Bonnen die thans geldig zijn:
JCoct lUeums
Leugens om bestwil..
DONDERDAG 17 JUDI Ï94Ï
Sovjet-krijgsgevangenen In een der kampen achter het Oostelijk front
(Foto Atlantic-Holland)
Vraaggesprek met een in Rusland
geboren Nederlander.
Over slavenhandel In de Sovjet-Unie.
De Ver. Persbureaux melden:
„Eén redacteur van de Ver. Persbureaux had een
vraaggesprek met ^den secretaris voor Nederland
van de „Volksmonarchistische partij", die zich in
den loop der jaren als een der felste anti-bolsje
wistische over de geheele wereld verspreide orga
nisaties heeft doen kennen, den heer G. van Dalen
Gilhuys, te Voorburg, een Nederlander, die in Rus
land geboren, de eerste jaren van liet communis
tische Sovjetregime heeft medegemaakt als ambte
naar aan een der Sovjet-departementen.
Hoewel aanvankelijk als idealist geloovend in de
thesen van Marx en Lenin, werd hij door de wer
kelijkheid van het Sovjetparadijs spoedig bekeerd.
Zijn liefde voor het Russische volk, in welks mid
den hij zoo lang verkeerd heeft, deed hem echter
den gang van zaken in Oost-Europa met de grootste
belangstelling gadeslaan.
Het zal u wellicht bekend zijn, aldus de heer van
Dalen-Gilhuys, dat de Volksmonarchistische partij,
die zich als een der voornaamste tegenstanders van
de Sovjets heeft doen kennen, werd gesticht door
Iwan Solonewitch, een jurist, die langen tijd on
der den druk van het communisme in zijn vader
land heeft geleefd, maar tenslotte, onder het op spel
zetten van zijn leven, vluchtte naar Bulgarije, waar
hij zijn partij slichtte, die vele Russen omvat die
hun geboorteland van het roode gevaar willen be
vrijden en die bovendien vele buitenlanders onder
haar leden telt die met dit streven sympathiseeren.
Bij ons streven om in Sovjet Rusland betere toe
standen voor de bevolking te scheppen dan de er
barmelijke en menschonteerende, waarin zij nu
moeten leven, steunen wij op het volk zelf, al kun
nen wij het zelden rechtstreeks bereiken. Wij we
ten, dat er door de drie en twintig jaren van knech
ting door de potentaten van Moskou groote onte
vredenheid onder het volk is ontstaan. Wij begrij
pen, dat op het oogenblik het Sovjet-leger wanhopig
verzet biedt tegen den Duitschen stormloop, maar
u dient vooral niet te vergeten dat het de jongeren
zijn die nimmer iets anders dan het communistische
systeem gekend hebben. Jonge menschen, die he
laas van hun jeugd af verkeerd voorgelicht en be
drogen zijn, jonge mannen die meenen dat. het Rus
land van de Sovjets een heilstaat is vergeleken bij
alle andere staten van Europa, waar volgens de be
weringen van hun leiders doorloopend de vreese-
lij-kste plagen heerschen, waar de menschen als
beesten geëxploiteerd worden. Wij verwachten
evenwel, dat binnenkort overal ernstige onlusten
zullen uitbreken, wanneer Stalin en zijn helpers
zich genoodzaakt zullen zien de gedunde gelederen
aan te vullen door het oproepen van oudere lich
tingen.
HONGERSNOOD
U zult er zich moeilijk een voorstelling van kun
nen vormen, hoeveel mensehen reeds als slacht
offer gevallen zijn van dit duivelsche regime. Zelf
heb ik de rampspoedige jaren van 1920/21 meege
maakt toen door het mislukken van den oogst mil-
lioenen om het leven zijn gekomen. In het Wolga-
gebied heb ik de menschen zien liggen met opge
zwollen ledematen. De tweede groote ramp kwam
in de jaren 1932/33. Door de collectiviseering was
geen zaaigraan aan de boeren verschaft, zoodat het
graangebied bij de Zwarte Zee, dat anders bijna
de geheele wereld kan voeden, nu nauwelijks iets
opleverde. Ruim tien millioen menschen vielen als
slachtoffer. Het aantal ter dood gebrachte Russen,
of wel tot dwangarbeid veroordeelden, die hun le
ven lieten in een der 300 concentratiekampen, wordt
becijferd op ruim acht millioen. Zoo werden de
koelakken, de kleine zelfstandige boeren uit het
vruchtbare gebied in het Zuidwesten tot den laat-
Sten man uitgeroeid. De bolsjewieken hadden daar
bij het vaste systeem om tot dwangarbeid veroor
deelden uit het Zuiden in het Noorden te werk te
stellen, wat gezien de enorme klimatologische ver
schillen en de ondraaglijke toestanden waaronder
gewerkt moest worden, gelijk stond met een lang-
zamen verschrikkelijken dood.
Het streven van de Sovjets was er op gericht ïn
de eerste jaren de menschen broodeloos te maken
om hen daardoor te vermurwen. Toen de bevol
king eenmaal weerloos was, werden de baantjes
uitgedeeld. Geld kreeg men echter voor zijn arbeid
niet in handen, alleen een bonnetje waarop men
zeer schaarsch levensmiddelen, nauwelijks genoeg
voor het eigen levensonderhoud, kon verkrijgen in
de staatswinkels. U moet zich niet voorstellen, dat
wij zoomaar een glas of een tandenborstel konden
aanschaffen. Zelf heb ik-eens voor het vele over
werk in die drie jaren verricht ik had een be
trekking bij het departement van onderwijs èen
bonnetje ontvangen, dat recht gaf op een
emaille etensbakje. Dat was voor ons thuis een
heel bezit. Een ieder moest werken, niet alleen de
man, maar ook de vrouw, want de bolsjewieken
huldigden op glad verkeerde wijze overigens
het principe „wie niet werkt, die niet eet".
Zoodoende kwam er van het gezinsleven niets te
recht. De kinderen werden van staatswege op de
scholen gevoed. De toestanden op die scholen wa
ren allerbedroevendst en de kindereó ontaardden
op onherstelbare wijze.
Maar waarom heeft de bevolking deze tyrannie
verdragen?
De eerste twee, drie jaar heeft het Sovjet-stelsel,
aldus de heer Van Dalen, zijn ware gezicht niet ge
toond. Wij allen waren er van overtuigd, dat er na
den val van het huis Romanow verandering op ve
lerlei gebied diende te komen. Wij hadden onze
idealen en droomden van een volksbevrijding. In
het communisme zagen wij aanvankelijk den heil
brenger. Hoe bitter was echter de ontgoocheling.
Wist u, dat het aantal bolsjewieken in Rusland
ten hoogste vijf procent van de totale bevolking
bedraagt? Deze menschen tyranniseeren door hun
weerzinwekkende methoden de geheele bevolking,
die absoluut weerloos is en eigenlijk een groot leger
van gevangenen vormt in eigen land. Wie zonder
toestemming het' land tracht te verlaten wordt on
verbiddelijk ter dood veroordeeld.
Verder exploiteeren de Sovjets op handige wijze
het stelsel van de gratis werkkrachten. Hierbij
speelt de gevreesde G.P.OE. een belangrijke rol.
Deze organisatie heeft overal haar vertakkingen, op
letterlijk alle denkbare gebieden. Onder het beheer
van deze organisatie staan de enkele honderden con
centratiekampen die over het geheele land verdeeld
zijn, maar altijd juist daar opgericht zijn waar een
belangrijke industrie of iets van dien aard geves
tigd is. Voor het minste of geringste kan men ge
arresteerd worden. Dat zijn dan meestal de zooge
naamde saboteurs, die of veroordeeld worden tol
tien jaar gevangenisstraf langer is niet moge
lijk of wel gefusilleerd worden. In de concen
tratiekampen moeten de ongelukkige gevangenen
onmenschelijk zwaar werk verrichten, zij worden
zeer slecht gevoed en zeer slecht gekleed. Mocht
het in een enkel geval voorkomen dat zij hun tien
jaar hier uitdienen, dan wordt de straf meestal op
nieuw verlengd met tien jaar, op grond van zooge
naamd nieuw bezwarend bewijsmateriaal. Wordt
de man wegens een misdrijf doodgeschoten, dan
volgt doorgaans ook de arrestatie van de vrouw,
die naar een der. concentratiekampen vervoerd
wordt. De kinderen' komen in de staatsinrichtingen
Ontdekt de G.P.OE. dat een bekwaam geleerde
niet lid is van de partij, dan wordt hij gearresteerd.
Ook hij is een saboteur. De ware reden is echter dat
men zijn kennis noodig heeft voor het een of an.-
dere bedrijf, waar de geleerde zich niet vrijwillig
aan heeft willen verbinden. Is hij eenmaal in de
macht van de G.P.OE. dan leent deze hem eenvou
dig aan zulk een fabriek of onderneming uit, dat
is dus niet meer of minder dan zuivere slaven
handel.
Wanneer het communisme eenmaal ten val ge
bracht zal zijn, aldus besloot onze zegsman, dan
wachten ernstige problemen. In de eerste plaats de
vraag: wat moet men aanvangen met de ettelijke
millioenen verwaarloosde kinderen die geen vader
of moeder meer hebben. Zij zijn door de harde
methoden dei-mate verruwd dat een regeneratie
nauwelijks mogelijk schijnt. In de tweede plaats:
wat moet er gedaan worden met het zoogenaamde
actief, men zou kunnen zeggen het kader waarop
de partij steunt? Dit zijn de menschen die met den
val van het bolsjewistische stelsel alles verliezen
wat 7-ij daardoor hebben verworven.
Zeker is, dat door het binnenrukken der Duitsche
weermacht het uur der bevrijding voor de groote
schare bezitloozen slaat. Voor hen zal het leven weel
waard zijn geleefd te woi'den.
Geen veilige goudbasis.
Amsterdammer raakte ƒ2500.kwijt.
Een bewoner van de Spaarndammerbuurt t.e
Amsterdam was in connectie gekomen met een 25-ja-
rigen jongeman, die hem een veilige belegging voor
zijn spaarcenten had aangeraden. De jongeman wist
ni. een adres op de Houtmankade, waar hij tegen een
zacht prijsje een hoeveelheid oud-goud op den kop
Icon tikken en wat ter wereld zou een veiliger beleg
ging bieden dan dit edele metaal? De ander was zoo
onverstandig op deze aanbieding in te gaan en stelde
den goudcommissionnair een bedrag van f 2500 ter
hand om dat in goud om te zetten. Of de jongeman
dit niet gedaan heeft is nog niet opgehelderd, maar
in elk geval zag de spaarder nog goud noch zijn dui
ten terug. Veiligheidshalve was hij wel voor het
bewuste perceel blijven wachten, maar toen na enkele
uren zijn jeugdige kennis nog niet terug was geko
men waarschuwde hen de politie. Niemand in het
huis wist echter iets van de zaak af en dus ligt het
vermoeden voor de hand dat de goudhandelaar in spé
via het dak naar een ander perceel is gegaan en zich
met het geld uit de voeten heeft gemaakt. De politie
zal nu trachten den jongeman en het geld te achter
halen. (A.N.P.)
Steunregeling fabrieksturf.
In de Nederlandsche Staatscourant is opgeno
men een beschikking van den scretaris-generaal
van Landbouw en Visscherij, genaamd „steun- en
inleveringsbesluit 1941 fabrieksturf".
Hierbij worden de producenten van fabrieksturf
j verplicht de door hen in 1941 geproduceerde en te
produceeren fabrieksturf, ter beschikking te stellen
var>. c-n in te leveren bij het Verkoopkantoor Fa
brieksturf N.V. te Assen.
Uit het Landbouwcrisisfonds zal ter beschikking
van het verkoopkantoor worden gesteld een be
drag van ten hoogste 1' 283.000 om aan producen
ten f 76.33 per dagwerk (45 M3. goed gestuwde,
luchtdroge turf) uit te betalen en aan de federatie
van Nederlandsche Vervenersbonden te Emmen
f 0.17 per dagwerk.
Voor de Kinderen
AARDAPPELEN.
BON „26 reserve". T.m.
20 Juli: 3 kg.
'>TER- OF VETKAART.
BONS 24 en 25 T.m. 3
Aug. 250 gr. boter p. bon.
Vetkaart reductie.
GEBAK.
BON 10 (Bloemkaart).
T.m. 10 Augs.: 50 gram
brood of y2 rants gebak.
BON 26. T.m 20 Juli 100
gr. brood of 1 rantsoen
gebak.
Bon „26-4 rantsoenen".
T.m. 20 Juli: 400 gram
brood of 4 rantsoenen
gebak.
EIEREN
BON „26 eieren". T.m
20 Juli: 1 ei.
VLEESCH EN VLEESCH-
WAREN.
BON 25 „vleesch". T.m.
17 Juli 50 gr. vleesch.
BON 25 „vleeschwaren".
T.m. 17 Juli y2 rantsoen.
SUIKER.
BON 101. T.m. 3 Augs.:
1 kg suiker.
JAM, STROOP. E.D.
BON 103 (Bonkaart Alg.)
T.m. 10 Augs.: 500 gram
MEEL EN GRUTTERS
WAREN. (Bonkaart Alg.)
BON 102. T.m. 10 Augs.:
250 gr. rijst, rijstemeel,
rijstebloem of grutle-
meel.
BON 44. T.m. 10 Augs.:
250 gr. havermout, ha
vervlokken, haverbloem.
aardappelmeelvlókken,
gort, gortmeel of grutten
BON 10 (Bloemkaart).
T.m. 10 Augs.: 35 gram
tarwebloem, tarwemeel,
roggebloem, roggemeel
of zelfrijzend bakmeel.
BON 45. T.m. 10 Augs.:
250 gr. gort, gortmout of
grutten.
BON 54. T.m 10 Augs.:
100 gr. macaroni, vermi
celli of spaghetti.
BON 55. T.m. 10 Augs.:
100 gr maizena, gries-
meel, sago, aardappel
meel of puddingsaus-
poeder.
PETROLEUM.
BON 11 (Bonkaart M en
O) t.m. 10 Augs.: 2 L.
SCHEERZEEP ENZ.
BON K (Textielkaart)
T.m. 31 Aug.: 50 gr.
KAAS (Bonkaart Algem.)
BONS 69 en 79. T.m. 27
Juli' 100 gr. per bon
Bon ,.26 kaas" en bon
„27 kaas". T.m. 10 Augs.:
100 gram kaas per bon
MELK.
BON 26 (Melkkaart) t.m.
20 Juli: 134 L. melk.
KOFFIESURROGAAT EN
THEE. (Bonkaart Algem
BON 46. T.m 20 Juli 250
gr. koffiesurrogaat of 40
gr. thee.
ZEEP. (Bonkaart Algem
BON 38. T.m. 3 Augs.:
150 gr toiletzeep. 120 gr
huishoudzeep. 200 gr. z.
zeep (oude samenstel
ling), 150 gr. z. zeep.
300 gr z zeeppasta. 250
gr zeeppoeder. 125 gr
zeepvlokken. 250 gr
zelfwerkende wasebmid-
delen, 200 gr vloeibare
zeep of 600 gr. wasch-
poeder.
HONDENBROOD.
BON 23. Tm. 31 .Juli
Groep 1 en 2: 10 Kg; Gr
3: 8 Kg, Gr. 4: 5 Kg; Gr
5: 4 Kg; Gr. 6: 3 Kg.
KATTENBROOD.
BON 23. T.m. 31 Juli:
iy2 Kg.
SI OFFEN.
Bonkaart Haarden en
Kachels t.m. 31 Dec.
Bonnen 01, 02, 03 per bon
1 eenheid vaste brand
stof. Bonnen 05, 06, 07: 1
eenheid turf.
Bonkaart Haarden en
Kachels K t.m. 31 Dec.
Bonnen 01. 02. 03, 04 per
bon 1 eenheid vaste
brandstof. Bonnen 05. 06,
07, 08: 1 eenheid turf.
Bonkaart Centrale Ver
warming L t.m. 31 Dec.
Bonnen 0111 per bon
1 eenheid vaste brand
stol
Bonkaart .Brandstoffen
één eenheid tot 1 Mei
1942 1 eenheid vaste
brandstof.
Bon 03 KF van de kaar
ten M. en N. Geldig 1-31
Juli: 1 eenheid vaste
brandstoffen.
Bon Generator-anthra-
ciet 6e periode 1 H.L.
anthracietnootjes of 50
kg turfcokes. Geldig 1-31
Juli.
Bon Generatorturf 6e
per'ode: 50 stuks bag-
gerturf Geldig 1-31 Juli
Ondankbare logee ging er met geld
vandoor.
Thans logeert ze ergens anders.
Bij een familie die in de buurt van den Daal-
schedijk te Utrecht woont, logeerde dezer dagen een
twintigjarige jongedame uit Amersfoort, G. D. ge
naamd.
De logee was op zekeren dag met haar gastvrouw
wat gaan wandelen. De gastvrouw had een kinder
wagen bij zich en daarin een handtaschje met een
bedrag van enkele tientallen guldens gelegd. Toen
de beide dames weer voor de huisdeur stonden, liet
de logee haar vriendin even voorgaan. Deze meende
niet anders, of mejuffrouw G. D. zou wel achter
haar aan met den kinderwagen binnenkomen. Doch
dit gebeurde niet. Toen de gastvrouw even latei-
naar buiten kwam om te zien waar haar gast bleef,
stond de kinderwagen er wel, maar het taschje met
geld bleek met de jongedame verdwenen.
De gedupeerde ging daarop met haar moeder in
allerijl de dievegge achterna in de richting van de
binnenstad. De achtervolgsters hadden geluk. Op
het Vreeburg achterhaalden zij de hebzuchtige
logee. Er ontstond een vechtpartij, waarbij vrien
din en moeder door enkele behulpzame burgers
werden bijgestaan, die toen de strijd te heftig
werd de politie in den'arm namen.
De logee uit Amersfoort werd overmeesterd en
ter beschikking van de justitie gesteld. Zij logeert
thans elders.
(Teekenlngen H. Kannegleter).
TEDDY'S WORST-WORSTEUNC.
Dik gaat rustig bloemen plukken. Teddy
Trix sluipt naderbij. Als ik het voorzichtig
aanleg denkt hij is die worst voor mij.
Kijk eens aan, een stukje steekt nog juist
boven de emmer uit. Heeft hij dat eenmaal
te pakken, dan heeft hij een rijken bult.
Eén, twee, hup! Met al zijn pooten springt
hij op den bovenrand. Want hij kan zich
niet bedwingen, 't is of hem dat worstje
brandt. O. la, la„ dat valt niet mee toch,
want die emmer, ofschoon zwaar, doet toch
onder Teddy's aanval werkelijk een beetje
Opgravingen door Rijksmuseum van
Oudheden.
Door het Rijksmuseum voor oudheden te Leiden
werden onder leiding van den conservator dr.. F. C.
Bursch op een terrein in de omgeving van Öorre-
geest kort geleden opgravingen gedaan. Daar wa
ren n.l. brokstukken van Germaansch aardewerk
aangetroffen. Men had, naar al spoedig bleek, te
doen met een Germa'ansche nederzetting uit het be
gin onzer jaartelling. Romeinsch aardewerk kwam
slechts weinig voor Wel werden nog geheel gave
Germaansche kruiken gevonden, terwijl sporen in
den bodem op menschelijke bewoning wezen.
Het belangrijkste dat de opgraving aan het dag
licht bracht, was een aantal putten die uit blolc-
zoden waren opgebouwd op de manier van half
steens metselwerk. Sommige putten hadden een
fundeering van houten raderen. De spaken die ze
gehad moesten hebben waren verdwenen. Ook
werden er geen ijzerresten gevonden, zoodat du?
het in elkaar zetten van deze wielen en het beves
tigen aan eventueele wagens geheel zonder ijzer ge
schied moet zijn. In andere putten werden vierkante
houten ramen gevonden, ook een houten eg met
houten tanden. Alle gevonden voorwerpen schijnen
uit dehzelfden tijd te stammen.
Andere opgravingen, o.a. onder Vaassen en in
de omgeving van Zelhem brachten weer geheel an
dere vondsten. In Vaassen werden eenige grafheu
vels ontdekt, waarvan er twee z.g. koepelgraven
waren, in een derde heuvel werden lijkkisten en
skeletoverblijfselen gevonden. Deze heuvels datee
ren van 1800 voor Christus, de lijken en andere
voorwerpen van pl.m. 1500 voor Christus. In Zel
hem vond men een urnenveld van pl.m. 500 voor
Chr. (A.N.P.)
DOOR DE TRAM GEGREPEN.
Dinsdagavond is aan de Van Zuylen van Nijevelt-
straat te Wassenaar de heer E., toen hij de trambaan
overstak door een tram gegrepen. Hij kreeg een ge
compliceerde beenbreuk, een hoofdwonde en een ge
broken rib. Nadat hem de eerste hulp was verleend, is
hij overgebracht naar het Academisch Ziekenhuis te
Leiden waar hij in den afgeloöpen nacht is overleden
Kunnen de watertollen verdwijnen?
Kwestie wordt bestudeerd.
De vraag is gerezen, aldus het A.N.P. of, nu het
overgroote deel der landtollen uit den weg geruimd
is, eenzelfde gedragslijn kan worden gevormd ten
aanzien van het andere obstakel van het verkeer,
waarmede dan onze binnenvaart te kampen heeft,
de z.g. watertollen, waaronder te verstaan zijn
sluis-, brug-, kade-, vaart- en havengelden. De wa
tertollen worden niet door het Rijk geheven, maar
door provincies, waterschappen en gemeenten, wel
ke laatste krachtens de Gemeentewet daarmede een
„redelijke winst" mogen maken. Dan is er nog een
aantal particuliere beheerders van kanalen, sluizen,
bruggen en kaden. Dezen wordt veelal ook het'
recht gegeven om gelden als hierbedoeld te heffen
en wel door het verleenen van een concessie ge
grond op een Keizerlijk decreet van 1811, dat nog
steeds geldig is.
Wanneer nu de watertollen opgeruimd worden,
moeten al de waterstaatswerken, waarvoor ze ge
heven worden, niettemin onderhouden blijven. Wie
moet dat betalen?
Het gaat om een economische kwestie en deze
wordt op het oogenblik bestudeerd door een sub
commissie van de commissie van advies en bij
stand voor het Verkeersfonds, welke sub-commis
sie onder leiding staat van jhr. C. J. A. Reigersman,
oud-hoofdingenieur-directeur van den Provincialen
Waterstaat van Noord-Holland.
DE SPEELKAMER VAN DE SPOORWEGEN.
De speelkamer van het Centraal Station te Am
sterdam heeft, na haar opening op Zaterdag j.l. reeds
Dinsdag haar 1000sten bezoeker ontvangen. Het was
de jeugdige G. van Beenen uit Amsterdam, aan wien
door de Spoorwegen een verrassing werd aangebo
den. De speelkamer van de Nederlandsche Spoorwegen
is reeds nu een groot succes gebleken.
Duizenden sigaren en sigaretten
gestolen.
Grootste gedeelte echter weer in beslag
genomen.
Een dezer nachten werd in een sigarenmaga
zijn op den Amsterdamschen straatweg te Utrecht
ingebroken. Er werd een groote hoeveelheid rook
artikelen ontvreemd, t.w. eenige duizenden sigaren
en 40.000 sigaretten, in totaal voor een waarde van
1000 gulden. De inbrekers hadden na middernacht
hun slag geslagen. Met een stuk ijzer hadden zij de
voordeur geforceerd en vervolgens de buit naar
een naburig perceel overgebracht. Van daar ver
huisden de sigaren en sigaretten naar een woning
van een der daders, alwaar het grootste gedeelte
van de geroofde partij door de politie in beslag ge
nomen kor, worden, een geluk voor "den bestolen
winkelier, die nl. niet verzekerd bleek tegen in
braak. Van de vier bij de inbraak betrokken da
ders heeft de politie er tot nu toe twee kunnen
vatten, die voor haar geen onbekenden waren.
(A.N.P.)
Het veertienjarige meisje L. van T. uit Leiden,
dat Dinsdag tusschen Otterloo en Ede door een
auto werd aangereden, is Woensdag aan haar ver
wondingen overleden.
De achtereenvolgens te 's-Gravenhage, Gro
ningen en Enschede gehouden tentoonstelling „Voe
ding in dezen tijd" zal de volgende week te
Maastricht in het gebouw der voormalige Domini-
kaner kerk. Vrijthof, worden ingericht.
21)
door
THEA BLOEMERS.
Ze voelde zich duizelig, toen ze op den grond
stond, maar er 9tond zooveel op het spel, dat ze
zich met groote zelfbeheersching dwong om op de
been te blijven en ze begon in de kamer naar klee-
ren te zoeken. Maar die waren nergens te vinden
en in de keuken en bijkeuken, in de andere be-
diendenkamers, in de slaapkamers op de bovenver
dieping, die ze haastig doorliep, waren ze even
min. Noch van haar bovenkleeren, noch van haar
ondergoed was een spor te bekennen. Ze schenen
met opzet verstopt te zijn. Ze was practisch ger
sproken een gevangene.
XVIII.
Dus Nora was een gevangene. Ze was niet van
haar vrijheid beroofd door grendels en sloten en
met ijzer beslagen deuren, maar door het simpele
feit., dat meri haar kleeren had verstopt.
Maar haar neef Chris had geen ongelijk gehad,
toen hij haar een pientere meid noemde, want toen
ze over haar eersten schrik heen was en een poosje
peinzend voor zich had zitten uitkijken, sprong ze
opeens van den rand van het bed en riep triom
fantelijk: „Ik ben er"
Ze had bij haar onderzoekingstocht van zooeven
haar oogen goed den kost gegevén en ze herinnerde
zich nu dat ze op een kast in een der slaapkamers
eèn vrij volledige garderobe van een jong meisje
had gezien, blijkbaar toebehoorende aan een van
de tijdelijk afwezige, jongere vrouwelijke leden
van het gezin dal. dit. huis bewoonde. Doordat ze
nog hoop had gehad haar eigen kleeren te zullen
vinden, had ze er geen bijzondere attentie aan
geschonken, maar nu de nood aan dén man kwam,
herinnerde ze zich haar ontdekking.
Als ze nu maar pasten!
En dat deden ze. Een beetje ruim, maar het
ging! De kleerenvoorraad was voor haar behoef
ten volledig genoeg, een eenvoudige japon was er
en het beste van alles een ruime, wijde man
tel en een hoed die haar gezicht half verborg.
Wat bofte ze toch geweldig! Ze durfde er ge
woon niet aan denken wat er gebeurd zon zijn,
als het jonge meisje, aan wie de kleeren hoorden,
haar kamer en kast op slot had gedaan. En meisjes
waren anders nogal precies! Ze was deze uitzon
dering op den regel van harte dankbaar!
Ze besefte dat, wat ze deed, niet in den haak was,
het was eigenlijk niets anders dan diefstal. Maar
ze zou, zoodra ze werk gevonden had en werk
zou en moest ze vinden en andere kleeren kon
koopen, alles anoniem terug sturen. Ze léénde het
alleen maar en ze leende nog wat anders ook!
In een la van de toilettafel, waaruit ze ondergoed
en kousen had opgediept, vond ze wat kleingeld,
maar het was in elk geval genoeg om weg te ko
men, weg uit Rieseloo.
Weg uit de plaats van haar bedrog, weg ook
naar een andere stad. waar ze een nieuw leven
zou kunnen beginnen. Ze zou hard werken en iede-
ren cent, die ze kon, zou ze sparen om dat bedrag
terug te betalen. Dan zou ze haar oogen weer naar
haar medemenschen durven opslaan.
Maar ze had nu geen tijd voor overpeinzingen.
Ze monsterde zichzelf in een langen toiletspiegel
en het resultaat van die inspectie stelde haar niet
teleur. Een eenvoudig-gekleede. gedistingeerde jon
gedame, was haar oordeel, waai-van de gestalte
schuil ging in een wijden mantel en waarvan de
gelaatstrekken verborgen werden door een hoed,
die haar diep in het. gezicht zat en een hoog opge
slagen bontkraag. Het was best te wagen op deze
manier het was trouwens haar eenige kans!
Ze glipte naar beneden naar de voordeur, open
de die op een kier en gluurde voorzichtig naar
buiten.
Er liepen maar weinig menschen in de donkere
straat, die maar spaarzaam, door enkele straatlan
taarns werd verlicht, maar niemand naderde het
huis op dat oogenblik. Nora glipte naar buiten,
trok de straatdeur achter zich dicht en zoo onver
schillig als ze kón, het hoofd diep gebogen en haar
handen in de wijde zakken van den ruimen man
tel, liep ze de straat in.
Ze was vrij, maar het gevaar was nog niet voor
bij. Doch ze was van nature dapper en de koele
avondlucht verkwikte haar en deed haar rustiger
worden. Als ze nu maar veilig wegkwam, dacht ze,
als ze eenmaal uit Rieseloo vertrokken was, zou
het haar niet zooveel moeite kosten haar incognito
te bewaren.
Toen ze aan het einde van de straat kwam, bot
ste ze bijna tegen de huisbewaarster aan, die ver
gezeld was van een politieagent. Eén moment dacht
ze dat haar hart stil bleef staan van schrik, maar
juffrouw Winter herkende haar niet in het half
donker: ze dacht ook geen oogenblik aan de mo
gelijkheid, dat ze haar gevangene zou kunnen te
genkomen en de politie-agent had er natuurlijk
geen idee van, dat zijn prooi zoo nabij was. Het
gevaar girig voorbij en Nora vervolgde haar weg,
tot ze in het centrum van de stad kwam. Vandaar
was ze spoedig bij het station.
Toen ze voor het station kwam, zag ze plotseling
een groot biljet, waarop met vette letters stond:
f 250.— BELOONING!
Bovenstaand bedrag zal worden uitbetaald
aan den persoon of de personen, die inlich
tingen kunnen verschaffen, welke leiden tot
de ontdekking van mejuffrouw Constance van
Zuylen, wonende „Het Heem" Veldhuizensche
weg, Rieseloo. die sedert den 2den dezer ver
mist wordt. Daar zij in een zeer zenuwachti-
gen toestand verkeerde, is het niet uitge
sloten, dat haar een ongeluk is overkomen.
Toen zij het. laatst gezien is, droeg zij...."
Nora kon niet verder lezen, hét werd haar wee
om het hart als ze dacht aan de ongerustheid waar
in ze deze, goede, vriendelijke menschen gebracht
had. Maar nog iets anders drong onmiddellijk tot
haar door: dat de familie van Zuylen, op het oogen
blik dat dit biljet werd verspreid, haar werkelijke
identiteit niet gekend had, hetgeen dus waar
schijnlijk zeggen wilde, dat Jet haar mond had ge
houden en met haar broer in het complot was, om
haar haar rol verder te laten spelen en dan geld
af te persen.Maar nu juffrouw Winter de po
litie op het spoor had gebracht, zou het met haar
veiligheid wel gauw gedaan zijn, dacht ze. Daar
om moest ze zien dat ze in elk geval weg kwam
uit Rieseloo.
In de vestibule van het station gunde ze zich
geen tijd om haar geld te tellen en ze merkte dat
het niet voldoende was om naar Amsterdam te
gaan, zooals ze graag had gewild, want de moge
lijkheid om in de menigte onder te duiken en werk
te vinden, waren nergens zoo menigvuldig als in
een groote stad. Maar naar Arnhem kon ze ko
men en, dacht ze, misschien moest ze dit wel als
een aanwijzing opvatten om daarheen te gaan.
Daar kon ze nog altijd zien wat ze verder zou doen
en of ze naar haar moeder zou gaan of niet. Maar
in elk geval was de kans groot, dat de politie, als
ze haar spoor had gevonden, haar het eerst
in Arnhem zou zoeken, dat mocht ze niet uit
het oog verliezen.
Enfin, ze had haar kaartje _nu eenmaal gekocht
en ze zou maar gaan. Haar hoofd was nu moe van
het denken en tobben: morgenochtend zou ze alle?
waarschijnlijk met heel andere oogen aanzien.
De trein waarmee ze vertrok, was een boemel.
Tn Zutphen moest ze overstappen en een heelen
tijd wachten. De reis scheen eindeloos en langza
merhand raakte Nora buiten zich zelf van zenuw
achtigheid. De schaamte en wroeging over wat ze
gedaan had, lieten haar geen rust, de vurige vlam
men sloegen haar uit als ze dacht aan het enorme
bedrag dat ze moest terug betalen. Toen vlogen
haar gedachten uit. naar haar moeders huis en ze
vroeg zich aL of ze den moed zou hebben om naar
haar familie te gaan. Misschien zou ze wel even
door een venster naar binnen kunnen gluren en
zich verheugen in het onbezorgde geluk van het
gezin, dat met haar lijden en angsten gekocht was.
Dan zou ze weer wegglippen en haar eigen leed
verder ïn eenzaamheid dragen. Toen schoot haar
een andere gedachte te binnen; dat het een groote
troost zou zijn. als ze althans één van de familie
in vertrouwen zou- kunnen nemen! Maar neen, ze
moest haar geschiedenis aan allemaal of aan nie
mand vertellen: het zou wreed zijn om één persoon
te bezwaren met zoo'n vreeselijk geheim, als het
hare was. Bovendien, als ze het aan haar moeder
vertelde, zou deze. behalve dat ze onuitsprekelijk
verdriet zou hebben, het misschien haar nlicht ach
ten om er op aan te dringen, dat Nora alles aan de
familie van Zuylen ging opbiechten, terwijl Corrie,
als ze het wist, beslist zelf naar ze toe zou gaan,
wanneer Nora zou weigeren het te doen. Corrie
had de moreele kracht om haar oudere zuster te
dwingen om te doen. wat zij meende dat goed en
rechtvaardig was. En zoo draaiden de gedachten
van het mei sic in een cirkel rond: haar hoofd was
moe en piinliik van hel niekeren en ze was niet in
rtaat een besluit te nemen.
Toen de trein_ eindelijk in Arnhem aankwam, liep
het al tegen middernacht. Nora voelde zich dood
moe en nam een kamer in een eenvoudig hotel
in de buurt van het station.
Uitgeput als ze was, sliep ze aan een stuk door
tot laat in den volgenden morgen. Toen ze wak
ker werd. had ze vreeselijken honger en stond
daarom dadeliik op.
Zp hesWdde haar laatste geld aan een eenvou
dig ontbijt en wandelde toen de stad in, waar de
welbekende straten en gebouwen, pleinen en
plantsoenen haar met stil verwijt schenen aan te
kijken. Ze had nog steeds geen besluit kunnen ne
men, of ze naar haar moeders huis zou gaan of
niet en dwaalde een beetje doelloos rond, toen in
een zijstraat plotseling haar aandacht viel op het
uithangbord van een winkel, waar goud en zilver
en andere kostbaarheden werden ingekocht en
beleend. aDI bracht Nora op de gedachte, dat haar
leid op was.
{Wordt vervolgd)]