Terreur over vriendschap Onze kust nog niet mijnenvrij Avonturen Maar er wordt hard aan gewerkt lit •on aiiuiul blauwgrijze suhepon gcuieewl Aan de Zuidzijde van de IJmuider vis- sohershaven ligt een aantal blauwgrijze schepen gemeerd met oorlogszuchtig uiter lijk. Het zijn juist deze schepen, die in het belang van vrede en veiligheid zeer drin gend werk verrichten. Eiken dag zwermen de mijnenvegers in grootcn getale uit om langs de Nederlandsche kust, van Noord tot Zuid, jacht te maken op de ontplof bare zeemonsters, die een vrije vaart nog belemmeren. Een dichte keten van mijn- versperringen. door de Duitschers gelegd, wordt geleidelijk uiteengerukt en opge ruimd. Uiteraard beschikte de Nederlandsche marine bij het uitbreken van den oorlog in 1940 over slechts een gering aantal vaartuigen, uitgerust voor het. vegen van mijnen. De ,,Jan van Gelder", een onzer speciaal gebouwde mijnenvegers, ontkwam naar Engeland, terwijl drie zusterschepen hier verloren gingen. Eenige tot mijnen veger omgebouwde trawlers staken mee over en zoo kon onze marine ook op dit gebied doorwerken voor de overwinning. De moderne oorlog eischte nieuwe afweer middelen; in 1942 werd de Ned. marine in Engeland uitgebreid met een aantal sche pen, speciaal gebouwd voor het opruimen van magnetische en acoustische mijnen. De „Texel" was de eerste nieuw afgelever de boot. Uit hun bases, waarvan Holy Head en Milford-haven de voornaamste waren, opereerden onze mijnenvegers langs de Engelsche kust en in de lersche Zee; voornamelijk hielden zij haveningan gen en toevoerkanalen voor eonvooien schoon. Het betrokken personeel telde 400 man, welk aantal zich op het einde van den oorlog tot 600 had uitgebreid. Bij de bevrijding van West-Europa wa ren ook de Nederlandsche mijnenvegers present. 1-1.M. „Putten" verscheen als eer ste schip in de haven van Ostende, nadat deze toegankelijk was gemaakt en een Nederlandsch flottilje hielp bij het schoon vegen van de Schelde-mondïng. Deze ac ties stonden onder Engelsen commando. In IJmuiden. Na Mei 1945 werd de Mijnenveegdienst in IJmuiden gevestigd. Hij beschikt thans «ver 52 schepen, deels Nederlandsen, deels Er.gelsch, deels Duitsch, alle naar de eischen van den laatstcn oorlog gebouwd, en waarvan de meeste dag aan dag uit varen. 's Avonds komen vele schepen •weer binnen; er wordt dan aan den wal koortsachtig gewerkt aan de reparatie van defecte onderdeelen, opdat deze mijnen vegers des anderen daags weer vroeg op jacht kunnen gaan. De werkplaatsen zijn voorzien van prachtig materiaal en ge regeld worden zij nog uitgebreid met de nieuwste Engelsche machines. De dienst is binnen zekere grenzen autarkisch: hij voorziet in de meeste eigen behoeften.- waarvan de naar omstandig heden goed gevulde magazijnen getuigen. Hij heeft zelfs een eigen postkantoor en verder alle outillage, om net thans bijna 1000 man sterke personeel goede huisves ting en verzorging te waarborgen. Dit op een plaats, waar men nog geen jaar ge leden slechts een puinhoop zou hebben aangetroffen. Twee Engelsche flottilles, met Engelsche bemanning, maken deel uit van onzen Mijnenveegdienst. Zij staan onder Neder landsch commando, dat in hoogste instan tie berust bij den kap.-luitenant ter zee B. C. M. Schouten. Loterij met veel nieten. Bij ae capitulatie hebben de Duitschers volgens overeenkomst de gegevens over de door hen gelegde mijnenvelden langs onze kust aan den Nederlandschen marinestaf overhandigd. Hierbij heeft, naar de betrokken autoriteiten aannemen, geen bewuste misleiding plaats gehad. Dat ce opgaven dikwijls niet geheel kloppen me: de werkelijke situatie. Wijt men aan het feit. dat het mijnenleggen steeds bij slecht weer en met slecht zicht is gebeurd, waardoor de Duitschers zelf niet zeker waren van de positie der velden. Het vegen is een loterij met veel nieten. Soms doet men een goede vangst, maar in vele gevallen wordt slechts een zeer ge ling deel van de volgens de gegevens aanwezige mijnen opgeruimd, de rest is onvindbaar. Zoo veegde men in den laat- sten tijd van een veld van 38 mijnen er vier, van een van 78 mijnen slechts twee. Het veld wordt dan toch veilig verklaard, aangezien het vegen zoo intensief gebeurt, dat men met stelligheid aanneemt, dat de overige mijnen hetzij defect zijn geraakt (dus gevaarloos zijn), hetzij zichzelf in den zeebodem hebben begraven. Bij de ge steldheid langs de Hollandsche kust is de kans miniem, dat een eenmaal begraven mijn weer boven komt. Al met al moet er toch maximaal 12 tot 15 maal geveegd worden, voordat men een veld „schoon" kan verklaren. Vele gebieden zijn boven dien door ondiepte voor mijnenvegers niet bevaarbaar: zij kunnen niet geveegd wor den en blijven voorloopig ontoegankelijk. De normale activiteit van de diverse mjjntypen duurt ongeveer 40 maanden er bestaat echter steeds een kans, dat een sinistere enkeling het langer vol houdt en nog na vele jaren een bedrei ging voor de scheepvaart vormt. Men zal, zoo werd ons gezegd, nog twee jaar moeten vegen, voordat onze kust afdoende van rajjnen is gezuiverd. Maar dan is zjj ook weer veilig, van Zeeland tot den Dollart, zoowel voor pootjesbadende dagjesmenschen als voor visschersbarken en oceaanreuzen. Dank zjj dit groote werk van den op bouw door afbraak van dc vernieti ging. Kleermakersloonen in Haarlem en omgeving De Rijksbemiddelaars hebben een loonre geling vastgesteld voor het kleermakers- bedrijf. Haarlem is ingedeeld in de le klasse, even zoo Bloemendaa!, Heemstede, Haarlemmcr- liede. Santpoort. Vogelenzang, Zandvoort en Velsen 2de klasse. Bennebroek, alsook Beverwijk, Spaarndam en Haarlemmermeer 3de klasse. Voor heerenkleeding gelden o.a. de vol gende uurloonen: leerlingen 3cie jaar ie klasse 23 cent, 2e klasse 22 cent, 3e klasse 21 cent. In bet 10e leerjaar worden de volgende loo- nen bereikt: mannen le klasse 83 cent, 2e 80. 3e 7G. Vrouwen 59, 57 en 54 cent. Volwaardige werknemers: mannen le klasse 90 cent. 2e 86, 3e 83; vrouwen 62, GO en 57 cent. Atelierwerkers die leiding geven: mannen le klasse 100 cent, 2e 96, 3e 92; vrouwen 68, 65 en 63 cent. Uitsluitend reparateurs: mannen le klasse 83 cent. 2e èo, 3e 76 cent; vrouwen 59, 57 en 54 cent. Voor de afdeeling dameskleeding zijn nog enkele groepen bijgevoegd. Voor volwaardige werknemers voor haute couture bedrijven: mannen le klasse 100 cent, 2e 96, 3e 92 cent; vrouwen 68 65 en 63 cent. Japonnen en blousewerksters: le klasse 59 cent. 2e 57, 3e 54 cent. Volksuniversiteit te Haarlem herleeft De Haarlemsche afdeeling van de Volks universiteit, die in de bezettingsjaren het werk heeft neergelegd, zal binnenkort weer van zich doen hooien. Het huidige bestuur, bestaande uit de heeren dr. C. Spoelder, dr. J. S. Bartstra en mr. P. Fuhri Snethlage, onder wier krachtige leiding de afdeeling gedurende vele jaren heeft gebloeid, acht, nu de V.U. aan het begin van een geheel nieuwe periode van activiteit staat, den tijd gekomen om zijn taak aan jongere krachten over te dragen. Het bestuur heeft den heer P. de Wit, directeur van de Stadsbibliotheek en -leeszaal, bereid gevonden de functie van waarnemend secretaris van de afdee ling op zich te nemen, in afwachting van de officieele benoeming van een nieuw bestuur, die op vrij korten termijn zal plaats hebben. De afdeeling herbegint reeds zeer spoe dig, en wel met een serie voordrachten voor uit Indië gerepatrieerdpn in Haar lem en omgeving. De stichting „Neder land helpt Indië" heeft zich tot de Volks universiteit gewend met het verzoek, deze van het Nederlandsche leven min of meer vervreemde landgenooten in de gelegen heid te stellen, zich op verschillend terrein te her-oriënteeren. Zoo zullen er voor drachten worden gehouden over opvoe ding en onderwijs, politiek, over den op bouw en over het leven in de oorlogsjaren en het verzet. Eenige bekende persoon lijkheden in Haarlem en omgeving hebben reeds hun medewerking aan deze voor drachten toegezegd. De Stadsbibliotheek zal evenals vroeger bureau van de Volksuniversiteit worden. Daar zal men zich over eenigen tijd als lid kunnen opgeven en ook kunnen aan melden voor de gewone cursussen, die in September, uiterlijk October van dit jaar weer zullen aanvangen. Schoenendistributie De mededeeling, dat er een wijziging komt in de schoenendistributie, heeft een stroom brieven naar den Haarlemschen Distributiedienst doen vloeien. Deze kun nen onmogelijk -binnen redelijken termijn beantwoord worden en daarom wordt ge adviseerd in dezen overgangstijd de nieuwe regeling af te wachten. De nationale feestdag te Haarlem Over de plannen Zaterdag 4 Mei zal, ter herdenking van den vrede, een nationale feestdag worden gehouden. Wij hebben reeds gemeld, dat het de wensch der regeering is. dat dit keer, om de krachtsinspanning bij het her stelwerk niet .te belemmeren, de feesten tot den middag en avond beperkt blijven. De feesten te Haarlem zullen georgani seerd worden door het Comité voor na tionale feesten. Het ligt niet in de bedoe ling nu grootsch-opgezette plannen te maken, oipdat dezen zomer de feesten ge houden worden ter gelegenheid van het 700-jarig bestaan van Haarlem als stad. Toch zal voor een waardige herdenking gezorgd worden. Vrijdagavond heeft het comité met de verschilende onderafdee- lingen vergaderd om een voorloopige be spreking van de plannen te houden. Er zullen behalve herdenkingen, eenige con certen plaats hebben en ook feesten in de wijken der stad. Nieuw hout voor Den Hout Woensdag 20 Februari zal een boom- plantdag door de jeugd op de Haarlem sche scholen voor Uitgebr. Lager Onder wijs gehouden worden, waarvoor deze in optocht zoo mogelijk met een muziek korps een boompje uit de Stadskweek- tuinen naar Den Hout zal brengen. Het geheel krijgt een min of meer feestelijk aanzien. De kinderen mogen vlaggen en vaandels van schoolvereenigingen mee nemen, alsook trommels. Bij den boom zal men een bank plaatsen (voorloopig van hout), waarop een distichon aange bracht zal worden. Voor deze spreuk wordt een prijsvraag uitgeschreven, waar aan alle leerlingen van ULO-scholen kun nen deelnemen. De tekst moet de strek king van den boomplantdag weergeven en mag uit niet meer dan 20 woorden be staan. Daarvoor worden prijzen beschik baar gesteld. Eenige leden van het gemeentebestuur zullen de leerlingen bij aankomst in Den Hout ontvangen. De Wethouder van Open bare Werken, de heer A. J. M. Angenent. zal in een toespraak wijzen op het belang van dezen boomplantdag Medan, Januari '46. Wanneer wij uit het raam van onze voorkamer naar buiten blikken, langs het prikkeldraad en de Britsch-Indische wacht post naar de overzijde der Deli-rivier, dan kunnen we nog jui6t een deel van de slo gan lezen, die met groote zwarte letters op den witten muur van de gevangenis is geschreven, dezelfde gevangenis waar tientallen Indonesiërs, Europeanen en Chi- neezen hebben vertoefd, voordat de Ja panners een begin met hun verhooren maakten, dat wil zeggen: voordat de Ja panners begonnen hun slachtoffers met water te laten vol loopen, op te hangen met het hoofd naar beneden, of de nagels uit te trekken. Het opschrift meldt: ,,gant- joerkan, Leboerkan Imperialism. Up Re public Indonesia", hetgeen dus een aan sporing is om het imperialisme te vermor zelen en tot gruis te slaan en de Indone sische republiek te steunen. Zoo'n aanmoediging is wel op haar plaats in een land als Deli, niet waar.waar het Nederlandsche kapitalisme zoo zuiver tot zijn recht kwam? En .wie dit niet al uit cijfers wist, heeft het wel uit de Deli- romans gelezen, zoodat h£t wel niemand zal verwonderen dat de hier geknechte en slecht betaalde koelies thans de muren vol schrijven met uitspraken als „Indone sië voor de Indonesiërs" en een enkel in het Maleisch verschijnend dagblad de aan trekkelijkheid verkondigde om Europee- eche meisjes te kidnappen. En toch levert juist Deli het beste be wijs voor wat wij den Vorigen keer schre ven, dat bereidheid tot samenwerken en goede trouw de juiste vertegenwoordigers zijn van de Indonesische mentaliteit jegens de Nederlanders en niet de tallooze wan daden, waarvan wél gewag wordt gemaakt Want toen de Nederlanders in October uit de interneeringskampen naar Medan werden gebracht, wapperde weliswaar de rood-witte, de nationalistische vlag van de openbare gebouwen, doch van een uit gesproken vijandigheid, zooals thans uit de talrijke opschriften blijkt, evenals van aanslagen op Nederlanders en anderen, die later begonnen zijn, viel niets te bekennen. o7. De maan stond aan een sterren lucht, in de Zeven Heuvelen sloop zijn zilveren licht door ravijnen en spelon ken en over een klein karretje, waar een luid tweestemmig geronk uit op klonk. Achter een steenbeweegt daar iets? Wel nee, dat is een schaduw. Ja toch, kijk maar, kijk toch Wag, wordt toch wakker Warrie. Maar de twee ver moeide reizigers slapen als ossen en droomen van honing en versche vliegen. Integendeel: niet te tellen was het aan tal huisjongens, ondernemingskoelies en kantoorpersoneel dat om andere redenen dan om weer in de gratie te komen, hun vroegere chefs opzochten. Bezoeken die gepaard gingen met kostelijke en kostbare gaven aan kippen, eieren, vruchten en zelfs al de oorlogsjaren door bewaarde goederen als boter en andere in blik ver pakte heerlijkheden. Deze herhaalde blij ken van vreugde om het wederzien en het medeleven met ae vele sterfgevallen in dc kampen, kunnen onmogelijk geveinsd geweest zijn, getuige de sfeer van persoon lijke vriendschap, waarin de ontmoetingen meerendeels geschiedden, vrij van hinder lijke onderdanigheid en vol van echte be langstelling naar elkanders lotgevallen onder de Japansche rechteloosheid. En voor hen, die meenen hier met een subjectieve opvatting te maken te hebben, mogen de resultaten eener conferentie ge releveerd worden, waarbij de Indonesische leiders onomwonden hebben verklaard te verlangen naar een spoedig herstel van het normale leven, hetgeen hulp der Ne derlanders insloot bij den wederopbouw van dit geplunderde en tot armoede ge brachte gewest. Het was deze, in de oogen der terroris ten, lakschediouding, die aanleiding werd voor eenige door de Japanners op Java opgeleide propagandisten, om te trachten ook Medan het lot der Java-steden te laten deelen. Na hun overkomst was het contact met ongure elementen spoedig gelegd: de voor de Nederlanders onaangename op schriften verschenen op muren en auto's, winkeliers kregen bezoek van groepen boeven, die een handgranaat toonende, vroegen waaraan de voorkeur werd gege ven: winkel sluiten of zoo'n projectiel en een ieder, die voortging contact te onder houden met de Nederlanders, werd met den dood bedreigd, in sommige gevallen ook interdaad gemarteld en verminkt. Er kwamen schietpartijen voor tusschen kleine groepjes terroristen en Britsch-In dische bewakingstroepen, meestal aan den rand der stad. ook meer in het centrum en eens zelfs in het voor Nederlanders be schermde gebied. En het spontane contact, dat na de be vrijding tusschen Nederlanders en Indo nesiërs was gelegd, de gezonde basis voor de toekomstige samenwerking, is voor het oog verdwenen. De man, die gelukkig en vrij na de Ja pansche dwingelandij zijn Nederlandsche vrienden en kennissen bezocht, durft hen thans niet meer te naderén en bij een toevallige ontmoeting op de enkele wegen, waarvan Nederlanders en Indonesiërs te zamen gebruik moeten maken, nauwelijks even met het hoofd te knikken. Het kleine groepje terroristen dat wij hier rijk zijn, slechter dan op Java dooi de Japanners geïnstrueerd en nauwelijks door hen bewapend, is desalniettemin in staat gebleken de groote Indonesische ge meenschap dermate te intimideeren, dat zij weer in de schulp kruipt, als voor elke andere dictatuur. Doch ook hier zal weer blijken, dat de ware verhoudingen, de werkelijke gezind heid wel bedwongen kan worden, doch nimmer teniet kan worden gedaan De bewijzen daarvan komen zelfs nu reeds weer langzamerhand voor den dag. W. Scit

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1946 | | pagina 4