pRlJISENj. De parvenu onder de Duitsche Staten Dukel wint opnieuw Prijzenboekje 1947 Brazilië: een land van belofte Geen optimistische verwachtingen Verhooging van liet zeehavengeld met ingang van 1 April Santpoort De snuifdoos van den Keizer MaaNDAG 24 MAART 1947 IJMUIDER COURANT Bloei en ondergang mm een specialer! medewerker rPea ander volk in Europa is in zijn ge- ,Snis aan zoo enorme schommelingen dïhevig geweest als het Duitsehe; ner- - wisselden tijden van den hoogsten ®f m het diepste verval, van de vreese- ffie vernietiging, zoo en zoo J sis bii d;t volk van het midden, tus- ii West en Oost, tusschen Noord en Idd Denken wij slechts aan den Dertig en oorlog, die de Dunsehers stort*e in godsdiensttwisten, m nood en ellende als n ander volk, denken wij slechts aan de ,g^«iPke bloeitijden met hun scheppend i^lkme Waar de lotsstroom van andere Sen voortglijdt van rust tot bewogen- S door bont wisselende oevers omzoomd, «Sar toch steeds op een of andere wijze Xarfcaar en in toom te houden, daar lijkt van het Duitsche volle vaak op een door stroomversnellingen uiteengereten woeste rivier die, alles rondom vernietigend, on tembaar haar dijken doorbreekt, zich stor- tpnd in het onzekere", zooals Hodderhn het van het menschenlot verkondigt, „van kÜD tot klip Bii geen van zijn stammen treden deze wi=che brekingen sterker aan den dag dan bij die, welke zich de laatste 200 jaar als leider opwierp: bij Pruisen. Nu men het voortbestaan van dit land aan de groene tafel meent te kunnen uitwisschen, is het misschien tijd, een silhouet van dit Pruisen te teekenen, vooral nu hij, die het op de hoogte van zijn macht representeerde, Wil helm I, I50 Jaar &eleden het levenslicht aanschouwde. De opkomst van Pruisen begint met Frie- drich Wilhelm, den Grooten Keurvorst, al heet zijn land voorloopig nog Brandenburg. Pruisen was tot 1701 nog een hertogdom en omvatte oorspronkelijk slechts het ge bied van het latere Oost-Pruisen. Daarna pas klom het op tot een' koninkrijk, hoewel nog steeds buiten het Duitsche rijk. Want het lag excentrisch in het Duitsche gebied, dat eenzame en onvruchtbare land en nie mand weet in welke mate eens zijn Slavi sche oerbewoners uitgeroeid en verdreven werden of zich met de opdringende Ger- maansche kolonisten vermengd hebben. Deze vermenging was geen gelukkige. In ieder geval voelde en versterkte dit Pruisen steeds meer de tegenstelling tot het Duit sche volk als geheel. Maar het had een harde hand en een ruwe stem en wist te bevelen. Pruisen vocht met alle middelen om een hegemonie, die het van nature nooit ten doel gevallen zou zijn; Pruisen bracht echter ook die mannen van groot formaat voort, die hun land als tegenmacht en spoedig ook als overmacht vooral over Oostenrijk en daarmee over het humane Europeesche denken, omhoog wisten te brengen. Pruisen, dat beteekende nuchterheid, spaarzaamheid, verbetenheid, dat betee kende een stalen onbuigzame wil, spar- taansche stervensbereidheid. Pruisen be teekende oorlog. Het bracht die, bü alle genialiteit, problematische karakters voort, die macht- en staatsvergoding in de meest verscheiden vormen en vermommingen nisten te bedrijven en op te leggen. Is het dan een wonder, als successen en nog eens successen deze harde en primitieve stam lot den parvenu onder de Duitsche staten deden worden, tot den allesbeterweter en allesbeterkunner, tot den besten organisa tor, tot den besten soldaat, tot den „über alles"? Daar zijn ze, de groote politieke Pruisen: de werkelijk geniale Frederik de Groote, de vriend van Voltaire, de fluitspeler, de filosoof en veldheer, de doodsvijand van Oostenrijk en zijn Maria Theresia; Bis marck, verreweg de knapste en meest scheppende „Realpolitikus" van zijn eeuw, bezeten door de demonen van macht en eerzucht; tenslotte Hitier, de weggeloopen Oostenrijker, die zich tot „über"-Pruis op wierp, tot den grootsten Duitscher van alle tijden, en die nu van maand tot maand, hoe meer de geschiedenis hem uitkleedt, verder in de onbelangrijkheid wegzinkt. Dynamische roofstaat. Toen Pruisen sterk genoég was, om zich aan de spits van een Klein-Duitschland te stellen en den verzachtenden invloed vooral van Oostenrijk uit te schakelen, in 1866 dus, toen was de teerling voor geheel Euro pa geworpen. Toen reeds verbond zich dit Pruisen, tegen alle natuurlijke argumenten in, met Italië en drong Oostenrijk uit den Duitschen Bond en naar het Zuidoosten, Om het damkampioenschap van Kennemerland Zondagmorgen werd voor het tournooi om het damkampioenschap van Kennemer land de uitgestelde partij DukelSuyk ge speeld. Het werd een 'boeiende partij. Het spel was zoo gecompliceerd dat tot den tijdnood met den 45en zet de spanning er in bleef. In een fraai eindspel moest Suyk tenslotte capituleeren. De strijd om den titel gaat nu feitelijk alleen tusschen de twee D.C.IJ.'ers Dukel en Laros. Dukel moet nog spelen tegen Tolenaars, bord één van de Haarlemsche Damclub en zijn clubgenoot Postma. Laros ontmoet nog Tolenaars, De Jong en Was senaar. De stand luidt: gesp. gew. gel. verl. pnt. B. Dukel Laros Tolenaars Abe de Jong 6 3 3 0 9 5 3 2 0 8 0 1 4 0 6 6 1 4 1 6 0 1 3 1 5 5 1 3 1 5 5 1 3 1 5 6 n 3 3 3 5 0 1 4 1 C. Suyk Postma Dixhoorn Ook voor de degradatie is de spanning groot. In <je laatste ronde ontmoeten Dix hoorn en Draayer elkaar. Indien beiden er jn slagen zes punten bijeen te brengen is hun plaats voor de hoofdklasse voor twee jaar verzekerd. Athletiek Belgische athleten bezoeken Zandvoort Zondag 13 Juli zal in Zandvoort een inter nationale atletiekwedstrijd worden georgani seerd tusschen de sterke Belgische vereeniging Royal Cercle Athlétique de Schaerbeek en de A- v. „Haarlem". Deze wedstrijd, welke de eerste internationale athletiekwdestrijd is sinds jaren in de omgeving van Haarlem, wordt ge organiseerd door de H. A. V. „Haarlem" in sa menwerking met „Zandvoortmeeuwen". waar het in de Slavische branding schip breuk lijden moest. En na den eersten wereldoorlog herhaalde zich dit spel in vreeselijke dupliciteit. Nu echter, vrij van de laatste remmen van een aan traditie gebonden keizerschap, treedt dit Pruisen, de motor van het rijk, onvermomd als dy namische roofstaat op, die Groot-Duitsch- land niet schept, maar bij elkaar raapt, dwingt, en meer nog. Europa zijn juk op legt, met elementaire, blind-woedende kracht en toch met wetenschappelijke gron digheid; alle minderwaardigheidsgevoelens, die in den parvenu opgestuwd waren, in razernij afreageerend en toch niet in staat, heer te worden, heer te zijn. Hoe snel en steeds sneller wordt de film der geschiedenis afgewikkeld! Wat kan de vergankelijkheid, de „vanitas" van staat kundige macht en aardsche glans scherper doen uitkomen dan de bloei en de onder gang van dit Pruisen, zich afwikkelend in een kleine 250 jaar. Nog klinkt ons het uit dagende lied in de ooren: „Ich bin ein Preusse, kennt ihr meine Farben.nog hooren we het barbaarsche stamprhythme van die Pruisische marsdhen, die het Der de Hij'k ons tot waanzinnig wordens toe heeft voorgetrommeld en voorgefloten. En toch is het dezer dagen pas 150 jaar ge leden, dat die Wilhelm I in Berlijn geboren werd, die dan in 1861, op 64-jarigen leef tijd, als opvolger van zijn gestorven broer, tot koning van Pruisen en 10 jaar later, in Versailles tot Duitschen keizer gekroond werd. Ongetwijfeld, deze Wilhelm I was een Hindenburgnatuur; een vader voor zijn land, een soldaat, rechtschapen, god- vreezend, een man van den plicht, hij was, kijken we slechts naar de beroemde schets van Lenbach, een mensch. Maar achter hem stond een donkere genius, Bismarck, een geest van geweldig formaat, een per soonlijkheid ook, die ons ih de tragiek van haar groote rol boeit, overigens in alles en alles torenhoog boven een Hitier uitstekend. En toch: zooals het Duitsche volk zich wil loos leiden liet door Hitier en zijn trawan ten, zoo deze vorst door zijn „ijzeren kan selier". Ook Wilhelm I had het gewone drama tische stadium van de Pruisische kroon prinsen doorloopen, ook hij was met de „Nieuwe Aera" als de hoop der liberalen begonnen. Maar de strijd om de hervorming van het leger, om de credieten, dreef hem, die in den grond geen politicus was, steeds weer en steeds meer op de absolutistische zijde, terug naar het conservatisme en daar mee in de armen van Bismarck. Bismarck wilde den oorlog tegen Denemarken, Bis marck wilde den oorlog tegen Oostenrijk, Bismarck wilde den Noordduitschen Bond, Bismarck verminkt de Emser Depesche en dwong tot den oorlog tegen Frankrijk; Bismarck speelde het groote Europeesche spel met ongehoorde virtuositeit en zonder een gelijkwaardigen partner; Bismarck zette tenslotte de keizerkroning in Versail les door, waarnaar Wilhelm, die voor alles Pruis wrs, heelemaal niet gestreefd had. Bismarck wenschte het verbond van twee, het verbond van drie, en de keizer, 85 jaar oud, zag af van de vriendschap met Rus land. Bij Bismarck kwamen alle draden samen en hij hield ze vast met alle mid delen. Mij maakte er schaamteloos gebruik van, dat zijn tegenspeler, de Duitsche kroonprins en latere keizer voor honderd dagen Frederik III, deze edele, werkelijk menschelijke figuur, deze hoop van Europa, ten doode opgeschreven en met de dochter van de koningin van Engeland getrouwd was. Bismarck had de teugels met ijzeren greep in handen, en de keizer liet ze hem. Zeker, de keizer en de kroonprins waren bij het volk geliefd, over de beide aan slagen van{.1878 was men diep verontwaar digd, maar de macht, dat wist het volle, dat voelde het volk en daar schikte het volk zich in, de macht had Bismarck. Hij dwong dit Pruisen, dit Duitschland zijn wil op. Hij was, in tegenstelling tot den keizer, de geweldige, de gevreesde redenaar. Op welke armoede, op welk een catastrofaal gebrek aan ontwikkeling wijzen de brui- cantates van Hitler in vergelijking met de zooivel naar vorm als inhoud volmaakte redevoeringen van Bismarck!) Ook Bis marck was op zijn wijze een demagoog, maar aangepast aan den stand van zijn eigen ontwikkeling en die van Europa, van het Duitschland uit die jaren, Hitier kon zich oneindig goedkooper tot een gees telijk met geweld geproletariseerd Duitsch land wenden en de massa gemakkelijk be- heerschen. De episodisch korte heerschappij van Frederik III en de plotselinge troonopvol ging van zijn onevenwichtigen jongen zoon brachten Pruisen binnen 48 jaar van Ver sailles haar Versailles, van de keizerskro ning 'naar het vredesverdrag en daarmee naar den eersten afgrond. En toen daarna in een versterkte herhaling, de geest van Hindenburg machteloos bleek tegenover de waan van Hitier, toén legde de vuist van het noodlot zich binnen 25 jaar voor de tweede maal op dit hoovaardige land, dat nu de schuld van zijn leiders en van zijn verblinde volk zoo vreeselijk boeten moet. H. S. Burgerlijke stand van Velsen GEBOREN: A. Leijenaar—van der Zee, d.. Ver!, van Themèatlaan 14, Velsen: W. M. Ter voortPrenen, d., Gr. H. of Koningsweg 2 e, Velsen-Noord; M. M. BendersHermans, z.. Da Costalaan 44. Driehuis; H. Vrijhof—van der- Linde, z., Eikenstraat 38, IJmuiden-Oost; C. W. SmitSpruit, z,, IJmuiderstraatweg 157, IJmui den-Oost; J. M. Bol—Korthouwer, d., Noorder dorpstraat 10, Santpoort. ONDERTROUWD: A. J. Hennevanger, Zeeweg 405, IJmuiden-O en A. Zegel, Ger. Doustr. 50, IJmuiden-O.. toek. adres; Lindenstraat 1. IJmui- den-O.; G. Hiemstra, Veenbergplein 32, Haarlem en M. L. Kroese, Middenduinerweg 71. Sant poort, toek. adres: Middenduinerweg 71, Sant poort; A. Jongens, Middenduinerweg 69, Sant poort en H. J. Lindeblad, Hoofddstraat 106, Santpoort; L. J. Neve. Amsterdamscheweg 35, Velsen en H. C. Wijers, Harddraverslaan 9, Santpoort; D. W. Harteman, Trompstraat 55. IJmuiden-O. en E. Veldman. Trompstraat 55, IJmuiden-O., toek. adres: LIenden, M. 43. GEHUWD: P. Prins en S. A. Meinema, IJmui derstraatweg 107. IJm.-O.; W. J Post en A. J. M. Smakman, adres?; P. Moojen en E. van Slooten, Willebrordströat 27, IJm.-O.; L. van Baarsel en F. de Bak, Velserduinweg 213. IJm.- Oost; H. Holman en J. v. d. Sluis, Cypressen- straat 40, IJm.-O.; F. Jonker en T. Paap, Pr. Steijnstraat 43 rd, IJmuiden. Het Directoraat-generaal van de Prijzen heeft een boekje uitgegeven, waarin de prijzen worden opgesomd welke ten hoog ste betaald behoeven te worden voor goe deren en diensten, welke men voor het dagelijksch levensonderhoud noocUg heeft. Aan de hand van dit boekje kan de huis vrouw bepalen, of zij door haar leveran ciers wordt overvraagd, hoewel zij af en toe voor vragen zal komen te staan, wellje niet direct met behulp van het boekje op gelost kunnen worden. Vele artikelen wor den namelijk verkocht in verschillende kwaliteiten en daarom zijn voor dergelijke gevallen de grenzen aangegeven, waartus- schen de verschillende prijzen mogen va- riëeren. Wat moet men doen, wanneer de leve rancier een hoogeren prijs vraagt, dan volgens het boekje geoorloofd is? In zijn voorwoord adviseert de directeur-gene raal van de Prijzen: „niet toegeven en maar betalen. Er zijn heel wat leveran ciers, die misbruik maken van de om standigheden en die in het rechte spoor terug zullen keeren als zij ervaren, dat het publiek niet alles meer accepteert". Bij verschil van meening dient men zich in de eerste plaats te wenden tot de plaatselijke prijzencommissie. Overtredin gen kan men aangeven bij de bureaux van de Prijsbeheersching, ^velker adressen in het boekje zijn opgenomen. Winkeliers, die te hooge inkoopsprijzen moeten betalen, wordt aangeraden, dit eveneens aan de Prijsbeheersching op te geven, opdat zij niet het slachtoffer worden van de prac- tijken van anderen. Prof. Salverda de Grave overleden In Den Haag is op 84-jarigen leeftijd overleden prof. dr. J. J. Salverda de Grave, oud-leeraar van de Koningin, oud-privaat- docent en lector in de Fransche taal te Leiden en oud-hoogleeraar aan de univer siteiten in Groningen en Amsterdam. Maar immigratie is geen peuleschil Zooals bekend, heeft ir. G. J. Ileymeijer, verbonden aan de Stichting van den Land bouw te 's-Gravenhage, enkele maanden geleden in opdracht van dc samenwerkende Nederlandsche landbouw organisaties een studiereis naar Brazilië ondernomen, ten einde de cxuigraticmogeljjkheden aldaar voor Nederlanders te onderzoeken. Na zijn terugkeer in Nederland heeft ir. Ileymeijer aan een redacteur van het A.N.P. het een t.n aiider verteld omtrent emigratiemogelükheden naar Brazilië, een land niet alleen van groote mogelijkheden, maar ook een land van scherpe tegenstellingen tus schen den grootsten rijkdom en dc bitterste armoede. Wat betreft de emigratiekansen voor Ne derlanders, aldus de heer Heymeijer, kan ik geen optimistisch geluid laten hooren. Na grondig onderzoek ben ik tot de con clusie gekomen, dat vele moeilijkheden overwonnen moeten worden, tal van risi co's moeten worden uitgeschakeld, alvo rens de bestaande plannen practisch ten uitvoer kunnen worden gelegd. Op grond van het klimaat is het vinden van een ge schikte streek - waar zich Nederlanders zouden kunnen vestigen - uiterst moeilijk. Verder is het vervoersvraagstuk in Brazilië een zeer lastig probleem. De wegen naar het binnenland zijn moeilijk begaanbaar en de spoorwegen zijn nogal ouderwetsch. Een afstand van 450 km kan in de meeste gevallen niet binnen de twee dagen worden afgelegd. Een vestiging van boeren in Bra zilië staat of valt met de oplossing van het transportprobleem. Tot dusverre overheerschten in Brazilië de monoculturen. Men wil nu van het systeem om uitsluitend koffie of katoen te verbouwen, afstappen, ofschoon thans de koffieprijzen weer ongeveer het tienvou dige van voor den oorlog bedragen. Brazilië heeft een tekort aan levensmid delen, zooals zuivelproducten, groenten, aax-dappelen en vruchten. Iri principe zou Besprekingen ln de gemengde Nederlandsch- Belgische commissie Inzake havenaangelegen heden, ten doel hebbende de verschillen te overbruggen tusschen de tarieven van het zee havengeld in de groote Nederlandsche havens en die in de haven van Antwerpen, hebben tot resultaat gehad, dat tusschen de Belgische en de Nederlandsche delegaties voorloopig over eenstemming is bereikt omtrent een verhoo ging van de voornaamste tarieven van het Amsterdamsche en het Rotterdamsche zee havengeld met gerekend' ten opzichte van het vooroorlogsche peil ongeveer 150 pet., een zelfde verhooging als Antwerpen tot heden op zijn vooroorlogsch tarief heeft toegepast. Burgemeester en wethouders van Rotterdam hebben zich met de buurthavens Dordrecht, Schiedam. Vlaardingen-Oost in verbinding gesteld. Dit overleg heeft geleid tot de toezeg ging, dat, wat de gemeentelijke havens betreft, aan de betrokken gemeenteraden voorgesteld zal worden de thans in die havens geldende tarieven een verhooging te doen ondergaan met het zelfde percentage als waarmede de huidige Rotterdamsche taneven verhoogd zullen wor den zoo zij al niet aan het Rotterdamsche tarief gelijk zullen worden gemaakt. De verhooging van de Rotterdamsche tarie ven zal hierop neerkomen, dat het maximum tarief, thans 4.5 cent per m3 scheepsinhoud, op 8 cent zal worden gebracht en dat de beide andere hoofdtarieven (3 cent per m3 .scheeps inhoud en 5 cent per ton ingenomen en geloste lading, en, volgens dezelfde onderscheiding, 2 en 30 cent) gesteld zullen worden op resp. 4,5 en 10 en 3 en 40 cerut, 'hetgeen gerekend ten aan zien van de vooroorlogsche tarieven een ver hooging inhoudt, varieerende van 110 tot 150 °/o. Daarnaast zullen de tarieven voor de z.g. opleggers, thans 1,6 cent per m3 scheepsinhoud per maand en het tarief voor schepen, die de gemeente verlaten hebben en daarin terugkee- ren zonder intusschen op zee te zijn geweest, ad 1,3 cent. een ongeveer evenredige verhoo ging dienen te ondergaan. Deze tarieven, waar op tot den oorlog een reductie van 28 °/o werd toegepast, zouden dus, na afronding, kunnen worden gebracht op 2,5 cent en 2 cent. Hierbij kan worden aangeteekend. dat ook de Amster damsche uitzonderingstarieven voor bepaalde massagoederen evenredig verhoogd zullen wor den. In de gevallen, waarin de verordening het bedrag van 4M> cent per m3 aanhoudt als maximum van verplichtingen of als b'asis van voorloopige havengeldheffing dient dit bedrag eveneens in 8 cent veranderd te worden. Ongewijzigd zouden blijven het bunker- en ballasttarlef ad 1 cent en het boeiengeld ad 0.1 cent per rn3 scheepsinhoud, het percentage van 25, waarmede het havengeld wordt geredu ceerd bij de z.g. 2-call, alsmede de termijnen van twee maanden, resp. een maand als gel digheidsduur van het eerste, resp. tweede en volgende havengeidbriefje. De tariéfsverhooging zal in werking treden op 1 April 1947. Jonge Spaansche republi keinen staan terecht Negen republikeinsche Spanjaarden, allen nog geen achttien jaar loopen de kans ter dood te worden veroordeeld door een Spaanschen krijgsraad, aldus het „Britsch-Spaansche Comité voor hulp aan Spaansche republikeinsche vluchtelingen'" Onder de 'beschuldigden bevinden zich twee jonge meisjes, van wie Isebelita Torrelba krankzinnig geworden zou zijn door de mishandelingen die zij heeft on dergaan. Zeven van deze jonge menschen zijn meer dan zeven dagen in de gevange nis Alcala de Benares in hongerstaking geweest en hun voorbeeld werd gevolgd door gevangenen in andere gevangenissen. In verscheidene fabrieken te Madrid zou den de arbeiders besloten hebben bij wijze van protest het werk neer te leggen. Banket in Moskou. Molotof gaf een diner, waarbij de vier ministers, de plaatsver vangers en de diplomaten der geallieerden in Moskou aanwezig waren. - Molotof en Marshall in drukke conversatie. dus voor Nederlandsche boeren en tuinders een „vruchtbaar" terrein aanwezig zijn, maar in de praktijk valt dit erg tegen. De heer Heymeijer vertelde ons, dat men reeds het oog op een bepaald terrein heeft laten vallen; het is echter de vraag, of de moei lijkheden van kolonisatie kunnen worden opgelost. Ook in Brazilië bestaat een ge weldige woningnood: men zal eerst wo ningen moeten bouwen, alvorens vestiging kan worden overwogen. Aanpassingsvermogen vereischt Het ligt in de bedoeling, indien alle be lemmeringen uit den weg zijn geruimd, met een 25-tal Nederlandsche gezinnen te beginnen. Indien deze „kernvorming" lukt, dan is men van plan nog een 250 gezinnen te laten volgen, zoodat men een gemeen schap van een 1000 zielen kan vormen. Men zal zich echter in hooge mate moeten aan passen, aangezien de levensverhoudingen in Brazilië geweldig verschillen met de levenswijze en den levensstandaard in ons land. Vooral, de Nederlandsche vrouwen zullen moeite hebben te acclimatiseeren, aldus de heer Heymeijer. Geen gas, geen electriciteit, moeilijke sociale voorzie ningen, het zijn dingen die men dubbel mist, wanneer men deze eens heeft beze ten. Vele buitenlandsche kolonisatieplan nen zijn reeds in Brazilië mislukt. Slechts de Japanners zijn er in ge slaagd er vasten voet te krijgen, dank zij de stichting van een coöperatie, welke hun van het noodige voorziet. De Japansche gemeenschap heeft het transportprobleem zelf weten op te lossen. Met een 80-tal vrachtauto's worden de producten naar de stad ge reden en op de markt verkocht. Wij zullen düfe slechts kunnen slagen, in dien wij eveneens hechte gemeenschappen weten te vormen. Mede door gebrek aan taalkennis zijn al tal van Nederlanders, die individueel naar Brazilië zijn gegaan, ge strand en in bittere armoede geraakt. De bewerking van de gronden in Brazi lië is zeer extensief. Groote gebieden, die met oerwoud zijn bedekt, worden eenvou dig afgebrand, waarna de gronden in cul tuur worden gebracht. Zijn de gronden uitgeput, dan worden de perceelen verla ten. „De gronden verbeteren" kennen de Brazilianen nauwelijks. Wel zijn de laatste jaren in Brazilië proefstations verrezen, maar het zal nog geruimen tijd duren, al vorens practische resultaten zichtbaar zijn. Door den heer Heymeijer en zijn twee me dewerkers, waarvan er nog een in Brazilië is achter gebleven, werden ook nauwkeu rige grondonderzoekingen gedaan, waarvan de resultaten nog niet vast staan. Met vertegenwoordigers van de Brazi- liaansche regeering werden alle moeilijk heden en problemen besproken. Met waar deering maakte ir. Heymeijer gewag van de groote medewerking welke van deze zijde werd ondervonden. Teneinde Neder landsche nederzettingen mogelijk te maken zullen faciliteiten worden verleend, zelfs al zou dit niet in overeenstemming met Braziliaansche wetten zijn. Mogelijkheden tot verkrijging van credieten in Brazilië zijn principieel aanwezig. De rentevoet is evenwel zeer hoog en loopt gauw tegen de 8 en 10 procent. Pioniers gevraagd De heer Heymeijer besloot het onder houd met er op te wijzen, dat slechts echte pioniers zullen kunnen slagen. Een groot aanpassingsvermogen zal daarbij vereischt zijn. Op den duur acht hij een redelijk be staan beslist aanwezig. Men zal evenwel flink moeten aanpakken, mede daar in- heemsche arbeidskrachten schaarsch zijn. Indien men echter met moderne methoden (onder gebruikmaking van landbouwma chines) te werk gaat, bestaat een goede kans tot slagen. Liberty-schepen voor Duitschland? Volgens een correspondent van de „Daily Mail" hebben de Britsche en Arnerikaan- sche scheepvaartautoriteiten in Duitsch land hun goedkeuring gehecht aan een plan, volgens hetwelk Duitschland toe stemming zal krijgen om vijf-en-zeventig Amerikaansche Liberty-schepen in gebruik te nemen. Het plan, waarvoor Hoover een aanbeveling had gegeven na zijn jongste bezoek aan Duitschland, moet nog uitein delijk door de regeeringen van Engeland en de V. S. worden goedgekeurd. Het gevolg voor Engeland zou zijn, dat dan bijna vijf-eh-zeventig procent der on kosten van verscheping der voor import in Duitschland bestemde goederen, die En geland thans grootendeels in dollars moet betalen in Duitsche marken zou worden betaald. Ook zou een overeenkomstige ton nage voor eigen .gebruik van Engeland vrijkomen. Wederopbouw boerderijen De voorloopige financieringsregeling, die ten behoeve van den herbouw van boerderijen is getroffen, komt cr op neer, dat in het uiterste geval de eigenaar ten hoogste 25 procent van de vereischte bouwsom in contanten moet storten. De rest wordt dan door het Bureau „Weder opbouw Boerderijen" gefinancierd in den vorm van rentelooze voorschotten. Ook Boerenleenbanken hebben zich bereid ver klaard eventueel het rentelooze voorschot te verstrekken. Het komt evenwel voor, dat de eigenaar in de onmogelijkheid verkeert om de ver plichte bijdrage te voldoen- Indien in zulke gevallen het perceel tegen molest verze kerd is geweest, kan het bureau „Weder opbouw Boerderijen" bij de Herstelbank een voorstel doen om uit de molestverze- kering het vereischte bedrag vrij te krij gen. Het spreekt vanzelf, dat bij een gun stige beslissing van de herstelbank het vrijgegeven geld uitsluitend gebruikt mag worden ter voldoening van de voor den herbouw van de boerderij benoodigde bij drage. Sommige eigenaren van verwoeste boer derijen meenen, dat het mogelijk is de verplichte bijdrage in de hei-bouwkosten geheel of gedeeltelijk in natura. zooals hout, steenen, spanten en dergelijke, te voldoen. Er moet echter uitdrukkelijk op gewezen worden dat zulks in strijd is met de bedoeling en den opzet van de voorloo pige regeling. Slechts indien de eigenaar uit eigen houtopstand hout kan leveren, is een gedeeltelijke verrekening op deze wijze mogelijk. Bij deze houtlevering moet uiteraard het Staatsboschbeheer ingescha keld worden. Het Bureau „Wederopbouw Boerde rijen" maakt verder nog bekend dat, be houdens in enkele zeer bijzondere geval len, het bouwen van noodvoorzieningen als geëindigd moet worden beschouwd. Oorlogsschepen in reparatie Behalve de groofere oorlogsschepen, die thans een normale revisie ondergaan, is er nog een aantal kleinere schepen, dat op dit oogenblik In reparatie ligt en ten deele een gewijzigde bestemming krijgt. Hr. Ms. mijnenvegers „Pieter Florlsz" en .Ab'raham van der Hulst" zijn in reparatie op de werf van J. en K. Smit tc Kinderdijk. Beide schepen zijn uiteindelijk bestemd voor algemeene en patrouilledienst ln Indië, doch er kan nog wel wijziging ln deze plannen komen. Hr. Ms. kanonneerboot „Gruno" ligt opge legd ln Den Helder en zal te zijner tijd in dienst gesteld worden. De oude kustverdedigingsschepen Hr. Ms. ..Hertog Hendrik" en „Jacob van Heemskerck" liggen respectievelijk bij Wilton-Feljenoord in Schiedam en op de marinewerf in Willemsoord. Deze schepen vielen in Mei 1940 in handen van de Dultschers en zijn door hen weggesleept. Toen zij na de bevrijding werden opgespoord, bleek het dat onze bezetters dezen hadden ver bouwd tot „Flak"-scheperi (drijvende lucht- afweerbatterijen). Nu zijn zij terug en wordt de luchtafweer er af gesloopt, ook verschei dene verbouwingen krijgen hun beslag, opdat beide schepen in de tweede helft van dit jaar dienst kunnen gaan doen als logementschepen. Twee oorlogsschepen, die in den afgelooperv oorlog hun sporen hebben vediend als con- voyeurs krijgen nu een minder roemrijk be staan. Hr. Ms. kanonneerboot „Van Klnsber- gen", die bij de Rotterdamsche Droogdok Mij. ligt, is destijds gebouwd als artlllerle-instruc- tie-sehip. Het escorteeren tijdens den oorlog was dus een „Intermezzo". Het schip zal I April gereed komen voor den dienst en half April gaan varen als algemeen vormingsschip voor de adelborsten van het Kon. Instituut te Den Helder. Hr. Ms. lichte kruiser „Jacob van Heems kerck", die eveneens een bewogen oorlogsge schiedenis heeft en ook bij de Rotterdamsche Droogdok Mij. ligt, zal in Mei klaar zijn. Deze oorlogsbodem wordt artillerie-instructieschip, eveneens voor het Kon. Instituut. RECORDS VAN HOOGEN WATERSTAND IN ENGELAND Op den elfden dag van het hooge water in Engeland, zijn de rivieren weer hooger gestegen en records gebroken. Te Glouces ter kwam de Severn 2J/2 centimeter boven het recordpeil in het jaar 1852. Te Chert- sey verdween het teeken, dat het niveau van het water in 1894 aangeeft, onder het wateroppervlak van de Theems. Duizen den manschappen hebben in alle deelen van het land met de nieuwste militaire uit rustingen den strijd tegen het water aan gebonden. De inwoners van het dorpje Wirksworth (Derbyshire) moesten heden hun woningen verlaten, daar de geheele heuvel in beweging kwam. DISTRIBUTIENIEUWS Bewoners van Santpoort, wier namen begin nen met de letters A t.m. G kunnen Dinsdag nieuwe bonkaarten halen in het Badhuis aan de Wüstelaan. Woensdag zijn de letters H. t,m. L aan de beurt. De gezegelde stamkaart en loopende bonkaart 703 moeten worden meegebracht. EEN VOETBALKAMPIOEN? Door gisteren met 32 van zijn zwaar- sten concurrent Zandvoortmeeuwen 2 te winnen, behield Velsen 2 de leiding in zijn afdeeling en zijn uitstekende kan sen op het kampioenschap. Verder zijn gespeeld in de afdeeling Haarlem: Zandv.meeuwen 5Terrasvogels 4.60 Terrasvogels 3D.E.M. 533 V.S.V. 4Kennemers 455 Kinheim 2Stormvogels 321 FEUILLETON door John Dickson Carr Vertaald door Alice van Iterson 27 Zij drukte haar handen tegen haar oogen en legde ze toen weer in haar schoot. De toon, waarop zij verder sprak, was harts- tochtelijk-ernstig, hetgeen niet naliet in druk op haar toehoorders te maken. „Dit is de eerste maal, dat ik er over hoor- Ik durf er een eed op te doen, dat het stukje agaat er nog niet op was, toen ik weer. het huis inkwam. Ik heb u immers ver teld, dat ik het négligé heb uitgetrokken om er de bloedvlekken uit -te wasschen- Ik weet er geen andere oplossing voor, dan dat iemand het er opzettelijk nader hand op aangebracht heeft". „Opzettelijk op aangebracht?" merkte Monsieur Goron op: het was meer het constateeren van een feit dan een vraag. Eve begon te lachen. Zij keek ongeloo- vig van het eene gezicht naar het andere. „Maar jullie beschouwt mij toch zeker niet als een moordenares?" „Om eerlijk te zijn, madame, het fan tastische denkbeeld is werkelijk geop perd „Maar ik kanmaar begrijpt u dat dan niet? Ik kan immers ieder woord, dat ik zeg, bewijzen!" „Op welke manier, Madame?" vroeg de prefect, terwijl hij met zijn keurig gema nicuurde vingers op het tafeltje naast hem begon te trommelen. Eve wendde zich nu weer tot de an deren. „Het spijt mij. Ik heb het jullie niet eer- ■der verteld, omdat ik niet wilde beken nen, dat Ned in mijn kamer was". „Dat is begrijpelijk genoeg", antwoord de Janice met kleurloöze stem. „Maar dit" Eve spreidde haar handen uit „dit is zoo volkomen idioot en be lachelijk, dat ik niet weet, wat ik er op zeggen moet. Het is precies alsof je mid den in den nacht wordt wakker gemaakt en beschuldigd wordt van moord op iemand, van wien je nog nooit hebt ge hoord. Ik zou werkelijk bang zijn, als ik niet zeker wist, dat ik hetgeen ik zeg, kan bewijzen". „Het' spijt my, Madame, dat ik u op nieuw moet lastig vallen met mijn vraag", 1 zei Monsieur Goron. „Hoe moet dat bewe zen worden?" „Door Ned Atwood natuurlijk!" „Ah zoo", zei de prefect. Zij bewegingen waren uiterst discreet. Hij beurde de lapel van zijn jasje op en rook aan de witte roos in het-knoopsgat. Zijn oogen waren op een bepaald punt op den vloer gericht. Hij maakte een berus tend gebaar. Maar op zijn gezicht was geen enkele gedachte te lezen; zijn voor hoofd was zwaar gefronst. „Zegt u mij eens, Madame, u hebt een heele week gehad om dit verhaal behoor lijk teoverwegen, nietwaar?" „Ik heb niets overwogen! Dit is voor het eerst, dat ik de heele geschiedenis hoor- Ik zeg u de waarheid!" Monsieur Goron hief zijn gelaat op. „Heeft Madame misschien gedurende deze week Monsieur Atwood gesproken?' „Neen, zeker niet!" „Houd je nog van hem, Eve?" vroeg Janice met zachte stem. „Houd je nog van hem of niet?" „Neen, kindjelief, natuurlijk niet", zei Helena sussend. „Dank u wel", zei Eve. Ze keek naar Toby. „Moet ik je dat soms nog vertellen? Ik verafschuw en veracht hem. Nooit in mijn leven heb ik iemand zoo veracht! Ik wensch hem nooit meer te zien". „Dat is ook niet waarschijnlijk, dunkt mij", merkte monsieur Goron kalmpjes op. „Ik bedoel, dat u hem ooit nog zult zien". Nu wendden allen zich naar Monsieur Goron, die opnieuw een nauwkeurige stu die maakte van de figuren in den parket vloer. Hij keek op. „Madame is natuurlijk op de hoogte van het feit, dat Monsieur Atwood niet in een toestand is om haar beweringen te beves tigen, zelfs in geval hij dat zou wenschen?" Monsieur Goron's stem werd feller. „Ma dame weet natuurlijk, dat Monsieur At wood al dien tijd met een hersenschud ding in Hotel „Donjon" heeft gelegen?" Het duurde waarschijnlijk tien seconden eer Eve opstond, eer zij kracht genoeg ge vonden had om op te staan uit haar die- pen stoel. Zij staarde den prefect aan. Dermot merkte voor het eerst op, dat zij een grijze zijden blouse droeg op een zwar ten rok. Dat gaf een merkwaardig contrast met haar blank- en roze gelaatskleur, met de groote, grijze oogen. Maar Dermot die het gevoel had alsof hij iedere zenuw in Eve's lichaam en iedere gedachte in haar brein aanvoelde ontdekte bij zich zelf een nieuwe ontroering. Tot dusver, meende hij, waren al deze beschuldigingen niet méér geweest dan een armzalige, wrange grap. Nu, plotse ling, zag zij de zaak in een ander licht- Zij begreep, waar dit heen ging. Het was krankzinnig, het was onmogelijk en toch ging het gebeuren. Zij zag het dreigende gevaar, het doodelijke gevaar.het ge vaar dat op haar toekwam uit iedere be weging van den prefect, uit ieder kalm, gematigd woord, dat hij sprak. „Hersenschuddingherhaalde Eve. Monsieur Goron knikte. „Een week geleden, om half twee des morgens", vervolgde hij, „kwam Monsieur Atwood de hall van Hotel „Donjon" bin nen. Terwijl hij met de lift naar zijn ka mer ging, raakte hij buiten bewustzijn". (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1947 | | pagina 3