Urk heeft weer voedsel en brandstof Raden Soekawati bezoekt het Hoogovenbedrijf Oud-garnizoenscommandant van Haarlem voor het Tribunaal Velsen Nacht-Express Dinsdag. 18 Februari 1947 IJMUIDER COURANT Moeilijke tocht van vijftig vrachtauto's over een spiegelgladilen dijk (Van een specialen verslaggever) Zaterdag Is de eerste, welgeslaagde, ondernomen om met volgela den vrachtauto's het geïsoleerde Urk te bereiken. Het waren de menschen van den Hulpverleeningsdienst, die ook dit maal evenals een jaar geleden in het overstroomde Almelo, de helpende band boden. Een hand, waarvoor zij heel wat koude en ontberingen hebben moeten trotseeren. «-dat velen van hen reeds 24 uur achter aan in hun auto hadden gezeten, kwamen ■i teen ongeveer zes uur in het kamp Marknesse, een barakkendorp voor arbei ders in den Noordoostpolder aan. Gedurende korten tijd bestond daar toen «tegenheid om te rusten. Spoedig echter werden de manschappen weer opgeroepen. Het convooi, bestaande uit bijna vijftig iegervrachtwagens, werd geformeerd. Vooraan guig een jeep met Mr. J F. Mijn- itëfï chef van de afdeeling Openbare Orde Veiligheid van het Ministerie van Bin- eenlandsche Zaken, deR heer G. Keyzer, Smeester van Urk en luit.-kol. A. de Roos, commandant van de brigade Htilp- verlèëningstroepen. v Het vertrek Om ongeveer elf uur zette de lange rij auto's zich in beweging. Al spoedig bleek, let welke buitengewoon zware moeilijk heden het transport te kampen zou krijgen. De ijskoude, felle Oostenwind, die over de verlaten vlakten van den polder gierde, had op vele plaatsen de sneeuw opgejaagd, 200 hoog soms, dat de weg er door gebar ricadeerd leek. Doch onze bekwame chauf feurs bleken voor niets te staan. Wij hadden nauwelijks een half uur ge reden toen het ex-eiland reeds in zicht kwam Heel ver, en slechts vaag We zouden nog vele kilometers door sneeuw over on begaanbare wegen moeten worstelen, voor we* het in nood verkeerende dorpje zouden Wij bereiken den dijk. Het duurde tot half een voor wij den IJselmeerdijk, bij Schokkerhaven, bereik ten. Het was duidelijk te zien, dat de Urker bevolking hier den vorigen dag eenige aan dacht aan had besteed. Veilig en wel kwa men alle onderdeelen van ons convooi op den dijk, die echter volkomen onberijdbaar was, iets wat in dergeljjke omstandigheden niet te verwonderen valt voor een dijk die niet de pretentie heeft straat te zijn. Langzaam dus daalden alle auto's af op de laag bazaltblokken en Rotterdamsch puin van 1940, die een soort van horizon taal oppervlak scheen te bieden. De schijn, helaas, bedroog. Het moet ongeveer een zelfde effect hebben wanneer een reuzen- auto over de Alpen rijdt: Nu en dan zonken v;ij bedenkelijk en angstig diep weg in de richtir.g van de witbevroren zee, dan weer scheen het alsof onze wagen behoefte had aan rust en zich behaaglijk tegen den dijk wenschte te vlijen. Plotseling zakte soms een der wielen in een geniepige kuil en zweefden wij meer dan een halven meter boven onze slecht-veerende zetels. Koude. Het was koud. Afschuwelijk en venijnig koud. Geniepig, treiterend blies de wind door wollen ijsmuts en dikke winterjas. Wij rilden en moesten af en toe controleeren of we nog voeten, handen en ooren had den; als we op het gevoel waren afgegaan, hadden wij stellig den indruk gekregen, dat deze lichaamsdeelen ons in den steek had den gelaten. Ongelukken en pech. Toen wij zoo ongeveer twintig minuten langzaam over den dijk hadden voort- gesjokt, werd plotseling een sein gegeven. Wat wij reeds voor ons zelf hadden ge vreesd v/as door een der andere wagens verwerkelijkt: hij was van den „weg" af gegleden en hing nu, gevaarlijk overhel lend, tegen den dijk. Doch na uitgestapt te zijn, kwamen wij plotseling tot een nog veel onplezieriger ontdekking. Het trans port bestond nog uit slecht 23 autos! Bij het afdalen van den dijk, kort nadat wij er met zooveel moeite heelhuids tegen op geklommen waren, had een auto gefaald, een paal geramd en zioh, zonder begrip voor situatie en gevolgen domweg dwars over den weg geplaatst. Dit had tot gevolg dat de tientallen wagens achter deze on willige moesten wachten. De laatsten hunner kwamen eerst twee uur na onzen intocht in Urk aan. Aankomst in Urk. Doch de laatste moeilijkheden waren nog niet achter den rug. Nog eenmaal moes ten we den dijk op, angstig glibberend over een glad paadje om daarna tenslotte vlak voor Urk weer een zelfde soort pad af te moeten dalen. Twee hindernissen, twee moeilijkheden, die weer voor ver scheidene autos te zwaar bleken. Toeb kwam het groote moment: Lang zaam reed het voorste deel van onze lange kolonne het jubelende en vlaggende Urk binnen. Overal stroomden de menschen naar buigen en juichten en wuifden. De toestand was critiek. Uit alles bleek, dat de toestand op Urk critiek was. De menschen waren volkomen door hun aardappelen en meel heen; kolen had men al lang niet meer; melk was niet te krijgen. Slechts peulvruchten waren er nog in zeer beperkte mate voorradig. Met gulle hand werden dan ook aan alle gasten groote box-den erwtensoep aangeboden. Het voedselconvooi kwam op tijd. Doch maar juist op tijd. Het dorp had de bijna honderd ton levensmiddelen en steenkool, die we met ons voerden hard noodig. En het kan nog méér gebruiken; vandaar, dat het convooi zijn zware tochten nog eenige malen zal herhalen. Een der zware legerwagens, welke van den dijk gegleden was, werd met vereende krachten uitgeladen en weer op den weg getrokken. Reeds de volgende week nieuwe petroleumbonnen Het Centraal Distributiekantoor deelt mede. dat van 23 Februari tot en met 5 April de bonnen 61-3 en 62-3 Algemeen reelat zullen geven op het koopen van twee liter petroleum. Deze bonnen worden drie weken eerder dan normaal geldig ver klaard met het oog op.de huidige moeilijke brandstoffenpositie. In de zomermaanden zal deze periode moeten worden ingehaald. De bonnen 59-1 en 60-1 blijven geldig tot en met 15 Maart. LOSSE WAARDEBONNEN VAN HET CONSUMENTENCREDIET ONGELDIG. Het Centraal Bureau voor het Consumen- tencrediet vestigt er de aandacht op, dat win keliers geen losse waardebonnen mogen aan nemen, Doen zij dit toch en blijken de bon nen van diefstal afkomstig, dan zullen deze bonnen niet alleen door de banken worden geweigerd, maar bovendien za] een strafver volging worden ingesteld. :,v «->■ De Koninklijke Nederlandsche Hoog ovens en Staalfabrieken werden Maandag bezocht door Raden Tjokorde Gde Rake Soekawati, president van Oost-Indonesië. De president- was vergezeld van zijn secre taris den heer C. J. Gradar, en de heeren Moesa Soenia Nato Djoemena en D. E. Hoorens van Heyningen van het departe ment van Overzeesche Gebiedsdeelen. Tijdens het bezoek bleek wel, dat presi dent Soekawati zich niet alleen voor het fabricageproces interesseerde, maar even eens andere onderdeelen, als productie-, afzetmogelijkheden en sociale verhou dingen in zijn belangstelling had betrokken. Om drie uur gistermiddag arriveerde het gezelschap op het Hoogoventerrein. De be zoekers werden in het directiegebouw ver welkomd door den voorzitter der directie, Ir. A. H. Ingen Housz en den directeur Prof. Dr. J. F. ten Doesschate. Na de verwelkoming begaf zich het ge zelschap, waarbij zich ook de heer En schedé uit Haarlem had gevoegd, wiens drukkerij de heer Soekawati in den och tend had bezocht, onder leiding van den directeur en de heeren Ir. F. W. E. Spies. Ir. A. Drijver en.Drs. P. L. Justman Jacob naar 't terrein om eenige vitale onderdeelen van het groote bedrijf te bezichtigen. Eerst werd de buitenhaven, met haar machtige batterijen los- en laadkranen in oogen- schouw genomen. De president toonde veel belangstelling voor deze haveninstallatie, waar schepen van 10.000 ton rechtstreeks kunnen binnenkomen met vermijding van de sluizen. Door de ertsopslagplaats, die in deze sneeuw- en vorstperiode aan een Zwitsersch berglandschap deed denken, ging men Hoofdofficier werd N.S.B.'er „U ha£ tot eiken prijs tot het uiterste verzet moeten plegen, meneer!" In deze woorden gaf de voorzitter der eerste ka mer van het Haarlemsohe tribunaal zijn meening te kennen over de daden van H. J, van S., gezegd v. d. A., tot 1937 garni zoenscommandant van onze stad; van'wien legercommandant Roëll voor den oorlog groote verwachtingen had. maar die na Mei 1940 lid van de N.S.B. werd en zich derhalve vanmorgen moest verantwoorden. De aanklacht vermeldde voorts, dat van S. met Volk en Vaderland had gecolpor teerd, Blokleider was, dat hij lid werd van de W.A., het „bouwfonds Lunteren" steun de en dat hij periodiek voorzitter werd van den keuringsdienst iin den Nederland- sohen Arbeidsdienst. Deze laatste functie zou, volgens den be schuldigde, min of meer een voortzetting zijn geweest van zijn vroegere werkzaam heden als „indeelingsdistrictscommissaris en voorzitter van den keuringsraad" van het Nederlandsche leger, met den rang van overste. „Hoe kwam u als hoofdofficier er toe, om de Nederlandsche zaak geweld aan te doen?" informeerde de voorzitter van het Tribunaal. Verdachte antwoordde, dat dit gebeurde onder den invloed van den Duit- schen overval en de spoedige capitulatie in 1940, maar zijn ondervrager vond dit geen rede om „dan maar lid van de N.S.B. te worden". „Bovendien", zoo voeg de de thans gepensionneerde overste er aan toe, „kon ik mij tot zekere hoogte ver eenigen met de rede en de beloften, die Seyss Inquart in Den Haag uitsprak" hij moest echter toegeven, dat dit vertrou wen nu onbegrijpelijk genoemd mag wor den. Mr. v. LÖben Seis begreep niet, dat de beklaagde zich niet diep schaamde over zijn houding, temeer omdat hij vele „zwak ke broeders" zal hebben doen wankelen. „U bent toch getuige geweest van de moorden op gijzelaars, om daar maar eens mee te beginnen?" vroeg de president. „Ik wist er niets van", was het antwoord en mr. v. Löben Seis vroeg zich af, of ver dachte dan nog tot de intellectueelen ge rekend mag worden en meende, dat hij zich na de Duitsche gruweldaden jegens Joden en anderen gemakkelijk van het „N.S.B..-schorremorrie" had kunnen dis- tancieeren. Mr. Viskil voerde als raadsman aan, dat de désillusie voor zijn cliënt voortvloeien de uit de gebeurtenissen van Mei 1940 hem de vooroorlogsche politiek van „geen man en geen cent voor het leger" deden zien tegenover de goed georganiseerde Duitsche weermacht. De rechtlijnige gedachtengang. velen militairen eigen zoo betoogde de advocaat heeft beklaagde in de armen van het Nationaal Socialisme gedreven, hoewel hij er in politieken ziri niets voor voelde. Mr. Viskil wees verder op de weigerach tigheid van den overste, om mee te werken aan de vorming van het „Vrijwilligers Legioen" en op de uitstekende houding. welke door hem werd aangenomen in den N.A.D.-keuringsraad. Duitzenden jongemannen zouden door zijn toedoen zijn vrijgesteld van werk Duitschland. Met het oog op de detentie van iy2 jaar, die verdachte reeds moet ondergaan, hoop te de verdediger, dat het Tribunaal geen verdere opsluiting zal gelasten. De beklaag de zelf bracht nog naar voren, dat hij in den hongerwinter en ook daarvoor veel heeft gedaan, om ons volle te redden, maar mr. v- Löben Seis wilde daar eerst de be wijzen van zien. Nadat de beklaagde nog maals erkend had, dat hij de dwalingen zijns weegs inzag, werd de uitspraak be paald op 3 Maart. Mgr. A. van den Bronk le Bloemendaal. Mgr. A. van den Bronk, die dezer dagen aan de Goudkust, waar hij vele jaren missio naris was, tot bisschop van de NijldeLta is gewijd, heeft een bezoek gebracht aan ons land, 'alvorens hij zijn werkzaamheden zal beginnen. Vroeger woonde mgr. Van den Bronk in Bloemendaal. In de R.K. kerk al daar is hij Zondagmorgen, als zoon der paro chie, ingehaald en droeg de eerste mis na zijn wijding op. Om kwart over acht stonden verkenners bij den ingang van het kerkge bouw opgesteld. De nieuwe bisschop werd verwelkomd door pastoor L, Beune, waarna hij in de feestelijk versierde kerk een ponti ficale mis opdroeg. In de pastorie is mgr. Van den, Bronk door organisaties uit de parochie gehuldigd. Hem werd een som gelds aangeboden, dat bestemd is voor de missie in de Nijldelta. Nadat de R.K. Harmonie St. Caecilia uit Haarlem- Noord den bisschop een'hulde had gebracht, celebreerde hij om vier uur een lof. DE „VANGUARD" IN KAAPSTAD. De Britsche koninklijke familie Maandagochtend om 8 uur aan boord van de Vanguard in Kaapstad aangekomen. naar den nieuwen watertoren, om vervol gens aanwezig te zijn bij het aftappen van een hoogoven. In de staalfabriek werd het staalproces gevolgd. Men verbleef geruimen tijd in de Walserij-Oost, waar balkijzer en dunne platen worden gemaakt. Het laatst werd bezocht de Walserij West, waarvan de herbouw zijn voltooiing nadert. In de motorenhal werd juist proef gedraaid. De president en zijn gezelschap spraken hun bewondering uit over hetgeen zij hier te zien kregen. Zij waren zichtbaar onder den indruk van de walserij met haar zware platen, inderdaad een bedrijf, waar Nederland trotsch op mag zijn. De president informeerde naar allerlei détails aangaande den herbouw en liet niet na, van zijn respect te doen blijken. Ook werden de wasch- en schaftlokalen bezich tigd. Tot slot vereenigde men zich aan de thee óp Blijenhoeve. Om half zes vertrokken de bezoekers, zoodat het bezoek 2y2 uur had geduurd. Op het programma stond nog een bezoek aan het stikstofbinding-bedrijf, de bij pro- ductenfabriek, de cementfabriek en de bui zengieterij, waarvoor echter geen tijd over was. Ir. G. J. Lienesch benoemd tot directeur van de Visscherijen Principiëele beslissing van Bijzondere Raad van Cassatie Nederlandsche rechter niet bevoegd leden van vijande lijke krijgsmacht te berechten De Bijzondere Raad van Cassatie heeft heden uitspraak gedaan in zake een cas satieverzoek van den Duitscher A. W. L. A. uit Düsseldorf. Dit voormalig lid van den S.D. schoot in Januari 1943 een ar restant te Geldersch Veenendaal neer. Hij werd door het Bijzonder Grechtshof te Arnhem ter dood veroordeeld. De Bijzondere Raad van Cassatie heeft gisteren als zijn meening uitgesproken, dat, hoewel in internationaal verband bezien, ons land zeker gerechtigd is deel te nemen aan de berechting van oorlogsmisdadigers, de Nederlandsche rechterlijke macht geen rechtsmacht bezit om leden eener vijandelijke krijgsmacht daaraan ver bonden organisaties wegens oorlogs misdaden te berechten. Hiertoe ont breekt de bevoegdheid, welke door de wet aan de Nederlandsche rechterlijke macht zou moeten worden toegekend. De verdachte A. hoorde het tegen hem uitgesproken doodvonnis vernietigen, het geen echter geen vrijspraak beteekent. Hij blijft in arrest en zal tezijnertijd opnieuw berecht worden. Mulfatuli-herdenking Woensdag 19 Februari is het zestig jaar ge leden dat Eduard Douwes Dekker (Multatuli) te Nieder-Ingelheim overleed. Dien dag wordt om twee uur in de Hoofdstadboekhandel, Kal- verstraat 108 te Amsterdam, een tentoonstel ling geopend, welke een overzicht geeft van leven en werken van Multatuli Deze tentoon stelling blijft tot begin Maart geopend. Om drie uur wordt in de aula der gemeente- universiteit, Oudemanhuispoort 4. een herden kingsbijeenkomst gehouden, waar zullen spre ken mevrouw Henriëtte Roland HolstVan der Schalk, prof. dr. J. B. TieLrooij. de heer G. Smook, directeur, van de bibliotheek en het museum van Vlaamsche letterkunde te Antwerpen en mevrouw Soesilo namens In donesië. Een Ilalifaxbommenwerper die gebruikt werd voor voedselaanvoer naar geïsoleerde dorpen in Staffordshire (Eng.) stortte bij de uitvoering van deze menschlievende taak neer, waarbij de bemanning om het leven kwam. De brandende resten wan den voedselbommenwerper vlak na de ramp. Op voordx-acht van den minister van Landbouw, Visscherij en Voedselvoorzie ning is met ingang van 1 Januari 1947 be noemd tot Inspecteur van den Landbouw, ir. G. J. Lienesch, rijkslandbouwconsulent. onder verleening van gelijktijdig eervol ontslag uit deze functie. Voorts is hem de persoonlijke titel van directeur van de Visscherijen verleend. Ir. G. J. Lienesch werd In 1905 te Alk maar geboren en bezocht aldaar de lagere school en de H.B.S. Na zijn studdie aan de Wageningsche landbouwhoogeschool trad ir. Lienesch als adjunct-rijkslandbouw- consulent te Groningen ln 's rijks dienst, werd in November 1932 in deze functie overgeplaatst naar Schagen en in 1933 be vorderd tot rijkslandbouwconsulent, te vens directeur van de rijkslandbouwwin- terschool aldaar. Naast deze functies werd ir. Lienesch in 1939 benoemd tot produc tiecommissaris, belast met de uitvoering van de bodemproductie ln Noordholland. In 1945 werd hem het directoraat van de nieuwe rijkslandbouwwinterschool te Alk maar opgedragen. Van de hand van ir. Lienesch verschenen talrijke publicaties. De Polesië in IJmuiden binnen Vier weken geleden verliet de Poolsche trawler Polesië met een IJmuider beman ning onder schipper N. Punt met circa 1200 kisten versche kanaalharing onze haven, met bestemming Gdynia. Door de vorst overvallen, vroor de Polesië in het Kieler- kanaal in. Nadat het schip daar reeds een tweetal weken zat ingevroren, kwamen twee sterke ijsbrekers te hulp, om de Po lesië, die toch Gdynia niet kon bereiken, daar te lossen. De haring zal nu wel aan de Engelsche soldaten ten goede komen. Nadat de Polesië wat kolen had gebun kerd, keerde de trawler met behulp van de twee ijsbrekers naar de Noordzee terug. Het bleek dat de trawler door dit avon tuur zijn schroef had stuk geslagen; twee bladen waren verdwenen. Thans zal de trawler naar Ostende gaan, om daar de reparaties te verrichten en om haring te laden als de dooi invalt. Poolsche trawler met versche haring binnen In IJmuiden is binnengeloopen met 2400 kisten versche Kanaalharing de Poolsche trawler „Pockuciz", die door den ijsgang op de Oostzee de haven van Gdynia niet kan bereiken. De viscbhandel verwachtte, dat de trawler hier zijn vangst zal lossen, maar hedenoch tend had het bedrijfsschap voor visscherij- producten nog geen toestemming tot lossen gegeven. Steeds meer schepen voor Polen Dat het ln Polen ernst is met de uitbreiding van de vissenersvloot is in IJmuiden duidelijk merkbaar. In de Visschershaven liggen thans reeds zes drifters, die in Engeland voor Pool sche rekening werden aangekocht. Zoodra de omstandigheden zulks toelaten zullen deze schepen door een Nederlandsche bemanning naar de Poolsche haven Gdynia worden gebracht. Bijeenkomsten afgelast De vorst heeft heel wat plannen in dui gen doen vallen en bovendien door koletx- schaarschte of kolengebrek vele vergade ringen en uitvoeringen onmogelijk ge maakt. Zoo vernemen wij nu weer, dat de volksdanscursus a.s. Donderdagavond in de R.H.B.S. niet doorgaat. De oefeningen van Gratia-Plato, die eveneens in de R.H.B.S. gehouden worden, zijn voor- loopig tot 24 Februari stop gezet. GROOTHANDELAREN IN BEVROREN VIS CHFI LETS. Uit ons bericht over den verkoop van de bevroren IJslandsche vischfilets zou men kun nen afleiden, dat, wat IJmuiden betreft, deze verkoop alléén wordt verzorgd door de V.V IJ. Deze gevolgtrekking is natuurlijk onjuist. Ook andere binnenlandsche groothandelaren in IJmuiderr voeren dit artikel. Scheveningen was in 1946 zeer belangrijk Omzet evenaarde dien van IJmuiden Het jaar 1946 is voor het vlsscherijbe- drijf in Scheveningen een goed jaar ge weest, vooral door den grooten aanvoer van haring, niet alleen gezouten, maar ook versche. Het is niet mogelijk een zuivere vergelijking tusschen IJmuiden en Scheve ningen te maken, doordat de opbrengst van de 400757 kantjes pekel- en steurharing, die in 1946 in Scheveningen werden aan gevoerd, ons niet bekend is, maar volgens een globale berekening zal de omzet niet ver af zijn van de 19V2 millioen van IJmuiden. De aanvoer van versche visch bedroeg 6.629.412 kg. met een opbrengst van f 4.559.291. Verder werd aangevoerd 7.318.338 kg. versche haring, die f 1.856.477 opbracht. Dit is aan visch en versche ha ring dus een omzet van ruim 6.4 millioen gulden. Hierbij komt dan nog de opbrengst van de ruim 400.000 kantjes pekel-en steurha ring. Nemen we een gemiddelden prjjs van f 30 per kantje, dan leverde de in vaten aangevoex-de haring 12 millioen gulden op, zoodat de totale omzet in Scheveningen 18-4 millioen gulden zou hebben bedragen. Scheveningen kwam dus als goede tweede aan de eindstreep. LOU BANDY IN THALIA. Donderdag is er een bijzondere avond in Thalia, waar vele sterren van het variété firmament zullen optreden. Lou Bandy zal er zijn liedjes zingen en verder treden er op Fred Allister en Lady Assistent met transfor matie, de bekende Novelty Sisters, Rodi Roe- ters als conferencier en Idor, „het groot© raadsel". Voor de muzikale omlijsting zorgt Guus Jansen. MARKTBERICHT VAN MAANDAG De aanvoer bedroeg 200 kisten versche vlscïl en 480 kisten versche haring. Besommingen: Stoomtrawler: Neptunus IJM 87 f1600 (defect© wlnch). Logger: KW 56 f 4240. Versche haring: KW 83 f7100. Prijs versche haring f 15.50—f 13.50. .'.W :L.'> j HjjBKppapwBj k% - 'i In Stockholm, heeft Barbara Ann Scott uit Canada het wereldkampioenschap kunst- rijden voor dames gewonnen. - De foto stelt voor Gretschen Merrill van de Ver eenigde Staten tijdens een vrij nummer. Zij bezette de derde plaats. Gemeentebestuur en groentenhandelaren Ten aanzien van de besprekingen die het gemeentebestuur van Velsen Za terdag met de grocntcnhandelaren ten gemeentehuize voerde, vernemen wU nader, dat, hoe de houding der hande laren ook mag zijn, het gemeentebe stuur alle noodige maatregelen zal ne men om te zorgen, dat het publick groenten zal kunnen koopen. Handteekeningen voor het felicltatieregister Namens de Stichting 1940-1945 verzoekt men ons te meiden, dat. het bekende feli- citatieregister van de Stichting ook ter tee- kening ligt in de Goede Herderkerk, IJmui» den-Oost, in de drukkerij Groenewoud te Driehuis (van 814 uur) en bij de firma J. D. Schooneveld te Santpoort-Station. Agenda voor Velsen en IJmuiden DINSDAG 18 FEBRUARI Thalla: 8 uur, Het mysterie van Priory Castle. Rex: 8 uur. Tamara. De Pont: 8 uur. De moordenaar kreeg 's avonda angst. FEUILLETON Roman door Winston Graham Vertaaid door Alice van Iterson 54) Ja, met mij valt ook heusch wel te praten. Een vent. met een paar hersens, zooals ik, weet wat geld waard is. Maar niemand wil graag het gevaar loopen, <3at zijn heele bestaan naar de haaien gaat! Hij keek mij spijtig aan, schudde het hoofd en zuchtte. Ik zou het best doen, als ik maar zeker wist, dat ze me niet te pakken zullen krijgen. Ze hebben er al te veel gesnapt. Ik had nog twee van dergelijke gesprek ken met andere schippers, en beide met hetzelfde vruchtelooze resultaat. Dus be sloot ik, toch gebruik te maken van het adres, dat men mij had gegeven. Aan het eind van de Rue de Noailles bevindt zich het „Restaurant Anglais", dat zooals ik ontdekte, een buiten verhouding weidschen naam draagt. Monsieur Gaston, de eigenaar, wes op de hoogte gebracht van de mogelijkheid, dat ik bij hem zou komen en hij was vol ijver om mij be hulpzaam te zijn. Ook hij was van oordeel, éal het onverstandig was om -«onder de vergunning het land te verlaten, wanneer het mogelijk was op een andere manier aan zoo'n papier te komen. Want als zou blijken, dat ik bij het aan boord gaan, de benoodigde papieren niet had, was de kans om er heelhuids af te komen, ver keken. Het was nóg gevaarlijk genoeg, zelfs wanneer alles volkomen in orde was. Hij geloofde echter wel, dat hij het kon klaar spelen. Zijn zwager was „juge ^instructi on". Als ik mijn identiteitsbewijs en mijn pas bij hem wilde laten en Zaterdagsavonds weer bij hem wilde komen Kan ik dan in dien tusschentijd veilig zonder papieren blijven rondloopen?, vroeg ik. U gaat eenvoudig de deur niet uit. Dan hebt u de meeste kans, dat niemand het u lastig maakt. Blijft u rustig op uw kamer en laat niemand bij u toe. Komt u dan Zaterdag op denzelfden tijd weer hier. Ik ging weg en zonder een bijzonder hoogen dunk van Monsieur Gaston's ca paciteiten te hebben gekregen. Ik kon het gevoel niet van mij afzetten, dat zijn schijnbare zorg voor mijn veiligheid alleen maar voortkwam uit angst voor zijn eigen welzijn en dat hij mij bij de kleinste aanwijzing van gevaar eenvoudig in den steek zou laten. Nu, ik kon het hem eigenlijk niet kwalijk nemen! De volgende drie dagen bracht ik op mijn kamer door. Eindelijk was het Zaterdag. Met de middagpost ontving ik een pakket. Ik keek er verwonderd .en argwanend naar. Nu ja, het was aan mij geadresseerd! Ik 'pakte het uit en vond er mijn papieren in. In mijn pas stond het stempel, dat mij verlof gaf om het land te verlaten. Dat was meer dan ik had durven hopen. Er was nog een kort schrijven bij het pakket, dat dadelijk een domper op mijn vreugde zette: „Het is beter, dat u hier niet meer komt. Weest u steeds uiterst voorzichtig, in ieder opzicht. U zult aan deze papieren niets hebben, wanneer u bij de politie wordt ontboden". In gedachten bood ik Monsieur Gas ton mijn verontschuldiging aan, omdat ik zoo weinig vertrouwen in hem had gehad. HOOFDSTUK XXIII. Over de haven hing het bleeke morgen licht, toen ik des Maandags in de vroegte door den fijnen nevel op weg ging naar het Bassin Lazaret. Hoewel het nog tame lijk donker was, was het toch heel ge makkelijk 4en vrachtzoeker te ontdekken. Pas kort geleden waren de Fransche kleu ren op den romp van het schip geschil derd en nu waren een drietal mannen in smerige bovenklereen bezig, de vlag bij het luik nog eens over te schilderen. Verder was er niemand in het dok. Boven mijn hoofd krijschte een zeemeeuw haar welkomstgroet tegen den dageraad. Ik haalde verlicht adem, toen ik op hét punt stond de loopplank te betreden. Toen werd er een hand op mijn arm ge legd. Ik was als verlamd van schrik. Ach ter mij stonden een politie-agent en een man in burger. M'sieur is passagier op deze boot? Ja. Een uitvoeriger antwoord kon ik niet bedenken. Wilt u mij dan uw identiteitsbewijs en uw visum laten zien? Het was de man tn burger, die dit van mij eischte. Ik zocht in mijn zakken en overhan- diede hem het gewenschte. Merci. Hij bekeek de papieren in het licht van zijn aangeknipte zak lantaarn. Toen richtte hij zijn blikken op mij. De politie-agent liet zijn lantaarn op mijn gezicht schijnen. De ander gaf mij de papieren terug. Weest u zoo vriendelijk met mij mee te gaan. Verschrikt keek ik hem aan. Wat is daar de reden van? We zouden u graag een paar vragen willen stellen. Zijn mijn papieren niet in orde? Er is een nieuwe bepaling gekomen, dat alle personen, die de haven willen verlaten, door de politie moeten worden gehoord. En zij, die op een vrachtboot reizen, worden speciaal onder de loupe ge nomen. Ik overlegde een oogenblik of ik kon vluchten. Ik keek tegen het schip op, waar een arbeider juist de eerste streek blauwe verf van de 'vlag had aangebracht. De ka pitein was nergens te zien. Berustend haalde ik mijn schouders op. Dat moest mij nu juist overkomen, nu ik op den drempel van de vrijheid stond.. En tot dusver was alles zonder moeilijk heden gegaan. Nu, vooruit dan maar. Ik kon niet zeggen, dat ik me bepaald opgewekt gestemd voelde terwijl wij op weg gingen naar de preféetuur. Ik was volkomen terneergeslagen en vertwijfeld. Deze papieren zouden mij niet van nut zijn, als ik met de politie in aanraking kwam, had Monsieur Gaston geschreven. Als ik in hechtenis werd genomen, kon het maar een kwestie van een paar dagen zijn, eer, mijn werkelijke identiteit was ontdekt. En dan was het afgeloopen met mij. Bij de prefectuur moest ik een half uur in een kale, witgekalkte kamer wachten, en toen werd ik zonder eenige formaliteit voor den „Commïssaire de Police" ge bracht. Het was een groote, donkere man met een fijnen neus en een vuilen boord,, waarvan de punten omhoog staken. Aan een anderen lessenaar, een eindje verder, zat een politiebeambte in uniform. Hü had een slaperige uitdrukking op zijn ge zicht, af en toe maakte hij notities over ons gesprek. De detective, die mij gebracht had, ver telde in een paar woorden, waar het om ging en liet ons toen alleen. De agent, die hem had begeleid, vatte post voor de deur, alsof ik op de dwaze gedachte zou kun nen komen om een poging tot vluchten te ondernemen. De commissaris keek mij lang aan met zijn stekende blikken en be gon toen mijn papieren door te zieru Ik voelde my volkomen wanhopig en ook besluiteloos, daar Ik niet wist of het vi sum echt of vervalscht was. Ik wist alleen dat het stempel op mijn pas nagepxaakt was, precies zooals het stempel op de achterzijde. Ik was er van overtuigd, dat den commissaris 4zulke dingen zeker niet zouden ontgaan. Uw naam, zei hij tenslotte, is Julius Favre, zooals ik uit deze papieren zie. Ja, mijnheer. Weest u zoo goed my' te verklaren, welke uw beweegredenen zijn, om Frank- rijk den rug toe te keeren. Ik voldeed aan dit verzoek en vertelde dat ik vóór den oorlog een paar jaar in Tanger had gewerkt. Toen de oorlog uitbrak, was ik juist ziek, maar in Mei van dit jaar ben ik naar Frankrijk gekomen om mij bij mijn regiment te voegen. Maar het is daar niet i van gekomen, doordat Frankrijk verslagen werd. Ik heb toen eenigen tijd bij familie in Lyon doorge bracht en nu heb ik besloten mijn geluk weer in Noord-Afrika te beproeven, waar mijn oom, die vroeger in Rabat heeft ge woond, mij een betrekking heeft aange boden. Op een of andere manier klonk deze geschiedenis onwaarschijnlijk en weinig overtuigend, nu zij werd opgedischt in. deze kale onvriendelijke kamer en onder de stekende blikken van den commissaris. (.Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1947 | | pagina 3