De dertigste RAI is geopend Ee:i ruimefraaie expositie met veel moois maar niet veel nieuws De geschiedenis van een wraak -Clowntje Riek De kleintjes eerst Oud-minister Reymer overleden 4 FEUILLETON door JOHN HENRY MACKAY Voor de kinderen Diefstal in Zaandamse goederenloods Losarbeider stal slijpmachine Agenda voor Haarlem Als rechtgeaard auto-liefhebber begint men te popelen, zo gauw men de deur van het RAl-gebouw door is en de reuk van nieuwe lak, van gummi banden, glimmend leer en al die andere merkwaardige geurtjes van nieuwe automobielen opsnuift. Waar men zó'n haast heeft zijn ogen de kost te geven met de aanblik van al dat schoons op vier wielen, dat men nauwe lijks weet aan welke stand men het eerst naar nieuwigheden moet gaan zoeken. In ieder geval is het eerste nieuws dat opvalt de overzichtelijkheid en de ruimheid van deze Amsterdamse Salon, een ruimte die gewonnen is door de tentoonstelling alleen te wijden aan de personen-automobiel en zowel vrachtwagens als accessoires te weren. Daardoor is deze RA] aesthetisch zeker de mooiste, die wij ons herinneren. Ruim en breed van opzet met plezante wandelpaden noodt zij tot lang en comfortabel kijken. Wij begrijpen nochtans, dat gij even ongeduldig zijdt als. ach ja waar om ook niet.... een felle kopklepmotor, die vóóruit wil. En toch, eer wij voluit accelereren is het goed de motor even stationnair te laten draaien. En eerst te kijken wat er wérkelijk nieuw is, voor ons in Holland althans. Wel, en een „sensatie van de show" heeft ge niet te rekenen, maar enig nieuws is °r wél. En ons inziens is het belangrijkste daarvan het binnen afzienbare tijd op de Nederlandse markt verschijnen van de Citroën 2 G.V., de Austin 7, de Taunus 12 M en de Renault Frégate. Om bij die eerste twee te beginnen, zij geven ons de kans om eerst de klasse der ..kleintjes" onder de loupe te nemen, want daar behoren zij beide toe. Ten eerste dan die Citroën 2 C.V., het „lelijke eendje" onder de glimmende automobielen van vandaag. Maar de constructeurs van Ci troën hebben niet naar schoonheid ge streefd, maar naar een ultra-zuinig ge- bruikswagentje, zo niet voor iedereen, dan toch voor zeer velen bereikbaar. Het kleine 2 PK'tje met zijn wonderlijke somber- grijze carosserie, waarin overigens vier volwassenen ruimschoots plaats vinden, is twee ja«r duchtig door de Fransen zelf aan de tand gevoeld. Er zijn tal van revolution- naire constructie-principes in toegepast, het is hoe vreemd dat klinkt ruim bemeten en met zijn 65 km per uur kruis snelheid en 75 km top, met zijn soepelheid, zijn zeer grote zuinigheid (1 op 25) en tal van handige snufjes heeft het zijn eigen plaatsje in Frankrijik veroverd. Wij hoor den, dat het hier voor een zeer concur rerende prijs aan de markt zal komen. Eveneens een kleintje, maar van geheel andere opzet is de Austin Seven, een oude naam voor een geheel nieuw wagentje. Chique, zo comfortabel mogelijk en listig geconstrueerd komt het de keuze weer moeilijker maken van hen die het in het kleine zoeken om zuinig te zijn. En het is een ruime keuze. Want verder zijn daar bijvoorbeeld nog de oude vertrouwde Fiat 500, de Champion, een twee-tactertje van uiterst eenvoudige maar uitgekiende con structie, waarvan de assemblage in Holland overwogen wordt (en we zouden er dan graag schokbrekers onder zien), de Gut- brod, de Morris Minor, de Renault 4, en dan niet te vergeten nóg een paar twee- tacters, de DKW, de IFA en de SAAB. Maar hier moeten we een tikkeltje voorzichtig zijn, want sommige van deze wagens val len in een prijsklasse, die het begrip zéér zuinig alweer uitsluit. Wat de IFA betreft, die in de wandeling de Oost-Duitse DKW Nederlandse bewerking van C. J. E. Dinaux 11) Overigens was hij er allerminst de jonge man naar, ruzie uit te lokken. Integendeel: hij was verdraagzaam en zo zou zijn leven, zoals dat van de meeste mensen, waar schijnlijk ongestoord en onopvallend zijn verlopen, als er zich niet een incident had voorgedaan een voor hem uiterst nood lottig voorval waardoor het plotseling een andere, tragische wending nam. Adolf Braun werd beschuldigd van ver duistering van geld. Het was nu wel geen bedrag van grote omvang, maar toch even min een onbelangrijk tekort. In zijn lesse naar werden papieren gevonden cassa- bons en controlestaten, die door zijn han den waren gegaan waarvan hij de aan wezigheid op die plaats niet kon verklaren. ;ij was de enige, die van deze lessenaar een sleutel bezat. Hoe was het dan moge lijk, dat deze bescheiden zonder zijn mede weten daar waren opgeborgen? heet, deze brengt een twee-tact drie-cylin- der. En er is nog een interessante ver schijning, een speciale Goliath, twee-tact met brandstof-injectie, een systeem dat voor de toekomst grote aandacht geniet. Zo gauw we het groepje van de kleine, benzine-bespaarders verlaten hebben, raakt een indeling, die in directe relatie moet staan tot uw portemonnaie al gauw in de war. En van hieraf zullen we dus maar gaan overstappen naar een min of meer ïandeli.jke verdeling, daarbij eerlijkheids halve cle afdeling Nederland maar weg la tend, zolang het hier bij assemblage blijft De Br it te n Om dan bij de grootste inzender te be ginnen, dat is ongetwijfeld Groot-Brittan- nië, dat met een serie wagens is vertegen woordigd in iedere prijsklasse, van het kleine Morrisje af tot de vorstelijke Rolls- Royce toe, die nog steeds met de onom streden, rustige slagzin „De beste auto ter wereld" genoegen neemt. De ganse Nuf- field-reeks is er te zien, zijn aardige sport- product de MG inbegrepen. Maar ge ziet deze wagens iedere dag langs de weg en van een beschrijving kunnen we dus wel afzien. Hetzelfde geldt trouwens voor Austin, sedert gisteren met Morris ge fuseerd. Er lopen zelfs geruchten, dat de Morris Minor van een Austin Seven- krachtbron voorzien zal worden en dat mogelijk de assemblage van Austins ook bij Molenaar in Amersfoort zal plaats gaan grijpen. Dan is er de Rootes-reeks, Hillman, Humber en Sunbeam-Talbot, ook allemaal vertrouwde producten, de ruime, nieuwe Vauxhall, Rover, Triumph, Vanguard en de Ford Zephyr en de Consul, al staan de laatste twee wagens uit Dagenham voor het eerst op de RAI. Jowett en Singer zijn er vertegenwoordigd en men gaat zich al af vragen of de Britten behalve de Austin Seven niets verrassends hebben, wanneer men met een open mond van bewondering stil blijft staan bij de Aston Martin, een sport-coupé, die er 230 km per uur (maar dan op een koppig mengsel) kan uitdraaien, Een overzichtfoto van de RAI die de ruimte in deze Amsterdamse salon goed illustreert. Op de voorgrond de stand van General Motors. hetgeen natuurlijk altijd practisch is, wan neer ge u 's ochtends wat verslapen hebt. Dit coupétje gaat nog harder dan de Jaguar, die er ook in al zijn vormen te pronk staat. Maar ja, voor wagens als deze en de een zame maar glorieus-mooie Bentley moet ge een boek met geld op zak hebben. Al doet dat niets af aan de bewondering voor het vakmanschap van de Britse industrie, die zeer goed voor de dag is gekomen. De Duitsers Datzelfde geldt voor onze Oosterburen, die hun auto-fabricage na de oorlog weer snel op toeren hebben gekregen. Natuur lijk heeft Volkswagen met het eruit afge leide sportproduct, de Porsche, een grote stand en dit kleine wonder van soliditeit en zuinigheid verdient de extra-vermelding, die het vanwege zijn onopvallend uiterlijk mogelijk mis zou kunnen lopen. Dan is er het uiteraard dure-klasseproduct uit Stutt gart, de Mercedes, en als ge eens een knap staaltje van auto-constructie wil zien, ra den wij u aan het blote chassis in die stand eens te gaan zien. Noemen we nog de Opeis, de Borgward en de EMW uit de Oost-zóne, die onder zijn wat stugge uiter lijk een betrouwbaar BMW-binnenwerk verbergt en dan zijn wij toe aan een van de nieuwigheden van de show, de Ford Taunus 12 M. Niet het gewone Taunusje met zijn vriendelijk voor-oorlogs aange zicht, maar een gans nieuwe wagen, een beetje gelijkend op de nieuwe Britse Ford producten. Ruim, groot raam-oppervlak •plezierig sturend, comfortabel, ziedaar een paar van de qualiteiten, die wel kijker zullen trekken. Alleen zullen zij, die onder de motorkap loeren het gewone, zij het dan wat opgevoerde Taunus-motortje van dik 1100 cc zien. Naar onze smaak hoort bij deze wagen een anderhalve liter-motor maar als wij het wél hebben, staat er een zo'n motorf voor deze Taunus op stapel en dan is dit type, dat trouwens nog nie meteen aan de markt komt, zijn plaats waard. Dollar-producten Wanneer men over Ford spreekt, belandt men al gauw bij de Amerikanen. En daar over is men al even gauw uitgepraat, want over dollars beschikt niet iedereen en men moet deze forse wagens vrijwel zonder uit zondering daarmee kopen'. En de wagens die ge voor zachte guldens kunt verkrijgen zijn bekend genoeg. Voor de rest kunt ge indien ge ervan houdt u vergapen aan het ruime intérieur, de gestyleerde binnenhuis-architectuur, het tikkie over daad aan chroom, zo maar voor de pret. Al hopend dat de eenvoudiger uitvoeringen hier toch weer beschikbaar komen, want voor de niet-fijnproever, voor de man die zorgenvrij wil en moet rijden, zijn deze wagens ideaal. Wat die eenvoudige uitvoe ring aangaat, de 6 cylinder Willys Aero is daar een goed voorbeeld van. Willys heeft zijn battle-dress hier uitgedaan en naast de trouwe Jeep* een aantrekkelijk product gemaakt. Van de andere kant van het IJzeren Gordijn komen twee Tsjechische wagens, de Skoda en de Tatraplan, de eerste een solide zuinige gebruikswagen en de tweede een wagen van wat meer allure. En dan zijn er de Fransen.. En wel in de eerste plaats met de vertegenwoordigers van de Grote Drie: Citroën, Renault en Peugeot. Citroën heeft naast de 2 C.V. de klassieke wagens geëxposeerd, die nu al jaar-in, jaar-uit meelopen en nog steeds niet achter zijn op hun tijd. Peugeot heeft er zijn type 203, dat in de Rallye de Monte Carlo zo'n opmerkelijk succes behaalde. En Renault komt op de Hollandse markt met een nieuwe troefkaart, de Frégate, een 4- cylinder twee-liter met een zo bescheiden, maar zo gedistingeerde carosserie, dat men er een keer om heen moet lopen, eer zij opvalt. Een knap staaltje van Frans gevoel voor lijnen. En van auto-techniek. Datzelfde spreekt, hoewel een tikkeltje opvallender, uit de Ford Comète, die overi gens niet voor de Hollandse markt vrij komt en eigenlijk een buitenbeentje in de Ford-familie is. Maar een buitenbeentje dat hard kan lopen. Naast de Comète ex poseert de Franse Ford-fabriek haar over bekende Vedette. De wagens van de grote Franse klasse zijn er natuurlijk ook; een imposante Lago (waarmee wij niet de spe ciaal gecaroseerde Lago aan de ingang bedoelen, want die vinden wij helemaal niet mooi), de orthodoxe, zeer voortreffe lijke Hotchkiss, het technisch juweel dai de Hotchkiss Grégoire ongetwijfeld is en dan nog wat van dat goed, dat hoog in de wegenbelasting, maar bijzonder vast op de weg ligt. En de sportwagenliefhebbers zul len wel een blikje wagen aan de Panhard- ER, een door Van Rijswijk gecarosseerd Dyna-Sprint-wagentje.dat naar onze smaak een van de mooiste karretjes in dit genre is, dat ooit in Holland werd vervaardigd. Dan is er nog de Simca Arondo, het in Rot terdam geassembleerde nieuwe type, met de Simca-Sport, een sportwagen met een lijn die harten breekt. Van Frankrijk naar Italië, het is maar één stap voor een automobilist. Wat er uit het land komt, waar iedereen zijn hart aan het snelle voertuig heeft verpand, is niet De Ford Comète, een wagen waaraan de moderne opvattingen in de carosseriebouw niet onopgemerkt zijn voorbijgegaan. Met zijn twee liter V-8 motor een automobiel, die voorlopig uw neus nog heel hard zal voorbijgaan, want hij valt niet in de termen voor de Hollandse markt. zo veel, maar wel bijzonder best. Ten eer ste is daar Fiat met zijn ganse reeks pro ducten van de kleine „wegluis" gf, opklim mend via de snelle 1100 naar de Fiat-1400, twee jaar geleden de sensatie van alle shows en eveneens een type, d,at, zoals bij Fiat gebruikelijk is, nog voor een heleboel jaren goed is. Trots pronkt er bovendien de Campagnola, een Fiat-jeep van het type waarmee het record Kaapstad-Parijs werd gevestigd door de Italiaan Butti met zijn équipe. En tenslotte we hebben gelijk een kind, dat de suiker van de taart voor het laatst bewaard, de Italiaanse industrie niet voor niets het laatst op de lijst gezet zijn daar die twee topproducten van de Europese automobieltechniek, de Lancia en de Alfa Romeo. Beide vallen in de peper dure klasse, maar hier op de RAI kunt ge gerust gratis uw hart ophalen aan zoveel uitgekiende constructie. Lancia is er met zijn Aurolia als cabriolet en als 2 liter- Sedan. Vraag gerust eens of de motorkap even open mag en staar dan eerbiedig in die schemerdonkere ruimte, waar dat felle energie-departement zich ophoudt. Doe datzelfde bij de Alfa Romeo-stand, waar uw ogen van links naar rechts worden ge trokken 'van de „gewone" 1900 met zijn bescheiden raffinement, naar de ongelofelijk mooie Superleggera-coupé, die zelfs als hij stil staat zich aan de grond schijnt vast te klauwen en naar onze smaak vèruit de mooiste wagen van de show is. En kijk per slot naar het antwoord op de vraag „Hoe is het mogelijk?", die rode anderhalve liter Grand Prix-racer met het groene klaverblaadje op zijn flank, die op alle circuits van Europa zijn triom fen haalde. En die daar in die opwindende atmosfeer van blerkende uitlaten, gierende banden, de bittere lucht van verbrande race-olie, de basis hielp leggen voor alle technische verbeteringen, die de automo biel tot het perfecte vervoersinstrument van vandaag maakten. ..Die geweldige vis deed een sprong boven het water uit enhap!daar had hij me bij mijn broekspijp te pakken!" „Oei!" riep Bunkie. „En toen?" „Nou, ik gaf een schreeuw, want ik schrikte me 'n staartaapen ik probeerde me vast te houden aan de touwen. Maar dat lukte niet; de reuzenvis had z'n tanden stevig in mijn broek gezet 'en hij trok zo hard, dat ik de touwen los moest laten Ik viel van de boegspriet! En nou kun jullie me geloven of nietmaar ik kwam precies op de nek van het monster terecht, net of ik op 'n paard zat! Dat ivas eigenlijk maar gelukkig, want anders had-ie me vast en zeker opgeslokt, als ik in die grote bek was terecht gekomen. Maar toch was ik er niet best aa?i toe, want het beest zwom met 'n geweldige vaart door de golven, en ik werd meegevoerd, of ik wou of nietIk zette 'n keel op, dat snap je; maar niemand op het schip hoorde me, zeker omdat de wind zo'n herrie maakte. Maar dat was nog niet het ergste De drie keken hem met grote ogen aan. Nee want toen de vis 'n paar rondjes om het schip heen gezwommen had, dook hij opeens naar beneden! Ik zat nog altijd op z'n nek en ik werd meegetrokken, onder water Jongens, wat kreeg ik het benauwd!" Zware straf geëist tegen dader en heler „Deze jongeman heeft zich in ons arron dissement aan menig misdrijf schuldig ge maakt. Hij is een zorgenkind van de rege ring en er is al veel aan hem gedokterd", aldus de officier van Justitie bij de Haar lemse rechtbank, mr. B. van der Burg, gistermorgen in zijn requisitoir tegen de 22-jarige Amsterdamse banketbakker A. A. K. Drie keer is deze verdachte al voor waardelijk en één keer onvoorwaardelijk ter beschikking van de regering gesteld, voorts heeft hij al een jaar gevangenisstraf achter de rug en hangt hem nog twee jaar jeugdgevangenisstraf boven het hoofd, die de Amsterdamse rechtbank hem heeft op gelegd wegens een inbraak. Mr. Van dei- Burg eiste hedenmorgen óók twee jaar jeugdgevangenisstraf tegen hem en wel omdat verdachte zich heeft schuldig ge maakt aan een tweetal inbraken in een goederenloods van Van Gend en Loos te Zaandam. De verdachte gaf toe dat hij daar eerst met een kennis was binnengedrongen en daar toen voor een dikke 800 aan overhemden, voor ruim 400 aan sigaret ten en een fonkelnieuwe damesfiets had gestolen. Een dag of wat later was hij op nieuw naar Zaandam getrokken, om an dermaal een „bezoek" aan de loods te bren gen. De buit bedroeg toen een paar man tels en wat lakens en slopen, een waarde vertegenwoordigende van meer dan 400. De raadsman van K., mi-, B. de Boer wees er op dat de opvoeding van de verdachte veel te wensen had gelaten. Hij drong er voorts op aan dat de rechtbank rekening zou houden met het vonnis van de Amster damse rechtbank. Behalve voor een in braak moet K. in de hoofdstad nog terecht staan, omdat hij een politie-agent een flesje vergif in het gezicht heeft gegooid. De oom van K. moest hierna voor de rechtbank verschijnen: Hij had K. er na melijk toe bewogen prikkeldraad weg te nemen, die hij nodig had om zijn tuin af te zetten. Voorts had de oom, de arbeider J. A. L. uit Haarlemmermeer, een handeltje van K. overgenomen, een deel van de spul letjes namelijk die K. bij Van Gend en Loos had weggenomen. Hij betaalde er ruim 400 voor. L. beweerde dat hij er geen idee van had dat zijn neef al die kost baarheden had 'gestolen, maar de neef zelf verklaarde dat hij zijn oom wel degelijk had verteld dat hij het goed gestolen had. L. werd er voorts van beschuldigd zijn neef meermalen tot diefstal te hebben aan gezet. De officier van Justitie eiste tegen hem wegens opzettelijke heling een gevangenis straf van één jaar met aftrek. De verdediger van L., mr. W. Boers, be streed de opzettelijkheid van de heling en zei weinig waarde te hechten aan de ver klaringen van K. Hij schilderde zijn cliënt als een hardwerkend en hulpvaardig mens, die zeker niet de mentaliteit van een heler bezat. Mr. Boers kwam tot de conclusie dat de verdachte vrijgesproken dient te wor den en verzocht om onmiddellijke invrij- heidsstelling, welk verzoek werd afgewe zen. De rechtbank zal in beide zaken op 13 Maart uitspraak doen. 9 De officier van justitie bij de Haarlemse rechtbank, mr. B. van der Burg, eiste gistermorgen één jaar gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest tegen de 22- jarige IJmuidense los-arbeider G. v. d. W., die ervan werd beschuldigd een handslijp machine te hebben gestolen uit een machi nefabriek te IJmuiden. De verdachte gaf het ten laste gelegde toe. Hij was nog maar kort geleden uit de jeugdgevangenis ontslagen, toen de reclas sering hem hielp aan een betrekking in die fabriek. „Om zijn achterstallig kostgeld te kunnen betalen" stal hij daar een slijp machine. Hij zag echter geen kans het instrument te verkopen en zou het daarom bij zijn broer verstopt hebben. Daar werd het door de politie echter niet gevonden, zodat de officier veronderstelde dat de verdachte hem maar iets op de mouw spelde. De verdediger van Van d. W., mr. J. van Son, drong er op aan het nog eens met ver dachte te proberen en hem andermaal naar de jeugdgevangenis te sturen. De rechtbank zal op 13 Maart uitspraak doen. Te Uden is Woensdag in huize „St. Jan" overleden oud-minister mr. P. J. Reymer. Hij bereikte de leeftijd van 69 jaar. Mr. Reymer is van Augustus 1929 tot Mei 1933 minister van Waterstaat geweest in het ministerie Ruys de Beerenbrouck. Van 19221929 was hij burgemeester van Hilversum en van 1935 tot 1943 burge meester van Roermond. Van 20 Maari lot en met 25 Mei wordt te Lisse de bloemententoonstelling „Keuken hof" gehouden. Gedurende dat tijdvak zal de co:-espondentie te Lisse, alsmede die, welke in de op het tentoonstellingsterrein aanwezige brievenbus wordt ter post be zorgd, van een bijzonder poststempel worden voorzien. ADVERTENTIE VRIJDAG 29 FEBRUARI Stadsschouwburg: „Arsenicum en oude kant" (Verenigde Spelers), 8 uur. Concert gebouw: Concert HOV, 8 uur. Minerva: „Een zaak van leven en dood", 14 jaar, 8.15 uur. Rembrandt: „Teresa", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Palace: „Politie-dossier 301", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. City: Macao", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: '„Hoffmanns vertellingen", 7 en 9.30 uur. Spaarne: „Sofia", „De baron van Ari zona", 18 jaar. 7 en 9.15 uur. Frans Hals: ..Stalen haaien" 7 en 9.15 uur. ZATERDAG 1 MAART Stadsschouwburg: „Bobbeltje" (Comedia), 8 uur. Minerva, Spaarne, Frans Hals: 2.30, 7 en 9 15 uur. Luxor: 1.30, 4, 7 en 9.30 uur. Rembrandt, Palace: 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. City: 2.15. 4.30, 7 en 9.15 uur. Adolf Braun werd verhoord en betuigde zijn onschuld. En die papieren dan? Hij kon er geen verklaring van geven. Hij was onschuldig. Men geloofde hem niet, onder vroeg hem opnieuw, voelde hem, zoals het heette, „flink aan de tand", gaf hem in overweging, in zijn eigen belang, nu maar te bekennen en Braun zweeg: hij had niets anders te zeggen dan dat hij on schuldig was. Na een vrij langdurige preventieve hech tenis kwam de zaak voor. Adolf Braun ver dedigde zich slecht, zijn advocaat (een broekje nog, zonder ervaring, die hem was toegewezen omdat hem de middelen ont braken er zelf een te nemen) deed het nóg slechter. Op de vraag, wat hij nog tot zijn verdedi ging wenste aan te voeren, wist hij niet anders te antwoorden dan dat hij onschul dig was onschuldig. Jawel, dat had hij al genoeg keren beweerd; maar de pa pieren! Papieren in zijn lessenaar, waarvan hij alleen de sleutel had. Als de verdachte daar nu eens een aannemelijke verklaring voor kon geven, dón zou er reden zijn te gaan geloven dat.... Maar nu! Hij moest toch zelf zo langzamerhand gaan inzien dat. Ik ben onschuldig. Meer dan dat kon hij niet over zijn lippen krijgen. Alleen de gedachte al, dat men hem voor een dief kón houden, verlamde hem. Zo was het destijds ook op school an. Men geloof de zijn woord niet. D voel «ntnam hem de moed zich te verdc n met argumen ten, die hem misschien hadden kunnen hel pen, hoewel nauwelijks meer zouden red den. Zijn schuchtere aard, zijn gevoelige natuur bleken een hachelijke aanleg te zijn in een schaamteloze tijd, waarin het rauwe geweld het laatste woord had. Ondanks alles schenen de rechters niet ongunstig gestemd te zijn. Zijn onbespro ken gedrag, het ontbreken van positieve bewijzen, zijn houding en stern het pleit te voor hem. Totdat de officier van Justitie het woord kreeg. Adolf Braun zag een donkere ge stalte verrijzen, hoorde een scherpe, kra kende stem. Hij ontwaakte uit zijn verdo ving: nu pas hoorde hij, wat er gezegd werd: harde, honende woorden, uitgespro ken op een toon die aan een van buiten geleerde les deed denken - woorden, waar aan hij die ze sprak zelf niet geloofde, niet kón geloven. De stem klonk scherper, sma- lender. Adolf Braun wilde overeind sprin gen om te protesteren en de argumenten te weerleggen. Dat was allemaal niet waar! Zijn keel werd dicht geknepen, het duizel de hem. Wóarom werd hem dit onrecht aangedaan? Waarom? De stem klonk ver der en verder af, de ruimte groeide om Adolf Braun, als een nietigheid zweefde hij in het onmetelijke, waarin een geluid gonsde en eindelijk tot zwijgen kwam. Toen was het voorbij. Toen was het te laat. Verdachte.... u heeft het gehoord? De officier eist een gevangenisstraf van één jaar tegen u. Pas toen de parketwachter hem aan stootte om hem te doen opstaan, keerde zijn bewustzijn terug. Hij werd weggeleid. Adolf Braun keerde zich om, zag de zwarte gestalte die daareven tartend de beschuldi ging tegen hem had uitgesproken, diep in de ogen en zei: Ik ben onschuldig. En met een heldere, vaste stem, zodat het in de verste hoeken van de zaal was te horen, voegde hij er aan toe: En u wéét het! Het vonnis luidde conform de eis: een gevangenisstraf voor de tijd van één jaar. Acht maanden van zijn straf had hij uit gezeten, toen zijn onschuld aan het licht kwam. De werkelijke dader was ontdekt. De revisie van zijn zaak leidde tot vrij spraak. En daarmee stond Adolf Braun op straat. Met de enkele formele woorden die uitdrukking moesten geven aan de verze kering, dat deze noodlottige toedracht ten zeerste werd betreurd, kon hij zijn leven herbeginnen. Zijn ouders waren inmiddels overleden. Hij had hen tijdens zijn gevangenschap bei den één keer gesproken: zijn moeder bij het eerste bezoek, zijn vader bij het onver wachte tweede, waarbij hij de dood van zijn vrouw mededeelde. Kort daarop was hij aan een hartverlamming gestorven. Zij hadden niet getwijfeld aan de onschuld van hun zoon; het onrecht, hem aange daan, was hun dood geweest. Hij stond op straat. Zijn bloedverwanten, gering in getal, ontvingen hem, maar op een zodanige manier dat hij hen niet meer bezocht. Weliswaar was hij gerehabiliteerd, maar hij bleef een man „die gezeten had" en nu ja, men ,zit" toch niet helemaal voor niets! Er zal toch wel. Zijn vrienden waren in alle windstreken verstrooid; zij waren immers jong, jong zoals hijzelf eens was geweest, vroeger, toen hij nog niet „met de rechter in aan raking was gekomen". Een jaar van beproeving brak aan. waar van elke nieuwe dag een hopeloze strijd betekende met het naakte leven. Hij had in de gevangenis kennis gemaakt met een zekere Eduard Pritzow die, lang niet zo onschuldig als hij, toch eer lichtzinnig dan slecht was. Zij ontmoetten elkaar „in de vrijheid" en deelden trouw eikaars ellende en honger, dagelijks terugkerende ont goochelingen en talloze vernederingen, die varieerden van veelzeggend schouderopha len tot goedkope woorden van troost. Zij redden zich zo goed en zo kwaad als het ging met het weinige dat ze verdienden en werden in deze nood vrienden. Het was Pritzows aanhankelijkheid en onuitputte lijke hoewel bittere humor die Adolf Braun in deze tijd op de been hield en hem weerhield zijn toevlucht te nemen tot het uiterste. Of eigenlijk: neen wat hem in werke lijkheid het hoofd boven water deed hou den, wat hem in de maanden achter de tralies en de ontelbare uren van melancho lie, mensenhaat en wanhoop nadien de moed gaf verder te leven, was iets héél anders, iets wat geen mens wist of zelfs maar vermoeden kon. Adolf Braun was in deze paar jaren een ander mens geworden. Of juister gezegd: in hem ontwaakte dié kant van zijn karak ter, welke zich voorbijgaand al in zijn jeugd had getoond, in zijn volle kracht en nam volkomen bezit van zijn persoonlijk heid, zozeer, dat hij even onafscheidelijk aan hem verbonden was als zijn hand, zijn oogzijn hart. Er was onrecht aangedaan. Ditmaal was hij het slachtoffer. Elk onrecht diende ge wroken te worden. Ook dit. Het lot had hem nu eenmaal aangewezen als de wreker. Goed, hij zou er zich niét aan onttrekken. Maar.... op wie moest het worden ge wroken? De man die hem in het ongeluk had gestort om buiten schot te blijven zat nu zelf tussen de vier muren, zonder dat hij zichzelf had gered. Goed, het was hem gelukt hèm ongelukkig te maken. Hij boette dat was genoeg. De rechters dan? Och, ze vormden met elkaar een onper soonlijke macht en als zodanig waren ze onaantastbaar. En goed beschouwd waren zij het niet, die hem hadden veroordeeld: ze hadden gehandeld onder de suggestie van die andere, die lange, magere kerel met zijn duivelse gezicht, zijn snijdende stem, zijn felle ogen en scherpe haakneus die man, die zelf niet geloofde wat hij had gezegd en het toch had uitgesproken met een onverklaarbare haat, zodat hij hem op zijn beurt was gaan haten, zo bitter, zo vurig, zo verbeten als een mens maar kón haten. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1952 | | pagina 6