DeTechnische Hoogeschool eert degenen,
die aan het herstel van ons land werken
Nacht-Express
De industrie in Haarlem en omgeving
heeft uitbreidingsplannen
Ex-wethouder, die Haarlemmers liet
spitten, voor het Tribunaal
Amerika heeft reeds veel ervaring
met koelen en „diepvriezen"
Jlex Jheater'
Vfldag 10 Januari 1947
IJMU1DER COURANT
In een buitengewone zitting van den
senaat van de Technische Hoogeschool
te Delft, gehouden ter gelegenheid van
den 105en dies hebben Woensdagmiddag
de eere-promoties plaats gehad van de
heeren ir. W J. H. Harmsen, directeur-
generaal van den Rijkswaterstaat, ir.
W. Huplces, oud-president-directeur
van de Nederlandsche Spoorwegen, A.
Plesman, president-directeur van de
K-L.M. en ir. D. P. Ross van Lennep,
(hoofdbedrijfsingenieur der Staatsmij
nen.
De plechtigheid' geschiedde in de Wester-
kerk. Onder de aanwezigen was de mi
nister van Verkeer, minister van Openbare
Werken en Wederopbouw ad interim; de
minister van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen had zich doen vertegenwoor
digen. Voorts was aanwezig oud-minister
Ringers.
Na inleidende toespraken van den waar
nemend rector-magnificus, prof. dr. J. A.
Grutterink en van prof. ir. C. J. van Nieu-
wenburg ging de senaat tot de uitreiking
•der eere-doctoraten over. Prof. Grutterink
herinnerde daarbij aan de verwoestingen,
die de vijand in ons land heeft aangericht.
De mannen, die thans hun eere-diploma
ontvangen, hebben het herstelwerk ter
hand genomen en gezwoegd met duizènden,
die onder hun en anderer leiding werkten.
Het spoedig herstel van het spoorweg
verkeer is bereikt door het toegewijd werk
van velen.
De K.L.M. had na den oorlog bijna geen
vliegtuigen meer, maar de K.L.M. was er
nog en thans vliegt zij méér lijnen dan Voor
den oorlog.
Bij de mijnen openbaarden de funeste
gevolgen der bezetting zich op andere
wijze, maar het lukt in steeds sneller tem
po de productie op te voeren, de mijnen
hebben in hooge mate bijgedragen tot het
herstel van ons land.
Door het eere-doctoraat in de technische
wetenschappen toe te kennen aan de hee-
ren Harmsen, Hupkes, Plesman en Ross
van Lennep wil de senaat tevens zijn waar
deering uitdrukken voor hen, die onder
hen werkzaam zijn in particuliere, rijks,
provinciale en gemeentelijke diensten, die
krachtdadig hebben medegewerkt aan het
herstel.
In Soestdijk heerschf reeds
een zekere spanning
Koninklijke baby wordt tegen
half Februari verwacht
Nu het tijdstip meer en meer nadert, waar
op de geboorte van een Oranjetelg verwacht
wordt, begint er in Soestdijk en Baarn reeds
een zekere spanning te heerschen. De beide
het dichtst bij het Prinselijk paleis gelegen
hotels, bekend geworden in de spannende
dagen voor de geboorte van prinses Beatrix
en prinses Irene, zijn reeds vrijwel volge
boekt. P.T.T.-monteurs zijn bezig met het
plaatsen van de telextoestellen en het aan
leggen van extra telefoonleidingen.
Boer Haarman mag zich, sinds bekend is,
dat op zijn terrein de batterij, welke met 101
of 51 schoten zal verkondigen of er een
prinsje dan wel een prinsesje geboren is, ge
plaatst zal worden, in een bijzondere belang
stelling verheugen. Inmiddels werkt het
Oranje-comité Baarn-Soest aan de organisatie
van den Oranjetocht en groeit de hoeveelheid
baby-kleertjes, welke aan Prinses Juliana
wordt aangeboden, om te verdeelen onder
andere gelukkige jonge moeders, gestadig aan
tot een geweldigen berg.
Een verslaggever van het A.N.P. vond in al
deze verheugende voorteekenen aanleiding
een bezoek te brengen aan den man, die wat
betreft de geboorte van een hieuw Oranje-
telgje genoemd mag worden als te zijn „het
beste geïnformeerd", namelijk dr. J. de Groot,
behandelend geneesheer van Prinses Juliana.
Dr. De Groot is een zwijgzaam man, doch het
weinige, dat hij kon mededeelen, was zeer
verheugend. Hij zeide „Alles is zoo goed, dat
ik u niets kan vertellen. Ik verwacht de ge
boorte van de koninklijke baby tegen half
Februari, doch zal mij reeds in de eerste week
van Februari naar Soestdijk begeven."
Financieele regeling voor
particulieren woningbouw
Naar het A-N.P. verneemt is bij de re
geering in voorbereiding een regeling,
waarbij het onrendabele deel van de tegen
woordige zeer hooge bouwkosten van den
particulieren woningbouw zal worden op
gevangen. Waarschijnlijk zal dit geschie
den door een rentevergoeding, welke het
rijk aan de betrokkenen zal verleenen,
nadat deze gelden door de particuliere ka
pitaalmarkt gefourneerd zullen zijn.
MARKTBERICHT VAN DONDERDAG
Besommingen: Trawler: Knikker IJM 4 f2790.
Kustvisschers: IJM 214 £1105. IJM 210 f3014,
IJM 343 f 130.
FEESTAVOND IN ZOMERLUST.
Zaterdag a.s. wordt in „Zomerlust" ten
bate van de „Stichting Deportatie-slacht
offers" een feestavond georganiseerd.
FEUILLETON
Roman door Winston Graham
Vertaald door Alice van Iterson
21)
Kalm verliet ik het vertrek. Mijn reis
was niet geheel voor niets geweest.
Toen ik de onderste treden van de trap
bereikte, was ik getuige van een opge
wonden onderhoud tusschen den secreta
ris van professor Brayda en den man, die
mij de deur had opengedaan en die zoo
even blijkbaar ook iemand anders, die pas
gekomen was had binnengelaten. Deze
derde was een gewichtig doende meneer,
die een beminnelijk uiterlijk had en onbe
rispelijk gekleed was-
Zoodra het rustig werd in de lucht,
heb ik me naar buiten gewaagd. Misschien
is het ook op het oogenblilc nog wel niet
heelemaai veilig. Maar u zult toch niet van
mij venvachten, dat ik zes mijl ver door
den nacht kon rijden, terwijl het eenvou
dig bommen regent! Laat me naar boven.
Misschien is het nog niet te laat!
Ik vrees van wel, zei de secretaris.
Nu, waar zijn de anderen? Is er nie
mand van de anderen gekomen? U zei toch
door de telefoon tegen mij. dat professor
Brayda op sterven lag!
Vier van de overige deelnemers zul
len pas morgen vroeg naar Milaan komen.
De secretaris van kapitein Bonini is er. En
dr. Von Riehl was er al, omdat hij sinds
gisteren in een hotel zijn intrek heeft ge
nomen.
Na de plechtigheid in de Westerkerk
in Delft: van links naar rechts ir. Ross
.van Lennep, A. Plesman, prof. Grutte
rink, ir. Harmsen en ir. Hupkes.
Prijsaanduidingsvoorschiift
is thans verscherpt
Eenige dagen geleden is een bepaling in
werking getreden, volgens welke niet-geprijs-
de artikelen, die voor het publiek van den
openbaren weg af zichtbaar zijn, onmiddel
lijk in beslag kunnen worden genomen. Voor
lederwaren, textiel, voedings- en genotmid
delen geldt deze bepaling eveneens, wanneer
de artikelen in den winkel zichtbaar zijn op
geslagen.
Het tekort aan vakarbeiders remt de uitvoering
In zijn Nieuwjaarsrede heeft de burge
meester van Haarlem, de heer M. A. Rei-
nalda, er op gewezen, dat er moeilijkheden
zijn wat de beschikbaarheid van arbeids
krachten in Haarlem betreft. Er zijn name
lijk te weinig geschoolden en te veel onge
schoolden. Dit tekort aan vakarbeiders
doet zich nu reeds voor in de metaal
industrie, maar het zal ook blijken in de
bouwnijverheid als de „Wederopbouw"
zooveel materialen heeft dat flink met
de bouwerij begonnen kan worden. Er
wordt door het gemeentebestuur over
wogen, of het gewenscht is buitenlandsche
metaalarbeiders naai' Haarlem te laten
komen.
De directeur van het Gewestelijk Ar
beidsbureau te Haarlem, de heer A. P. M.
van Riel, deelde ons mede, dat het tekort
aan arbeiders in de metaalindustrie een
gevolg is van de uitbreidingsplannen van
de industrie in Haarlem en omgeving.
De fabrieken werken thans reeds met
meer arbeiders dan zij voor den oorlog (in
1939) hadden. Zij hebben zooveel opdrach
ten er is voor vele jaren werk dat
het gewenscht wordt geacht de capaciteit
nog belangrijk op te voeren. Dit geldt
niet alleen de Haarlemsche fabrieken,
maar ook de Werkplaats der Spoorwegen.
De Hoogovens te Velsen hebben zelfs het
plan het aantal arbeiders dat nu 3800 be
draagt, in 5 jaar tot 10.000 op te voeren.
De metaalnijverheid heeft behoefte aan
vakarbeiders. Het is evenwel zeer moeilijk
daaraan te komen. Als -het mogelijk zou
zijn goede vakarbeiders uit het buitenland
te halen zou daarvoor wel wat te zeggen
zijn, maar de kans daarop is niet groot.
Er was eenigen tijd geleden door de regee
ring besloten, dat 1200 Polen, die deelge
nomen hadden aan de bevrijding van Ne
derland, toestemming zouden krijgen om
zich in ons land te vestigen. Dit waren
Polen die bij het leger van generaal An
ders in Duitschland ingedeeld zijn. De Ge
westelijke Arbeidsbureaux in ons land
hebben toen getracht die 1200 Polen bij
de industrie onder te brengen. In Haarlem
en omgeving voelde men daarvoor niet
omdat er teveel bezwaren aan verbonden
waren (o.a. de huisvesting). Bovendien
waren het geen vakmenschen. Het is even
wel gelukt voor de 1200 Polen plaatsen
te reserveeren in het Zuiden van ons land,
maai- tenslotte zijn er slechts 240 gekomen.
Het is vrijwel zeker dat geen enkel
land zal willen medewerken om vakarbei
ders aan Nederland af te staan. Misschien
zou er alleen 'kans zijn met Duitschers,
maar het is de vraag of de geallieerden
da ai-voor toestemming willen geven. Afge
zien nog van de vraag of het wenschelijk
zou moeten worden geacht Duitschers
naar ons land te halen, moet rekening
gehouden worden met het feit, dat onze
regeering op het standpunt staat, dat
slechts aan zeer weinig Duitschers een
verblijfsvergunning in Nederland wordt
gegeven. Er loopen eenige aanvragen voor
Duitschers die hier, omdat zij een speciale
vakkennis hebben, niet gemist kunnen
worden, maar tóch weigert Den Haag een
vergunning te geven.
Het is zoo vervolgde de heer Van
Riel beter te trachten het aantal vak
arbeiders te vergrooten door ongeschool
den op te leiden. Dan bereikt men twee
voordeelen, niet alleen krijgt men meer
vakarbeiders, maar het aantal ongeschool
den (dat nu te groot is) wordt kleiner. Als
het aantal geschoolde arbeiders bij een on
derneming vergroot wordt, heeft dit bo
vendien nog tengevolge dat er meer onge
schoolden aangesteld kunnen worden.
Daarom wordt alles gedaan om de scho
ling* te bevorderen. Alleen is het jammer,
dat slechts een laag percentage onge
schoolde arbeiders voor scholing in aan
merking kan komen, namelijk niet meer
dan 10%.
Agenda voor Velsen
en IJmmden
VRIJDAG 10 JANUARI
Thalia: 7.00 en 9.15 uur: Hoe langer hoe gekker.
Rex: 8 uur: De patiënt verdwijnt.
De Pont: 8 uur: Het sohot achter de coulissen.
Hooge zeeën slaan in zilveren schuimwol-
ken uiteen tegen de rotsen waarop de
vuurtoren van Bishop Rock aan de Britsche
kust als een hecht haken verrijst. Een paar
radioreporters van de BBC, die met Kerst
mis een reportage vanuit dezen toren ver
zorgden, konden wegens het slechte weer
niet afgehaald worden en moesten een
onvrijwillige vacantie op den vuurtoren
doorbrengen. De foto werd uit een vliegtuig
genomen.
Aan den gewezen wethouder van finan
ciën van Haarlem, J. C. C., vroeger wonen
de te Heemstede, die Donderdag voor de
derde Kamer van het Haarlemsche Tribu
naal terecht stond, was behalve het lid
maatschap der N-S.B., het maken van pro
paganda voor deze beweging door het uit
steken van de vlag, op den verjaardag van
Mussert, ten laste gelegd, dat hij op ver
zoek van den toenmaligen burgemeester
Plekker In Maart 1943 een benoeming van
wethouder heeft aanvaard en als zoodanig
Haarlemmers heeft gevorderd spitwerk
voor de weermacht te verrichten en wei-
gerachtigen met behulp der politie daar
toe heeft laten dwingen.
De voorzitter merkte op, dat beschul
digde had moeten weten, dat de N.S.B.'ers
handlangers waren van de Duitschers, ook
in Augustus 1940; toen hij lid is geworden.
C. antwoordde, daarover niet vol
doende nagedacht te hebben. Hij deelde
mee, eerst na zijn benoeming tot wethouder
een uniform te hebben laten aanmeten,
welke hij noodig had voor officieele gele
genheden. Uit de stukken blijkt, dat hij
een dienstrevolver heeft aangevraagd. Na
den aanslag op den burgemeester in Fe
bruari 1944 heeft hij het verzoek herhaald,
omdat hij bang was geworden door de tal
rijke aanslagen op leden der N.S.B.
De voorzitter las een brief voor, welken
beschuldigde aan den inspecteur van politie
V. had geschreven over een jongeman, die
in 1942, ter gelegenheid van den verjaar
dag van Prins Bernhard een oranjebal
wilde organiseeren. Uit een anderen brief
van 1942 bleek, dat C- aan de leiding der
N.S.B. geschreven heeft, dat de heer Th.
Hooy relaties onderhield met de familie
Chapon en dat de kinderen „oorlogje"
speelden, waarbij de Russen door de Duit
schers verslagen worden.
In een derden brief had hij de namen van
den secretaris en van den adjunct-secre
taris van de Kamer van Koophandel ge
noemd.
Beschuldigde merkte op dat hij daaren
tegen vele Joden geholpen en gewaar
schuwd heeft, als hij meende, dat er ge
vaar was. Dat geschiedde in 1944. C. voeg
de er aan toe, dat hij in dit jaar als wet
houder principieel tegenover de N.S.B.
stond en toen getracht heeft de Haarlem
mers zooveel mogelijk ter wille te zijn.
Voorts zeide beschuldigde, dat hij Joden
in zijn familie heeft en dat hij hen nooit
iets in den weg heeft gelegd.
Op een vraag, waarom hij lid der N.S.B.
is geworden antwoordde beschuldigde in
1936 uit InSië teruggekeerd te zijn. Den
toestand in Nederland achtte hij niet gun
stig. Na de successen van de weermacht in
1940 is hij lid der N.S.B. geworden.
Uitvoerig behandelde het Tribunaal het
waarnemen der functie van wethouder.
C. deelde mede, dat de schuld der ge
meente na zijn aftreden minder is gewor
den. Over het spitten merkte beschuldigde
op dat als er 1100 oproepen verzonden
werden,, dat er dan nog geen 100 personen
op Ijet werk verschenen. Daarom is over
leg gepleegd met de ambtenaren van de
tweede afdeeling ter gemeente-secretarie,
omdat de Duitschers ontevreden waren.
Overeengekomen is, dat dezen zich met de
politie in verbinding zouden stellen. Daar
na zijn eenige Haarlemmers van huis ge
haald.
Op hét station ontvingen zij een spoor
kaartje en dan konden zij eventueel rustig
naar huis. Dat noemde beschuldigde thans
in het belang van de Haarlemmers.
Daarentegen was een verklaring van
een ambtenaar in het dossier, waarin deze
meedeelde, dat C. bevreesd was voor de
Duitschers en dat deze de politie heeft ge
waarschuwd. Beschuldigde ontkende het
laatste en voegde er aan toe dat hij de
grüne Polizei er buiten heeft weten te hou
den, in het belang der ambtenaren en in
woners. Verzoeken van de Duitschers kwa
men steeds in, om lijsten van weigerachti-
gen in te zenden. Daaraan is echter niet
voldaan. Dat hij de Haarlemsche burgerij
heeft willen helpen, meende beschuldigde
te kunnen bewijzen door het feit, dat hij
aan de Duitschers geweigerd heeft opga
ve te doen van namen van inwoners, die
een inkomen van meer dan 100.000 ge
noten.
Hierna werden in raadkamer twee ge
tuigen a décharge gehoord.
In de voortgezette zitting van Ihét Haarlem
sche tribunaal -in de zaak tegen den ex-wet
houder J. C. C., w£s het woovd aan den ver
dediger, mr. Schut Jr., uit Amsterdam, die in
zijn inleiding mededeelingen deed over de
loopbaan van den beschuldigde. Na zijn terug
keer uit Indië was C. over den toestand van
ons land teleurgesteld en hij meende, dat toe
treden tot de N.S.B. het eenige redmiddel was.
Het aanvaarden van de functie van wet
houder is niet strafbaar, zoo vervolgde de
verdediger. Het gaat dus uitsluitend om de
vraag, hoe zijn optreden was ten aanzien van
het spitten. Spr. merkte op, dat C. al het
mogelijke heeft gedaan de burgerij ter wille
te zijn en legde het tribunaal brieven over
van een bankinstelling en van particulieren,
die zich dankbaar toonen over de soepele
houding van den toenmaligen wethouder. De
verdachte werkte in de hand, dat personeel
van bedrijven niet in grooten getale behoefde
te spitten, zorgde er voor, dal sleepbooten en
vrachtauto's niet gevorderd werden, wist jon
gemannen, die in de Ripperda-kazerne waren
opgesloten, vrij te krijgen en slaagde er in
12.000 liter olie en een groote hoeveelheid
brandstoffen ten behoeve van de Haarlem
sche voedselvoorziening te behouden. Hieruit
blijkt wel, meende pleiter, dat C. opkwam
voor de Haarlemmers, ook al dreigde er wel
eens gevaar. Tenslotte vroeg mr. Schut aan
het Tribunaal beschuldigde, die reeds twintig
maanden geïnterneerd is, zoo spoedig moge
lijk in vrijheid te stellen, ook In verband met
zijn gezondheidstoestand.
Het Tribunaal zal op 23 Januari uitspraak
doen.
De Knikker moest de reis afbreken
De Knikker IJM 4 was na een reis van 5 dagen.
Donderdag aan den afslag. De trawler moest de
reis afbreken omdat de stuurman gewond raak
te bij het verrichten van werkzaamheden bij de
lijnen en de winch. Verder was een der matro
zen ziele geworden.
De Knikker had een vangst van 200 manden
en besomde daarvoor ongeveer f 2800.
UITREIKING DISTRIBUTIEKAARTEN
A.s. Maandag wordt weer begonnen met het
uitreiken van distributiekaarten. Begonnen,
wordt in het Patronaatsgebouw voor de Inwo
ners van IJmuiden, Driehuis en. Velsen (dorp)
en den eersten dag zijn aan de beurt de letters
A tot en met BI.
HET „THEATER PLEZIER" KOMT IN TIIALIA.
Het door de radio bekende Theater Plezier
van Floris Meslier, waarvan de medewerkenden
zijn Toon Hermans, Wlesje Bouwmeester, Jan
van Ees, Tot Moens, Menno Grondsnva, Andrea
Domburg enaan den vleugel Peter Kallenbach
zal Donderdag 16 Januari een voorstelling geven
in Thalla.
Bewaar plaatsen groeiden tot levensmiddelenbedrijven
Amerika is het werelddeel bij uiistek
voor uitvindingen en proefnemingen. Wat
het koelen en vriezen van visch en groen
ten aangaat, reeds dertig jaar geleden is
men daarmede begonnen, maar de groote
uitbreiding van dit moderne bedrijf da
teert pas van 1934. Men is er begonnen,
zoo lezen we in het Visscherijblad, met
bewaarplaatsen te bouwen, waar iedereen
een box kon huren, een kleine bergruimte
voor het bewaren van eigen producten. De
boxen zijn in rijen opgesteld; 5 tot 6 boxen,
bevinden zich boven elkaar. De onderste
boxen zijn schuifladen, de andere hebben
deuren- De inhoud varieert van 125 tot 215
d.M.3. De meest voorkomende afmetingen
zijn 50 X 40 X 75 c.M. diepte. Er kan
75 K,g. fruit in of 125 K.g. vleesch. Tus
schen de rijen boxen zijn gangpaden van
ongeveer 1 M. Gemiddeld bevat één in
richting 300 tot 350 van deze boxen.
In 1935 waren er 250, in 1938 1270, in
1941 3600. Thans bedraagt het aantal on
geveer 5000.
Van bewaarplaats tot fabriek-
Van bewaarplaatsen zijn de meeste ech
ter kleine levensmiddelenfabrieken gewor
den, waar men artikelen kan laten bewer
ken, vriezen en bewaren. Voor vleesch be
staat het bewerken uit slachten van dieren,
uitbeenen en verpakken; voor vruchten en
groenten uit bereiden en verpakken.
Aanvankelijk werden de artikelen in de
boxen ingevroren, maar hiermee bereikte
men niet de gewenschte resultaten. Het in
vriezen moet nl. snel gebeuren. Daarom is
het noodig dat dit in een aparte ruimte
plaats heeft, waar aanzienlijk lagere tem
peraturen heerschen dan in de bewaarplaats.
De temperatuur dient zoo gelijkmatig mo
gelijk gehouden te worden. Om plotselinge
groote aanvoeren te kunnen opvangen, be
schikken de meeste inrichtingen over voor-
koelruimten, waar de waren voor de ber
werking zoo koel mogelijk worden gehou
den. De waren dienen versch en van eer
ste kwaliteit te zijn. Daar zij na de ont
dooiing spoedig gebruikt moeten worden is
het zaak ze in kleine porties te verpak
ken in een omslag, die uitdrogen voorkomt
Cellophaan wordt veel gebruikt, maar ook
een nieuw materiaal ;,plio-film" genaamd.
Als de waren in de box geplaatst worden,
krijgen ze een datumstempel. Vele produc
ten kunnen wel een jaar bewaard worden.
Naarmate het vetgehalte hooger is, moet,
de bewaartijd korter zijn, vanwege optre
dende ransigheid.
Op 1 September 1946 waren in de Ver-
eenigde Staten 810 millioen K.g. producten
opgeslagen in vrieshuizen en 720 millioen
Kg. in koelhuizen. Daarvan was 82 mil
lioen K.g. diep-gevroren visch, onderver
deeld als volgt: heilbot 15%, wijting (incl.
filets) 8%, zalm 8%. makreel 2(4%, di
verse filets 17.7%, overige vischsoorten,
ook zoetwatervisch 48.8%.
Vele vriesinrichtingen zijn gebouwd op
coöperatieven grondslag- Zij zijn in de
meeste staten aan een speciale wetgeving
Wisconsin gegaan, die keuring van de in-
Van 10 t/m 15 Januari 1'947 brengen
wij u de groote succesMm
DE PATIENT
VERDWIJNT
met James Mason - Mary Glare
Een meejjleepend verhaal.
Romantiek en Avontuur.
Leeftijd 18 jaar.
gebonden. Het verst is daarbij de staat
richting eischt vóór een exploitatie-ver
gunning gegeven wordt. Geëischt wordt
afzonderlijk diepvriezen vóór dat de wa
ren opgeslagen worden. Inrichtingen, die
zulk een afzonderlijke installatie niet had
den, moesten binnen twee-jaar, nadat de
wet in werking was getreden, er een ge
bouwd hebben, Ook de temperaturen zijn bij
die wet voorgeschreven en wel: in de voor
koelruimte 1 a 2 gr. C. onder nul; in de
vriesruimte min. 23 gr. C. of, bij luchtkoe-
ling min. 18 gr. C.
Het is moeilijk een goed begrip te geven
van de kosten. Het beste voorbeeld is, dat
voor het uitbeenen, inpakken en bevriezen
van vleesch 3 a 4 cent per Engelsch pond
(nog geen vijf ons) gerekend wordt, waar
bij dan de huur van de box komt. De kos
ten van zoo'n onderneming zijn als volgt
opgebouwd:
Loonen 38%, bedrijfskosten 23%, admi
nistratie 7%, rente en afschrijving 12%,
belasting 5%, netto winst 15%.
De verhuur van boxen levert 49% van
de totale inkomsten op, het bewerken van
vleesch 44% en de overige werkzaamheden
7 procent.
De coöperatieve vriesinrichtingen kun
nen niet alleen bestaan van werk voor an
deren, maar bereiden en bevriezen ook
eigen artikelen, meest onder eigen merk.
Vaak doet een groote vriesinrichting dienst
als centrale werkplaats voor kleinere wies
inrichtingen in de omgeving. De ingelever
de waren worden in de centrale bewerkt
en ingepakt, maar in de kleine onderne
mingen bevroren en bewaard.
Hinderwet-aangelegenheden
De beslissing op de verzoeken om een Hin
derwetvergunning van de N.V. Drukkerij
Sinjewel te IJmuiden, tot het wijzigen en
uitbreiden van de drukkerij in de perceelen
Willemsplein 16—17 en Frogerstraat 4349 te
IJmuiden;
M. M, Weimar te IJmuiden. tot het wijzi
gen en uitbreiden van de scheepsherstcl- en
reperatie-inrichting in het perceel Midden-
havenstraat 35 te IJmuiden;
de Firma Luppens te Driehuis, tot het op
richten van een steenhouwerij in het perceel
Driehuizerkerkweg 67 te Driehuis;
de Vischconscrven van - Zwieten te IJmui
den, lot het uitbreiden van de vischconserven-
fabriek in de perceelen Industriestraat 2830
te IJmuiden,
is door burgemeester en wethouders ver
daagd op grond dat het onderzoek nog niet
zoover is gevorderd, dat daaromtrent thans
reeds een beslissing kan worden genomen.
De Johan v. Oldenbarnevelt en de
Joh. de Witt met troepen naar Indië
Naar ons wordt medegedeeld zal het
m.s. „Johan van Oldenbarnevelt" van de
Stoomv. Mij. „Nederland", omstreeks 31
Januari a.s. met een groot aantal officie
ren, onderofficieren en manschappen, van
Amsterdam naar Indië vertrekken.
Bovendien zullen nog ongeveer honderd
mannelijke passagiers vervoerd worden,
welke door het Departement van Qverzee-
sche gebiedsdeelen hiervoor worden aan
gewezen.
De „Johan van Oldenbarnevelt" kan
tegen 24 Februari a.s. te Batavia (Tand
jong Priok) worden verwacht.
Met het s.s. „Johan de Witt", dat dooi
de regeering is gecharterd en vermoedelijk
een dag later zal 'vertrekken, zal behalve
een aantal gewone passagiers, tevens een
detachement marinetroepen naar Batavia
worden vervoerd.
Op de uitreis wordt Marseille aange-
loopen, waar ongeveer 500 Joodsche emi
granten worden ingescheept, bestemd voor
Australië.
Nadat de passagiers en de marinetroe
pen te Batavia zijn ontscheept, waar de
„Johan de Witt" omstreeks 29 Februari a.s.
verwacht kan worden, zal het schip de
reis naar Australië voortzetten, ten einde
daar de emigranten te debarkeeren.
- De Duitscher? Waar is hij dan? Ik wil
hem dadelijk spreken.
Zij merkten nu mijn aanwezigheid op,
terwijl ik langzaam de trap afdaalde.
Dit is de vertegenwoordiger van de
admiraliteit. En
Professor Brayda is dood, deelde Ik
het tweetal kalm mee.
Het was volkomen stil. De persoon, die
pas gekomen was, scheen opeens te mer
ken, dat hij zijn hoed nog op had en nam
dien haastig af. Dat is ontzettend. Een
groote slag voor Italië.
Tot dusver, zei de man die mij binnen
gelaten- had, hebben wij in dezen oorlog
nog niets gewonnen- Zelfs Bizerta niet.
Alleen bommen.
Kalm aan, onderbrak de ander hem
ernstig. Het staat niet aan u om critiek
uit te oefenen. De vruchten van onze vol
harding zullen we later plukken.Nu betreur
ik alleen den dood van mijn grooten col
lega. Het is een uitzonderlijk gelukkig toe
val, dat tenminste dr. Von Riehl aanwezig
is geweest. Mogelijk
Ik hoorde voetstappen en zag den Duit
scher aankomen. De secretaris deed een
poging zich te beheerschen. Dr. Von
Riehl dr. Pietro van de Universiteit te
Turijn.
Ik ging van de trap af om ruimte te la
ten voor de beide heeren. Beneden kon ik
hun gesprek nog altijd zonder moeite vol
gen.
Een zeer noodlottige avond, dr. Von
Riehl. Dat is de zwaarste aanval geweest
tot dusver.
Dit was nog heelemaai niets, ant
woordde de Duitscher langzaam, nog niets,
vergeleken met hetgeen wij hun zullen
brengen! Ik condoleer u met het verlies
van prof. Brayda.
Ja, het is een zware slEjg. Gelukkig,
dat u er tenminste was. Ik was helaas
verhinderd te komen door den luchtaan
val. De politie was van oordeel, dat het
gevaarlijk was om het hotel uit te gaan.
Dat begrijp ik, zei de Duitscher op
verachtelijken toon, ik begrijp u volko
men. Ik heb ook niet den indruk, dat het
amusant is te midden van een bommen
regen een beetje rond te wandelen.
Wat ik zeggen wou, begon dr. Pietro,
wat betreft dat nieuweeh.gas van
professor Brayda. Hij was nu zoo dicht bij
de oplossing, dat wij natuurlijk moeten
vreezen om het zoo maar eens ruw uit
te drukken dataangezien immers
ook zijn eerste assistent is gedooddat
hij het geheim mee in het graf heeft ge
nomen. Ik zou natuurlijk oogenblikkelijk
hierheen gekomen zijn ondanks het feit,
dat de politie het mij afraadde wanneer
ik er niet zeker van was geweest, dat de
anderen bij professor Brayda waren, en
op de hoogte zouden zijn van wat de pro
fessor had mede te deelen.
De Duitscher nam zijn bril af en begon
de halvemaanvormige glazen op te poet-
sena Hij ademde er op en wreef ze zorg
vuldig schoon.
Ja, natuurlijk. Het is gegaan zooals
professor Brayda het heeft gewild. Ik heb
den indruk gekregen, dat hij, zoodra hij
een paar heldere oogenblikken had, den
wensch te kennen heeft gegeven, dat men
de personen van de conferentie zou roe
pen. Terwijl wij nog wachtten, sprak hij
tegen mij. Ik heb ieder woord opgevangen.
Het idee is eenvoudig schitterend. Eigen
lijk is het geen nieuw gas, maar meer een
verbetering van het traangas. In be
paalde opzichten van groote waarde. Hij
zette zijn bril weer op en schoof de haken
met groote zorg achter zijn ooren. Toen
keek hij over den rand heen weer naar
de aanwezigen. Zijn stem klonk een beetje
schoolmeesterachtig. Tot zoover was
het niet slecht. Maar toen hij bijzonder
heden begon op te noemen, werd het alle
maal onzin. Daar zou geen mensch, zelfs
geen vakman, róeer uit wijs hebben kun
nen worden. Wat kan men beginnen met
de woorden van een stervende, die zich in
zijn droombeelden verwart?
Dat klopt niet, viel de secretaris
met het verbonden hoofd heftig in de
rede. Ik.ik heb jarenlang met pro
fessor Brayda samengewerkt, in ieder ge
val behandelde ik alle zakelijke aangele
genheden voor hem af. Maar ik weet, dat
hij zeer tevreden was over zijn resultaten.
Bovendien heeft u zelf notities gemaakt,
dr. Von Riehl. Als u niets had opgeschre
ven, zou ik het zeker gedaan hebben.
Dr. Von Riehl keek den spreker met
een vijandigen blik aan. Misschien stelt
u er prijs op, de notities te lezen. Hij
haalde een paar strookjes papier uit zijn
zak en wierp ze den secretaris toe, be-
leedigd, omdat deze zijn woorden in twij
fel had getrokken. De secretaris kleurde
en nam de papiertjes aarzelend aan. Zon
der er echter naar te kijken, overhan
digde hij ze aan dr. Pietro. De kleine Ita
liaan hield ze dicht bij het licht en fronste
zijn voorhoofd. Ik vroeg mij af hoe lang
ik dit tooneel nog ongehinderd zou kun
nen gadeslaan. Het werd voor mij de
hoogste tijd om te verdwijnen, maar ik
zou voor niets ter wereld den afloop van
dit gesprek hebben willen missen.
Dit zijndaar kan ik oók niet uit
wijs worden. Dr. Pietro sloeg het eerste
blaadje om. Dit heeft blijkbaar iets
met.met hydro-electrische kracht te
maken.
Dat slaat op iets heel anders, zei de
Duitscher stijf. De 'notities, waar het
om gaat, vindt u op den achterkant.
Aha, ja, natuurlijk. Neemt u mij niet
kwalijk.
Van buiten klonk het geluid van een
sirene, die waarschijnlijk het einde van
den luchtaanval aankondigde.
Dr. Piedro schudde het hoofd. Onbe
grijpelijk. Volkomen onbegrijpelijk. Dit
ja, dit zou een kind bij elkaar gefanta
seerd kunnen hebben. Dat is een ontzet
tende tegenvaller. Gelooft u, dat hij zijn
verstand verloren had en onzin vertélde?
De ander haalde de schouders op.
Dat lijkt mij de eenige verklaring, niet
waar?
De Italiaan beet op zijn duim. Ik
moet nu eerst de weduwe gaan condo-
leeren. En dan moeten we eens kijken,
of ernog iets van het laboratorium te
redden valt. Je kunt nooit weten
Heeft u het gezien?, vroeg de secre
taris.
Nee. Is het heelemaai verwoest?
Maar hij moet van zijn onderzoekingen
toch aanteekeningen hebben gehouden, uit
voerige aanteekeningen zelfs.
Ik denk niet, dat die nog te vinden
zijn. Het was een voltreffer.
In ieder geval moeten we het pro-
beeren. Misschien kunnen we nu licht
aansteken. Morgen vroeg moeten we dan
zijn privé papieren doorzien. Misschien
hebben we daar iets aan. Het is oneindig
jammer, dr. Von Riehl. Ik geloof, dat deze
uitvinding heel wat waard zou zijn ge
weest.
Dr. Von Riehl ging de trap af. In elk
geval had hij een mededeeling op de lip
pen. Het is een ongelukkig toeval, dat hij
die niet heeft kunnen uiten.
Ik sloop het huis uit, ongemerkt, alsof
ik dadelijk weer terug zou komen. Het
zou onvoorzichtig zijn geweest langer te
blijven en ik voelde er niets voor, in aller
lei vragen verwikkeld te worden.
Op één punt had ik geen geluk gehad,
namelijk, dat ik niet een kwartier eerder
ten tooneele verschenen was. Dan zou ik
het meeste van hetgeen dr. Von Riehl ge
hoord had, eveneens hebben kunnen ver
nemen. In dat geval zou ik beter hebben
kunnen beoordeelen, in hoeverre de Duit
scher gelogen had.
Want dat hij loog, daarvan was ik
overtuigd, om twee redenen. Ten eerste
had hij de aanteekeningen uit een ande
ren zak gehaald, dan waarin hij zijn
eigen notitieblaadjes had gestoken. En
bovendien was de geest van den profes
sor weliswaar verward geweest door den
naderenden dood, maai- de stervende man
had begrijpelijk genoeg gesproken om iets
te kunnen aanduiden van de quintessence
van hetgeen hij Von Riehl moest hebben
vex-teld. Dat kon geen onzin geweest zijn.
HOOFDSTUK XI.
Als de gedachten overbelast zijn, heeft
men de neiging zich sterk bezig te hou
den met dingen, die nog in de toekomst
liggen en men doet hetgeen op hetzelfde
oogenblik nóódig is, óf heelemaai niet of
min of meer instinctmatig, wat niet altijd
verstandig en voorzichtig is.
In mijn geval zat het zoo: ik zou op de
veiligste manier en zoo vlug als het maar
mogelijk was, met Andrews en Dwight in
contact moeten komen om hen in te lich
ten over deze onvoorziene wending, waar
door onze plannen natuurlijk volkomen
omver waren geworpen. Als men de zaak
goed bekeek, waren onze plannen even
zeer verwoest als het laboratorium.
(Wordt vervolgcü.