moerige huid debr/uine rHoe is het ontstaan? Een Eeuw Celeden Geschenken voor Prinses Marijke De rusteloze waarheidzoeker André Gide op 81 -jarige leeftijd gestorven SS op Soestdijk Haarlems schooljeugd toont resultaten van fantasie, vaardigheid en geduld Dit woord: KLUITJE V.J „Over muziek Een beoordeling in „Mens en Melodie7' Jeugdige dieven liepen in Teuge tegen de lamp Een electrisch fornuis en poppenkleertjes Muziek Schuberts „Winterreise" uitgevoerd op huisconcert Nieuawe Uütgavem Jacht op heler van collectie in Haagse binnenstad juwelen Jenda Haarlem Influenza en inenting IN HET HUIS VAN HALS Bij dit woord denkt iedereen aan de uit drukking: iemand met een kluitje in het riet sturen, wat betekent: iemand met een mooi praatje of een vage toe zegging afschepen. En omdat de gewone betekenis van kluit is: klomp aarde, dacht men aanvankelijk aan een jacht hond die van het rechte spoor werd ge leid doordat de jager waarom?? een kluit aarde in 't riet gooide. De hond dacht dan dat daar een eend zat. De verklaring is helemaal anders. In het vroegere Nederlands van omstreeks 1300 kende men al het woord clute, dat nog bestaat als klucht, grap. Men ge bruikte het woord evenals nu ook voor een dwaas toneelstuk. Wanneer men iemand met een kluitje in het riet stuurt, leidt men hem met een grapje van de rechte weg af. In het maandblad „Mens en Melodie" van Februari 1951 wijdt de hoofdredac teur Wouter Paap een bespreking aan het boek „Over Muziek" door Hendrik An- driessen, een bloemlezing uit door hem in Haarlem Dagblad gepubliceerde artikelen. De componist Andriessen, zo merkt de recensent op, vond in deze journalistieke arbeid, welke hij trouw en zorgvuldig ver richtte, een aansporing om allerlei ge dachten die bij een in-en-met de muziek levens mens kunnen opkomen, doch die dikwijls vervloeien in overpeinzing of ge sprek, in een definitieve formulering vast te leggen. Andriessen, aldus Wouter Paap, is een onderhoudend schrijver, die de dingen eenvoudig en vaak met humor weet te zeggen. Een spectator, die allerlei ver schijnselen in de wereld der muziek scherp opmerkt en er over oordeelt met een mildheid, die toch door een sterke overtuiging wordt gedragen. In de grote verscheidenheid van onderwerpen en zienswijzen is er één thema, waarop de schrijver verscheidene keren terugkomt en dat men het grondthema van deze bun del zou kunnen noemen: dit is de geeste lijke en natuurlijke vrijheid, waarmee de mens tegenover kunst en kunstwerk dient te staan. Wouter Paap besluit zijn beschouwing als volgt: Er worden in deze opstellen geen verordeningen uitgevaardigd, geen aesthetische programma's opgesteld. Ge- lij khebberij isde schrijver volkomen vreemd. Andriessen neemt wat men noemt een „breed standpunt" in. Doch waar hij zijn stof ook uit put, steeds houden zijn artikelen vurige pleidooien voor de schoonheid in. Andriessen maakt voor zijn lezers vele dingen bewust, die zij zelf mis schien slechts vaag hebben aangevoeld. De persoonlijke, doorleefde, geestige en musisch gezinde manier, waarop Hendrik Andriessen schrijft over velerlei ver schijningsvormen der muziek, vergroot het bevattingsvermogen, verdiept het begrip en versterkt de liefde. De rijkspolitie te Teuge heeft vier jonge mannen gearresteerd, verdacht van een inbraak in het wooncentrum voor gere- patrieerden het vroegere militaire kamp te Teuge. Zaterdagavond laat ontdekte een be woner van het kamp, die met vele andere kampbewoners naar een feestavond was geweest, bij zijn thuiskomst dat er tijdens zijn afwezigheid iemand in zijn slaapka mer was geweest. Alles was overhoop ge haald en een portefeuille met bijna 700 was verdwenen. Met behulp van een speurhond gelukte het Zondag een deel van het gestolene te rug te vinden bij de 16-jarige R. C. die ook in het kamp woont. Verdacht van medeplichtigheid werden de 20-jarige M. K. en de 16-jarige J. R., beiden uit Apel doorn, gearresteerd en de 19-jarige bewo ner van het wooncentrum N. P. Waarschijnlijk was het de jongelui be kend, dat de kampbewoner bij wie zij hun slag sloegen een aanzienlijk bedrag onder zich had, ongeveer 7000, dat hij Maan dagmorgen moest gebruiken voor uitbeta lingen namens het rijk aan enige gerepa- trieerden. Dit geld was echter ergens an ders ondergebracht. Onderzocht wordt of de jongens zich nog aan andere inbraken, die in de laatste tijd in deze omgeving zijn gepleegd, heb ben schuldig gemaakt. Maandag is de reizigersdicnst per stoomtrein hervat op het traject Nijmegen- Venlo. Uit de Opregte Haarlemsche Courant van 20 Februarij 1851 LONDEN De met den overlandpost verzonden tijdingen uit Hong-Kong van 30 December zijn thans hier ontvangen. Omtrent den opstand in het Zuid-Oosten van China leest men daarin, dat in het begin van November 10.000 roovers zich hadden verzameld nabij Lien-Chau. De Mandarijn van Kincha had troepen af gezonden om die roovers te verdrijven, maar de troepen hebben gemeene zaak met hen gemaakt Andere Mandarijnen hebben nieuwe troepen afgezonden, doch deze zijn verslagen. Intusschen is de cholera in Hainan uitgebroken: de inwo ners zijn naar alle kanten gevlucht, de slachtoffers onbegraven in de straten achterlatende. In de tijdingen uit Hong-Kong leest men voorts, dat aldaar op 1 December uit de Behringstraat is aangekomen het schip Herald, kapitein Kellet, die door het gouvernement was uitgezonden om de expeditie van Sir John Franklin op te sporen. Kapitein Kellet had nabij het uiterste station van de Russische pelterij compagnie van de inboorlingen verno men, dat een troep blanken 3 400 mij len van de kust gekampeerd had en dat die blanken door inboorlingen vermoord waren Of de vermoorden tot de expeditie van Sir Franklin behoorden, was onbe kend, maar in ieder geval zou kapitein Kellet het zeer onwaarschijnlijk achten, dat die manschappen van de expeditie nog levend te vinden zouden- zijn. voeding, uit de beklemming waarvan hij zich door een op 24-jarige leeftijd onder nomen reis naar Afrika bevrijdde, moet men zijn voortdurend verzet beschouwen tegen zinloze conventie, bekrompen dogma tiek en hypocrisie. In „De spijzen der aar de" (Les nourritures terrestres) van 1898 verdedigde hij de levenshouding die men wel het heidens sensualisme heeft genoemd. Hij predikte hierin het boek werd door Jef Last in het Nederlands vertaald, even als het veel later daarop gepubliceerde vervolg de leer van de volkomen vrij heid en het volmaakt genot. In een artikel ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van André Gide, het geweten van Europa, schreef onze mede werker voor Franse litteratuur onder meer: „In het kostelijk-satirische Paludes (door Nijhoff onder de titel „Moed" vertaald) bespot de schrijver alles wat in het leven gewoon, leeg, vervelend of conventioneel is. In al zijn volgende werken, in zijn "dag boekbladen en zijn bundels beschouwingen, kunnen wij de schrijver volgen op zoek naar „zijn" waarheid en zien hoe hij zich met volledige oprechtheid jegens zichzelf wijdt aan een voortdurend onderzoek van eigen geweten en van de beweegredenen der menselijke handelingen. Zijn werk is één gedurige bekentenis. Hierdoor leert men dan ook het „Gidisme" kennen: om tot deze zuivere oprechtheid te geraken moet men zich bevrijden van deze dwang van traditie, conventie, omgeving. Men moet het verleden en alles wat de mens bindt volledig afwijzen, men moet elke idee het recht van bestaan toekennen, men moet elke daad verwerpen in de mate waarin zij iets definitiefs schept en elke bewering voor zover zij verplicht partij te kiezen. Men moet van niets deel uitmaken, steeds in het ogenblik leven, voortdurend zijn geest openstellen voor nieuwe denkbeelden, zich voortdurend „dis-ponible" (beschik baar) houden". Deze behoefte tot volledige vrijheid kan leiden tot de willekeurige daad zonder mo reel doel, door niets gemotiveerd. Het is te begrijpen dat deze „ethica" Gide vele heftige tegenstanders bezorgde, onder an deren Paul Claudel, die hem voorspelde dat hi.j in de hel geroosterd zou worden. Ge durende zijn hele leven echter blijft hij betrokken bij de worsteling tussen zijn heidens ideaal en de evangelische moraal. De bron van zijn kunst, aldus schreef onze hierboven reeds geciteerde medewerker, is de individuele oprechtheid. Maar het niet kiezen, omdat kiezen een verarming bete kent, is in zekere zin een rem: het maakt zijn boeken enigszins vlak, ondanks de prachtige zuivere taal en ondanks de scherpte waarmee de schrijver de duistere diepten van zijn helden doorvorst. Voornaamste werken Heidens idealisme en evangelische moraal vindt men terug in zijn belangrijke boeken „De Immoralist" (l'lmmoraliste, door Marsman vertaald) en „De enge poort" (La porte étroite). Zijn volgens hem „eerste en enige roman" verscheen in 1926: „De valse munters" (Les Faux-Monnayeurs). De oor spronkelijke bouw van dit meesterwerk heeft grote invloed op latere generaties uitgeoefend. Onlangs verscheen hiervan eindelijk een Nederlandse vertaling. Auto biografisch is ongetwijfeld „Als het zaad niet sterft.(Si ie grain ne meurt) van 1920, waarin zijn omgang met de door hem in 1910 reeds hartstochtelijk tegen de aan vallen van Lord Alfred Douglas verdedigde Oscar Wilde wordt behandeld. Belangrijk zijn voorts de publicaties van zijn dagboe ken in 1939, 1946 en 1950. Gide schreef ook voor het toneel. Nog in 1946 verscheen zijn dramatische bewerking van de Griekse legende van Theseus en dit seizoen beleefde Parijs de première van „De kelders van het Vaticaan", dat heftige cri- tiek uitlokte.Hij leverde voorts talrijke ver talingen naar Shakespeare, Poesjkin, Wil liam Blake, Joseph Conrad, Walt Whitman en Rabindranath Tagore. Hij was mede oprichter van het tijdschrift „Nouvelle Revue Frangaise". Na de eerste wereldoorlog voelde Gide zich aangetrokken tot het communisme. In 1936 ging hij naar Rusland, vanwaar hij echter gedesillusionneerd terugkeerde. Ge durende de tweede wereldoorlog leefde hij in Noord-Afrika, waar hij veel schreef voor de vrije Franse weekbladen en voor de radio sprak. In 1947 werd hem de Nobel prijs voor letterkunde toegekend „wegens zijn omvangrijk en artistiek belangrijk schrijverschap, waarin hij de problemen en omstandigheden van de mensheid heeft onthuld met onbevreesde liefde voor de waarheid en met scherp psychologisch waarnemingsvermogen". Prof. Dr. Fred. Polak, Om het be houd van ons bestaan Cultuur- sociologische voor-studies H. E. Stenfert Kroese, Leiden. De adjunct-directeur van het Centraal Planbureau professor Polak spreekt in dit boek voornamelijk over de achterstand van de sociale bij de exacte wetenschappen en over de noodzaak die te verminderen, nu inzicht in de sociale structuur zo dringend nodig is or-> model te geven aan een gecom pliceerd en verward wordende maatschappij. Hij is zeker deskundig op dit terrein, en men kan zich voorstellen dat ieder van de Inzingen en artikelen, die hier gebundeld zijn. afzonderlijk een boeiende en stimule rende werking kan hebben. Zo in de rij gesteld echter blijken zij in hoofdzaken zo nauw aan elkaar verwant, dat de lezer van artikel tot artikel zijn interesse voelt af nemen bij gebrek aan verrassingen. Er zou veel aan belangwekkendheid gewonnen zijn als professor Polak eens had willen afwijken van zijn pad om de ernstigste beschuldiging tegen de door hem voorgestane socio- culturele planning (dat die regelrecht naai de politie-staat leidt, namelijk) socio-cul- tuur-philosophisch te behandelen, of om een enkel punt ervan in détails te onderzoeken. Dit zou animerender zijn dan een aanwijzen van de vele terreinen, waarop onoverzien bare hoeveelheden materiaal voor onderzoek liggen te wachten. Dat voor planning een zekere mate varf machtsconcentratie vereist is, en dat die macht de neiging zal vertonen zichzelf uit te breiden, kan toch geen tegen stander van de grote plan-hater von Hayek ontkennen. Dat planning in dc tegenwoor dige omstandigheden eenvoudig onont koombaar is loochenen anderzijds wei nigen, die met Hayek enigermate sym pathiseren. Wie echter losbandigheid zowel als politie-organisatie wil ver mijden, moet althans vrij duidelijk weten wat hij met zijn mate van plannenmaken voor een maatschappij denkt te verwezen lijken. Het socio-cultureel onderzoek kan voor het ontwerpen van een dergelijk beeld de „inspiratie" niet vervangen, en evenmin kan het verlangen naar het behoud van ons bestaat dat. Omdat het dat probleem ont wijkt. en toch ook zeld< '..gewoon zakelijk is, bevredigt het boek van professor Polak tenslotte niet. S. M, JSkring gevierd in paleis Soestduk mei nrinsesje een electrisch S3? went aangebo: mént Verbindi ngst roepen {e Utrecht. Soldaat H. j. van Vliet en de bur ger radiomonteur L. Gaassenbeck u.t Utrecht hadden het fornuis, dat bijna geheel handwerk i, vervaardigd. Zij be hóórden dan ooktotde Hplegatie, die het ge kwam aanbieden. Kolo- el w. J. Marlet, in specteur van het wa nen van de Verbindings dienst, kapitein A. van Ramshorst, sergeant-ma joor P. J- J. Huybers en de vervaardigers van het geschenk brachten het, verpakt in een grote eikenhouten kist, de bibliotheek van het pa leis binnen. Prinses Marijke nam het onmiddellijk in gebruik, daarbij geholpen door de Ko ningin Schijfjes appel en deeg werden in de pannetjes gedaan. De beignets vielen Ld uit Ze werden door prinses Marijke co smaak gekeurd en in orde bevonden. Er zaten nog twee meisjes bij het fornuis toen de aDpelbeignets in de pannetjes lagen te ci«en Het waren de 11-jarige Truitje Ba rend en de 12-jarige Bep Vreling uit het Maagdenhuis te Amsterdam, die onder lei ding van mejuffrouw W. Kuyer naar Soest dijk waren gekomen om een pop en een doos vol poppenkleertjes aan de jarige te overhandigen. De kleertjes waren vervaar digd door de zusters van het huis. Op de «rond werd alles uitgepakt. Truitje bood het geschenk aan onder het opzeggen van een versje: „Ieder steekje draagt de wensen van ons huis vol kleine mensen. Zij leve blij en rijk Marijke van Soestdijk." Vol belangstelling volgde het Prinsesje de eerste demonstratie in electrisch koken. Gezochte ging er met politie agent in zijn auto vandoor 0p 7 October van het vorig jaar werd bij een inbraak in Den Haag voor een waarde van f 50.000 aan juwelen en sie raden gestolen. Dezer dagen vernam de recherche dat de caféhouder J. S. uit de Wagenstraat kostbaarheden aan de man trachtte te brengen, die waarschijnlijk tot de buit van de in October gepleegde in braak behoorden. De politie besloot S. te arresteren. De gezochte was echter niet thuis; hij maakte een ritje in zijn auto door de stad. Een patrouillerende agent zag hem enige tijd later rijden, requireercle de auto van twee winkelende dames, die onthutst achterbleven en zette de vervol ging in. J. S. trachtte aan zijn achtervolger te ontkomen, maar deze „sneecl" hem, zodat hij tot stoppen gedwongen werd. Toen de politieman op de kleine auto toeliep, reed deze plotseling over het trottoir weg. De agent kon nog juist een portier openruk ken en naast de bestuurder springen. Zelfs onder bedreiging met een pistool wilde S. niet stoppen en zo reden achter volgde en achtervolger verder. In de auto wilde de agent geen waarschuwingsscho ten lossen daar de kans op ongelukken in de drukke straten groot was. Door een verkeersopstopping op de hoek van de Veenestraat en de Hoogstraat werd S. ge dwongen de Hoogstraat in te rijden. „Je mag hier niet inrijden", snauwde de agent hem toe. Tezelfdertijd botste S. te gen een tegenligger, die op tegemoetko mend verkeer in deze smalle straat voor eenrichtingverkeer niet gerekend had. Voor dat J. S. zich overgaf wierp hij een tasje ui' de auto. Toen stapte hij uit de auto. Een winkelier telefoneerde op verzoek van de agent om assistentie en korte tijd later zat de caféhouder in de cel. Het tasje, waarin juwelen zaten, werd door een voorbijganger opgeraapt en aan de agent^ overhandigd. Alle sieraden bleken van de in October gepleegde inbraak af komstig te zijn. Op enkele stukken na was de collectie nog compleet. De politie behoeft niet naar de inbreker te zoeken. Deze zit reeds wegens het ple gen van een andere inbraak in de gevan genis. De caféhouder beweert dat hij de juwe len m December van een onbekende voor ongeveer f 50.000 heeft gekocht. ADVERTENTIE Dat branden en schrijnen van Uw kunt gij afdoende bestrijden met het ontsmettende huidgenees- nuddel met „dieptewerking" GEEN !i rYe°E,ST0F' GEEN GAAS L EEN PLEtSTFPc e.cCr[ VLEKKEN Start«M?JNS.DAG 20 februari (Comedia Tn r "Hel vcrborgcn vuur" lems Kiine» A rans I,als Theatcr: Haar- ÏÏerfaïï? Gcmcen^hap „Laura". 8 uur. stede: Zar>°r u A°,nMl Jcu£dhuis, Heem- Uur &H1 mevrouw Elize Snijders, van mevrouw I*" S?efl"beweginS. lezing Uur-Brinkman» tt 3n In2cn—Jelgersma. 8 Spaarne- ,Unum Nccessarium, 8 uur. 2,30, 7 en"nK m i" van de x 94", 14 j„ demon van Ran»1 o™ans ï,als: zwarte !inS>. Rembrand- rv (geen avondvoorstel- 4,15, 7 en <m »2perette". alle leeft., 2, de maan" alle W iace: "Per raket naar l»w>r: He? IK" 2' 4'15' 7 en 9-15 uur' en9,15 üurCitv*enwe --F- 1S j- 2. 4-15, 7 zaak", alle leen' ö^w,e'bk ls Seen handels- t', 2.15, 4.30, 7 en 9,15 uur. Win>eiï?S?a?G 21 februari l d. Meer, 8 uur' k Ps>'ch°-synthese B. k(ns Thiis«» \T unstzalen Frans Heer- uur «tot 11 Ma'arfï i,S:tGntoonstelling 10-5 iT°ndvooWuingen Bloscopen: middag en ADVERTENTIE Op vragen van het lid der Tweede Ka mer, de heer Mol (KVP), in verband met de berichtgeving over het optreden en het bestrijden van influenza heeft de mi nister van Sociale Zaken onder meer ge antwoord, dat hij op grond van deskun dige voorlichting van oordeel is dat de huidige griepepidemie naar ernst cn om vang niet afwijkt van de epidemieën, die om het andere jaar plegen voor te komen. Voorts deelde de minister mee dat door deskundigen nog geen definitief oordeel gegeven kan worden over de waarde van inenting ter voorkoming van influenza. Henri Lenormand overleden De Franse toneelschrijver Henri René Lenormand is na een langdurige ziekte te Parijs op 69-jarige leeftijd gestorven. Hij debuteerde in 1909 in het stuk „Les possédés. Lenormand. die in de periode tussen de beide wereldoorlogen een markante figuur was op het gebied van het avant-garde toneel, schreef meer dan twintig drama's met een aangrijpend realis me, waarvan dc beroemdstcn zijn „Simoun" en „Les ratés" (1920). De stukken van Lenormand, die door de letterkundigen meer gewaardeerd werden dan door het gewone publick, werden op gevoerd onder leiding van beroemde regis seurs als Firmin Gemier. Gaston B'aty, Georges Pitoëff en in hot buitenland onder anderen Max Reinhardt. Twee jaar geleden schreef hij zijn eerste roman. Lenormand was getrouwd met de toneel speelster Marie Kalff. Zaterdagmiddag werd ten huize van mevrouw Miep van Luin-Riemersma aan de Bronstee weg te Heemstede andermaal een openbaar concert gegeven, waarop nu de baszanger Carel Willink en de pianist Johan van den Boogert de 24 liederen van Schuberts „Winterreise" ten gehore brach ten. Wie met de liederen-litteratuur ver trouwd is, weet welk een zware technische en vooral geestelijke opgave deze cyclus op teksten van Wilhelm Müller betekent. Schubert was zich daarvan bewust toen hij dit werk „een reeks huiveringwekken de liederen" noemde. Geen wonder clan ook, dat een integrale uitvoering zelden voorkomt en men zich meestal bepaalt tot enkele nummers die tot de algemeen be kende Schubert-liedëren zijn gaan beho ren, zoals Der Lindenbaum, Frühlingstraum, Die Post, Der Wegweiser en Das Wirths- haus. Maar cm er een juiste indruk van te krijgen, dus om er het huiveringwekkende van te ondergaan, moet men de liederen in hun verband horen en dan kan er geen één gemist worden. Dit ondanks het feit. dat het „verhaal" er best enkele van zou kunnen ontberen. Maar een eigenlijk ver haal (zoals de cyclus „Die schone Mül- lerin") vormt de „Winterreise" niet; het geheel is een psychologisch proces, dat Schubert met zichzelf in deze composities uitgevochten heeft. De synthese er van hoort men in het laatste nummer, „Der Leiermann": „Ik ben een arme liereman: ik laat mijn wijsjes horen voor de goe gemeente, maar zij luistert niet, gaai achteloos voorbij en mijn centenbakje blijft leeg". De bitterheid die in hét lied „Dc Weg wijzer" tot doodsverlangen voert, maakt deze cyclus tot het meest tragische werk van Schubert, te meer daar men het er vaart als zijnde echt doorleefd. Aan de dichter van Schuberts beide reeksen heeft men verweten, dat hij louter uit zijn fan tasie putte en geen persoonlijke ervaringen of gevoelens in zijn gedichten neerschreef, dus dat hij zijn rerzonnen stof romantisch- objectief behandelde. Maar dit verwijt kan Schubert niet treffen; deze gaf de liederen zijn eigen gemoedsgesteldheid mee. Zo is geheel dit werk van Müller opgegaan in Schubert; het draagt door de subjectieve verklanking het aureool van zijn genialiteit en zijn melancholie. De „Winterreise" mag daarbij gelden als Schuberts artistieke testament; hij verbeterde de drukproeven ervan op zijn sterfbed. Care! Willink heeft de licht aansprekende en plooibare stem om de veelsoortige nu ances van de stemmingen in de „Winter reise" weer te geven; tevens beschikt hij over het aanvoelingsvermogen om deze zeer sensitieve romantiek nabij te komen en te doorleven. Voor de weemoedige grondtoon vond hij zeer treffende tinten en enkele uitingen van sarcasme stonden daar als contrast scherp tegenover. Doch waai de zon al is het dan een winterzonnetje even door de nevel schiet, wordt men in het zingen enige verslapping gewaar („Frülingstraum"). De melancholische toon van „Einsanikeit" ligt hem beter; het ge vaar om over te slaan naar het larmoyante Op 81-jarige leeftijd is de Franse schrij ver André Gide, die in 1947 met de Nobel prijs voor letterkunde werd onderscheiden, in zijn woning te Parijs aan de gevolgen van longontsteking overleden. Zijn gezond heidstoestand liet de laatste jaren reeds veel te wensen. André Gide werd in 1869 geboren. Zijn vader was een Hugenoot uit de Cevcnnen, zijn moeder was een Normandische uit een katholiek gezin die later tot het protestan tisme overging. Aan het feit dat zijn ouders uit zulke geheel verschillende gebieden van Frankrijk stamden, schreef hij later zijn onvermogen lot definitief stelling nemen toe. Als reactie op de streng-puriteinse op- André Gide. werd, op een enkel moment na (in „Letzte Hoffnung"), bezworen. Soms zou men in het volle geluid een krachtiger en voller timbre willen horen („Mut"), maar ander maal (in „Die Krahe") maakte het, in ver houding tot de weke aanhef, een treffend effect. Willinks dictie is perfect. „Rückblick" was in dit opzicht zeer knap. De zanger droeg het hele werk uit het hoofd voor en gaf ook daarmee een sterk staaltje van con centratie. Als geheel was het een artistieke manifestatie die het hoogste respect af dwong. Het is een hele toer om de hele cyclus door de spanning te bewaren en er mee te blijven boeien; nochtans gebeurde dit. De verdienste daarvan had de zanger te delen met zijn vaardige, en fijnzinnige pianist Johan van den Boogert, die het werk zeer intensief vertolkte. JOS. DE KLERK De Kennemcr Oratorium Vereniging geeft 5 Maart in de Immanuelkerk in Haar lem-Noord een uitvoering van de Johannes Passion. De opbrengst zal ten bate komen van de nieuwe kerk in Haarlem-Noord (Spaarndam). Er liepen gisteravond heel wat glundere mensen in de expositiezaal van het Frans Halsmuseum, waar de tentoonstelling van tekeningen, handenarbeid, handwerken en foto's van het Interscholaire Jeugdtournooi 1951 door wethouder D. J. A. Geluk werd geopend. Geen wonder trouwens, want niet alleen de ieder jaar even geestdriftige organisa toren, de heren J. R. H. de Smidt en E. de Kat, maar ook de andere leerkrachten van de dertig Haarlemse scholen die dit jaar aan deze traditionele artistieke kamp heb- door een model van de „Noordam" en een haven-maquette. Er was trouwens op de tafel zoveel te bekijken, dat we pas op het laatste ogenblik merkten, dat er boven ons hoofd een paar machtige vliegtuigen fla neerden. De meisjes we veronderstellen ten minste dat de „nuttige en fraaie handwer ken" het uitsluitende domein van die kunne vormen bleken weer heel wat uurtjes te hebben besteed aan het twee recht-twee averecht en ander peuterwerk, Tenslotte vermelden we een kleine, maar exquise collectie foto's, waar hei deskun dige jurylid Dick Boer zo over content was, dat hij vond, dat „Focus" er eigenlijk een extra-plaquette voor beschikbaar client te stellen. We geloven, dat hij gelijk heeft. Wethouder Geluk heeft in zijn openings woord, waarin hij ook Heemsteeds eerste burger, mr. A. G. A. ridder van Rappard en wethouder H. Disselkocn verwelkomde, in het bijzonder de aandacht gevestigd op het belang van dit soort manifestaties voor de bevordering van de goede smaak, de technische vaardigheid en het gevoel voor aesthetische waarden. Hij zou wethouder Geluk niet geweest zijn, als hij niet tevens had opgemerkt, dat dit genre „leerstof" in onze overladen schoolprogramma's te vaak nog in verdruk king komt, ten koste van de ontplooiing van de persoonlijke ontwikkeling en cle be vrediging van dikwijls sluimerende artis tieke behoeften en begaafdheden. De prijsuitreiking heeft op Maandag waarvan ons de technische benaming min- r.^ ben deelgenomen, konden constateren, dat der helder voor de geest staat. Maar goed, middag half vijf plaats. Ter correctie van de expositie er in deze zaal heel wat plei- al hebben we er dan geen verstand van, in een vorig bericht door elkaar ge- zier iger bijstaat dan vroeger op zolder, ter- die theemuts in de vorm van een kabou- haspelde openingstijden vermelden wij nog, wijl levens zowel het gehalte als de ver- terhuis en die op de pruikentijd en op het dat de tentoonstelling tot en met volgende scheidenheid van het ingezonden materiaal „Naar bed, naar bed, zei duimelot" geïn- week Maandag dagelijks van 10 tot 17 uur er iedere keer beter op wordt. spireerde wandversieringen hadden we is geopend, Zondag van 14 tot 17 uur, en De jury zal dan ook zeker niet in een best mee naar huis willen nemen. bovendien op Donderdagavond, ommezien klaar zijn met de vraag wiedde is gepresenteerd. Niet alleen een paar „Hollandse binnenhuisjes", maar vooral een orkest-compleet-met-dirigent. De Drie dozijn schelpenzes pijp-reinigers, wat plasticlijm en plakkaatverjeen restje identiteit van laatstgenoemde functionaris textiel, ziedaar de ingrediënten waaruit de zestienjarige leerlinge van het Cöornliert- wordt gelukkig niet onthuld. In de- lyceum Mechteld van Eggink dit charmante damestrio-met-hond schiep, dat ap de zelfde hoek werd onze aandacht getroffen expositie van het interscholair jeugdtournooi te bewonderen valt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1951 | | pagina 5