De Koningin woonde galavoorstelling
van „Gijsbrecht van Aemstel" bij
Nieuwjaarsrede
van dr. van Mook
Nacht-Express
Een kunstmatige „super-penicilins"?
De ware „ontspanning"in een bedrijf
is een veel omvattend begrip
Amerikanen toonen groote belangstelling
voor oude Nederlandsche meesters
Vrijdag Januari 1947
IJMUIDER COURANT
In den Stadsschouwburg te Amsterdam wordt weer als van ouds de Gysbrecht van
Aemstel" opgevoerd, gevolgd door de „Bruiloft van Kloris en Roosje". Een scène
tijdens de ondervraging van den Spie. Op den voorgrond links de Prior Louis van
Gasteren). In het midden Gysbrecht van Aemstel Albert van Dalsumrechts daar
naast Arend (Frits van Dijk) op de treden de Spie (Ben Groenier).
Der traditie getrouw is op den avond
van Nieuwjaarsdag Vondels „Gijsbrecht
van Aemstel" in den Amsterdamschen
Stadsschouwburg opgevoerd. De galavoor
stelling droeg een bijzonder karakter door
de aanwezigheid van de Koningin.
De vorstin betrad bij het begin van de
tweede acte de zaal en daar Haar bezoek
geen officieel karakter droeg, nam Zij niet
plaats in de koninklijke loge.
Vondels treurspel werd ten tooneele ge
bracht door de Stichting Amsterdamsch-
Rotterdamsch Tooneelgezelschap onder
regie van Albert van Dalsum. De Haar-
lemsche Orkest Vereeniging, onder leiding
van Maurice van IJzer, speelde de muziek
van Arnold Juda.
Na de Gijsbrecht volgde de gebruikelijke
bruiloft van Kloris en Roosje. Op voor
Amsterdam zeer toepasselijke wijze, name
lijk in een met „trossen" behangen tram,
die in het kader van de anti-tram-tros-
actie door agenten werd aangehouden,
reden Thomasvaer (Paul Huf) en Pieter
nel (Marie Hamel) het tooneel op. De hier
en daar rake Nieuwjaarswenschen van
Theo van Raalte deden de zaal herhaalde
malen applaudiseeren. Ook tot Hare
Majesteit richtten Thomasvaer en Pieter
nel zich met een zegenwensch, waarna de
zaal de Koningin staande het Wilhelmus
toezong.
In zijn Woensdag gehouden nieuwjaars
rede heeft dr. Van Mook er op gewezen,
dat aan Nederlandsche zijde door de uit
spraak van de Staten-Generaal inzake, het
accoord van Linggadjati de zaken zijn ver
duidelijkt, doch dat aan Indonesische zijde
het beeld duisterder schijnt te zijn gewor
den. Het is daarbij opvallend, hoe juist de
van ons geïsoleerde figuren de meeste
afbreuk doen aan de pogingen om vrede
te stichten. Door de incidenten en botsin
gen wordt vaak de indruk gewekt, dat uit
sluitend sprake is van kwade trouw, doch
spreker belichtte hiertegen, hoe moeilijk
het is de veranderde omstandigheden te
begrijpen, alsmede de voorwaarden, voor
het verder samengaan zuiver te gevoelen.
Dit vordert onvermijdelijk veèl tijd.
Linggadjati, Malino en Den Pasar zijn
geen aan ons opgelegde of afgedwongen
concessies. Ons beleid berust op een wel
overwogen principieel aanvaard plan,
waarvan wij de beginselen niet zullen los
laten, al zullen wellicht de methoden door
andere moeten worden vervangen.
Dr. van Mook wees er verder op, dat het
vooral noodzakelijk is, dat de Indonesische
jeugd leert haar enthousiasme aan te passen
aan de praktijk en dat zij als bij tooverslag
haar droombeeld van de onafhankelijkheid
inruilt voor het ideaal van de vrijheid,
welke door harden arbeid verkregen wordt.
Dan is het mogelijk weerstand te bieden
aan de lokstemmen van binnen- en bui-
tenlandsche avonturiers, zoodat een ver
trouwde samenwerking tot stand kan ko
men.
Ex-radio reporter veroordeeld
De ex-radioreporter J. de V. werd Donderdag
door het Haarlemsche Tribunaal veroordeeld
tot interneering tot 10 Mei 1949 Hij werd
tevens ontzet uit de beide kiesrechten voor
den tijd van tien jaar en hij kreeg het verbod
om als radio-reporter of journalist op te
treden.
J de V. had gedurende de bezetting repor
tages gehouden over de installatie van prof.
Westra en andere N.S.B.- en W.A.-feestélijk-
heden.
FEUILLETON
Roman door Winston Graham
Vertaald door Alice van Iterson
15)
Dwïght moest dus uit Milaan terugge
keerd zijn. En ik zou hem terug zien. Mis
schien had het bericht van Giacomo van
gisteren tengevolge gehad, dat het plan
moest worden veranderd. Maar in ieder
geval kon er tot morgenochtend om 7 uur
met geen mogelijkheid een ingrijpende
verandering komen.
Het zou een verlichting voor mij zijn,
als dit wachten eindelijk voorbij was. Wat
beteekende dat zinnetje, dat ik niet ge
volgd zou worden? Hoe konden ze dat we
ten? Maar ik zou al weer geduld moeten
hebben. Het had geen enkelen zin, over
vermoedens en waarschijnlijkheden te pie
keren.
Ik wilde het briefje in het kanaal gooien
en frommelde het in elkaar, maar ik kreeg
een betere ingeving en bewaarde het tot
ik het zou kunnen verbranden. Op den te
rugweg brak ik er mij weer het hoofd
over, wat het te beteekenen kon hebben,
dat ik 's avonds een lange wandeling moest
gaan maken. Waarschijnlijk loerde er in
het hotel een of ander gevaar of zij wil
den, dat ik zooveel mogelijk uit het ge
zicht zou blijven.
In een van de smalle straatjes, die op
de Piazza San Marco uitloopen, kwam ik
in een ongewoon gedrang terecht van men-
«chcn, die allemaal naar de Piazza gingen
De vorstin heeft de voorstelling tot het
einde bijgewoond. In Haar gevolg bevon
den zich mevrouw L. Th. de Beaufort,
Dame du Palais, Jhr. F.. J. E. van Lennep,
kamerheer in buitengewonen dienst, drs.
M. Kohnstam, particulier secretaris en
kapitein J. C. Bührman, adjudant van H.M.
Bij Haar komst in den schouwburg was de
Landsvrouwe begroet door burgemeester
d'Ailly, die Haar een bouquet roode rozen
aanbood. Ook waren aanwezig de wethou
ders van de hoofdstad, de heeren B. C.
Franke, mr. W. F. Schokking en L. Seegers
met hun dames, alsmede de commissaris
van politie, kolonel H. J. G. Kaasjager, de
commandant van de eerste militaire af-
deeling, luitenant-kolonel H. F. Dudok van
Heel en vele andere burgerlijke en militaire
autoriteiten.
Niet als raadslid toegelaten
leeraren in beroep
Voor de afdeeling geschillen van den Raad
van State is Donderdag het beroep behandeld
dat de heeren mr. O. H. van Wijk en M.
Wijers, respect, leeraar aan het Chr. Lyceum
en aan het R.K, Lyceum Santa Maria te
Haarlem, bij de Kroon hebben ingesteld tegen
het besluit van den gemeenteraad van Heem
stede. waarbij zij op grond van artikel 25 L
der Gemeentewet niet als raadslid waren
toegelaten wegens hun leeraarschap.
Nadat staatsraad mr. J. B. Kan rapport had
uitgebracht over deze zaak, verdedigde de
heer N. Vos, gemeente-secretaris van Heem
stede. het standpunt van den Taad. dat de
beide leeraren, die middelbaar onderwijs
geven op grond van art. 25 L niet als raads
lid kunnen worden toegelaten.
Mr. O. H. van Wijk, mede optredend na
mens den heer Wijers, betoogde, dat art 25
zeer eng geïnterpreteerd moet worden. In het
bijzonder gaat het om het begrip middelbaar
onderwijs. De M. O. wet bepaalt dit begrip
door scholen te noemen en niet aan de hand
van den aard der vakken. De wet noemt
geen lycea, zoodat leeraren aan deze onder-
wijs-instellingen niet onder art. 25 L kunnen
vallen.
De afdeeling geschillen zal na beraad haar
advies aan de Kroon uitbrengen.
Annie Woud in Zuid-Afrika
De tournee van - Annie
Woud in Zuid-Afrika is voor de zangeres
een zeer groot succes. Zij zong in Kaapstad
binnen drie weken zes keer voor de radio,
gaf een liederavond voor the College of
Music en was 60liste op een abonnements
concert van het symphonie-orkest aldaar.
De Hollandsche club heeft haar een diner
aangeboden.
Thans is zij in Johannesburg, waar haar
succes niet minder groot is en zij reeds
eenige malen met orkest als soliste optrad
en voor de radio zong. Haar werd een con
tract voor vijf iaar in Zuid-Afrika aange
boden. maar zij keert midden Februari naar
Europa terug.
De Trek een Engelseh weekblad in
Kaapstad schreef o a. - -
„Er is in ons midden een zangeres,
die ik verwed er mijn laatste penny om
binnen enkele jaren een wereldberoemde
ster zal zijn. Er zijn zeer weinig alten tegen
woordig in de wereld, die met Annie Woud
vergeleken kunnen worden, en geen, neen
geen enkele, die als zij, in het oratorium
even goed is als in liederen. Zij is ik ben
niet bang dit te verklaren niet alleen
een groote zangeres, maar een der grootste
van den tegenwoordigen tijd."
BEHALVE de vele voordeelen, die de „won
derstaf peniciline" biedt, bezit ^ij het na
deel, dat de bacteriedoodende werking zóó in
tens is, dat bij toediening ook de bacteriën
in het lichaam welke noodzakelijk zijn voor
de gezondheid, worden vernietigd. Dit heeft
voor den patient wel eens minder aangename
gevolgen. Slapheid en lusteloosheid komen
vaak voor na een kuur met peniciline en er
zijn zelfs gevallen bekend, dat er verschijfi-
selen van krankzinnigheid zijn opgetreden.
Dit is, niet name in de Vereenigde Staten,
voor de medici aanleiding geweest een bac
tericide te zoeken, dat in doodende werking
dè peniciline zou evenaren zonder de voor
het lichaam nuttige bacteriën aan te tasten.
Niet minder dan 42 preparaten werden door
de Amerikaansche geleerden gevonden om de
peniciline te vervangen. Er zijn in October
van dit jaar publicaties over verschenen in
de Amerikaansche vaklitteratuur. Bij deze 42
preparaten is er één, dat in bacterie-dooden-
de werking de peniciline overtreft en tevens
een zekere selectie toepast door de voor het
lichaam noodzakelijke bacteriën niet aan te
tasten.
De wetenschappelijke staf van een Neder
landsche chemische fabriek verklaart thans
de samenstelling van dit preparaat gevonden
te hebben en is van plan deze nieuwe bacte
ricide onder den naam „peniciloide" in den
handel te brengen. Er is reeds peniciloide
Reorganisatie der
hoogere legerleiding
Verschenen is een beschikking van den
minister van Oorlog inzake reorganisatie
van de hoogere legerleiding. Daarin be
paalt de minister:
Ingaande 1 Januari 1947 is het ministerie
van Oorlog samengesteld als volgt:
1. Minister, secretaris-generaal, militair
kabinet: 2. hoofdkwartier van den genera-
len staf: 3. hoofdkwartier van den kwar
tiermeester-generaal en van administra
tieve diensten. Het legerbestuur berust bij
den minister van Oorlog. De uit deze be
stuursfunctie voortvloeiende bevelsbe
voegdheid over de Koninklijke Landmacht
wordt naar diens aanwijzingen uitgeoefend
door den chef van den generalen staf, den
kwartiermeester-generaal en den adju
dant-generaal in dier voege, dat elk van
deze autoriteiten voor de tot zijn ressort
behoorende aangelegenheden zich richt tot
alle onderdeelen en diensten van de Ko
ninklijke Landmacht.
Het militair kabinet vormt den persoon
lijken staf van den minister en den secre
taris-generaal.
vervaardigd en in het Academisch Ziekenhuis
te Leiden in toepassing gebracht tot vol
doening van den medischen staf.
De vervaardiging van peniciloide is zeer
eenvoudig. Als grondstof wordt 6Uiker ge
bruikt. Het is een donkergeel poeder, dat in
zalven kan worden verwerkt en vooral nog
voor behandeling van wonden en eczemen
kan worden toegepast. Men is echter bezig
de toepassingsmogelijkheden verder te onder,
zoeken en het is geenszins uitgesloten, dat
peniciloide in huidcrêmes, scheerzeep, tand
pasta, mondwater en dergëlijke kan worden
verwerkt.
Voorts is men bezig met het onderzoek in
zake vervaardiging van synthetische penici
line. Het streven is betere verbindingen te
vinden, waardoor de schadelijke werking
wordt geëlimineerd om plaats te maken voor
de nuttige effecten.
Vacantie-oord aangeboden
Olympisch dorp
Billy Butlin, ongekroond koning van de
voor-oor logsche semi-permanente amuse
mentsgelegenheden aan zee, later keizer van
de befaamde Butlin Holiday Camps, die met
van alle gemakken voorziene jeugdherbergen
vergeleken kunnen worden, heeft, naar de
Sunday Dispatch meldt, een van de vacantie-
oorden, namelijk dat in Clacton-on-sea aan
het Britsch Olympisch comité aangeboden als
Olympisch dorp voor de 2500 deelnemers aan
de Spelen in 1948.
Maar Clacton-on-sea ligt ruim 112 km. van
Londen en het lijkt daarom alleen vrijwel
uitgesloten, dat het Britsch Olympisch comité
dit aanbod zal kunnen aanvaarden. Naar
Butlin heeft verklaard, ie nog geen antwoord
ingekomen, hetgeen wijst op een niet al te
vlot werkende organisatie.
De Sunday Dispatch is niet te spreken over
de wijze waarop het organiseerende Olym
pisch comit4 te werk gaat. Het blad schrijft,
dat het oogenblik gekomen is om nu eens
eindelijk precies te weten hoe het met deze
organisatie gesteld is. De leiders der respec
tieve sportbonden, wien gevraagd is alvast
met de voorbereidingen voor de spelen te
beginnen, lijken bevreesd er iets over mede
te deelen.
Het is nu reeds zeven maanden geleden, dat
lord Burghley mededeelde, dat er een Olym
pisch dorp naar den trant der Berlijnsche
Olympische spelen zou worden ingericht,
aldus schrijft de Sunday Dispatch, maar sinds
dien is niet anders bekend gemaakt dan dat
„de regeering de kwestie der huisvesting
nader zal onderzoeken".
Het is werkelijk jammer, dat Clacton-on-sea
zoover van Londen ligt, anders zou de Idee
om een Butlin's camp als Olympisch dorp in
te richten, nog zoo slecht niet geweest zijn.
In elk geval zouden dan de deelnemers aan
de spelen een vrijwel perfecte huisvesting
verkregen hebben, terwijl de deelnemende
landen nu nog langen tijd zullen moqten gis
sen waar en hoe hun athleten gehuisvest zul.
len worden.
De werkende mensch moet
zoo volledig mogelijk tot zijn recht komen
of er vandaan kwamen, en terwijl ik mij
daar doorheen werkte, draaide zich een
man plotseling zeer snel om, om voor
iemand uit te wijken en liep met een vaart
tegen mii op.
Neem mij niet kwalijk, zei hij, in het
Italiaansch, lichtte even zijn hoed en ging
verder. Het was een groote man in een
-geruit pak. Hij sprak eenigszins met een
accent, dat ik niet dadelijk kon herkennen.
Daarom raakte ik een beetje uit mijn hu
meur, want mijn gevoel voor taainuances,
waarvan ik altijd nogal een hoogen dunk
had gehad, scheen mij in den laatsten tijd
altijd in den steek te laten op het moment,
dat ik het. noodig had. Het merkwaardige
accent van Andrews had ik ook al niet
thuis kruinen brengen. Toen werd het mij
opeens duidelijk, dat de man, die zich .ver
ontschuldigd had, waarschijnlijk een Zwit
ser uit de omgeving van Lugano was. Ik
vergat het heele voorval weer.
Bij het diner dacht ik een plan uit voor
mijn avondwandeling. Eigenlijk kwam die
mij heelemaal niet ongelegen. Venetië is
de eenige stad ter wereld, waar men naar
den wensch <ran het oogenblik te water of
over land overal heen kan gaan. Persoon
lijk gaf ik er de voorkeur aan vasten grond
onder de voeten te hebben. Ik zou, zoo
nam ik mij voor, bij de Ponte dell' Acca-
,demia het Canal Grande oversteken en
dan om de stad heen wandelen, over de
brug van het station terugkeeren en van
de tegenovergestelde richting weer op mijn
hotel af gaan. Daarmee had ik dan wel
voldaan aan hetgeen in het briefje was
bevolen en tegelijkertijd aan mijn eigen
wensch.
Ik herinnerde mij, dat ik het briefje
moest vernietigen en na het eten ging ik
direct naar mijn kamer. Daar kwam ik
pas tot de ontdekking, dat de rechterzak
van mijn jas volkomen leeggeplunderd
was
Ik had er twee brieven, een stompje pot
lood en een halve reep chocolade in ge
hadToen ik uit de San Giacomokerk
kwam, had ik ook Dwights mededeeling
daarin gestoken. Wat een geluk, dat ik een
oogenblik later er anders over had gedacht
en het papiertje in een vestzakje had ge
stopt, waar ik het nu nog vond.
Ik nam het er uit, stak een der punten
aan met een brandende lucifer en zag met
opluchting hoe het papier tot asch verpul
verde.
Toen ik den volgenden morgen wakker
werd, stroomde de zon de kamer binnen
en verwarmde mijn gezicht. Ik had me nu
zoo ver vermand, dat ik vast besloten was,
dat er van nu.af tot het einde toe, wat er
ook gebeuren mocht, in mijn binnenste
geen plaats meer zou zijn voor aarzeling
en twijfel. Nu waren het wachten en de
voorbereidingen voorbij. Vanmorgen zou
ik officieel kapitein Bonini's secretaris
worden en des middags zou ik naar Milaan
vertrekken.
En nog vroeger op dezen morgen
Om vijf minuten voor zevenen liep ik
door de Calletta Venoto in den heerlijken
stralenden morgen. Het was frisch en toch
niet te koel, en de straten droogden van
den regen, die des nachts was gevallen.
Over het kanaal kwam een gondel aan,
bela<fcn met een zware vracht witte en
blauwe druiven. Een jongen schepte zin
gend het water uit den gondel van zijn
vader.
Vijf minuten over zevenen bevond ik
mij tegenover Majoor Berczik en Mi
ch ele Brevio.
Een oogenblik was ik een beetje in de
war, nu ik Andrews zoo spoedig, na wat
In „Volksonl wikkelin g", het maand
schrift, dat dooT de Maatschappij tot Nut van
't Algemeen wordt uitgegeven, geeft drs. A.
Demmers, voorzitter van de vereeniging
„Hoogovenstaten" een beschouwing over
„ontspanning in het bedrijf".
Hij merkt op. dat het begrip „ontspanning"
niet gezien moet worden als een tegenstelling
tot „spanning" in dien zin, dat de arbeid den
mensch vermoeit of zijn wezen storend be-
inyloedt. Onder ontspanning in het bedrijf wil
hij verstaan die maatregelen die bevorderen,
dat de omstandigheden, waaronder gewerkt
wordt, zoo gunstig mogelijk zijn. Dat zijn in
de eerste plaats velerlei materieele condities,
die vervuld moeten worden, maar veel be
langrijker is dat de arbeider de hoofd- zoo
wel als de handarbeider zich opgenomen
weet als medewerker en dat hem de
kans geboden wordt zich als mensch te ont
plooien en uit te laten groeien wat er in hem
zit: „Dit kan slechts, wanneer het bedrijf
méér is dan een instelling om winst te maken,
of nuttige producten voor de samenleving te
produceeren. De onderneming moet zich in de
allereerste plaats verantwoordelijk gevoelen
voor den bij haar werkzamen mensch.
Natuurlijk moet een bedrijf rendeeren om
te kunnen blijven bestaan, evenzeer moet het
producten vervaardigen waaraan de maat
schappij behoefte heeft. Maar gelukkig wordt
steeds meer ingezien dat dit doel het beste
bereikt kan worden wanneer het niet gaat
ten koste van den mensch, maar juist door
dezen werkenden mensch volledig tot zijn
recht te laten komen.
Veel zal nog moeten gebeuren eer alle par
tijen zoover zijn dat deze gedachten voor
100 de kans krijgen zich in het bedrijfs
leven te verwezenlijken en zoolang dit nog
niet het geval is, zal er altijd van spanning
in het bedrijf sprake zijn.
Gelukkig wijst er in het moderne bedrijfs
leven al veel op dat men deze richtikig inge
slagen is.
Veel aandacht wordt besteed aan het bren
gen van den juisten man op de juiste plaats,
een van de eerste» vereischten om ieder
mensch de kans te geven zich volledig te ont
wikkelen. Het moderne psycho-technisch on
derzoek verricht hierbij uitstekende diensten
dit i6 immers veel meer dan een onderzoek
naar bepaalde technische kwaliteiten: het
onderzoekt den geheelen mensch en selec
teert positief.
Een zich hierbij'aansluitende opleiding tot
die beroepen en functies, waarvoor de be
trokken arbeider het meest geschikt i6, maakt
P.R.A.-rechercheur ontvreemdde
een dossier
Donderdag verscheen de 39-jarige Haar
lemmer F. P. W. R. voor de arrondisse-
ments-rechtbank, om zich te verantwoor
den voor diefstal van eenige bescheiden
eu een compleet dossier uit de bureau
laden van de Haarlemsche P.R.A. in Mei
1946, Als rechercheur van dit instituut
kwam R. in contact met een jeugdigen po-
litieken delinquent, die volgens hem lang
genoeg opgesloten was geweest.
De rechercheur wilde den delinquent en
diens vader ter wille zijn en nam eenige
stukken over hun zaak weg. Zooiets zou
vroeger bij een politie-instantie niet zijn
voorgekomen, meende de Officier van
Justitie in zijn requisitoir. Hij rekende het
verdachte zwaar aan, dat hij „in het geniep
eigen rechtertje" had gespeeld. De eisch
luidde vier maanden onvoorwaardelijk en
een zelfden tijd voorwaardelijk.
Mr. H. Prinsen Geei-ligs wees in zijn
pleidooi op het volkomen ontbreken van
winstbejag in dit geval; bovendien zou
verdachte zijn afgegaan op mededeelingen
van zijn vroegeren K.P.-commandant over
IJmuidett
Het eerste hout in 1947
Voor de Papierfabriek is op den eersten
dag van het nieuwe jaar opnieuw hout
aangekomen uit Finland, aangevoerd door
het Finstjhe s.s. „Hildegaard" dat een volle
lading in had. Dank zij het voor den tijd
van het jaar milde weer kunnen nog meer
schepen worden verwacht, welke thans In
lading zijn.
De heer Frank Pot overleden
Te Vlaardingen is op 57-jarigen leeftijd
overleden de bekende reeder Frank Pot.. Wij
len de heer Pot was onder, andere directeur
van de N.V. Visscherij Mercurius en van de
Reederij Pax te Vlaardingen. Voorts was hij
lid van het hoofdbestuur van de Reedersver-
eeniging voor de Nederlandsche Haringvïs-
scherij.
Vischaanvoer in Britsche havens
Volgens opgaven van hét Britsche ministe-
.rie van Landbouw en Visscherij was de aan
voer van versche zeevisch in de voornaamste
Britsche havens gedurende de maand Novem
ber 1946 als volgt: Huil: 301082 cwts. met
een waarde van 760.003 pond (in November
1938: 448.333 cwts,, waarde 238.932 pond).
G r i m s b y 245.651 cwts., waarde 730.412
pond (1938: 310.342 cwts., waarde 314.254 pond);
Lowestoft: 253.295 cwts., waarde 306.384
pond (1938: 422.975 cwts., waarde 147 629 pond);
Fleetwood: 92.584 cwts., waarde 195.063
pond (1938; 109.639 cwts., waarde 123 394 pond);
M i 1 f o r d 66.289 cwts., waarde 159.571 pond
(1938: 56.621 cwts., waarde 80.258 pond).
Door buitenlandsche visschersvaartuigen
werd rechtstreeks van de visscherij in de ver-
'schillende havens van Groot-Brittannië aan
gevoerd 119.614 cwts. met een waarde van
299.497 pond.
De totale aanvoer in November 1946 be
droeg in Engelsche havens 1.827.833 cwts.
met een opbrengst van 3.390 553 pond (1938:
2.199.815 cwts., waarde 1.446.164 pond) en in
Schotsche havens 347.279 cwts., waarde
654.567 pond.
Uit bovenstaande cijfers blijkt, dat ofschoon
de aangevoerde hoeveelheid minder is dan in
1938, de opbrengst belangrijk hooger is.
OPDRACHTDIENST IN HET LEGER
DES HEILS.
Bij het Leger des Heils wordt Zondagmor
gen een opdrachtdienst gehouden, die zal
worden verricht door den oud-bevelvoerend
officier kapitein Lodder. De kapitein zal
tevens afscheid n^men wegens zijn vertrek
naar Paramaribo, waar hij is aangesteld als
bevelvoerend officier.
OPENING MARNIXSCHOOL EN
INSINGERSCHOOL.
De Marnixschool en de Insingerschool zul
len a.s. Maandag op de afgesproken tijden
beginnen. Voor de Insingerschool is dit dus
's morgens 9 uur.
de mogelijkheid om zich te ontwikkelen tot
realiteit. Natuurlijk kan dit niet bij de tech
niek alleen blijven, het gaat immers vooral
om de ontwikkeling van dc menschelijke
kwaliteiten.Hier valt belangrijk paedagogisch
werk te doen. Met of zonder aanwezigheid
van een beroepspaedagoog zal een groot ge
deelte van deze bedrijfstaak op de schouders
komen te liggen van het leidinggevend per
soneel.
Een bedrijf dat zijn taak zoo ziet. kweekt
medewerkers, die zich verantwoordelijk gaan
gevoelen voor het geheel en in verhouding
tot hun kunnen zekere medezeggenschap be-
hooren te hebben.
Deze medezeggenschap komt b.v. prachtig
tot uiting in het werk van verschillende be-
drijfscommissies en bestuursaoparaten Wij
£?3Ï T If,"
belangen van dat personeel), de veiligheids- \an8ene ?Ult het rapport bleek, volgens
commissies, besturen van sociale fondsen, re
dactie van fabriekscourant en een voorlich
tingsdienst. welke iedere medewerker een
klaar beeld geeft waarom hij produceert, wat
hij produceert, wat er van hem verlangd
wordt en welke rechten hij kan laten gelden.
Dit alles te bewerkstelligen en goed te la'en
functionneeren is de ware ontspanning in het
bedrijf, ook al kost dit op zich zelf weer de
noodige inspanning.
Hierdoor is tegelijkertijd aangetoond, dat
werkelijke ontspanning nooit kan beteeke
nen het zich in vergetelheid verliezen. Wer
kelijke ontspanning is nooit passief, maar
blijft actief."
De schrijver besluit zijn beschouwing met
iets te vertellen over ontspanning in den zin
van sport beoefenen, tooneelspelen, dammen,
bridgen, schaken en het maken van plezier in
vrijen tijd, welke arbeid, naar hij zegt, ver
bazend veel kan bijdragen tot de door hem
geschetste ontspanning.
Felle Egyptische aanvallen
op Londen's Soedan-politiek
Nokrasji Pasja, de Egyptische eerste
minister heeft in de Kamer van Afgevaar
digden een krachtigen aanval gedaan op
de Britsche politiek in den Soedan. Hij
verklaarde, dat deze politiek „vijandig"
was aan het volk van het Nijldal.
Verschillende ministers en vele leden
van het parlement weenden, toen zoowel
regeerings-aanhangers als leden van de
oppositie den minister-president luide toe
juichten.
Makrain Ebeid Pasja, de leider van de
oppositie, verklaarde onder toejuichingen,
dat „de oppositie zich achter de regeering
schaarde en haar zou steunen wat betreft
haar politiek betreffende den Soedan".
Waarnemers te Londen merken op, dat
de ontwerp-overeenkomst betreffende den
Soedan opgesteld is door den voormaligen
eersten minister van Egypte, Ismail Sidky
Pasja en Ernest Bevin, den Britschen mi
nister van buitenlandsche zaken.
Daar Engeland gebonden is door de be
lofte, dat de Soedan zelf mag bepalen
welke relaties ze met Egypte wenschte te
onderhouden en daar men vreest, dat de
Egyptische regeering het ongedaan maken
van deze belofte verlangt, nemen waar
nemers te Londen aan, dat er weinig kans
op overeenstemming tusschen Egypte en
Engeland in deze aangelegenheid bestaat.
den verdediger, dat de P.R.A.-man geen.
enkele kwaliteit bezat, die hem geschikt
maakte voor politieman, hoe gunstig zijn
verdere antecedenten ook waren.
Na raadkamer willigde de rechtbank het
verzoek van den advocaat om zijn cliënt
onmiddellijk in vrijheid te stellen, in.
Scheepvaartbeweging
Dmuiden en Velsen
Gedurende het jaar 1946 arriveerden in de Bui
tenhaven van het Hoogoven bedrijf 118 schepen
met een Inhoud van 636.203 m 3. Hiervan waren
geladen met erts 87 schepen met een Inhoud van
554.200 m 3. en met schroot 1 zeeschip metende
1854 m 3.
Om gietijzer te laden arriveerden 30 schepen
met een Inhoud van 80.149 m 3.
Het aanUri binnengekomen bijleggers bedroeg
30, lnh. 76.745 mJ„ waaraan 3 inh. 59.444 m 3.
voor het Inschepen of debarkeeren van passa
giers. 10 inh. 8350 m 3. voor het inschepen of
debarkeeren van Duitsche krijgsgevangenen en
17 lnh. 18.952 m 3. om olie te bunkeren, compas te
stellen of wegens machineschade. Geen dezer
schepen passeerde de sluis.
Geschut werden 277 bijleggers inh. 858.963 m 3.
die werden opgehouden door slecht weer, mist,
machineschade enz.
Naar de Oostelijke Rljksblnnenliaven werden
geschut 101 zeeschepen metende 171.294 m 3.»
waarvan 91 lnh. 156.902 m 3. om (Jzer te laden en
10 inh. 14.392 m 3. om te lossen.
Ten slotte werden geschut voor de paplerfa-
briek 101 zeeschepen met een inhoud van 347.537
m 3. Hiervan waren geladen met stukgoed 7 inh.
169.839 m 3. met papierhout, 9 lnh. 55.891 m 3. en
met cellulose 85 inh. 274.063 m 3.
H.O.V.-concert op 7 Januari
Onder auspiciën van de Vereenigingen
„Hoogoven Staten" en „De Gieteling" zal
Dinsdag, 7 Januari in het KSA-gebouw
aan de Peperstraat te Beverwijk het der
de HOV-concert worden uitgevoerd.
Het programma, dat onder leiding.van
'dirigent Kees Hartvelt ten gehoore wordt
gebracht vermeldt de Suite No. 2, in b
kleine terts voor strijkorkest en fluit van
J. S. Bach; Symphonie no. 8, f groote
terts opus 93 van L. v. Beethoven; Ouver
ture Cyrano de Bergerac van Joh. Wage
naar en de Piet Hein Rhapsodic van dr.
Peter van Anrooy.
MARKTBERICHT VAN DONDERDAG
Meer dan 55-000 bezoekers van de „Na
tional Gallery of Art" te Washington heb
ben de tentoonstelling bezocht van de 16e
en .17 eeuwsche schilderijen, die door de
Duitschers uit Nederland geroofd waren en
door de Amerikaansche strijdkrachten terug
waren gebracht. De tentoonstelling werd
in Dec. geopend en duurde tot 1 Jan. Nu
gaat ze verder naar musea in die steden in
ling gaan naar musea in die steden in
Amerika die het personeel verschaften voor
de afdeeling voor monumenten, schoone
kunsten en archieven van het Amerikaan
sche leger en dat heeft geholpen om de
schilderijen terug te brengen. Op den eer
sten dag van de tentoonstelling, een Za
terdag, werden er 8.543 bezoekers geteld
en or- den tweeden dag 15.158. Het perso
neel dat de bezoekers op de tentoonstelling
heeft rondgeleid, verklaarde dat vele be
zoekers uitdrukking gaven aan hun groote
erkentelijkheid voor de bereidheid van de
Nederlandsche regeering om de schilde
rijen hier ten toon te stellen. Zij wezen er
op, dat hoewel de schilderijen ook in an
dere steden zullen worden ten toon gesteld,
vele kunstliefhebbers van veraf gelegen
plaatsen zijn gekomen om ze* in de Natio
nal Gallery te zien.
Een typische reactie op de tentoonstel
ling was het commentaar van den kunst
criticus van de Washington Post, Janz
Watson Crane, die in haar kunstrubriek
van de schilderijen zeide:
„Wij zijn dank verschuldigd aan hun eige
naars, wier wanden reeds gedurende zes
jaren van deze schilderijen beroofd zijn
geweest en die ze nu nog weer voor een
jaar hebben laten heengaan, opdat zij hier
ten toon gesteld zouden kunnen worden als
bewijs van erkentelijkheid voor de terug
gave".
De functionarissen van het museum wa
ren zeer ingenomen met de reacties van
het publiek op de Nederlandsche meesters,
welke naar zij verklaren zeer gunstig zijn
geweest.Beschermvrouw van de tentoon
stelling is Koningin Wilhelmina, terwijl de
beschermheeren zijn president Truman,
generaal Eisenhower, dr. Stanley K.
Hornbeck, ambassadeur der Vereenigde
Staten in Nederland, dr. Alexander Lou
don, Nederlandsch ambassadeur in Ame
rika, en luitenant-generaal Lucius D. Clay,
Amerilcaansch adjunct militair gouver
neur van Duitschland.
Agenda voor Velsen
en IJmuidem
VRIJDAG 3 JANUARI
ThaJla: 7 en 9.15 uur, De vroolijke Hoteliers»
Rex: 8 Uur, De Jantjes.
Dc Pont: 8 uur, Vliegtuig vermist.
er tusschen Jane en mij voorgevallen was,
weerzag. Ik had mij verbeeld, dat hij
als hij geweten had van wat er gebeurd
was onze eerstvolgende ontmoeting
hoogst onaangenaam zou hebbek doen ver-
loopen. Het was merkwaardig, maar zoo
dra je in zijn gezelschap was, kreeg je het
gevoel, dat er, zonder dat er uiterlijk iets
aan hem. te merken was, een geweldige
kracht van hem uitging. Ik kwam plotse
ling op de cynische gedachte, dat onze be
langstelling voor dezelfde vrouw het heele
plan in duigen zou doen vallen. Maar zulke
dingen waren natuurlijk alleen maar in de
oververhitte atmosfeer van Hollywood mo
gelijk. Ik was er nu weer volkomen van
overtuigd, dat geen enkele persoonlijke
aangelegenheid Andrews ooit van zijn werk
zou kunnen afhouden.
Dus u bent allebei teruggekomen, zei
ik. U weet natuurlijk, dat ik Miss Howard
Zaterdagavond heb ontmoet? Is er sinds
dien iets gebeurd?
Dwight keek Andrews aan en snoof.
Nogal, ja, mijn waarde. We vonden, dat u
dat nog maar weten moest, voordat u naar
Milaan ging.
Andrews ging naar het raam en keek
naar buiten.
U zei, dat ik niet gevolgd zou worden,
zei ik. Daarom ben ik Bnea recta hierheen
gekomen. Maar gisteren moeten ze er de
lucht van gekregen hebben, dat ik een be
richt had ontvangen. Het is alleen door
een stom geluk, dat het briefje hun niet
in handen is gevallen.
Vertel eens, hoe dat gegaan is, vroeg
Dwight, terwijl hij mij met zijn ijsblauwen
gereserveerden blik aanzag. Ik vertelde en
Andrews kwam van het raam vandaan.
Ik geloof, dat er nog een behoorlijke
Intelligence Service-man uit hem zal
groeien, wendde hij zich tot den majoor:
Nu, wat is er voor nieuws? vroeg ik,
niet van plan mü alleen mei een compli
mentje te laten afschepen, En hoe kon
u weten, dat ik vanmorgen vroeg niet ge
volgd zou worden?
Andrews bevochtigde zijn lippen.
We zijn er natuurlijk niet zeker van.
Maar de man, die gisteren tegen u opliep
u weet wel, wien ik bedoel nu, die
heeft een ongeluk gehad. Een pechvogel,
die vent! Waarschijnlijk heeft hij te veel
zuren Italiaansche wijn gedronken. In elk
geval is hij toen nog uitgegaan en is in een
kanaal gevallen. Een uur geleden heeft de
politie zijn lijk gevonden.
Ik was een beetje moeilijk van begrip
en voelde mij tegelijkertijd verlicht en
verrast. Ja, maar als ze hem er pas een
uur geleden uitgehaald hebben, hoe kon u
dan weten.... Toen begon mij een licht
op te gaan.Ozoozei ik.
Het was nu eenmaal een ongeluks
vogel, herhaalde Andrews.
U begrijpt nog niet alles, zei Dwight
Hij keek, alsof hij mijn gedachten wilde
lezen. Toen glimlachte hij, dat eigenaar
dige vreugdelooze lachje. Zoo gaat het
nu eenmaal in den oorlog, ziet u.
Ja, zei ik, ik was alleen maar een
beetje verrast. Hoe is het u gelukt
Maar ik ging niet verder. Binnen in mij
J streden twee gevoelens om den voorrang.
Het eerste was een onderdrukte afschuw,
het tweede een steeds grooter wordende
opluchting. Maar geen van de twee waren
zoo eenvoudig als ik ze hier neerschrijf.
In beide gevoelens was een element van
barbaarsche vreugde, waarover ik mij
eigenlijk had moeten schamen.
Hij is in het kanaal gevallen, zei An
drews weer. Tja, je moet maar pech heb
ben! Hij hield mij een doosje sigaretten
voor. Neem er een-
Maar ik bedankte hem. De nadeelen,
die de zaak gedurende haar ontwikkeling
begon te krijgen, namen wel erg snel toe.
Zou een dergelijkeeen dergelijke
oplossing geen onaangename gevolgen
kunnen hebben, Andrews? Als de man,
die mij geschaduwd heeft, dood gevonden
is. zal de politie me dan niet dadelijk ko
men arresteeren? In het gunstigste geval
zullen ze eenvoudig een nieuwen detec
tive .achter mij aan sturen. We kunnen
toch maar niet eeuwig voortgaan en die
kerels
Uit de circulatie nemen, zei Andrev. s-
Zoo luidt blijkbaar de uitdrukking, die
hier op het oogenblik in de mode is.
We kunnen ons toch maar niet
kalmpjes ontdoen van iedereen, die roet
in ons eten gooit. Ik ken natuurlijk den
achtergrond van al deze kwesties niet,
maar het begint er op te lijken alsof de
oorzaak van alle onaangenaamheden bui
ten ons bereik ligt, dat wil zeggen, dat de
Italiaansche politie op de hoogte is van
mijn doen en laten. Door deze wending
loopen wij meer in het oog.
Majoor Dwight begon te hoesten. Toen
hij weer kalm was, zei hij:
Tot dusver weet de Italiaansche po
litie absoluut niets van u.
Was het dan alleen maar een voor
zorgsmaatregel?
Andrews ging tegenover mij zitten en
begon op zijn sigaar te kauwen. Ik ben
zak van den verdronken man heeft men
een en ander gevonden, dat ons tot de
overtuiging heeft gebracht, dat hij heele
maal geen Italiaan was.
Neen, waarschijnlijk een Zwitser,
stemde ik toe. Er was iets in zijn manier
van spreken, dat mij op dat idee bracht.
(Wordt vervolgd)