n
i
Zestien jaar Noordersluis
Dit jaar viert
J
ook van Gelder een jubileum
De bewogen geschiedenis
van de poort van Amsterdam
Up den lsien November van het jaar
1S76 wapperden de vlaggen boven
Amsterdam, het zou dien dag gebeuren,
dat het Noordzeekanaal, de belangrijke
vangarm van de welvaart, geopend zou
worden.
Deze opening geschiedde door koning
Willem III, die op het schip „Stad
Breda" als eerste door de sluizen voer.
De sluizen? Ja, lezer, het Noordzee
kanaal in zijn oudsten vorm (9,80 meter
diep, 50 meter breed) bezat de tegen
woordige „kleine sluis" en de Zuider-
sluis, die 18 meter wijd, 119 m. lang en
8 m. diep was.
Maar waarom in het droge cijfer
materiaal. dat in zulke hoeveelheden
in de archieven van den Rijkswater
staat rust, te duiken, wanneer de jonge
geschiedenis van het Noordzeekanaal
ons zooveel meer-belangwekkends ver
tellen kan.
Maar zij vergaten, dat de scheDen nu
met groote snelheid door de Uitloop-
ruimte en desnoods eventueel bij
drie of vier tegelijk bij oponthoud
door ruw weer geschut zouden kun
nen worden. De deuren werden zeer
snel geopend en gesloten en dus was het
een glanzende waarheid, dat de groote
sluis een zegen was voor den handel,
voor de scheepvaai-t.voor Neder
land.
Vandalisme pleegt
een aanslag
Met de zekere nederlaag voor
oogen sloegen de bezetters in 1944 de
schennende hand aan dit wonderwerk.
Zij brachten explosieve ladingen aan
en met de opstuivende ontploffingen
werd een donkere bladzijde in de his
torie van de sluis geschreven.
De schutkolkmuren werden gedeel
telijk ontwricht (de Duitschers had
den .de geheele sehutruimte willen
barricadeeren), de deurkassen werden
ontzet, de bedieningsmachines in ver
wrongen hoopen oud-roest veranderd.
Donderende slagen sloegen bressen in
het beton en toen de aanranders uit
ons land en uit IJmuiden gevaagd
waren, hebben de ingenieurs van Rijks
waterstaat met een brok in hun keel,
gezien hoe het resultaat van zeven jaar
in enkele minuten was veranderd in een
droevige ruïne. Maar wéér werden de
handen uit de mouwen gestoken, uit
een geplunderd land werden de mate
rialen geschraapt, die de oude glorie
zouden kunnen herstellen en na onge
veer een jaar van bovenmenschelijken
arbeid werd op dien zonnigen dag van
de afgeloopen week de „Oranje" ge
schut, werd de weg naar het hart des
lands weer opengegooid.
Het is volbracht. Al schuiven de deu
ren trager open dan voorheen (thans
is de snelheid 10 cm. per seconde tegen
35 crn. per seconde in vroeger tijden),
al ontbreken er nog verscheidene be
dieningsgebouwen. de 18e Juli heeft be
wezen, dat Nederland nog wilskracht
heeft, dat een oogenschijnlijke onmoge
lijkheid toch waar gemaakt kan wor
den, en met recht woeien wéér de vlag
gen breed uit en klonk het Wilhelmus
als een echo van 1930, een blijde en
beetje voldane weerklank.
150 zwoegers in touw
Met 10 man werd het herstelwerk be
gonnen. geleidelijk groeide dit aantal
uit tot 150 'en al deze nienschen hebben
hun arbeid gedaan met de overtuiging,
deze groote zaak waardig. De Bever-
wijksche aanneemster wist. waar het
om ging en dit kwam tot uiting in de
relatie! lage kosten en de snelheid en
hoogen druk waarmee gewerkt werd.
De dankbare gelukwenschen, die
op dezen dag het 70-jarige Noord
zeekanaal betreffen, zullen even
eens moeten uitgaan naar zijn
grootste toegang, de thans zestien
jarige Noordersluis, die de schok
van de Duitsche aanranding te
boven is gekomen, en nu direct be-
Een halve eeuw „Papier" op Papier
Een vergelijking, die duidelijk het nut
van de Noordersluis'aantoont. Op de
bovenste teekening de „Johan van Olde-
barnevelf' in de Middenshiis, het andere
plaatje toont hetzelfde schip in de Noor
dersluis, waar genoeg ruimte overblijft
om nog een paar „bootjes" te schutten.
De zeeschepen werden grooter en in
Nederland besefte men de noodzaak
van de uitbreiding der IJmuider slui
zen, wilde de tred der economische
ontwikkeling worden bijgehouden. Na
de Middensluis, die in 1890 tot stand
kwam, groeiden de zeeschepen het
Noordzeekanaal en zijn toegang ras
boven het hoofd, zoodat in 1911 een
staatscommissie den bouw van een nog
grootere sluis adviseerde. De wereld
oorlog kwam er tusschen, maar tijdens
die eerste massaslachting groeide in de
hoofden van knappe ingenieurs en
voortvarende Rijksambtenaren een pa
pieren plan tot'een vastomlijnd schema.
Maquettes werden gewogen en te
licht bevonden, tot eindelijk, in 1923 het
definitieve bouwplan voor de grootste
sluis ter wereld vorm gekregen had. De
kranten der geheele aarde noemden de
fantastische cijfers: 400 x 50 x 14 me
ter, nog grooter, nog dieper dan de be
faamde Panamakanaal-sluis, en er
stonden profeten op, die zeker wisten,
dat een dergelijk grootsch project in
de zanderigheid van Nederlands-West-
kust geen kans op slagen zou hebben.
Maar de eerste spade wierp het
eerste zand op, gevolgd door duizenden,
millioenen andere spaden: de ouverture
tot De IJmuider Sluis met drie
hoofdletters was ingezet. De naam
van den toenmaligen hoofdingenieur
van Rijkswaterstaat J. A. Ringers wasi
op ieders lippen en zijn jeugdige mede
werker Ir. J. P. Josephus Jitta, de man
die zich dezer dagen beloond zag dooi
een Koninklijke onderscheiding, were
in één en denzelfden adem genoemd.
In zeven zware jaren, waarin de cri
sis zijn scherpe tanden ook aan Neder
land voelen liet. kwam de sluis, nee D<
Sluis, gereed. Weet ge nog het plecht-
tige moment, dien 29sten April 1930,
■waarop de Koningin naar IJmuiden
kwam om de sluis te openen?
Zij voer op de „Johan van Olden-
barnevelt" de kolk binnen en het rood
wit en blauw kreeg plotseling een
levende beteekenis voor allen, die dit
oogenblik mochten bijwonen: Neder-
landsche ingenieurs hadden gezegevierd
over enorme moeilijkheden, de grootste
schepen zouden thans Amsterdam kun
nen bereiken, zij zouden door ons pol
derland schuiven als een triomf van de
wetenschap der beste zonen van ons
volk.
Voordeelen legio
Velen zullen zich hebben afge
vraagd, of die reusachtige sehut
ruimte niet te groot zou blijken te
zijn; schepen van 100.000 ton zou
den er niet licht gebouwd worden
en die „Johan van Oldebarnevelt"
leek een notedop, toen hij eenmaal
in de kolk van de Noordersluis
aan de trossen lag.
In hetzelfde jaar als waarin het
70-jarig bestaan van het Noordzee
kanaal valt. viert de Papierfabriek „De
Eendracht", beter bekend als „Van Gel
der Zonen. Vereenigde Koninklijke Pa
pierfabrieken" in Velsen, haar vijftig
jarig bestaan.
Immers, op den 17en September van
het jaar 1896 opende de groote fabriek
aan de Noordzijde van het kanaal haar
poorten en de eerste rollen krantenpa
pier kwamen van de machines. De pro
ductie ging gestadig vooruit, de machi
nes werden voortdurend geperfection-
neerd. Wanneer wij bedenken, dat op dit
oogenblik de Velsensche papierfabrieken
beschikken over een machine (de groot
ste) die per minuut gemiddeld 300 meter
krantenpapier vervaardigt-, dan kunnen
we ons een voorstelling maken van den
geweldigen vooruitgang, die het bedrijf
kenmerkte sinds 1784, toen de molen
„De Eendragt" te Wormer door Pieter
Smidt van Gelder werd geëxploiteerd.
Deze eerste van Gelder was het, die
het stempel van zijn naam op de Neder-
iandsche papierindustrie drukte, welk
thans zulk een roem in binnen- en bui
tenland weet op te houden.
De opgaande lijn
In de eerste twaalf jaren van zijn
bestaan, groeide het nieuwe bedrijf in
Velsen voortdurend. Het aantal gepro
duceerde artikelen nam toe en een stre
ven tot zelfvoorziening door het bedrijf
werd merkbaar. Zoo werd in 1901 een
cellulosefabriek bijgebouwd, zoodat de
noodzakelijkheid van cellulose-import
kwam te vervallen.
Deze nieuwe neven-industrie deed de
behoefte gevoelen aan een groote hout
opslagplaats, die er dan ook kwam,
compleet met smalspoor.
In 1904 zorgden reeds vijf groote
kookketels voor de productie van cellu
lose. die niet alleen door de Velsensche
fabriek maar ook door haar zusters in
Wormer en Apeldoorn werd afgeno
men. Het jaar 1911 zag zelfs de opening
van een tweede cellulosefabriek. Ten
slotte vervaardigden deze twee indu
strieën zóóveel cellulose, dat een over
schot aan het buitenland verkocht werd.
Een tweede uitbreiding, die de fabriek
in het begin van deze eeuw onderging
was de oprichting van de houtstof-
fabriekf waar men de aangevoerde
boomstammetjes verwerkte tot houtstof.
De vraag naar krantenpapier nam
in die jaren hand over hand toe, zoo
dat er in 1912 een tweede, speciale
krantenpapierfabriek te Renkum ver
rees. De houtaanvoer werd in hetzelfde
jaar in eigen beheer genomen door de
stichting van de „N.V. Hollandsche
Houthandel Maatschappij". De wereld
oorlog kwam echter als de groote af
breker van bestaande en toekomstige
projecten en als eerste sneuvelde ae
eigen houthandel, die het speciaal van
Rusland hebben moest. Zoowel de afzet
van napier als de aanvoer van grond
stoffen dreigde vast te loopen. toen
Mars zijn eerste 20e eeuwsche tol van
Europa hief. Met kunst en vliegwerk
en soms een groote vindingrijkheid
werden de machines draaiende gehou
den: hét zal velen onbekend zijn, dat
de cellulosefabrieken in 1918 tot spiri-
tusfabricage overgingen. Maar ook de
eerste nachtmerrie ging voorbij.
En toen alle afdeelingen van het be
drijf te Velsen in 1921 weer op volle
toeren draaiden, werden de oorlogs
zorgen snel vergeten, tot de crisisjaren
rond 1930 hun schaduw ook over de
Nederlandsche industrie wierpen. De
papierprijzen liepen terug, de export
nam af, onder de arbeiders zullen zich
velen nog herinneren, hoe men in de
dertiger jaren er soms toe moest over
gaan, om des Vrijdagsavonds de fabrie
ken al stop te zetten.
De tweede wereldoorlog kwam met
zijn mokerslagen juist voor IJmuiden
en Velsen. Hadden de eerste oorlogs
jaren geen onoverkomelijke moeilijk
heden opgeleverd, het einde van de
houtvoorraden kwam in het zicht en de
aanvoer stagneerde meer en meer, om
in September 1944 geheel op te houden.
Er is wat geprobeerd, om de cellulose-
en papierfabrieken op gang te houden:
Wat de Duitschers
aan de Noordersluis
vernielden
Radicaal vernield: De bewegings
werktuigen van de deuren en de
daarbij behoorende gebouwen en het
centrale bedieningsgebouw en trans
formator.
Zwaar beschadigd: de deurkas van
het binnenhoofd. waar vooral door
indirecte trillingen veel schade werd
toegebracht.
Beschadigd: De rolwagens en de
rails in de deurkas en de schutkolk-
trokken is bij het feest, dat vandaag
over IJmuiden komt.
oud papier en stroo vormden de surro
gaten, waardoor Nederland van papier
voorzien werd, de machines gingen ech
ter langzamer draaien om na den Dol
len Dinsdag geheel stil te staan.
Maar dit vond zijn oorzaak niet
uitsluitend in het ontbreken van
grondstoffen; het telefoontje van
het gemeentebestuur, dat geheel
Velsen Noord zou worden opgebla
zen, veroorzaakte minstens zooveel
beroering als de doodgeslagen aan
voer.
Het vuur aan de schenen
Huis na huis werd door de Duitschers
met den grond gèlij.k gemaakt: de fa
briek bleef. Maar Velsen-Noord zou
worden opgeblazen en daarom werden
in allerijl een aantal kostbare motoren
naar de zusterfabrïek in Wormer over
gebracht. Als een eiland kwam de
papierfabriek na eenige maanden Ger
maansche sloopwoede, temidden van de
puinen te staan. De spanning steeg,
maar de fabriek bleef. Inmiddels had
den de heeren van de Grüne Polizei
een begeerig oog geworpen op de naar
Wormer overgebrachte motoren. Zij
werden „voor het heil van Europa"'ge
vorderd. de ondergrondsche bracht één
van de booten, die deze kostbare buit
Oostwaarts moest vervoeren, echter tot
zinken. De schuit is later gelicht en de
machines draaien allang weer....
,,'n Schönes Stück Schrot"
Maar in de verlaten hallen van de
papierfabriek stonden nog vele kost
bare machines, waaronder de groote
papierbanen, die onmogelijk ergens
weggestopt konden worden, omdat ze
te groot waren. In April 1945 kwamen
de Duitschers de fabrieksgebouwen be
zetten. en toen zij de machtige, werke-
looze machinecomplexen aanschouw
den, wist zoo'n donkergroen manneke
niets anders te zeggen dan: ,,'n schönes
Stück Schrot". Gelukkig zijn de mil-
lioenen-apparaten nooit in schroot ver
anderd, gelukkig bleven de hooge ge
bouwen gespaard. De tweede oorlog in
de geschiedenis van de Velser papier
fabrieken werd verleden tijd en het be
drijf raakte weer op gang. Nog is het
niet ideaal, de kolen en het houtstof
komen onregelmatig, de cellulosefabriek
werkt nog niet, de productie is toch al
weer opgevoerd tot 70 procent van den
vooroorlogschen, grootsten omvang.
Werd er toen 1100 ton papier per week
geproduceerd, thans verlaat 700 ton
krantenpapier elke week de fabriek, om
per schip en per auto naar alle deelen
van het land en de wereld vervoerd te
worden, waar hongerige persen op hun
voedsel wachten. Maar of er binnen
kort nu eens een dikkere krant komt in
Nederland?
Het lied van den arbeid
Even zijn we door dé enorme
lichte ruimten geloopen, waar het
dreunt en gonst, waar de houtstof
op lange banen tot papier verwerkt
wordt, waar de „Hollanders" de
papierbrij om en om roeren, waar
de electrische centrale monotoon
zoemt den geheelen langen dag en
den geheelen langen nacht en wij
zijn een heel klein beetje trotsch
geweest op dat enorme bedrijf, bij
na even trotsch als de man, die bij
de meer dan 100 meter lange
papierbaan stond en zoo tusschen
neus en lippen vertelde, dat er op
dat oogenblik 300 meter papier van
5 meter breed uit „zijn" machine
kwam.
Het Noordzeekanaal en de Papier
fabriek, ze hooren bij elkaar en ze hel
pen elkaar en ons land stuwen naar wel
vaart en geluk, waar zooveel en zoo
hard naar verlangd %vordt.
Waar de Dtiitschers hun vernielzucht botvierdenhet stempelraam van de slui
foto's, die tegelijk aanklagen en prijzen: De bezetter schond maar de ingenieur
werd uit zijn voegen gerukt. Twee
wist te herstelleiu