Engelschen visschen weer heilbot B!oemfn(!aal1sraa(1 nog,eens! bij Groenland Romantische geruchten rond Prinses Elisabeth Uitvoervergunning Nacht-Express ii voor de beslissing geplaatst Productieve beugvisscherij In de maand October j.l. liep er in de haven van Grimsby een Engelsche trawler binnen, welke de visscherij bij Groenland had uitge oefend. Deze trawler, de „Consbro", toebchoorenöe aan de Crampin Steamtrawler Company, was de eerste, weike na den oorlog de z.g. lUn- visscherij (beugvisscherij) bij Groenland had uitgeoefend en met een vangst van niet min der dan 2400 stuks heilbot, welke van uil- stekende kwaliteit was, in de haven van Grimsby terugkeerde. De Koning der platvisschen. De heilbot is de grootste van alle tot nu toe bekende platvisschen en is door haar staart vin, welke in plaats van afgerond, flauw ge vorkt is, gemakkelijk van dc overige platvis schen te onderscheiden. De oogen staan aan de rechterzijde van het lichaam, welke bij deze visch tevens de gekleurde zijde is. De heilbot kan een groote lengte bereiken. Exemplaren van 2 meter en langer, met een gewicht van 180200 kg. en zwaarder, zijn lang geen zeldzaamheid. Verder is deze visoh een geweldige roover, die zich hoofdzakelijk met andere visschen voedt. Hoewel het eigenlijke gebied van de heilbot de Noordelijke IJszee is, wordt deze visch eveneens aangetroffen bij de kusten van Groenland, Spitsbergen, IJsland, Noorwegen en de westkust van Frankrijk. Vervolgens houdt de „Hippoglossus Vulgaris" (de Latijn- 6che naam voor heilbot) zich op bij de kusten van New Foundland, New England, Califor- De heilbot. nië, BritschrColumbia, Alaska en Kamsjatka. Ofschoon het vleesch van de heilbot niet zoo fijn is als dat van de tarbot en de griet, wordt het toch veel gegeten. De Groenlanders snijden net vleesch van deze visch in lange strooken, die, na in de versche lucht gedroogd te zijn, voor winterprovisie wordt aangewend. Daar de heilbot van onschatbare waarde voor den handel is, wordt er in vele landen van Europa, de Vereenigde Staten van Ame rika en Canada, een intensieve visscherij op den ..Koning der platvisschen" uitgeoefend, die zoowel versch, bevroren, gerookt als in blik geconserveerd in den handel wordt ge bracht. Heilbotbanken raakten uitgeput. Doordat de heilbot in vroeger tijden over het algemeen weinig gegeten werd, was de visscherij er op in Engeland betrekkelijk van ondergeschikt belang. Toen de vraag naar de heilbot in latere jaren echter steeds grooter wérd, begon ook deze visscherij aanmerke lijk in omvang toe te nemen. Het gevolg hier van was echter, dat de heilbotbanken spoedig uitgeput begonnen te raken, met als gevolg, dat er naar andere vischgvonden, waar de heilbot eveneens in behoorlijke quantums wordt aangetroffen, moest worden uitgezien. In verband hiermede lieten de Engelschen hun oog vallen op Groenland en in 1926 be gonnen zij met de heilbotvisscherij bij Groen- lande verre kusten. Aangezien deze visscherij zeer goede resultaten opleverde, werd hier aan spoedig uitbreiding gegeven, zoodat er in het jaar 1928 reeds twee expedities paar Groenland werden uitgerust. De schepen, welke aan deze expeditie deelnamen, waren de s.s. „Helder" en „Aractic Queen", die resp. een bemanning van 250 en 500 koppen hadden. Prof. dr. J. L. Walch 0 overleden In Den Haag is in den leeftijd van 67 jaar overleden prof. dr. J. L. Walch. Hij werd in Den Haag geboren, studeerde letteren te Leiden en promoveerde in 1906 op proefschrift ,.De varianten van Vondels Pala medes". Van 1903—1905 was hij.leeraar aan de H.B.S, en het gympasium te Kampen en van 1905—1908 aan de H.B.S. te Gouda. Vervolgens werd hij verslaggever bij het „Algemeen Han delsblad". Van 1909—1916 was dr. Walch re dacteur voor tooneel en letteren aan ,,Het Vaderland". In 1918 werd hij toegelaten als privaat-docent voor tooneelgeschiedenis aan de Leidsche universiteit. Van 19251936 was hij leeraar aan de H.B.S. te 's-Gravenhage. In 1936 werd hij benoemd tot hoogleeraar aan de Sorbonne te Parijs. In 1939 volgde zijn be noeming tot directeur van de-Tooneelschool te Amsterdam, als opvolger van Balthazar Verhagen. Prof. dr. Walch heeft veel gepubliceerd: verzen, schetsen, looneelstukken en studies over taal en letterkunde. Hij was een jaar voorzitter van de Maatschappij der Neder landsche Letterkunde en van het Letterkundig Genootschap „Oefening kweekt Kennis". voor Bovendien beschikten deze vaartuigen geza menlijk over 65 dories, die van motoren wa- j ren voorzien en waarmee de visscherij werd i uitgeoefend. Tevens was er nog een z.g. VCXTX Vjeci. jiulhii motor-scoutingsvessel (verkenningsvaartuig) Men herinnert zich dat de Raad van en een transportvaartuig aan de expeditie Bloemendaal geweigerd heeft de voor- toegevoegd, met behulp waarvan de visch waarden te aanvaarden die het rijk heeft naar de Engelsche markt werd vervoerd. De gesteld aan noodlijdende gemeenten, 'd Een nieuwe aanmaning van Ged. Staten Nederlandsche hulde Philips bereikt weer het n België in de UNO voor-corlogsch productiepeil Uitvoer naar 77 landen lijnen waarmede gevisoht werd, hadden een gezamenlijke lengte gelijk aan den afstand van Noorwegen naar West-Groenland, terwijl- er per dag pi.m. 50 ton aas werd gebruikt. Wat de dories betreft, deze vingen gedurende het seizoen ongeveer 100 ton heilbot per vaartuig. In het jaar 1930 werd er door de Engelsche trawlers en lijners, welke de heilbotvisscherij bij Groenland uitoefenden, in totaal ongeveer 4J4 millioen kg. heilbot gevangen. D, K. Gerechtelijke vervolging tegen It.-generaal Roëil? Naar het A.N.P. verneemt overweegt de procureur-generaal bij het gerechtshof tc 's-Gravenhage om tegen den gep. luitenant- Nu heeft het college van Ged. Staten zich met® een brief tot den raad gewend om den raad in staat te stellen nog eens de gevolgen van zijn besluit nader te over wegen. Ged. Staten schrijven dat zij onder deze omstandigheden de begrooting van Bloe mendaal voor 1946 niet kunnen goedkeu ren, daar er geen middeleh zijn aangegeven om het tekort te dekken. Het gevolg daar van is, dat geen uitgaven meer gedaan kunnen worden, wat in feite stilstand van het geheele gemeentelijke apparaat zou beteekenen. Worden er toch uitgaven ge daan, dan is elk lid van het college van B. en W. daarvoor persoonlijk aanspra kelijk. Ged. Staten wijzen er verder nog op, dat er naar gestreefd wordt de voorwaarden B-v..0,c,1,io5c um «6". urn 6cp. luiwiiam- voor noodlijdende gemeenten toe te pas- generaal jhr. W. Roëll gerechtelijke stap- sen op een wijze die de gemeente zoo min pen te doen ondernemen in verband met zijn radiorede, gehouden op Donderdag j.l. Een verklaring van generaal Roëll 's-Gravenhage, 14 Doc. (A.N.P.) Wij hebben generaal Roëll gevraagd naai de beteekenis, welke gehecht moet worden aan den laatsten zin. van zijn radio-voor- dracht op Donderdag 12 December j.l., waarin hij zei: „Allen goede vaderlanders roep ik toe: houdt tot het uiterste stand te gen deze plannen, thans bovengronds, maar als de gevaren voor het vaderland die van 1940-1945 zouden evenaren of overtreffen, als het moet „ook ondergronds". De generaal verklaarde dat hij het ver zoek, om voor de radio te spreken, eerst in den morgen van den 12en ontving, zoo dat hij, den geheelen dag bezet zijnde, zijn manuscript te overhaast heeft moeten sa menstellen, tengevolge waarvan de indruk, welke de' slot-zinsnede heeft kunnen ma ken, als zou hij bedektelijk tot onder- grondsche agitatie hebben geraden, niet in overeenstemming is geweest met zijn bedoelingen. „Integendeel" aldus gene raal Roëll „ik ben gewoon met open vizier te strijden en illegaal onder gronds ch optreden heb ik na onze be vrijding vaarwel gezegd. Mijn bedoeling was alleen, te wijzen op de mogelijkheid van geestelijke organisatie van het natio nale potentieel, zooals voorheen ook in den bij zonderen vrij willigen landstorm met zijn devies „als het moet" bestond". NED. CHR. VROUWENBOND. De afdeeling IJmuiden van dén Ned. Ohr. Vrouwenbond houdt haar Kerstwijding heden avond in het Patronaatsgebouw te IJmui- den-Oost. mogelijk in haar taak belemmert. Voor een stroeve werking van het gemeentelijk apparaat behoeft niet gevreesd te worden. De regeering poogt bovendien de nood lijdende gemeenten zoo spoedig mogelijk uit haar bezwarende positie te bevrijden. Daartoe is de commissie-Oud ingesteld. Ged. Staten vragen vóór 24 December antwoord van Bloemendaal. Australische Veto-resolutie door UNO aanvaard De Algemeene Vergadering der UNO heeft Vrijdag bij de bespreking van haar eventueele aanbevelingen ^aan den Veilig heidsraad inzake het gébruik van het veto-recht, de resolutie van Australië aanvaard, waarin wordt verzocht het veto zoodanig te beperken, dat de doel matigheid van den Veiligheidsraad niet in gevaar wordt gebracht. De Rus Wysjinsky bestreed de resolutie, die hij een poging tot het ondermijnen der eensgezindheid noemde. Zij geeft blijk van een vijandige houding ten op zichte van de Sovjet-Unie, aldus Wysjins ky. „Dit zou niet van zooveel belang zijn, als Engeland en Amerika de resolutie niet steunden". Canada, Tsjecho-Slowakije en Wit-Rus- land spraken zich ten gunste van het veto recht uit. Wellington Koo (China) zeide zich vair stemming te zullen onthouden, daar hij'niet dacht, dat de resolutie haar doel zou bereiken. Bij stemming werd de resolutie met 36 tegen 6 stemmen en 11 onthoudingen aan genomen. De Sovjetgroep stemde tegen. De aankondiging, dat de resolutie was aangenomen, werd met applaus begroet. Zal prins Philip de uitverkorene zïjn Toen eind September voor de eerste maal de berichten opdoken over een aan staande verloving van de Britsche kroon prinses Elisabeth met prins Philip van Griekenland, werden deze geruchten door een woordvoerder vair Buckingham Palace onjuist genoemd. Sindsdien is de prinses echter zoo dikwijls in gezelschap van prins Philip gezien, dat de geruchten steeds hardnekkiger zijn geworden. Het verluidt, dat de prins een verzoek zal indienen om het Engelsche burgerschap te verwerven, waardoor niets meer een huwelijk met de dochter van den koning in den weg zou staan. Als Britsch onderdaan, zoo wordt beweerd, zou Philip afstand doen van zijn rechten op den Grielcschen troon (hij is de zesde in de rij der troonpretendenten), waardoor politieke bezwaren tegen het huwelijk niet meer zouden bestaan. Dit bericht is. door een groote Fransche krant voor het eerst gelanceerd. In Londen begint men steeds meer aan de juistheid ervan te gelooven. Drie Londensche dag bladen hebben er ook reeds melding van gemaakt. Weliswaar heeft men in Bucking ham Palace verklaard, dat men niets aan het dementi van dén afgeloopen herfst heeft toe te voegen, maar tezelfder tijd hoorde men uit zeer goed ingelichte bron, dat de thans 25-jarige prins Philips reeds in 1939 om zijn „naturalisation papers" heeft gevraagd en dat hij na zijn schitte rende carrière als Britsch marine-officier vaster dan ooit besloten is Engelschman te worden. (Prins Philips is een zoon van prins An dreas van Griekenland, oom van den te- genwoordigen koning en prinses Alice Mountbatten). Prinses Elisabeth, die den naam van haar groote voorgangster draagt, is bij het Brit sche volk uitermate populair. Haar beslist heid en energie zijn spreekwoordelijk. Reeds voor den oorlog was de prinses erg geliefd, maar als nummer 230873 van het Britsche vrouwen-hulpcorps won zij eerst met recht het hart van het volk. Ze kon in die jaren de keten van hovelingen door breken, ze kon met andere menschen spre ken, evenals haar gouvernante mrs. Craw ford en haar leermeester Sir Clarence Martin. Ze leerde inzien, dat de monarchie gegrondvest is op een stilzwijgende over eenkomst tusschen volk en vorst. Na den oorlog heeft Elisabeth het contact met het werkelijke leven niet verbroken. Integen deel, zij heeft dit zelfs inniger gemaakt. Ze is herhaaldelijk verschenen bij theater premières en andere openbare gebeurte nissen, zij heeft bij de vervulling van haar plichten bij de opening van hospitalen en het afnemen van parades meermalen toe spraken gehouden, welke niet door het secretariaat van den koning waren voor bereid. Dit» streven heeft bij haar ouders geen tegenstand ontmoet, integendeel, zij hebben het zelfs aangemoedigd. Het ko ningspaar heeft heel goed begrepen, dat de geest van initiatief, welke zijn dochter eens als vorstin moet toonen, zich vroegtijdig moet manifesteeren. De intrede van de kroonprinses in het openbare leven heeft het noodzakelijk ge maakt naar „escortes", naar begeleiders voor haar te zoeken. Vex*scheidene jonge mannen van den hoogen adel hadden de eer Elisabeth bij haar uitstapjes naar thea ters en inrichtingen van amusement te ver gezellen. Daarbij werd er zorg voor gedra gen, dat de begeleiders voortdurend wer den verwisseld, teneinde de geruchten over een aanstaande verloving den kop te kun nen indrukken. De jonge lieden, die Eli sabeth begeleidden, moesten overigeijs vol gens een voorschrift, dat aan een burger verbiedt een lid der koninklijke familie in het openbaar uit te noodigen, den dag daarop zich aan het paleis vervoegen om zich hun uitgaven van den vorigen avond te laten terugbetalen Naar aanleiding van de geste van België, zijn zetel in den sociaal-economischen raad van de UNO al' te staan ten behoeve van Nederland, heeft mr. F,. N. van Klef- fens op de algemeene vergadering van de UNO het volgende verklaard: „Wij zijn de Belgische regeering grooten dank ver schuldigd voor haar bereidheid haar zetel in den sociaal-economischen raad af te staan, op voorwaarde dat zoowel Neder land als Turkije voor het lidmaatschap in dat lichaam worden gekozen. De vergadering zal het ongetwijfeld met mij eens zijn wanneer ik zeg dat er geen beter bewijs voor de goede nabuurschap tusschen Nederland en België bestaat. Deze bewonderenswaardige daad stelt twee landen, die een practisch gelijken steun ondervonden, in staat zitting te nemen, waarbij aan de assemblée de lastige taak is bespaard om tusschen twee landen te moeten kiezen. Hospita en haar klanten dreven bonnenhandel De Haarlemsche economische rechter behandelde Vrijdag een reeks gevallen van geknoei met distributiebonnen, die zich onder wel zeer ongunstige omstandigheden heeft afgespeeld. Mej. M.-V. dreef tezamen met een aan tal jongedames onder meer een handeltje in brandstoff enkaar ten, textielpunten, snoepkaarten, melk- en boterbonnen van hen zelf en hun kinderen. Een commensaal van eerstgenoemde vrouw fungeerde als tusschenpersoon. De omstandigheden waaronder het geheel ge beurde ontlokten den ambtenaar van het O.M. de opmerking, dat het centrum van dezen onoirbaren handel een „poel van ellende" is geweest; de kostganger v. d. V. is een gederangeerd individu, dat reeds 12 vonnissen op zijn strafblad heeft staan. De bonnen kwamen tenslotte terecht bij „argelooze" particulieren en winkeliers, de er Vrijdag met geldboeten af kwamen; de bedrijvers van het duistere zaakje werden echter voor het grootste deel tot onvoor waardelijke vrijheidsstraffen veroordeeld: de 39-jarige commensaal kreeg 2 maanden gevangenis en 9 maanden Veenhuizen, het waschmeisje v. d. S„ dat bij juffrouw M.- V. in den kost was, zal 2 maanden in af zondering moeten doorbrengen en het von nis over de 21-jarige strijkster, mej. v. d. B. luidde 3 weken voorwaardelijk. De hos pita zelf werd teïislotte tot veertien dagen veroordeeld. Duitsche nazi's repatrieerden via Denemarken De Aftontidningen schrijft volgens U. P. dat tweehonderd Duitschers waaronder verscheidene hooge nazi-leiders, verleden zomer uit Zweedsche interneeringskampen naar Duitschland zijn gesmokkeld via De nemarken waar leden van de zoogenaam de „Nationale Bond van den Zesden Mei", hen hielpen naar Duitschland te komen via Zuid-Jutland- Het was simpel voor de réfugiés om Duitschland van de Deensche zijde binnen te komen, schrijft de Aftontidningen, om dat Deensche nazis voor valsche papieren zorgden en ook omdat indien de vluchte lingen door Deensche gendarmes aan de grens gegrepen werden, zij zich voordeden als réfugiés uit Duitschland en dan prompt „terug werden gestuurd". De Zweedsche nazigroep, de zoogenaam de „Niederlagsgruppe", waarvan officieren lid waren die met de bewaking van de in terneeringskampen belast waren, zorgden er voor dat Deensche visschersbooten een bijna regelmatig - vluchtelingen-verkeer tusschen Zweden en Denemarken konden onderhouden, voegt het Zweedsche blad hier aan toe. Maatschappij „Zeevaart" hield slechts twee schepen over De directie van de N.V. Maatschappij „Zee vaart" heeft een voorloopig verslag over de jaren 19401945 gepubliceerd, waarin de we derwaardigheden van de maatschappij tijdens de oorlogsjaren worden beschreven en ook de verliezen worden opgesomd. Slechts twee schepen bleven voor de maatschappij behou den, de „Themisto" en de „Colytto". De maatschappij heeft het grootste gedeelte van haar vloot, varend in geallieerden dienst, vóór de bezitsvordering verloren. De dircetie heeft gemeend geen gebruik te moeten maken van de gelegenheid om over te gaan tot aan schaffing van z.g. „replacement"-schepen uit regeeringsbezit. Zij heeft door bemiddeling van een Engelsche reederlj, waarbij de maat schappij „Zeevaart" is geïnteresseerd, de „North Continental Shipping Co. Ltd" opge richt. Deze maatschappij, die te Belfast is gevestigd, heeft twee schepen onder Engelsche vlag verworven. De dochter-maatschappij, de N.V. Motorboot maatschappij „Bynia", heeft reeds tijdens den oorlog opdracht gegeven tot den bouw van een "motorkustvaartuig van circa 650 ton laad vermogen ter vervanging van haar in Duit- schen dienst verloren gegane m.s. „Koert" Deze nieuwe aanwinst i9 in Augustus onder den naam „Tyro" in de vaart gebracht en zal wellicht ook in de HollandIerland-lijn kun- j nen worden gebruikt. Tijdens een bezoek van Limburgsche journalisten aan de Philipsfabrieken werd medegedeeld, dat de N.V. Philips dezer da gen. althans voor Kerstmis, de voor-oor- logsche productie wederom zal bereiken. Daartoe zijn 21600 arbeiders noodig. Voor 1940 waren er 15000 arbeiders tewerk ge steld. Om het tempo van den wederopbouw bij Philips te Ulustreeren zij vermeld, dat Philips in 1945. 8000 arbeiders in dienst had. In Januari 1945 bedroeg de productie 40% van de voor-ooriogsche. Tengevolge van het feit, dat Eindhoven een grooten woningnood kent en dus geen arbeiders op kan nemen, is men mede onder invloed van het arbeiders-aanbod in Sittard, Roer mond en andere plaatsen tot „arbeiders spreiding" overgegaan. Momenteel wordt door Philips geprodu ceerd te Oss, Den Bosch, Tilburg, Middel burg,* Sittard, Roosendaal, Hilversum er Dordrecht. Op een gestelde vraag hoe groot de geschatte waarde van de door de Duitschers ontvoerde hoeveelheden grond stoffen en machines bedroeg, werd mede gedeeld, dat deze f 60.000.000 was. Hier van zijn tot dusverre machines tot een be- drag van f 750 000 teruggevoerd kunnen worden. Vermelding verdient verder nog dat Philips weer naar 77 landen ter wereld exporteert. Dit beteekent naar alle landen ter wereld, behalve Japan. Instortingsramp te New-York Een ramp in een ongebruikt koelhuis te New York, waarbij vele dooden vielen en zes-en-twintig personen ernstige verwon dingen opliepen, werd veroorzaakt door met vuur spelende jongens. Tweemaal doofde de brandweer een brand in het koelhuis waar men kort te voren jongens had zien spelen. Later vond echter een explosie plaats van ammoniak - dampen en een zware muur stortte tegen een zes verdiepingen tellende huurwoning in het drukke New Yorksche Westside. Op de vier onderste étages van de kazerne woning bevonden zich vier-en-negentig personen. Vele van hen hingen uit de ra men om naar de brandweer te kijken en werden waarschijnlijk onmiddellijk gedood toen de achtergevel van het koelhuis op hen neerstortte. Vijf-en-twintig gewonden of: de beproevingen van ons jongste redactielid Wij kregen een smeekbrief. Een brief, die ons het hart deed krimpen van medoo- gen. Hij kwam uit een ver land van een meisje, dat ons eens zeer dierbaar was. Als wij aan haar weerbarstige, roestbruine krullen dachten, werden wij nog vertee- derd. Dat was het hem juist. Voor die roestbruine, weerbarstige krullen had zij een haarnetje noodig en zoo'n haarnetje hoorde in dat verre land, door deszelven onverkrijgbaarheid tot de brandende kwes ties. Of wij nou niet Natuurlijk. Wie zijn wij tenslotte, dat we zooiets zouden kunnen weigeren? Voor die roestbruine, weerbarstige krullen nog wel. Wij togen op weg naar een parfumerie en schaften ons voor den schappelijken prijs van zeven-en-dertig en een halve cent zoo'n verzameling met zijde omgrens de gaatjes aan. Wij staken het in een enve loppe en schreven er wat teedere woorden bij. Toen gingen wij naar het postkantoor, maar onderweg bekroop ons een angstig voorgevoel. Verbeeld je, dat, gezien 's lands benarde economische positie, je nou niet zoo maar eens een haarnetje weg mocht sturen. Wij zeiden tegen de juffrouw achter het loket: „Juffrouw Pos, mogen wij een haar netje sturen aan een meisje met roest „Nee" zei de juffrouw, „nee, dat mag niet. Heeft u een uitvoervergunning voor noo dig!" en met een door oefening gebaarde kunst voorzag zij ons van een groot, geel, dubbelgevouwen vel papier. Op een nabije lessenaar vouwden wij het open en het werd daardoor steeds grooter. Wij sloegen aan het invullen; onzen naam en adres, haar naam en adres, wij om schreven de goederen zoowel naar aard als naar soort met de kort en bondige quali- ficatie „Haarnetje". Wij noteerden de hoe veelheid als 1 (één). Toen kwam de moeilijkheid. Gevraagd werd aantal kg, meters en liters. Wij wogen het ding in onze hand. Het was zoo vederlicht, dat wij schroomden het van een grove aanduiding in kilo's te voorzien. Wij haalden lang- vergeten algebra-formules uit haar muf- geworden verblijfplaats, teneinde het aan tal meters te bepalen. En dan die liters! Wij haalden ons voor den geest, hoe wij op een zomeravond voor het laatst haar lieve roestbruingekrulde hoofdje tusschen onze handen hadden gehouden, hoe de nachtegalen.... Wij hielden onze handen en acht lijken zijn tot dusverre door den®t zoo en wilden wel, dat wij bij de stereo brandweer onder de vijf meter hooge lessen beter opgepast hadden. (Wij vulden puinlaag vandaan gehaald. De bx*andweer maar wat in en zagen ons al in de be- maakte hierbij gebruik van pneumatische boren. Vier pex*sonen stierven in het zie kenhuis. Brandweerlieden waren aan het werk op het dak van het koelhuis toen een op ex plosies wijzend onheilspellend gerommel vele van hen de brandladders afjoeg. Zes brandweerlieden slaagden er echter niet in te ontsnappen en stortten in de laaiende hel toen het dak inviel. Enkele seconden later viel de achtergevel met donderend lawaai op de kazex-ne-woning. Er worden nog 39 personen vermist. Duidelijk kon men de kreten van onder het puin bcgra- yenen hooren, meldt Un. Press. Verlenging van liet Tijdelijk Persbesluit De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft bij de Tweede Kamer ingediend het wetsontwerp: Verlenging van den werkingsduur van het Tijdelijk Persbesluit 1945. In de Memorie van Toelichting deelt de minister mede, dat het afloopen van den werkingsduur van het Tijdelijk Persbesluit 1945 op 1 Januari het noodzakelijk maakt de materie, die door dit besluit wordt be streken, wettelijk te regelen. Aanvankelijk werd gehoopt, dat voor het eindigen van het Tijdelijk Persbesluit een definitieve Perswet tót stand zou zijn gekomen. Geble ken is dat een wettelijke regeling van het Perswezen zoodanige principieele vragen aan de orde stelt, dat van totstandkoming van een dergelijke wet op korten termijn geen sprake kan zijn. Anderzijds vergen de huidige omstandigheden een noodvoorzie ning van tijdelijken aard, welke in een de finitieve Perswet niet op haar plaats zou zijn. Daarom heeft de minister den Pers- raad gehoord en een wetsontwei*p Nood- vooi'ziening Perswezen vooi'bereid, ter ver vanging van het Tijdelijk Persbesluit. Het voorziet in de instelling van een beroeps instantie voor degenen, wier zaak door de Commissie voor de Perszuivering is be handeld, alsmede in een wettelijke rege ling van de bevoegdheden van den Pers- raad met betrekking tot de papiervoor ziening voor de pers en een rechtvaardige verdeeling van de zet- en drukcapaciteit. Ten einde een vacuum in de wetgeving op dit gebied en een chaos in het perswezen, die hiervan het gevolg zou zijn, te voor komen, is een verlenging van den wer kingsduur van het Tijdelijk Persbesluit 1945 tot uiterlijk 1 Juli 1947 noodzakelijk gebleken. klaagdenbank). Wij gaven de waarde in „f's, zoo noodig geschat en vonden het pijn lijk, dat zij zou zien, dat het geschenk maar 0,37 had gekost. Wij besloten met de verklaring, dat de goederen niet met handelsdoeleinden wer den verzonden en op geenerlei wijze ver rekend zouden worden en voorzagen het geheel van een rechtsgeldige handteeke- ning. Toen bespeurden wij, dat we nog wat vergeten hadden. Opgave van redenen waarom de goederen verzonden werden. Wij zeiden: „Dat, gaat den Staat niets aan", staken de vrije Nederlandsche borst voor uit en weigerden. Wij hadden alles goed gevonden. Zelfs onderwierpen wij ons aan toekomstige controlemaatregelen, door den C.D.I.tJ. noodig geacht. Maar den Staat vertellen van dien zomeravond en die nachtegalen, die ons hart warm maakten, dót nooit. W. L. B. 47 pCt. ontevredenheid over het kabinet Begin vorige week werd de volgende vraag aan tallooze Nederlandex-s, jonge en oude, rijke en armé, en wonend In alle deelen van ons land, gesteld door de mede werkers van het Nederlandsch Instituut voor de Publieke Opinie: „Bent u tot nu toe in het algemeen'te vreden of ontevreden over het werk van het ministerie-Beel?" 47% antwoordt: ontevreden. 34% antwoordt: tevreden. 19% heeft er geen oordeel over. Van de menschen, die bij de verkiezin gen in Mei op de K.V.P. stemden, zijn er 55% over het algemeen tevreden over het huidige ministerie en 25% ontevreden. De partygenooten van minister Lief- tinck, minister Vos en de andere Partij van den Ai'beid-leden van het kabinet zijn echter vaker ontevreden (42%) dan tevreden (37%). Van de aanhangers der andere partijen zijn de communisten het meest ontevre den (90%), vervolgens de Anti-Revolutl- onnairen (68% ontevreden). Hout aangevoerd Uit Finland arriveerde Zondagmorgen voor de steigers van de Papierfabriek het Noorsche m.s. „Hallingdan" met een volle lading hout. FEUILLETON Roman door Winston Graham Vertaald door Alice van Iterson 2) Dat ben ik. volkomen met u eens. Maar ik vx*ees. dat ook hier de goeden onder de kwaden moeten lijden. HOOFDSTUK II. Er is veel gebeurd, sinds de dreiging van de invasie over Engeland is gekomen. Tex*nauwex*nood kan ik mij nog herinne ren, hoe het gevaar langzamerhand een dagelijksche gewoonte voor de menschen werd. En ik heb zelf ook in de laatste maanden zoo ontzaglijk veel beleefd, dat ik niet eens meer weet, hoe het mij te moede was, toen ik vóór die nieuwe xntemeering stond. Iif ieder geval zou ik niet lang gelegen heid hebben om te ondervinden in welk opzicht de vex-houdingen in het kamp ver beterd waren, want ik bleef maar één nacht in Worcester en kwam toen in een afgelegen plaats bij Hereford tex*echt. Ondanks het feit, dat het leven van de geïnterneex-den niet bepaald prettig kon zijn, was het draaglijk en heel wat beter dan van degenen, die geïnterneerd waren in de bezette landen. Alleen ergex-de het mij, dat ik zooals na mijn eerste arrestatie weer zou moeten samenzijn met menschen, die aanhangers waren van de nazi-theorieën of pro-fascistisch. Ik herinnerde mij een. Italiaans chen journa list, die mij de eerste maal altijd had ge troost. Ook hij had niets gevoeld voor het nieuwe régime in Italië, maar hij was, als ondei*daan van een vijandelijk land. toch geïnterneerd. Toen hij weggevoerd werd op de „Aurora Star", is hij met die boot vei-gaan en verdronken. En nu moest ik weer met nazi-aanhan gers samen leven! Ik ergerde mij ook, dat de tijd nutteloos voorbijging, terwijl .ik toch met zoo'n belangrijk onderzoek bezig was geweest. Ik was bang, dat de invasie zou komen en bad den hemel om regen te geven, als een boer, die zijn oogst ziet vex-dorren. Want ik was er van overtuigd, dat met slecht weer de kans van een aan val op Engeland geringer zou zijn. Ik, die niets heviger veidangde dan de nederlaag der dictators, moest werkeloos aanzien, hoe zich dreigende wolken boven Enge land samenpakten. Zes dagen na mijn arrestatie echter werd ik uit het kamp gehaald en voor een Bx*itschen officier gebracht, die mank liep. Hij was slank en had grijze oogen. Zijn haai* begon dun te worden aan de slapen. Hij droeg de ondex-scheidings- teekenen vaxi Overste en leek mij iemand, die kalm zijn bevelen gaf en wiens auto riteit zóó vanzelf sprak, dat hij er zelden gebruik van zou xnoeten maken. Ik zag in hem een van die rustige, bedaarde men schen met innerlijk overwicht en zeker in hun optreden, zooals men onder-Engel sche militairen veel vindt. Goedendag, zei hij. Gaat u zitten, dr. Mencken. Wilt u een whisky-soda? Graag, accepteerde ik een beetje verrast. Maar slap, alstublieft. Ik drink zelden. Dat is maar goed voor u ook, zei hij geheimzinnig. U bent zeker wel verwon derd, dat ik u hier heb laten komen, niet? Weer een beetje bureaucratie, onbegry- pelijke bepalingen en vex-ordeningen, en weet ik veel, wat meer. Ik heb tot op het oogenblik nog geen tijd gehad daar over na te denken. Juist, maar waax*schijnlijk hebt u wél nagedacht over deze intex-neering van u. Het bevalt u zeker niet heelemaal? Ik glimlachte. Het zou mij aange namer zijn, gauw weer vx'ij te zijn. Daarop vex*klaarde de officier mij de x-edenen, waarom de regeerirxg ook in ge vallen, zooals het mijne, de noodige voor- zox'gsmaatregelen diende te nemen. Het was ixnmers een bekend feit, dat tegen- standex's van de nazi's heel vaak gewillig tegenover dezen worden om hxm bloed verwanten in Duitschland of de bezette gebieden niet aan repi'esailles bloot te stellen. In dex*gelijke gevallen zou men bijna van een soort bescherming kunnen spreken, daar het op deze wijze den nazi's onmogelijk was iemand te dwingen om tegen beter weten in te handelen, alleen om het welzijn van zijn nabestaanden niet in gevaar te brengen. Ik merkte heel goed, dat hij mij wilde gerust stellen. Het is erg aardig van u, dat u mij dat allemaal vertelt, zei ik. Ik ben heuseh niet blind voor de noodzake lijkheid van sommige regeerïngsbepalm- gen. Maar ik ben teleui'gesteld, omdat ik als vreemdeling word behandeld, terwijl mijn moeder toch een Engelsche was. En bovendien hèb ik geen naaste familie meer in. Oostenrijk, waarover ik mij zorgen zou moeten maken. HmU bent eigenlijk nog heel jong, dx*. Mencken. Een en dertig. Dat is niet oud, uw academische loopbaan in aanmerking genomen. Ik schudde het hoofd. Och, het komt er alleen maar op aan, of je je tijd ver knoeit of goed besteedt. Hij leunde achtex-over, nipte-aan zijn whisky en keek mij in gedachten aan. Zou het u erg verbazen om te hoox*en, dat u van de ongeveer drie en zeventig duizend Duitschex*s en Oosten rijkers in dit land de eenige bent, dien men na zijn vrijlating opnieuw geïnter neerd heeft? Ik begon onrustig op mijn stoel heen en weer te schuiven. Waar wilde die man heen? Wat had dit alles dan te beteeke nen, als men mij niet verdacht van vijan dige handelingexx tegenover Engeland? Had ik soms ooit iets gedaan, dat door een vexkeerden uitleg mij nu ten laste kon worden gelegd? De man tegenover mij keek mij onver vaard aan en scheen mijn gedachten te raden, Dat wex*k. waar u nu mee bezig bent, zei hij, is, als ik goed begi*epen heb, zeer belangrijk voor ons land? Ja, ik werk aan een proefneming die ons in staat zou stellen om aloë-afval voor onderzeebooten te verwelken. Beschouwt u dat als een. nationaal belang van de eerste orde? Ik draaide een beetje om de vraag heen: Ik begrijp u niet heelemaal. Al der gelijke onderzoekingen zijn in tijd van oorlog van bijzondere waarde. De mijne waarschijnlijk niet meer dan de andere, maar ook niet minder. Als Maar u zult zichzelf niet voor, laten we zeggen, twee of drie manden als onvervangbaar beschouwen? Voor zoover ik weet, weiken er nog andere menschen aan hetzelfde idee. Bijvoorbeeld professor Martin van de universiteit te Edinbux-gh. Wij spraken nu een oogenblik over professor Martin en zijn experimenten, waarop de officier mij plotseling verniste met de vraag of ik goed op de hoogte was mefc gifgassen. Ik antwooixlde, dat ik er wel wat van wist, maar eigenlijk niet voor een expert kon doorgaan, ondanks het feit, dat ik aan de Londensche universiteit kort tevo ren lezingen had gehouden over een be paald gas, in vei'band met de studie der atoom-energie. Laten we eens aannemen, viel de man tegenover mij in de rede, dat u tegenwoordig zou zijn bij het vervaardi gen en bij de proefnemingen met een nieuw gas, zou u dan in staat zijn iets over de samenstelling en den aard van het gas te verklaren of over de eigenschap waardoor het nieuwe gas zich onder scheidt van de bekende soorten.? Ik zette groote oogen op. Natuurlijk, als ik zonder moeilijkheden toegang tot 'het laboratorium kon ln'ijgen! Hij knikte en scheen tevreden te zijn met mijn antwoord. Nu, dan wordt het tijd, dr. Mencken, dat ik ophoud om de zaak heen te praten. Mijn gevraag heeft u waarschijnlijk een beetje van de wijs gebi'acht. Dat moest ik inderdaad toegeven. Hij legde zijn vingertoppen tegen elkaar. Dr. Mencken, het is nog maar een paar minuten geleden, dat u er zich over beklaagd heeft, dat de regeering geen vertrouwen heeft in uw vaderlands liefde, ondanks het feit, dat u een halve Engelschman bent. Wanneer u hoort, wat ik u te vertellen heb, zult u moeten toe geven, dat ons land een onbegrensd ver trouwen in u stelt, althans wanneer u de verantwoording op u wilt nemen. Ik ben bereid alles te doen om weer vx'ij te zijn. Wacht u met uw toestemming tot u mijn voorstel heeft gehoord. Het is geen sinecure, die wij u aanbieden. Ik luisterde dus aandachtig en begon langzamei'hand de bedoeling van het onderhoud te begrijpen. Mijn naam, zei de ander, speelt geen rol. Brown, dat is voldoende. Ik behoor tot de speciale afdeeling van het Britsche Intelligence Department, de S. 1. D. Het gelukt ons nog beter aan de schijnwerpex-s van de openbaarheid te ontkomen dan onze collega's van de afdeeling Criminali teit. Zijn oogen zochten de mijne. Niet zoo lang geleden kregen wij van het hoofd van onze .Noord-Italiaansche organisatie een zeker bericht door, dat vergezeld was van een verzoek om steun. Wij heb ben de zaak eeixs overlegd. Die hulp kan slechts geboden worden door één man. Als deze man echter niet precies voldoet aan bepaalde eischen, is het beter, dat hij er heelemaal niet heen gaat. Ik dronk wat van mijn whisky. Ik voelde, dat ik een hartversterking noodig had, want ik begon iets te begrijpen. Ik neem aan, dat ik in zeker opzicht aan de gestelde verwachtingen zou vol doen. De ander begon een beetje te lachen. Toen werd hij weer ernstig. Dat wil ik juist te weten komen. Of u aan die speciale eischen kunt voldoen. Onze man .moet onvoorwaardelijk te ver trouwen zijn en onder alle omstandig heden zijn mond kunnen houden als de zaak goed afloopt maar nog méér, als het eens verkeerd mocht gaan. Hij moet zoo vloeiend Italiaansch kunnen spreken, dat men hem voor een Italiaan houdt. Indien het eenigszins mogelijk is, moet hij ook Duitsch verstaan en hij moet bovendien Noord-Italië goed kennen. Vóór alles echter moet hij een prima scheikundige zijn. En dat is de gx-oote moeilijkheid. .(Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1946 | | pagina 3