Literaire IVant
en
nee'nAkkertje
Jules Verstraete, een geniaal acteur
De „mislukkingen" bij het Middelbaar Onderwijs
ZATERDAG
6 MAART 1948
OEROEG", het Geschenkboek der Nederlandse BOEKENWEEK
j'uitg. door de Ver. ter Bevordering van de Belangen des
Boekhandels).
nieur bij een „wederopbouw"-expeditie, de
ander als strijder der republikeinen) dat
zij de innerlijke weg tot elkander niet kun
nen terugvinden een symboliek die, hoe
sober-verborgen in dit verhaal, geen lezer
zal ontgaan.
Ik heb bezwaren tegen enkele stoplappige
zinswendingen en taalslordigheden ih de
aanvang, ook tegen enkele delen der com
positie. Maar dat kan mij niet weerhouden
te zeggen: „Oeroeg" is een zuiver, goed en
schoon verhaal, en zijn schrijver (ster) is
natuurlijkLees, luister en herinner
C. J. E. DINAUX.
„vT EINDE van de Boekenweek
A ïfn is het Geschenk dit jaar
Novelle „Oeroeg" - in handen
(Jeiadiscnc zjci1 de aankoop van een
van VÖÜÜrloofden en nu dus het dubbel
hoek ver -maken: èn van hun betaalde
lten geschenke ont-
aanwinst Wat dit iaatste betreft:
Uterair genot maar daarover
l° d^dCJ™r de literaire criticus is het een
Gewaarwording, nu eens een boek
IterZ L ondergaan ondanks het altijd
je kunnen -tisch 00g zjch in te leven
wafS eigenschappen als: compositie,
in .insmelodie en -rliythme, taalrijkdom
^vkeur zuiverheid van uitdrukking,
en -voorn tussen inhoud en vorm en wat
verhouding r onnaspeurlijk:e kenmerken
er in eon contact tussen werk en toe-
41".?! het wezen van een boek be-
gtwija re di[ a]ies gecn enkel aan_
P*»- t te hebben, omdat ook hèm
twir onbekend is en hij dus, wat hem
"Alleen bij een debuut overkomt, als
and Ler eêii vreemde staat, met wie hij
^aandachtig verkeer, in een wederzijds
1 .neren pas Vertrpuwd raakt.
zo moesten eigenlijk alle boeken onder
!cen van de beoordelaar komen: ano-
„ndat niets telt, maar dan ook mets
ïs dan de kwaliteiten van het boek-
aldus behoort elke criticus ook te
•t e «aan, al weet hij de schrijvers-
m wel'enkel het literair product toet-
nl a ..n de voor hem onaantastbare nor
sere! aan ne v ci,.i,
vnn waaracnwB»wi.u. --
S natuurlijk, maar deze behoeft naast
waarachtige bijna niet afzonderlijk ge-
!ÜZ? te worden, want alleen het waar-
not:»1" voel ie li+avoir
jküuJ, een fopspeen der aesthetica, of,
•„Hollands gezegd: boeren- en zelf-
aSSmi wie weet te onderscheiden tussen
„„ver en niet-zuiver, echt en onecht,
cZon en on-schoon, kunst en surrogaat-
schrijvelarij, léést: hij ondergaat, toetst zich
X verrijkt zich door te leven m andere
werelden, andere mensen, andere gedach-
jpn andere levensmogelijkheden. Zo maakt
Si zich onder d» boeken vaak trouwer
vrienden dan onder de mensen. Dit de
Vnsteliikheid van een trouwe vrienden-
S vTn boeken, het stil gesprek, het
«oed verkeer, dié openheid waarin onder
ling het beste van hart en ziel wordt ge
geven - dit mag ter gelegenheid van de
Boekenweek nog wel eens worden geschre
ven ter overdenking.
Het zelf onderscheiden, kiezen en keuren-
met geoefend critisch vermogen, wordt door
deze vorm van prijsvragen gewekt en ge
prikkeld: de Commissie voor de Propaganda
van het Nederlandse boek had geen cultu-
reel-opvoedender middel kunnen kiezen
dan dit prijsvraagstelsel. De lezer heeft het
ditmaal niet gemakkelijk; er is een keuze
uit 19 auteurs, onder wie enkelen,' die de
meeste lezers niet of weinig bekend zullen
zijn. Ik heb één bezwaar tegen de formu
lering, waarmee de Commissie deze twede
prijsvraag aankondigt: laten de lezers niet
raden" gaan, wie de auteur wel mag zijn,
maar trachten hem (of haar) op het spoor
te komen door een herkenning van de zins
melodie, de schrijftrant, de woordkeuze,
ook door het „gegeven", dat alleen op een
zo suggestief-zuivere .wijze kon worden
verhaald door één, die land en volk uit
eigep aanschouwing, maar vooral uit eigen
beleven kent.
„Oeroeg" is de geschiedenis van ©en
vriendschap en Oeroeg-zelf is een Soenda-
nees en meer dan dit: hij 'is het symbool
van een volk, dat, voortgekomen uit „een
ander landschap van de ziel", in diepste
wezen, hoe hij zich tijdelijk ook vereuropi-
seert en zich van zijn dessa-geboortedis-
tancieert, tot een wereld van ander' voelen,
denken, verlangen en van al waarmee een
mens op het leven reageert in zijn volheid
en menswaardigheid, behoort dan zijn
Europese hartevriend, de „Ik"-figuur van
dit verhaal, gelden drong in enkele zinnen
soms, de atmosfeer zo ontroerend-onthul-
lend tot mij door als in deze sobere vertel
trant. Een verteltrant die landschappen in
de verbeelding oproept ook landschap
pen van de ziel waarvan iemand als ik,
die Indië niet kent, hoogstens in exotische
dromen gedroomd kan hebben, maar waar
van men nu de zin doorgrondt; deze zin
namelijk, dat dit alles, mens en natuur (zo
nauw aan elkaar verwant) o n doorgronde-
lijk blijft, als men niet van geboorte dit-
geheim van geest en bloed verstaat. Beide
jongens, vanaf hun eerste geboorte-uur in
elkanders nabijheid en sindsdien ondanks
alle bedreiging van scheiden in trouwe
vriendschap met elkaar, zodat ze bijna een
twee-eenheid worden, beide jongens dan
moeten het ondervinden: dat er twee we
relden zijn van heimelijkste verborgen
heden, dip zelfs door de warmste toenade
ring niet overbrugd kunnen worden. De
één streeft naar cle ander: de Europese
planterszoon naar de ziel van het schoon
gevormde dessa-jong, en deze weer naar de
Westerse beschaving. En toch gaan hun
levens uit elkaar, móéten zij uit elkaar
gaan, omdat er tussen hun beider wezen
de kloof blijft van het wederzijds ondoor-
pondelijke. Ondanks alle hartelijk ver
keer nadert de dreiging; ze is in de ruisende
wind die door de bamboebosjes gaat, ze is
in het geklater van beekjes tussen het bit-
ter-geurend- groen, ze korh t mee-aangewar-
reld in een wolk van vlinders boven de
tambleang-struiken. De administrateurs-
zoon gaat naar Delft; Oeroeg, de Soenda-
nees, studeert medicijnen in zijn land. Er
komt een oorlog, die in zijn gevolgen gru
welijk genoeg is, om het broze weefsel van
toenadering tussen ziel en ziel te verstoren.
En als beiden elkander weerzien, aan het
tovferachtig-betoverde Telega Rideung, dat
m hun vriendenleven van zo beslissende
betekenis was met zijn spookachtige doods-
Buggestie, dan weten zij (de een als inge-
Agenda voor Haarlem
ZATERDAG- 6 MAART
stadsschouwburg: Operette „Wiener Blut",
miiwConcertgebouw: AVRO jeugd-
2,15. uur. Frans Hals: „Alleen in de
rl 'i8 3" 2-30- 7-00 en 9.15 u. Rembrandt:
nnr d leven". 14 j„ 2.00. 4.15. 7.00 en 9.15
enóie ••Carmen", 18 j„ 2.00, 4.15, 7.00
Luxor: '.Schot achter de coulis-
TVL'w h 2-00- 4.15, 7.00 en 9.15 uur. City:
gebochelde". 14 j.. 2.15, 4.30. 7.00 en 9.15
2vi ?n?arne: »^et purperen monster". 14 j.,
*40. 7.00 en 9.15 uur.
Starfc V ZONDAG 7 MAART
ïK o °uwburg: Operette „Wiener Blut",
Daal fL/LUU.^; Cinema Palace: Joods Natio-
Biownn» ^?ms over Palestina. 10.30 uur.
pen: Middag- entavondvoorstellingen.
Slaritcou MAANDAG 8 MAART
uur p.ouwburg: Operette „Wiener Blut",
lteUinge^Ioscopen: Middag- en avondvoor-
Kou gevat?
Russische kwestie. De film, vervaardigd
naar Simonofs boek „De Russische kwestie",
is vertoond in het departement van de Rus
sische filmindustrie.
De schrijver van het scenario en winnaar
van de Stalinprijs, heeft grote veranderin
gen aangebracht, zodat de film aanzienlijk
afwijkt van het- oorspronkelijke werk. De
rolprent geeft de Sovjetvisie op het leven in
Amerika en toont werkloosheid, stakingen,
demonstraties, vervolging van negers, enz.
Het Residentietoneel heeft de strijd om het
bestaan niet kunnen volhouden en zal het
volgende seizoen niet terugkeren.
DE DUITSE KRIJGSGEVANGENEN
VAN DE SOVJET-UNIE
De Sovjet-Unie heeft de geallieerde be
stuursraad er van in kennis gesteld, dat
alle Duitse krijgsgevangenen, die door de
Sovjetrussische autoriteiten zijn gedeti
neerd, voor het eind van 1948 zullen wor
den vrijgelaten, aldus meldt de Britse be
stuurscommissie voor Duitsland in haar
-Januari-rapport.
Is het een wonder dat de
scheppingsdrang het
kunstgevoel der mode
ontwerpers culmineert in
het creëren van een
bruidstoilet? De bruid,
superlatief van de vrouw
de bruidsjapon, su
perlatief van de vrou
welijke kledij. De hierbij
afgebeelde droom van
kant en tulle heeft een
zeer speciale afkomst
Zij heeft de bevalligheid
van'een Franse platte
landsdrachtjuist genoeg
geaccentueerd om een
origineel cachet te geven
en niet zover doorge
voerd dat men van een
boers karakter kan spre
ken. Neen, zij is wél
geslaagd. Jammer dal er
onvermijdelijk een brui
degom bij hoort want
voor hem heeft de mode
dit jaar wéér niets
nieuws. Hij is en blijft
maar steeds de zwarte
lijst van een schoon
schilderij. Het zij zo...
Hij vraagt niet meer.
.1 Onee'lbcrinncringen en ton cel portretten
Toen Jules Verstraete nog aan het Rot
terdams Toneelgezelschap verbonden was,
vielen de Rotterdamse critici Johan de
Meester en Henri Dekking de directeur
Van Eysden herhaaldelijk aan, omdat deze
Verstraete niet de kansen bood^ die deze
Vlaamse acteur volgens hen verdiende.
Want het waren vooral de critici, die het
talent van Verstraete hogelijk waardeer
den. Maar het repetqire van de Rotterdarii-
mers in die tijd eigende zich meer voor ac
teurs als Nico de Jong, Frits Tartaud en
Cor van der Lugt Melsert dan voor een
Verstraete en doordat deze spelers in de
Maasstad zeer populair waren, kwam Ver
straete er toen minder aan te pas.
Ik herinner mij heel goed, dat ik in die
tijd de voorliefde van de Rotterdamse
critici voor Verstraete niet goed begreep.
Het gezelschap van Van Eysden speelde in
de provincie en dus ook te Haarlem
voornamelijk zijn successtukken eri daarin
werden bijna altijd de hoofdrollen door
anderen dan Verstraete gespeeld. En het
is ook niet te ontkennen, dat deze Vlaamse
acteur in rollen, dié hem niet „lagen",
soms vrij nonchalant en onverschillig kon
spelen. Zo was ik al waardeerde ik
Verstraete wel als speler tot de erken
ning van dit toch waarlijk zeer bijzondere
talent nog niet toegekomen.
Totdat ik hem zag spelen als „Mijnheer
Pirroen" in het stuk van Felix Timmer
mans; Toen, op die ayond, begreep ik waar
om de Rotterdamse collega's telkens weer
kwamen met hun klacht, dat aan het ta
lent van Verstaete niet voldoende recht
werd gedaan. Zo fijn, zielvol, innig men
selijk en sappig spel als van Verstraete
in de rol van Pirroen had ik nog zelden op
ons toneel gezien. En hoe weinigen ver
mochten zo bloedwarm en exuberant te
spelen als deze Vlaming! Met Pirroen be
wees Verstaete mij, dat hij een ras-acteur
was, die tot de grootsten behoorde, die de
Nederlandse planken bespeelden.
In 1923 had Jules Verstraete in De Motor
van Van Randwijk zijn zilveren toneelju
bileum gevierd, maar het moest nog enige
jaren duren, voordat hem als speler vol
komen i-echt werd 'gedaan. Eerst, toen Ver
straete aan de Amsterdamse Toneelver-
ging van Van Dalsum en Defresne
verbonden was, kreeg hij volop de ge
legenheid te tonen, welk een uitzonderlijk
groot talent hij was. Toch vraag ik mij
wel eens af, of dit talent door het publiek
wel altijd voldoende is gewaardeerd. Want
hij is een der weinigen, ik durf wel zeggen
de enige onder de thans levende toneel
spelers in ons land, wiens spel soms tot de
hoogte van het werkelijk geniale kan
stijgen.
Nooit heb ik dit sterker gevoeld dan bij
de opvoering van Dostojewski's Schuld en
Boete. Het was "maar een kort toneel, dat
hij als de dronkaard Marmaladov te spe
len had, maar van heel de over het ge
heel voortreffelijke opvoering is mij
dat toneel het meest bijgebleven. Verstraete
steeg in die scène boven allen uit. Hoe
leefde dat menselijk wrak voor ons in die
biecht van Marmaladov, welk een mate
loos leed klonk er op uit die met gebroken
stem geprevelde klacht, hoe groot gezien
werd deze zondaar van Verstraete! In dat
enkele toneel voerde Verstraete ons op tot
de hoogste regionen der toneelspeelkunst.
DISTRIBUTIENIEUWS
Maandag bestaat er gelegenheid tot het af
halen van distributiebescheiden (bonkaarten
voedingsmiddelen, schoenenbonnen, textiel-
kaartenï te:
Haarlem: VI tot en met Vo.
Heemstede: 9 tot 12.15 uur Wo; 2 tot 4.80
uur restant W, X, Y en Z.
Dit vermogen-alleen maar de kunstenaars,
die de vonk van het genie bezitten.
Een tweede voorbeeld? Wie, die de op
voering van Circus Knie van Zuckmayer
door de Amsterdamse Toneelvereniging ge
zien heeft, zal ooit de clown van Verstraete
vergeten. Hij was niet 'n clown, het was
d e clown, die hij gaf en zijn grafrede in
IV werd het hoogtepunt van de avond.
Wij schouwden door de schmink heen in
de ziel van de clown, die een waarlijk
tragische figuur werd. Een toneel zó tot het
hoogtepunt van een voorstelling opvoeren,
dat kan ik herhaal het alleen een
geniaal acteur.
Ik herinner mij uit die tijd nog vele
rollen van Verstraete, die vergeleken kun
nen worden met het beste, dat ik van Ne
derlandse zowel als van buitenlandse ac
teurs heb gezien. Ik denk aan zijn met
zo rijke humor gespeelde Peachum, de
koning der bedelaars in De Drie Stuivers
Opera, verbluffend raak, scherp van uit
beelding en dictie. En hoe prachtig was
ook zijn kroegbaas Mondschein in De drie
Appelbomen! In alles, zijn wat ineenge
drongen figuur, zijn verweerde kop, zijn
wat waggelende gang was hij de oud
zeeman geheel en al. En zijn spel in die rol
was van grote dramatische kracht.
Nooit zal ik Vergeten, hoe meesterlijk
hij op één avond twee geheel verschillende
figuren als de haatdragende waard in
Schnitzler's De groene Papegaai speelde,
fel en met laaiende hartstocht, en daarna
in Shaw's Blanco Posnet's Ware Gedaante
de schout Kemp, die hij met zijn rauw en
overtuigend spel tot één brok ruig leven
wist te maken. O, niet altijd was Ver
straete zo gelukkig in zijn creaties zijn
Jago bijv. in Shakespeare's Othello was
vrijwel een mislukking en ik zou toneel
spelers in ons land kunnen noemen,die
als geheel op een groter en rijker loopbaan
kunnen terugzien, maar geen één, die in
sommige rollen zo door het geniale is aan
geraakt als Verstraete. Daarom heeft zijn
spel herhaaldelijk een zo sterke indruk op
mij gemaakt, dat ik van vele opvoeringen
altijd weer Jules Verstraete in een be
paald toneel voor mij zie. J. B. SCHUIL
In vakkringen pleit men voor een scherpere selectie
Wij vragenis de school niet te reorganiseren
In vakkringen is men het er vrij alge
meen over eens, dat het toelatingsexamen
voor Gymnasium, Lyceum en H.B.S. geen
voldoende toetsing van de leerlingen is. Een
gunstig examen waarborgt niet, dat de can-
didaat in staat is zich het mal iriaal der nu
volgende schoolfase eveneens met succes
eigen te maken. Een groot aantal faalt. Van
de leerlingen die het einddiploma behalen
komt slechts de helft er zonder doubleren.
Weliswaar zijn er onder de afvallers, die
de school reglementair verlaten (b.v.
op de H.B.S. na 3 jaar) maar het aantal
mislukte" leerlingen is toch zeer aanzien
lijk. Op grond van gegevens van het Cen
traal Bureau voor de Statistiek is dit op
35% der schoolgeneratie te stellen.
Natuurlijk ttiag men eisen stellen aan
een kind, maar alleen voor zover het die
vervullen kan. Wie verder gaat, kan aan de
jeugd onherstelbare schade toebrengen. Ten
onrechte verwekte illusies worden ver
stoord, geld en kostbare jaren verspild. In
gewijden weten, dat vele kinderen op deze
wijze voor goed zijn bedorven. Door het
falen prikkelbaar geworden en oneven
wichtig, verliezen zij dikwijls de belang
stelling voor iedere soort van onderwijs, zij
worden recalcitrant en nerveus en veel
problemen stapelen zich op, juist in de
moeilijke jaren van de. puberteit.
Een scherpere selectie
De minister van Onderwijs is een voor
stander van een scherpere selectie om daar
door te bereiken 'dat het aantal leerlingen
beperkt wordt.
Op een vergadering van het „Genoot
schap van Leraren aan Nederlandse Gym-
nasiën" heeft dr. T. T. ten Have, privaat
docent in de karakterkunde aan de Univer
siteit van Amsterdam en als psycholoog
werkzaam aan het Psychologisch Laborato
rium dezer Universiteit, het onderwerp der
selectie behandeld en hij was op ons
verzoek -bereid ons zijn inzichten nog
eens uiteen te zetten.
Gemiddeld zakt er per klas 20 a 25%, zo
vertelde hij en iedereen bij het onderwijs
is ervan overtuigd, dat de studie op meer
efficiënte wijze moet worden ingericht.
Het is de vraag echter hóé dat te vol
brengen! In het schema van Bolkestein van
1946, waarin voorstellen worden gedaan
over de reorganisatie van het V.H. en M.O.,
wordt de inrichting van een „brugklasse'
bepleit om een betere aansluiting te krij
gen van het L.O. Dr. Ten Have kan voor
dat idéé niet enthousiast zijn,, wel voor
namelijk omdat te verwachten valt, dat bij
invoering van een brugklasse bijkans alle
oude fouten zich in nieuwe vorm zullen
herhalen. Bovendien zou de volledige selec
tie dan een vol jaar in beslag nemen, wat
hem een onnodig lange tijd lijkt. Meer dan
van de Bolkestein-brugklasse is de heer
Ten Have voorstander van een „proef
klasse", welke een week of drie zal duren.
Door de eindexamens wat te vervroegen,
komen de leerkrachten en lokaliteiten vrij
en aldus schept men de mogelijkheid om dé
selectie der candidaten in aanzienlijke mate
te verbeteren.
Proefklassen bepleit
Het idee van de proefklasse is op zichzelf
niet nieuw; in beginsel is het al sedert 1930
gerealiseerd in het gymnasium te Arnhem.
In de proefklasse aldaar worden de aspi
rant-leerlingen in contact gebracht met de
voornaamste der toekomstige vakken: oude
talen, Nederlands, wiskunde en natuur
wetenschappen. De bedoeling is vooral om
een denkbeeld te krijgen van de reactie der
candidaten op nieuwe, onbekende leerstof.
Op grond van de resultaten wordt aan de
ouders een advies verstrekt; luidt dit on
gunstig en accepteren de ouders het niet,
dan wordt nog een normaal toelatings
examen afgenomen. Enige tijd geleden zijn
nu de Arnhemse ervaringen gepubliceerd
en deze zijn zeer bemoedigend. O.a. blijkt
eruit, dat van de vier schoolgeneraties, die
men volledig heeft kunnen nagaan, bijna
80 het einddiploma haalde, waarvan
meer dan de helft zonder doubleren. Er
strandde dus 20 een aantal dat zeer
gunstig afsteekt bij het landelijk cijfer van
Finland zal onderhandelen
Een zegsman van het Finse ministerie
van Buitenlandse Zaken zeide Donderdag
avond, dat Finland op de voorstellen van
Stalin om onderhandelingen te openen over
een verdrag van vriendschap en verdedi
ging tussen Rusland en Finland ,ja" zal ant
woorden.
Hij legde de klemtoon op onderhande
lingen en in andere kringen werd er dan
ook op gewezen dat het voeren van onder
handelingen geenszins inhoudt, dat Finland
en de Sovjet-Unie tot overeenstemming
zuilen komen en dat een verdrag zal gete
kend worden.
Twee kleurlingen vormden de wacht bij
generaal List, de voormalige Duitse opper
bevelhebber in Griekenland en Joegoslavië,
schuldig bevonden aan oorlogsmisdaden,
veroordeeld tot levenslange gevangenis
straf, toen hij voorhet tribunaal verscheen
om zijn vonnis te horen. Voor deze „ras"-
generaal was dat waarschijnlijk een extra-
harde noot.
Over Muziek
minstens 35 Al is hiermee dus al veel
gewonnen, toch is er naar het oordeel van
dr. Ten Have nog meer te winnen, als er
in de proefklasse ook andere facetten wor
den belicht, met name als er een psycholo
gisch onderzoek der candidaten wordt in
geschakeld. Daarom gaat zijn belangstelling
vooral uit naar Sneek, waar de jonge rec
tor van het gymnasium verleden jaar een
proefklasse heeft ingericht, waarbij de leer
lingen ook onderworpen worden aan een
bescheiden psychologisch onderzoek.
Dr. Ten Have pleit er voor om op een
10-tal scholen in ons land met een derge
lijke proefklasse te beginnen. Hij verwacht
daarvan dat men daarmee over een jaar óf
tien voldoende ervaringen heeft opgedaan
om een voor het onderwijs waarschijnlijk
heilzame beslissing te kunnen nemen.
En de scholen?
Tot zover de uiteenzetting van dr. Ten
Have. Bij vernieuwing valt ons de eigen
aardigheid op, dat alleen aandacht, gewijd
wordt aan de tekortkomingen van de leer
ling en nie,t aan die van de school. Erken
nende dat thans een groot gedeelte van de
leerlingen op de scholen „mislukt", volgt
men slechts de weg van de minste weer
stand, als men alleen door selectie der
leerlingen wil bereiken, dat meer jongelui
het onderwijs met succes kunnen volgen.
Logisch zou zijn, zich ook de vraag te stel
len: hoe kunnen wij de schoolprogramma's
wijzigen om betere resultaten te bereiken?
Men dient een open oog te hebben voor
het feit, dat vele ouders voor hun kinderen
middelbaar onderwijs verlangen, ook al
zijn die niet in staat zich volledig te laten
inkapselen in het keurslijf dezer scholen,
die in hoofdzaak zijn ingericht om candi
daten voor de universiteit af te leveren.
Blijkbaar heeft men daarbij het feit over
het hoofd gezien, dat het percentage dei-
leerlingen dat zijn studie gaat voortzetten,
betrekkelijk gering is. Veel groter is daar
entegen het aantal jongelui dat op de mid
delbare school een hoeveelheid kennis wil
vergaren om zich een plaats in de maat
schappij te kunnen veroveren.
Wat wil men doen met de grote groep
jongens en meisjes die door een scherpere
selectie van de middelbare scholen geweerd
zullen worden? Verwijzen naar de scholen
voor M.U.L.O.? Maar zoals- deze thans zijn.
kunnen zij de oplossing die de ouders Men
sen niet brengen.
Deze is, naar aangenomen mag worden,
;vel te vinden als bij het middelbaar onder
wijs zelf een reorganisatie wordt ingevoerd.
Natuurlijk zal daarbij in het oog gehouden
moeten worden, dat aan de leerlingen die
ïaar de universiteit gaan, aansluitend on
derwijs wordt gegeven, maar daarnaast
moet soepelheid worden betracht met leer
lingen'die een behoorlijke dosis kennis
moeten krijgen voor de taak die hen wacht
in het maatschappelijk leven. Wanneer zij
voor enkele vakken voldoende aanleg mis
sen om het normale onderwijs daarin te
volgen, kan de school met minder genoegen
nemen. Vaak ziet men, dat leerlingen in een
of twee vakken slecht zijn, maar daaren
tegen in andere behoorlijk mee komen, of
er zelfs in uitblinken. Bij de overgangs
examens zou daarmee dan ook rekening
gehouden dienen te worden. Nu blijven zij
blokken op 'die vakken waarvoor zij de
aanleg missen en gaan na een mislukking
van school, waardoor zij odk het verdere
onderwijs in de vakken waarvoor zij wel
goed zijn, missen. Uiteraard kan aan
zulke leerlingen dan "geen volledig eind
rapport worden uitgereikt, maar toch wel
een bewijs, dat zij voor verschillende vak
ken (meestal die zij voor hun verdere leven
nodig hebben!) voldoende cijfers behaald
hebben.
Het streven naar onderwijs dient niet ge
remd te worden, maar in goede banen ge
leid. Niet alleen is dit voor de kinderen
gewenst, maar ook in het belang der maat
schappij.
Een onderwijsdeskundige
aan het woord
Een onderwijsdeskundige hier ter stede
waarmee wij deze aangelegenheid bespra
ken, kon zich met het aanbevolen denk
beeld geheel verenigen. Toepassing daar
van zou zo verklaarde hij neerkomen
op meer differentiatie van het onderwijs,
invoering van keuzevakken en gelegenheid
tot opneming van vakleerlingen. In vak
kringen is al eerder dit denkbeeld ter
sprake gekomen, maar verder is het helaas
nog niet gekomen. Om de toepassing mo
gelijk te maken zou wetswijziging nodig
zijn. Ook zullen bij de practische uitwer
king ongetwijfeld verscheidene moeilijk
heden naar voren komen, maar die zullen
toch niet zo ernstig zijn, dat zij de zaak als
geheel onmogelijk maken. Om een voor
beeld te noemen: Het onderwijs in de na
tuur- en scheikunde is thans voor een be
langrijk deel op wiskunde ingesteld. Leer
lingen die dus in de wiskunde achterblij
ven zullen ook tegemoet gekomen moeten
worden bij het onderwijs in de natuur- en
scheikunde door het onderwijs in dit vak
enigszins te wijzigen.
Hoewel ik zo besloot onze zegsman
geen studie van deze aangelegenheid ge
maakt heb, zegt mijn gevoel dat uitvoering
mogelijk is en ook dat de belangen van de
jeugd daarmee gediend zijn. Men moet be
denken dat de school er moet zijn voor de
kinderen en niet de kinderen voor de
school!
Het onderwijs in Amerika
Op uitnodiging van de Leidse Onderwijs
instellingen heeft dr. H.- L. F. F. Deelen
uit Amsterdam in restaurant Brinkmann
te Haarlem gesproken over zijn reis naar
Amerika en in het .bijzonder deed hij me
dedelingen over het onderwijs. In 1940 is
bij een onderzoek gebleken, dat er tien
millioen analphaten waren in het leger en
dat vijf millioen afgekeurd werden we
gens onvoldoende vorming. Toch kan men
niet zeggen, dat aan de vorming weinig
aandacht wordt "besteed. Integendeel. Na
het bezoeken van een lagere school gaan
de leerlingen naar de High School, waarop
zij bijzonder trots zijn. Voor dit doel be
staan geweldig grote gebouwen, waar soms
5.000 leerlingen bijeen zijn. Er is ook veel
belangstelling voor het hoger onderwijs.
Het komt voor, dat de leerlingen het cur
susgeld niet kunnen betalen en zij werken
dan in de vrije uren.
Ook heeft dr. Deelen een studie gemaakt
van het schriftelijk onderwijs, waarvoor
veel animo bestaat. Vooral zij. die ver van
de stad wonen, volgen een schriftelijke
cursus, hetgeen eveneens een bewijs is. dat
de Amerikanen zich willen ontwikkelen.
Er bestaan 47 grote inrichtingen, die er
onderling voor zorgen, dat het onderwijs
op hoog peil staat. In 1808 is men er mee
begonnen, speciaal als hulp aan arbeiders
Fantasia
De film Fantasia van Walt Disney heeft
veel opzien gebaard; en wel het meest
omdat de vervaardiger enige muzikale
kunstwerken voor de realisatie van zijn.
fantasieën gebruikt heeft. Zeer fanatieke
Disney-aanhangers en wellicht ook vele
muziekliefhebbers zullen hierbij kunnen
opmerken: neen, hij heeft zo maar niet iéts
gebruikt, hij heeft wat er leeft in de mu
ziek zichtbaar weergegeven. Is dit zo? Om
hiervan zeker te zijn zou men op een an
dere wijze al precies moeten weten hoe en
welke die inhoud is. Maar zo zeker als wij
zijn, dat die inhoud bestaat, zo zeker is
het ook dat het tot het wezen der muziek
behoort die inhoud wel te kunnen beleven
maar haar niet te kunnen vaststellen. Wij
kunnen dus wel zeggen: ik zou mij bij het
aanhoren van dit stuk dit en dat kunnen
,en willen voorstellen, maar wij kunnen
nooit wis en waarachtig bepalen: wat ik
er bij hoor en er in zie, dat is het. Nu ge
loof ik niet dat de begaafde en slimme
Disney heeft gedacht: ik zal de mensen
laten zien wat 4eze muziek van binnen
eigenlijk is. Hij zal wel bedoeld hebben:
ik zal eens met mijn virtuositeit in film
techniek gaan fantaseren bij het rhythme,
de melodie en de harmonie der muziek, ik
zal een soort filmisch ballet maken bij be
staande composities. Welnu, dat is even
zeer zijn recht, als vroeger en thans dan
sers hun recht hebben om allerlei bewe
gingen te maken bij allerlei pianostukken;
en nu moet ik direct bekennen: deze film
virtuoos overtreft verre die solo-dansers,
die vele doelloze grijp- en verlangen-ge
baren maken, onbestemde smart- en pijn-
bewegingen vertonen, handenwringend van.
verdriet heen en weer hollen, en daarmee
niemand kunnen overtuigen dat dit alles
met elkaar zelfstandige danskunst is of dat
zij daarmee de inhoud der muziek open
baren. Als ieder mens het recht en de vrij
heid heeft om visueel, dat is dus volgens
de vermogens van het gezicht, te fantase
ren bij het luisteren naar muziek, dan
heeft ook Disney het recht aldus bezig 'te
zijn; bovendien heeft hij dan nog een on
gehoorde techniek in de film-mogelijkhe
den en het is te begrijpen dat hij er een
onbedwingbaar pleizier in heeft, te verto
nen wat hij heeft gefantaseerd.
Iets anders is. dat qen stuk van Bach bij
voorbeeld geen enkele verduidelijking nodig
heeft om volkomen helder en volmaakt te
zijn voor ons oor en ons hart. Ja, zelfs-de
zesde symphonie van Beethoven en l'Ap-
prenti sorcier van Dukas, dat naar een
verhaaltje is gecomponeerd, behoeft geen
zichtbare verklaring; met deze ^verwerke-
lïjking gaat het wezen der compositie te
rug, het muzikale stuk is dan niet meer
egn resultaat van de aanleiding, maar een
aanleiding tot het resultaat. Het verhaaltje
is niet het doel noch het'wezen der com
positie; het is slechts het uitgangspunt
een uitgangspunt dat men zelfs vergeten
kan bij het aanhoren van het muzikale
kunstwerk. Alle verbindingen van kleuren
en andere visuële vermogens zijn maar
gooien-met-de-muts naar de inhoud der
muziek; het blijft onbegonnen werk; de
muziek is zichzelf en is superieur. En wat
de reële klank betreft: wat is men bij
deze Fantasia ver verwijderd van de oor
spronkelijke werkelijkheid van Bach! Deze
Toccata en Fuga is een orgelstuk:; hier
hoort men een orkestbewerking van Sto-
kowsky, pasklaar gemaakt voor film
publicatie met al de verdoezelingen van
de timbres, die zulk een bewerking mee
brengen, daarbij een alles overdonderende
kleurensymphonie; wat blijft er nog over
van het oude, volmaakte orgelstuk?
En toch moet ik bekennen dat deze fan
tasie bij Bach mij nog 't meest imponeerde,
hoewel ik het feit tegelijkertijd verfoeide.
Hier had Disney tenminste geen levende
wezens met uitpuilende draaiogen en scène
gezet, hier liet hij tenminste de mensen
op hun beurt weer fantaseren met wat hij
zelf fantaseerde. Bij de zesde Symphonie
van Beethoven kon ik Disney's gedachten
en verbeelding in 't geheel niet volgen; ziin
stoutmoedigheid bij de fantasie bij „Le
Sacre du Printemps" van Strawïnsky leid
de tot de grenzen der filmische geloof
waardigheid. Beter was het ballet bij de
„Notenkraker" van Tscnaikowsky. Het
slot met het „Ave Maria" van Schubert
was miserabel van zoetigheid.
Het is te wensen dat de formidabele
virtuoos Disney een componist vindt, die
met hem samen nieuwe dingen maakt; hij
kan dan bestaande, zelfstandige meester
stukken met rust laten. Zeer zeker liggen
in Disney's filmtechniek vele mogelijkhe
den. Maar wie meent, dat hij door deze
vertoningen nader tot de muziek komt,
bedriegt zichzelf voor honderd procent; en
zelfbedrog kan niemand aanbevelen of on
verschillig laten.
De muziek heeft Disney niet nodig en
als Disney de muziek nodig heeft moet hij
nieuwe stukken laten maken.
HENDRIK ANDRIESSEN.
in de omgeving van Boston. In de loop der
jaren nam het onderwijs een grote vlucht
en op het ogenblik zijn er ongeveer 93.000
leerlingen. De Leidse Onderwijsinstellin
gen tellen 9.000 leerlingen, hetgeen in ver
houding met Amerika niet gering te noe
men is. In ons land zijn de eerste schrifte
lijke cursussen in 1920 gegeven en er was
vooral in de bezettingsjaren en ook daar
na grote behoefte aan dit soort onderwijs.
Het blijkt wel, dat de jeugd een verlangen
heeft, om "te studeren op allerlei gebied.
Over de organisatie en het toezicht door
de rijksinspectie deed dr. Deelen nog me
dedelingen.
In het tweede deel van de avond wer
den enige ónder wijsfilms over Nederlandse
industrieën vertoond.
De Koningin steunt de
„Mevrouw Spoor-actie"
De NIWIN is bezig met een landelijke
actie ten behoeve van de zieke en gewonde
militairen overzee. Zij doet dit onder de
naam „Mevrouw Spoor-aandelen-actie".
Deze aandelen worden in grote en kleine
coupures uitgegeven ten behoeve van hos
pitaal-radio-installaties, materieel voor de
arbeidstherapie en kleine geschenken bij
ziekenbezoek.
De Koningin heeft ter ondersteuning van
deze actie een gift van 5000 gulden aan de
NIWIN overgemaakt.
IJsbarrière in het Uselmeer
De Urker botters 52 en 141 hebben van
Amsterdam uit getracht Urk te bereiken.
Zij kwamen echter niet verder dan de hoek
van het IJ, waar zij op een circa 12 cm
dikke ijsbarrière stuitten. Onverrichterzake
keerden zij naar Amsterdam terug. Een
stoomboot en drie motorschepen uit Zwart
sluis hebben geprobeerd Amsterdam te
bereiken. Ook zij moesten echter naar hun
uitgangspunt terugkeren.