Nederlanders in Java's binnenland
Ex-wethouder van Sociale Zaken
voor het Tribunaal
Koster werd petroleum-magnaat
Wedstrijd in arren op het ijs te Hoofddorp
De snuifdoos
van den Keizer
Dinsdag 25 Februari 1947
IJMUIDER COURANT
Interneeringsdrama niet voor Juni ten einde
Batavia, Februari 1947.
(Van onzen specialen verslaggever
Eens per week komt er een trein in Ba
tavia met Nederlanders uit de mternee-
rimrskampen in het binnenland. Vijrhon-
tod mannen, vrouwen en kinderen zien
i voor het eerst sinds een jaar o{ vijf
het rood-wit-hlauw. Het is hun ,.V-day".
anderhalf jaar nadat de vrede werd gepro-
C'ln April 1916 waren in totaal c.a. 50.000
Europeanen op Java buiten het door de
Blits olie en Nederlandsche troepen bezette
gebied Daarvan zijn er in de afgeloopen
maanden ongeveer 30.000 naar de geallieer
de zones overgebracht. Van de resteerende
20 000 zijn er 16.000 geregistreerd: hun na
men en verblijfplaatsen zijn bekend. De
overige 4.000 worden vermist. Ongetwij
feld is een deel daarvan gestorven.
Wat nu verder die 16.000 betreft: daar
van komt de helft niet in aanmerking voor
evacuatie om de doodeenvoudige reden,
dat deze 8.000 liever blijven waar ze zijn.
En dit is niet zoo verwonderlijk als het op
het eerste gezicht moge lijken. Dit zijn nl.
Indo-Europeanen, die altijd in het binnen
land hebben gewerkt en gewoond, door de
republiek worden getolereerd en er niets
voor voelen om huis en hof in den steek te
laten.
Soekarno geen „Blanda-hater".
Voor deze „peranakans" heeft de repu-
blikeinsche regeering onlangs in Djocja
een congres georganiseerd. Doel hiervan
was hen geheel te winnen voor de repu
bliek, die geen „Indo-probleem" wil ken
nen en eiken Indo-Europeaan als gewoon
,warga negara" (staatsburger) beschouwt.
Soekarno in hoogst eigen persoon sprak de
gedelegeerden toe en ontkende bij die ge
legenheid ten stelligste een „blanda-hater"
te zijn.
Afgezien van de 8-000, die zich dus min
of meer met de republiek hebben verzoend,
blijven over 8.000 Europeanen (w.o. slechts
een tweeduizend volbloed-Nederlanders),
die wachten op evacauatie naar Neder-
landsch gebied. Ongeveer 5.000 hiervan
zijn door de republiek altijd als geïnter
neerden behandeld en in kampen opge
sloten geweest. De andere 3.000 zaten aan
vankelijk niet achter prikkeldraad, maar
worden nu ook in kampen ondergebracht
omdat zij evacuatie hebben aangevraagd.
Het getal van deze laatste groep intusschen
groetit, daar steeds meer Europeanen, die
aanvankelijk besloten hadden maar rustig
in de republiek te blijven, toch achteraf
liever naar Nederlandsch gebied blijken te
willen gaan.
Kort samengevat is de situatie op het
oogenblik dus zoo, dat van de 50.000 Ne
derlanders, die zich een jaar geleden op
republikeinsch gebied bevonden, nog 8.000
op evacuatie wachten. Gaat het door in het
huidige tempo van 500 per weèk (en ko
men er niet meer liefhebbers bij), dan zal
het interneeringsdrama omstreeks Juni a.s.
uit de wereld zijn.
Dat het niet sneller gaat, is een gevolg
van transportmoeilijkheden. Vliegtuigen
schijnen niet beschikbaar te zijn, ook al
zou de republiek toestemming geven om
te landen (wat overigens niet waarschijn
lijk is). Vorig jaar zijn duizenden Neder
landers met Britsche Dakota's geëvacueerd,
maar toen de Britten vertrokken, namen
ze hun Dakota's mee. En het heele trein
verkeer in de republiek is tot het uiterste
minimum beperkt bij gebrek aan locomo
tieven en hout (over kolen wordt niet eens
meer gesproken). Is vroeger de evacuatie
der „gijzelaars" kennelijk tegengewerkt
van Indonesische zijde, thans is daar geen
enkele aanwijzing meer voor. Dit ligt ook
voor de hand. In de eerste plaats is het
onderhouden van interneeringskampen een
kostbare zaak voor elke regeering hoe pri
mitief de behuizing en hoe minimaal het
voedsel ook moge zijn. In de tweede plaats
ziet Djoeja heel goed in, dat over één ding
in deze verscheurde wereld geen enkel
.meeningsverschil bestaat en dat is de
noodzakelijkheid van een snelle oplossing
van dit probleem. De republiek zou veel
van haar „goodwill" in het buitenland
kunnen verspelen door Europeanen vast te
houden als gijzelaars.
Oostenrijks herbewapening
vastgesteld
De plaairvervangers voor Oostenrijk
kwamen Zaterdag overeen dat de geallieer
de bezettingstroepen binnen negentig da
gen nadat het Oostenrijksch verdrag van
kracht wordt, uit Oostenrijk zullen worden
teruggetrokken. In feite besloten zij verder
dat de Oostenrijksche gewapende- strijd
krachten tot 50.000 of 55.000 man beperkt
zullen blijven. De Russen waren voor het
laagste van deze twee cijfers en men be
sloot om de uiteindelijke beslissing aan de
ministersconferentie in Moskou over te
laten.
Een goedgekeurde paragraaf van het
verdrag beperkt de Oostenrijksche lucht
macht tot een pei'soneel van 5.000 man en
tot 90 vliegtuigen, waarvan er niet meer
dan 70 gevechtsvliegtuigen mogen zijn. De
luchtmacht, het leger, de rivier-politie,
gendarmerie en grensbewaking vormen het
totale cijfer der gewapende strijdkrachten.
„Hoe staat het tenslotte met den toe
stand in de kampen? De jongste gegevens
daaromtrent zijn verzameld door dr. R. J.
Prins van het Nederlandsche Roode Kruis
en den heer G. Alberts van het Kantoor
Displaced Persons, die onlangs op inspectie
zijn gegaan. Een algemeen oordeel kan
moeilijk gegeven worden daar de internee-
ringsoorden verschillen van comfortabele
bungalows tot kampen gelijk de ergste uit
den Japanschen tijd. De variaties tusschen
deze uitersten zijn legio, maar over het al
gemeen vond men voeding en ligging re
delijk, doch de kleeding zeer slecht. Ge
lukkig is dat laatste in dit land niet het
aller-voornaamste!
Dr. Prins achtte den gezondheidstoe
stand bevredigend, hoewel er overal groot
gebrek aan medicijnen is-
De vrouw en kinderen van dr. Prins zijn
indertijd door republikeinsche extremisten
ontvoerd en vermoord.
Verklaring over Linggadjati
van Partij van den Arbeid
Het partijbestuur van de Partij van den
Arbeid heeft een verklaring gepubliceerd,
waarin gezegd wordt dat het partijbestuur
met voldoening kennis heeft genomen van de
principieele bereidheid van de Nederlandsche
regeering tot aanvaarding van de basis-over
eenkomst van Linggadjati en van de instem
ming daarmede van de zijde van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal.
Nu blijkt, dat de regeering van de republiek
Indonesia wel bereid is de basis-overeenkomst
te aanvaarden, doch dat zij tegen het eenzij-
ding binden van de overeenkomst aan een
officieelè Nederlandsche interpretatie be
zwaar heeft, acht het partijbestuur in de eer
ste plaats noodig de erkenning, dat de regee
ring van de republiek Indonesia eveneens ge
rechtigd moet worden geacht bij de ondertee-
kening van de basis-overeenkomst van haar
interpretatie van het accoord, als essentieel
element vah de aanvaarding harerzijds, te
doen blijken.
Het partijbestuur is van oordeel, dat, daar
beide partijen de tekst van het accoord als
grondslag voor samenwerking aannemelijk
achten, verschillen van interpretatie van deze
tekst geen onoverkomelijke hinderpaal mo
gen en behoeven te zijn om tot een gemeen
schappelijke oplossing te komen.
Zaterdagmorgen is de „Dankdag" voor de Haarlemsche leden van liet Nederlandsche
Padvindstersgilde ingezet met het hijschen van de vlag. - Een foto genomen nabij de
Prins Mauritslaan.
Oordeel van den president:„eenpoover revolutionair"
De aanklacht tegen den arts A. H., die van
1 Januari 1943 af te Haarlem als wethouder
van Sociale en Personeelszaken en van Volks
gezondheid was opgetreden, omvatte het lid
maatschap van de N.S.B. sedert 1941, waaraan
een blokleiderschap gekoppeld 2at, van de
W.A., waarin hij den rang van kompaan be
kleedde, van het Medisch Front en het N.A.F.,
het begunstigend lidmaatschap van de stich
ting „Nationaal Zangfeest" en van de Ger-
maansche S.S., het toelaten van zijn kinderen
tot den Jeugdstorm, het reeds genoemde wet
houderschap en den aankoop van een huis,
dat oorspronkelijk Joodsch bezit was.
Met al deze feiten hield de tweede kamer
van het Haarlemsche tribunaal, gepresideerd
door mr. F. van der Goot, zich Zaterdagmid
dag bezig.
„Hi dacht, dat Duitschland den oorlog zou
winnen en dat de N.S.B dan de beste waar
borg voor onze onafhankelijkheid zou bieden",
gaf de beschuldigde als verklaring voor zijn
toetreding tot de beweging, hetgeen mr. Van
der Goot hem als een „poover revolutionnair"
deed kenschetsen.
In Februari 1943 had de N.S.B.-wethouder
Van D. hem de functie van gemeente-arts te
Haarlem aangeboden, doch H. weigerde die,
omdat ze hem geen salarisverbetering bracht.
Enkele' maanden later aanvaardde hij het
wethouderschap van SocialeZaken van de
Spaarnestad tegen een salaris van bijna 9000
per jaar.
Hoofdambtenaren verklaarden dat H. lui
was en alleen Interesse toonde voor het me
dische gedeelte van zijn taak.
De beschuldigde bestreed, dat hij begunsti
gend lid van de Germaansche S.S. geweest
zou zijn: hij had zich in een „onberaden"
oogenblik als zoodanig l'aten inschrijven, maar
had dadelijk daarop weer bedankt.
Mr. Van der Goot trachtte de diepere be
weegredenen van den verdachte te peilen,
maar moest dit opgeven, toen bleek, dat deze
„Mein Kampf" nog nooit gelezen had.
De verdediger, mr. S. C van der Wall
merkwaardige coïncidentie dat deze wethou-
Groole overstroomingen
in Portugal
De ernstige overstroomingen van de rivier
de Taag en de vrees, dat de watersnood nog
grootere afmetingen zal aannemen, hebben de
Portugeesche autoriteiten er toe gebracht een
ernstige waarschuwing te richten tot alle be
woners van het Taagdal, wien wordt aange
raden onmiddellijk veiligheidsmaatregelen te
nemen en zich op het verlaten van hun hui
zen voor te bereiden, voor het geval de abnor
male regens aanhouden. Reeds zijn duizen
den woningen geëvacueerd en tal van ver
bindingen verbroken door het buiten de
oevers treden van de rivier. Verscheidene
dorpen staan onder water en in de plaatsjes
Barquinha, Rebeira Santerem en Rossioa is
het verkeer slechts per boot mogelijk, meldt
Un. Press.
der zijn voorganger moest verdedigen! be
toogde. dat men hier niet te doen had met
een kwaadaardig nationaal-socialist of met
een flauwen opportunist, maar met een man
met een kleiner gezichtsveld op de wereld dan
de doorsnee academicus heeft, In het ge
meentebestuur was dokter H. een zwakke
figuur, maar- Haarlem heeft toch iets goeds
aan hem te danken: het sanatorium „Eyken-
gaerde". Uitspraak op Dinsdag 4 Maart
„Invasie" van Amerikaansche
I luchttoeristen op komst
Minstens 7 millioen
deviezenwinst voor Nederland?
Zooals wij eenigcn tijd geleden meldden,
zal het komende seizoen een belangrijke
opleving van het buitenlandsche toerisme
naar ons land te zien geven. De heer Louis
Celly, assistent-vice-president van de af-
deeling vervoer door de lucht der Ameri
can Express Company, heeft tijdens zijn
verblijf in Nederland eenige meer concrete
gegevens verstrekt en het blijkt, dat de
Amerikaansche regeering besloten heeft,
een gelimiteerd aantal paspoorten te ver
strekken, zoodat 70.000 Amerikaansche
toeristen in de gelegenheid worden gesteld,
West-Europa te bezoeken. Genoemde ver
voersonderneming heeft een aantal „vlieg
tuigtrips" uitgestippeld, die het voordeel
hebben, dat de vreemdelingen het grootste
gedeelte van hun vacantie kunnen beste
den aan een verblijf in de te bezoeken
landen.
Aangenomen wordt, dat Nederland als
gevolg van dit „luchttoerisme" een devie-
zenaanwinst van 7 a 10 millioen gulden zal
boeken. In overleg met de KLM zijn toch
ten van 3, 4 en 7 dagen voorbereid, tijdens
welke de bloembollen, onze kunstnijver
heid, het Nederlandsche cultureelc leven,
exportindustrieën en andere voor vreem
delingen aantrekkelijke agendapunten zul
len worden afgewerkt^
Zooals wij eveneens reeds eerder mede
deelden, zal hierbij een groot Tulpenfeest
worden aangeknoopt, dat als generale re
petitie geldt van nog uitgebreidere planr
nen voor 1948.
Licht in Engeland's duister
Ondanks de voortdurende crisis kon het
Engelscihe ministerie van Brandstof en
Energie mededeelen, dat de stroomtoevoer
voor de industrieën in de Midlands, zooals
reeds eerder aangekondigd is, hedenmid
dag hersteld zal worden. Het zal echter
wel dagen of misschien zelfs weken duren,
voordat de productie hier weer op volle
kracht zal werken. Gebrek aan balen voor
andere productiebehoeften, gebrek aan on
derdeden, die vervaardigd worden in de
gebieden van Londen, in het Zuidoosten en
het Noordwesten, waar de fabrieken nog
steeds gesloten zijn, alsmede andere ob
stakels moeten nog overwonnen worden
door de automobiel-, locomotieven- en
machinefabrieken in de Midlands. De
meeste ondernemingen in de Midlands
hebben bekend gemaakt, dat zij het werk
onmiddellijk gedeeltelijk zullen hervat
ten. Het blijkt, dat tal van fabrieken voor-
loopig slechts twee of drie dagen per week
in bedrijf zullen zijn. De industrieelen
overwegen dés nachts te laten werken om
tegemoet te komen aan het verlangen van
de regeering, de electrische centrales op de
spitsuren niet te overbelasten.
In ieder geval hoopt men, dat door het
herstel van den stroomtoevoer aan het
einde van de week 500.000 1.000.000 per
sonen, die tijdelijk werkloos zijn geweest,
den arbeid in de Midïandfabrieken weer
kunnen hervatten. De „Sunday Times" be
rekent, dat het de industrieën in de Mid
lands tenminste drie maanden zal kosten,
om zich van de veertiendaagsche sluiting
te herstellen.
Rockefeller in den strijd om de aard-olie
in de Vereenigde Staten
Ongeveer in het midden van de vorige
eeuw was in Amerika, zooals in vele landen,
petroleum of aardolie bekend. Men peinsde
reeds over petroleumïampen.Toen in Duitsch
land een scheikundige wees op het. nut van
petroleum voor verlichting, was de Canadees
Abraham Gesner bezig met de vervaardiging,
van een lichtgevende oliesoort. Hij destilleer
de olie uit een oliehoudende 1 eisteensoort, en
de Amerikaansche kolonel Ferris bracht een
door hem uitgevonden petroleumlamp in der.
handel, een feit dat hem plotseling beroemd
maakte. De lamp was er. maar waar bleef de
petroleum? Aardolie was slechts als genees
middel bekend onder den naam seneca-olie
(naar een Indianenstam, die deze olie voor
geneeskundige doeleinden toepaste). In Pitts
burg woonde destijds een zeer ondernemend
apotheker, die het nog zoo kwaad niet vond.
dit geneesmiddel in breederen kring toe te
passen. Déze Samuel Kier begon te boren.
Op 120 m. diepte stootte hij op nafta, met
water vermengd. Naarstig begon hij er recla
me voor te maken. In New Haven had men
een maatschappij voor naftawinning opge
richt. De maatschappij stond er niet roos
kleurig voor. toen het hoofd der firma in 1856
te New York de reclame van Kier in diens
etalage ontdekte. Het plakaat droeg de afbeel
ding van een boortoren uit den tijd van, ja,
't leek wel van Methusalem.
Drake, beter bekend als kolonel Drake, hoe
wel zijn militaire opleiding een sprookje was,
werd ingeschakeld en deze man begon In de
buurt van Kiers onderneming te boren. Op
27 Augustus 1859 bereikte hij een diepte van
69V? voet, dit na schier eindeloos ploeteren,
't Was toen Zaterdag en den Zondag daarop
rustte hij uit. Maar toen zijn bediende dien
dag nog oven ean kijkje ging nemen bij het
werk, zag hij dat het gat bijna tot aan den
rand vol nafta stond. Den volgenden dag be
gonnen zij het met emmers leeg te scheppen,
waarna zij een pomp monteerden. Deze zoog
24 vat per dag. Een paar maanden later was
er een woud van boortorens verrezen. Een
nieuw hoofdstuk was hiermee in de geschie
denis van de wereldeconomie ingeluid.
Aan het woord „nafta" is ten nauwste de
naam van Rockefeller verbonden. Zijn
levensgeschiedenis is de geschiederiis van de
Standard Oil Trust. Rockefeller begon als
koster van de Presbyteriaansche kerk in Cle
veland, werd hier klerk en boekhouder en
richtte met een zekeren Andrews, een werk
man, een kleine raffinaderij op. Na 5 jaar
vereenigde hij zijn zaak met vijf andere on
dernemingen. In 1870 werd de Standard Oil
Company van Ohio opgericht. Deze maat
schappij legde langzamerhand beslag op aUe
zelfstandige ondernemingen in Pittsburg.
Hoe hij dit klaarde? Wel, heel eenvoudig.
Hij begreep dat voor die maatschappijtjes de
transportkosten te hoog waren dus sloot hij
geheime overeenkomsten met de spoorwegen
en niemand wist, dat hij van de spoorweg
maatschappijen, behalve verlaagde vracht op
eigen zendingen, nog percenten kreeg van de
partijen, die zijn concurrenten per trein ver
zonden. De Rockefeller Company had binnen
korten tijd van de 70 raffinaderijen in Pitts
burg en Cleveland er al 50 In handen: de
overige 20 lagen stil en werden spoedig opge
kocht.
Van dien tijd af werkte Rockefeller alleen
nog maar met groote hoeveelheden. Hij slokte
soms 20. 30. 50 ondernemingen ineens op. Wat
hij aan nafta verkocht, ging ook met 100
stoombooten tegelijk. Directeuren stelde hij
bij tientallen, arbeiders bij tienduizenden te
gelijk aan. In 1937 stierf hij. de rijkste man
ter wereld, op 98-jarigen leeftijd. Heel Ame
rika stond verstomd, dat hij niet de honderd
had gehaald, zooals hij gewild had.
De stichter van het Amerikaansche pijplei
dingsysteem was Samuel van Syckle, een
Amerikaan van Nederlandsche afstamming,
maar hij is er niet rijk van geworden, in
tegendeel zijn laatste geld verhuisde naar
advocaten en het gerecht. Rockefeller was en
bleef de man, hoewel hij, zooals ieder die
handiger is dan een ander, zijn vijanden had.
Een klein staaltje hiervan. Het was 4n het
begin der jaren 18701880. De naftaleidingen
waren toentertijd nog hulpmiddelen. Rocke-
feHer verschafte zich zonder al te veel moeite
ook het beheer over deze leidingen. In 1875
besloten de Pennsylvaniërs Rockefeller voor
goed te verslaan. De Tidewater Pipe Line
Transitoverkeer naar Duitschland
Zaterdagmiddag werden op de vaart langs
den Genie-dijk bij Hoofddorp wedstrijden met
arresleden gehouden, die georganiseerd wa
ren door de IJsclub „Haarlemmermeer". On
danks de koude stroomden uit alle hoeken
van de Haarlemmermeer tal van belangstel
lenden voor dit oud-Hollandsche tafereel bij
een.
Er werd een race voor boerepaarden en een
voor harddravers gehouden.
De uitslag van den eersten wedstrijd was
verrassend. Het paard van den heer Biemond
van de Kaag, dat op de omstanders een zte-
ligen indruk maakte door zijn laaghangenden
kop en naar buitenhangende tong, liep in
„zevenmijls-passen" en won schijnbaar zon
der eenige moeite van de „afgevaardigde"
van den heer Van Wijk, een fraai dier, met
alle allures, die een paard een edel aanzien
geven. De heer Biemond legde beklag op den
Beschut door den dijk volgdey Zater
dagmiddag in Hoofddorp talloozen een
wedstrijd in arren.
eersten prijs. Twee en drie werden de paar
den van den heer Van Wijk uit Hoofddorp en
van den heer De Haan uit Badhoevedprp.
De harddravers waren minder in getal doch
door hun veel grootere snelheid verhoogden
zij de spanning, De twee dravers van den
heer De Vliegers uit Nieuw-Vennep bleken
onoverwinnelijk en zagen zich in de eind
spurt daardoor tegenover elkaar geplaatst.
„Gonny-day" werd 1 en „Anselor" 2 „Ficet
V" van den heer Vervoort uit. Hilversum en
„Joep" van den heer Rodenburg Sjit den 1J-
polder kwamen resp. op de 3e en 4e plaats.
De middag kan alleen al door zijn uniek
karakter geslaagd genoemd worden,
Nederlamlsch-Belgisch verzoek
aan Washington en Londen
De Nederlandsche en Belgische regeerin
gen hebben zich tot de regeeringen van
de Vereenigde Staten en Engeland gewend
met voorstellen om te bevorderen, dat het
doorgangsverkeer naar het natuurlijk ach
terland weer over Nederlandsche en Bel
gische havens zal worden geleid. De Ne-
darlandsch-Belgische boodschap stelt ver
dere onderhandelingen over de practische
uitvoering voor, zoodra in beginsel over
eenstemming is verkregen.
Zaandam niet gekend in
provinciale tunnelplannen
Er bestaat bij den Provincialen Waterstaat
een plan voor een nieuwen provincialen weg
van Amsterdam door Noordholland. De hui
dige provinciale weg met het pontveer bij de
Hembrug kan het verkeer niet verwerken,
zoodat men ten Westen van de Hembrug een
tunnelverbinding onder het Noordzeekanaa!
heeft geprojecteerd Gelijktijdig zal de spoor
lijn naar het Westen worden verlegd. Deze
plannen zijn besproken door de gemeente
Amsterdam, de Nederlandsche Spoorwegen en
den Planologischen Dienst te Haarlem.
In den gemeenteraad van Zaandam heeft,
burgemeester In 't Veld een scherp protest
laten hooren tegen het feit, dat de gemeente
Zaandam, welke direct-belanghebbende is.
niet in deze aangelegenheid is gekend.
Company werd in het leven geroepen en deze
begon een naftaleiding naar zee te bouwen.
Om aan Rockefeller te ontkomen, kronkelden
de buizen als een slang Van Bradford over
het gebied van den staat New York naar ae
Hudson. Eidooh, in de buurt van de Erie-
spoorweg stuitte men op loopgraven, infante
rie en artillerie. Een batterij met opgerichte
kanonnen versperde den weg. Men boog dus
af naar het Zuiden. Dwars door den staat
New York trachtte men de haven van New
York te bereiken. De buizen waren reeds on
der de Delaware gelegd, toen de spoorweg
maatschappij weigerde de werklieden toe te
laten. Na een flinke knokpartij, waarbij aan
elke zijde slachtoffers te betreuren waren,
kwam net geval voor het gerecht, dat tot nu
toe nog geen uitspraak heeft gedaan, Wel een
beetje lang! Krap 51 mijlen vóór New York
vereenigde zich de buisleiding met een spoor
weg, die onafhankelijk was van de Standard
Oil Trust, dus hadden dapperheid en vernuft
het van Rockefeller gewonnen. 1 Juni 1879
was de „onafhankelijke" naftaleiding vol
tooidruim vier jaar later, in December
1883 ging het geheele geval over in het bezit
van de Standard Oil Trust. Rockefeller had
tóch gewonnen. H. K.
De „Vrede" is nog niet vlot
Ook Zaterdag is men er niet in geslaagd
het Nederlandsche motorschip „Vrede", dat
bijna veertien dagen geleden bij Bridling
ton op de Engelsche kust liep, vlot te slee
pen- De Nederlandsche sleepboot, die hier
toe pogingen in het werk stelde, slaagde er
niet in den sleepkabel op het gestrande
schip bevestigd te krijgen en moest onver
richter zake terugkeeren.
De reddingsboot van Bridlington, die ter
assistentie was uitgevaren, was meer dan
elf uur uit op dc ruwe zee,'doch kon niet
langszij de „Vrede" komen, zonder ernstig
gevaar te loopen, dat zij zelf beschadigd
werd. Een hevige sneeuwstorm belemmer
de het zicht. De kustwacht verklaarde dat
de „Vrede" aanzienlijke schade zal oploo-
•pen, daar het door de ruwe zee tegen de
klippen geslagen wordt.
Onze zeevisschcrij bracht in
1946 bijna 55 millioen op
In de onlangs gehouden vergadering van
de Vakgroep Groothandel in Visch heeft de
voorzitter, de heer D. F. E. Meerburg van
Katwijk aan Zee eenige cijfers genoemd
omtrent de opbrengst der zeevisscherij.
Blijkens deze cijfers bedroeg in 1946 de
aanvoer in alle Nederlandsche havens
133.729.000 kg - met een opbrengst van
54.787.000. Hierin is niet begrepen de op-
bi-engst der kust- en IJselmeervisscherij,
die 17.959.000 kg opleverde ter waarde van
ƒ8.699.000.
De uitvoer met inbegrip van schaal- en
schelpdieren was in 1948: 42 millioen kg
ter waarde van 21 millioen gulden.
De binnenlandsche consumptie wordt
geschat op 13 kg per jaar per hoofd, tegen
7 a 8 kg vóór den oorlog.
Kaarten in pand en
reepen zonder bon
Een 58-jarige winkelierster uit IJmuiden-O.
verhandelde in 1946 niet alleen babykleeren
en andere textielwaren, maar zij hield
zich ook bezig met het in pand nemen van
distributiebescheiden. Haar klantjes kon
den wel eens niet betalen en de dame in
kwestie nam dan genoegen met stam-,
tabaks-, snoep- en andere kaarten.
De Haarlemsche economische politie
rechter, die haar dwalingen moest beoor-
deelen, vond dat de winkelierster misbruik
maakte van haar machtspositie en de Of
ficier van Justitie sloot zich daarbij
aan, eischte 200 boete en een maand voor
waardelijk, wat door den rechter in zijn
vonnis werd bekrachtigd.
Ook de klantjes kwamen één voor één
in het bankje der beklaagden: hun straffen
varieerden van 20 tot f 6 boete en ver-
scheidenen werd bovendien het zwaard
van Damocles in den vorm van een voor
waardelijke opsluiting boven het hoofd
gehangen.
Een Velser groenteboer trachtte ver
leden jaar op de hardrijderijen te Purme-
reni zijn platte beurs eenigszins te spek
ken, door clandestien chocoladereepen te
verkoopen. De prijs was het publiek echter
te gortig en het zaakje liep niet erg. De
groenteman kreeg voor zijn zwarte reepen
van den rechter vijf tientjes boete en een
maand voorwaardelijk.
De Amsterdam I3M 58 naar zee
De stoomtrawler Amsterdam IJM 58 is gisteren
voor zijn eerste reis na den oorlog naar zee ver
trokken.
De Rotterdam, Hercules en Norma Maria wor
den spoedig In Llrr.uiden verwacht.
Agenda voor Velsem
en Urnuiden
DINSDAG 25 FEBRUARI
Thalia: 8 uur. On the great white trail.
Rex: 8 uur, De hertog van West Point.
De Pont: o uur. La vie de Bohème.
Raadhuis: 7 uur. Raadsvergadering.
WOENSDAG 2G FEBRUARI
Bioscopen: als Dinsdag.
FEUILLETON
door John Dickson Carr
Vertaald door Alice van Iterson
HOOFDSTUK II.
Het was kwart voor één 's nachts toen
Ned Atwood den hoek van den Boulevard
du Casino"omsloeg en de Rue des Anges
inging.
In de verte gleed de lichtstraal van den
grooten vuurtoren door de luoht. De in
tense hitte van dien dag was wat afgeno
men, maar het leek alsof ër af en toe nog
golven van warmte van het geblakerde
asfalt omhoog stegen. Er weerklonk geen
voetstap in La Bandelette. De weinige be
zoekers, die nog tot het einde van het sei
zoen hieven hangen, zaten in het Casino,
waar ze bleven spelen tot de dag aanbrak.
Zoo kwam het, dat niemand den jeugdig
mtziendén man zag in het ruige, donkere
costuum en den zachten vilten hoed, die
een beetje aarzelend bij het begin van de
Rue des Anges stond, voordat hij die in
ging. Hij had zijn tanden op elkaar ge
klemd en zijn oogen stonden glazig, alsof
hij had gedronken. Maar als Ned Atwood
al veel dronk, dezen avond had hij dgt
niet gedaan, of het moest zijn dat hij mfm
of meer beneveld was door een bepaalde
emotie.
Eve had nooit opgehouden van hem te
houden; da.t was een feit, waarvan hij
zichzelf vólkomen had overtuigd.
Het was niet verstandig geweest dat
wilde hij nu wel toegeven om eerst op
te scheppen, dat hij haar terug zou win
nen. Dat was een vergissing geweest- Hij
had kalm en ongemerkt terug moeten gaan
naar La Bandelette, zoo kalm en onge
merkt als hij nu door de Rue des Anges
liep, met den sleutel van Eve's huis in zijn
hand.
Villa Miramar, waar zij woonde, lag hal
verwege de straat aan zijn linkerhand.
Toen hij het huis naderde, keek hij instinc
tief naar den overkant, waar zijn vroe
gere overburen woonden. Het huis van de
Lawes was groot en ruim, zooals de villa
van Eve, en ook opgetrokken van witten
steen met een rood pannendak. Precies als
dat van Eve stond het een beetje naar
achteren, achter een hoogen muur met een
ijzeren hekje er in.
En Ned zag inderdaad wat hij verwacht
had. Op de verdieping gelijkvloers was al
les donker. De eerste verdieping was ook
heelemaal donker, behalve de twee verlich
te ramen van de studeerkamer. De stalen
luiken waren teruggeslagen voor de ra
men en ook de gordijnen waren in dezen
warmen nacht niet gesloten.
„Goed zoo!" zei Ned hardop, terwijl .hij
de geurende lucht diep inademde.
Hoewel hij werkelijk niet bevreesd be
hoefde te zijn, dat de oude man daarboven
in de studeerkamer hem hooren zou en er
ook heelemaal geen reden was om te vloe
ken, liep hij zoo zacht mogelijk. Hij open
de het hekje van Eve's huis. Toen snelde
hij het kleine paadje op, dat naar de deur
leidde. Hij nam den sleutel, dien hij be
houden had uit gelukkiger of in elk geval
onstuimiger dagen, en stak dien in het
slot; opnieuw ademde hij diep,, zond een
haastig schietgebedje op tot de heidensche
goden, die zijn leven beheerschten, en
deed den eersten stap op den weg, dien
hij lang en zorgvuldig had voorbereid.
Was Eve wakker of sliep zij? Het feit,
dat, er geen enkel licht in de villa te zien
was beteekende niets- Het was een ge
woonte van Eve hij had het altijd zie
kelijk fatsoenlijk gevonden om alle ven
sters zorgvuldig met gordijnen af te slui
ten, zoodra het donker werd.
Maar de vestibule was donker. Het rook
er naar boenwas en koffie, zooals vaak in
Fransche huizen; het bracht op eens alle
herinneringen terug. Hij klom in het don
ker, de trap op, voorzichtig op zijn teenen
loopend.
Het was een smalle, sierlijke trap met
een balustrade van bewerkt brons, die als
een soort schelp tegen den muur rustte.
Maar de trap was ook steil en erg hoog en
de treden waren -belegd met een looper,
die werd vastgehouden door ouderwetsche
koperen roeden. Hoe dikwijls vjas hij die
trap niet in het donker opgegaan! Hoe dik
wijls had hij de klok hooren tikken en
den duivel in zijn binnenste voelen op
staan; omdat hij van haar hield en omdat
hij dacht, dat ze hem waarschijnlijk niet
trouw was. Een van de traproeden, herin
nerde hij zich bovenaan, niet ver van
de deur van Eve's slaapkamer lag las.
Hij was er vaak gen'oeg over gestruikeld
en eens had hij gevloekt, dat het zijn dood
nog eens zou zijn.
Ned hield een hand aan de trapleuning.
Eve was nog wakker. Hij kon een smalle
streep licht onder de deur van haar slaap
kamer zien. Doordat hij afgeleid werd door
dat licht, vergat hij de losse traproe, die
hij juist gezworen had te vermijden. En
natuurlijk viel hij er nu over
In haar slaapkamer hoorde Eve dat ge
luid. Zij wist wie het was.
Eve zat voor den spiegel van haar kap
tafel, terwijl zij heur haar borstelde met
langzame, regelmatige bewegingen. De
lamp boven de toilettafel, het eenige licht
in de kamer, belichtte haar warme teint.:
den overvloed van zachtbruin haar, dat
over haar schouders viel, de schittering
van haar lichtgrijze oogen- Als zij haar
hoofd achterover neigde door het trekken
van den haarborstel, viel het licht op haar
zachten, ronden hals, die zoo fier op haar
uitdagende schouders stond. Zij droeg een
wit zijden pyjama en wit satijnen muiltjes.
Eve keerde zich niet om. Zij ging ver
der met het borstelen van heur haar.
Maar een seconde voelde zij een wilden
angst in zich voordat achter haar rug
de deur geopend werd en zij Ned
Atwood's gezicht weerkaatst zag in den
spiegel.
Ned, hoewel hij zoo nuchter was als iets,
huilde bijna.
„Hoor eens", begon hij, nog voordat de
deur geheel open was. „Dat lam je me niet
aandoen".
Eve hoorde zichzelf praten. Haar angst
was niet verminderd: integendeel, die werd
grooter. Maar zij borstelde verder, mis
schien om het trillen van een zenuw in
haar arm te verbergen.
„Jk dacht wel, dat jij het was", zei ze
rustig. „Ben je heelemaal krankzinnig ge
worden?"
„Neen! ik
„Ssst! Alsjeblieft!"
„Ik hou van je," zei Ned, terwijl hij zijn
handen uitspreidde.
„Je hebt me gezworen, dat je'dien sleutel
verloren had. Dus je hebt me weer voor
gelogen".
„Het is nu geen tijd om over kleinighe
den te kibbelen", zei Ned, die dit werke
lijk als een allerbelachelijkste kleinigheid
opvatte. „Ben je werkelijk van plan om
met dien vent, dien Lawes het was
alsof hij de woorden uitspuwde „te
trouwen?"
„Ja".
Beiden keken instinctief naar de stevig
gesloten gordijnen voor de ramen, die op
straat uitkeken. Het leek alsof zij beiden
hetzelfde dachten.
„Denk je dat ik je zou kunnen Interes
seeren voor het meest doodgewone fat
soen?" vroeg Eve.
„Niet zoo lang als ik van jou houd".
Er was geen twijfel aan: hij zou gaan
huilen. Speelde hij weer comedie? Eve be
twijfelde het. Er was iets geweest een
oogenblik ten minste dat zijn houding
van kwijnenden spot en prachtige zelfver
zekerdheid, waarmee hij de wereld tege
moet trad, verstoorde. Maar dat oogenblik
van zwakte was spoedig voorbij. Ned werd
weer zichzelf. Hij slenterde door de kamer,
gooide zijn hoed op het bed en ging in een
leunstoel zitten.
Het lukte Eve nóg maar net om niet te
gaan gillen.
„Aan den overkantbegon zjj.
„Ik weet het, ik weet het".
„Wat weet je?" vroeg Eve. Zij legdD den
borstel neèr en draaide zich om op haar
taboeret om hem aan te kijken..
„De oude heer. Sir Maurice Lawes...."
„O en wat weet je van hem?"
„Dat hij 's avonds altijd laat blijft op
zitten", antwoordde Ned, „in die kamer
recht tegenover ons. Dan bestudeert, hij
zijn verzameling of wat het dan zijn mag.
Van dit raam uit kun je recht In zijn ka
mer kijken".
(Wordt vervolgd)