Het Hek van de Dam.
Shakespeare's „Midzomernachtdroom'
in een woud vol betovering
Henk Badings schreef een oratorium
gebaseerd op de Openbaring
foens3ag 19 Octolier 1949
"V-zr—v^V-vA wi-jj
3
D,Young_
Vic in ons land
Muziek
mndagmiddag begon de Engelse toneelgroep „The Young Vic" te Rotterdam een
j'r-g tournee door ons land met „Een Midzomernachtdroom" van Shakespeare,
ten het einde van deze week vertrekt het gezelschap naar Scandinavië. Op de foto
■iet men van links naar rechts: June Vincent, Anne Ronaldson en Edgar Wreford
als Hermia, Helena en Lysander.
Zolang er nog toneel wordt gespeeld met
«weel gevleugelde fantasie cn jeugdige
lichtheid als door de ons welbekende Young
Vic, welk gezelschap deze week enkele
voorstellingen van Shakespeare's meestge-
tefde blijspel „Een Midzomernachtdroom"
In enkele steden van ons land geeft, behoeft
men de toekomst van de dramatische kunst
«et al te somber in te zien. Want het kan
haast niet anders of de resultaten van dit
«heven naar stijlvernieuwing op basis van
een hechte traditie moet inspirerend wer
ken op de dichterlijke geesten onder de
ichrijvers, op een zoekende generatie van
acteurs en op het naar schone verbeelding
hunkerende publiek.
Laat men vooral niet denken dat deze
jonge Engelsen rijker met talent gezegend
Jouden zijn dan onze eigen krachten, want
jaar is geen sprake van. Enkele roller-
bleken zelfs uitermate zwak bezet en in de
taferelen met de geliefden in het bos, met
name tijdens het zich te ruste begeven,
miste men de psychologische diepgang en
vooral de enigszins melancholieke onder
toon, die zowel in de tekst als in de situa
ties liggen opgesloten. Ook het moment van
de pauze was niet gelukkig, namelijk tus
sen wat men algemeen als derde en vierde
bedrijf beschouwt, omdat daardoor de
droomstemming nodeloos werd verbroken,
doch waarschijnlijk zo gekozen om ver
moeidheid bij dc toeschouwers te voor
komen. Overigons dienen de door hun uiter
lijke verschijningsvormen nog versterkte
contrasten van deze beide paren ter navol
ging aanbevolen te worden. De twistscène
verliep vol heftig vuur, dat zeer aansteke
lijk werkte. Ontegenzeggelijk was hier June
Vincent (als Hermia) met haar fonkelend
temperament en heftig gespannen houding
in ieder opzicht de uitblinkster.
Wat deze spelers echter op de onze voor
hebben is de beschikking over hun eigen
taal, Shakespeare behoort nu eenmaal on
vervreemdbaar aan de Engelsen, die zijn
regels kunnen reproduceren als muziek,
waarvan alleen al het rhythme en de klank
schoonheid de daarin vervatte emoties
laten opstijgen. Hun voordracht was door
gaans onberispelijk.
Maar het bijzondere van deze voorstel
ling onder de glansrijke regie van George
Devine schuilt toch in de (geenszins roman
tische) betovering die er van het woud uit
ging, waar het belangrijkste gedeelte van
de sprookjesachtige geschiedenis zich af
speelt. Om te beginnen heeft men de ver
plichtingen opleggende muziek van Men
delssohn, hoe fraai ook op zichzelf, ver
vangen door een eenvoudige en de hande
ling dienende compositie van Henry Boys,
die wordt vertolkt met behulp van twee
Ondes Martenot en soms een piano. Voorts
maakte men (laten wij hopen voorgoed)
een einde aan de zinloze gewoonte om de
elfen met gazen vleugeltjes en tulen rokjes
te versieren, In plaats daarvan aanschouwt
men thans gri'Hge wezens, die als het ware
een eenheid vormen met het bovennatuur
lijke landschap in het holst van de nacht.
Prachtig geslaagd zijn vooral de costuums
(door Margaret Harris ontworpen) van
Oberon en Titania met hun paradijsvogel
achtige kleuren, die zich tot op het gelaat
en in de haartooi voortzetten. Deze beide
rollen werden trouwens voortreffelijk ver
tolkt door Powys Thomas en Jean Wilson,
sprekende met min of meer onaardse stem
men, waarin toch zulke hypermenselijke
gevoelens als haat, liefde en kwelzucht
doordrongen. Ook hun gestyleerde plastiek
was prijzenswaardig. De stemming werd
voltooid door het met zeer eenvoudige hulp
middelen opgetrokken décor van Motley,
dat met behulp van suggestieve belichting
een bijna magisch effect bereikte.
De handwerkslieden hielden ongeveer
het midden tussen dappere dilettanten en
dwaasdoehde clowns. Bijzonder leuk waren
hun manipulaties met hun gereedschappen
en dagelijkse attributen. Vooral de brood
magere kleermaker van Peter Duguid met
zijn overtollige bedrijvigheid, die op cri-
tieke momenten telkens in slaap sukkelde,
leverde kostelijke staaltjes van komische
overdrijving. Het dichtst bij het ideaal
kwam de door zijn ernst belachelijke Pieter
Dissel van de begaafde Pierre Lefevre, hoe
wel de groteske Spoel de wever van An
thony van Bridge ongetwijfeld meer recht
streeks vermaak uitlokte. Er zitten echter
in deze laatste rol stellig meer en diepere
mogelijkheden.
Het is jammer dat er geen gelegenheid
bestaat om deze vertoning ook in Haarlem
te brengen, doch men kan zich troosten met
de gedachte dat deze Midzomernachtdroom
volgend jaar zomer zich naar alle waar
schijnlijkheid in het Bloemeridaalse Open
luchttheater zal afspelen.
DAVID KONING.
Heringa Wathrich
HAARLEM
BLIKSEMAFLEIDERS
(Adv.)
Heerlijke koorzang der
Wiener Sangerknaben
De belangstelling voor de „Wiener San
gerknaben" was als altijd overweldigend.
De Haarlemse Concertzaal was gisteravond
meer dan vol, men had zelfs een groot aan
tal mensen op het podium geplaatst, waar
toe de stellages voor oratorium-uitvoerin
gen dienst deden. Eerlijk gezegd, om het
smakelijk verzorgd programma, dat in jaren
niet zo kunstzinnig verantwoord was, ver
diende het ensemble deze toeloop volkomen.
De kwaliteit der solisten is bij vorige
tournées wel eens beter geweest, maar de
samenzang der knapen hoorden wij nooit
op voornamer peil. Het was in één woord
schitterend zoals zij een viertal motetten
van Vittoria en Gallus (onder meer het
achtstemmige „Haec dies" van deze laatste)
ten gehore brachten. Vooral de sopraan
vleugel klonk verrukkelijk. „Standchen"
van Schubert en „Barcarole" van Brahms
gaven mede een goede indruk van de vocale
capaciteiten van de jongens en bovenal van
de artistieke eigenschappen van de muzi
kale leider Peter Lacovich. Ook de rest van
het koorprogramma volksliederen, een
wals van Strauss en wat het publiek aan
toegiften verwachtte en tenslotte kreeg
was van voortreffelijk gehalte.
Van de beide ingelaste nummers was
inzonderheid het terzet der drie knapen uit
Mozart?s „Toverfluit" een juweeltje van
klank. Wat een verrukkelijk zuiver so-
praantje!
Aan Mozart's heerlijke muze werd nog
een belangrijk offer gebracht door de op
voering van diens komische opera „Bastien
en Bastienne", geschreven door de geniale
componist toen hij zelf nog zo'n jongetie
was als nu zijn jeugdige vertolkers. Hij
was toen nauwelijks twaalf jaar. Het zang
spelletje, dat cigenlyk slechts drie rollen
bevat, was uitgebreid met koor en ballet.
Hiervoor had men de ouverture handig tot
koor omgewerkt, het slot-trio aan het hele
ensemble toebedeeld en een ballet-inter
mezzo ingelast op het menuet uit de Sym
phonic in Es. Het klonk allemaal zo fraai
en het dansen van die levende Sèvres-pop-
petjes was zo stijlvol, dat ik er vast van
overtuigd ben. dat Mozart er zelf geen been
in gezien zou hebben, dat men de hand aan
zijn werk geslagen heeft, omdat het met
zoveel goede smaak gebeurde. En het spel
van die jonge acteurs? Och, de heerlijke
muziek van het wonderkind Mozart maakte
alles goed. Zij is een eeuwig mirakel van
jeugdige frisheid, en als er in het spel dan
nog extra een tovenaar bijkomt, die de
omgeving in de ban van zijn vermogens
tracht te brengen met zijn „Diggi, daggi,
schuri, muri", dan smelt iedere critiek als
sneeuw voor de zon.
Op 6 November komen de Sangerknaben
nogmaals naar Haarlem voor een populair
afscheidsconcert.
JOS. DE KLERK.
Orgelbespeling
Er wordt een orgelbespeling gegeven in de
Grote of St, Bavo Kerk te Haarlem op Don
derdag 20 October 1049 des namiddags van
15—16 uur door George Robert.
Het programma luidt:
1. Noël (en duo, sur les jeux d'anches).
L, C. d' Aquin
2. Preludium en Fuga A gr. t„ J. S, Bach
3. Koraal „Wir glauben all' an einen Gott'
met 3 variaties.
a. Fughetta (manualiter)
b. a 2 Clav. e Pedale doppio
c. In Organ,o pleno J. S. Bach
4. Pastorale uit de 2e symphonie.
Ch. M. Widor
5. Passacaglia, H. Andriessen
6. Fantasia over een Passacaglia-thema van
van J. Bijster, Bob van Marken
De molen-tentoonstelling
in het Huis Van Looy
Verzameling is nog uitgebreid
In het Huis Van Looy te Haarlem trekt
de interessante tentoonstelling van teke
ningen en aquarellen uit de Stedelijke
Atlas van het Haarlemse Gemeente-archief,
betrekking hebbende op molens in Haar
lem en omgeving, veel belangstelling.
De collectie is thans nog uitgebreid. Zo
is in de tuin een vrij groot model opgesteld
van de molen „De Slokop" die bij de
Mooie Hel (bij Spaarnüam) staat.
De tentoonstelling is nog tot en met Zon
dag a.s. geopend.
Fraai gebouw voor
Haarlemse Mormonen
De Kerk van Jezus Christus van de Hei
ligen der laatste dagen is in Haarlem een
mooi gebouw rijker geworden. Het staat
aan de Cornelissteeg,waar 'n voormalig café
door de president van de Mormonenzen-
ding in Nederland, de heer C. Zappey, voor
dit doel werd aangekocht. Het proeflokaal
waar tijdens de bezetting gedurende
korte tijd de leden der Duitse weermacht
op hun wapenfeiten klonken is
drastisch verbouwd, onder meer is cr
aan de straatzijde een geheel nieuwe gevel
gekomen, die opvalt door de vijf grote glas-
in-lood-vensters.
Op de begane grond is een eenvoudige,
door TL-buizen verlichte, kapel ingericht
en op de eerste verdieping werd een ruime
zaal voor gezellige bijeenkomsten en derge
lijke gemaakt. Daarmee hebben de 150 aan
hangers die deze godsdienstige richting in
Haarlem telt, een waardig home gekregen.
De vier jonge Amerikanen, die als zendeling
door het hoofd van de Kerk in Salt Lake
City zijn uitgestuurd, werken met de met
selaars en timmerlieden ijverig mee aan de
bouwerij. Twee van hen studeren medicij
nen, een rechten en de vierde is al hoog en
breed getrouwd en vader van drie kinderen,
weshalve hij door zij n collega's „opoe'
wordt genoemd. Zij werken geheel belan
geloos en keren na twee jaar naar hun va
derland terug om daar hun studie of hun
beroep te hervatten. Op deze wijze zijn er
nog 150 zendelingen van de Mormonen in
Nederland en zelfs tienduizend over de ge
hele wereld.
Eerste uitvoering eind November te Rotterdam
De afdeling Rotterdam van de Maat
schappij tot bevordering der Toonkunst
gaf verleden jaar aan dc componist Henk
Badings de opdracht tot het schrijven van
een groot oratorium, dat een avond zou
vullen. Als onderwerp werd gekozen het
visioen van Johannes, de „Apocalyps". De
componist gebruikte de tekst uit de Staten
bijbel.
Ter inleiding van de binnenkort van dit
werk plaatshebbende uitvoering werd
Maandag in oud-Boymans een conferentie
gehouden ten einde de aandacht op deze
nieuwe schepping van de vruchtbare com
ponist te vestigen. Toen wij kennis ge
nomen hadden met de lijvige partituur van
„Apocalyps" cn de commentaren gehoord
hadden van Badings en van Otto Glastra
van Loon, die het werk instudeert en zal
dirigeren, leek ons de grote belangstelling,
die uit de voornaamste muziekcentra van
het land voor deze compositie betoond
werd. alleszins op zijn plaats. Er kan na
tuurlijk geen volledig oordeel worden uit
gesproken, zolang men het niet in zün ge
heel gehoord heeft, maar de indruk met
een groots kunstwerk te doen te hebben
was te sterk om er andere dan de grootste
verwachtingen over uit te spreken.
Badings heeft uit fragmenten van de
Openbaring van Johannes een complex ge
vormd, bestaande uit zeven onderdelen, die
dan weer in twee hoofdstukken uiteen
vallen.
Aan het slot van de eerste helft van het
werk plaatste hij „het openen van het boek
der zeven zegelen". Dit vormt het begin
van de keten gebeurtenissen, die naar het
einde van onze wereld leiden. Hier maakt
het tot nog toe statische karakter van
het oratorium plaats voor het motorisch
dramatisch element, dat verder het tweecle
hoofdstuk zal beheersen. Dit behandelt
„de rampen op aarde", gevolgd door „het
oordeel". Na al die verrichtingen die ten
slotte uitgedrukt worden door een heftig
bewogen intermezzo van het orkest, ver-
eb t geleidelijk deze laaiende dynamiek, om
plaats te maken voor een extatisch visioen
van het hemelse Jeruzalem. In deze sfeer
van verrukking verloopt ook het laatste
deel, de epiloog
Badings heeft een aanmerkelijk gedeelte
van de tekst toevertrouwd aan een spreker.
Als zodanig zal de acteur Johan Schmitz
optreden.
Dit sluit het traditionele oratorio-recita
tief uit cn werkt daarmee het directe aan
spreken in de hand, wat men onder meer
heeft kunnen ervaren in Honegger's
„Jeanne d'Ai-e au bücher". De symbolen
der vier evangelisten zijn toevertrouwd:
aan evenveel solisten, wier vocale taak de
grenzen van het mogelijke raakt. Deze
partijen zullen bij de première gezongen
worden door Corry Bijster, Annie Hermes,
Louis van Tulder er. Hermar. Schey
Na jarenlange voorstudie en tal van
experimenten meent Badings er in geslaagd
te zijn een koorstijl gevonden te hebben,
die zijn moderne klankcomplexen kan uit
drukken zonder het onmogelijke te vergen
van het koor. Niettemin heeft hij ergens
een dubbelfuga voor koor te pas gebracht,
die schijnt te spotten met deze goede be
doelingen. want men vraagt zich af, hoe
dit. razend moeilijke stuk te realiseren zal
zijn. Hoe gunstig het met de bijval van
Badings' oratorium ook moge verlopen,
deze passage eruit zal berucht blijven.
Evenwel verklaarde de heer Glastra van
Loon, dat hij er na hardnekkige studie in
geslaagd is de fuga er bij zijn mensen ln te
krijgen en zelfs dat het stralend effect er
van iedereen van de waarde der inspan
ning, die ze gekost heeft, overtuigt. Boven
dien getuigde de dirigent, dat hij bij het
koor niet de minste weerstand ondervon
den heeft, maar dat men integendeel het
werk graag zingt en er van harte de felle
spanningen van ondergaat.
Badings heeft in zijn partituur, die ook
een uitgebreid orchestraal apparaat vergt,
i ruim gebruik gemaakt van klassieke muzi-
i kale vormen. Ik noemde reeds de dubbel
fuga. Zo zijn er oök een passacaglia, ver
schillende canon-vormen, koraal, fantasie,
enzovoorts in verwerkt. Deze vormen drin
gen zich echter niet op. doch behouden hun
dienend karakter in de dynamiek van het
geheel.
Dat Badings met „Apocalyps" een zeer
belangwekkend werk geleverd heeft, is
buiten kijf. De uitvoering, die op 24 Novem
ber plaats heeft, zal echter uiteindelijk be
palen. wat het oratorium in de practijk
„doet". Het laatste woord is er nog niet
over gezegd. JOS. DE KLERK.
Het dierenpark Wassenaar bezit een vier maanden oud tijgertje, Radjah geheten,
dat dik bevriend is met de directeur en diens echtgenote. Behalve dat hij cr als
kind in huis is", gaat hij geregeld in de auto mee boodschappen doen. Vermoedelijk
zal dit niet zo erg lang meer duren, want Radjah gaat nu reeds ontzag
inboezemende afmetingen aannemen.
IV60LTÖN DEKENS
grote maten, vanaf f 4.30
VAN DUIVENBODEN
GED. OUDE GRACHT 108-110
WONINGINRICHTING - TEL. 17165
(Adv.>
Kf Vr >Uan 'let hoofdkantoor van de
LM. tc 's-Gravenhage is in aanwezig-
Prins Bernhard en de leden
ac raad van bestuur en de rftad van
wmmlsssen wan de K.L.M. aan dr.
cen borstbeeld van hemzelf aan-
beeld, dat vjerd onthuld
mevrouw Plesmun, is vervaardigd
door Marion Gobius.
Agenda voor Haarlem
b,0 WOENSDAG 19 OCTOBER
uiiein» se kegelbond, Nederlandse Ver-
Gêhoni vJ?°,r 3®xuele hervorming, 8 uur.
vin SnLu«!L Ta- Nederlandse Vereniging
Vennuii n' Rdr. Gem .Concertgebouw,
«H»?8 Nederland—USSR, Russische
wiekdVönd, 8 uur, Frans Hals: „Hallo met
toutd'l- IÉ®' 7 en ^.15 uw. Rem-
uur. p»ü »orada"' 14 j., 2. 4.15, 7 en 9.15
18j' o 4.®'-" n het duister van de nach.t".
aard""' 10 '„en 9,13 uur, Luxor: .Omstreden
«HÜM-'iflll-A' 59uur' Cily! "De
hun».1 hall1leetl- 2-15' 'u0- 7 en 9-15 IJUr
'«o»°5u£:e g vaa shanS'lai". 23°.
Dam onder de grond
Als u eergisteren omstreeks vier uur
ter hoogte van de Spaarndammerstraat
uit een raam van de trein tussen Haar
lem en Amsterdam zou hebben gekeken,
dan had u ons als een gespierde kat
kunnen zien klimmen in het stalen want,
dat terzijde van de rails naar Zaandam
de wolken staat te krabben. Wij stellen
ons echter voor dat u dit niet gedaan
hebt, omdat het uitzicht op deze buurt
zo hartbedroevend is, dat iedere passa
gier met een beklemd sociaal gevoel
voor zich uit zit te staren tot het ogen
blik waarop de controleur met een
vriendelijk „goeden middag" zij'n besef
van verantwoordelijkheid in andere
banen komt leiden.
Daarom zullen wij u maar vertellen
wat wij daar uitspookten. Men moet
namelijk weten dat wij een tomeloze
passie hebben voor alles wat het belang
rijkste, het hoogste of het luguberste ter
wereld heet. Zodra wij er maar het
flauwste vermoeden van bespeuren, dat
men ergens druk bezig is iets groots te
verrichten, dan rennen wij daar heen zo
gezwind als een schokkende autobus ons
kan dragen. Dit instinct verklaart onze
aanwezigheid op het drassige terrein
langs de Hemweg, waar de zwaarste
damwahd van Europa zijn voleinding
nadert. Er wordt daar namelijk een
nieuwe houthaven aangelegd met een
bijbehorend veem, waarin men de ge
hele handel van onze helft van de aard
bol wil opvangen. Dit is een prachtig
voorbeeld van indirecte houtbouw aan
de toekomst. Een jaar of dertig geleden
heeft men een paar meter verder al een
balkenhaven uit het omringende weiland
geknipt voor de slordige somma van
wintig milliocn gulden, doch helaas toen
deze unieke vijver klaar was smadelijk
vergeten er ooit gebruik van te maken.
Dit geschiedde voor onze tijd, zullen we
maar zeggen, als pleister op de wonde
in een gemeentelijk budget dat gelukkig
het onze niet is.
De damwand is een heel ding, bijna
Iriehonderd meter lang en samengesteld
uit betonplanken van elf ton. Deze zijn
achttien meter hoog, in hechte trouw
aaneengesmeed met holletje aan dolle
tje, hetgeen technisch gesproken be
tekent met messing en groef. Maar wat
ons ten zeerste bevreemdde was voor
namelijk dat men die hele santekraam
volkomen in de grond heeft gestopt met
voorzichtige tikjes van de Belgische
Morrison, een heimachine van heb ik
jou daar. Dat zouden wij nooit gedaan
hebben als die langste damwand in
Europa van ons was. Wij zouden des
noods gaan verhuizen om er beter mee
te kunnen pronken. Wat een speelgoed
voor de jongens uit de buurt!
Men mag dit houtveem zonder beden
ken een kolossaal object noemen. Er
komt niet alleen een zeehaven, maar
ook een ankerplaats voor binnensche
pen, een tweetal spoorlijnen en een
nieuwe autoweg. Dit kost alles bjj elkaar
op de kop af zeven millioen gulden,
waarover wij ons echter geen zorgen
behoeven te maken. Een veertiende ge
deelte daarvan is alleen al bestemd voor
twee kranen met automatische weeg-
inrichting. Een kleine druppel uit de
ruime spoeling voor zo'n grote kraan
vinden wij nuchter.
Men is een jaar geleden met de bouw
van het karwei begonnen en hoopt me
dio December gereed te komen. Dat zou
anderhalve maand vroeger zijn dan ver
wacht werd. De hoofduitvoerder is dan
ook een Haarlemmer, evenals de onder
nemer van het baggerwerk. Wij hopen
maar dat het hem beter zal vergaan dan
een perschef van een filmkantoor, die
wij van aangezicht tot aangezicht ken
nen en die pas werd ontslagen omdat hij
ergens tweeduizend gulden voor had uit
gegeven, hoewel hij drieduizend had mo
gen besteden. Zuinige pieten kon men
daar niet gebruiken
Een circus wordt naar verhouding niet
sneller opgericht dan de gigantische
staalconstructies van de twintig meter
hoge loodsen, die straks drieduizend
kubieke meter beton te slikken krijgen.
Nog een paar weken en dan gieren de
loopkatten als hazen over het dak om
dikke plakken coromandel (ook wel ge
streept ebben genoemd) in deze reus
achtige opslagplaats te deponeren.
Als onversaagde luchtaccrobaten zijn
wij naar boven geklommen langs de rib
ben van het met menie bestreken ge
raamte. Achthonderd meter verder ligt
het IJ te glimmen in de ondergaande
zon. Rechts daarvan achter de knusse
volkstuintjes verrijst de Spaarndam-
merbuurt waar vele generaties van hout
werkers hun avonden korten met dui-
mendik overdreven heldenverhalen over
hun records als niet te vervangen lich-
terladers (niet te verwarren met laden-
lichters). Links zien wij de oude hout
haven achter een soort Chinese muur,
die bewaakt wordt door gemeentelijke
hellebaardiers, om spaanderdieven te
weren. Wij hebben van onze verheven
standplaats ook naar u gewuifd, maar u
hebt het niet gezien.
Hal der Apollo's
Wij zijn gisteren even naar de kunst
ijsbaan gaan kijken en wanneer gij in
Amsterdam zijt en niets beters hebt te
doen dan een kopje thee bij een familie
lid te gaan drinken, moet gij daar ook
eens heen gaan. Vooral wanneer gij niet
van kou houdt, want het is er bijzonder
fris. Volgens het beproefde systeem van
de man die aldoor met zijn hoofd tegen
ie muur liep en desgevraagd verklaarde;
„Het is zo prettig wanneer je er mee
op houdt", valt u dan de heerlijke tem
peratuur op, wanneer ge weer buiten
komt.
Wij troffen het overigens, want voor
het eerst dit jaar was de weersgesteld
heid zo, dat er geen water op het ijs
stond. Het mag dan kunnen vriezen of
dooien, maar wanneer het al te warm is,
kunnen de ijsmachines het niet bij
houden. Nu met dit harde ijs kon ieder
een zijn beste schaatsje voorzetten. Er
waren een paar erge aardige meisjes
met de kortste rokjes aan, die wij ooit
zagen, hetgeen ons geen practische
dracht leek, en die stoven daar over
de baan alsof het geen geld kostte, wat
het natuurlijk wèl deed. Af en toe
sprongen zij hoog in de lucht, alsof zij
ineens héél blij waren. Wij vonden het
zo mooi, dat wij echt zin kregen ook
gauw een paar schaatsen onder te bin
den en eens hard op onze neus te val
len. Er waren voorts ijshockeyers een
beetje aan het oefenen en zulke non
chalante mensen hebben wij nog nim
mer gezien. Zij kauwden op gum en
trokken een gezicht alsof hun hele
wezen werd beheerst door de dynami
sche gedachte: „Vriezen we dood, dan
vriezen we dood". Tenslotte zagen we
ook krukken die heel voorzichtig over
het ijs krasten om dan de balustrade te
grijpen en daar tegen aan te gaan leu
nen met een gezicht alsof zij Kees
Broekman uit De Lier waren, die door
al de drukte op de baan niet uit de weg
kon. Nimmer zagen we iemand stil
staand zo doeltreffend een kundige
schaatsenrijder nabootsen.
Wat wij echter het mooist vonden was
de danspauze. Dit woord wordt gebruikt
om op beleefde wijze mensen die een
rare schaats rijden van de baan te krij
gen. Een stuk of vier paren kregen het
ijs alleen en mochten walsen. Zij deden
dat zo mooi, dat Strauss er door ont
roerd zou raken, wanneer hij het zien
kon. Die paren zweefden werkelijk en
dat is een lelijke manier om de schoon
ste wijze van voortbewegen, die wij ooit
zagen, te beschrijven. Met lange passen
gleden zij voort en sneden met hun
flitsende schaatsen de figuren van een
bovenaards dans in het ijs.
Wij werden er koud van.
Het spijt ons
Een lezer die het goed met ons meent
en ons zelfs een even gelukkig als zor
geloos leventje in de schoenen wringt,
maakt van de gelegenheid tot dit com
pliment gebruik om ons figuurlijk op
de tenen te trappen. Want er heeft nooit
een „Zilveren Reiger" bestaan, schrijft
hij, alleen een „Reiger" zonder meer.
Deze behoorde tot een serie van twee-
assige locaaltreinlocomotiefjes (wat
Vrijdagavond geeft het gezelschap\
van dc Young Vic, dal deze zomer
in Bloemendaal te gast was, in de
Stadsschouwburg een voorstelling
van Shakespeare's blijspel „Een Mid
zomernachtdroom" onder regie van
George Devine, met June Vincent als
een verrukkelijke Hermia en Antho
ny van Bridge als een clowneske
Spoel de wever.
In het Internationaal Cultureel Cen
trum gaan up 22 October zijn vele
vrienden hulde brengen aan de vijf
tigjaar geworden schrijver Siegfried
E. van Praag, waarbij dc als Antho-
nie Donker bekende professor dr. N.
A. Donkersloot een feestrede houdt.
Op het volksconcert van Zaterdag
avond speelt hetConcertgebouw
orkest onder leiding van Basil Came-
In de hoofdstad uit
ron onder meer de tweede sympho
nie van Sibelius en het pianoconcert
in f kleine terts van Chopin, met
Theo van der Pas als solist.
Wij vestigen er met nadruk de aan
dacht op dat de tentoonstelling „Vit
de Schatkamers der Middeleeuwen"
in het Rijksmuseum nog slechts tot
het einde van deze maand geopend
blijft. In Fodor aan de Keizersgracht
exposeren leden van dc Nederlandse
Kring van Beeldhouwers een keuze
uit hun werk. Er is ook een inzen
ding van professor Esser, de tegen
woordige directeur van de Rijksaca
demie in Amsterdam.
Wanneer ge echter meer van kunst,
met geweld houdt en het snelste
spel ter wereld wilt zien, dan moet
je morgenavond naar de Apollohal
gaan voor de ijshockéy-wedstrijd
lusse» de hoofdstedelijke IJsvogels
cn H.H.IJ.C. uit Den Haag.j
een heerlijk woord om in het Duits te
vertalen!) met een koddig uiterlijk en
allerlei beestennamen.
Verder deelt hij ons mede dat de
bouwmeester van het Centraal Slation
een historische blunder heeft begaan
door te vergeten een postkantoor in zijn
bestek op te nemen, zodat er aan het
einde van het eerste perron een houten
loods geplaatst moest worden. De ge
achte briefschrijver vindt dat wij dit
op humoristische wijze aan de kaak
hadden moeten stellen. Hij heeft echter
verzuimd daarbij op te geven aan welke
kaak, zodat wij tot ons leedwezen aan
zijn gewaardeerd verzoek geen gevolg
kunnen geven.
Wel moeten wij onze verontschuldi
ging aanbieden voor het misplaatsen
van onze gelukwens, die door toedoen
van de zetter aan het stadion was ge
richt.
BOEDA.
Plaats voor meer patiënten
in Provinciale ziekenhuizen
Nu de door het Rode Kruis Sanatorium
ontruimde rechtervleugel van het nieuwe
gedeelte van het Provinciale Ziekenhuis
nabij Santpoort weer voor de verpleging van
mnnenpatiënten in gebruik zal kunnen wor
den genomen, mag verwacht worden dat in
de loop van 1950 een vrij normale patiënten
bezetting zal worden bereikt, aldus delen
Gedeputeerde Staten aan de Provinciale Sta
ten mee. Het gemiddeld aantal patiënten
wordt geraamd op 1450 en het maximum
aantal plaatsen bedraagt 1517. De verpleging
van een groter aantal patiënten brongt
uiteraard een vermeerdering van het aantal
personeelsleden cn met name van verple-
genden met zich. Daar bij de berekening van
dc salarissen tevens zoveel mogelijk reke
ning is gehouden met de salarisherziening
van het provinciaal personeel, beloopt het
totaal der geraamde salarissen en lonen
f 1.412.636 tegen f 1.272.117 voor het jaar 1949.
Tegenover de hogere uitgaven staan echter
meer ontvangsten aan vcrpleeggelden De
lasten worden geraamd op f2.405.834. de ba
ten op f 1.894.067 en de bijdrage van de pro
vincie op f 511.767.
Verwacht wordt, dat in het Provinciale
Ziekenhuis Duinenbosch tc Akkum ook het
nieuwe paviljoen in 1950 in gebruik moet
worden genomen. Het aantal patiënten is
daarom te ramen op 940. Het totaal aan
salarissen en lonen is geraamd op f 867.968
teeen f 765.549 voor 1949. De totale lasten be
dragen f 1.499.332. de baten f 1.172.287 en de
biidraec van de provincie f 327.045.
Het ziekenhuis in Medemblik is reeds ge
ruime tijd volledig bezet. Het totaal aantal
plaatsen bedraagt 363. Het totaal der lasten
wordt op f575.382 geraamd, der baten op
f 420.098 en der provinciale bijdrage op
f 155.284.
Faillissementen
De rechtbank te Haarlem heeft Dinsdag
in staat van faillissement verklaard:
W. Kerkhoven, scheepsbouwer, wonende
te Aalsmeer, Jachthaven „Het Blauwe
Anker", t.o. Leimuiderdijk 122. Rechter
commissaris mr. C. G. Bijleveld; curator
mr. J. E. Goudsmit, advocaat en procu
reur te Badhoevedorp.
J. A Bos, winkelier, wonende te Krom
menie, Zuiderhoofdsfraat 3. Rechter-Com-
missaris mr. C. C-. Bijleveld; curator mr.
H. M. C. Dekhuïjzen. advocaat en procu
reur te Zaandam.
D. Vergunst. schilder, wonende te Bever
wijk. Peperstraat 35. Rechter-Commissaris
mr. C. G. Bijleveld; curator mr. J O. Baron,
advocaat en procureur te Beverwijk.
R. J. F. van Schijndel, handelaar en ver
huurder van vaartuigen, wonende te Koog
aan de Zaan, Anemoonstraat 1. Rechter
commissaris C. G. Bijleveld; curator mr.
H. M. C Dekhuijzen, advocaat en procu
reur te Zaandam.
Bij beschikking van de rechtbank is de
op 1! Mei 1948 aan Klaas van de Stadt,
zaakdriivende onder de naam Handelson
derneming „Mastaca", wonende te Zaan
dam, Westzijde 16a, verleende surséance
van betaling ingetrokken, terwijl voor
noemde Klaas van de Stadt gelijktijdig in
staat van faillissement is verklaard, met
benoeming van mr. C. G. Bijleveld tot
rechter-commissaris en van mr. J. W.
Rutgers, advocaat en procureur te Haarlem,,
tot curator.
Wegens gebrek aan actief werd opge
heven het faillissement van Jan de Koning,
cineast en fotograaf, wonende te Haarlem,
Bos en Hovenstraat 7.
Wegens het verbindend worden der enige
uitdelingslüsten zijn geëindigd de faillisse
menten van: F. Tillemans, bakker, vroeger
wonende te Haarlem. Theemsplein 34, thans
verblijvende op Bonaire en van de
nalatenschap van wijlen Johannes Pau-
lus Koopman, in leven operette-direc
teur, laatst gewoond hebbende te Haarlem,
Wilhelminastraat 50.