Alleen de Communisten stemden tegen het Atlantisch Pact Lages wijst verantwoordelijkheid voor de dood van Hannie Schaft af Minister Stikker belicht aspecten van het Duitse vraagstuk Een vage herinnering WoensiJag 20 Juli 1949 TWEEDE KAMER Commissie Oorlogspleeg kinderen wordt opgeheven Van onze parlementaire redacteur) Alleen de communisten stemden tegen goedkeuring van de bekrachtiging van het Noord-Atlantisch Verdrag. Zodoende ging dit er met 657 door. Minister Stikker was het niet eens met de communistische voorstelling van zaken. In de eerste plaats betoogde hij, dat juist tengevolge van de belemmeringen door Rusland, onder meer door het misbruiken van het vetorecht, aan een doeltreffende werking van de organisatie van de Ver enigde Volken in de weg gelegd, de nood zaak was ontstaan om te komen tot het nieuwe pact. Voorts zette hij uiteen, dat dit volkomen in overeenstemming was met het Handvest en een louter verdedigend karak ter had. Hij onderstreepte, dat er van een aan de leiband lopen van Amerika geen sprake was. Toen de landen van het Ver drag van Brussel zich met de nadere rege ling met het oog op militaire voorbereiding voor de veiligheid van West-Europa gin gen bezig houden, hebben zij zich terstond tot Amerika gewend, vooral ook omdat zij er zich ter dege van bewust zijn, dat de door hen gewenste beveiliging, gelijk ook in het verleden bewezen is, slechts te ver krijgen valt door het betrekken van Ame rika in de .daarvoor nodige samenwerking. Wanneer straks nog andere landen tot het verdrag zouden willen toetreden zullen de parlementen van de verdragsstaten ge legenheid krijgen een dergelijke toetreding te bekrachtigen. Aldus wordt er dus zorg voor gedragen, dat de invloed van de volks vertegenwoordigingen in deze aangelegen heid zo groot mogelijk zal zijn. Minister Stikker zegde bovendien nog eens toe voor nauw overleg met de Kamer en dan in het bijzonder met de commissie van Buiten landse Zaken zorg te zullen dragen. Onomwonden gaf de bewindsman te ken nen, dat ingeval Nederland door moeilijk' heden, welke het met betrekking tot Indo. nesië ondervindt als gevolg van ongerecht vaardigde tegenwerkende maatregelen van „bevriende" landen, op een gegeven ogen blik minder voor de samenwerking onder het Atlantisch Verdrag zou kunnen bijdra gen dan anders het geval ware geweest, de blaam hiervoor zal rusten op bedoelde lan den. Met andere woorden, hier keerde hij zich speciaal nog eens tegen het Amerikaan se en Engelse embargo op uitvoer van wa pens naar Nederland en bestemd voor orde handhaving in Indonesië. Op den duur zijn, zo voegde hij er aan toe, afwijkingen in de Noord-Atlantische gemeenschap van deze aard tussen werkelijk verbondenen niet denkbaar en de regering zou daartegen dan ook blijven opkomen. Natuurlijk was thans ook de heer Welter in dit opzicht volkomen voldaan. Hij slikte de voor hem blijkbaar bittere pil, dat de regering op het ogenblik voor toetreding van Franco-Spanje niets voelt. Oorlogspleegkinderen. De verdere middag was gewijd aan een debat naar aanleiding van het wetsontwerp tot opheffing van het Besluit Oorlogspleeg kinderen. In hoofdzaak zijn het, vooral ten gevolge van de stelselmatig door de bezetter toegepaste uitroeiing van Joodse Nederlan ders, kinderen van Joodse ouders geweest, waaraan de Commissie Oorlogspleegkinde ren haar aandacht heeft moeten geven. De Commissie bestond in meerderheid uit niet- Joden, een door mr. Stokvis (Comm.) ge laakte fout. Tussen de Joodse leden viel overigens nog verschil van opvatting waar te nemen, doordat er een groep was, die indertijd heeft geklaagd over het onvol doende rekening houden door de meerder heid der Commissie met het beginsel, dat in het algemeen Joodse kinderen, als daar toe een goede mogelijkheid bestond, weer in een Joodse omgeving opgevoed dienden te worden. Volgens verschillende sprekers, zoals onder meer dr. BruinsSlot (A.R.) zou die groep echter de zaak dikwijls te eenzijdig hebben gezien. Minister Wijers betoogde, dat het belang van het kind op de voorgrond moet staan zowel bij de advie zen over de keuze van voogdij als bij de door de rechter uiteindelijk te vellen be slissingen. Volgens hem had de rechter te recht dat beginsel als uitgangspunt geno men. Nu de Commissie Oorlogspleegkinde ren gaat verdwijnen zijn er nog 359 geval len, waarin over de voogdij beslist zal moe ten worden. De Amsterdamse Voogdijraad zal dan adviseren. Zowel mr. Stokvis (Comm.) als mej. mr. Tendeloo (Arbeid) wilden met het oog op deze 359 gevallen tijdelijke uitbreiding met- enige Joodse le den, aangezien die dikwijls beter de ver schillende vragen kunnen beoordelen,welke hier beantwoord moeten worden. Maar mi nister Wijers vond zulks niet noodzakelijk. Tenslotte zag hij het wetsontwerp zonder hoofdelijke stemming aangenomen, nadat hij nog eens nadrukkelijk op allen een be roep had gedaan om vertrouwen te hebben in wat tenslotte de rechter zal beslissen. Dat er zich in deze aangelegenheid dikwijls zeer tragische conflicten hebben voorge daan, is niet te loochenen. Intussen meende minister Wijers en deze mening bleken vrijwel alle sprekers te delen, dat als regel de Commissie goed werk had gedaan. Een zienswijze, die blijkens een onlangs te Am sterdam gehouden protestvergadering en blijkens verschillende publicaties in Joodse weekbladen geenszins door iedereen ge deeld wordt. Doch de bezwaarden, zo heet te het gisteren in het Kamerdebat, lieten zich dikwijls onwillekeurig toch meer door hun bijzondere groepsgevoelens leiden dan door een nuchter afwegen van het voor en tegen van eventuele opneming van Joodse kinderen in niet-Joodse gezinnen. Bankbiljettencirculatie is opnieuw gedaald Uit de verkorte balans van de Neder landse Bank per 18 Juli blijkt nog niet, dat de 240 millioen uit de speciale Marshall rekening is overgeboekt naar de rekening van 's rijks schatkist. Dit bedrag is vrij gegeven voor de financiering van vier be langrijke wederopbouwprojecten hier te lande. De vorderingen op het buitenland ver tonen enige vrij sterke verschuivingen, die resulteren in een versterking der deviezen- portefeuille met 5 millioen. Daarentegen zijn de vorderingen in guldens met 9 mil lioen afgenomen, doch de crediteuren in vreemde geldsoort met niet minder dan ƒ51 millioen verminderd, zodat op deze post slechts 9 millioen resteert. De biljet- tencirculatie is voor de tweede keer deze maand ingekrompen en wel tot 2966 millioen. De ex-N.S.B.-burgemeester van Gro ningen, P. T., is veroordeeld tot zeven jaar internering en verbeurdverklaring van 10.000.—. Er was een bevel van de „Befehlshaber" Bij de Dinsdag voortgezette behandeling van de zaak tegen de voormalige chef van de Sicherheitspolizei in Amsterdam, Willy Lages. besprak de president van het Bijzon dere Gerechtshof, prof. Van Hamel, met de verdachte en zijn vroegere ondergeschikten Albers, Viebahn, Schmitz en Viermann uit voerig de executies van Nederlanders in Amsterdam, Schermer en Abbenes. In Zaandijk werden vier mannen doodgescho ten, omdat in die gemeente Amerikaanse parachutisten verborgen werden gehouden. President: „Was er iemand bij die iets met deze Amerikaanse parachutisten te maken had?" Viermann: „Een van hen had meen ik een Amerikaanse piloot begroet, toen deze neerkwam." President: „Is dat een reden om iemand dood te schieten?" Viermann: „Ja, ik geloof van wel." De president hield Lages voor, dat hij verantwoordelijk wordt gesteld voor de dood van 372 Nederlanders. Lages en de getuigen beweerden, dat voor het fusilleren van arrestanten altijd een op dracht van Rauter noodzakelijk was. President: „Er zijn talloze volkomen on- schuldigen doodgeschoten en zelfs als we eens aannemen, dat voor iedere fusillade een bevel van Rauter'kwam, dan wil ik u toch' zeggen: met zulk werk houdt men op politiebeambte te zijn. Met zulk werk wordt men een beulsknecht!" Lages zeide, dat hij het als Duits militair in deze oorlog zijn plicht had geacht ook het vuile werk op te knappen, „want dat was militair noodzakelijk." Hij hield echter vol, dat nimmer illegale werkers waren doodgeschoten die dat naar Duitse opvat tingen niet hadden verdiend. President: „In vele gevallen zijn onschul- digen doodgeschoten in geheel andere plaat sen dan die. waar de illegaliteit een aanslag had gepleegd! Dat wekt bij mij de indruk dat er maar in het wilde weg werd gescho ten." Lages wordt kwaad. Lages wond zich hevig op toen de fusil lering van Hannie Schaft ter sprake kwam en „Obersturmbannfuehrer" Kohlitz, die als stafofficier was toegevoegd aan gene raal Schöngarth, als getuige verklaarde zich niet te kunnen herinneren Lages op dracht te hebben gegeven het meisje te laten doodschieten. „Vier jaar lang heb ik getracht in tal loze zaken de waarheid te zeggen" riep Lages uit. „Ik heb nimmer getracht iets te verzwijgen en ik betreur het ten zeerste, dat voor deze Nederlandse rechtbank een van mijn meerderen, een hooggeplaatst staf officier, de verantwoordelijkheid voor het doodschieten van een vrouw thans op mij wil afschuiven en daarbij opzettelijk staat te liegen. Ik sta hier terecht onder beschul diging van misdaden van het zwaarste ge halte, maar ik ontken de schuld aan de dood van Hannie Schaft." Lages verklaarde verder (hetgeen door een schriftelijke verklaring van Schreieder werd bevestigd) dat hij het juist geweest was, die zich in een telefoongesprek met Kohlitz ten zeerste tegen het doodschieten van een vrouw had verzet. In het proces verbaal stond dat Kohlitz gezegd zou heb ben: „Lages wordt ook al week." Hannie Schaft, zo verklaarde „Kriminal- sekretar" Rühl, werd in April 1945 in Haar lem door de „Feldgendarmerie" bij een razzia op straat gearresteerd, toen zij een met scherpe patronen geladen pistool en communistische vlugschriften bij zich droeg. Tegenover Rühl had zij toegegeven deelgenomen te hebben aan een vijftal aan slagen op S D-politiebeambten. President: „U meent nu wel, verdachte, dat dit alles in uw voordeel pleit, maar u bent toch in. de zaak blijven roeren. Als u er niets aan had gedaan, dan zou het mis schien beter met haar zijn afgelopen." Lages: „Misschien vloeit dat voort uit mijn nauwgezette plichtsgevoel. Bovendien had ik nimmer verwacht, dat er van de „Befehlshaber" een bevel zou komen haar ter dood te brengen." In de loop van de middag daalde de publieke belangstelling voor dit proces en toen de president tegen zeven uur de zit ting verdaagde, was er niemand meer op de publieke tribune. Vandaag is de zitting voortgezet met de behandeling van de „Silbertanne"-moor- den. Na het eten van gebraden vlees, dat een week oud was, is een inwoner van Wete ringen in een ziekenhuis te Delft overleden. Zijn echtgenote, die eveneens in het zieken huis is opgenomen, verkeert in zorgwekkende toestand. Lages voor zijn rechters. Houtworm De Plantenziektenkundige Dienst constateert, dat in ons land een ernstige plaag van houtworm heerst en beveelt middelen aan ter bestrijding. De houtworm is een heel vreemd dier, Bij voorkeur wil 't zijn leven slijten, (En naar men aanneemt met plezier) Met alsmaar op een houtje bijten. Als hij 't op eigen houtje deed Dan kon het ons zoveel niet schelen, Maar hij kiest hout, zoals u weet, Van u en mij en nog zo velen. Voordat de houtworm kever wordt En dat duurt wel een aantal dagen, Vermeit hij zich in deze sport Klaarblijkelijk om ons te plagen. Niet alle hout is wormenhout, Soms is het een te hartig hapje, Maar houtworm die van hout veel houdt Zal niet kieskeurig zijn, dat snap je. Tegen zo'n houtbewerking is Een wormkoekje niet opgewassen, Bij 't eten loopt het voor hem mis, Maar hoe is 't op hem toe te passen. Wie terpentijn in 't gaatje spuit En ieder ander gaatje tevens, Die wurmt de wurmen er wel uit, Ten koste van hun wurmenlevens. t Is vreemd toch, dat wormstekig hout Als echt antiek wordt uitgekozen Maar wil men nieuw hout en geen oud, Dan zijn de wormen uit den boze. Een houtworm die er niet meer is Wordt als het ware aangebeden, Met verf en boenwas en vernis Wordt fel de worm die leeft bestreden. P. GASUS. De regering neemt krachtig stelling tegen autarkische tendenzen die het handelsverkeer belemmeren. De minister van Buitenlandse Zaken heeft de Tweede Kamer een nota doen toekomen over de stand van zaken met betrekking tot het Duitse vraagstuk. Minister Stikker schrijft onder meer dat het reeds spoedig na de onvoorwaardlijke overgave van Duitsland duidelijk werd, dat de totale verliezen, die de economie van dit land tengevolge van de oorlog geleden had, zo groot waren dat redelijke schade vergoeding door herstelbetalingen uitge sloten geacht moest worden. Om Nederland toch in staat te stellen zijn nationale wel vaart enigszins te herstellen, maakte de regering in haar memorandum van 5 No vember 1946 een aantal territoriale en eco nomische eisen kenbaar. Hoofddoel daarbij was het scheppen van afdoende waarborgen ter verzekering van vrede en veiligheid enerzijds en van het herstel van het eco nomische leven anderzijds. Mede tenge volge van de veranderingen in het gealli eerde beleid ten aanzien van Duitsland meent de Nederlandse regering dat de schadevergoeding, welke uiteindelijk ver kregen zal worden slechts een uiterst ge ringe bijdrage zal vormen tot herstel der nationale volkshuishouding. Deze zal bo vendien pas worden ontvangen op een ogenblik, dat die economie op eigen krach ten reeds goeddeels is hersteld, zodat daar van een -veel geringere invloed, zal uitgaan, dan wanneer de verwachte schadevergoe ding eerder was verkregen. Op twee manieren streeft de regering naar waarborgen tegen hernieuwde Duitse aggressie: in de eerste plaats voor sluiting van regionale overeenkomsten, welke mede ten doel hebben de veiligheid der deel nemende landen te verzekeren en in de tweede plaats door het opleggen aan Duits land van bepaalde noodzakelijk geachte besprekingen. Zij acht het noodzakelijk, dat Nederland vertegenwoordigd zal zijn in het orgaan, dat na totstandkoming van een vredesverdrag de taak van het militaire veiligheidsorgaan zal overnemen In bevordering van de Europese samen werking ziet de regering een van de voor naamste middelen om tot oplossing van het Duitse vraagstuk te geraken Daarom juist zal men het herstel van het geeste lijke en culturele leven in Duitsland trach ten te bevorderen, omdat het welslagen van de democratische staatinstellingen daarvan afhankelijk is. Herstel van de economische banden tussen Nederland en £)uitsland wordt door de regering in het zelfde licht beziln. Ook zal men er naar streven om de bondsrepubliek Duitsland, zodra deze is ingesteld, in de Raad van Europa te doen opnemen. Ten aanzien van enige bijzondere vraag stukken omvat de nota de volgende bijzon derheden: De regering zal niet nalaten met de grootste kracht ernaar te streven de ge rechtvaardigde Nederlandse wensen be treffende de Eems en de Dollard ingewil ligd te krijgen. Zij heeft voorts eisen ge steld ten aanzien van ongeveer 500 binnen schepen, die nog niet teruggevoerd zijn. Het handelsverkeer met Duitsland geeft aanleiding tot ernstige zorgen; het heeft naar ruime schatting sinds Juli 1948 nog slechts een kwart van de vooroorlogse betekenis. Het handelsverkeer met de Russische zóne is, ondanks transportmoei lijkheden, niet ongunstig. Het herstel van het transitovervoer met Duitsland is van zeer groot belang; de herleving van het vervoer in Nederlandse havens bleef ach ter bij die in Duitse havens. Van de voed- selimporten wordt slechts tien procent via de Benelux-havens geleid. Er bleek tot dusver onvoldoende begrip bij de verantwoordelijke instanties in Duitsland te bestaan voor het feit dat een voor de Duitse economie zo gewichtig land Nederland op den duur slechts een be langrijke afnemer van Duitse producten kan zijn als het niet belet wordt de daar toe nodige deviezen te verdienen. De scheepvaartdiensten vormen daartoe een traditioneel en economisch volkomen ver antwoord middel. Men stuit hier, evenals bij het handelsverkeer op autarkische ten denzen, waartegen de Nederlandse regering met kracht stelling zal nemen. Investeringen. In de nota worden vervolgens de Neder landse investeringen in Duitsland en de opbrengsten van het daar belegde kapitaal besproken. Aangenomen mag worden dat de Nederlandse kapitaalbelangen ongeveer millioen Mark (waarde 1938) be lopen. Naar schatting bevinden zich hier van 1300 millioen Mdtk in de drie Weste- llijke zónes. Zeer zorgwekkend is de situa tie der Nederlandse kapitaalbelangen in de Russische zóne als gevolg van de maat regelen der Russische autoriteiten. Met leedwezen stelt de regering vast, dat ook in de Westelijke zones met de Neder landse belangen onvoldoende rekening wordt gehouden. Er bestaan vele beper kingen, die echter niet voor Duitsers gel den. Thans overwegen de bezettings autoriteiten een transferregeling voor nieuwe beleggingen. Het vertrouwen, aldus de nota, kan alleen worden hersteld als ook voor de oude beleggingen een regeling wordt getroffen. Tenslotte zegt minister Stikker dat zowel ten aanzien van het geallieerde toezicht in Duitsland als ten aanzien van het Duitse bestuur zelf in de nabije toekomst ingrij pende wijzigingen kunnen worden tegemoet gezien. De vervanging van een geallieerd militair bestuur door een geallieerd burger lijk toezicht is volgens hem het bewijs dat de allergrootste moeilijkheden, die na de onvoorwaardelijke overgave in Duitsland overwonnen moesten worden, thans over wonnen zijn. Onrust onder de bloembollenexporteurs Over maatregel van departement De bloembollenexporteurs op Engeland zijn in grote beroering gebracht door een departementale maatregel, die merkwaar dige situaties schept. Indertijd is besloten, dat het aantal ex porteurs op Engeland enigszins kon worden uitgebreid. Aangezien slechts een beperkt aantal kon worden toegelaten, werd als eis gesteld dat deze adspirant-handelaren op Engeland moesten kunnen aantonen, dat zij reeds met andere landen handel dreven. Nu is van de zijde van het Departement, zonder ruggespraak met de betrokkenen, plotseling deze maatregel uitgebreid tot alle exporteurs op Engeland. Hieronder bevinden zich vele firma's, die zich reeds tientallen jaren op de handel met Engeland hebben gespecialiseerd en der halve met andere landen geen zaken doen. Van deze firma's wordt nu plotseling ge vergd, dat zij een exporthandel opbouwen met andere landen. De reeds gecontingen- teerde afzetgebieden komen hiervoor niet in aanmerking, zodat resteren Amerika en Canada, België en Zwitserland. Er ontstaat dus plotseling een ware rush op orders uit deze landen, en wel op het tijdstip dat het verkoopseizoen afgelopen is. Want deze wonderlijke maatregel werd nog wonderlijker, doordat ze eerst einde Mei van dit jaar werd bekend gemaakt. In allerijl probeerden de vertegenwoordigers van deze firma's de zo noodzakelijke or ders van elders binnen te halen, vaak in de meest letterlijke zin „tot elke prijs". Niet alleen werden hierdoor de belangen ge schaad van hen die reeds met deze landen handel dreven, maar ook werden door de hierdoor ontstane „aggressieve prijspoli tiek" de belanghebbenden in die landen zelve onrustig. Met name in Amerika is men uitermate gevoelig voor alles wat maar in de verte op „dumping" lijkt! Anderen trachtten, orders „over te nemen" van collega's met een exporthandel op deze landen, zodat een soort zwarte han del in orders ontstond. De Bond van Bloembollenhandelaren, de organisatie der exporteurs, heeft terstond ten Departemente geprotesteerd tegen deze vreemdsoortige maatregel, waarmee noch het lands- noch het vakbelang is gediend. Ook dè exporteurs, georganiseerd in de „Engelse Groep", hebben aan hun ernstige bezwaren in een protestvergadering uiting gegeven. Men hoopt dat de regering alsnog haar standpunt in dier voege zal wijzigen, dat de „richtlijnen" van welke deze beslissing ver gezeld zou gaan maar die nog steeds niet zijn gepubliceerd nóg een reden voor de ontstane paniek zodanig worden vast gesteld dat rekening wordt gehouden met de reeds vele jaren bestaande toestand. Bemiddeling UNO-commissie tot staken van het vuren Batavia, 20 Juli (Aneta) Hedenmid dag om 5 uur zijn de drie leden van de commissie der UNO uit Djokja te Batavia teruggekeerd. Volgens een telegram van de politieke correspondent van Aneta te Djokja hadden zij zich naar Djokja be geven voor het aanbieden aan Roem de voorzitter der republikeinse delegatie, van een ontwerp ter regeling van het staken van het vuren. Volgens een betrouwbare republikeinse bron zouden beide delega ties de commissie hebben verzocht een ont werp voor een bevel tot staking der vijan delijkheden op te stellen, nadat de Neder landse en de republikeinse delegaties op dit punt moeilijk tot overeenstemming bleken te kunnen komen. Op het middag uur hebben de heren Herremans, Cochran en Critchley in dit verband een bezoek ge bracht aan president Soekarno en Moh. Hatta, bij welke ontmoeting mede de sul tan van Djokja en minister dr. Leimena aanwezig waren. Duncan Sandv/r^ van C"- stuur der Europe» ralisten, Duncan e8mr W»t** teel in ons land in vit Vert°eft *1^' bereidingen der eerste van Europa, die ft 4 Van l T-- begint. ,tÜe8AuS<Wy^^ De heer Duncan in Den Haag een - een gedachtenwissevr. werp .Europese aÏÏ1;,vo Is V: rende vergad^X*", t 2* de Raad van Europa aanbevelingen op ff «Jta tok^ pese samenwerking te doel Sr" dering van miniem it 2' landen die tesamen hJ?..!* landen ff .5">£ ncntuigvandeC^^ TTi+o~nj van pret Brugmans temwaebiig met de jS£Z?»M«i. de nadruk op het tót dïïa burgse bijeenkomst vanïLJS ^tb- geerden in algemene «4. ledig bereiken van het gcSlS? f'* Europese federalisten bkS tverken aan de evolutie vaÏÏ, fa.uukdatvWm4rS; FEUILLETON door NATALIE SHIPMAN 31) Weer keek hij naar het moóf.e gelaat van de vrouw, waarop de tijd to diepe sporen had achtergelaten. De donkere ogen schitterden koortsachtig en waren diep in hun kassen gezonken; de wangen waren ingevallen en de jukbeenderen geaccen tueerd met oranje-rouge. Zij zag er ziek en vermoeid en een beetje vervallen uit, on danks haar chique kleding en het groene vuur van smaragden, die zij om haar ma gere pols droeg en die schitterden in het lamplicht, toen zij haar tas opende en er een sigarette uitnam. Zij leek inderdaad, wat Emily Hasketh en de dames van haar leeftijd een actrice noemden, het stigma dat haar generatie aan dat woord gehecht had, half vergetend, half releverend. Maar Jim dacht, dat zij er alleen maar pathetisch uit zag. Hij had dergelijke vrouwen wel eens meer gezien, maar dan niet met doch ters als Alden Wie denk je, dat zij is? herhaalde mrs. Hasketh. Ik heb er geen idee van. Zijn stem klonk vals onverschillig. Wat wil je als dessert hebben, Em? Aardbeienijs, zei zij. Zijn hart zonk hem in de schoenen. Hij had gehoopt, dat zij het dessert zou over slaan, want hij wilde weg. Haar blik ging terug naar de andere tafel. Alden ziet er niet erg gelukkig uit, zei zij. Waar ter wereld kan zij haar ge vonden hebben? Oh, zei hij, zij woont waarschijnlijk in hetzelfde pension. Alden is altijd vrien delijk voor allerlei mensen Ja, maar. Mrs. Hasketh zweeg en Jim keek snel op. In die verste hoek was een discussie gaande. De kellner had Rita Brayle een cocktail gebracht en zij had die geproefd en terug gezonden. Alden's gezicht was verborgen door haar hoed, maar iedere lijn van haar hals sprak .van spanning en ellende. De oudere vrouw daarentegen was geheel op haar gemak en bekeek met haar ellebogen op de tafel en haar kin op de hand gesteund de gehele kamer door wol ken sigarettenrook. Het waren magere han den met uitstaande aderen, als de handen van een oudere persoonlijkheid. Hij dacht: Zij kan toch niet ouder zijn dan vijftig jaar. Zjj is ziek hard ziek. Alden boog zich voorover en zei iets en hij kon de ongeduldige, bijna onbe schaamde beweging van haar moeders hoofd zien en de bittere plooi om haar mond, toen zij antwoordde. Plotseling kon hij het niet langer uit houden. Alden leed door de wederver schijning van haar moeder. Als hij maar kon opstaan en weggaan! Maar hij kon het niet aan mrs. Hasketh uitleggen. Het enige, wat zij niet weten moest, was dat die vrouw Alden's moeder was. Hij dacht, dat de kellner nooit hun dessert zou bren gen en dat Emily Hasketh nooit klaar zou zijn met eten en hij zat daar in grote spanning met zijn handen stijf in elkaar geklemd in zijn schoot. Maar ten laatste kwam de nota dan toch. Zonder naar de tafel in de hoek te kijken, zei hij; Duncan Sandys, De heer Duncan Sandys loonde zich verheugd over de snelle loop der dnS op het gebied der Europese «ewZ Hij betoogde dat de bereikte renf voorlopig culminerende in de Raad vr Europa, hem en de andere leiders der 'y- weging heeft verrast en achtte het bewh geleverd dat het besef van de noodzaak ta spoedige Europese eenwording tot de vol ken is doorgedrongen, Hij noemde het een politiek wonder dat de regeringen van tien Europese landen 20 spoedig bereid zijn gebleken in te gaan op de suggesties van een particuliere orgasi- satie. De levensvatbaarheid van het vaak zo laatdunkend als „utopisch" gekarakte riseerde ideaal van een Europese Volken- gemeenschap is hiermede, aldus de heer Duncan Sandys, wel duidelijk aangetoond. -Ten aanzien van de te verwachten re sultaten van de zitting der Europese As semble te Straatsburg waarschuwde hij tegen ai te grote verwachtingen. Het li- chaam heeft een adviserende taak en kan geen dwingende besluiten nemen, n«i discussiëren over onderwerpen die de si nisters aan zich willen voorbehouder I- is een diepgaande voorstudie gemaakt vy verschillende onderwerpen waarover d? Assemblee resoluties zal opstellen, waarbij de economische samenwerking der tien landen, de politieke coördinatie in West- Europa en de handhaving van de rechten van de mens de hoofdschotel vormen. In de Assemblee heeft ieder deelnemeod land veto-recht, zodat alleen besluite kunnen worden genomen wanneer niet e: der vertegenwoordigde landen er lege is. Dit betekent weliswaar een aanzienlijke beperking van de mogelijkheden, doch tevens wordt hierdoor de garantie verkre gen dat de besluiten inderdaad als waar devolle - en aanvaardbare adviezen ter harte zullen worden genomen. Dat is dar. ook de reden waarom succes van da Straatsburgse bijeenkomst mag worden verwacht binnen de perken van het be reikbare. De heer Duncan Sandys deed evenals de heer Brugmans een beroep op Neder land tot medewerking aan de ontwikkeling van het nieuwe Europese instituut, dat de hoop op redding uit chaos en gevaar ver tolkt die zo sterk in de Europese volken blijkt te leven en misschien zal uitgroeien tot het werkelijke redmiddel, mits men kan leren eigen belangen op te offeren voor de grotere belangen van het geheel. Zie je, Em, Alden en ik hadden een klein misverstand, toen ik haar het laatst sprak. Heb je er niet op tegen als ik haar even een biüefje schrijf? Natuurlijk niet. Hij scheurde een blaadje uit zijn zak boekje en krabbelde er een paar woorden op. Toen zei hij tegen de kellner: Geef dit aan de dame de jongere dame aan die hoektafel, als zij weggaat." Nu niet niet voor zij heengaat. Begrijp je? Daar buiten in het felle zonlicht zei hij tot Helen's moeder: Ik vrees, dat ik je een beetje haastte, om weg te komen, maar ik dacht, dat je het wel niet erg zoudt vinden, als je wist, dat ik Alden in de war bracht en nog al erg ook. Het is een ge compliceerde situatie, Em. Misschien zal mijn briefje die opklaren. Zij keek even naar hem, maar zei alleen maar: Het was een heerlijke lunch. Toen zij uit elkaar gingen, hij naar zijn kantoor en zij naar haar laatste bood schappen, om dan terug te rijden naar buiten, legde zij haar hand op zijn arm. Als ik kan helpen, Jim, wil je er wel aan denken, dat ik maar vijftig mijlen weg ben, hè? Een golf van erkentelijkheid en gene genheid sloeg door hem heen. Ik weet niet, wat ik gedaan heb, om dit te verdienen, Em, zei hij. Rij voorzich tig alsjeblieft. Dat zal ik. Groet Tony van mij: Hij had Tony helemaal vergeten. Maar later, in plaats van haar te gaan bezoe ken, bleef hij op zijn verlaten kantoor zit ten, wachtend tot Alden hem zou opbellen. Hij wist niet, of zij 't doen zou of niet. Zijn briefje zei alleen maar: „Laat mij je alsje blieft even spreken. Bel me op, wanneer je maar kunt". Meer had hij niet dur ven zeggen Maar zij belde die avond niet op en de volgende en de daarop volgende evenmin. En dus ging hij Zaterdag weer naar de farm, zonder van haar gehoord te hebben. Zijn hart kromp ineen, als hij aan haar dacht, maar tot zij hem zelf opbelde, was hij volkomen machteloos. Er was niets ter wereld, wat hij voor haar doen kon, be halve haar stilzwijgen respecteren. Die Zondagavond reed hij vroeger dan gewoonlijk naar de stad terug, om Henry Masketh op een trein naar het Noorden te brengen en toen hij zijn huis bereikte, hoorde hij de telefoon. Zijn hand trilde, toen hij zijn sleutels te voorschijn haalde en het slot bleef eerst steken, maar einde lijk was hij in de hall en nam de hoorn op. Alden's stem was zo zacht, dat hij die nauwelijks kon horen. Jim, je hebt' mij gevraagd, om je op te bellen, als ik je nodig had. Ik kan je nu niets zeggen over een publieke telefoon. Wil je komen? Natuurlijk, zei hij. Waar? Het hotel. Ik zal je beneden ont moeten. Ik ga onmiddellijk weg, zei hij en hing de hoorn op. Het ging natuurlijk over haar moeder. Er was iets gebeurd, zij was ziek, of mis schien nog erger. Terwille van Alden kon hij alleen maar hopen, dat het laatste het geval zou zijn. Dat zou alles kunnen op lossen. Maar hij durfde nog geen hoop te koesteren hij reed alleen maar snel naar de stad. Het hotel had nog altijd het aspect van de vrolijke negentiger jaren, ondanks de versleten tapijten en gordijnen. Maar hij zag niets dan Alden's slanke figuurtje, half verloren in een grote stoel in de hall. Er was ook een blik van verlatenheid in haar bleke gezichtje en vermoeide ogen, maar zij glimlachte tegen hem. Jim, het is zo vriendelijk van je om te komen. Helemaal niet. Hij drukte haar de hand en trok een andere stoel bij. Zeg maar wat ik voor je doen kan. Een seconde sloot zij haar ogen, haalde diep adem, opende ze weer en keek hem toen recht aan. Er is een dame een vriendin van mijn familie. Je hebt haar met mij aan de lunch gezien hier. Ik heb je toen niet aangesproken, omoh, om verschillende redenen. Zij zweeg en begon toen weer. Zij kwam naar mij toe, omdat zij alleen en ziek is. Haar man zij huwde enige jaren geleden een veel jongere man had haar verlaten en zij was wanhopig. Zij kende niemand anders. - De grijsgroene ogen waren met een smekende uitdrukking op hem gevestigd, pleitend, hem vragend neen, er op ver trouwend, dat hij het verhaal, dat zij hem deed, zou accepteren. Hij zei bedaard: Je had haar in een hele tijd niet gezien. - Oh, neen, zei zij snel. In geen jaren. Met haar vermoeide maar vaste stem metje ging zij voort: Maar zij kende mijn familie en daar zij zo dicht in de buurt was, dacht zij aan mij. Zij is bij mij gelogeerd geweest sinds de avond, dat ik uit New-York terugkwam en jij mij mee genomen hebt voor een autorit naar buiten. Het v/as die avond van Tony's ongeval. Hij dacht: De avond, dat ik haar vertelde, dat ik van haar hield. Hij herinnerde zich haar geluidloze wanhopige tranen en het was hem na me; een pijnlijke helderheid duidelijk, wat,er gebeurd was. Zij sprak met enige inspanning, also, zij zichzelf dwingen moest, om voort te gaan: Zij is ziek erg ziek, geloof is. Ik kon haar niet de gehele dag bij Ma Beebe alleen laten dat is het mus, waar ik eerst woonde en dus gingea we hierheen. Maar nu is zij erger geworflffi. Ik heb de dokter van het hotel laten ko men, en hij zegt, dat zij naar een zieken huis moet, maar ze kunnen haar met plaat sen. Ik heb de twee grote inrichtingen ai gevraagd ze zitten propvol er. er zijn geen verpleegsters genoeg en.... Het is oorlog, zei hij, ik weet net. En toen heb ik jou opgebeld, zei zo eenvoudig. Ik had er een hekel aanj lastig te vallen, maar ik wist met tot wie ik mij anders wenden moest, weet jij plaats, waar zij heen kan gaan. De of andere privé-inrichting buiten nu schien? Zij aarzelde even en zei toen Als het tenminste niet te duur is.Ztf heeft wel wat geld, maar ik weet hoeveel. Hij dacht snel na., Donald Surroll zat wel Hij is mijn dokter. Als je mil m wilt laten spreken.... Zij zal niet willen. Zij - «J zelde wil bil mi) blijven, maar ik kg haar niet hebben. Zij kan 0 e 6 alleen gelaten worden ^aarv, h niet goed genoeg - en 'sj av0Dj^ te moe. Zij trachtte zichzeli te evenals hem. - Ik moest het «ew wel doen, Jim, maar ik kan mei.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1949 | | pagina 6