Litteraire Kaettekeiniegeii
VOORKOMT
De reus Cajanus
stierf 200 jaar geleden
Gulden lijkt „harder
te worden
Conservatorium
ZATERDAG
19 FEBRUARI 1949
IJMUIDER COURANT
ANTOON COOLEN: „Sprookjes voor groote menschen".
(N.V. Intern. Ultg. Mij. „Het Wereldvenster", Amsterdam)
«ofVANGENER DAN waarin ook,
0 4 in het zuivere volkssprookje de
Jn volk tot uitdrukking, van wat
ziel van «"en verlangt, van zijn zede en
het ge'OOJ onbewuste, niet genood-
moraa!. w 'renswachten van het bewuste
zaakt om 'sserenj dat het aan de verbeel-
denkenter' _t Het kind kent het sprookje
din? mD"' de jaren, ais de fantasie nog
in rie toegang heeft tot een t.over-
ongt'bi'om het verstandelijk onmoge-
we gedroomde werkelijkheid is. En
!i' ot het kind is het met een volk,
zoals mm onbegrensde gebied van
^rationele kan betreden; of, anders
h 'a zolang de verbeelding nog niet
Mdt door verstandelijke kennis.
ger v Hm heeft het al het noodlottige
ua4 ka.iii ip4 ïc*
hPreikt. waarin het zich bewust is
5,3 van de Tijd, van de onherroe-
van het ogenblik, van het on-
jlaar ook
tadiu
Bewor
pehjkhei r-*;;* a^een te herscheppen
^,crl dagdroom, in de fantasie. Elk
"rit vergoedt een gemis; het is een
sprok e van het verzuimde of verlorene,
^flïes wat niet in vervulling ging en
u\^-nie vu» het de beperkte levens-
O aan door een tweede wereld te
S2i boven degene, waarin de mens
Onte tijd creëert geen sprookjes
Hij is te ann aan naïveteit. En er
"fmaar weinig schrijvers wie het ge-
fis een „cultuursprookje" te schrij-
8 j.t'de spontane onbevangenheid der
WJL volkssprookjes benadert. De
r ici aan bet begin der vorige eeuw
K-oenen die kunst nog, al was het na-
I -iske spel met het wonderbaarlijke ook
So grotendeels al tot „kunst" gewor-
IV t hun Jrvr-toncfoTrTo nohr rXa-
de weg openstelde naar dat
"'gëdroomd maar symbolisch leven
"t hun mystieke zielsgesteldheid, de-
3e die het Coolen mogelijk maakte uit
,l in bronnen van uitheemse herkomst
„„den materiaal een sprookjeswereld
ten herleven. Coolen, suggestief stylist,
»,t riin zeer eigen speurorgaan voor de
achtergronden van het folkloristische
en kwaliteit, welke enkele van zijn streek-
romalis deden uitgaan boven het enkel-
karakteristieke met zijn fijn-religieus
was er zeker de man naar. deze
hachelijke onderneming tot een zo bevre-
Lnt einde le brengen. Want een trache
itis onderneming moet het worden ge-
JLij sprookjesmelodieën te componeren
toonaartlen van zo verschillende
lotestielen. Voor-Xndië, China, de Soedan,
Centnal-Afrika. Mongolië en in één
toil verhaal ook Spanje leverden hem
de «tof.
2-,vol, bekoorlijk en soms ook verras-
Kri heeft hij de instrumenten van zo
heenlopende verbeeldingen bespeeld, al
hebben deze sprookjes met alle der wereld
dit «meen, dat zelfverloochening uit lief-
ii trouw en edelmoedigheid worden be-
Icond. wraak, afgunst en boosaardigheid
worden gestraft. Ook hier mengen goden
er. demonen zich in het menselijk leven,
I want in elk sprookje steekt, hoe verborgen
rok. ten stuk mythologie, dat wil zeggen:
symbol ek van het heimelijk verlangde of
gevreesde. Doden herleven of geven teke
nen van hun voortbestaan, voorwerpen zijn
bezield met wonderkracht, deugden worden
I op de proef gesteld door nauwelijks nog
drage)(jke, soms ook dodelijke bezoekingen,
ondeugden vergolden met een onverbid
delijke gestrengheid.
Van dit alles heeft Coolen verteld in een
beheersl-gevoelige taal, die in vele passa-
j ges de glans heeft van het wonder, waar-
van ze verhaalt. Het is moeilijk na te gaan,
I in hoeverre Coolen met een rijke en voor
nuances zeer gevoelige phantasie enkel
gegevens bewerkte, die hij op zijn ethnolo
gist onderzoekingstochten als kostbaar
erts verzamelde, dan wel dat hij afgeronde
volksverhalen navertelde. Daartoe zou
I m dezelfde bronnen, waaruit hij putte,
noden raadplegen. Uit litterair oogpunt
beschouwd doet dit ook weinig terzake:
zin vertellingen zijn er niet minder waar
deerbaar om. Maar dat in deze bundel het
onvervalste volkssprookje te beluisteren is,
zoals het in de volksziel van eeuwen her
kinderlijk-vrij uit het spel van alleen
dreem'oare mogelijkheden geboren werd,
nag en moeht ook niet worden verwacht.
He' ziin cultuursprookjes geworden, be-
wenkt met alle geoorloofde en zelfs met
«e fijn-registrerend onderscheidingsver
mogen gekozen .,kunst"-grepen. Het
(on ook niet anders. Een zo onmiddellijk
contact met het onderbewuste leven, waar-
boe geheimen sluimeren of woeden van
de gemiste levenskansen, is niet meer
mogelijk.
Als cultuursprookjes, geïnspireerd door
gegevens, die dichter staan bij de oorsprong
van alle leven dan wij „modernen" en
zeker dan wij Westerlingen nog kunnen
benaderen, moet men deze vertellingen
waarderen. Zonder een besef van de diepste
betekenis van hun symboliek, waarvoor
sJecn de intuïtie ons vagelijk open kan
stellen, blijft er nog ruimschoots genoeg
schoons en zinvols over. Wellicht zijn
die vertellingen het gaafst, die ook cul
tuursprookjes hebben willen zijn en bij het
schrijven waarvan de auteur niet behoefde
'joelen tussen natuurgegeven en kunst
taal. Ik denk o.a. aan „Het Zwijgende
r? van Mongoolse herkomst. Geen
stanjver kan zich in die mate van .zich-
Heringa Wuthrich
HAARLEM
CENTRALE VERWARMING
JOHNSON OLIEBRANDERS
(Adv.)
voor Haarlem
ZATERDAG 19 DECEMBER
Jeslertioutparh i a: Concert O. G. G. (Ed.
- s Bouter), 8 uur. Rembrandt:
tis'7nnlS,e ïan de Veenhoeve", 18 j., 2.00,
iili.ii ,e,n uur. Palace: „Mijn zuster
hnr' W"jeeft', 2-°°> 4.15, 7.00 en 9.15 uur.
K3KJ ie„colonne". 18 j-, 2.00, 4.15, 7.00
)0)Pn Z- Clly: -Harpoen", 18 j., 2.15, 4.30,
k" la/o",1'' Spaarne: „Dood in de wol-
.KeizorJói ',,7'00 en 9'15 uur- Frans Hals:
mhilsalle leeft., 2.30, 7.00 en 9,15 u.
Sy Z°NDAG 20 FEBRUARI
JMchouwburg; „Korporaal Elisabeth",
fönma m 4'r C°ncertgebouw: Variété-pro-
WEn rff Lou. Bandv, 8 uur. City: „Ali
••irtasia" iVie,ertlg rovers", 11 uur. Luxor:
k; Blouur. Palace: „Waterloo-
WWn.^Rembrandt: „Toendra". 11 u.
„i.'zvrjudag- en avondvoorstellingen.
^ODen-\ffiAG 21 FEBRUARI
Middag- en avondvoorstellingen.
;-„s'c(rT,DIENST APOTHEKEN
|Bii7 VvLoomcyei - -
t&SST
zelf ontdoen, dat hij zou kunnen doordrin
gen tot de onpeilbare bodem van zó ver
schillend geaarde zielsgesteldheden. Men
ontkomt nu eenmaal nooit ten volle aan
de bepaaldheid van de hemel, waaronder
men geboren is. Maar wat voor allen vat
baar is, blijft het algemeen-menselijke, de
grootste gemene deler. En dat heeft Coolen,
al ontbraken op zijn palet de kleuren van
een dermate uiteenlopend rascoloriet, dan
'ook gedaan, in een bekoorlijke taal en met
het uiterste, dat er van een Westerse, een
Hollandse, intuïtie verlangd kan worden.
Op die gronden beveel ik dit monumentaal
uitgegeven en rijk (hoewel niet overal be
vredigend geïllustreerde) boekwerk met
overtuiging aan.
C. J. E. DINAUX.
In Oenemarken verkiezen de vrouwen
een goede Havanna boven een cigaret. Sommige
Deensen zijn zo aan deze vorm van
„loebacksuyghen" verslaafd geraaktdat zij de
sigaar zelfs niet wegleggen als zij hun huis-
vrouwelijke plichten in de keuken vervullen.
België waarschijnlijk in Juli
ter stembus
Winst voor Katholieken
door vrouwenkiesrecht?
De Belgen zullen waarschijnlijk 24 Juli
ter stembus gaan om een nieuwe regering
te kiezen, zo wordt van gezaghebbende
zijde te Brussel vernomen. Voor de eerste
maal zullen dan ook de vrouwen stemmen.
Algemene verkiezingen in België moesten
eigenlijk eerst in Februari 1950 worden
gehouden, doch socialisten en katholieken,
de partijen van de huidige regeringscoali
tie, waren voorstander van een vervroe
ging van deze datum.
De katholieken vestigen hun hoop op
de vrouwenstemmen om de terugkeer van
koning Leopold, waarvoor zij sinds lang
ijveren, er nu eindelijk „door" te krijgen.
Alcala Zamora overleden
De gewezen president van de Spaanse
republiek, Alcala Zamora is Vrijdag in
Buenos Aires overleden.
Zamora leefde eerst in ballingschap in
Frankrijk, doch vluchtte naar Argentinië
toen Frankrijk door de Duitsers werd be
zet. Hij is 77 jaar oud geworden.
Zamora is geboortig uit Andalusië, de
„tuin van Spanje". In 1917 werd hij kabi
netsminister. Vijf jaar later trok hij zich
uit het openbare leven terug, totdat hij in
1930 een vooraanstaande rol speelde in de
gebeurtenissen, die leidden tot de omver
werping van de regering van koning Al
fonso. In 1931 werd hij eerste president
van Spanje. Kort voor de burgeroorlog in
1936 door de Cortes (parlement) afgezet,
ging hij in ballingschap.
Zamora die altijd slordig gekleed ging
en er niet als een belangrijk man uitzag,
verkoos als president van Spanje zijn
woonhuis te Madrid boven het voormalig
koninklijk paleis. Hij stortte een belangrijk
gedeelte van zijn inkomen, dat ongeveer
500.000 gulden per jaar bedroeg, in de
staatskas en een fonds voor arme kinderen.
In 1941 veroordeelde een gerechtshof
van het Franco-regime hem tot 15 jaar
ballingschap en confiscatie van zijn gehele
bezit.
kealontitekingl
Gorgel regelmatig
met Superol. Eén
tabletje opgelott
in een glas watei
doet wonderen.
Ter kennismaking met
„Thomas More'
Henriëtte Roland Holst van der Schalk
dramatiseerde in het jaar 1912 de levens
gang van de humanistische denker Thomas
More, welke zij als de geestelijke vader van
het utopisch socialisme beschouwde. In dit
machtige treurspel, aldus verklaren de
uitleggers van haar geschriften met zeld
zame eenstemmigheid, heeft zij getracht
om haar innerlijke beroering over de breuk
in de socialistische beweging, bij wijze van
zelfbevrijding, in objectieve vorm tot uit
drukking te brengen. Het was haar niet te
doen om de herschepping van een histori
sche figuur, doch om het oproepen in haar
verbeelding van een gestalte, waaraan zij
zich verwant gevoelde en wiens levenshou
ding met de hare overeenstemming ver
toonde.
Zij huldigt deze wijsgeer die in 1478
het levenslicht aanschouwde en zioh latei*
als kanselier letterlijk de ongenade van
koning Hendrik de Achtste op de hals
haalde, toen hij bleef volharden in zijn
weigering om diens tweede huwelijk en
breuk met de moederkerk met zijn gezag
te dekken als de eerste wetenschappe
lijke profeet van de broederschap der
mensheid. Het geloof in toekomstig begrip
voor zijn door maatschappij-critiek in
gegeven denkbeelden, verleende deze titel
held van haar tragedie de kracht om zich
los te rukken van wat hem aan de aarde
bond, belichaamd in de figuur van zijn
dochter Margreet.
Haar uitstékende biograaf, dr. J. P. van
Praag, deelt in zijn studie mede, dat het
de dichteres bijzonder heeft gespeten, dat
het treurspel „Thomas More" nooit door
een beroepsgezelschap is opgevoerd. Tegen
een plan tot vertoning in 1939, ter ere van
haar zeventigste verjaardag, verzette zij
zich evenwel met het oog op de sombere
toestand, waarin de wereld verkeerde.
Thans echter -heeft Cor Hermus zijn sinds
lang gekoesterde wens kunnen verwezen
lijken en met zijn gezelschap Comedia dit
diepzinnige stuk in ernstige studie geno
men. Op 1 Maart is het voor het eerst in
Haarlem te zien ter inleiding van de Boe
kenweek. Hijzelf belastte zich met regie en
titelrol, Johan de Meester ontwierp décors
en costuums. De voornaamste medewerken
den zullen zijn: Ellen de Thouars, Guus
Hermus en Ton Lutz. Men dient eerbied te
hebben voor deze keuze en ontzag voor de
artistieke moed.
Oomelis Veth heeft de dichteres, die het
werk smeedde in de jaren van haar hoog
ste ontplooiing, eens een dramaturg van de
taal genoemd en haar op goede gronden
met Vondel vergeleken. De emoties ont
staan hier geenszins uit dramatisch gerea
liseerde botsingen de behandeling van de
grote rechtszaak tegen More wordt niet
getoond, doch in den brede naverteld
maar veeleer door de kracht van de met
gloeiende emotie geladen verzen.
Tot volledig begrip en verdieping der
aandacht kan de belangstellenden niet sterk
genoeg worden aangeraden zich met de
tekst vertrouwd te maken.
DAVID KONING.
Uitvoer van gladiolen
Op verzoek van een aantal leden zal door
de Ned. Gladiolus vereniging een buiten
gewone algemene ledenvergadering worden
gehouden op Maandagmiddag 21 Februari
in café-restaurant Brinkmann te Haarlem.
Onderwerp van bespreking is: Al of
niet uitvoer van gladiolen onder 8 cm.
ACHT DODEN BIJ VLIEGTUIG
ONGELUK IN NOORD-ARGENTINIë.
Een C-47 vliegtuig toebehorend aan de
Amerikaanse ambassade te Buenos Aires, is
in Noord-Argentinië neergestort. Acht per
sonen kwamen daarbij om het leven.
De schoonste roos ter wereld
De heer Meilland, een bekend x-ozen-
kweker van de Rivièra, is ongeveer tien
jaar in het geheim bezig geweest met het
kweken van een scharlakenrode roos.
Eindelijk ontlook eind 1948. de roos „Hap
piness", die heel veel belangstelling genoot
en zelfs beroemd is geworden als de
schoonste roos ter wereld.
Na dezer dagen met grote zorg en in
tegenwoordigheid van de voornaamste
kwekers uit Cannes en Antibes te zijn ge
plukt, werd zij een half uur later aan boord
van het lijnvliegtuig op Parijs gebracht en
aan de hoede van de stewardess toever
trouwd. Deze gaf de bloem aan haar col
lega van de Noord-Amerikaanse lijn over.
In Washington werd „Happiness" over
handigd aan de voorzitter van de Ameri
kaanse kwekers, na een reis van 7000 km
binnen 25 uur te hebben afgelegd. Daarna
werd zij togeelaten in één van de salons
van het „Witte Huis", juist op het ogen
blik dat de heer en mevrouw Truman de
leden van het comité van de Franse
„dankbaarheidstrein" ontvingen.
„Happiness" zal geen nakomelingen
hebben, want deze jonge plant is, met alle
overige exemplaren van deze kweek, ver
nietigd.
Argentinië uit de tarwe-
conferentie
Een woordvoerder van de Argentijnse
ambassade te Washington heeft verklaard,
dat Argentinië zich Vrijdag uit de inter
nationale tarwe-conferentie zou terug
trekken. Deze conferentie van tarwe-ex-
porterende en tarwe-importerende landen
wordt reeds sedert 26 Januari te Washing
ton gehouden. Zij tracht tot een overeen
komst te geraken tot stabilisatie van het
wereld-tarweverkeer.
Haarlemse
eigenaardigheden
Nu is er aanleiding er aan te herinneren
dat het 28 Februari 200 jaar geleden is, dat
de reus Cajanus overleden is.
Daniël Cajanus is, als wij rekening hou
den met de quantiteit, de „grootste" Haar
lemmer die ooit geleefd heeft.
In de historie-boeken is het volgende
over hem bekend:
Cajanus was Pool van geboorte. Als cor
net of vaandrig diende hij in het leger van
Augustus II, Koning van Polen. Z.M. zal
zeker wel gewenst hebben dat al zijn sol
daten zo geducht uit de kluiten gegroeid
waren, want Cajanus had een lengte van
niet minder dan 2.61 meter.
Toen er voor Cajanus in Polen niet te
vechten was, trok hij naar verschillende
hoven in Europa, waar hij zich liet bewon
deren wegens zijn buitengewone lengte. Hij
bezocht ook het Nederlandse hof. Daarmee
heeft hij blijkbaar nog al wat geld in han
den gekregen want hij was, toen hij Haar
lem uitkoos als definitieve woonplaats, in
staat om zich een plaats te kopen in het
Proveniershuis. Toentertijd was dit een in
stelling waar mensen zich konden „in
kopen" om voor hun verder leven verzorgd
te zijn.
Cajanus liet zich af en toe tegen geld nog
bewonderen in de herberg Blauw-Jan aan
de Kloveniersburgwal te Amsterdam.
De Haarlemmers konden hem steeds
kosteloos aanschouwen.
Oud is Cajanus niet geworden. Reeds op
46-jarige leeftijd overleed hij. Zijn begrafe
nis wierp verschillende moeilijkheden op.
De kist had een lengte van meer dan drie
meter. De gewone rouwkoetsen waren te
klein, zodat daarvoor een gewone wagen
moest worden verbouwd.
De begrafenis had plaats op 3 Maart in de
Grote Kerk. Er moesten schagen gemaakt
worden om de kist op te plaatsen. Over de
kist werd een zwart kleed gelegd, waarop
het grote zwaard, of houwer, met zilveren
gevest en versierde schede, gelegd.
De plechtigheid had veel belangstelling
van de kant der burgerij. De lijkstatie be
stond uit 65 paren die daarvoor genodigd
waren. Op het graf werd een grafschrift
geplaatst, waarop te lezen was:
Hier rust Kajaan, een reus; weleer
cornet in Polen.
Te zien voor geld: en na hij lang
was om gaan dolen,
Besloot, als Provenier te leven, tot
de dood
Hem velde, en 't grove lijk in
't Koorgraf eindelijk sloot.
Het graf is na jaren „geruimd". Het ge
raamte van Cajanus is toen nog gedurende
een dag in het Koor te zien geweest. Een
der beenderen werd naar een museum in
Leiden gezonden.
Op een pilaar in de Grote Kerk staat aan
gegeven hoe groot de reus was.
In de hal van het Stadhuis te Haarlem
staat een schilderij waarop Cajanus levens
groot is afgebeeld.
ii^j-9'.Boomeyer en Zn.. -Barteljoris-
W-Wi?f°?n 101?5-
'**'11793 K'everParkweg 13, tele-
'■•'■"-Apotheek, Teylerpleia 79, tel. 17946.
Het is wel in hoge mate te betreuren dat
de aanhoudende spanning over de oplos
sing van het Indonesische vraagstuk de
Amsterdamse effectenbeurs verhindert een
duidelijke weerspiegeling te zijn van de
ontwikkeling der financiële en economische
verhoudingen in de wereld en met name
ook van ons land. In het huidig stadium is
het vooral de vrees voor nationale en in
ternationale politieke complicaties, die haar
druk op de beurs uitoefent en de normale
fondsenhandel lam legt. Men kan wel zeg
gen dat het grootste deel der aandelen,
binnenlandse industriële- zowel als scheep
vaartwaarden en Indische fondsen, thans
beneden hun intrinsieke waarde gedaald is
en ook beneden het niveau, dat op grond
van hun rentabiliteit verantwoord zou zijn.
Er zijn tal van aandelen, waarop over het
laatst afgesloten boekjaar 8 a 9 dividend
is betaald en die thans slechts weinig boven
pari noteren.
Dit is in een tijd, waarin het rendement
van obligaties 3 a 3 Vè bedraagt, abnor
maal en wanneer de Indische kwestie zich
in gunstige zin ontwikkelt waarop alle
hoop nog niet verdwenen is zal een
natuurlijk redres op de aandelenmarkt
zeker niet kunnen uitblijven.
Want hoezeer zich in het proces van pro
ductie en consumptie de laatste tijd ver
anderingen voltrekken,deze zijn toch - naar
het ons voorkomt niet van die aard dat
zij een zo scherpe koersdaling wettigen als
sinds de laatste maanden heeft plaats ge
had.
Een feit is dat de vrees voor inflatie in
ons land is verdwenen en dat de belang
rijke prijsdaling op de goederenmarkten in
de V.S., waarover we de vorige week schre
ven, eerder een periode van deflatie schijnt
in te luiden. Het ziet er naar uit dat de
goederenvoorziening over een groot deel
van de wereld en met name ook in West-
Europa ruimer zal worden, dat distributie
maatregelen allengs zullen kunnen worden
opgeheven, ergo: dat door de meeste bedrij
ven met een scherpere concurrentie zal
moeten worden rekening gehouden, en dat
tengevolge van dit alles de prijzen zullen
dalen.
Opmerkelijk is dat deze verruiming van
de goederenproductie gepaard gaat met een
vermindering van de geld'hoeveelheid, hoe
wel tijdens en kort na de oorlog juist het
omgekeerde plaats vond. De geldsomloop
steeg toen voortdurend en de goederen
werden of bleven schaars. Zo heeft
het ook in ons land de aandacht getrokken
dat de bankbiljettencirculatie blijkens de
jongste weekstaat beneden de drie milliard
gulden is gedaald, hetgeen er op zou kun
nen wijzen dat de positie van 's Rijkskas
gunstiger wordt.
Wij hebben er al eerder op gewezen dat
de belastingen in 1948 c.a. 700 millioen
meer hebben opgebracht dan de raming en
dat het voor de regering allengs mogelijk
moet-worden evenwicht in haar budget te
bereiken. Ook dit jaar moeten nog grote
bedragen achterstallige belastingen worden
betaald en tezamen met de belastingen over
het lopende jaar moeten er dus ook thans
weer veel grotere bedragen inkomen dan
die welke op de begroting voorkomen. Ten
dele worden deze belastingen uit geblok
keerde tegoeden, ten dele ook uit vrij geld
betaald, maar in elk geval verbeteren zij
de financiële positie van de schatkist en
betekenen zij een vermindering van de
Vlottende schuld. Volgens de jongste op
gaaf van het Centraal Bureau voor de
Statistiek is deze van 13 y2 milliard op
1 Januari 1948 tot 11.9 milliard op 1 De
cember j.l. gedaald en weliswaar staat hier
tegenover een stijging van de geconsoli
deerde schuld van 8.1 milliard tot 9.1
milliard, per saldo is dan toch de schuld
des rijks verminderd; de enige weg om tot
gezonde financiën te komen.
Dat dit gepaard gaat met een schaarser
worden van de geldmiddelen bij de bedrij
ven en de bevolking is juist en moge de
overheid nopen haar uitgaven dermate te
besnoeien dat verlaging van de belasting
druk mogelijk wordt. Maar het verschijnsel,
dat de staat begint zich te kunnen bedrui
pen is op zichzelf beschouwd bemoedigend
Over Muziek
Een scène uit het kermisballet „Les Forains"
van Boris Kochno en Roland Petit, het hoogte
punt van het optreden der „Ballets des Champs
Elysées" op 23 Februari te Haarlem.
Jubilerende goochelaar. Willem An-
drïessen, Fie Carelsen, mr. E. Elias, Piet van
der Hem, Nel Oosthout en Theo van der Pas
hebben zitting genomen in een comité tot
huldiging van de humorist en goochelaar
Henri Nolles, die veertig jaar geleden
de kleinkunst begon te beoefenen.
In het eerste halfjaar van 1948 zullen 51
nieuwe nederzettingen in de staat Israel worden
gevestigd. De eerste week van Januari zag er
al negen verschijnen zeven in Opper-Galilea
en twee in de Negev Alle werden gebouwd
op plaatsen, die behalve aan agrarische ook aan
strategische voorwaarden voldoen. Deze poort
vormt de eerste aanduiding van de nederzetting
„YisocF in West-Galilea. waar zich 80 families
hebben gevestigd. Hel opschrift in Hebreeuwse
karakters luidt: „Van Zwaard naar Spade, van
Voorpost tot Nederzetting.'
en zou voor de beurs een reden moeten zijn
om met meer vertrouwen de toekomst te
gemoet te gaan. Want al brengt verdere in
flatie door buitensporige overheidsuitgaven
misschien aanvankelijk voordeel, dit voor
deel is ten slotte niet meer dan schijn.
Het verdient hierbij de aandacht dat nu
de gulden in het binnenland schaarser
wordt, de noodzaak der bezuiniging
in breder kringen doordringt en de
geldcirculatie daalt, de prijs van de gul
den op de zwarte markt in België stijgt;
thans frs. 12.4 bij een koers van frs. 7 kort
na de bevrijding en een officiële koers van
fres. 16.50. Het is misschien nog te vroeg
hieruit conclusies te trekken, maar wan
neer dit meer dan een tijdelijk verschijnsel
is. zal het tot stand komen van de Econo
mische Unie met België en Luxemburg
hierdoor aanmerkelijk worden vergemak
kelijkt, temeer nu de prijzen in België
dalen.
Wat we voor het verder economisch her
stel allereerst nodig hebben is een hardere
gulden. En dat ze duurder moet worden
betaald Philips en de Koninklijke emit
teren beide a 3^2 behoeft zeker niet
als een nadeel te worden beschouwd.
Ballets des Champs Elysées
komen met beproefd
programma
„Een spectaculaire parade van jeugd en
fantasie" schreef ik verleden jaar boven
mijn verslag van het optreden der Ballets
des Champs Elysées op het zogenaamde
Holland-festival te Amsterdam, waarin
hetzelfde programma werd besproken, dat
men op Woensdag 23 Februari in de
schouwburg te Haarlem kan bewonderen.
Men kan zijn verwachtingen spannen tot de
grootste hoogte.
Dit kort na de bevrijding van Frankrijk
gestichte gezelschap, dat onder artistieke
leiding staat van de dichter Boris Kochno,
komt ter opening van de voorstelling met
het van sprankelende vondsten overlopen
de divertissement „Treize Danses" op mu
ziek uit de oude doos van Grétry, in de
schitterende aankleding door Karinska en
Choumansky naar ontwerpen van de mode
koning Christian Dior. Men ziet hierin
onder zeer veel anderen Irene Skorik als de
ingénue, de zestienjarige Leslie Caron als
de clown en voorts onze landgenote Tutti
Enderlé als één van de paardrijdsters. De
meeslepende choreografie is van Roland
Petit, die zich in 1948 uit deze groep heeft
teruggetrokken om zijn eigen weg te gaan.
Waartoe deze hem tot dusver leidde, kon
men nog in Januari hier ter stede aan
schouwen.
De vóórnaamste figuren uit het pokerspel
beheersen de op muziek van Strawinski ge
stelde driedelige balletfantasie „Jeu de
Cartes" van Janine Charrat, waarin de
zeldzaam begaafde Jean Babilée de came-
leontische joker uitbeeldt. Direct na de
pauze volgt de romantische pas-de-deux
uit „Le cygne noir" van Tschaikowski naar
de choreografie van Petipa en Ivanoff, uit
gevoerd door de reeds genoemde sterdan
seres Irene Skorik en de veelbelovende
Youli Algaroff.
Het programma wordt besloten met het
door milde humor gekleurde en zeer ge
voelige kermistableau „Les Forains" op
muziek van Henri Sauguet, waarmee het
ensemble destijds een sensationeel debuut
maakte en dat sindsdien reeds driehonderd
keer tot vertoning is gebracht. De verras
send originele, gedurfde décors en requi-
sieten zijn ontworpen door de schilder
Christian Bérard, die enkele dagen gele
den, tot niet te overziene schade van het
Parijse theaterleven, volkomen onverwacht
overleed. De vedette Nathalie Philippart
treedt hierin, tussen bonte potsenmakers en
acrobaten, als de ontroerende schone
slaapster op. Ook dit idee van Boris Kochno
werd door Roland Petit choreografisch ver
wezenlijkt.
„Les Ballets des Champs Elysées" be
staan uit veertig leden en blijven drie we
ken in ons land. De plaats van Roland Petit
werd inmiddels ingenomen door de ver
maarde David Lichine, die het répertoire
reeds verrijkte met „Oedipus en de
Sphinx" en het opzienbarende „La Crea
tion" zonder muziek. Andere aanwinsten
zijn: „Valse Caprice" van Fauré en het bal
let .,1'Amour et son Amour" op muziek van
Bizet door Jean Babilée. Het is te hopen
dat de Haarlemse balletomanen zich de
dure gunst van dit bezoek waardig tonen!
Deze frisse danskunèt, gedragen door een
vrijwel volmaakte technische beheersing
en bezield door een verrukkelijke geest
drift, openbaart een charme, die zich niet
door woorden laat vangen. Zelfs op de
schaarse dwaalwegen der jeugdige over
moed. DAVID KONING
Toen de idealistische componist van de
opera „Louise", Charpentier, in Parijs een
speciaal instituut oprichtte om arme meis
jes van Montmartre de mogelijkheid te ver
schaffen zich het geluk der muziek te kun
nen verwerven en in 't bijzonder zich be
ijverde om talenten tot ontplooiing te
brengen die anders zeker zouden verloren
gaan, deed hij eigenlijk niets anders dan de
oorspronkelijke idéé van het conservato
rium nieuw leven in te blazen. Hij begreep
dat de morele ondergang van jonge men
sen dikwijls werd veroorzaakt door het feit,
dat de natuurlijke romantische behoefte
aan levensschoonheid niet kon worden ver
vuld wegens harde levensomstandigheden.
Zonder zich bewust te zijn van deze tragi-
sche strijd verloor de jeugd zich in bedrie-
gelijke situaties; en waar het geluk gezocht
werd, werd het ongeluk gevonden. Men
weet dat de onderneming van Charpentier
niet kon worden in stand gehoxxden wegens
gebrek aan financiële steun; dit is zeer te
betreuren.
Het beginsel van het oudste Conserva
torium kwam mij bij de overweging van
Charpentiers instituut in de gedachte. Er
zijn enige grote verschillen, maar er is in
de grond van de zaak een ideële overeen
komst. De oude instelling, die ik bedoel, is
het „Conservatorio Santa Maria dï Loretto"
te Napels. Het was een soort tehuis voor
weeskindex-en en dankt de naam Conser
vatorio aan zijn bestemming „bewaarhuis".
De kinderen leefden en werden, er opge
voed zonder kosten en leerden er van
jongsaf aan de muziek kennen. Dit be
tekende niet dat zij, als zij zoet waren, bij
wijze van ontspanning enige onxxozele lied
jes mochten zingen, maar dat zij als
wezenlijk bestanddeel van hun groei in het
leven de schoonheid der muziek leerden
kennen. Er zijn grote componisten uit deze
bewaarschool voortgekomen: Piccini Cima-
rosa, Paisiello. Er waren leraren als Leo
nardo Leo, Durante, Scarlatti en Porpora.
Hoe de indeling van het onderwijs in détails
was gevormd is mij niet bekend, maar
zeker is het dat van deze kleine Italianen
de stem werd geoefend op de eerste plaats,
om met gemak de moeilijkheden van
melodie en harmonie in de samenzang te
kunnen overwinnen. Het was nog in de tijd
dat de koorzang de voornaamste beoefening
der muziek was. Maar men leerde er ook
instrumenten bespelen en bij alles was het
doel: de waarde der kunst te. leren kennen.
Zo was deze oude bewaarschool met zijn
conservatieve naam ongezocht een der
voorbereidingen voor het renaissancistische
ideaal: Kunst is'kunnen, als productief ver
mogen van de persoonlijkheid.
Het bleek dat de instelling een gezond?
en voox'beeldig organisme was.
In dezelfde stad werden nog drie derge
lijke scholen opgericht, die alle doelmatig
en met profijt werkten. Volkomen in over
eenstemming met het beginsel, dat het Con
servatorio een leerschool was, heerste er
degelijke tucht: het reglement telde 30
wetten! In Venetië waren vier conserva
toria voor meisjes; in deze stad heetten zij:
„Ospedale", bijvoorbeeld Ospedale della
piëta en Ospedale di San Giovanni en
Paolo. De meisjes bleven er meestal, totdat
zij konden trouwen. Zij waren nooit zonder
contact met de buitenwereld, want elke
Zaterdag en Zondag gaven zij met koor en
orkest uitvoeringen, die door de directeur
of de zogenaamde opperkapelmeester wer-
den gedirigeerd.
Geleidelijk werden hier en daar in Europa
eveneens Conservatoria opgericht. Maar
dat waren dan geen bewaax'scholen meer.
Neen, neen; stelt u zich voor dat u thans
tot een Conservatorist zou zeggen: je bent
eigenlijk op een bewaarschool! Toch zou
er in deze opmerking een zekere eerbetui
ging mogen schuilen, want het woord
„conservare" moet oorspronkelijk ook ge
wezen hebben op de specifiek muzikale taak
van de instelling, namelijk de goede kunst
te bewaren en te beschermen. Hierbij
wox-dt aan het gehele gebied der muziek
gedacht, d.w.z. de ontwikkeling der muzi
kale verschijnselen tot op de dag van heden
dient te worden bestudeerd.
Het is interessant de historie der voor
naamste conservatoria in verschillende lan
den na te gaan. Men bemerkt dat de we-
reldtaal der muziek door diepgaande ver
schillen in de opvoeding, verbandhoudende
met de volksaard, wordt gekenmerkt. Men
is geneigd goedmoedig te denken: 's lands
wijs, 's lands eer. Intussen mag men zeker
aannemen dat het voor iedere instelling
nuttig is de opleiding te vergelijken. De
klassieke, laten wij zeggen internationale
basis zal altijd moeten zijn dat de studenten
zo grondig mogelijk van de zeer eigen
krachten der muziek worden doordrongen
en het zover mogelijk kunnen brengen in
technische bekwaamheid, opdat zij, geleid
door bewondering voor de meestex*werken,
de kunst zo goed mogelijk kunnen dienen.
Dit kan niet slagen zonder een organische
en gezonde groei der persoonlijkheid, want
als kunst kunnen betekent, dan hangt haar
bestaan van persoonlijkheden af.
HENDRIK ANDR1ESSEN