVENHAGE, 7 Juni. In het kader van de Nederlandsch-Duitsche cultuuruitwisseling zal in Hagen (Westfalen) een tentoonstelling van Ne derlandsche schilderijen worden gehouden, welke half Juli wordt geopend. Tegelijkertijd zal in het rijksmuseum te Amsterdam een tentoonstelling worden gehouden van schilderijen van Westfaal- sche kunstenaars. (A.N.P.) EEN IMITATIE TEDDY-TRIX. En als Jan met d' echte Teddy in de keuken kijken komt, vindt hij Karei wringend, schoppend, en van schrik totaal verstomd.. „Wacht, ik zal een foto maken," roept Jan vroolijk, „Zit eens stil". „Pas maar op," roept Karei woedend, „dat ik jou niet levend vilI" kende. We gaan niet op schilden schieten. Wachten, mannen. De drie maakten van deze rust gebruik om hun geweren opnieuw te laden. Zonder veel hoop, maar vastbesloten hun leven zoo duur mogelijk te verkoo- pen, stonden ze achter de boi-stwering. met op elkaar geklemde tanden. Een dreigende stilte hing over de vlakte, tot ze uit de impi stemmen hoorden opgaan en de heele colonne opeens als een man overeind sprong met den kreet: Joesoetoe! Hun speren boven hun hoofden zwaaiend kwamen ze op het politiekamp aanrennen. Wat moet er met haar? fluisterde Albert heesch. Moeten we haar aan hun overlaten? Vóór van Oordt kon antwoorden bleef de impi plotseling weer staan. De krijgers lieten zich weer plotseling op den grond vallen en herhaalden hun manoeuvre van enkele oogenblikken geleden. En toen hoorden de drie mannen een „klik-klik-klik" uit een van de boschjes voor het kamp. Dat kon niets anders zijn dan een aantal met moderne geweren gewapende blanken, die hun te hulp waren gekomen! De onbekende hulptroepen hadden achter de schilden de krijgers weten te ontdekken en deze, die met een vijand te doen kregen waarvan ze niet wis ten, waar hij zat en hoe sterk hij was, sloegen op de vlucht. Dè verdedigers van het kamp ondersteunden het vuur, dat de verborgen helpers de vluchtelingen achterna zonden. Gelukkig voor de kaffers was het gras verderop wat hooger, zoodat ze daar ongezien konden voort- sluipen. De nieuwe vrienden in den nood lieten zich nog steeds niet zien. Dezen keer zijn we ontkomen, zuchtte Van Oordt, maar het heeft maar een haar gescheeld. Ik zou wel eens willen weten, wie ons zijn komen ontzetten. Het zou echter nog eenigen tijd duren voor zijn nieuwsgierigheid bevredigd werd. Precies een half uur later in den vallenden schemer kwamen tien man uit de rij boschjes op de achter zijde van 't kamp aanrijden. Van Oordt met zijn scherp gehoor was de eerste die het geluid van hoeven hoorde. In een oogwenk was hij over den aarden wal en stond hij op den uitkijk. Het Voorlichtingsbureau van den voedingsraad deelt mede: Het is bij ons Nederlanders gebruike lijk, dat wij van bloemkool alleen de „bloem" op tafel zien verschijnen; de omhullende groene bla deren beschouwen wij ten onrechte als afval. De bladeren van bloemkool zijn minstens even smakelijk als die van groene of boerenkool; bo vendien bezitten ze een grooter gehalte aan vita minen dan in de „bloem" voorkomt. Er is dus alle reden om én het blanke binnenste én het omhul lende groen van de bloemkool te gebruiken, zooals dit trouwens in verschillende andere streken de ge woonte is. Hoe is dat nu mogelijk. Als er van de bloem kool veel van het omhulsel bewaard is gebleven, wordt dit bestemd als groente voor een tweeden maaltijd; de bladeren worden gesneden en goed fijn gesnipperd, met nerven en al, waarna ze met een bodempje kGkend water opgezet en op een zacht vuur gaar worden gemaakt ('/2 uur). Het overtollige vocht wordt gebonden met een weinig maizena of aardappelmeel, waarna door de groente een klein stukje boter geroerd en er naar smaak wat zout wordt bijgevoegd. Heeft de groenteboer, om op zijn kaar ruimte te winnen, reeds een gedeelte van het groen verwij derd, dan is het restje toch nog wel de moeite waard. Het wordt zeer fijn gehakt en/of gesneden en bijwijze van peterselie gemengd met de bloem- koolsaus, die daardoor niet alleen een aardige groene kleur aanneemt, maar ook pittiger van smaak en rijker aan vitaminen wordt. In het bijzonder leenen de bloemkoolbladeren zich ook voor het bereiden van een smakelijke soep. Een gemakkelijk, eenvoudig recept daarvoor is het volgende: Groene bloemkoolsoep (4 personen De buitenste groene bladen van een bloemkool, 1 groote aardappel, 50 gr. (1 theekopje) taptemelk- poeder, 40 gr. (4 afgestreken eetlepels) bloem, 1 liter water, 10 gr. (y2 afgestreken eetlepel) boter, wat zout, wat peper en nootmuskaat, een paar takjes bieslook of een preitje. Snipper de gewasschen bloemkoolbladeren met de nerven fijn, snijd de gewasschen aardappel in kleine blokjes en laat beide met een bodempje v/ater (ongeveer 20 minuten) samen gaar en droog koken. Roer er de droog dooreengemengde bloem en melkpoeder door en verdun dan geleidelijk het mengsel met water. Laat de soep nog even door koken tot ze gelijkmatig gebonden is en maak ze op smaak af met zout, nootmuskaat, peper en fijn gesneden bieslook of prei. AANZIENLIJK TEKORT OP NED-INDISCHE BEGROOTINGc. SJANGHAI, 7 Juni. (D.N.B.) Naar uit Batavia gemeld wordt, vertoont de staatsbegrooting van Ned.- Indië voor 1942 een aanzienlijk tekort, zonder dat tot dusver maatregelen overwogen zijn om aan dit te kort tegemoet te komen. Voor het loopende jaar, zoo wordt verder gemeld, wordt een ongunstige ontwik keling van den Ned.-Indischen buitenlandschen han del in vergelijking met het vorige jaar verwacht. De export wordt vooral belemmerd door het tekort aan scheepsruimte. SMOKKELBOOT OMGESLAGEN. Een poging van smokkelaars om over de Maas bij Grevenbicht op Nederlandsch gebied te komen, is mislukt doordat het bootje midden op de rivier omsloeg. Twee inzittenden konden zich zwemmend redden, doch de derde een zekere Houben uit Stockheim verdronk. Verduistering is onze plicht, Weer daarom uitstraling van 't licht. VAN 9 OP 10 JUNI 1941 van 21.59 tot 5.18 Maan op 10 Juni onder 4.34 Maan op 10 Juni op 22.44 Wel van Oordt, zei Woudstra doodnuchter, toen hij afsteeg. Dezen keer zou je de tien man politie- troepen toch maar gemist hebben, hè? Ja, ik moet eerlijk toegeven, erkende van Oordt ruiterlijk, dat het zonder jullie tusschenkomst slecht met ons zou zijn afgeloopen. En hij drukte den politie-sergeant zóó ongewoon hartelijk de hand, dat slechts 't gemeenschappelijk doorgestane gevaar hiervan de verklaring kon zijn. HOOFDSTUK XIX. In de Gcoma-Vallei. Reeds van even twaalf uur af dreunden de rotsachtige wanden van het Gcoma-dal van verschillende soorten artillerievuur; van de zware stem van de groot- kaliberkanonnen en 't scherpe geknal van het lichtere geschut, dat de meer vooruitgeschoven posten bij zich hadden. In de dichte struiken had zich een aanzien lijke vijandige strijdmacht verscholen en als niet het granaatvuur een woordje meegesproken had, was het zeer waarschijnlijk niet gelukt de kaffers uit hun stellingen te verdrijven. Van Duyven, pas op. waarschuwde luitenant Elof van de militaire politie, en Albert had nog juist tijd plat op den grond achter een steun te gaan liggen, toen een kogel, afkomstig van een voorhistorisch ka non, dat de artillerie van de kaffers moest voorstel len door de lucht suisde. Maar voordat het kanon een tweeden kogel had kunnen afschieten vuurden een stuk of zes van luitenant Elofs mannen en viel de bediener van het antieke stuk geschut neer. Albert had zich niet als vrijwilliger opgegeven, maar zich bij de troepen van de militaire politie gevoegd als een soort „amateur-oorlogscorrespondent". En de politie had last genoeg met hem. Altijd weer ging hij er op zijn eigen houtje op uit; reeds verschillende keeren had men hem als verloren beschouwd, maar steeds was hij weer glimlachend teruggekomen met een omstandig verhaal, hoe hij een wilde beslopen en hem bijna gevangen had. Door dit herhaalde „bij na" waren er meerderen, die aan de waarheid van zijn verhalen twijfelden. Maar verder was hij bij de manschappen van luitenant Elof zeer gezien. En kwam het ook, dat de bevelvoerende officier gezegd had: (Wordt vervolgd)»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1941 | | pagina 8