TRIUMPH
ANTON MAUVE,
Schapenschilder?
HARTENDORP
Nog eens:
Het Haarlemse Stadhuis
Franse impressionisten uit Duitse
musea in de „Orangerie" te Parijs
altijd wint
CoWwave
G 24 NOVEMBER 1951
jHert Cuypers zestig
Mr toonkunstenaar
Uitvoering van zijn Kerst
oratorium in Amsterdam
Auto's verongelukt,
bestuurders zoek
MOLENDIJK's KAPSALONS
Ook een W oningbouw-
lening in Bloemendaal?
Plan wordt overwogen
Schoonheid in Haarlem en omgeving
Commissie Bezitsspreiding:
Winstdeling zij geen
wettelijke plicht"
Kort nieuws
Heringa Wuthrich
CENTRALE VERWARMING
lOHNSON OLIEBRANDERS
Agenda voor Haarlem
[ierda
3
Manets „Après le café".
Parijs, Nov. '51.
Meer u met uw rug naar de Place de
Concorde en de Champs Elysées gekeerd
v opent zich voor uw oog het perspec-
m de Tuïieriën en het Palais Royal,
'«en rechts wordt dit, in fijn herfst-
^ünsterend verschiet geflankeerd door
rtage, onaanzienlijke gebouwen. Het
Jde voormalige Kaatsbaan en de Oran-
Langs de Kaatsbaan, het tegenwoor-
C'jlusée du Jeu de Paume, snelt het
;:;Sr van de rue de Rivoli, langs de
L-jrie stroomt het zilveren water van
sStine.
5sde gebouwen huisvesten op het ogen
de meesterwerken der Franse Impres-
giten. Links hangen de stukken welke
pjanse Staat toebehoren. Rechts de
•'ierijen welke voor dit najaar door de
■semusea aan Parijs zijn uitgeleend.
js een uitgelezen verzameling die
-• bevestigen dat Duitse collectioneurs
museumdirecties al heel vroeg een hel-
rbegrip hadden voor de waarde van het
gse réveil.
Degas: „Madame Gaujelin".
is de moeite waard om van Parijs
:teen terugblik te werpen op de tentoon-
iiüing van de Expressionisten uit Duits-
bd, welke gelijktijdig in het Stedelijk
feeuin te Amsterdam gehouden worj&t en
:A af te vragen in hoeverre het Franse
apressionisme invloed heeft gehad op de
mk-keling van de Duitse kunst rond het
Éde van de vorige eeuw.
De conclusie imoet dan zijn dat in Duits-
ri weliswaar een schilder als Wilhelm
kal door het realisme van Courbet ge
inen is en dat Liebermann zich een
isstverwant van de Franse Impressionis
ms voelde, maar dat dit Impressionisme
-di op de direct er op volgende generatie
{eeninvloed meer vermocht uit te oefenen.
Wij zien daarentegen dat het de Noor-
dingen Vincent van Gogh en Edvar
idch zijn die het Duitse Expressionisme
w 'nun dynamische kracht bezielen.
Ook Gauguin en natuurlijk Cézanne
«'enden een diepe invloed uit op de ont-
bskeling van de Duitse schilderkunst van
aanvang dezer eeuw af tot op heden.
moet niet vergeten dat de schilde-
kan van de Impressionisten, waarvoor het
Dasseen buitenlandse publiek zich nu in
-Orangerie verdringen, nog geen zestig
laar geleden maar ternauwernood geaccep-
?P1 Januari 1952 zal het zestig jaar ge-
5® zijn dat Hubert Cuypers zich officieel
«Amsterdam vestigde als toonkunstenaar,
■dd huldigingscomité Hubert Cuypers"
hierin aanleiding gevonden, de voor-
famsté werken van deze componist, die
ïf over een grote vitaliteit beschikt, het-
Ldoor hemzelf, hetzij door anderen, in de
jSioóe JanuariDecember 1952, ten ge-
te doen brengen.
iot de voornaamste werken van Cuypers
fcnoren, van de muziek-declamatoria:
jp. ..Das klagende Lied" en „Die
jallfahrt nach Kevlaer"; van de instru-
£®tale werken: zijn muziek bij Vondel's
'karspelen „Adam in Ballingschap" en
•■Lucifer". Van de kerkelijke composities
f8} Vo°ral vermeld te worden zijn be-
,en(te „Te Deum". Uit bovenstaande wer-
5 ?a' m de genoemde periode een keuze
'J°en gedaan.
«et Kerstoratorium van Hubert Cuypers
••worden uitgevoerd op Dinsdag 11 De-
niber in de grote zaal van het Concertge-
uw te Amsterdam. Medewerkenden aan
•ze uitvoering zijn de solisten Jo Vincent,
"nette Baum, Laurens Bogttnan, Piet
Egmond (orgel, het Amsterdams Ge-
;-®ga Koor „Zang na Studie" en het Rot-
mams Philharmoniseh Orkest. Het ge-
^'osehahStaan onder leiding van Willem
fitter van het huldigingscomité is
Rudolf Mengelberg.
teerd werden en dat het oneindig veel
moeilijkheden gegeven heeft om de Franse
staat er toe te brengen om de schenking
van Caillebotte, welke thans de kern van
zijn bezit aan Franse Impressionisten
vormt, te aanvaarden. Evenzo ging het in
Duitsland, waar Wilhelm II zich persoon
lijk mengde in de strijd tegen de nieuwe
kunstvorm, hetgeen er toe leidde dat de
actieve Hugo von Tsohudi zich als directeur
van het Berlijnse museum moest terug
trekken. Zelfs onder het nazi-regiem heb
ben de museum-directies niet alleen het
Expressionisme, dat als „ontaarde kunst"
gebrandmerkt was, maar ook deze Franse
Impressionisten moeten bewaken tegen de
aanvallen van een verblind nationalisme.
De Duitse verzamelaars hebben echter
meer gedaan en dit mag een les zijn voor
de Fransen: zij hebben hun bezit niet alleen
verdedigd tegen het dwaze fanatisme van
politieke warhoofden, maar zij hebben de
schilderijen ook voortreffelijk geconser
veerd.
Wat de bezoeker onmiddellijk opvalt op
deze tentoonstelling is de uitstekende con
ditie waarin de schilderijen zich bevinden,
hetgeen men helaas van het Franse mu-
seumbezit niet altijd kan zeggen.
Al moet erkend worden dat de jonge
generatie in Frankrijk zelfs de laatste uit
lopers van het Impressionisme volstrekt
heeft afgewezen, die het nog slechts kan
zien als een allerlaatste herfstbloem van
het renaissancistisch humanisme, aan het
fenomenale meesterschap van een Renoir,
een Manet, een Sisley, aan gans die époque
die door deze meesters zo verrukkelijk is
vertegenwoordigd, kan men niet zonder
bewondering voorbijgaan. Het is onmoge
lijk in dit bestek de gehele tentoonstelling
te bespreken.
Beklemmende koelheid
Het hierbij afgebeelde grote doek van
Edouard Manet „Après le café" is een van
de hoogtepunten van de expositie. Manet
was 36 jaar toen hij dit meesterwerk maak-
ADVERTENT1E
DE STOFZUIGER SPECIAALZAAK
Gen. Cronjéstraat 43 - Kruidbergerweg 51
Telefoon 16990 - 17696 - Spaarne 3
Haarlem.
Vanaf 2.50 per week.
Ook voor reparatie en onderdelen van
alle merken.
te. Leon Koëlla, de zoon van madame
Manet, poseerde voor de jonge man, die
zich, afgewend van het gezelschap, naar de
beschouwer keert.
Er is een bijkans beklemmende koelheid,
zowel in de helderheid der kleuren als in
de vreugdeloze, vlakke uitdrukking van
dit jongensgelaat die u tegen uw wil in
gevangen houdt.
Het analytisch observeren van dit op
de grens van jongelingschap en man-zijn
balancerend mensenleven is met zo'n
klaar-wakker oog gebeurd, dat men onwil
lekeurig een stap terugtreedt bij deze haast
lijfelijke confrontatie. Onwillekeurig dacht
ik bij dit portret aan Van Deyssel's jeugd-
beeld zoals we dat beschreven vinden in
zijn „Kleine Republiek".
Zeker, Manet is geen diepzinnige den
ker zoals Cézanne, maar hij is de scherp
zinnige „homme d'esprit" die ieder voor
werp met een grote duidelijkheid en een
heldere klank weet weer te geven.
Deze helderheid is van een geheel andere
orde dan die van een Vermeer van Delft.
Het ongeloof van het einde der 19de eeuw
heeft een objectiviteit in de beschouwing
van de medemens mogelijk gemaakt die
gelijktijdig boeiend en beangstigend is. Van
de eerbied voor het mysterie „mens", dat
we van de Middeleeuwen af tot diep in de
zeventiende eeuw kunnen onderkennen, is
bij Manet, deze geniale dandy uit het „fin
de siècle" weinig terug te vinden.
We'lk een wereld ligt er tussen hem en
Cézanne, tussen hem en Van Gogh! Inder
daad, tussen het Impressionisme van Manet
en ons ligt een diepe kloof welke ondanks
de bewondering voor het meesterschap niet
meer is te overbruggen.
Van Degas is er een subliem vrouwen
kopje. De schuch ter-hoogmoedige blik,
die wij zo goed kennen van zijn vele
zelfportretten, heeft hij ook aan dit vrou
wengelaat meegegeven. Monet is het sterkst
vertegenwoordigd in een vroeg schilderij
van een staande vrouwenfiguur, waarin de
invloed van Manet en ook van die reus,
Courbet, nog terug is te vinden. De groen
zwart gestreepte rok is zo prachtig, vast en
glanzend geschilderd als men dat slechts
bij de héél groten aantreft. Natuurlijk zijn
er op deze tentoonstelling zeer veel land
schappen, verrukkelijke stukken van Sisley
en de zo eerlijk en zuiver opgebouwde
heuvellandschappen van de innige Pissarro.
Als wij langs de boorden van de Seine
wandelen na deze tentoonstelling bezocht
te hebben, spelen de fijne nuancen van
grijs en blauw langs gevels en daken van
deze eeuwig jonge stad. De Parijzenaars
stellen het zeer op prijs deze collectie echt-
Franse kunst weer eens in hun midden te
hebben, al zijn zij er tevens en terecht
trots op, dat. zij ook in het buitenland
een vaste woning heeft gevonden om er te
getuigen van „la douce France".
OTTO B. DE KAT.
ADVERTENTIE
Uit een garage te Den Burg op Texel
werd Donderdagavond een personenauto
gestolen. De dief is hiermede weggereden
en omstreeks 11 uur is de wagen, na een
telefoonpaal te hebben geraakt, in de pol
der Eierland uit de bocht geschoven en ver
volgens gekanteld. De auto werd zwaar
beschadigd in een sloot aangetroffen. Van
de bestuurder was geen spoor te ontdekken.
In Den Haag zijn Donderdagavond op het
Rijswijkse Plein twee personenauto's met
elkaar in botsing gekomen. De politie trof
bij de gehavende auto's slechts één bestuur
der aan, die enige kneuzingen in de borst
kas had gekregen. De bestuurder van de
andere auto was spoorloos verdwenen. Een
onderzoek wees uit, dat de eigenaar van
deze wagen niet de schuldige kon zijn. Hij
had zijn auto in een garage gestald. De
politie zoekt nu uit, wie de auto uit deze
garage heeft gereden.
LET OP DE NUMMERS.
Minister Lieftinck heeft in de Tweede
Kamer meegedeeld, dat de Staat in de af
gelopen twee jaar ruim honderdvijftigdui
zend gulden heeft verdiend door niet af
gehaalde prijzen van de Staatsloterij.
ADVERTENTIE
Ja, maar van
SANTPOORTERPLEIN 1 - TELEFOON 19706
HAARLEM.
In deze omgeving hebben Haarlem en
Heemstede Woningbouw-leningen uitge-
geschreven. Bloemendaal staat natuurlijk
voor dezelfde moeilijkheden om op de ge
wone wijze kapitaal te krijgen voor de
bouw van woningen. Daarom bestaat ook
bij die gemeente het voornemen om aan
de ingezetenen te vragen deel te nemen
aan een Woningbouwlening.
Daarmee moet evenwel gewacht worden
tot kan worden aangegeven welke wonin
gen voor dat geld gebouwd zullen worden.
De plannen daarvoor moeten nog vastge
steld worden. Daarbij wordt de moeilijk
heid ondervonden dat er gezocht moet wor
den naar grond, want Bloemendaal heeft
een groot tekort aan grond voor woning
bouw.
ipsiipiplp
Bij de beschouwing van een stilleven
uit het Frans Halsmuseum, heb ik er op
deze plaats al eens op gewezen dat de pu
blieke gunst waarin zich een schilderij
mag verheugen veelal verband houdt met
de aard van de voorstelling. Ik spreek
opzettelijk van een schilderij en niet van
een kunstwerk, omdat de lievelingen van
het grote publiek bij voorkeur niet steeds
onder goede of waarlijk grote meesters
gezocht moeten worden. Het „Schlager
kunstwerk" moet de massa direct aanspre
ken, liefst geen problemen stellen en de
concretie waarborgen van „net echt". En
zo zie ik met het begrip schilderij in die
ongunstige betekenis de dozijnen eerzame
herders op evenzovele „ontroerende" tafe
relen van schaapskudden, inclusief verre
hutten met of zonder rokende schoorste
nen, met of zonder bloed-rood ondergaan
de zonnen, doch steeds druipend van sen
timentaliteit.
Welk een fatum voor een kunstenaar
deze publieke voorkeur, wanneer hij toe
vallig ook de hei met schapen in zijn ar
beidsveld heeft betrokken.... Hij doet
zulks niet ongestraft en de faam van Anton
Mauve, voor altijd gekluisterd aan de be
grippen heide en schaapskooi, heeft dit
bewezen.
Als Wilhelm Uhde in zijn werk over
Vincent van Gogh (Phaidon-Verlag BI. 11)
spreekt van „Van Gogh's Vetter Mauve,
auf dessen Bilder immer die gleichen
Hammelherden waren" (Van Gogh's neef
Mauve, op wiens schilderijen steeds de
zelfde schaapskudden waren), dan wekt
deze de indruk van een monotoon oeuvre
dat zichzelf repeteert, van een plaatjes
kunst die een figuur als Vincent kwalijk
kon inspireren. Ik wil mij er van onthou
den op deze plaats kunsthistorie te bedrij
ven, doch ten aanzien van de verhouding
Van Gogh-Mauve moge ik mij beperken
tot de opmerking dat de hoge gestemdheid
en de delicate schildering van Mauve's
scheppingen wel degelijk inspirerend op
Van Gogh hebben gewerkt en diens blij
vende bewondering hadden, al was zijn
eigen kunst van universeler betekenis.
Zulks blijkt uit opmerkingen in Vincents
brieven alsook door het feit dat hij bij
Mauve's dood in 1888, toen Vincent in
Arles vertoefde, het sublieme doek met de
luisterrijke vruchtboom in rose bloesem
met de opdracht „Souvenir de Mauve" aan
In ons vorige artikel hebben wij ons
voornamelijk bezig gehouden met het ex
térieur en de geschiedenis van het Haar
lemse stadhuis. Nu richten wij onze be
langstelling in het bijzonder naar het in
térieur.
De gang die naar de oude raadszaal leidt.
De hal (tegenwoordig ook wel aange
duid als burgerzaal) is bij velen bekend,
o.a. omdat daar een groot deel der huwe
lijken gesloten wordt. Daarom hebben wij
daarvan ook geen foto laten maken. Deze
vroegere ridderzaal van het jachtslot van
Graaf Willem II is nog altijd mooi, hoewel
aangenomen wordt, dat hij eertijds nóg
meer bekoorde, omdat er toen geen vlakke
zoldering was, maar een open bekapping.
Maar van latere datum zijn (en dat was
een belangrijke aanwinst!) de koperen
kaarsenkronen. De hal is het mooist
's avonds bij officiële ontvangsten, als hon
derden kaarsvlammen zich weerkaatsen in
het koper en een schemerend licht rondom
verspreiden.
Er is door de heer H. P. Baard, directeur
van het Frans Halsmuseum, geëxperimen
teerd met de meubilering en aankleding
van deze zaal. De verandering is ongetwij
feld een verbetering, maar we geloven
toch nog niet dat met deze éne proef vol
staan moet worden. De klok is nog altijd
storend en zal dat blijven zolang zij geen
ander omkleedsel krijgt, die haar beter
doet passen in deze omgeving. Het is wel
moeilijk reorganisaties te volvoeren die
ieders instemming hebben. De heer Baard
verbande de reus Cajanus, maar dr. C.
Spoelder, de voorzitter der vereniging
„Haerlem", riep: „Geef ons Cajanus terug".
Zo is er ook verschil van mening over de
walviskaak, die voorlopig nog genade ge
vonden heeft en aan de zoldering is blij
ven hangen.
Voor de reorganisatie hingen alle por
tretten van de graven en gravinnen van
Holland in de zaal. Dit zijn in 1500 ge
maakte copiën van waterverfschilderijen,
die in het Karmelieterklooster (op de Gro
te Markt bij de Spekstraat) hingen. Nu
zijn er nog slechts enkele graven gebleven,
maar die hangen zo laag dat er wat van
de voorstelling is te zien. De andere gra
ven en gravinnen zijn over het stadhuis
verspreid.
In ons vorig artikel gaven wij reeds
foto's van de kamers, waaronder die van
de secretaris.
Door een vergissing ter zetterij werd
ook reeds een foto van de oude raadzaal
opgenomen, evenwel met een bijschrift dat
sloeg op de kamer van de burgemeester.
Daarom geven wij nu het intérieur van
de kamer van de burgemeester.
De oude raadzaal is nu niet meer als
zodanig in gebruik. Sinds tientallen jaren
vergaderen de vroede vaderen in de Sta
tenzaal op het Prinsenhof, omdat daar
meer ruimte is. Nu dient de oude raad
zaal voor de vergaderingen van het college
van B. en W. Ook de huwelijken le klas
worden daar gesloten.
De oude raadzaal is ongetwijfeld de
mooiste kamer van het stadhuis. Óp onze
foto was slechts één schouw te zien, maar
aan de tegenovergestelde wand is er nog
één. De zware erker zoldering (met moer
en kinderbalken) doet het uitstekend bij
de wit-gëpieisterde muren.
Aan de lange wand hangt het grote go
belin „De inneming van Damiate", dat en
kele jaren geleden hersteld is. Boven de
schouw (op onze foto afgebeeld) hangt
nog een gobelin, voorstellend: hoe Haar
lem zijn wapen kreeg.
Heel mooi is ook de gang die naar de
oude raadzaal leidt. Ook daar hebben de
initiatief van de heer Baard de laatste tijd
enkele wijzigingen plaats gehad. De galerij
der koningen (gipsen beelden van Willem
I, II en III) is verhuisd naar een beneden
gang in het stadhuis, omdat zij geen sie
raad genoemd kon worden.
Vroeger hing er een schilderij (copy?)
van Breughel, die enkele dozijnen spreek
woorden in beeld bracht. Het was geen
fraai, wel een bijzonder stuk en het gaf
aan de mensen die op de gang moesten
wachten om toegelaten te worden tot de
kamers der wethouders een spannend tijd
verdrijf om de spreekwoorden op te zoe
ken. Nu zijn er drie graven voor in de
plaats gekomen en die bieden minder tijd
passering.
De koorbanken lokken niet uit tot zit
ten, maar wel tot bekijken, want zij zijn
interessant.
Wie het oog naar boven wendt ziet aan
de eiken zoldering een oude graflantaarn
hangen.
Overal in het stadhuis zijn aardige door
kijkjes. Van een daarvan geven wij hier
een foto. Dit is bij het kamertje van de
boden. Daar wachten vele bezoekers voor
de burgemeester, secretaris en wethouders,
Doorkijkje bij de bodenkamer.
maar of zij allen reeds van dit zeldzame
doorkijkje genoten hebben, mag betwij
feld worden.
In een later artikel komen nog het
Pand en het Prinsenhof aan de beurt.
C. J. van T.
ff
De kamer van de burgemeester.
Dezer dagen heeft de Commissie Bezits
spreiding, waarvan prof. dr. G. M. Verrijn
Stuart tijdelijk voorzitter is, haar interim
rapport inzake winstdeling ingediend bij
de minister van Sociale Zaken en Volksge
zondheid. In de conclusie van dit rapport
wordt een wettelijke verplichting tot
winstdeling afgewezen. Wel wordt een
wijziging van artikel 1638 van het Burger
lijk Wetboek in overweging gegeven. Dit
artikel gaat over de mededeling aan de
werknemers van enige bewijsstukken be
treffende de uitkomsten van ondernemin
gen waar winstdeling wordt toegepast. De
commissie geeft vervolgens als haar me
ning te kennen, dat invoering van winst
deling zoveel mogelijk aan het bedrijfs
leven dient te worden overgelaten. In ver
band daarmede worden enkele aanbevelin
gen gedaan, welke een bevredigende wer
king van winstdelingsregelingen kunnen
bevorderen.
Het Amersfoortse gemeentebestuur zal
ten behoeve van de woningbouw onder de
burgerij twee leningen uitschrijven, elk van
een half millioen gulden tegen 3'A en 4
De uitgifte geschiedt in coupures van f 1000,
f 500 en f 100. De eerste lening heeft een loop
tijd van zes jaar, de tweede lening een van
vijftien jaar. Indien de lening slaagt is het
mogelijk 80 woningen te bouwen.
Anton Mauve (Zaandam 1838 Arnhem
1888). Terreinstudie met landhek.
Krijttekening.
de te vroeg gestorven meester vereerde.
(Thans in het Rijksmuseum Kröller-Mül-
ler).
De uitspraak van Uhde demonstreert de
onderschatting van Mauve's levenswerk,
dat hij nauwelijks gekend moet hebben,
aangezien hij anders zou hebben nagela
ten 's meesters vermeende eenzijdigheid in
het geding le brengen. Op een andere
manier onderschatte hij het evenzeer als
de grote massa, die alleen het „schapen-
tafereeltje" in Mauve's elegisch gestemde
heidestukken herkende, zonder overigens
enige belangstelling te koesteren voor dat
onderdeel van zijn levenswerk, waarin de
kunstenaar blijk gaf dat zijn horizon wel
degelijk verder reikte dan het gebied dei-
schaapskooi. Men doet de betekenis van
Mauve's werk ernstig te kort door dit
als Uhde te vereenzelvigen met scha
pen en schapen alléén. In feite is Mauve
trouwens veeleer paarden-schilder. De
schapen gaf hij immers bij voorkeur in
kuddeverband, als oases van licht in de
melancholie van de hei: door middel van
het vreedzame, maar domme schaap ac
centueerde Mauve de karakteristiek van
dit landschap. Het paard daarentegen
zocht hij niet alleen ter wille van de „stof
fering" der natuur, maar om de edelaar
digheid van zijn ras, om zijn eigen be
staan. Behoudens een aantal gevoelige
studies naar koeien, is het met deze run
deren in Mauve's werk gesteld als met het
vee in Willem Maris' oeuvre. „Ik heb
nimmer koeien geschilderd, wel lichteffec
ten", luidde Maris bekende uitspraak. De
door Mauve zozeer bewonderde, helaas
vroeg gestorven Gerard Bilders (pl.m.
1865) formuleerde het in zijn brieven nog
treffender: „Het is mijn doel niet een koe
te schilderen om de koe, noch een boom
om de boom; het is om door het geheel
een indruk teweeg te brengen, die de na
tuur somtijds maakt, een grootse, schone
indruk, ook door de eenvoudigste midde
len. En zie, dat is mij nog nooit gelukt.
Men heeft altijd gezegd: een aardig koetje,
een lief schaapje, maar dit gaat mij vol
strekt niet aan. Dit bedoel ik niet, dit is
geen kunst
Onfortuinlijke Mauve, wiens overeen
komstige bedoelingen deerlijk werden mis
kend door publiek en kunsthandel, welke
laatste voor een schapenstuk immers
gaarne vele duizenden dollars betaalde,
mits.de schapen „en face" aange
wandeld kwamen: van achteren gezien
waren de stomme dieren minder waard
Dieper gaande belangstelling en meer
begrip voor Mauve's kunst openbaart ons
een wereld, waar niet het geblaat van het
schaap zich laat horen, maar de ritseling
der slanke populieren, het gefluister dei-
zilveren berken, het geruis der sombere
dennen en de duizend andere geluiden
waarmee de natuur tot ons spreekt.
Mauve's gevoelig palet was het klankbord
dezer geluiden, die de kunstenaar deed
samenklinken, al naar het thema der sei
zoenen en de uren van de dag.
Maar bovenal is Mauve de zanger van
het licht, waartoe hij gaarne schapen en
vee, stranden en bossen, hei of duinval
leien, boeren-erven of de besneeuwde
aarde als „instrument" verkoos, doch
waartoe hij ook een simpel landhek waar
dig keurde (zie reproductie). Alle eigen
schappen van Mauve's kunst culmineren
in het element dat ze bindt en waarde
geeft: het licht! Tellen we dus geen scha
pen, doch stellen we ons open voor het
parelgrijze licht, waarachter wij de har
monie beluisteren van Mauve's verrukte
geest en zijn geliefde natuur!
H. P. BAARD
MONTGOMERY NAAR NEDERLAND
Veldmaarschalk Montgomery, de plaats
vervangend opperbevelhebber van de At
lantische strijdkrachten in Europa, zal
Maandag naar Nederland komen voor het
voeren van besprekingen met Nederlandse
militairen. Hij wordt Maandagmiddag op
het Marinevliegkamp Valkenburg ver
wacht.
ADVERTENTIE
Haarlem
ZATERDAG 24 NOVEMBER
Stadsschouwburg: Volksvoorstelling „Va
der thuis" (Comedia), 8 uur. City: „Paul
Vlaanderen trekt van leer", 18 j., 7 en 9.15
uur. Spaarne: „An old Spanish trail", 14 j.,
7 en 9.15 uur. Frans Hals: „De onoverwinne-
lijken", 18 j., 7 en 9.15 uur. Rembrandt:
„Vreemde eend in de bijt", alle leeft., 7 en
9.15 uur. Palace: „Levensgevaarlijk", 18 j., 7
en 9.15 uur. Luxor: „De gesloten deur", 14 j.,
7 en 9.15 uur.
ZONDAG 25 NOVEMBER
Stadsschouwburg: „De dood van een han
delsreiziger" (Comedia), 8 uur. Luxor: „Om
streden aarde", 11.30 uur: Rembrandt: „Ri-
goletto" 11 uur. Bioscopen: Middag- en
avondvoorstellingen.
MAANDAG 26 NOVEMBER
Gem. Concertgebouw: Optreden kinder
koor van de Nordwestdeutsche Rundfunk,
8 uur. Stadsschouwburg: Spaanse dansen
door Sasana Audeoud en José Udaeta (voor
Haarlems Kunst Gemeenschap), 8 uur. Rem
brandt, Palace en Luxor: 2. 4.15. 7 en 9.15
uur. Frans Hals: 2.30, 7 en '9.15 uur. City:
„Ingerukt Mars", alle leeft., 2.15 uur; „Paul
Vlaanderen trekt van leer", 18 j., 4.30, 7 en
9.15 uur. Spaarne: 2.30, 7 en 9.15 uur. (Zie
programma van agenda Zaterdag).