c
3
Literair©
De 9 Muzen
Minister komt belastingbetalers
enigszins tegemoet
Uitgeweken Tsjechische studenten
kunnen in Nederland afstuderen
Wanne ,4'
MARNiX
„Het boek van Joachim van Babyion";
iiiSNIX GPSEN: „Het Huis" (Gedichten).
,A A M Stols, 's-Gravenhage).
,„rr MEN. alvorens van
LcWm van Babyion"
fBoeit V8n n genieten, behalve
l V-ijk*"" ,eS Joachim", opgeno-
t<ÏÏbundel „Het Huis".
ét verza„ „an Sint Franciscus
jnf-lila" j van 1919 en even-
hiergenoemde ver-
»1 «Jgen -selezen
i-tk hébben. Dit vurig ge-
hie-h rmensenleven.
JfjZ c«sla%.id en alle bezonnen-
m Jd' 'hn aüe opstandigheid:
P i oe«*e,dv het zuiverst idea-
BU 11 hagende onverbiddelijk-
fhet brandend vei-
■fsn jjE berusting, de innig-
eenGe^dri{ti|ste hartstocht het
I Zj,fl.n rV'lo PU ell«
t-ifg» vreugde en elke men-
h betrekkelijk jong Marmx
,,u. a* ,tnL- nog was. „Gij
inSni ,ot Franciscus, „gij
fctiihS naakt te slaan, geef
f.'totb''"3™"'aktheid van mijn
wliÉi dezer wereld te
■i™" t hil kréég deze moed.
loachim van Babylon" is
l?Blthike maar vol zelfbeheer-
®i"hfu£is, neergeschreven in
®'tI „n voi-i, een z° eenvoudig-
jongen zonder voorbehoud
«'"Sen Gdoof gerust-dat
fS, leven lang liever
ge eerder van zijn hart
i Lakte dan het in zijn oog
iwoUe "ver zijn lippen te
„,1 Strenge zelfcritiek ge-
ITdüU heel wat
R-ordkud
Jj komen,
ge
schroom
an nm door debesloten-
overwin""". breken en dit
-«SlbSeid prijs te geven
jm? a alleen geschreven vanuit
Snfmaar vanuit dat
LOf het nu Joachim is, uit
K'ïïaS. dan wel Mamjx
HlS land van baanderen, due
SWbewogen leven vertót- of
oopm
n we
i',
I -Jonic yoais deze te horen is in aïle
a^li.dents i leerstellingen,
ei alle oorden, omdat het 't
'q-t alle mensen verstaan diehet
pE'SSïn is uit oud-testamen-
dm we' een teruggetrokken
Slfc, meer bekend alS ULvtÏ
ft IA Goris - hun woord blijft
(-■; or. J- Vinron is in alle
a zijn diepten en hoogten,
dl verhevenheden, geplaatst
PST tussen de ondoorgrondelijke
fe&S£i Leven en Dood, Natuur
w Afzichtelijkheid en Schoonheid
«'lelijkheid en Deugdzaamheid en
Sr vragen naar het Waarom en
Kwee: zoeken naar een synthese van
'cffiverzoenlijk lijkt.
L daarvan spreken kan een Gijsen
- met zoveel klassieke stijlbe-
nederig en trots, cynisch en mild,
t bezonnen, met levensliefde en
[-editing, schrijft een zeldzaam, een
akelijk boek, omdat niets mense-
t- -.leemd aan is.
ij Joachim van Babylon is niets men-
>md. Hij leeft het gevaarlijkste
fcdateen hieus leven kan: hij verlangt,
st tegen elk verstard dogma, het
ie. Hij haakt naar'het Volmaakte:
•:'.e Deugd en volstrekte Schoonheid,
ie krijgt hij ten geschenke in de ge-
n Suzanna, om met haar in de
sTiase het opperst Geluk te ont-
wl Helena van Troje had nog een
feiiek bovc-n haar linker oog als teken
JÜiironvolkomenheid. Maar Suzanna,
■cgerepte Deugd, is smetteloos als be-
hng van de Platonische idee der zon-
Èéid. Met haar leeft Joachim,, sterf e-
d mens, staande tussen de
tegenstellingen van Goed en
üi van drift en vergeestelijking en hij
ce bitterste nood ervaren, dat de
het volmaakte een schone, maar
j/iijke drang is, gestild slechts in
Ettenoepelijk en vluchtig ogenblik,
r? hij oog in oog met Suzanna is, om
•r ie worden ter^ggestoten in de
acht der levensonzekerheid.
Kuiim doet verre tochten, leert de
den en zeden, de reohtsverhou-
;n ondeugden van vele mensen
i.het leiven om het één verachten
e 'as ander liefhebben. Zo reizend
Eiland van Babyion, gaat hij met
""hg en levensgeloof tegelijk, de
kceid van daden en woorden,
n en verzaken, deugdzaamheid en
beid, onderkennen. Zelfs Suzan-
ugd, die hem na enige tijd volgt,
begeerte door de- vertegenwoor-
iq het. Recht (Nabu en Akkad)
ld van overspel en ternauwernood
fe: nj aan het schavot. Dubbel deugd-
Vhijnt zij voortaan, voorwerp der
a verering, maar te smetteloos, te
j-J.cc dit menselijk leven, waarin
fe 3 zijn strijd met de tegenstel-
Mn beproeving ondergaat,
j'aj dan eindelijk gestorven is, staat
'a, ontgoocheld door de onverzoen-
■i van volmaaktheid èn leven, in
tan. Keert hij terug tot zijn vroe-
•V Is dèt de straf voor zijn stre
et het Opperste? Joachim behoort
gtan '°?i het immer-bewegende, en
PfKhvah bewust. Wat hij geleerd
jg®1»* Geluk van het ogenblik
vsrmaaktheid aan het eeuwige
L.tl;het tijdelijke beschoren blijft.
aanvaarden niet de zinloos-
efttgen, maar hun betrekkelijk-
*""2 woorden neemt Joachim
afscheid: .denk nooit dat gij de waar
heid vasthebt. Het is telkens een nieuwe
leugen. Kies er, wat mij aangaat, de mooiste
uit, de rijkste, de volste, en houd er u
a a n. En voor 't overige, zoek het kost
baarste kruid dat groeit op deze aarde:
moed. Waar gij het ook vinden moogt, pluk
het. Vaarwel." - Dat is geen cynisme. Het
is wat Thomas Mann, zo wel vertrouwd met
dezelfde levensproblematiek als alle
groten eens met een onvertaalbaar woord
Lebensfreundlichkeit noemde: de volle be
vestiging van de onpeilbare levenszin te
midden van alle beproeving. De oogst daar
van het is niet het Geluk, maar de
levensaanvaarding mèt alle menselijke te
korten. En desondanks: „leef edel, leef
schoon", zoals Gijsen zijn Joachim laat zeg
gen; doe dat in het gezicht van déze waar
heid: dat er geen volstrekte waarheid is in
dit ondermaanse.
Aan het menselijke is niets vreemd. Ook
aan dit boek niet. En omdat dit zo is, moet
„Het Boek van Joachim van Babyion" niet
alleen een schoon, maar ook een edel, een
voornaam, een menselijk-waar boek wor
den genoemd, waarin de geschiedenis van
Joachim tevergeefs verteld zou zijn, „in
dien gij niet bemerkt hebt, hoe op den weg
waarop hij stond enkele druppelen van
zijn hartebloed in het zand zijn gevallen.
Zij verdampen reeds in de zon. Het is tijd.
Adieu, en levet soone."
C. J. E. DINAUX
Prix Monet naar Nederland. Bij een con
cours van net Koninklijk Vlaams Conserva
torium behaalde Yves de Groot uit Bergen
op Zoom gisteren met 48 punten (max. 50)
de prijs Elsa Monet, met grote onder
scheiding.
Dit concours is bestemd voor pianoleer
lingen. die reeds een eerste prijs met onder
scheiding behaalden.
Een Rembrandt voor Leiden. Veel der
door de Duitsers weggevoerde kunstschatten
uit Nederland zijn weer in ons land terug
zoals bekend is. Wanneer de vroegere eigena
ren zich niet meer aanmelden, worden deze
kunstwerken verdeeld over de Nederlandse
musea. Zo verkreeg de Leidse Lakenhal
voorlopig in bruikleen onder andere een
Rembrandt: de clementie van keizer Titus,
een typisch voorbeeld van het vroege werk
uit de Leidse jaren van deze meester. Voorts
de astronoom van Dou, een badende soldaat
van dezelfde meester, een fraaie van Goyen,
een Heilige familie van Willem van Mieris
en tenslotte een Salomon van Ruysdael:
„gezicht op de paardenmarkt te Valkenburg'.'
Milanese „Barbiere". Voor het eerst
sinds tien jaar krijgt Nederland weer bezoek
van een Italiaans opera-ensemble, waaraan
verschillende artisten van het beroemde
Milanese „Scala" verbonden zijn. Op 1 Juli
start in Den Haag Rossini's „Barbier van
Sevilla" welke opera in Juli nog in ver
schillende steden in ons land vertoond zal
worden.
Speciaal voor Nederland is geëngageerd
de jeygdige tenor Pietro Medici, een typische
vertegenwoordiger van de echt-Italiaanse
„Belcanto"-school. Verder maken van het
gezelschap deel uit: drie leden van de Scala
te Milaan. Magda Piccarolo, Marcello Cortis
en Gino Belloni, welk drietal tot 8 Juni
optrad in het Théatre des Champs Elysées
te Parijs.
Het gezelschap brengt een eigen orkest en-
eigen décors mee.
Zo tussen lente en zomer
regent het in Frankrijk
elegantie-we dstrij den",
dat zijn modeshows in
de open lucht, waarbij
de achtergrond een
automobiel moet zijn. De
bedoeling is, dat de min
of meer elegante lijn
van het vervoermiddel
en zijn min of meer be
koorlijke kleur min of
meer harmoniëren met
het gewaad der chauf-
feuze en haar min of
meer aantrekkelijke lijn.
Aangezien men dat alles
niet in de hand heeft,
verschijnen er ook min
der geslaagde combina
ties, zodat men van een
echte wedstrijd kan
spreken. De winnares
van een dezer concours
d'élégance" hierbij af
gebeeld had maar een
heel klein autotje, maar
haar poedel was een der
„upper ten" en haar
glimlach deed de rest.
Befalingsfermijnen voor bepaalde belastingen
vier maanden verschoven
„World Student Relief"
stichtte het Universitair Asylfonds
ic tabletten 11 o 75
(Adv.)
'*'üa concerteert op
A'Beruhards verjaardag
SlSiï» VerjaardaS Prins
SStfR=Jtnia-s- zal
Ijh r-LU "aar|- Comité voor Nat.
door dotr avondconcert ge-
Itoo., Harmonie St. Caecilia,
Wvalflt0"cer.bheeft Plaats in
bdeïtw die geplaatst
Emostraat. Het programma
5. gL'L, CaecUiafieestmars, S.
Scène»1'p-u Beekhoven;
i^SS^sques. J. Mas-
v. Suppé; 6.
7. Death or
•kGri'dpr m'Czardas uit de
c WL VUvoden", arr- N. A.
a-.' v Ju]ïus Fucik; 10.
- Kenneth, J. Alford; 11.
Jonge mensen, die in overhaaste vlucht
voor politieke onderdrukking hun vader
land moesten verlaten met achterlating van
al hun bezit en al hun toekomstplannen,
zullen een veilig onderkomen in Nederland
vinden en daarbij nog de mogelijkheid,
verder te werken aan hun toekomst. Tsje
chische studenten, die aan de Nederlandse
grens om asyl vroegen, zullen^dank zij een
prachtig initiatief van de Nederlandse slu
denten aan onze universiteiten worden toe
gelaten en in staat worden gesteld, datgene
te bereiken wat zij zich oorspronkelijk had
den voorgesteld, doch dat door de ontwik
keling der politieke omstandigheden in hun
land onmogelijk scheen geworden.
In het op 10 Maart j.l. door de Neder
landse studentenraad opgestelde adres aan
de regering, erkenden de Nederlandse stu
denten het helpen van collega's, die door
de aanslagen op de vrijheid van het onder
wijs in het buitenland om des gewetens
wille- uit hun studie zijn verdreven of heb
ben moeten vluchten, als een ereplicht, en
verklaarden zij zich bereid de daarvoor
noodzakelijke offers naar mate van hun
krachten te dragen.
Het Nederlandse comité voor World Stu
dent Relief nam deze gestelde taaie ter hand
en vond de omvang en belangrijkheid van
de ten behoeve van deze vluchtelingen te
voeren actie van dien aard, dat zij besloot
een afzonderlijke stichting in het leven te
roepen, „het Universitair Asylfonds", on
der presidium van prof. dr. G. C. Heringa
Op het ogenblik is reeds een twintigtal
uitgeweken Tsjechische studenten opgeno
men in huize „Zuylenveld" bij Utrecht. Dit
is de "groep, die voor 3 April illegaal de
grens overschreed, en wie'de minister van
Justice toestemming verleende, in Neder
land te blijven.
Het huis „Zuylenveld" is het centrum,
waar alle te verwachten uitgeweken stu
denten enige tijd zullen moeten door
brengen, om zich vertrouwd te maken met
de Nederlandse taal, en ook enige bekend
heid te verkrijgen van de Nederlandse
zeden en gewoonten.
Ter selectie van de nog in Duitsland ver
toevende studenten stelde de minister van
Justitie een commissie in, die inmiddels uit
Duitsland is teruggekeerd; de door haar
verzamelde gegevens zullen binnenkort
vanwege de minister van Justitie worden
vrijgegeven.
Het U.A.F. is bezig een plan te ontwer
pen, om het grootste gedeelte van de be
nodigde gelden (plus minus ƒ200.000) in
de Néderlandse universitaire wereld te
verkrijgen.
De regering heeft toestemming gegeven
tot het opnemen van een 100-tal studen
ten. Waarschijnlijk zullen dit niet alle
maal Tsjechen zijn, maar zullen ook een
aantal Displaced Persons-studenten in ons
land opgenomen worden. Een van de voor
waarden waarop de regering toestemming
heeft gegeven is, dat er plaats moet zijn
voor de studenten op de universiteiten. Op
het ogenblik baart dit nog al enige zorg,
omdat de technische en medische facultei
ten- overvol zijn. Toch hoopt men ook hier
een uitweg te vinden.
Het bedrag van 200.000 hoopt men bij
een te krijgen door van iedere student in
Nederland een maandelijkse bijdrage te
vragen. Voorts door steun van de afgestu
deerden en de ouders van de Nederlandse
studenten. Reeds is van de Rijksuniversitei
ten bericht ontvangen, dat zij de uitgewe
ken studenten vrijstelling van college
gelden zullen verlenen en vele bedrijven
hebben steun in geld of natura toegezegd,
De Tsjechische studenten zullen over de
diverse universiteitssteden verspreid wor
den. Zij zullen volledig worden opgeno
men in het studentenleven. Na hun „wen-
tijd" in huize „Zuylenveld" krijgen zij een
mentor toegewezen, die hen bij hun studie
zal helpen en hen in studentenkringen zal
introduceren.
Mr. A. J. d'Ailly
terug uit Amerika
Amsterdams burgemeester, mr. A. J.
d'Ailly is Vrijdag uit de Verenigde Staten
teruggekeerd. De burgemeester vertelde,
dat een grote gemoedelijkheid de overi
gens indrukwekkende jubileumparade te
New York, die zeven uren duurde, ken
merkte. Wanneer een der deelnemers een
bekende langs de weg zag staan verliet hij
rustig de stoet om een praatje te maken.
Zulk een begroeting viel ook de burge
meester ten deel, omdat zo meende hij
zijn uiterlijk overeen schijnt te komen
met dat van een voormalige burgemeester
van New York, Jimmy Walker. Op het
„how is life" heeft mr. d'Ailly prompt ge
antwoord „Still going strong".
Voorts vertelde de burgemeester iets over
de detectives, die hem waren toegevoegd.
Elke poging om deze kwijt te raken, faalde.
Mr. d'Ailly bracht ook een bezoek aan de
directie van de Wereldbank in Washington.
„Ik ben,er van overtuigd", zo zeide hij, „dat
een filiaal van de Wereldbank in Amster
dam wordt gevestigd. Het is niet zeker of
dit net Europese filiaal zal zijn, omdat het
denkbaar is, dat meer filialen van deze
bank in Europa zullen worden gevestigd".
Naar alle waarschijnlijkheid zal de bur
gemeester van New York een tegenbezoek
aan ons land brengen. Daar zal eerst na
de presidentsverkiezingen over gepraat
worden.
NIEUWE VOORZITTER FILMKEURING.
Bij Koninklijk Besluit is met ingang
van 1 October als opvolger van de heer
D. van Staveren benoemd tot voorzitter-
van de Centrale Commissie voor Film
keuring generaal H. F. J. M. A. von Frey-
tag Drabbe.
De minister .van Financiën, prof. mr. P.
Licftinck, heeft maatregelen aangekondigd
ter verzachting van de moeilijkheden,
welke worden veroorzaakt door de belas
tinginvordering, welke thans in versneld
tempo geschiedt.
Het verzenden «ran de aanslagbiljetten
heeft lange tijd gestagneerd, waardoor een
aanzienlijke achterstand in de invordering
is ontstaan. Dit heeft geleid enerzijds tot
het bezwaar, dat de contribuabelen in on
zekerheid verkeerden over de bedragen dei-
te betalen belastingen en anderzijds de
contribuabelen de belastingdruk nog niet
gevoelden en zich daardoor een levens
standaard veroorloofden, welke niet moge
lijk zou zijn geweest, indien de belastingen
regelmatig zouden zijn betaald. Deze ach
terstand bij de belasting-administratie is
thans gedeeltelijk irffeehaald en wordt in
snel tempo ingelopen. Dit heeft echter ge
leid tot een nieuwe zorg voor de contri
buabelen, die, zoals de minister het in een
Vrijdagmiddag in Den Haag gehouden
persconferentie uitdrukte, thans door een
roffelvuur van aanslagbiljetten worden ge
troffen, hetgeen moeilijkheden en span
ningen veroorzaakt.
Bij de beoordeling van een en ander moet
men echter de juiste verhoudingen in acht
nemen, waarbij er volgens de minister in
de eerste plaats op moet worden gewezen,
dat de betaling van de naheffingen en van
de Heffing-ineens uit geblokkeerd geld
kan geschieden. Voorts bestond de moge
lijkheid van een zekerheidsstelling. Grote
bedragen zijn langs laatstgenoemde weg in
de schatkist gestort en de thans ingekomen
aanslagen kunnen hiermede worden ver
rekend. Toch dreigen echter vele contri
buabelen in moeilijkheden te geraken. De
regering heeft er naar gestreefd om een
oplossing voor deze moeilijkheden te vin
den, zonder afbreuk te doen aan het gun
stig resultaat van het inhalen van de ach
terstand bij de belastingadministratie.
Bovendien wenst men het deflatoir effect
van de belastingheffing niet teveel te ver
zwakken.
Besloten is thans, dat voor de invorde
ring van de aanslagen in de Inkomsten-,
Vermogens-, en Ondernemingsbelasting en
ook voor de Heffing-ineens, (wat deze
laatste betreft onder bepaald voorbehoud
en een beperking tot de minder draag-
krachtigen) alle wettelijke betalingstermij
nen in het algemeen te verschuiven naar
een vier maanden later vallend tijdstip,
uitgezonderd natuurlijk de bijzondere ge
vallen, waarin de wet onverwijld ingrijpen
voorschrijft of de ontvanger dat onvermij
delijk acht. Dit alles geldt voor zover de
betreffende aanslagen in het jaar 1948 uit
gaan of ziin uitgegaan.
Duitse S.D.-Kriminalbeamten
zullen weldra terechtstaan
Vele malen reeds zijn de meeste in ons
land gedetineerde Duitse „Kriminalbe-
amten" der verschillende „Sicherheitspolï-
zei"-bureaux als getuigen gehoord dn de
processen, die voor Bijzondere Hoven te
gen Nederlandse SD-agenten zijn gevoerd.
Het Amsterdamse Bijzondere Hof maakt
thans een begin met de berechting der
Duitsers zelf.
Zo staat Dinsdag Willy Zühlke uit Son-
nenburg terecht. Deze Waffen SS'er was
gedetacheerd bij de SD te Amsterdam en
deed als commandant van een bewakings-
ploeg dienst in de gevangenis aan de Am-
stelveenseweg. Hem wordt ten laste ge
legd, dat hij Joodse gevangenen sloeg en
trapte, hen de gangen der gevangenis met
een tandenborstel liet schoonmaken, waar
na hij emmers met vuil water over de on-
gelukkigen uitstortte. Ook wordt hij er
van beschuldigd de ter dood veroordeelde
gevangenen de door hen gevraagde geeste
lijke bijstand hebben geweigerd.
Des middags verschijnt de Duitser J. A.
Zint uit Letzkau in het verdachtenbankje,
die in Utrecht bij de Sicherheitspolizei was
gedetacheerd en er van wordt beschuldigd
gevangenen ernstig te hebben mishandeld.
De grootste zaak, die voorlopig op de rol
van het Amsterdamse Bijzondere Hof staat,
is die tegen de 45-jarige „Kriminal-
beamte" Paul Fröhlich uit Ressellcow in
Duitsland; die gedurende de gehele be
zetting een der meest gevreesde figuren
van de Utrechtse Sicherheitspolizei was.
Dit proces zal Donderdag 29 Juli beginnen.
Hem wordt ten laste gelegd, dat hij negen
arrestanten zonder vorm van proces hééft
doodgeschoten en dat hij opdracht heeft
gegeven tot het fusilleren van 23 gevange
nen door een vuurpeloton.
In de regel heeft men aldus gedurende
ongeveer de eerste 5 maanden na die van
dagtekening van het aanslagbiljet generlei
vervolging te vrezen. Dan wordt opnieuw
tenminste 4 maanden gewacht, voordat
eventueel tot de tweede vervolging wordt
overgegaan. Mocht een derde vervolging
nodig zijn, dan valt ook deze weer ten
minste 4 maanden later. Wanneer reeds
termijnen van de aanslag zijn betaald, geldt
de nieuwe maatregel alleen voor de nog
niet betaalde termijnen van de aanslag.
De nieuwe maatregel geldt alleen voor
de bovengenoemde belastingen en dus bij
voorbeeld niet voor de Grondbelasting en
de Personele Belasting en evenmin voor
de Vermogensaanwasbelasting, voor zover
deze betrekking heeft op „zwarte" aanwas.
De bedoeling van de maatregel is vooral
de helpende hand te bieden aan de klei
nere vermogensbezitters, die in moeilijk
heden dreigen te geraken. Daarom is be
paald, dat de regeling, wat de Heffing
ineens betreft, alleen zal gelden voor na
tuurlijke personen en dan alleen indien
het inkomen niet meer bedraagt dan 5000
en bovendien de belastbare som voor de
Vermogensheffing ineens niet meer dan de
35.000 bedraagt. Dit bedrag van 35.000
komt overeen met een vermogen van ten
minste 50.000 voor gehuwden zonder
kinderen.
Deze maatregel wordt nog gecompleteerd
door een andere maatregel. Vorig jaar was
reeds 'bepaald, dal: de definitieve aanslagen
der Inkomstenbelasting, die volgens de
wet ineens invorderbaar zijn, voor de ja
ren tot en met 1946 in vijf termijnen kon
den worden betaald. Deze bepaling is thans
uitgebreid over 1947 en 1948.
De minister vertrouwde, dat door deze
beide maatregelen de ernstigste betalings
moeilijkheden zullen worden verzacht en
verklaarde, dat de normale mogelijkheid
tot het indienen van een verzoek tot uitstel
van betaling bij de ontvanger blijft be
staan.
De minister adviseerde de belasting
plichtigen, niet onnodig het laatste mo
ment af te wachten, waarop men tot be
taling overgaat. Het thans gegeven respijt
kan het best worden gebruikt om tijdige
betaling voor te bereiden, waardoor zo
veel mogelijk het gevaar wordt vermeden,
dat men op een angelegen moment ver
schillende aanslagen zal moeten betalen.
Men dient vooral te voorkomen, aldus de
minister, dat men het geld, waarmede men
thans belastingkan betalen, voor andere
doeleinden besteedt, waardoor men
moeilijkheden geraakt. De regering heeft
een open oog voor de moeilijkheden, waar
mede vele belastingbetalers thans te kam
pen hebben, doch het publiek moet mede
werken om van de thans geboden facili
teiten een verstandig gebruik te maken.
Tenslotte deelde de minister nog mede,
dat de invordering veel vlotter verloopt
dan de autoriteiten hadden verwacht.
Verliezen in Indonesië
De regering maakt bekend, dat tot haar
leedwezen in de afgelopen week de na
volgende verliezen zijn gerapporteerd:
Koninklijke Landmacht: soldaat le kl.
J. C. Decker, uit Maastricht. Overleden
ten gevolge van oorlogsverwonding op 18
Juni 1948.
Korporaal N. G. van den Heuvel, uit
's-Gravenhage. Overleden tengevolge van
oorlogsverwonding op 20 Juni 1948.
Soldaat F. Schoenmaker, uit Andijk.
overleden tengevolge van oorlogsverwon
ding op 18 Juni 1948.
Soldaat B. J. van der Waard, uit Rot
terdam. Gesneuveld 18 Juni 1948.
De Koninklijke Marine heeft in de pe
riode van de afgelopen week geen verlie
zen gerapporteerd.
Turkse tabak
voor beneluxueuze rokers
De onderhandelingen die te Ankara
worden gevoerd tussen de directie van het
rijksmonopolie voor tabak en een Belgi
sche groepering hebben tot een overeen
komst geleid.
Krachtens dit accoord zal een Belgisch-
Turks consortium met gelijke deelneming
in het kapitaal worden gesticht. De nieuwe
maatschappij zal Turkse tabak plaatsen op
de Belgische, Nederlandse en Luxemburg
se markt.
De Belgische groep heeft bovendien bij
afzonderlijke overeenkomst de verbintenis
aangegaan een maatschappij op te richten
TOor de afzet van Turkse wijn, geestrijke
dranken en zout in België, Nederland en
Luxemburg.
Over Muziek
Dit is geen uitstalling van een zilverwinkelmaar de oogst van de Bloemendaalse re
cherche, die 52 diefstallen gepleegd in 1946 en 1947 tot klaarheid heeft gebracht en
een groot gedeelte van de buit wist op le s poren. Voor duizenden guldens aan zilver,
sieradendiamant, radio's en Perzische tapijten afkomstig van inbraken in het Gooi
*$n Bloemendaal is t hans teruggevonden.
VINCENT D'INDY
Het waren twee enthousiast jens:
Henri Duparc en Vincent d'Indy. uie in de
laatste paar jaren voor de Frans-Duitse
oorlog van 1870 samen muziek studeerden
en zich toen bijzonder tfoor Bach, Berlioz
en Wagner interesseerden. In Bach boeide
hen de strenge stijl, in Berlioz de roman
tische fantasie, in Wagner de nieuwste
muziektaal van die tijd. Duparc was toen
al leerling van César Franck, die zelf in
die jaren onder de indruk van Wagner's
muziek was. Het was voor d'Indy een ge
lukkige dag, toen Duparc zijn vriend aan
meester Franck voorstelde. Van dat ogen
blik af was d'Indy de vurigste leerling en
vereerder van de componist der „Béati-
tudes". Maar hij mocht Wagneriaan ziin
of niet, toen in 1870 de oorlog uitbrak,
verbond hij zich bij de „Garde mobile" en
streed mede tot het eind van de oorlog.
Hij schreef zelfs een geschiedenis van die
j'aren: Histoire du 105e bataillon en
l'année 1870/71. De later wereld-beroemde
theoreticus begon ziin muzikale loopbaan
met verschillende praktische werkzaam
heden: gedurende 5 jaar was hij paukenist
cn koor-dirigent bij de „Concerts Colonne"
in Parijs; zijn orgelstudies stellen hem in
staat ook enige tijd als organist werkzaam
te zijn. Twee andere feiten wal*en in deze
jongelingsjaren voor d'Indy van belang;
in 1873 logeerde hij twee maanden bij
Liszt en in 1876 woonde hij de eerste
„Festspiele" in Bayreuth bij. De magische
macht van Wagner zou voorlopig in hem
blijven heersen. En zo behoorde hij tot de
artisten (musici en litteratoren vooral),
die de dramaturgie van Richard Wagner
bewonderden. Thans op een afstand ge
zien is het nog duidelijker dan in vroe
ger jaren, hoezeer de Franse Wagnerianen
in die jaren verschilden van de Duitse. De
Wagneriaanse sfeer in Parijs is in hoofd
zaak een intellectualistische beweging ge
weest, het hart der Franse muziek is er
nooit door vervormd. Voor de Duitse Wag
nerianen was het volgen van het geweldige
voorbeeld een natuurlijke levensvervul
ling. Overigens werkte de stijl van Wagner
op verschillencfte wijze: bij de opera-com
ponisten hoofdzakelijk litterair en in dra-
matisch-constructieve zin, bij sympho-
nisch-werkende componisten gedeeltelijk
wat de thematische structuur en overigens
wat de instrumentatie betreft, bij lied
componisten wat de declamatie aangaat.
Allen echter, in Duitsland, Oostenrijk,
Frankrijk en Nederland werden in de let
terlijke muziek-taal: harmonie, rythme en
melodie, door Wagner beïnvloed.
Maar de natuur is sterker dan de leer,
en de natuur der Franse muziek werd
nooit, veranderd. Wie het grote, zeer veel
zijdige levensweek van d'Indy overziet be
merkt, hoe de natuurlijke, zélfstandige
lyrische aard van de echt-Franse musicus
zich in de loop der jaren duidelijk gaat
handhaven. Ten eerste wat de formatie
betreft: de beoefening der Wagneriaanse
dramatiek kan de compositie van sympho-
nische werken en van de genres der ka
mermuziek niet onderdrukken, met andere
woorden: de zuivere, absolute muziek,
door César Franck zo „voorbeeldig", zo
nieuw en met de jaren steeds genialer ge
schreven, handhaaft zich met aristocrati
sche zekerheid bij zijn leerlingen en ook
bij Fauré, later bij Ravel, Debussy, Rous-
sel en de anderen. Ten tweede: de aan
wending der zogenaamde Wagneriaanse
chromatiek* (het gebruik van alle halve
tonen in de toonaard) blijkt bij de Franse
componisten de melodie te dienen en niet
te beheersen. Maar ik mag de lezer niet de
school binnenloodsen en bepaal mij daar
om verder tot eni'ge beschouwing van
d'Indy's muziek.
Zijn eerste grote succes als componist
was de voltooiing en uitvoering van zijn
dramatische Legende: „Le chant de la
cloche". Het werk werd in 1885 door de
stad Parijs bekroond en in 1886 door La-
moui«ux uitgevoerd. De componist schreef
na lezing van Schiller's Das Lied von der
Glocke zelf de tekst en zette zijn muziek
voor dubbel-koor, solisten en orkest. Het
romantische onderwerp en de edele mu
zikale bewerking misten hun uitwerking
niet. Ik herinner mij een uitvoering onder
leiding van d'Indy zelf, waarbij niet alleen
bewondering voor het werk, maar ook
voor de suggestieve directie van de grijze
meester werd opgeroepen. De componist,
die zoveel uren van \ijn leven besteedde
aan de studie van de natuurwetten der
muziek, aan de grondslagen van de kunst
van het componeren, die het risico liep
zich te verliezen in de kwesties der con
structie, bleef tot in zijn kaatste jaren een
levendig musicus, een enthousiast man
van de praktijk. Hij'was een verheven
kunsjpnaar, maar was nooit door abstrac
ties verdord; hij bleef een muzikant, een
ras-echt artist.
„Le chant de la cloche" heeft geen
ouverture of inleidi^. Als 't scherm op
gaat zien wy de oude klokkengieter Wil
helm in zijn werkplaats. Hij overweegt
dat hij nu zijn laatste werk maakt en wil
nog eenmaal peinzen over hetgeen de klok
ken in zijn leven hebben betekend. En
daarna volgen verschillende episoden uit
zijn veelbewogen leven. De bouw der ze
ven taferelen na deze proloog verraadt de
vaste hand van de maker, die de drama
tische techniek zijner dagen volkomen
verstond. De thema's zijn leidmotieven,
die in de Wagneriaanse' veelstemmigheid
van het orkest met strenge melodische
consequentie worden toegepast. Wagner
en Franck heersen in de stijl van het werk,
maar bepaalde tonale beslissingen wijzen
op de eigen taal van de componist, die zich
na de tijd van dit werk zelfstandig zal
ontwikkelen.
Als hij na tien jaar zijn opera „Fervaal"
en.weer enige jaren later „L'Etranger" en
tenslotte „La légende de St. Christophe"
geschreven heeft kunnen wij spreken van
Tndy's eigen stijl: de melodie heeft zijn
vrijheid, de drukke polyphonie is gezui
verd tot het heldere, echt Franse coloriet.
Hij schrijft daarna een symphonie op 'een
melodie uit de Cevennes, de suite „Jour
d'été a la montagne", verschillende wer
ken voor kamermuziek, waaronder een
zeer interessante en boeiende piano-sonate.
Deze eigen stijl kenmerkt zich door het
verschijnsel, dat de dramatische expressie
schijnbaar onafhankelijk van de melodie
in de harmonie blijft; anders gezegd: er is
een merkwaardig samengaan van de lyriek
in de melodie met de ingewikkelde vor
men der harmonie. D'Indy's muziek is zeer
ernstig, zonder ooit zwaar te zijn, zeer ly
risch zonder overgevoeligheid.
Het zou mij hier veel te ver voeren,
wanneer ik nog zou spreken over d'Indy's
betekenis als historicus en paedagoog; over
de stichting van zijn conservatorium
,Schola Cantorum", zijn uitgave van
opera's van Monteverdi, zijn „Cours de
composition musicale", zijn boeken over
Franck en over Beethoven.
HENDRIK ANDRIESSEN.