DeTechnische Hoogeschool eert degenen, die aan het herstel van ons land werken Nacht-Express De industrie in Haarlem en omgeving heeft uitbreidingsplannen Ex-wethouder, die Haarlemmers liet spitten, voor het Tribunaal Amerika heeft reeds veel ervaring met koelen en „diepvriezen" Jlex Jheater' Vfldag 10 Januari 1947 IJMU1DER COURANT In een buitengewone zitting van den senaat van de Technische Hoogeschool te Delft, gehouden ter gelegenheid van den 105en dies hebben Woensdagmiddag de eere-promoties plaats gehad van de heeren ir. W J. H. Harmsen, directeur- generaal van den Rijkswaterstaat, ir. W. Huplces, oud-president-directeur van de Nederlandsche Spoorwegen, A. Plesman, president-directeur van de K-L.M. en ir. D. P. Ross van Lennep, (hoofdbedrijfsingenieur der Staatsmij nen. De plechtigheid' geschiedde in de Wester- kerk. Onder de aanwezigen was de mi nister van Verkeer, minister van Openbare Werken en Wederopbouw ad interim; de minister van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen had zich doen vertegenwoor digen. Voorts was aanwezig oud-minister Ringers. Na inleidende toespraken van den waar nemend rector-magnificus, prof. dr. J. A. Grutterink en van prof. ir. C. J. van Nieu- wenburg ging de senaat tot de uitreiking •der eere-doctoraten over. Prof. Grutterink herinnerde daarbij aan de verwoestingen, die de vijand in ons land heeft aangericht. De mannen, die thans hun eere-diploma ontvangen, hebben het herstelwerk ter hand genomen en gezwoegd met duizènden, die onder hun en anderer leiding werkten. Het spoedig herstel van het spoorweg verkeer is bereikt door het toegewijd werk van velen. De K.L.M. had na den oorlog bijna geen vliegtuigen meer, maar de K.L.M. was er nog en thans vliegt zij méér lijnen dan Voor den oorlog. Bij de mijnen openbaarden de funeste gevolgen der bezetting zich op andere wijze, maar het lukt in steeds sneller tem po de productie op te voeren, de mijnen hebben in hooge mate bijgedragen tot het herstel van ons land. Door het eere-doctoraat in de technische wetenschappen toe te kennen aan de hee- ren Harmsen, Hupkes, Plesman en Ross van Lennep wil de senaat tevens zijn waar deering uitdrukken voor hen, die onder hen werkzaam zijn in particuliere, rijks, provinciale en gemeentelijke diensten, die krachtdadig hebben medegewerkt aan het herstel. In Soestdijk heerschf reeds een zekere spanning Koninklijke baby wordt tegen half Februari verwacht Nu het tijdstip meer en meer nadert, waar op de geboorte van een Oranjetelg verwacht wordt, begint er in Soestdijk en Baarn reeds een zekere spanning te heerschen. De beide het dichtst bij het Prinselijk paleis gelegen hotels, bekend geworden in de spannende dagen voor de geboorte van prinses Beatrix en prinses Irene, zijn reeds vrijwel volge boekt. P.T.T.-monteurs zijn bezig met het plaatsen van de telextoestellen en het aan leggen van extra telefoonleidingen. Boer Haarman mag zich, sinds bekend is, dat op zijn terrein de batterij, welke met 101 of 51 schoten zal verkondigen of er een prinsje dan wel een prinsesje geboren is, ge plaatst zal worden, in een bijzondere belang stelling verheugen. Inmiddels werkt het Oranje-comité Baarn-Soest aan de organisatie van den Oranjetocht en groeit de hoeveelheid baby-kleertjes, welke aan Prinses Juliana wordt aangeboden, om te verdeelen onder andere gelukkige jonge moeders, gestadig aan tot een geweldigen berg. Een verslaggever van het A.N.P. vond in al deze verheugende voorteekenen aanleiding een bezoek te brengen aan den man, die wat betreft de geboorte van een hieuw Oranje- telgje genoemd mag worden als te zijn „het beste geïnformeerd", namelijk dr. J. de Groot, behandelend geneesheer van Prinses Juliana. Dr. De Groot is een zwijgzaam man, doch het weinige, dat hij kon mededeelen, was zeer verheugend. Hij zeide „Alles is zoo goed, dat ik u niets kan vertellen. Ik verwacht de ge boorte van de koninklijke baby tegen half Februari, doch zal mij reeds in de eerste week van Februari naar Soestdijk begeven." Financieele regeling voor particulieren woningbouw Naar het A-N.P. verneemt is bij de re geering in voorbereiding een regeling, waarbij het onrendabele deel van de tegen woordige zeer hooge bouwkosten van den particulieren woningbouw zal worden op gevangen. Waarschijnlijk zal dit geschie den door een rentevergoeding, welke het rijk aan de betrokkenen zal verleenen, nadat deze gelden door de particuliere ka pitaalmarkt gefourneerd zullen zijn. MARKTBERICHT VAN DONDERDAG Besommingen: Trawler: Knikker IJM 4 f2790. Kustvisschers: IJM 214 £1105. IJM 210 f3014, IJM 343 f 130. FEESTAVOND IN ZOMERLUST. Zaterdag a.s. wordt in „Zomerlust" ten bate van de „Stichting Deportatie-slacht offers" een feestavond georganiseerd. FEUILLETON Roman door Winston Graham Vertaald door Alice van Iterson 21) Kalm verliet ik het vertrek. Mijn reis was niet geheel voor niets geweest. Toen ik de onderste treden van de trap bereikte, was ik getuige van een opge wonden onderhoud tusschen den secreta ris van professor Brayda en den man, die mij de deur had opengedaan en die zoo even blijkbaar ook iemand anders, die pas gekomen was had binnengelaten. Deze derde was een gewichtig doende meneer, die een beminnelijk uiterlijk had en onbe rispelijk gekleed was- Zoodra het rustig werd in de lucht, heb ik me naar buiten gewaagd. Misschien is het ook op het oogenblilc nog wel niet heelemaai veilig. Maar u zult toch niet van mij venvachten, dat ik zes mijl ver door den nacht kon rijden, terwijl het eenvou dig bommen regent! Laat me naar boven. Misschien is het nog niet te laat! Ik vrees van wel, zei de secretaris. Nu, waar zijn de anderen? Is er nie mand van de anderen gekomen? U zei toch door de telefoon tegen mij. dat professor Brayda op sterven lag! Vier van de overige deelnemers zul len pas morgen vroeg naar Milaan komen. De secretaris van kapitein Bonini is er. En dr. Von Riehl was er al, omdat hij sinds gisteren in een hotel zijn intrek heeft ge nomen. Na de plechtigheid in de Westerkerk in Delft: van links naar rechts ir. Ross .van Lennep, A. Plesman, prof. Grutte rink, ir. Harmsen en ir. Hupkes. Prijsaanduidingsvoorschiift is thans verscherpt Eenige dagen geleden is een bepaling in werking getreden, volgens welke niet-geprijs- de artikelen, die voor het publiek van den openbaren weg af zichtbaar zijn, onmiddel lijk in beslag kunnen worden genomen. Voor lederwaren, textiel, voedings- en genotmid delen geldt deze bepaling eveneens, wanneer de artikelen in den winkel zichtbaar zijn op geslagen. Het tekort aan vakarbeiders remt de uitvoering In zijn Nieuwjaarsrede heeft de burge meester van Haarlem, de heer M. A. Rei- nalda, er op gewezen, dat er moeilijkheden zijn wat de beschikbaarheid van arbeids krachten in Haarlem betreft. Er zijn name lijk te weinig geschoolden en te veel onge schoolden. Dit tekort aan vakarbeiders doet zich nu reeds voor in de metaal industrie, maar het zal ook blijken in de bouwnijverheid als de „Wederopbouw" zooveel materialen heeft dat flink met de bouwerij begonnen kan worden. Er wordt door het gemeentebestuur over wogen, of het gewenscht is buitenlandsche metaalarbeiders naai' Haarlem te laten komen. De directeur van het Gewestelijk Ar beidsbureau te Haarlem, de heer A. P. M. van Riel, deelde ons mede, dat het tekort aan arbeiders in de metaalindustrie een gevolg is van de uitbreidingsplannen van de industrie in Haarlem en omgeving. De fabrieken werken thans reeds met meer arbeiders dan zij voor den oorlog (in 1939) hadden. Zij hebben zooveel opdrach ten er is voor vele jaren werk dat het gewenscht wordt geacht de capaciteit nog belangrijk op te voeren. Dit geldt niet alleen de Haarlemsche fabrieken, maar ook de Werkplaats der Spoorwegen. De Hoogovens te Velsen hebben zelfs het plan het aantal arbeiders dat nu 3800 be draagt, in 5 jaar tot 10.000 op te voeren. De metaalnijverheid heeft behoefte aan vakarbeiders. Het is evenwel zeer moeilijk daaraan te komen. Als -het mogelijk zou zijn goede vakarbeiders uit het buitenland te halen zou daarvoor wel wat te zeggen zijn, maar de kans daarop is niet groot. Er was eenigen tijd geleden door de regee ring besloten, dat 1200 Polen, die deelge nomen hadden aan de bevrijding van Ne derland, toestemming zouden krijgen om zich in ons land te vestigen. Dit waren Polen die bij het leger van generaal An ders in Duitschland ingedeeld zijn. De Ge westelijke Arbeidsbureaux in ons land hebben toen getracht die 1200 Polen bij de industrie onder te brengen. In Haarlem en omgeving voelde men daarvoor niet omdat er teveel bezwaren aan verbonden waren (o.a. de huisvesting). Bovendien waren het geen vakmenschen. Het is even wel gelukt voor de 1200 Polen plaatsen te reserveeren in het Zuiden van ons land, maai- tenslotte zijn er slechts 240 gekomen. Het is vrijwel zeker dat geen enkel land zal willen medewerken om vakarbei ders aan Nederland af te staan. Misschien zou er alleen 'kans zijn met Duitschers, maar het is de vraag of de geallieerden da ai-voor toestemming willen geven. Afge zien nog van de vraag of het wenschelijk zou moeten worden geacht Duitschers naar ons land te halen, moet rekening gehouden worden met het feit, dat onze regeering op het standpunt staat, dat slechts aan zeer weinig Duitschers een verblijfsvergunning in Nederland wordt gegeven. Er loopen eenige aanvragen voor Duitschers die hier, omdat zij een speciale vakkennis hebben, niet gemist kunnen worden, maar tóch weigert Den Haag een vergunning te geven. Het is zoo vervolgde de heer Van Riel beter te trachten het aantal vak arbeiders te vergrooten door ongeschool den op te leiden. Dan bereikt men twee voordeelen, niet alleen krijgt men meer vakarbeiders, maar het aantal ongeschool den (dat nu te groot is) wordt kleiner. Als het aantal geschoolde arbeiders bij een on derneming vergroot wordt, heeft dit bo vendien nog tengevolge dat er meer onge schoolden aangesteld kunnen worden. Daarom wordt alles gedaan om de scho ling* te bevorderen. Alleen is het jammer, dat slechts een laag percentage onge schoolde arbeiders voor scholing in aan merking kan komen, namelijk niet meer dan 10%. Agenda voor Velsen en IJmmden VRIJDAG 10 JANUARI Thalia: 7.00 en 9.15 uur: Hoe langer hoe gekker. Rex: 8 uur: De patiënt verdwijnt. De Pont: 8 uur: Het sohot achter de coulissen. Hooge zeeën slaan in zilveren schuimwol- ken uiteen tegen de rotsen waarop de vuurtoren van Bishop Rock aan de Britsche kust als een hecht haken verrijst. Een paar radioreporters van de BBC, die met Kerst mis een reportage vanuit dezen toren ver zorgden, konden wegens het slechte weer niet afgehaald worden en moesten een onvrijwillige vacantie op den vuurtoren doorbrengen. De foto werd uit een vliegtuig genomen. Aan den gewezen wethouder van finan ciën van Haarlem, J. C. C., vroeger wonen de te Heemstede, die Donderdag voor de derde Kamer van het Haarlemsche Tribu naal terecht stond, was behalve het lid maatschap der N-S.B., het maken van pro paganda voor deze beweging door het uit steken van de vlag, op den verjaardag van Mussert, ten laste gelegd, dat hij op ver zoek van den toenmaligen burgemeester Plekker In Maart 1943 een benoeming van wethouder heeft aanvaard en als zoodanig Haarlemmers heeft gevorderd spitwerk voor de weermacht te verrichten en wei- gerachtigen met behulp der politie daar toe heeft laten dwingen. De voorzitter merkte op, dat beschul digde had moeten weten, dat de N.S.B.'ers handlangers waren van de Duitschers, ook in Augustus 1940; toen hij lid is geworden. C. antwoordde, daarover niet vol doende nagedacht te hebben. Hij deelde mee, eerst na zijn benoeming tot wethouder een uniform te hebben laten aanmeten, welke hij noodig had voor officieele gele genheden. Uit de stukken blijkt, dat hij een dienstrevolver heeft aangevraagd. Na den aanslag op den burgemeester in Fe bruari 1944 heeft hij het verzoek herhaald, omdat hij bang was geworden door de tal rijke aanslagen op leden der N.S.B. De voorzitter las een brief voor, welken beschuldigde aan den inspecteur van politie V. had geschreven over een jongeman, die in 1942, ter gelegenheid van den verjaar dag van Prins Bernhard een oranjebal wilde organiseeren. Uit een anderen brief van 1942 bleek, dat C- aan de leiding der N.S.B. geschreven heeft, dat de heer Th. Hooy relaties onderhield met de familie Chapon en dat de kinderen „oorlogje" speelden, waarbij de Russen door de Duit schers verslagen worden. In een derden brief had hij de namen van den secretaris en van den adjunct-secre taris van de Kamer van Koophandel ge noemd. Beschuldigde merkte op dat hij daaren tegen vele Joden geholpen en gewaar schuwd heeft, als hij meende, dat er ge vaar was. Dat geschiedde in 1944. C. voeg de er aan toe, dat hij in dit jaar als wet houder principieel tegenover de N.S.B. stond en toen getracht heeft de Haarlem mers zooveel mogelijk ter wille te zijn. Voorts zeide beschuldigde, dat hij Joden in zijn familie heeft en dat hij hen nooit iets in den weg heeft gelegd. Op een vraag, waarom hij lid der N.S.B. is geworden antwoordde beschuldigde in 1936 uit InSië teruggekeerd te zijn. Den toestand in Nederland achtte hij niet gun stig. Na de successen van de weermacht in 1940 is hij lid der N.S.B. geworden. Uitvoerig behandelde het Tribunaal het waarnemen der functie van wethouder. C. deelde mede, dat de schuld der ge meente na zijn aftreden minder is gewor den. Over het spitten merkte beschuldigde op dat als er 1100 oproepen verzonden werden,, dat er dan nog geen 100 personen op Ijet werk verschenen. Daarom is over leg gepleegd met de ambtenaren van de tweede afdeeling ter gemeente-secretarie, omdat de Duitschers ontevreden waren. Overeengekomen is, dat dezen zich met de politie in verbinding zouden stellen. Daar na zijn eenige Haarlemmers van huis ge haald. Op hét station ontvingen zij een spoor kaartje en dan konden zij eventueel rustig naar huis. Dat noemde beschuldigde thans in het belang van de Haarlemmers. Daarentegen was een verklaring van een ambtenaar in het dossier, waarin deze meedeelde, dat C. bevreesd was voor de Duitschers en dat deze de politie heeft ge waarschuwd. Beschuldigde ontkende het laatste en voegde er aan toe dat hij de grüne Polizei er buiten heeft weten te hou den, in het belang der ambtenaren en in woners. Verzoeken van de Duitschers kwa men steeds in, om lijsten van weigerachti- gen in te zenden. Daaraan is echter niet voldaan. Dat hij de Haarlemsche burgerij heeft willen helpen, meende beschuldigde te kunnen bewijzen door het feit, dat hij aan de Duitschers geweigerd heeft opga ve te doen van namen van inwoners, die een inkomen van meer dan 100.000 ge noten. Hierna werden in raadkamer twee ge tuigen a décharge gehoord. In de voortgezette zitting van Ihét Haarlem sche tribunaal -in de zaak tegen den ex-wet houder J. C. C., w£s het woovd aan den ver dediger, mr. Schut Jr., uit Amsterdam, die in zijn inleiding mededeelingen deed over de loopbaan van den beschuldigde. Na zijn terug keer uit Indië was C. over den toestand van ons land teleurgesteld en hij meende, dat toe treden tot de N.S.B. het eenige redmiddel was. Het aanvaarden van de functie van wet houder is niet strafbaar, zoo vervolgde de verdediger. Het gaat dus uitsluitend om de vraag, hoe zijn optreden was ten aanzien van het spitten. Spr. merkte op, dat C. al het mogelijke heeft gedaan de burgerij ter wille te zijn en legde het tribunaal brieven over van een bankinstelling en van particulieren, die zich dankbaar toonen over de soepele houding van den toenmaligen wethouder. De verdachte werkte in de hand, dat personeel van bedrijven niet in grooten getale behoefde te spitten, zorgde er voor, dal sleepbooten en vrachtauto's niet gevorderd werden, wist jon gemannen, die in de Ripperda-kazerne waren opgesloten, vrij te krijgen en slaagde er in 12.000 liter olie en een groote hoeveelheid brandstoffen ten behoeve van de Haarlem sche voedselvoorziening te behouden. Hieruit blijkt wel, meende pleiter, dat C. opkwam voor de Haarlemmers, ook al dreigde er wel eens gevaar. Tenslotte vroeg mr. Schut aan het Tribunaal beschuldigde, die reeds twintig maanden geïnterneerd is, zoo spoedig moge lijk in vrijheid te stellen, ook In verband met zijn gezondheidstoestand. Het Tribunaal zal op 23 Januari uitspraak doen. De Knikker moest de reis afbreken De Knikker IJM 4 was na een reis van 5 dagen. Donderdag aan den afslag. De trawler moest de reis afbreken omdat de stuurman gewond raak te bij het verrichten van werkzaamheden bij de lijnen en de winch. Verder was een der matro zen ziele geworden. De Knikker had een vangst van 200 manden en besomde daarvoor ongeveer f 2800. UITREIKING DISTRIBUTIEKAARTEN A.s. Maandag wordt weer begonnen met het uitreiken van distributiekaarten. Begonnen, wordt in het Patronaatsgebouw voor de Inwo ners van IJmuiden, Driehuis en. Velsen (dorp) en den eersten dag zijn aan de beurt de letters A tot en met BI. HET „THEATER PLEZIER" KOMT IN TIIALIA. Het door de radio bekende Theater Plezier van Floris Meslier, waarvan de medewerkenden zijn Toon Hermans, Wlesje Bouwmeester, Jan van Ees, Tot Moens, Menno Grondsnva, Andrea Domburg enaan den vleugel Peter Kallenbach zal Donderdag 16 Januari een voorstelling geven in Thalla. Bewaar plaatsen groeiden tot levensmiddelenbedrijven Amerika is het werelddeel bij uiistek voor uitvindingen en proefnemingen. Wat het koelen en vriezen van visch en groen ten aangaat, reeds dertig jaar geleden is men daarmede begonnen, maar de groote uitbreiding van dit moderne bedrijf da teert pas van 1934. Men is er begonnen, zoo lezen we in het Visscherijblad, met bewaarplaatsen te bouwen, waar iedereen een box kon huren, een kleine bergruimte voor het bewaren van eigen producten. De boxen zijn in rijen opgesteld; 5 tot 6 boxen, bevinden zich boven elkaar. De onderste boxen zijn schuifladen, de andere hebben deuren- De inhoud varieert van 125 tot 215 d.M.3. De meest voorkomende afmetingen zijn 50 X 40 X 75 c.M. diepte. Er kan 75 K,g. fruit in of 125 K.g. vleesch. Tus schen de rijen boxen zijn gangpaden van ongeveer 1 M. Gemiddeld bevat één in richting 300 tot 350 van deze boxen. In 1935 waren er 250, in 1938 1270, in 1941 3600. Thans bedraagt het aantal on geveer 5000. Van bewaarplaats tot fabriek- Van bewaarplaatsen zijn de meeste ech ter kleine levensmiddelenfabrieken gewor den, waar men artikelen kan laten bewer ken, vriezen en bewaren. Voor vleesch be staat het bewerken uit slachten van dieren, uitbeenen en verpakken; voor vruchten en groenten uit bereiden en verpakken. Aanvankelijk werden de artikelen in de boxen ingevroren, maar hiermee bereikte men niet de gewenschte resultaten. Het in vriezen moet nl. snel gebeuren. Daarom is het noodig dat dit in een aparte ruimte plaats heeft, waar aanzienlijk lagere tem peraturen heerschen dan in de bewaarplaats. De temperatuur dient zoo gelijkmatig mo gelijk gehouden te worden. Om plotselinge groote aanvoeren te kunnen opvangen, be schikken de meeste inrichtingen over voor- koelruimten, waar de waren voor de ber werking zoo koel mogelijk worden gehou den. De waren dienen versch en van eer ste kwaliteit te zijn. Daar zij na de ont dooiing spoedig gebruikt moeten worden is het zaak ze in kleine porties te verpak ken in een omslag, die uitdrogen voorkomt Cellophaan wordt veel gebruikt, maar ook een nieuw materiaal ;,plio-film" genaamd. Als de waren in de box geplaatst worden, krijgen ze een datumstempel. Vele produc ten kunnen wel een jaar bewaard worden. Naarmate het vetgehalte hooger is, moet, de bewaartijd korter zijn, vanwege optre dende ransigheid. Op 1 September 1946 waren in de Ver- eenigde Staten 810 millioen K.g. producten opgeslagen in vrieshuizen en 720 millioen Kg. in koelhuizen. Daarvan was 82 mil lioen K.g. diep-gevroren visch, onderver deeld als volgt: heilbot 15%, wijting (incl. filets) 8%, zalm 8%. makreel 2(4%, di verse filets 17.7%, overige vischsoorten, ook zoetwatervisch 48.8%. Vele vriesinrichtingen zijn gebouwd op coöperatieven grondslag- Zij zijn in de meeste staten aan een speciale wetgeving Wisconsin gegaan, die keuring van de in- Van 10 t/m 15 Januari 1'947 brengen wij u de groote succesMm DE PATIENT VERDWIJNT met James Mason - Mary Glare Een meejjleepend verhaal. Romantiek en Avontuur. Leeftijd 18 jaar. gebonden. Het verst is daarbij de staat richting eischt vóór een exploitatie-ver gunning gegeven wordt. Geëischt wordt afzonderlijk diepvriezen vóór dat de wa ren opgeslagen worden. Inrichtingen, die zulk een afzonderlijke installatie niet had den, moesten binnen twee-jaar, nadat de wet in werking was getreden, er een ge bouwd hebben, Ook de temperaturen zijn bij die wet voorgeschreven en wel: in de voor koelruimte 1 a 2 gr. C. onder nul; in de vriesruimte min. 23 gr. C. of, bij luchtkoe- ling min. 18 gr. C. Het is moeilijk een goed begrip te geven van de kosten. Het beste voorbeeld is, dat voor het uitbeenen, inpakken en bevriezen van vleesch 3 a 4 cent per Engelsch pond (nog geen vijf ons) gerekend wordt, waar bij dan de huur van de box komt. De kos ten van zoo'n onderneming zijn als volgt opgebouwd: Loonen 38%, bedrijfskosten 23%, admi nistratie 7%, rente en afschrijving 12%, belasting 5%, netto winst 15%. De verhuur van boxen levert 49% van de totale inkomsten op, het bewerken van vleesch 44% en de overige werkzaamheden 7 procent. De coöperatieve vriesinrichtingen kun nen niet alleen bestaan van werk voor an deren, maar bereiden en bevriezen ook eigen artikelen, meest onder eigen merk. Vaak doet een groote vriesinrichting dienst als centrale werkplaats voor kleinere wies inrichtingen in de omgeving. De ingelever de waren worden in de centrale bewerkt en ingepakt, maar in de kleine onderne mingen bevroren en bewaard. Hinderwet-aangelegenheden De beslissing op de verzoeken om een Hin derwetvergunning van de N.V. Drukkerij Sinjewel te IJmuiden, tot het wijzigen en uitbreiden van de drukkerij in de perceelen Willemsplein 16—17 en Frogerstraat 4349 te IJmuiden; M. M, Weimar te IJmuiden. tot het wijzi gen en uitbreiden van de scheepsherstcl- en reperatie-inrichting in het perceel Midden- havenstraat 35 te IJmuiden; de Firma Luppens te Driehuis, tot het op richten van een steenhouwerij in het perceel Driehuizerkerkweg 67 te Driehuis; de Vischconscrven van - Zwieten te IJmui den, lot het uitbreiden van de vischconserven- fabriek in de perceelen Industriestraat 2830 te IJmuiden, is door burgemeester en wethouders ver daagd op grond dat het onderzoek nog niet zoover is gevorderd, dat daaromtrent thans reeds een beslissing kan worden genomen. De Johan v. Oldenbarnevelt en de Joh. de Witt met troepen naar Indië Naar ons wordt medegedeeld zal het m.s. „Johan van Oldenbarnevelt" van de Stoomv. Mij. „Nederland", omstreeks 31 Januari a.s. met een groot aantal officie ren, onderofficieren en manschappen, van Amsterdam naar Indië vertrekken. Bovendien zullen nog ongeveer honderd mannelijke passagiers vervoerd worden, welke door het Departement van Qverzee- sche gebiedsdeelen hiervoor worden aan gewezen. De „Johan van Oldenbarnevelt" kan tegen 24 Februari a.s. te Batavia (Tand jong Priok) worden verwacht. Met het s.s. „Johan de Witt", dat dooi de regeering is gecharterd en vermoedelijk een dag later zal 'vertrekken, zal behalve een aantal gewone passagiers, tevens een detachement marinetroepen naar Batavia worden vervoerd. Op de uitreis wordt Marseille aange- loopen, waar ongeveer 500 Joodsche emi granten worden ingescheept, bestemd voor Australië. Nadat de passagiers en de marinetroe pen te Batavia zijn ontscheept, waar de „Johan de Witt" omstreeks 29 Februari a.s. verwacht kan worden, zal het schip de reis naar Australië voortzetten, ten einde daar de emigranten te debarkeeren. - De Duitscher? Waar is hij dan? Ik wil hem dadelijk spreken. Zij merkten nu mijn aanwezigheid op, terwijl ik langzaam de trap afdaalde. Dit is de vertegenwoordiger van de admiraliteit. En Professor Brayda is dood, deelde Ik het tweetal kalm mee. Het was volkomen stil. De persoon, die pas gekomen was, scheen opeens te mer ken, dat hij zijn hoed nog op had en nam dien haastig af. Dat is ontzettend. Een groote slag voor Italië. Tot dusver, zei de man die mij binnen gelaten- had, hebben wij in dezen oorlog nog niets gewonnen- Zelfs Bizerta niet. Alleen bommen. Kalm aan, onderbrak de ander hem ernstig. Het staat niet aan u om critiek uit te oefenen. De vruchten van onze vol harding zullen we later plukken.Nu betreur ik alleen den dood van mijn grooten col lega. Het is een uitzonderlijk gelukkig toe val, dat tenminste dr. Von Riehl aanwezig is geweest. Mogelijk Ik hoorde voetstappen en zag den Duit scher aankomen. De secretaris deed een poging zich te beheerschen. Dr. Von Riehl dr. Pietro van de Universiteit te Turijn. Ik ging van de trap af om ruimte te la ten voor de beide heeren. Beneden kon ik hun gesprek nog altijd zonder moeite vol gen. Een zeer noodlottige avond, dr. Von Riehl. Dat is de zwaarste aanval geweest tot dusver. Dit was nog heelemaai niets, ant woordde de Duitscher langzaam, nog niets, vergeleken met hetgeen wij hun zullen brengen! Ik condoleer u met het verlies van prof. Brayda. Ja, het is een zware slEjg. Gelukkig, dat u er tenminste was. Ik was helaas verhinderd te komen door den luchtaan val. De politie was van oordeel, dat het gevaarlijk was om het hotel uit te gaan. Dat begrijp ik, zei de Duitscher op verachtelijken toon, ik begrijp u volko men. Ik heb ook niet den indruk, dat het amusant is te midden van een bommen regen een beetje rond te wandelen. Wat ik zeggen wou, begon dr. Pietro, wat betreft dat nieuweeh.gas van professor Brayda. Hij was nu zoo dicht bij de oplossing, dat wij natuurlijk moeten vreezen om het zoo maar eens ruw uit te drukken dataangezien immers ook zijn eerste assistent is gedooddat hij het geheim mee in het graf heeft ge nomen. Ik zou natuurlijk oogenblikkelijk hierheen gekomen zijn ondanks het feit, dat de politie het mij afraadde wanneer ik er niet zeker van was geweest, dat de anderen bij professor Brayda waren, en op de hoogte zouden zijn van wat de pro fessor had mede te deelen. De Duitscher nam zijn bril af en begon de halvemaanvormige glazen op te poet- sena Hij ademde er op en wreef ze zorg vuldig schoon. Ja, natuurlijk. Het is gegaan zooals professor Brayda het heeft gewild. Ik heb den indruk gekregen, dat hij, zoodra hij een paar heldere oogenblikken had, den wensch te kennen heeft gegeven, dat men de personen van de conferentie zou roe pen. Terwijl wij nog wachtten, sprak hij tegen mij. Ik heb ieder woord opgevangen. Het idee is eenvoudig schitterend. Eigen lijk is het geen nieuw gas, maar meer een verbetering van het traangas. In be paalde opzichten van groote waarde. Hij zette zijn bril weer op en schoof de haken met groote zorg achter zijn ooren. Toen keek hij over den rand heen weer naar de aanwezigen. Zijn stem klonk een beetje schoolmeesterachtig. Tot zoover was het niet slecht. Maar toen hij bijzonder heden begon op te noemen, werd het alle maal onzin. Daar zou geen mensch, zelfs geen vakman, róeer uit wijs hebben kun nen worden. Wat kan men beginnen met de woorden van een stervende, die zich in zijn droombeelden verwart? Dat klopt niet, viel de secretaris met het verbonden hoofd heftig in de rede. Ik.ik heb jarenlang met pro fessor Brayda samengewerkt, in ieder ge val behandelde ik alle zakelijke aangele genheden voor hem af. Maar ik weet, dat hij zeer tevreden was over zijn resultaten. Bovendien heeft u zelf notities gemaakt, dr. Von Riehl. Als u niets had opgeschre ven, zou ik het zeker gedaan hebben. Dr. Von Riehl keek den spreker met een vijandigen blik aan. Misschien stelt u er prijs op, de notities te lezen. Hij haalde een paar strookjes papier uit zijn zak en wierp ze den secretaris toe, be- leedigd, omdat deze zijn woorden in twij fel had getrokken. De secretaris kleurde en nam de papiertjes aarzelend aan. Zon der er echter naar te kijken, overhan digde hij ze aan dr. Pietro. De kleine Ita liaan hield ze dicht bij het licht en fronste zijn voorhoofd. Ik vroeg mij af hoe lang ik dit tooneel nog ongehinderd zou kun nen gadeslaan. Het werd voor mij de hoogste tijd om te verdwijnen, maar ik zou voor niets ter wereld den afloop van dit gesprek hebben willen missen. Dit zijndaar kan ik oók niet uit wijs worden. Dr. Pietro sloeg het eerste blaadje om. Dit heeft blijkbaar iets met.met hydro-electrische kracht te maken. Dat slaat op iets heel anders, zei de Duitscher stijf. De 'notities, waar het om gaat, vindt u op den achterkant. Aha, ja, natuurlijk. Neemt u mij niet kwalijk. Van buiten klonk het geluid van een sirene, die waarschijnlijk het einde van den luchtaanval aankondigde. Dr. Piedro schudde het hoofd. Onbe grijpelijk. Volkomen onbegrijpelijk. Dit ja, dit zou een kind bij elkaar gefanta seerd kunnen hebben. Dat is een ontzet tende tegenvaller. Gelooft u, dat hij zijn verstand verloren had en onzin vertélde? De ander haalde de schouders op. Dat lijkt mij de eenige verklaring, niet waar? De Italiaan beet op zijn duim. Ik moet nu eerst de weduwe gaan condo- leeren. En dan moeten we eens kijken, of ernog iets van het laboratorium te redden valt. Je kunt nooit weten Heeft u het gezien?, vroeg de secre taris. Nee. Is het heelemaai verwoest? Maar hij moet van zijn onderzoekingen toch aanteekeningen hebben gehouden, uit voerige aanteekeningen zelfs. Ik denk niet, dat die nog te vinden zijn. Het was een voltreffer. In ieder geval moeten we het pro- beeren. Misschien kunnen we nu licht aansteken. Morgen vroeg moeten we dan zijn privé papieren doorzien. Misschien hebben we daar iets aan. Het is oneindig jammer, dr. Von Riehl. Ik geloof, dat deze uitvinding heel wat waard zou zijn ge weest. Dr. Von Riehl ging de trap af. In elk geval had hij een mededeeling op de lip pen. Het is een ongelukkig toeval, dat hij die niet heeft kunnen uiten. Ik sloop het huis uit, ongemerkt, alsof ik dadelijk weer terug zou komen. Het zou onvoorzichtig zijn geweest langer te blijven en ik voelde er niets voor, in aller lei vragen verwikkeld te worden. Op één punt had ik geen geluk gehad, namelijk, dat ik niet een kwartier eerder ten tooneele verschenen was. Dan zou ik het meeste van hetgeen dr. Von Riehl ge hoord had, eveneens hebben kunnen ver nemen. In dat geval zou ik beter hebben kunnen beoordeelen, in hoeverre de Duit scher gelogen had. Want dat hij loog, daarvan was ik overtuigd, om twee redenen. Ten eerste had hij de aanteekeningen uit een ande ren zak gehaald, dan waarin hij zijn eigen notitieblaadjes had gestoken. En bovendien was de geest van den profes sor weliswaar verward geweest door den naderenden dood, maai- de stervende man had begrijpelijk genoeg gesproken om iets te kunnen aanduiden van de quintessence van hetgeen hij Von Riehl moest hebben vex-teld. Dat kon geen onzin geweest zijn. HOOFDSTUK XI. Als de gedachten overbelast zijn, heeft men de neiging zich sterk bezig te hou den met dingen, die nog in de toekomst liggen en men doet hetgeen op hetzelfde oogenblik nóódig is, óf heelemaai niet of min of meer instinctmatig, wat niet altijd verstandig en voorzichtig is. In mijn geval zat het zoo: ik zou op de veiligste manier en zoo vlug als het maar mogelijk was, met Andrews en Dwight in contact moeten komen om hen in te lich ten over deze onvoorziene wending, waar door onze plannen natuurlijk volkomen omver waren geworpen. Als men de zaak goed bekeek, waren onze plannen even zeer verwoest als het laboratorium. (Wordt vervolgcü.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1947 | | pagina 3