Tante Els
Oud-wethouder van Zandvoort
voor het Tribunaal
Haarlem wordt ingeschakeld in algemeen
tooneelplan
J
Pluimvee-tentoonstelling in Haarlem
Nacht-Express
Zaterdag 11 Januari 1947
IJ MUIDER COURANT
Vrijdagmorgen stond de 61-jarige dr. K.
A. H. G. uit Zandvoort voor de zesde
Kamer van het Iiaarlemsche Tribunaal
terecht.
Dr. G. was van Maart 1942 tot Juni 1944
sympathiseerend en daarna tot de bevrij
ding gewoon lid van de N.S.B. geweest,
en was van September 1943 ai; als wethou
der van Zandvoort opgetreden.
Als bijkomende feiten waren hem het
lidmaatschap van den Nederlandséhen
Volksdienst en van het Medisch front, een
abonnement op het weekblad ..De Daad'
en een radiovergunning ten laste gelegd.
Verdachte verklaarde, dat hij in 1942 in
zag, dat Duitschland den oorlog ging ver
liezen, hetgeen volgens hem de economi
sche ondergang van Nederland en de over-
heersching van het communisme zou be-
teekenen. Ten aanzien van het laatste punt
was zijn meening niet veranderd, hetgeen
de president, mr A- G. A. H. Roeffen deed
opmerken: „Och kom, voor en in den oor
log toonde u geen inzicht in de ontwikke
ling van het nationaal-socialisme en nu
zoudt u het wel hebben, in de toekomst
van het communisme".
Dr. G. had blijkens zijn uitlatingen al
tijd „op een eiland" gewoond en dan ook
niets geweten van het verzet der Neder -
landsche artsen. Hij dacht dat het Medisch
front een voortzetting was van de Maat
schappij ter bevordering van de genees
kunde.
Zijn wethouderschap meende hij te kun
nen rechtvaardigen door zijn zorg voor de
voedselvoorziening en de geëvacueerde
dorpsgenooten.
Mevrouw G. verklaarde nog, dat haar
man niet in de gelegenheid was geweest
naar de Engelsche radio te luisteren, daar«
het toestel op Hilversum afgesteld was.
Oud-illegalen, die bij hem' kwamen, zou
hij steeds geholpen hebben, hetgeen mr.
N.S.B.-Burgemeesfer van
Heiloo in vrijheid gesfeld
Voor het Alkmaarsche tribunaal heeft de
voormalige N.S.B.-burgemeester van Heiloo,
de oud-Haarlemmer C. S. terechtgestaan.wien
behalve het lidmaatschap van N.S.B. en W.A.
ten laste was gelegd het vorderen van rijwie
len ten behoeve van de Duitsche weermacht
en medewerking met den S.D. bij het-opspo-
ren van de daders van overvallen op distribu
tiekantoor en raadhuis te Heiloo. Als getui
gen werden drie S.D.'ers gehoord, waarbij
bleek, dat S. den S.D. niet van deze over
vallen op de hoogte had gebracht. Dit had
de politie te Heiloo gedaan. De tasch, die een
der daders bij zijn vlucht had achtergelaten,
werd ook niet, zooals aanvankelijk gedacht
.werd, door S., doch door de politie zij het
na overleg met de illegaliteit aan den S.D.
overhandigd. De burgemeester had wel deel
genomen aan'de achtervolging van de daders,
cLrect na den overval, doch half Heiloo had
dit gedaan, zij het zonder eenig resultaat.
Daar de daders alleen 8000 aan geld had
den meegenomen, was S. in de veronderstel
ling, dat het een roofoverval betrof, welke
niets raet de illegaliteit te maken had.
Voorts werd S. ervan verdacht, dat hij den
S.D. eenige adressen had opgegeven, waar de
S.D. de boel kort en klein kwam slaan als
repressaille voor een aanslag op de spoorlijn
tusschen Limmen en Heiloo. Hij bleek echter
dien dag afwezig te zijn geweest.
Er werd veel materiaal tei zitting aange
voerd, waaruit bleek, dat bet bewind van S.
geen schrikbewind was. Hij hielp onderdui
kers en Joden, had zelf onderduikers en hielp
waar hij helpen kon, om zijn ingezetenen te
sparen voor de Duitschers, waar hij geen
vriend van was. Toen Heiloo 5000 boete
moest betalen, hield hij dit tegen tot het na
„Dollen Dinsdag" in het vergeetboek raakte.
Met de politie rekende hij zelfs een Duitscher
in, die een schaap uit de wei had gestolen.
Het tribunaal deed meteen uitspraak en be
paalde de interneering gelijk aan den tijd van
detentie. Voorts werd S. ontzet uit de beide
kiesrechten en uit het recht eenig ambt te be-
Meeden. Hij kreeg meteen zijn vrijheid, waar
van hij gebruik maakte door zijn vrouw een
klinkende zoen te geven. De publieke tribune,
die vol Heilooërs was, applaudisseerde.
Te duur geitenvleesch
De Prijsbeheersching maakt het publiek
er op attent, dat geitenvleesch dat vrij ver
kocht mag worden, veelal, ook door bona
fide slagers te duur wordt verkocht. De
prijs die berekend mag worden is gelijk
aan den officieel vastgestelden prijs van
schapenvleesch. De prijsbeheersching ves
tigt er de aandacht der slagers op, dat bij
eventueele overtreding proces-verbaal zal
worden bpgemaakt.
Britsch-Amerikaansche delegatie
komt naar Den Haag
Op 23 Januari a.s. zal een gemengde
Engelsch-Amerikaansche delegatie naar
Den Haag komen voor het voeren van be
sprekingen met het directoraat voor de
Buitenlandsche Economische Betrekkingen.
Het doel van deze besprekingen is een re
geling te treffen voor het handelsverkeer
tusschen Nederland en de Engelsch-Ameri
kaansche zóne in Duitschland.
Roeffen verwonderd deed uitroepen: „En
ik dacht, dat u met niemand contact had!"
In zijn conclusie zei de president van het
Tribunaal, dat we hier met een „a-prioris-
tischen" N.S-B.'er te doen hadden, die door
zijn ontwikkeling en maatschappelijke po
sitie in Zandvoort veel slechten invloed
heeft gehad. Het zou moeilijk zijn een
strafmaat te bepalen, omdat de keuze uit
de middelen daartoe betrekkelijk gering
is. Dr. G. was van 10 Mei 1945 tot 10 Aug.
1946 geïnterneerd en heeft sedert korten
tijd zijn praktijk hervat.
Uitspraak over 14 dagen.
Op Sumatra:
Hervatting verwacht
- der onderhandelingen
Onze speciale verslaggever seint uit Medan
Woensdag maakte ik een aanval mee op
het Nederlandsch convooi uit Belawan
naar Medan. Het was de eerstè aanval op
dien weg na twee weken van rust. Het
convooi viel ongeveer halverwege Bela
wan en Medan in een hinderlaag en werd
verrast door een hevig geweer- en mitrail-
leurvuur van beide kanten van den weg.
Een soldaat in een vooroprijdende pantser
auto werd op slag gedood. Twee mannen
werden gewond, onder wie de luitenant-
convooi-commandant. De Nederlandsche
troepen antwoordden met zwaar vuur. De
Indonesische verliezen zijn uiteraard on
bekend, daar de aanvallers tusschen het
struikgewas en de boomen verdekt ston
den opgesteld. Ik verneem inmiddels, dal
de Republikeinsche gouverneur van Suma
tra, Teukoe Hassan, verzocht heeft de be
sprekingen te hei-openen. Dit verzoek uit
Siantar behelsde tevens een suggestie in
zake wijziging van de Indonesische dele
gatie, welke inderdaad een noodzakelijke
voorwaarde is, daar kolonel Sitompoel na
zijn woordbreuk voor de Nederlanders niet
langer acceptabel is. De Nederlanders ant
woordden bereid te zijn de onderhande
lingen te hervatten, mits werd voldaan aan
zekere voorwaarden, waaronder hervatting
van den watertoevoer naar Medan.
Prijsvraag van Teyler
Directeuren van Teylers Stichting en de
leden van Teylers Tweede Genootschap
hebben de volgende prijsvraag uitgeschre
ven: „Door welke politieke, sociaal-econo
mische, ideologische en persoonlijke facto
ren in binden- en buitenland heeft,
de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij
in Nederland zich van een Marxistische
klassepartij tot een nationale volkspartij
ontwikkeld?"
De antwoorden moeten worden ingezon
den uiterlijk 1 Januari 1949. De prijs voor
het best en voldoend antwoord bestaat in
een gouden eerepenning; of f 400
Senatoren dringen aan op
herstel der visschersliaven
Aan het eindverslag der Eerste Kamer van
de commissie van rapporteurs over het ont
werp van wet tot vaststelling van de begroo
ting van het Staatsvisschershavenbedvijf tc
IJmuiden voor het dienstjaar 1947 is het vol
gende ontleend:
Bij de overweging van dit wetsontwerp in
de afdeelingen uitten enkele leden klachten
over onvolkomenheden van de Visschershaven
te IJmuiden, waardoor het vissdherij'bedrijf
ernstige bezwaren ondervindt. Zoo is, nu één
van de twee" dokken, die er vroeger waren,
door oorlogshandelingen is vernield, de repa
ratie-mogelijkheid dermate beperkt.dat steeds
veel schepen liggen te wachten op herstelling,
waardoor stagnatie in het bedrijf optreedt.
Voorts is ook de kraan van de haven nog niet
hersteld en worden de hijschwerkön door ge
huurde krachten verricht. Hierdoor kwamen
ongelukken voor, zelfs met doodelijken afloop.
Tenslotte is er een tekort aan ligplaats voor
de schepen, daar de kademuur nog niet vol
doende is gerepareerd. De vraag wordt gesteld
of spoedig verbetering in dezen toestand is
te verwachten.
Import van Noorsche haring
Wegens den zeer geringen haringvoor-
raad is in een te 's-Gravenhage gehouden
vergadering van de stichting Gemeen
schappelijke Noorsche Haringimport be
sloten, zoo mogelijk haring in Noorwegen
aan te koopen. Deze aangelegenheid is
in handen gegeven van de sectie Import
van gezouten haring der stichting Ge
meenschappelijke Verzorging Visch-im-
port. Hiertoe is op deze vergadering een
commissie samengesteld, bestaande uit im
porteurs van Noorsche haring en agenten
van Noorsche huizen. In deze commissie
hebben zitting de heeren B. Dekker,
IJmuiden, voorzitter, C. Admiraal, Noord-
wijk, G. C. Meij, Monnikendam, H. van
Toor Czn., Vlaardingen en J. van de
Zwan, Scheveningeni
MARKTBERICHT VAN VRIJDAG
Aangevoerd werden 400 kisten versche visch
en 31 kisten haring.
Besommingen: KW 31 f5076, KW 80 f4153, KW
28 f 4660, KW 64 f 4360.
Kotters: UM 276 f 2320, IJM 270 f 105, UK
60 367.
B. en W. van Haarlem zullen binnenkort
een voorstel tot het verleenen van een sub
sidie aan de tooneelgroep „Comedia" bij den
raad indienen.
Wanneer dit voorstel aanvaard wordt, zal
Haarlem ingeschakeld worden in het alge
meen tooneelplan van het Centraal Coördina
tiebureau voor het tooneel. Dit is een semi-
ovei'heidsinslelling, die het contact onder
houdt tusschen de gezelschappen van de
Stichting Amsterdamsch-Rotterdamsoh too
neel (in de wandeling START genoemd), het
Residentietooneel en Comedia eenerzijds en
de steden Amsterdam, Rotterdam en Den
Iiaag anderzijds. Ook met het Nederlandsch
Volkstooneeï wordt nauw contact onderhou
den, Het departement van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen heeft er op aange
drongen, dat de steden Haarlem en Utrecht
zich 'bij dit bureau zullen aansluiten en de
tooneelgroep „Comedia" gezamenlijk zullen
subsidieeren. Met de gemeente Utrecht wordt
nog onderhandeld. Gaat ook deze 6tad met
het project accoord. dan zal het Rijk „Come
dia" steunen met een bedrag, dat gelijk is
aan dat van Haarlem en Utrecht tezarrien.
„Geleid tooneel'
Het groote voordeel van dit tooneelplan
een uitwerking van het algemeen saneerings-
plan voor het tooneel, zooals dat tijdens de
bezetting door de afdeeling Tooneel van de
Nederlandsche federatie van beroepsvereeni-
gingen van kunstenaars ontworpen werd
is, dat de gemeente Haarlem door één gezel
schap te subsidieeren recht verkrijgt op het
repertoire van de overige aangesloten, ensem
bles. Het zal dan niet meer voorkomen, dat
Haarlem van een „Gijsbrechf'-opvoering
verstoken blijft, zooals thans reeds twee jaar
het geval is.
Subsidie gerechtvaardigd.
Bovendien, zoo werd ons van de zijde van
het gemeentebestuur verzekerd, zou het on
redelijk zijn de gezelschappen noodlijdend te
laten, hoewel de gemeente belangrijke bedra
gen aan vermakelijkheidsbelasting incasseert.
Ook de exploitatie van den Stadsschouwburg,
die sedert September weer voor rekening van
de gemeente geschiedt, is winstgevend.
Tot welk bedrag de subsidie verleend zou
worden, kon men ons nog niet mededeelen.
Het ligt niet in de bedoeling om. zooals in
de drie grootste steden het geval is. een
stichting te vormen die een tooneelgezelschap
in vasten dienst heeft. Dan zou de praktijk
worden, dat de gemeente alle tekorten voor
haar rekening moest nemen.
Zeegat van Texel
In een bericht aan de zeevarenden wordt
er op gewezen, dat het licht van Kijkduin
met ingang van 13 Januari verandert in
een groepschitt'erlicht, toonende elke 20
sec. een groep van vier schitteringen.
VOLKSONDERWIJS EN ONDERWIJS-
BEVREDIGING.
Aan het eind van deze maand zal Mr.
A. de Roos, wethouder van onderwijs te
Amsterdam, vooraanstaand figuur in on
derwijskringen en in de Partij van den
Arbeid, voor de afdeeling Velsen-IJmui-
den van Volksonderwijs een lezing houden
over: Onderwijsbevrediging.
Het hoekje van
Haarlem, 10 Januari 1947.
Vrijdag is in de zalen van het Haar-
lemsche Concertgebouw door burgemeester
M. A. Reinalda een groote pluimveetentoon
stelling geopend, die vandaag en Zondag voor
het publiek te bezichtigen zal zijn.
Willyéén der wollige mededingers in den
konijnen-schoonheidswedstrijd, is vermoe
delijk liever bij de kleine vrouw dan in het
nauwe tentoonstellingshokje. Of zou het de
gewichtigheid van het poseeren zijn, dat
zijn zenuwachtig snuffelneusje even stil
houdt?
De rustige tuinz'aal, waar postduiven uit
alle streken van Nederland den liefhebber
zullen aantrekken niet in het minst degens
den grooten opbloei, dien deze tak van sport
na de knauwende bezettingsjaren weer heeft
genomen herbergt de ruim 800 gevederde
vrienden van de Sportfokkersvereeniging
„Haerlem". welke, in samenwerking met de
Haarlemsche afdeeling van den Nederland
schen Bond van Postduivenhouders, de orga
nisatie van dit gedeelte op zich nam. De
groote zaal huisvest tijdelijk het veel rumoe
riger hanen- en kippenvojkje, dat geflankeerd
\yordt door Zijne Majesteit het Konijn.
Over de geheele linie is prachtig materiaal
te bewonderen: de inzending van de juist
25-jarige zilverkonijnen-fokkersvereeniging
„De Zilverclub" slaat een bij uitstek goed
figuur. Maar ook de Fransche Iangooren, de
Vlaamsche reuzen en de vele papillons (een
beestje met een zwarten streep op zijn witten
rug en verspreide stippen op de flanken) plaat
sten de keurmeesters vaak voor een moeilijke
taak. De Fransche Rex-konijnen, waarvan
verteld wordt, dat een abt ze, zonder het
beslist te willen, tot ras verhief; de mollige
Lotharingers en de kleinere rassen onder de
bijna 700 Iangooren toonen, dat de Neder
landsche konijnenliefhebber nog steeds op
veredeling van zijn dieren uit is.
Kraaiende hanen en hun tevreden
eega's, waaronder de zuiverste oud-
Nederlandsche soorten te bewonderen
zijn, naast eenige voortreffelijke kuif-
hoenders, dragen er het hunne toe bij,
deze tentoonstelling tot een eerste-rangs
pluimvee-gebeurtenis' te maken.
Voorts is ook de kleine inzending sierdui-
ven de moeite van een bezoek waard: doffers,
die geheel te uwen gerieve hun krop al koe
rend opzetten en het eenige Nederlandsche
exemplaar van de blauwe „Horseman" zijn
de snufjes, die vele kenners-oogen zullen
doen glinsteren. Vermeldenswaard is tenslotte
een volière met sierduiven, die aehter in de
zaal een plaatsje gevonden heeft.
In Thalia draait de film „Hoe langer
hoe gekker", een rolprent in vier.bedrij
ven waarin Oliver Hardy en Stan Laurel
de hoofdrollen vervullen. Het was in 1930,
toen „Ollie" besloot te gaan trouwen. Stan
was zoo jaloersch op Ollie's geluk, dat
ook hij in 't huwelijksbootje stapte. Maar
hij kwam hopeloos onder de plak!
Ollie werd een gezeten burger en ging
in de politiek, maar een andere vrouw
gooide roet in het eten. In het 'vierde be
drijf beleven zij weer een nieuw avontuur
en worden ze de juistheid van het spreek
woord: ondank is 's werelds loon, terdege
gewaar, hoewel Stan een belooning van
1000 krijgt.
Rex brengt: „De patiënt verdwijnt".
James Mason, Mary Clare en andere spe
len de hoofdrollen. De eerste in de rol
van-Mick Cardby,, een ondernemend jong-
mensch, oefent het avontuurlijke en ge
vaarlijke beroep van privé-detective uit.
Zijn vader is hoofdinspecteur van Scot
land Yard. Er is een politie-agent ver
moord in Hyde Park en deze ontdekking
brengt Mick in contact met Lord Morne,
wiens dochter Lena door een bende afper
sers is ontvoerd. Lord Morne belooft Mick
1000 pond als hij Lena levend in handen
krijgt. Hoe dit gevaarlijke werk verloopt
en of hij slaagt verklappen wij niet. Wij
volstaan met te vertellen dat Mick zelf
op het nippertje wordt gered. Het is een
film vol spannende avonturen.
Agenda voor Veisen
en IJmnidee
ZATERDAG 11 JANUARI.
Thalia: 7 en 9.15 u.: Hoe langer hoe
gekker.
Rex: 8 uur: De patiënt verdwijnt.
De Pont: 8 uur: Het schot achter de
coulissen.
Patronaat: 8 uur: Mandolineclub Ex
celsior.
ZONDAG 12 JANUARI.
Thalia: 2.30. 4.30, 7 en 9.15 uur: Hoe
langer hoe gekker.
Rex: 3, 5 en 8 uur: De patiënt ver
dwijnt.
De Pont: 2.30, 5 en 8 uur: Het schot
achter, de coulissen.
Beste Kinderen!
We zullen dan maar weer beginnen met
een aantal schrijvers en schrijfsters uit
Velsen te beantwoorden. Ik heb het kunnen
merken, hoor, dat er geschaatst werd: de
stapel briefjes ivas dit keer niet zoo dik als
de vorige.
ROOVER schreef tenminste, dat hij hem
de hele Woensdagmiddag „van katoen" ge
geven had. Op schaatsen toch zeker? An
ders zou ik haast bang worden, om naar
IJmuiden te komen met zo'n gevaarlijk
heerschap in de buurt!
De vorige leeer hadden we het over de
vogels en hun zorgen, om aan eten en
drinken te tiomen in deze barre tijd.
GERANIUM uit IJmuiden vertelt, dat ze
in haar tuintje wel vijftig mussen bij
elkaar had, maar dat de spreeuwen hen
wegjoegen. Het waren net kwajongens, die
spreeuwen en ze schrokten elk net zoveel
als wel drie mussen.... Als ik jou was,
zou ik maar oppassen Geraniumpje, je
hebt zo wéér een kou te pakken met dat
mistige weer!
ANNIE G. uit Santpoort heeft me de
oplossingen van de zinnen uit het vorige
kinderhoekje toegestuurd. Ik kon wel mer
ken, dat het raadsel moeilijker was dan de
voorgaande keren: Annie zal de volgende
week zien, dat ze vier plaatsnamen over
het hoofd gezien heeft!
ZONNEBLOEM uit IJmuiden-Oost
vraagt me of ik hem aan een gedicht kan
helpen, wat hij zou kunnen opzeggen op
zijn zusters trouwdag. Ik ben voor je aan
het -zoeken, hoor, maar je moet even ge
duld hebben, zodra ik iets vind, wat me
geschikt lijkt, zal ik het je toesturen.
En dan kreeg ik nog een heel aardig
verhaaltje van KUUK, ook uit IJmuiden-
Oost, wat ik met pleizier gelezen heb. Ze
vertelt van een meisje, Pommie geheten,
die op de ochtend van haar verjaardag
precies de dingen van haar ouders kreeg,
die ze zo graag had willen hebben: een
mooie pop en een fijn sprookjesboek! Wat
een bofferd, die Pommie, ik hoop dat jij.
het ook zo treft als je jarig bent, Kuuk!
Verschillende kleine lezers en lezeressen
van de IJmuider Courant vroegen me, of ze
hun briefjes ook aan den bezorger van de
krant mogen meegeven. Natuurlijk mag
dat, maar dan moet je er duidelijk op zet
ten, dat ze voor Tante Els zijn, anders
komen de briefjes niet terecht.
De vraag van WINNETOU uit Velsen-
Noord, waarom cokes zo dof ziet en steen
kool glinstert, moet ik tot mijn spijt tot de
volgende week laten liggen, want ik zie dat
ik al weer een heel eind geschreven heb en
nodig moet stoppen, want er moet ook nog
wat ruimte over blijven voor een verhaal.
Maar uitstel wordt geen afstel, hoor Opper
hoofd! Tot de volgende week
TANTE ELS.
Joekel en Minet
sluiten vrede
De troon van Minet de poes in het huis
van de familie Wemel wankelde de laatste
dagen bedenkelijk. Vijf jaar lang waren
alle lekkere beetjes voor haar geweest en
vijf jaar lang was het altijd „Minetje. kom
maar", wanneer de vrouw 's avonds bij de
kachel ging fitten lezen. En dan rolde
Minet zich op de schoot vatf de vrouw in
elkaar, staart voor haar snoetje, en spon
ze tevreden een knorrend wijsje.
Toen zei de baas op een keer: „Zeg Lies,
we moeten een hond hebben, die saaie kat
is nou wel erg lief, maar je kunt nooit eens
met hem pratenMinet had het wel
gehoord en onder tafel voelde ze haar nek
haren al een beetje gaan staan van boos
heid. Had ze niet vijf lange jaren alle mui
zen uit het huis gehouden? Ondankbare
wezens hoor, die mensen! Gelukkig kwam
het vrouwtje voor Minet op: „Ik vind het.
best, als je maar weet, dat de poes dan tóch
blijft!" Waarop de baas weer antwoordde,
dat het hele huis zou worden afgebroken:
„stel je voor," een kat en een hond
Na veel heen en weer gepraat kwam
eindelijk Joekel in huis en Minet mocht
blijven. Joekel was een zwart, vreselijk
eigenwijs hondebeest van één turf hoog en
direct merkte Minet, dat haar koninkrijk
met zijn komst zo goed als uit was. De hele
dag Joekel voor en Joekel na en Minet kon
toekijken. Als ze dat gedierte voor haar
nagels kreeg, in een onbewaakt ogenblik,
dan zou het er van lusten!
Het onbewaakte ogenblik kwam. Op een
avond, toen de baas en de vrouw samen
uit waren en Joekel in zijn mandje lag te
slapen bij de kachel, kraakte opeens de
deur en met een dikke staart kwam Minet
aanwandelen, heel bedaard, maar met een
paar ogen, die niet veel vrolijks voor
spelden.
Met één oog zag de hond zijn huisgenoot
naderen. Toen hij ook het tweede over de
rand van liet mandje liet kijken,, stond
Minet voor hém en zei: „Als je niet meteen,
maakt, dat je het huis uit komt, zal ik je
toch een haal over je neus geven, dat je
morgen nog sterretjes ziet!" Joekel liet zich
echter niet zomaar overbluffen en ant
woordde onverschillig: „Maak je niet dik,
ik zou je wel eens willen zien, wanneer
ik met m'n tanden begon.
Juist wilde Minet haar bedreiging gaan
uitvoeren toen op de gang een vreemd ge
luid de oren van de twee dieren deed spit
sen. De ruzie was even vergeten en Joekel
fluisterde: „Da's vast niet pluis" en meteen
wipte hij al zijn mandje uit en trippelde
naar de deur, die nog op een kier stond.
Minet, die zoals alle poesen, nieuwsgierig
was, liep haar vijand achterna, maar voor
ze op de gang kwam, hoorde ze aan het
kabaal, dat er iets gaande moest zijn.
Joekel blafte schel en er tussen door klonk
een zenuwachtige mannenstem, daarna het
geluid van een tafeltje, dat omviel en
toen weer de stem, schreeuwend: „Zo, nou
heb ik je, lelijk ondier!" Minet draafde
de gang op en zag al gauw, dat een man
Joekel bij zijn nekvel in de hoogte hield,
terwijl het hondje verwoede pogingen
deed, om hem in de hand te bijten. De kat
bedacht zich niet lang, hiaar sprong den
inbreker op de rug, die Joekel van schrik
en pijn misschien ook wel liet vallen,
waarop deze zijn aanvallen direct weer
inzette.
Door het lawaai waren de buren ge
waarschuwd, en de indringer maakte dat
hij wegkwam. Later vertelden de buren
aan den baas en de vrouw hoe ze Minet en
Joekel schreeuwend en blaffend hadden
aangetroffen en hoe de inbreker het hazen
pad moest kiezen.
„Vind je nu Minetje nog steeds een saaie
kat?" wilde het vrouwtje die avond van
den baas weten. En het antwoord deed de
poes glimmen van trots, want het luidde:
Jk zou dat beest evenmin willen missen
als de hond!"
Minet en Joekel kregen hun beloning,
zoals je op het plaatje ziet. Moet ik er nog
bij vertellen, dat sinds die avond Minet
nooit meer geprobeerd heeft, Joekel een
haal over zijn neus te geven? Beter nog,
ze slapen nu broederlijk in hetzelfde
mandje en overdag zijn ze haast onafschei
delijk. Behalve natuurlijk, wanneer Joekel
met den baas gaat wandelen, maar dan zit
Minet hem op de vensterbank op te wach
ten.
Voor jonge hersens
De oplossing van het raadsel van 28 De
cember van het vorige jaar luidt:
a, ka, tak, krat, raket, karpet, kater, trek,
rek, er, r.
Dat was niet zo makkelijk, dunkt me!
Hier is een nieuw raadsel, waar je ook nog
al wat moeite mee zult hebben:
X
X
X
X
X
le rij: hierin maakt Moeder de zomer
groente klaar.
2e muziekapparaat.
3e armoede.
4e wat geweest is.
5e gevaarlijk 'dier, tdat in de inge
wanden leel't.
6e zet je op een brief.
Wanneer de woorden goed worden in
gevuld, komt er van boven naar beneden
op de twee rijen kruisjes een bekend
spreekwoord van elf letters te voorschijn
Probeer het maar eens!
FEUILLETON
Roman door Winston Graham
Vertaald door Alice van Iterson
22)
Het kon natuurlijk zijn, dat er toch nog 'n
soort conferentie zou worden gehouden,
maar dat zou dan maar een flauwe af
schaduwing zijn van Jnetgeen de bedoe
ling was geweest. Aangezien echter het
geheim met professor Brayda ten onder
was gegaan en ook de eerste assistent van
den geleerde niet meer tot de levenden
behoorde, had het absoluut geen doel, dat
ik nog naar die conferentie ging, al zou
er dan, tegen de verwachtingen van den
secretaris in, t'och nog iets van de onder
zoekingen van den gestorven professor
aan den dag worden gebracht. Deze
mogelijkheid was het eenige, wat mij nog
in Milaan kon doen blijven.
Toen ik daarover dacht, vond ik het
't beste naai- mijn hotel terug te keeren.
Tenslotte had ik daar in een officiëele
aangelegenheid mijn kwartier betrokken
en het leek dus alles in de beste orde,
als ik er bleef, tot de situatie wat duide
lijk werd. Je kon tenslotte maar niet hals
over kop er van door gaan.
Als ik de zaak beter had overlegd, zou
ik zeker anders gehandeld hebben. Want
tenslotte moest ik toch tot de ontdekking
komen, dat ik mij door den tocht gedu
rende den luchtaanval geheel bevrijd had
van zijn achtervolging. Maar die zou
zeker weer beginnen, zoodra ik voet in
het hotel zette.
Ik was echter "ondertusschen zoozeer
bezig met hetgeen zich inmiddels had af-
jespeeld, dat deze gedachte niet eerder
bij mij opkwam, dan toen ik mij reeds
eenigen tijd in mijn kamer bevond. Ik
had geen zin meer in slapen. Ik was niet
gerust over het gedrag van Von Riehl.
Maar plotseling viel het mij in, hoe dom
ik had gehandeld door terug te keeren.
Die. twee dingen hingen eigenlijk heel
nauw samen: Von Riehl en mijn terug
keerIk ging naar het raam en hoopte,
dat misschien.
Er" was niets verdachts te zien. Mis
schien kon ik dus tóch nog ontkomen!
Ik ging naar het balcon en keek naar
beneden, de straat in. Betrekkelijk dicht
onder mij stond een groote, plompe ge
stalte met een deukhoed op en een regen
jas acfn, Ik herkende den man, die er
dien nacht al had gestaan
Nu begon ik in mijn kamer op en neer
te loopen, want ik wilde probeeren het
gevaar van mijn positie en de noodlottige
mogelijkheden van die stille figuur daar
buiten te vergeten, terwijl ik de situatie
uit een rustiger oogpunt bekeek. Het was
vier uur. Ik had nu vier mogelijkheden:
Ten eerste zou ik naai- Venetië kunnen
fcelefoneeren en om instructies vragen;
ten tweede kon ik met. den trein naar
Venetië terug gaan en zelf mijn berich
ten overbrengen; ten derde kon ik rustig
hier, blijven en afwachten, hoe de zaak zich
ontwikkelde; en tenslotte kon ik probee
ren met Lorenzo Co. in contact te
komen. Het tweede middel bleek niet te
verwezenlijken, maar mijn beide superi
euren dienzelfden middag ongetwijfeld
naar Milaan zouden komen, en de derde
mogelijkheid verwiep ik, daar het im
mers heel goed mogelijk was, dat kapitein
Bonini heelemaal niet zou aankomen.
Maar het was in de hoogste mate be
langrijk, dat Andrews en Dwight zoo snel
mogelijk wisten van de veranderde om
standigheden. Het idee, om den mode
winkel te gaan opzoeken, was heel goed
geweest, want dan had ik de rest aan
mijn twee collega's kunnen overlaten.
Maar ik voelde er niet veel voor, iemand
naar dat adres te lokken, die er wel eens
een onaangenaam gebruik van zou kun
nen maken. Als ik toch maar kon tele-
foneeren, en er dan zeker van zijn, dat
het gesprek niet afgeluisterd werd
Om twintig minuten over vijf verliet ik
het hotel met een koffertje in de hand en
tegen de vermoeide vrouw bij de portiers
loge- zei ik, dat ik weggeroepen was,
maar beslist dien avond weer terug zou
komen. De kamers voor kapitein Bonini
moesten nog' gereserveerd blijven. Zij
hief haar zware, gezwollen oogleden op.
En de rekening?
Dat komt wel in orde, als wij ver
trekken. We zijn hier namelijk met een
opdracht van de regeering.
Ik ging naar het Noorden van de stad,
waar het station lag. De maan ging snel
onder en het was donkerder dan eerst.
De trams reden niet voor zes uur, en dus
deed ïk te voet dezen tocht. Als mij van
de zijde van mijn „begeleiding" als ik
tenminste inderdhad gevolgd werd ge
vaar dreigde, dan was die eerder later
te vreezen dan nu. Ofschoon de toestand
zich gedurende dezen 'nacht met enorme
snelheid had ontwikkeld, zou de tegen
partij, die zich zoo lang op den achter
grond had gehouden, zich waarschijnlijk
niet tot overhaast handelen laten ver
leiden.
Ik voelde mij iets hoopvoller gestemd
dan den vorigen avond; ik had nu meer
vertrouwen in dit verstoppertje-spelen.
Toch maakte ik er mij geen enkele illusie
over, dat ik niet nog steeds op een soort
kruitvat zat; maar de vooruitzichten om
er heelhuids vandaan te komen, schenen
mij minder slecht. En overigens telden in
een wereld, waar het leven zoo weinig
waard was en de kansen zoo gering wa
ren, persoonlijke belangen in het geheel
niet mee.
Ik besefte al gauw, dat mijn verbeel
ding mij den vorigen avond geen parten
had gespeeld Het was alsof al mijn zin
tuigen gespannen en op hun hoede waren.
Bovendien was het 's morgens zoo vroeg
in de verlaten straten niet moeilijk om er
achter te komen dat ik gevolgd werd.
Wat mij voornamelijk verontrustte was
het feit, dat het ook nu weer twee per
sonen waren. Het haalde in ieder geval
een streep door mijn oorspronkelijke
plannen.
Na eenige minuten dook de reusachtige
marmeren gevel van het „Stazione Cen
trale" voor my op. Ik ging de trappen
op en betrad de enorme hal met de
loketjes. Gewoonlijk leek het hier op een
reusachtige bijenkorf, maar nu was het
er bijna leeg. Ik vroeg naar den eersten
trein naar Venetië en hoorde, dat die om
twintig minuten over zessen zou vertrek
ken. Dat kwam prachtig uit. Daarop
kocht ik een kaartje en gaf mijn bagage
aan een kruier. Een beambte knipte mijn
kaartje en keek op- de klok.
Perron een en twintig. De trein kan
ieder oogenblik binnenkomen.
Onderweg hield ik even stil om een
tijdschrift te koopen. Voor het eerst kon
ik daardoor de beide mannen, die mij
volgden, in het oog krijgen. Zij waren
beiden nog jong. De eene had het hoekig
gezicht van vele Duitschers, de andere was
mager, bleek en had een haakneus. Men
hoefde ze maar aan te zien om alle hoop,
dat zij misschien niet tot de afdeeling
U.A.-l van de Duitsche Geheime Politie
behoorden, op te geven. De bevestiging
van deze vermoedens bracht mijn, met zoo
veel moeite herwonnen, evenwicht weel
een gevoelige klap toe.
Mij kruier kwam mij halverwege het
perron tegemoet. De trein moet om
tien minuten over zessen binnenkomen,
signore, als
Wacht even, zei ik, ilc heb nog een
telefoongesprek, waar heel veel van af
kan .hangen voor mij. Wacht hier met
dien koffer. Als ik niet terug ben als de
trein vertrekt, breng mijn bagage dan
zelf naar Hotel Colleoni. Vraag maar
naar kapitein Bonini,
Maar dat gaat niet, protesteerde de
man, ilc heb dienst. Dat kunt u toch niet
van mij Verlangen! Toen zag hij opeens
het biljet van vijftig lire, dat ik hem
onder den neus hield. Dank u, meneer,
ik doe het met genoegen.
En vertel aan niemand iets van je
opdracht, vóórdat je het hotel bereikt
hebt, beval ik hem nog.
Nee, signore, ik zal precies doen,
zooals u mij gezegd hebt. Ik zal den kof
fer er zelf heen .brengen.
Ik keerde mij o'm en rende terug over
het perron. Aan het begin stonden de
beide mannen; ze waren bezig van een
meisje druiven te koopen, in cellophaan
verpakt. Zij keken niet op. Tegen den
controleur zei ik, dat ik dadelijk het per
ron af moest en toen bemerkte ik, dat
mijn beide vervolgers uit elkaar gingen.
De man met den haakneus kwam mijn
richting uit.
Dat had ik verwacht. Maar tenslotte
was de tegenstand nog maar gehalveerd
en ik moest er dus nog één zien kwijt te
raken. Ik ging weer de hal binnen en be
gaf mij naar een van de telefooncellen,
die daar naast elkander stonden. Ik vroeg
het nummer van Andrews in Venetië en
kreeg ten antwoord, dat de verbinding
dadelijk tot stand zou komen.
Ik wachtte. Ik meende er wel op te
kunnen rekenen, dat een telefoongesprek
uit een publieke cel zooals deze niet af
geluisterd zou worden en dat de man, die
mij nu volgde daar hij in dit land geen
officiëele betrekking bekleedde er wel
niet in slagen zou van de Centrale in
lichtingen over mijn gesprek te krijgen.
Dit was een .kans, die ik mij niet mocht
laten ontgaan.
Het gesprek kwam door. Aan het an
dere einde van den draad kon ik het onbe
rispelijke vloeiende Italiaansch van den
opgeroepene hooren:
Hallo, met wie?
Signor Bervio?
Ja.
Met Bottari, zei ik, ik spreek uit
Milaan.
Wacht een oogenblik. Er ontstond een
korte pauze. Ja?
We hebben hier een tamelijk ern
stige luchtaanval gehad vannacht, zei ik,
Het gevolg daarvan is, dat de voorge
nomen ontmoeting waarschijnlijk wordt
uitgesteld. De hoofdpersoon is namelijk
uitgeschakeld.
Nu bleef het langer stil. Een oogenblik
had ik het onaangename gevoel, dat ik
nu dadelijk Jane's stem zou hooren. Er
kwam een golf van jaloezie in mij op bij
deze gedachte; het verraste mij bijna.
Hallo, zei ik.
.(Wordt vervolgd).