Literaire IVant en nee'nAkkertje Jules Verstraete, een geniaal acteur De „mislukkingen" bij het Middelbaar Onderwijs ZATERDAG 6 MAART 1948 OEROEG", het Geschenkboek der Nederlandse BOEKENWEEK j'uitg. door de Ver. ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels). nieur bij een „wederopbouw"-expeditie, de ander als strijder der republikeinen) dat zij de innerlijke weg tot elkander niet kun nen terugvinden een symboliek die, hoe sober-verborgen in dit verhaal, geen lezer zal ontgaan. Ik heb bezwaren tegen enkele stoplappige zinswendingen en taalslordigheden ih de aanvang, ook tegen enkele delen der com positie. Maar dat kan mij niet weerhouden te zeggen: „Oeroeg" is een zuiver, goed en schoon verhaal, en zijn schrijver (ster) is natuurlijkLees, luister en herinner C. J. E. DINAUX. „vT EINDE van de Boekenweek A ïfn is het Geschenk dit jaar Novelle „Oeroeg" - in handen (Jeiadiscnc zjci1 de aankoop van een van VÖÜÜrloofden en nu dus het dubbel hoek ver -maken: èn van hun betaalde lten geschenke ont- aanwinst Wat dit iaatste betreft: Uterair genot maar daarover l° d^dCJ™r de literaire criticus is het een Gewaarwording, nu eens een boek IterZ L ondergaan ondanks het altijd je kunnen -tisch 00g zjch in te leven wafS eigenschappen als: compositie, in .insmelodie en -rliythme, taalrijkdom ^vkeur zuiverheid van uitdrukking, en -voorn tussen inhoud en vorm en wat verhouding r onnaspeurlijk:e kenmerken er in eon contact tussen werk en toe- 41".?! het wezen van een boek be- gtwija re di[ a]ies gecn enkel aan_ P*»- t te hebben, omdat ook hèm twir onbekend is en hij dus, wat hem "Alleen bij een debuut overkomt, als and Ler eêii vreemde staat, met wie hij ^aandachtig verkeer, in een wederzijds 1 .neren pas Vertrpuwd raakt. zo moesten eigenlijk alle boeken onder !cen van de beoordelaar komen: ano- „ndat niets telt, maar dan ook mets ïs dan de kwaliteiten van het boek- aldus behoort elke criticus ook te •t e «aan, al weet hij de schrijvers- m wel'enkel het literair product toet- nl a ..n de voor hem onaantastbare nor sere! aan ne v ci,.i, vnn waaracnwB»wi.u. -- S natuurlijk, maar deze behoeft naast waarachtige bijna niet afzonderlijk ge- !ÜZ? te worden, want alleen het waar- not:»1" voel ie li+avoir jküuJ, een fopspeen der aesthetica, of, •„Hollands gezegd: boeren- en zelf- aSSmi wie weet te onderscheiden tussen „„ver en niet-zuiver, echt en onecht, cZon en on-schoon, kunst en surrogaat- schrijvelarij, léést: hij ondergaat, toetst zich X verrijkt zich door te leven m andere werelden, andere mensen, andere gedach- jpn andere levensmogelijkheden. Zo maakt Si zich onder d» boeken vaak trouwer vrienden dan onder de mensen. Dit de Vnsteliikheid van een trouwe vrienden- S vTn boeken, het stil gesprek, het «oed verkeer, dié openheid waarin onder ling het beste van hart en ziel wordt ge geven - dit mag ter gelegenheid van de Boekenweek nog wel eens worden geschre ven ter overdenking. Het zelf onderscheiden, kiezen en keuren- met geoefend critisch vermogen, wordt door deze vorm van prijsvragen gewekt en ge prikkeld: de Commissie voor de Propaganda van het Nederlandse boek had geen cultu- reel-opvoedender middel kunnen kiezen dan dit prijsvraagstelsel. De lezer heeft het ditmaal niet gemakkelijk; er is een keuze uit 19 auteurs, onder wie enkelen,' die de meeste lezers niet of weinig bekend zullen zijn. Ik heb één bezwaar tegen de formu lering, waarmee de Commissie deze twede prijsvraag aankondigt: laten de lezers niet raden" gaan, wie de auteur wel mag zijn, maar trachten hem (of haar) op het spoor te komen door een herkenning van de zins melodie, de schrijftrant, de woordkeuze, ook door het „gegeven", dat alleen op een zo suggestief-zuivere .wijze kon worden verhaald door één, die land en volk uit eigep aanschouwing, maar vooral uit eigen beleven kent. „Oeroeg" is de geschiedenis van ©en vriendschap en Oeroeg-zelf is een Soenda- nees en meer dan dit: hij 'is het symbool van een volk, dat, voortgekomen uit „een ander landschap van de ziel", in diepste wezen, hoe hij zich tijdelijk ook vereuropi- seert en zich van zijn dessa-geboortedis- tancieert, tot een wereld van ander' voelen, denken, verlangen en van al waarmee een mens op het leven reageert in zijn volheid en menswaardigheid, behoort dan zijn Europese hartevriend, de „Ik"-figuur van dit verhaal, gelden drong in enkele zinnen soms, de atmosfeer zo ontroerend-onthul- lend tot mij door als in deze sobere vertel trant. Een verteltrant die landschappen in de verbeelding oproept ook landschap pen van de ziel waarvan iemand als ik, die Indië niet kent, hoogstens in exotische dromen gedroomd kan hebben, maar waar van men nu de zin doorgrondt; deze zin namelijk, dat dit alles, mens en natuur (zo nauw aan elkaar verwant) o n doorgronde- lijk blijft, als men niet van geboorte dit- geheim van geest en bloed verstaat. Beide jongens, vanaf hun eerste geboorte-uur in elkanders nabijheid en sindsdien ondanks alle bedreiging van scheiden in trouwe vriendschap met elkaar, zodat ze bijna een twee-eenheid worden, beide jongens dan moeten het ondervinden: dat er twee we relden zijn van heimelijkste verborgen heden, dip zelfs door de warmste toenade ring niet overbrugd kunnen worden. De één streeft naar cle ander: de Europese planterszoon naar de ziel van het schoon gevormde dessa-jong, en deze weer naar de Westerse beschaving. En toch gaan hun levens uit elkaar, móéten zij uit elkaar gaan, omdat er tussen hun beider wezen de kloof blijft van het wederzijds ondoor- pondelijke. Ondanks alle hartelijk ver keer nadert de dreiging; ze is in de ruisende wind die door de bamboebosjes gaat, ze is in het geklater van beekjes tussen het bit- ter-geurend- groen, ze korh t mee-aangewar- reld in een wolk van vlinders boven de tambleang-struiken. De administrateurs- zoon gaat naar Delft; Oeroeg, de Soenda- nees, studeert medicijnen in zijn land. Er komt een oorlog, die in zijn gevolgen gru welijk genoeg is, om het broze weefsel van toenadering tussen ziel en ziel te verstoren. En als beiden elkander weerzien, aan het tovferachtig-betoverde Telega Rideung, dat m hun vriendenleven van zo beslissende betekenis was met zijn spookachtige doods- Buggestie, dan weten zij (de een als inge- Agenda voor Haarlem ZATERDAG- 6 MAART stadsschouwburg: Operette „Wiener Blut", miiwConcertgebouw: AVRO jeugd- 2,15. uur. Frans Hals: „Alleen in de rl 'i8 3" 2-30- 7-00 en 9.15 u. Rembrandt: nnr d leven". 14 j„ 2.00. 4.15. 7.00 en 9.15 enóie ••Carmen", 18 j„ 2.00, 4.15, 7.00 Luxor: '.Schot achter de coulis- TVL'w h 2-00- 4.15, 7.00 en 9.15 uur. City: gebochelde". 14 j.. 2.15, 4.30. 7.00 en 9.15 2vi ?n?arne: »^et purperen monster". 14 j., *40. 7.00 en 9.15 uur. Starfc V ZONDAG 7 MAART ïK o °uwburg: Operette „Wiener Blut", Daal fL/LUU.^; Cinema Palace: Joods Natio- Biownn» ^?ms over Palestina. 10.30 uur. pen: Middag- entavondvoorstellingen. Slaritcou MAANDAG 8 MAART uur p.ouwburg: Operette „Wiener Blut", lteUinge^Ioscopen: Middag- en avondvoor- Kou gevat? Russische kwestie. De film, vervaardigd naar Simonofs boek „De Russische kwestie", is vertoond in het departement van de Rus sische filmindustrie. De schrijver van het scenario en winnaar van de Stalinprijs, heeft grote veranderin gen aangebracht, zodat de film aanzienlijk afwijkt van het- oorspronkelijke werk. De rolprent geeft de Sovjetvisie op het leven in Amerika en toont werkloosheid, stakingen, demonstraties, vervolging van negers, enz. Het Residentietoneel heeft de strijd om het bestaan niet kunnen volhouden en zal het volgende seizoen niet terugkeren. DE DUITSE KRIJGSGEVANGENEN VAN DE SOVJET-UNIE De Sovjet-Unie heeft de geallieerde be stuursraad er van in kennis gesteld, dat alle Duitse krijgsgevangenen, die door de Sovjetrussische autoriteiten zijn gedeti neerd, voor het eind van 1948 zullen wor den vrijgelaten, aldus meldt de Britse be stuurscommissie voor Duitsland in haar -Januari-rapport. Is het een wonder dat de scheppingsdrang het kunstgevoel der mode ontwerpers culmineert in het creëren van een bruidstoilet? De bruid, superlatief van de vrouw de bruidsjapon, su perlatief van de vrou welijke kledij. De hierbij afgebeelde droom van kant en tulle heeft een zeer speciale afkomst Zij heeft de bevalligheid van'een Franse platte landsdrachtjuist genoeg geaccentueerd om een origineel cachet te geven en niet zover doorge voerd dat men van een boers karakter kan spre ken. Neen, zij is wél geslaagd. Jammer dal er onvermijdelijk een brui degom bij hoort want voor hem heeft de mode dit jaar wéér niets nieuws. Hij is en blijft maar steeds de zwarte lijst van een schoon schilderij. Het zij zo... Hij vraagt niet meer. .1 Onee'lbcrinncringen en ton cel portretten Toen Jules Verstraete nog aan het Rot terdams Toneelgezelschap verbonden was, vielen de Rotterdamse critici Johan de Meester en Henri Dekking de directeur Van Eysden herhaaldelijk aan, omdat deze Verstraete niet de kansen bood^ die deze Vlaamse acteur volgens hen verdiende. Want het waren vooral de critici, die het talent van Verstraete hogelijk waardeer den. Maar het repetqire van de Rotterdarii- mers in die tijd eigende zich meer voor ac teurs als Nico de Jong, Frits Tartaud en Cor van der Lugt Melsert dan voor een Verstraete en doordat deze spelers in de Maasstad zeer populair waren, kwam Ver straete er toen minder aan te pas. Ik herinner mij heel goed, dat ik in die tijd de voorliefde van de Rotterdamse critici voor Verstraete niet goed begreep. Het gezelschap van Van Eysden speelde in de provincie en dus ook te Haarlem voornamelijk zijn successtukken eri daarin werden bijna altijd de hoofdrollen door anderen dan Verstraete gespeeld. En het is ook niet te ontkennen, dat deze Vlaamse acteur in rollen, dié hem niet „lagen", soms vrij nonchalant en onverschillig kon spelen. Zo was ik al waardeerde ik Verstraete wel als speler tot de erken ning van dit toch waarlijk zeer bijzondere talent nog niet toegekomen. Totdat ik hem zag spelen als „Mijnheer Pirroen" in het stuk van Felix Timmer mans; Toen, op die ayond, begreep ik waar om de Rotterdamse collega's telkens weer kwamen met hun klacht, dat aan het ta lent van Verstaete niet voldoende recht werd gedaan. Zo fijn, zielvol, innig men selijk en sappig spel als van Verstraete in de rol van Pirroen had ik nog zelden op ons toneel gezien. En hoe weinigen ver mochten zo bloedwarm en exuberant te spelen als deze Vlaming! Met Pirroen be wees Verstaete mij, dat hij een ras-acteur was, die tot de grootsten behoorde, die de Nederlandse planken bespeelden. In 1923 had Jules Verstraete in De Motor van Van Randwijk zijn zilveren toneelju bileum gevierd, maar het moest nog enige jaren duren, voordat hem als speler vol komen i-echt werd 'gedaan. Eerst, toen Ver straete aan de Amsterdamse Toneelver- ging van Van Dalsum en Defresne verbonden was, kreeg hij volop de ge legenheid te tonen, welk een uitzonderlijk groot talent hij was. Toch vraag ik mij wel eens af, of dit talent door het publiek wel altijd voldoende is gewaardeerd. Want hij is een der weinigen, ik durf wel zeggen de enige onder de thans levende toneel spelers in ons land, wiens spel soms tot de hoogte van het werkelijk geniale kan stijgen. Nooit heb ik dit sterker gevoeld dan bij de opvoering van Dostojewski's Schuld en Boete. Het was "maar een kort toneel, dat hij als de dronkaard Marmaladov te spe len had, maar van heel de over het ge heel voortreffelijke opvoering is mij dat toneel het meest bijgebleven. Verstraete steeg in die scène boven allen uit. Hoe leefde dat menselijk wrak voor ons in die biecht van Marmaladov, welk een mate loos leed klonk er op uit die met gebroken stem geprevelde klacht, hoe groot gezien werd deze zondaar van Verstraete! In dat enkele toneel voerde Verstraete ons op tot de hoogste regionen der toneelspeelkunst. DISTRIBUTIENIEUWS Maandag bestaat er gelegenheid tot het af halen van distributiebescheiden (bonkaarten voedingsmiddelen, schoenenbonnen, textiel- kaartenï te: Haarlem: VI tot en met Vo. Heemstede: 9 tot 12.15 uur Wo; 2 tot 4.80 uur restant W, X, Y en Z. Dit vermogen-alleen maar de kunstenaars, die de vonk van het genie bezitten. Een tweede voorbeeld? Wie, die de op voering van Circus Knie van Zuckmayer door de Amsterdamse Toneelvereniging ge zien heeft, zal ooit de clown van Verstraete vergeten. Hij was niet 'n clown, het was d e clown, die hij gaf en zijn grafrede in IV werd het hoogtepunt van de avond. Wij schouwden door de schmink heen in de ziel van de clown, die een waarlijk tragische figuur werd. Een toneel zó tot het hoogtepunt van een voorstelling opvoeren, dat kan ik herhaal het alleen een geniaal acteur. Ik herinner mij uit die tijd nog vele rollen van Verstraete, die vergeleken kun nen worden met het beste, dat ik van Ne derlandse zowel als van buitenlandse ac teurs heb gezien. Ik denk aan zijn met zo rijke humor gespeelde Peachum, de koning der bedelaars in De Drie Stuivers Opera, verbluffend raak, scherp van uit beelding en dictie. En hoe prachtig was ook zijn kroegbaas Mondschein in De drie Appelbomen! In alles, zijn wat ineenge drongen figuur, zijn verweerde kop, zijn wat waggelende gang was hij de oud zeeman geheel en al. En zijn spel in die rol was van grote dramatische kracht. Nooit zal ik Vergeten, hoe meesterlijk hij op één avond twee geheel verschillende figuren als de haatdragende waard in Schnitzler's De groene Papegaai speelde, fel en met laaiende hartstocht, en daarna in Shaw's Blanco Posnet's Ware Gedaante de schout Kemp, die hij met zijn rauw en overtuigend spel tot één brok ruig leven wist te maken. O, niet altijd was Ver straete zo gelukkig in zijn creaties zijn Jago bijv. in Shakespeare's Othello was vrijwel een mislukking en ik zou toneel spelers in ons land kunnen noemen,die als geheel op een groter en rijker loopbaan kunnen terugzien, maar geen één, die in sommige rollen zo door het geniale is aan geraakt als Verstraete. Daarom heeft zijn spel herhaaldelijk een zo sterke indruk op mij gemaakt, dat ik van vele opvoeringen altijd weer Jules Verstraete in een be paald toneel voor mij zie. J. B. SCHUIL In vakkringen pleit men voor een scherpere selectie Wij vragenis de school niet te reorganiseren In vakkringen is men het er vrij alge meen over eens, dat het toelatingsexamen voor Gymnasium, Lyceum en H.B.S. geen voldoende toetsing van de leerlingen is. Een gunstig examen waarborgt niet, dat de can- didaat in staat is zich het mal iriaal der nu volgende schoolfase eveneens met succes eigen te maken. Een groot aantal faalt. Van de leerlingen die het einddiploma behalen komt slechts de helft er zonder doubleren. Weliswaar zijn er onder de afvallers, die de school reglementair verlaten (b.v. op de H.B.S. na 3 jaar) maar het aantal mislukte" leerlingen is toch zeer aanzien lijk. Op grond van gegevens van het Cen traal Bureau voor de Statistiek is dit op 35% der schoolgeneratie te stellen. Natuurlijk ttiag men eisen stellen aan een kind, maar alleen voor zover het die vervullen kan. Wie verder gaat, kan aan de jeugd onherstelbare schade toebrengen. Ten onrechte verwekte illusies worden ver stoord, geld en kostbare jaren verspild. In gewijden weten, dat vele kinderen op deze wijze voor goed zijn bedorven. Door het falen prikkelbaar geworden en oneven wichtig, verliezen zij dikwijls de belang stelling voor iedere soort van onderwijs, zij worden recalcitrant en nerveus en veel problemen stapelen zich op, juist in de moeilijke jaren van de. puberteit. Een scherpere selectie De minister van Onderwijs is een voor stander van een scherpere selectie om daar door te bereiken 'dat het aantal leerlingen beperkt wordt. Op een vergadering van het „Genoot schap van Leraren aan Nederlandse Gym- nasiën" heeft dr. T. T. ten Have, privaat docent in de karakterkunde aan de Univer siteit van Amsterdam en als psycholoog werkzaam aan het Psychologisch Laborato rium dezer Universiteit, het onderwerp der selectie behandeld en hij was op ons verzoek -bereid ons zijn inzichten nog eens uiteen te zetten. Gemiddeld zakt er per klas 20 a 25%, zo vertelde hij en iedereen bij het onderwijs is ervan overtuigd, dat de studie op meer efficiënte wijze moet worden ingericht. Het is de vraag echter hóé dat te vol brengen! In het schema van Bolkestein van 1946, waarin voorstellen worden gedaan over de reorganisatie van het V.H. en M.O., wordt de inrichting van een „brugklasse' bepleit om een betere aansluiting te krij gen van het L.O. Dr. Ten Have kan voor dat idéé niet enthousiast zijn,, wel voor namelijk omdat te verwachten valt, dat bij invoering van een brugklasse bijkans alle oude fouten zich in nieuwe vorm zullen herhalen. Bovendien zou de volledige selec tie dan een vol jaar in beslag nemen, wat hem een onnodig lange tijd lijkt. Meer dan van de Bolkestein-brugklasse is de heer Ten Have voorstander van een „proef klasse", welke een week of drie zal duren. Door de eindexamens wat te vervroegen, komen de leerkrachten en lokaliteiten vrij en aldus schept men de mogelijkheid om dé selectie der candidaten in aanzienlijke mate te verbeteren. Proefklassen bepleit Het idee van de proefklasse is op zichzelf niet nieuw; in beginsel is het al sedert 1930 gerealiseerd in het gymnasium te Arnhem. In de proefklasse aldaar worden de aspi rant-leerlingen in contact gebracht met de voornaamste der toekomstige vakken: oude talen, Nederlands, wiskunde en natuur wetenschappen. De bedoeling is vooral om een denkbeeld te krijgen van de reactie der candidaten op nieuwe, onbekende leerstof. Op grond van de resultaten wordt aan de ouders een advies verstrekt; luidt dit on gunstig en accepteren de ouders het niet, dan wordt nog een normaal toelatings examen afgenomen. Enige tijd geleden zijn nu de Arnhemse ervaringen gepubliceerd en deze zijn zeer bemoedigend. O.a. blijkt eruit, dat van de vier schoolgeneraties, die men volledig heeft kunnen nagaan, bijna 80 het einddiploma haalde, waarvan meer dan de helft zonder doubleren. Er strandde dus 20 een aantal dat zeer gunstig afsteekt bij het landelijk cijfer van Finland zal onderhandelen Een zegsman van het Finse ministerie van Buitenlandse Zaken zeide Donderdag avond, dat Finland op de voorstellen van Stalin om onderhandelingen te openen over een verdrag van vriendschap en verdedi ging tussen Rusland en Finland ,ja" zal ant woorden. Hij legde de klemtoon op onderhande lingen en in andere kringen werd er dan ook op gewezen dat het voeren van onder handelingen geenszins inhoudt, dat Finland en de Sovjet-Unie tot overeenstemming zuilen komen en dat een verdrag zal gete kend worden. Twee kleurlingen vormden de wacht bij generaal List, de voormalige Duitse opper bevelhebber in Griekenland en Joegoslavië, schuldig bevonden aan oorlogsmisdaden, veroordeeld tot levenslange gevangenis straf, toen hij voorhet tribunaal verscheen om zijn vonnis te horen. Voor deze „ras"- generaal was dat waarschijnlijk een extra- harde noot. Over Muziek minstens 35 Al is hiermee dus al veel gewonnen, toch is er naar het oordeel van dr. Ten Have nog meer te winnen, als er in de proefklasse ook andere facetten wor den belicht, met name als er een psycholo gisch onderzoek der candidaten wordt in geschakeld. Daarom gaat zijn belangstelling vooral uit naar Sneek, waar de jonge rec tor van het gymnasium verleden jaar een proefklasse heeft ingericht, waarbij de leer lingen ook onderworpen worden aan een bescheiden psychologisch onderzoek. Dr. Ten Have pleit er voor om op een 10-tal scholen in ons land met een derge lijke proefklasse te beginnen. Hij verwacht daarvan dat men daarmee over een jaar óf tien voldoende ervaringen heeft opgedaan om een voor het onderwijs waarschijnlijk heilzame beslissing te kunnen nemen. En de scholen? Tot zover de uiteenzetting van dr. Ten Have. Bij vernieuwing valt ons de eigen aardigheid op, dat alleen aandacht, gewijd wordt aan de tekortkomingen van de leer ling en nie,t aan die van de school. Erken nende dat thans een groot gedeelte van de leerlingen op de scholen „mislukt", volgt men slechts de weg van de minste weer stand, als men alleen door selectie der leerlingen wil bereiken, dat meer jongelui het onderwijs met succes kunnen volgen. Logisch zou zijn, zich ook de vraag te stel len: hoe kunnen wij de schoolprogramma's wijzigen om betere resultaten te bereiken? Men dient een open oog te hebben voor het feit, dat vele ouders voor hun kinderen middelbaar onderwijs verlangen, ook al zijn die niet in staat zich volledig te laten inkapselen in het keurslijf dezer scholen, die in hoofdzaak zijn ingericht om candi daten voor de universiteit af te leveren. Blijkbaar heeft men daarbij het feit over het hoofd gezien, dat het percentage dei- leerlingen dat zijn studie gaat voortzetten, betrekkelijk gering is. Veel groter is daar entegen het aantal jongelui dat op de mid delbare school een hoeveelheid kennis wil vergaren om zich een plaats in de maat schappij te kunnen veroveren. Wat wil men doen met de grote groep jongens en meisjes die door een scherpere selectie van de middelbare scholen geweerd zullen worden? Verwijzen naar de scholen voor M.U.L.O.? Maar zoals- deze thans zijn. kunnen zij de oplossing die de ouders Men sen niet brengen. Deze is, naar aangenomen mag worden, ;vel te vinden als bij het middelbaar onder wijs zelf een reorganisatie wordt ingevoerd. Natuurlijk zal daarbij in het oog gehouden moeten worden, dat aan de leerlingen die ïaar de universiteit gaan, aansluitend on derwijs wordt gegeven, maar daarnaast moet soepelheid worden betracht met leer lingen'die een behoorlijke dosis kennis moeten krijgen voor de taak die hen wacht in het maatschappelijk leven. Wanneer zij voor enkele vakken voldoende aanleg mis sen om het normale onderwijs daarin te volgen, kan de school met minder genoegen nemen. Vaak ziet men, dat leerlingen in een of twee vakken slecht zijn, maar daaren tegen in andere behoorlijk mee komen, of er zelfs in uitblinken. Bij de overgangs examens zou daarmee dan ook rekening gehouden dienen te worden. Nu blijven zij blokken op 'die vakken waarvoor zij de aanleg missen en gaan na een mislukking van school, waardoor zij odk het verdere onderwijs in de vakken waarvoor zij wel goed zijn, missen. Uiteraard kan aan zulke leerlingen dan "geen volledig eind rapport worden uitgereikt, maar toch wel een bewijs, dat zij voor verschillende vak ken (meestal die zij voor hun verdere leven nodig hebben!) voldoende cijfers behaald hebben. Het streven naar onderwijs dient niet ge remd te worden, maar in goede banen ge leid. Niet alleen is dit voor de kinderen gewenst, maar ook in het belang der maat schappij. Een onderwijsdeskundige aan het woord Een onderwijsdeskundige hier ter stede waarmee wij deze aangelegenheid bespra ken, kon zich met het aanbevolen denk beeld geheel verenigen. Toepassing daar van zou zo verklaarde hij neerkomen op meer differentiatie van het onderwijs, invoering van keuzevakken en gelegenheid tot opneming van vakleerlingen. In vak kringen is al eerder dit denkbeeld ter sprake gekomen, maar verder is het helaas nog niet gekomen. Om de toepassing mo gelijk te maken zou wetswijziging nodig zijn. Ook zullen bij de practische uitwer king ongetwijfeld verscheidene moeilijk heden naar voren komen, maar die zullen toch niet zo ernstig zijn, dat zij de zaak als geheel onmogelijk maken. Om een voor beeld te noemen: Het onderwijs in de na tuur- en scheikunde is thans voor een be langrijk deel op wiskunde ingesteld. Leer lingen die dus in de wiskunde achterblij ven zullen ook tegemoet gekomen moeten worden bij het onderwijs in de natuur- en scheikunde door het onderwijs in dit vak enigszins te wijzigen. Hoewel ik zo besloot onze zegsman geen studie van deze aangelegenheid ge maakt heb, zegt mijn gevoel dat uitvoering mogelijk is en ook dat de belangen van de jeugd daarmee gediend zijn. Men moet be denken dat de school er moet zijn voor de kinderen en niet de kinderen voor de school! Het onderwijs in Amerika Op uitnodiging van de Leidse Onderwijs instellingen heeft dr. H.- L. F. F. Deelen uit Amsterdam in restaurant Brinkmann te Haarlem gesproken over zijn reis naar Amerika en in het .bijzonder deed hij me dedelingen over het onderwijs. In 1940 is bij een onderzoek gebleken, dat er tien millioen analphaten waren in het leger en dat vijf millioen afgekeurd werden we gens onvoldoende vorming. Toch kan men niet zeggen, dat aan de vorming weinig aandacht wordt "besteed. Integendeel. Na het bezoeken van een lagere school gaan de leerlingen naar de High School, waarop zij bijzonder trots zijn. Voor dit doel be staan geweldig grote gebouwen, waar soms 5.000 leerlingen bijeen zijn. Er is ook veel belangstelling voor het hoger onderwijs. Het komt voor, dat de leerlingen het cur susgeld niet kunnen betalen en zij werken dan in de vrije uren. Ook heeft dr. Deelen een studie gemaakt van het schriftelijk onderwijs, waarvoor veel animo bestaat. Vooral zij. die ver van de stad wonen, volgen een schriftelijke cursus, hetgeen eveneens een bewijs is. dat de Amerikanen zich willen ontwikkelen. Er bestaan 47 grote inrichtingen, die er onderling voor zorgen, dat het onderwijs op hoog peil staat. In 1808 is men er mee begonnen, speciaal als hulp aan arbeiders Fantasia De film Fantasia van Walt Disney heeft veel opzien gebaard; en wel het meest omdat de vervaardiger enige muzikale kunstwerken voor de realisatie van zijn. fantasieën gebruikt heeft. Zeer fanatieke Disney-aanhangers en wellicht ook vele muziekliefhebbers zullen hierbij kunnen opmerken: neen, hij heeft zo maar niet iéts gebruikt, hij heeft wat er leeft in de mu ziek zichtbaar weergegeven. Is dit zo? Om hiervan zeker te zijn zou men op een an dere wijze al precies moeten weten hoe en welke die inhoud is. Maar zo zeker als wij zijn, dat die inhoud bestaat, zo zeker is het ook dat het tot het wezen der muziek behoort die inhoud wel te kunnen beleven maar haar niet te kunnen vaststellen. Wij kunnen dus wel zeggen: ik zou mij bij het aanhoren van dit stuk dit en dat kunnen ,en willen voorstellen, maar wij kunnen nooit wis en waarachtig bepalen: wat ik er bij hoor en er in zie, dat is het. Nu ge loof ik niet dat de begaafde en slimme Disney heeft gedacht: ik zal de mensen laten zien wat 4eze muziek van binnen eigenlijk is. Hij zal wel bedoeld hebben: ik zal eens met mijn virtuositeit in film techniek gaan fantaseren bij het rhythme, de melodie en de harmonie der muziek, ik zal een soort filmisch ballet maken bij be staande composities. Welnu, dat is even zeer zijn recht, als vroeger en thans dan sers hun recht hebben om allerlei bewe gingen te maken bij allerlei pianostukken; en nu moet ik direct bekennen: deze film virtuoos overtreft verre die solo-dansers, die vele doelloze grijp- en verlangen-ge baren maken, onbestemde smart- en pijn- bewegingen vertonen, handenwringend van. verdriet heen en weer hollen, en daarmee niemand kunnen overtuigen dat dit alles met elkaar zelfstandige danskunst is of dat zij daarmee de inhoud der muziek open baren. Als ieder mens het recht en de vrij heid heeft om visueel, dat is dus volgens de vermogens van het gezicht, te fantase ren bij het luisteren naar muziek, dan heeft ook Disney het recht aldus bezig 'te zijn; bovendien heeft hij dan nog een on gehoorde techniek in de film-mogelijkhe den en het is te begrijpen dat hij er een onbedwingbaar pleizier in heeft, te verto nen wat hij heeft gefantaseerd. Iets anders is. dat qen stuk van Bach bij voorbeeld geen enkele verduidelijking nodig heeft om volkomen helder en volmaakt te zijn voor ons oor en ons hart. Ja, zelfs-de zesde symphonie van Beethoven en l'Ap- prenti sorcier van Dukas, dat naar een verhaaltje is gecomponeerd, behoeft geen zichtbare verklaring; met deze ^verwerke- lïjking gaat het wezen der compositie te rug, het muzikale stuk is dan niet meer egn resultaat van de aanleiding, maar een aanleiding tot het resultaat. Het verhaaltje is niet het doel noch het'wezen der com positie; het is slechts het uitgangspunt een uitgangspunt dat men zelfs vergeten kan bij het aanhoren van het muzikale kunstwerk. Alle verbindingen van kleuren en andere visuële vermogens zijn maar gooien-met-de-muts naar de inhoud der muziek; het blijft onbegonnen werk; de muziek is zichzelf en is superieur. En wat de reële klank betreft: wat is men bij deze Fantasia ver verwijderd van de oor spronkelijke werkelijkheid van Bach! Deze Toccata en Fuga is een orgelstuk:; hier hoort men een orkestbewerking van Sto- kowsky, pasklaar gemaakt voor film publicatie met al de verdoezelingen van de timbres, die zulk een bewerking mee brengen, daarbij een alles overdonderende kleurensymphonie; wat blijft er nog over van het oude, volmaakte orgelstuk? En toch moet ik bekennen dat deze fan tasie bij Bach mij nog 't meest imponeerde, hoewel ik het feit tegelijkertijd verfoeide. Hier had Disney tenminste geen levende wezens met uitpuilende draaiogen en scène gezet, hier liet hij tenminste de mensen op hun beurt weer fantaseren met wat hij zelf fantaseerde. Bij de zesde Symphonie van Beethoven kon ik Disney's gedachten en verbeelding in 't geheel niet volgen; ziin stoutmoedigheid bij de fantasie bij „Le Sacre du Printemps" van Strawïnsky leid de tot de grenzen der filmische geloof waardigheid. Beter was het ballet bij de „Notenkraker" van Tscnaikowsky. Het slot met het „Ave Maria" van Schubert was miserabel van zoetigheid. Het is te wensen dat de formidabele virtuoos Disney een componist vindt, die met hem samen nieuwe dingen maakt; hij kan dan bestaande, zelfstandige meester stukken met rust laten. Zeer zeker liggen in Disney's filmtechniek vele mogelijkhe den. Maar wie meent, dat hij door deze vertoningen nader tot de muziek komt, bedriegt zichzelf voor honderd procent; en zelfbedrog kan niemand aanbevelen of on verschillig laten. De muziek heeft Disney niet nodig en als Disney de muziek nodig heeft moet hij nieuwe stukken laten maken. HENDRIK ANDRIESSEN. in de omgeving van Boston. In de loop der jaren nam het onderwijs een grote vlucht en op het ogenblik zijn er ongeveer 93.000 leerlingen. De Leidse Onderwijsinstellin gen tellen 9.000 leerlingen, hetgeen in ver houding met Amerika niet gering te noe men is. In ons land zijn de eerste schrifte lijke cursussen in 1920 gegeven en er was vooral in de bezettingsjaren en ook daar na grote behoefte aan dit soort onderwijs. Het blijkt wel, dat de jeugd een verlangen heeft, om "te studeren op allerlei gebied. Over de organisatie en het toezicht door de rijksinspectie deed dr. Deelen nog me dedelingen. In het tweede deel van de avond wer den enige ónder wijsfilms over Nederlandse industrieën vertoond. De Koningin steunt de „Mevrouw Spoor-actie" De NIWIN is bezig met een landelijke actie ten behoeve van de zieke en gewonde militairen overzee. Zij doet dit onder de naam „Mevrouw Spoor-aandelen-actie". Deze aandelen worden in grote en kleine coupures uitgegeven ten behoeve van hos pitaal-radio-installaties, materieel voor de arbeidstherapie en kleine geschenken bij ziekenbezoek. De Koningin heeft ter ondersteuning van deze actie een gift van 5000 gulden aan de NIWIN overgemaakt. IJsbarrière in het Uselmeer De Urker botters 52 en 141 hebben van Amsterdam uit getracht Urk te bereiken. Zij kwamen echter niet verder dan de hoek van het IJ, waar zij op een circa 12 cm dikke ijsbarrière stuitten. Onverrichterzake keerden zij naar Amsterdam terug. Een stoomboot en drie motorschepen uit Zwart sluis hebben geprobeerd Amsterdam te bereiken. Ook zij moesten echter naar hun uitgangspunt terugkeren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1948 | | pagina 5