c 3 BCSi L Kantteken mgee mnga Wuthrich De 9 Muzen 1 DURO Nederland draagt belangrijk bij in herstel van West-Europa zaterdag v£DS HEB ik in deze kroniek Etteren vermeden enige auteur K hii een of andere „richting". hokjesindeling klopt. Elke schrij gelijkenis zijn werk ook mag a met dat van anderen, is zichzelf, minste van betekenis, geacht kunnen lïfj* Ditmaal kan ik er niet aan ont- het te bespreken boek in verband Cfl«én met een letterkundige uitdruk- vorm die men het „surrealisme" feïorm, u"- noemen. Het is onvermijdelijk: en ^Zana van deze opmerkelijke hum P. van rip lpzprs. 20 NOVEMBER 1948 IJMUTDER COURANT WILLEM FREDERIK HERMANS: „Moedwil en misverstand". M. Meulenhoff, Amsterdam). der te Geen jver, /er- wil in bundel zou die de uitings- vorige open geen het wrevelige En be- onze Keiang van °rn èn terwille van de lezers. Ik jSS indenken, dat ee ïS matig vertrouwd IS met *1 van dit - zich smdr Sodog °P steed" anderc T'ze jp zogenaamde surrealisme, et deze novellenbundel weet en ^muit handen legt met de wreve £hte. daar begrijp ik niets van" r%L zou hem de waarde van een *5S kunstvorm en van een in 2fIn zee<- bijzonder boek ontgaan, imiaas' werk is belangrijk, daar is twijfel aan. Er moet eèn grote mate 'ncentralie en dosis beheersing voor !L geweest zijn, deze novellen in zulk Iriidbare, openhartige en toch strak lift stijl te schrijven. Maar het is Is "dit werk blijft moeilijk verstaanbaar r;3r'. „een die het benadert met het ver- iipHik waarnemen van het dagelijks - 2omin als een muziekliefhebber, die ^tlwd is met de melodieuse klanken- !d van een Chopin, aanstonds een open R heeft voor Strawinsky, zomin als cles- en bewonderaar van de Haagse Eliteschool toegankelijk was voor de iïheidswaarde van een (abstracte) vvdriaan, zal een lezer, ingesteld op het Seven van een verhaal met zijn door Aristand geordende gevoelswereld, het ff van het letterkundig surrealisme ••'raus van Hermans) ten volle kunnen Sen Men moet er op voorbereid zijn, moet de weg er toe gevonden hebben. L /an dit surrealisme in de letteren J wil weten, kan de kleine Franse -mlezing samengesteld en ingeleid door SesHugnet (1934) of de onlangs ver- Histoire du Surrealisme" van Nadeau lezen. Maar ook zonder .voorkennis is het zeer wel mogelijk werk ais dat van Hermans te benade- Door de intuïtie. Benaderen, meer ook r. Weet niet, hoeveel „verklaringen" r-Veven zijn van Franz Kafka's (en het c venszins toevallig dat ik diens naam in ^verband noem) beroemde werk „Der Uss" Iedere lezer haalt er, overeen- S de inhoud van zijn gevoelswereld, Taine uit. Want hoe afwijkend in Astrant: dit hebben deze schrijvers Si dat zij de gangbare werkelijkheid zweven met verbindingsschakels van Tiepere, verborgen gemoedsleven, dat onnaspeurlijke wijze zijn weg vindt tot reacties öp die werkelijkheid. Het is mee als met een legpuzzle, waarvan ons w plaatje welbekend is en welker frag- •irien anders gerangschikt worden dan rips het welvertrouwde voorbeeld, zo al er een tweede werkelijkheid ontstaat, jjders" wil hier niet zeggen: willekeurig. a hier ook geen sprake van de verbeel- van een ongebreidelde fantasie. Er ftrst een andere orde, die niet overeen- Kiiit met de logisch-verstandelijke denk- omdat ze doorstrengeld is door alles, ui er onbewust in het menselijk gemoed seidwaalt aan flarden van herinnering, B heel of half vergeten leven, waarvan denken niet weet en niet weten wil. van slaap- en dagdromen, van in die eens tot ons gekomen zijn, lat zij de zeef van het regelend Biiana passeerden, vermengen zich hier idhet gangbare dagelijkse beeld van ons iewuste leven. alles moest gezegd worden, wilde Sforen v tolken, HAARLEM Centrale Verwarming Johnson Oliebranders (Adv.) ïsn Beinums «uwe orkest Het L.P.O. kiest zelf zijn dirigenten (Van onze correspondent te Londen) 1 Januari zal Eduard van Beinum J teling op zich nemen van het Londens 'harmonisch Orkest, in de wandeling J.O. genaamd. Van Beinum blijft vijf ariea achtereen in Engeland en naar imneem is het zijn bedoeling gedurende 5 verblijf zich door zijn gezin te doen !£ellen. Men is thans druk doende voor -«n woning te zoeken, hetgeen in En- spi net zo moeilijk is als in Neder- l'an Beinums benoeming is indertijd aitm door het orkest goedgekeurd. Het lelijk de gewoonte van dit op zeer socratische leest geschoeide ensemble, 'ad zijn eigen dirigenten aanwijst. Nagen hechtte het zijn algehele goed ig aan de benoeming van een der Iers vaii het orkest, Anthony Bai- tweede dirigent. Deze verkiezing gehele dag in beslag. In de geheel taên Albert Hall zat het orkest. Zeven •'lang werd er gerepeteerd, elk uur leiding van een andere candidaat. -■tanner waren orkestleden. De spelers elk een foliovel met de namen der bigden op hun lessenaar. Na afloop zij daarop hun mening over de ^ent-dirjgenten ten beste geven. Het :-cfwerk" bestond uit een door de can- <!en 2elf gekozen deel van een Beetho- tynphonie en een door de directie uit- -<Me moderne compositie. Hoewel het gingen doorgaans niet gemakkelijk gemaakt, was iedereen verbaasd volmaakte discipline, die de candi- wisten te scheppen. tv HP.O. gelooft, dat deze manier van *-ing artistiek gerechtvaardigd is. beter dan de orkestleden zelf -öi de kwaliteiten en talenten van een fait beoordelen. Want wat een dirigent blijkt vooral op de repetities. Het ®"PUbliek beoordeelt hem daarom 'f verkeerd. Een commissie, die zoals geval is van bovenaf een ttn dirigent oplegt, heeft veel kans j:'! n!eve ^euze te doen. ^Be:nUm zal zijn entrée maken met l-ttLiovencyclus. Op eerste Paasdag ':;n Albert Hall de Mattheus passie tuiore brengen. Hermans' werk, dat betrekkelijk uniek is in onze Nederlandse letteren, na^r waarde geschat kunnen worden. Het is "uiteraard onmogelijk, het „verhaal" van deze novel len zelfs maar vluchtig aan te duiden. Men moet dit werk ondergaan, het op zich laten inwerken, het laten nawerken en er dan voor zichzelf, uit destilleren, wat overeen komt met de eigen levensinhoud, met eigen reacties op ervaringen. Niemand zal met zekerheid kunnen zeggen, wat de auteur „er nu eigenlijk mee bedoeld heeft". De criticus evenmin. Ook de zin van een eigen droom kan men veelal niet verklaren. En toch heeft deze ons iets doen ondergaan, bepaalt hij ons doen en ons laten. Het surrealisme een kunstvorm dus, die uitdrukt 'wat uitgaat boven het door ons bewustzijn gecontroleerde en bepaalde is (en het is goed zich dat voor ogen te houden) geboren uit een verzet, uit een afkeer van elke conventie, van alle ge meenplaatsen. Het wil zich ontdoen van de gangbare code, die de verstandelijke wetenschap in een drietal eeuwen hééft geschapen. Het duikt in het onderbewuste, om er tussen het puin van vervaagde en vervormde herinneringsbeelden de schat ten van pienselijke levenswaarden uit te graven. En zo brengt het een andere, een tweede werkelijkheid aan het licht, die af wijkt van de allengs tot frasen uitgeholde „werkelijkheid". Wie denkt hier niet aan Freud? Letterkundig is het de vraag, in hoever de schrijver er in geslaagd is, aan dit ver weven van droom en werkelijkheid, van ons onderbewuste en ons bewuste doen, denken en reageren, uitdrukking te geven. Nu, wat ons hier in veelal gedrongen, maar geladen en klare zinnen wordt mede gedeeld, is van een scherpzinnige ontmas kering, van een suggestieve verbeeldings kracht, van een tot zakelijk-constaterend, verstrakte gevoelsconcentratie, die Her mans' werk een niet enkel merkwaardige, maar belangrijke plaats doen innemen in onze moderne letteren. C. J. E. DINAUX. DISTRIBUTIENIEUWS Afhalen van bonkaarten voedingsmidde len, tabakskaarten en diversenkaarten, als mede toeslagkaarten jonge en aanstaande moeders op Maandag 22 November in de Vleeshal te Haarlem: restant P en in het uitreiklokaal te Heemstede: restant B. Uw tanden en mond stralend-wit en gezond FaMa tandpasta bevat vitamine C fluorsilicaat sulfonamide tegen tandbederf (Adv.) FRANSE REGERING STELT VERTROUWENSKWESTIE. De Franse regering Queuille heeft beslo ten, naar aanleiding van het kamerdebat over de mijnstaking op de onthullingen over de hulp van de cominform aan de Franse mijnwex-kers, de kwestie van ver trouwen te stellen. Men vermoedt, dat Dinsdag de stemming in deze zaak geschiede nzal. Weer Duitse films. Volgens „Het Parool heeft de minister van Binnenlandse Zaken de vertoning van Duitse films in ons land goed gekeurd. Tot nu toe werden door de filmverhuur kantoren deze films wel aan de Filmkeu ringscommissie aangeboden. doch deze „kwam aan de keuring niet toe". Door de beslissing van minister Van Maar- seveen zal het Nederlandse publiek zich weer te goed kunnen doen aan filmproducten van onze Oosterburen. Laat ons hopen dat ze meevallen. „Ariadne op Naxos". De Nederlandse Opera zal onder auspiciën van de Wagner- vereniging op Donderdag 25 en Zaterdag 27 November in de Stadsschouwburg te Amster dam twee buitengewone voorstellingen geven van de opera „Ariadne op Naxos" van Richard Strauss. De muzikale leiding van deze voorstellin gen berust bij Paul Pella, de miss-en-scène is van prof.ödr. Lothar Wallerstein. Uitslag prijsvraag. Ter gelegenheid van het regeringsjubileum van Koningin Wilhel- mina heeft het curatorium van de schichting „Nicolaifonds" te 's Gravenhage in het begin van het jaar een „Prijsvraag 1948" uitge schreven voor het componeren van een pianowerk. Aan de prijsvraag hebben zeven jonge musici deelgenomen. Het curatorium heeft dezer dagen, overeenkomstig het advies van de jury besloten geen eerste en geen tweede prijs toe te kennen. Voor een derde prijs zijn in aanmerking gekomen de heren Jaap Ge- raedts en Alex Moser, beiden uit Den Haag en de heer Ludwig Otten uit Zandvoort. „Het kind en de kunst". Van 18 Decem ber 1948 tot 24 Januari 1949 zal in het Stedelijk Museum te Amsterdam een ten toonstelling „Het kind en de kunst" gehou den worden. Behalve een paar honderd kin derboeken over kunst, voor het grootste ge deelte uit het buitenland afkomstig, zal ten toongesteld worden, wat aan kunstonderwijs reeds op verschillende scholen wordt ge geven. MIJNHARDT Bij Ruwe Handen, Ruwe Huid, Ruwe Lippen. 30 ct. VERENIGING „PX" FAILLIET VERKLAARD De arrondissements rechtbank te Den Haag heeft het faillissement uitgesproken over de vereniging „P. I." („Particulier Initiatief tot het doen van Charitatieve Werken"), kantoor houdend te Maastricht en gevestigd te Den Haag. Dit faillissement was aangevraagd door de arts H. uit Nijmegen en gesteund door de K.L.M., die een vordering heeft van enige duizenden guldens. Het bestuur van P. I. was met verschenen. De arts H. heeft in Augustus een aan klacht tegen de vereniging ingediend, om dat hij zich voor 15.000 gedupeerd achte. Deze som had hij als een lening ter be schikking gesteld van de vereniging, die op Curasao sociaal werk zou gaan verrichten. Met het bestuur van „P. I." vertrok hij naar Curacao. De gouverneur van Curasao liet hen echter uitwijzen. De terugreis per K.L.M. werd niet betaald en de arts kreeg zijn 15.000 niét terug. Naar zijn mening was het charitatieve doel van de vereni ging slechts een dekmantel voor de warè bedoelingen van de andere bestuursleden: de oprichting van 'n handelshuis in Noord of Zuid-Amerika. Deze zaak is nog in on derzoek bij de justitie in Maastricht. De rechtskundige adviseur der vereni ging is in verzet gegaan tegen het faillis sement. van de bovenste plank DE ZEGSWIJZE „Men keert altijd tot zijn eerste liefde terug" zou als motto hebben kunnen dienen voor de dezer dagen in Nederland in circulatie gekomen film van de Franse cineast René Clair „Zwijgen is goud." („Le silence est d'or") en het moet er dadelijk bij gezegd: de zin van deze kernspreuk gaat dieper dan de blote aanduiding van Clairs terugkeer uit Holly wood naar zijn geboortegrond. Reeds in die eerste, van liefde voor de Franse hoofd stad doortintelde beelden van „Zwijgen is goud" kan de toeschouwer, die de ontwik kelingsgang van de man die met „Sous les toits de Paris" de bioscoopwereld ver overde, enigszins geregeld heeft gevolgd, een terugkeer tot de zelfspot een type rende eigenschap van zijn films uit de stomme periode onder kennen, die niet toevallig kan zijn. Dr. Elisabeth de Roos constateerde in 1931: „Een typische uitloper van Clair's paradoxale humor is het opzettelijk filmisch-valse effect. Men vindt dat nog sterker in „Les deux timides", aan het slot waarvan een gefotografeerd toneelgordijn tje over een prentjesachtig beeldvlak dicht schuift. Zo vernielt hij parodistisch zijn eigen uitbeeldingsmiddelen en maakt dus des te meer belachelijk wat in die vorm was uitgebeeld". Dat de gek steken met cinematografi sche apparatuur en vormgeving van de jaren voor de eerste wereldoorlog, toen het filmisch amusement uit een reeks korte, veelal onsamenhangende gooi- en smijtscènes bestond, vormt een der drie pijlers van de bekoorlijke en geestige brug die Clair met „Zwijgen is goud" tussen verleden en heden heeft geslagen. Het grote verschil tussen deze film en die van twintig jaar geleden ligt in de zoveel zacht moediger, menselijker en minder cerebrale weergeying der humoristische situaties; in tegenstelling met vroeger laat hij zijn pu bliek niet meer lachen ten koste van zijn sujetten. Heeft hij dat gedurende zijn twaalf jarig verblijf in Amerika geleerd? Tn zijn Hollywood-tijd trok nog een ander aspect de aandacht Was Clair vroeger met name in „Sous les toits de Paris" en in „A nous la liberté" de verheerlijker van die mannelijke vriend- en kameraadschaps- gevoelens, zoals die alleen hebben kunnen ontstaan in een land dat tot drie keer toe zeventig jaar tegen een buitenlandse overweldiger in het geweer moest ko men, in „The ghost goes west" en in „I married the witch" kwam het vrouwelijk element in het scenario op een gelijk plan met het mannelijk. In „Zwijgen is goud" heeft René Clair weer aangeknoopt bij het thema van voor 1935, zonder dat van de liefde te verwaar lozen: hij heeft beide gecombineerd in het verhaal van de regisseur Emile en zijn De Haarlemse kunstenaar Iluib de Ru heeft in opdracht van milde gevers voor de conversatie zaal der zusters van de Flora-kliniek te Haarlem een wandpaneel geschilderd, waarop een zinvolle uitbeelding van de levensgang der vrouw is gegeven. De voorstelling omvat vijf phassn: die van het kind aat te groot voor de wieg is geworden, die van het kind in de leertijd, van het volwassen jonge meisje, van hel moederschap en van de ouderdom. - Aan liet moederschap, dat de vervulling van hel wouw zijn vormt, is de centrale plaats toegekend. De bejaarde vrouw staat enigszins Ier zijde, om uitdrukking te geven aan de gedachte, dat zij al bijna niet meer van deze wereld is. Zij weegt de pitten van de afstervende zonnebloem in de hand als woog zij de vrucht van het leven. - De heer De Ru voerde deze decoratie uit op een paneel van berkenfineer, die met transparante lakverf werd bewerkt, zodat de houtnerf bewaard bleef. Effecten- en Geldmarkt Het was te verwachten dat na de alge- hele ontwrichting der economische verhou dingen tijdens de oorlog, het herstel van West-Europa niet zonder schokken en grote moeilijkheden zou kunnen geschie den. Het verbroken evenwicht van han dels- en betalingsbalansen, staatsbudget ten, zomede dat tussen lonen en prijzen dat na de oorlog niet automatisch terug keerde, noopte tot het in het leven roepen van allerlei organisaties en het nemen van maatregelen, welke ook thans nog niet kunnen worden gemist. Dat de West-Europese betalingsbalans voor 1947 nog een tekort aanwees van 7>/2 milliard dollar, waarvan alleen 5.3 mil liard tegenover de V. S. spreekt voor zich zelf. De door de V. S. verstrekte credieten vóór en onder vigeur van het Marshall-plan zowel als de rechtstreekse hulp hiervan, hebben geen ander doel dan West-Europa in staat te stellen, zijn pro ductie-apparaat zodanig te herstellen en uit te breiden dat het na' verloop van en kele jaren weer bij machte zal zijn met goederen en diensten te betalen wat het elders, met name in de V. S. moet kopen. Ook de Benelux-overeenkomst zal daar aan dienstbaar moeten worden gemaakt evenals de economische samenwerking der zestien Europese landen in groter verband. Het is er nog ver van af dat alle finan ciële en economische moeilijkheden zouden zijn opgelost, maar moedgevend is het niettemin dat sinds enige tijd een krachtig herstel van West-Europa kan worden ge constateerd. Weliswaar zijn de productie doelen van de C. E. E. S. (Commissie voor Europese Economische Samenwerking) nog niet bereikt, maar de tot dusver verkregen resultaten stemmen reeds tot grote tevre denheid. De New York Herald Tribune heeft daarover dezer dagen interessante cijfers verstrekt. Zo wordt voor 1948/49 de staalproductie van West-Europa op 45 mil- lioen ton geraamd tegen 30 millioen in 1947, waarmede zelfs de productie van voor de oorlog. (4.4 millioen ton) wordt overtroffen. West-Duitsland, dat sinds de geldsanering een sterke opbloei van het bedrijfsleven te zien geeft, heeft zijn staal- jonge vriend Jacques, die beiden van het sterretje Madeleine houden. Wij noemden reeds de humor en die scènes in die primitieve studio's, waar de cameraman al zwengelend (bij regen on der een paraplue) voortdurend onder zijn zwarte doek kiekeboe moet spelen, zijn kostelijk als een der drie positieve kwa liteiten van „Zwijgen is goud", het rhythme is de tweede. Clair schreef reeds in 1925 een essay over het filmrhythme, dat hij terecht als essentieel voor zijn kunst zag. De opmerk zame toeschouwer zal het opvallen, dat de inleidende beelden van „Zwijgen is goud", na die voor Clair zo karakteristieke ouver ture: het plaveisel van een Parijse straat, vrij snel voorbij trekken, doch dat het tempo langzamer wordt, naarmate, gevoeli ger scènes de. aandacht vragen. Het gevoelige element, de sentimentali teit, in de positieve betekenis dan, zo men wil: zelden zagen wij en dat is dan de derde voortreffelijke eigenschap van „Zwij gen is goud" een fijnex-, lichter, soepeler spel dan van dit trio Maurice Chevalier, Marcelle Derrieu en Frangois Perier. En welk een durf van Clair om de beroemde chansonnier nu eens te laten optreden zonder strohoed en zonder dat hij ook maar een liedje zingt. Een tikje Ameri kaanse invloed is ook hier te bespeuren: soms, in enkele komische tonelen met de beide hoofdrolspelers dringt de vergelij king met een beroemd filmduo van over de Atlantische Oceaan zich onweerstaan- Humor en sfeer werden in ^Zwijgen is goud" op gelukkige wijze gecombineerd. - Links: Maurice, nu eens zonder strohoedrechts Frangois Pe'rier. baar op: Laurel en Hardy, zij het dan alleen Wat het uiterlijk effect betreft. De gehele geschiedenis speelt zich af in het Parijs van voor de wereldoorlog, „Avant-guerre" en „fih de siècle" zijn er in versmolten en wij zijn er van overtuigd, dat René Clair na zijn terugkeer al zijn heimwee en verlangen naar la douce France, dat hem in de machinerie van Hol lywood wel eens bevangen zal hebben, in deze band heeft neergelegd. Doch hij kiest van nature de lichte zijde van het leven. Niet voor niets heeft hij de thans 52-jarige René Chomette zich René Clair genoemd. en de aanstaande doctor in de filmologie zal in de alliteratie Clair contra Carné wellicht een pracht onderwerp voor een these vinden. Beiden hebben de liefde voor Parijs en het Parijse volk gemeen. Maar wat bij de schepper van „Les enfants du paradis" vertolkt wordt in een donkere, pathetische belichting, passende bij vaak melodramatische draaiboeken, komt bij René Clair in een weldadig aandoend, mild en helder kader. „Zwijgen is goud" zal de donkere zalen dikwijls doen schaterlachen, maar van nog groter waarde is de glimlach, die de pro jectie van begin tot einde bij de toeschou wer opwekt. R. K. O. had haar geblokkeerde franken slechter kunnen gebruiken. J. H. B. productie in 1948 boven het dubbele van 1947 weten te verhogen. Een vooruitgang toont ook de productiviteit van de mijn werkers per ondergrondse dienst, waarbij het opvalt dat het cijfer voor Nederland, zowel vóór de Oorlog als in 1947 en het eerste halfjaar 1948, ver boven dat van de andere Europese landen uitgaat. In 1935/38 was het voor Nederland 2556 ton, in 1947 1639 ton, in het eerste semester van 1948 1674. Groot-Brittaïmië bracht het voor de oorlog niet verder dan 1530 ton, Bizonië tot 2076, Frankrijk tot 1276, België tot 1138 ton. Voor de eerste helft van 1948 staat tegenover een cijfer van 1674 ton voor Ne- dei-land, België met 880, Fi-ankriik met 974, Groot-Brittaïmië met 1466 en Bizonië met 1230 ton. Als een bewijs van toenemende indus- trieële activiteit kan gelden dat de pro ductie van electrische energie in West- Europa thans aanmerkelijk hoger is dan vóór de oorlog. Voor Nederland zijn de cijfers respectievelijk 199.283 (1938) en 324 mill. Kw.h., (Januari-Augustus 1948). Ook in dit opzicht gaan wij aan de spits. Het zijn vermoedelijk deze cijfers, welke Camille Gutt, de directeur van het Mone tair Fonds hebben doen verklaren dat het economisch herstel in ons land goede vor deringen maakt. Het noodzakelijke industrialisatieproces zou zich in nog sneller tempo voltrekken, wanneer de bouw van nieuwe fabrieken niet belemmerd werd door de trage aan voer der benodigde materialen, machines, etc. en door de moeilijkheden, aan de fi nanciering verbonden. Dat de oude aan- delen bij de aankondiging van nieuwe emissies niet onbelangrijk in koers dalen, wijst vermoedelijk minder op gebrek aan vertrouwen dan wel op een tekort aan in vesteringskapitaal, waar-in de regering door een ruimere deblokkering zou kun nen voorzien. Intussen blijft het verheugend dat West- Europa, mecle als gevolg van het Marshall plan, duidelijke tekenen van economische opleving toont, waarbij echter de nood zaak van internationale coördinatie drin gend geboden blijft. Niet alleen tussen België en Nederland treden tegenstellingen aan de dag," ook de door de V. S. krachtig gestimuleerde in dustrialisatie van West-Duitsland is voor ons land niet enkel voordeel. Tot dusver bestaat de Duitse export nog grotendeels uit grondstoffen (80 pet.), het streven is er echter op gericht een groter deel daar van in eigen land te verwerken en de ex port van gerede producten en fabricaten omhoog te brengen, hetgeen uiteraard aan het welvaartspeil in Bizonië ten goede zal komen, doch voor de andere landen een verscherpte concurrentie zal betekenen. Gehoopt wordt dat voor ons land, dat vroe ger uit het transitoverkeer en de diensten balans belangrijke baten ontving, bij de her leving van de Duitse handel tenslotte de voordelen de nadelen zullen overtreffen; het herstel van het Duitse productie-appa raat is een factor, waarmede tal van in dustrieën in andere landen ernstig reke ning zullen moeten houden, temeer omdat de levensstandaard in Duitsland lager ligt. Ned. Handelsbalans. Een gunstig symptoom voor ons land is de stei-k gestegen export in October 308 millioen tegen 232 millioen in Septem ber), waardoor ondanks een hoger import- cijfer 479 millioen tegen 448 millioen, deze voor 64.2 pet. door de export was gedekt en het nadelig saldo der handels balans voor genoemde maand 171. mil lioen bedraagt tegen 216 millioen in September. Seizoen-invloeden (belangrijke uitvoer van aardappelen en boter) spreken hierbij weliswaar een rol, over de verbe tering van onze handelsbalans kan men zich niettemin verheugen. Overigens zal deze voor 1948 nog een tekort van meer 2 milliard aanwijzen, zodat er nog heel wat moet veranderen voor dat de Neder landse betalingsbalans, die voor 1947 een nadelig saldo van iy?, milliard heeft op geleverd, het noodzakelijk evenwicht heeft bereikt. Een belangrijke bijdrage daartoe kap Indonesië leveren. Sinds April is het ex portoverschot daar van 7.4 millioen tot 35.7 millioen in Augustus en 32.6 mil lioen in September gestegen, zodat de handelsbalans voor de eerste zeven maan den van dit jaar reeds in evenwicht is. Bij al de schaduwen, die er in deze tijd over de beurs vallen, is het verblijdend dat ook op lichtpunten kan worden gewezen. SCHEEPVAART IJMUIDEN Vrijdag 19 November kwamen de haven van IJmuiden binnen: Rijnstroom van Lon den. Vliestroom van Hull. Jans van Londen. Wikla van Mantiluoto. Joost van Rafsö. Oceanus van Oldenburg. Teresa Schiaffino v. La Goulette. Wanda van Kotka. Niobe van Kotka. Salland van Hamburg. Persian Coast van Tyne. Torswinge van Newcastle. The seus van Algiers. Zwijndrecht van Le Havre. Venus van Lissabon. Vertrokken zijn: Bacchus n. Antwerpen Maymere naar Rotterdam. Alt naar Rotter dam. Hoogland naar Grangemouth. Maria naar Abö. Peco nagr Alesund. Alphacca n, DttoHB-. Deo Duce naar Kopenhagen Over Muziek De Six en Honegger Kort na de dood van Debussy (1918) deed een levendige reactionaire beweging in de Franse muziek van zich spreken: men sprak van de „Groupe des Six". Het waren zes componisten: Milhaud, Honeg ger, Durey, Auric, Poulenc en Germaine Tailleferre, die in een bepaald verband werden genoemd, maar die zich eigenlijk nooit om een zeker strijdplan hadden ver enigd. Tot hun artistieke eer moet gezegd worden dat zij nooit waren begonnen met een „vereniging tot bevordering (of be strijding)" van 't een of ander. Intussen waren zü wel getroffen door een zekere, krachtige stroming in de weersgesteldheid in de muziek en zij vonden elkander zon der verstandelijke afspraak in de erken ning van een nieuwe sfeer, die met hun muzikaal enthousiasme overeenstemde. Het werd een zeer levenslustige vriendschap, die het componeren van veel zorgeloze mu ziek beurtelings met jongensachtigheid en ernst vergezelde. De zes, onderling toch zeer verschillende naturen, waren om zo te zeggen ongeduldig opgesprongen na de jaren van het impressionisme en musiceerden, vrolijk-geprikkeld, in de vi tale rhythmiek van Haydn, Bach, Handel. Dit was de reactie op de vrije, zwevende rhythmen der impressionisten; zij ontwe ken de gevoelige harmonieën dezer compo nisten en verbonden met klaterende hel derheid „gewone" accoorden in klassieke, bekende orde. Het was geenszins een ne gatieve bespotting; het waren vrije woor den van enfants terribles met alle, nodige, overmoed. Vele artistieke beschrijvers der Debussyaanse kunst, die zich juist veilig gewend hadden aan een voor eeuwig-gel dende nieuwheid, zaten met de handen ia 't haar en meenden dat deze jongens een onbeschaamde godloochenarij waren be gonnen. Zij mochten gerust zijn: het genie van Debussy zou ongeschonden blijven, slechts de zwakke zijde van het impressio nisme zou geoordeeld worden. Het is waar dat de „Groupe des Six" in geen tien jaar iets maakte dat kon wedijveren met de „Têtes" van Debussy, maar het is ook waar dat de jonge componisten sindsdien, los van de algemene artistieke stemming, elk afzonderlijk zelfstandige werken maakten, die de aandacht trokken en zich handhaafden. In de loop der jaren bleek toen ook hun verschil van waarde: Honeg ger en Milhaud zouden uitblinken, Poulenc hield ook vitaliteit genoeg, de anderen spraken minder sterke taal. Aan solide, nauwgezette studie had het hun niet ontbroken, zij bemoeiden zich niet alleen ijverig met de praktijk der klassieken maar ook met de theorie van Schönberg, maar boven alles bleven zij Fransen: zij raakten geen van allen ver- strikt in de psycho-analytische netten der nieuwe Weense school, maar bleven de muziek oproepen met een vrijmoedige le venskunst. Het scheen dan ook dikwijls of zij maling hadden aan de diepe „vooruit gang der kunst". Angstvallige bevorde raars der muziek werden daarom ver stoord. Intussen bevrijdden de componisten van deze „Groupe des Six" het muziek leven van de algemene overheersing van een zekere muzikale wijsbegeerte, die wel diep ingrijpt, maar tegelijkertijd meer be dwelmend dan verlichtend is. Zij hebben nooit de melodie verloochend en bouwden hun harmonisch materiaal op de diatoniek; zij waagden de uitbreiding der samen klanken met hun muzikale intuïtie en in strumenteerden met een onverwoestbaar pleizier in de waarde van het geluid. Zij namen en nemen veel risico, maar hebben dan altijd veel gewonnen. Want die niet waagt, die niet wint. Honegger heeft bij de escapades der vrienden altijd de wildste sprongen geno men. Slechts schijnbaar heeft het beginsel van het Impressionisme hem nooit los ge laten. Hij heeft het echter veranderd; her innert u zich „Pacific 231"? Het is een symphonïsch gedicht, maar hij zou gelijk hebben als hij zeïde: „dit is geen impres sionisme, dit is muziek". Het is waar, dit is geen muziek voor zover het een locomo tief is, maar het is een locomotief voor zo ver die muziek is. Ik hoorde dezer dagen zijn derde Sym- phonie: Symphonïe liturgique. Zo min deze titel als de namen der onderdelen: Dies irae, De profundus clamavi en Dona nobis pacem, hebben iets met liturgie te maken. Ik weet dat het werk kort na de oorlog is geschreven en vermoed dat de hoorder in deze dramatische muziek een hevig gebed hoort om werkelijke bevrijding uit de spanningen, waaronder de wereld nog blijft lijden. Heeft de componist een der gelijk sentiment gehad en zijn dus de bena mingen verklarend, of ondergaat de hoor der alleen de suggestie der titels? Over deze zaak bestaat geen zekerheid; ik ben evenmin zeker van het „Dies irae" in deze symphonie als van het noodlot in Beet hoven's vijfde. Ik geloof in het enthousias me der muziek en het enthousiasme kan ik niet beschrijven. Met bewondering en dankbaarheid getuig ik van de warme kracht dezer Ille Symphonie, die op enkele plaatsen na, zeer sterk boeit. Honegger heeft ook in dit stuk prachtige vondsten in alle muzikale elementen. Het orkest klinkt grandioos, alle samenklanken ztfn helder en duidelijk en worden zeer leven dig gestuwd. Tenslotte is men met deze muziek verrukkelijk verzadigd. De sym phonie mag wat mij betreft „een zomerdag" heten.... HENDRIK ANDRIESSEN. CHIN. IND. REST. HONGKONG HAARLEM, Smedestraat 21 - Telefoon 21375 (Adv.) Agenda voor Haarlem ZATERDAG 20 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Mijn zuster Eileen", 8 uur. Gem. Concertgebouw: „Ereschuld en dankbaarheid", filmvoorstelling 2.30 uur. Kerk Parklaan 34: Kerkconcert, 8 uur. Spaame: „Avonturen van Raffles", 14 j., 2.30, 7.00 en 9.15 uur. (Zondag 2.00, 4.15, 7.00 en 9.15 uur). Frans Hals: „The story of dr. Was- seH", 18 j., 2.30, 7.00 en 9.15 uur. (Zondag 2.00, 4.15, 7.00 en 9.15 uur). Rembrandt: „Hamlet", 14 j., 2.30 en 8.00 uur. (Zondag 1.00, 4.30 en 8.00 uur). Palace: „De bandiet". 18 j., 2.00, 4.15, 7.00 en 9.15 uur. Luxor: „Martin Rou- magnac", 18 j., 2.00, 4.15, 7.00 en 9.15 uur. ZONDAG 21 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Mijn zuster Eileen", 8 uur. Luxor: „De hel van Buchenwald", 11.30 uur. Palace: „De pelgrim der verdoenden", 14 j., 11 uur. Rembrandt: „Avontuur op de Zeebodem", alle leeft., 11 uur.: Bioscopen Middag- en avondvoorstellingen. MAANDAG 22 NOVEMBER Stadsschouwburg: Mij. tot bevordering der Toonkunst, Rossana Bottai, 8 uur. Gem. Concertgebouw: Piano-concert Alfred Cortot, 8 uur. Wljkgebonw Ged. Oude Gracht 104: Jos. Butlervereniging, lezing dr. Dupuius. 8 30 11UX, Bioscopen: Middag- en avondvc i-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1948 | | pagina 5