De dertigste RAI is geopend
Ee:i ruimefraaie expositie met veel
moois maar niet veel nieuws
De geschiedenis
van een wraak
-Clowntje Riek
De kleintjes eerst
Oud-minister
Reymer overleden
4
FEUILLETON
door JOHN HENRY MACKAY
Voor de kinderen
Diefstal in Zaandamse
goederenloods
Losarbeider stal
slijpmachine
Agenda voor Haarlem
Als rechtgeaard auto-liefhebber begint men te popelen, zo gauw men de
deur van het RAl-gebouw door is en de reuk van nieuwe lak, van gummi
banden, glimmend leer en al die andere merkwaardige geurtjes van nieuwe
automobielen opsnuift. Waar men zó'n haast heeft zijn ogen de kost te
geven met de aanblik van al dat schoons op vier wielen, dat men nauwe
lijks weet aan welke stand men het eerst naar nieuwigheden moet gaan
zoeken. In ieder geval is het eerste nieuws dat opvalt de overzichtelijkheid
en de ruimheid van deze Amsterdamse Salon, een ruimte die gewonnen
is door de tentoonstelling alleen te wijden aan de personen-automobiel en
zowel vrachtwagens als accessoires te weren. Daardoor is deze RA]
aesthetisch zeker de mooiste, die wij ons herinneren. Ruim en breed van
opzet met plezante wandelpaden noodt zij tot lang en comfortabel kijken.
Wij begrijpen nochtans, dat gij even ongeduldig zijdt als. ach ja waar
om ook niet.... een felle kopklepmotor, die vóóruit wil. En toch, eer wij
voluit accelereren is het goed de motor even stationnair te laten draaien. En
eerst te kijken wat er wérkelijk nieuw is, voor ons in Holland althans. Wel,
en een „sensatie van de show" heeft ge niet te rekenen, maar enig nieuws is
°r wél. En ons inziens is het belangrijkste daarvan het binnen afzienbare
tijd op de Nederlandse markt verschijnen van de Citroën 2 G.V., de
Austin 7, de Taunus 12 M en de Renault Frégate.
Om bij die eerste twee te beginnen, zij
geven ons de kans om eerst de klasse der
..kleintjes" onder de loupe te nemen, want
daar behoren zij beide toe. Ten eerste dan
die Citroën 2 C.V., het „lelijke eendje"
onder de glimmende automobielen van
vandaag. Maar de constructeurs van Ci
troën hebben niet naar schoonheid ge
streefd, maar naar een ultra-zuinig ge-
bruikswagentje, zo niet voor iedereen, dan
toch voor zeer velen bereikbaar. Het kleine
2 PK'tje met zijn wonderlijke somber-
grijze carosserie, waarin overigens vier
volwassenen ruimschoots plaats vinden, is
twee ja«r duchtig door de Fransen zelf aan
de tand gevoeld. Er zijn tal van revolution-
naire constructie-principes in toegepast,
het is hoe vreemd dat klinkt ruim
bemeten en met zijn 65 km per uur kruis
snelheid en 75 km top, met zijn soepelheid,
zijn zeer grote zuinigheid (1 op 25) en tal
van handige snufjes heeft het zijn eigen
plaatsje in Frankrijik veroverd. Wij hoor
den, dat het hier voor een zeer concur
rerende prijs aan de markt zal komen.
Eveneens een kleintje, maar van geheel
andere opzet is de Austin Seven, een oude
naam voor een geheel nieuw wagentje.
Chique, zo comfortabel mogelijk en listig
geconstrueerd komt het de keuze weer
moeilijker maken van hen die het in het
kleine zoeken om zuinig te zijn. En het is
een ruime keuze. Want verder zijn daar
bijvoorbeeld nog de oude vertrouwde Fiat
500, de Champion, een twee-tactertje van
uiterst eenvoudige maar uitgekiende con
structie, waarvan de assemblage in Holland
overwogen wordt (en we zouden er dan
graag schokbrekers onder zien), de Gut-
brod, de Morris Minor, de Renault 4, en
dan niet te vergeten nóg een paar twee-
tacters, de DKW, de IFA en de SAAB. Maar
hier moeten we een tikkeltje voorzichtig
zijn, want sommige van deze wagens val
len in een prijsklasse, die het begrip zéér
zuinig alweer uitsluit. Wat de IFA betreft,
die in de wandeling de Oost-Duitse DKW
Nederlandse bewerking van C. J. E. Dinaux
11)
Overigens was hij er allerminst de jonge
man naar, ruzie uit te lokken. Integendeel:
hij was verdraagzaam en zo zou zijn leven,
zoals dat van de meeste mensen, waar
schijnlijk ongestoord en onopvallend zijn
verlopen, als er zich niet een incident had
voorgedaan een voor hem uiterst nood
lottig voorval waardoor het plotseling
een andere, tragische wending nam.
Adolf Braun werd beschuldigd van ver
duistering van geld. Het was nu wel geen
bedrag van grote omvang, maar toch even
min een onbelangrijk tekort. In zijn lesse
naar werden papieren gevonden cassa-
bons en controlestaten, die door zijn han
den waren gegaan waarvan hij de aan
wezigheid op die plaats niet kon verklaren.
;ij was de enige, die van deze lessenaar
een sleutel bezat. Hoe was het dan moge
lijk, dat deze bescheiden zonder zijn mede
weten daar waren opgeborgen?
heet, deze brengt een twee-tact drie-cylin-
der. En er is nog een interessante ver
schijning, een speciale Goliath, twee-tact
met brandstof-injectie, een systeem dat
voor de toekomst grote aandacht geniet.
Zo gauw we het groepje van de kleine,
benzine-bespaarders verlaten hebben, raakt
een indeling, die in directe relatie moet
staan tot uw portemonnaie al gauw in de
war. En van hieraf zullen we dus maar
gaan overstappen naar een min of meer
ïandeli.jke verdeling, daarbij eerlijkheids
halve cle afdeling Nederland maar weg la
tend, zolang het hier bij assemblage blijft
De Br it te n
Om dan bij de grootste inzender te be
ginnen, dat is ongetwijfeld Groot-Brittan-
nië, dat met een serie wagens is vertegen
woordigd in iedere prijsklasse, van het
kleine Morrisje af tot de vorstelijke Rolls-
Royce toe, die nog steeds met de onom
streden, rustige slagzin „De beste auto ter
wereld" genoegen neemt. De ganse Nuf-
field-reeks is er te zien, zijn aardige sport-
product de MG inbegrepen. Maar ge ziet
deze wagens iedere dag langs de weg en
van een beschrijving kunnen we dus wel
afzien. Hetzelfde geldt trouwens voor
Austin, sedert gisteren met Morris ge
fuseerd. Er lopen zelfs geruchten, dat de
Morris Minor van een Austin Seven-
krachtbron voorzien zal worden en dat
mogelijk de assemblage van Austins ook
bij Molenaar in Amersfoort zal plaats gaan
grijpen. Dan is er de Rootes-reeks, Hillman,
Humber en Sunbeam-Talbot, ook allemaal
vertrouwde producten, de ruime, nieuwe
Vauxhall, Rover, Triumph, Vanguard en
de Ford Zephyr en de Consul, al staan de
laatste twee wagens uit Dagenham voor het
eerst op de RAI. Jowett en Singer zijn er
vertegenwoordigd en men gaat zich al af
vragen of de Britten behalve de Austin
Seven niets verrassends hebben, wanneer
men met een open mond van bewondering
stil blijft staan bij de Aston Martin, een
sport-coupé, die er 230 km per uur (maar
dan op een koppig mengsel) kan uitdraaien,
Een overzichtfoto van de RAI die de
ruimte in deze Amsterdamse salon goed
illustreert. Op de voorgrond de stand
van General Motors.
hetgeen natuurlijk altijd practisch is, wan
neer ge u 's ochtends wat verslapen hebt.
Dit coupétje gaat nog harder dan de Jaguar,
die er ook in al zijn vormen te pronk staat.
Maar ja, voor wagens als deze en de een
zame maar glorieus-mooie Bentley moet ge
een boek met geld op zak hebben. Al doet
dat niets af aan de bewondering voor het
vakmanschap van de Britse industrie, die
zeer goed voor de dag is gekomen.
De Duitsers
Datzelfde geldt voor onze Oosterburen,
die hun auto-fabricage na de oorlog weer
snel op toeren hebben gekregen. Natuur
lijk heeft Volkswagen met het eruit afge
leide sportproduct, de Porsche, een grote
stand en dit kleine wonder van soliditeit
en zuinigheid verdient de extra-vermelding,
die het vanwege zijn onopvallend uiterlijk
mogelijk mis zou kunnen lopen. Dan is er
het uiteraard dure-klasseproduct uit Stutt
gart, de Mercedes, en als ge eens een knap
staaltje van auto-constructie wil zien, ra
den wij u aan het blote chassis in die stand
eens te gaan zien. Noemen we nog de
Opeis, de Borgward en de EMW uit de
Oost-zóne, die onder zijn wat stugge uiter
lijk een betrouwbaar BMW-binnenwerk
verbergt en dan zijn wij toe aan een van
de nieuwigheden van de show, de Ford
Taunus 12 M. Niet het gewone Taunusje
met zijn vriendelijk voor-oorlogs aange
zicht, maar een gans nieuwe wagen, een
beetje gelijkend op de nieuwe Britse Ford
producten. Ruim, groot raam-oppervlak
•plezierig sturend, comfortabel, ziedaar een
paar van de qualiteiten, die wel kijker
zullen trekken. Alleen zullen zij, die onder
de motorkap loeren het gewone, zij het dan
wat opgevoerde Taunus-motortje van dik
1100 cc zien. Naar onze smaak hoort bij
deze wagen een anderhalve liter-motor
maar als wij het wél hebben, staat er een
zo'n motorf voor deze Taunus op stapel
en dan is dit type, dat trouwens nog nie
meteen aan de markt komt, zijn plaats
waard.
Dollar-producten
Wanneer men over Ford spreekt, belandt
men al gauw bij de Amerikanen. En daar
over is men al even gauw uitgepraat, want
over dollars beschikt niet iedereen en men
moet deze forse wagens vrijwel zonder uit
zondering daarmee kopen'. En de wagens
die ge voor zachte guldens kunt verkrijgen
zijn bekend genoeg. Voor de rest kunt ge
indien ge ervan houdt u vergapen
aan het ruime intérieur, de gestyleerde
binnenhuis-architectuur, het tikkie over
daad aan chroom, zo maar voor de pret. Al
hopend dat de eenvoudiger uitvoeringen
hier toch weer beschikbaar komen, want
voor de niet-fijnproever, voor de man die
zorgenvrij wil en moet rijden, zijn deze
wagens ideaal. Wat die eenvoudige uitvoe
ring aangaat, de 6 cylinder Willys Aero is
daar een goed voorbeeld van. Willys heeft
zijn battle-dress hier uitgedaan en naast de
trouwe Jeep* een aantrekkelijk product
gemaakt.
Van de andere kant van het IJzeren
Gordijn komen twee Tsjechische wagens,
de Skoda en de Tatraplan, de eerste een
solide zuinige gebruikswagen en de tweede
een wagen van wat meer allure.
En dan zijn er de Fransen.. En wel in de
eerste plaats met de vertegenwoordigers
van de Grote Drie: Citroën, Renault en
Peugeot. Citroën heeft naast de 2 C.V. de
klassieke wagens geëxposeerd, die nu al
jaar-in, jaar-uit meelopen en nog steeds
niet achter zijn op hun tijd. Peugeot heeft
er zijn type 203, dat in de Rallye de Monte
Carlo zo'n opmerkelijk succes behaalde. En
Renault komt op de Hollandse markt met
een nieuwe troefkaart, de Frégate, een 4-
cylinder twee-liter met een zo bescheiden,
maar zo gedistingeerde carosserie, dat men
er een keer om heen moet lopen, eer zij
opvalt. Een knap staaltje van Frans gevoel
voor lijnen. En van auto-techniek.
Datzelfde spreekt, hoewel een tikkeltje
opvallender, uit de Ford Comète, die overi
gens niet voor de Hollandse markt vrij
komt en eigenlijk een buitenbeentje in de
Ford-familie is. Maar een buitenbeentje
dat hard kan lopen. Naast de Comète ex
poseert de Franse Ford-fabriek haar over
bekende Vedette. De wagens van de grote
Franse klasse zijn er natuurlijk ook; een
imposante Lago (waarmee wij niet de spe
ciaal gecaroseerde Lago aan de ingang
bedoelen, want die vinden wij helemaal
niet mooi), de orthodoxe, zeer voortreffe
lijke Hotchkiss, het technisch juweel dai
de Hotchkiss Grégoire ongetwijfeld is en
dan nog wat van dat goed, dat hoog in de
wegenbelasting, maar bijzonder vast op de
weg ligt. En de sportwagenliefhebbers zul
len wel een blikje wagen aan de Panhard-
ER, een door Van Rijswijk gecarosseerd
Dyna-Sprint-wagentje.dat naar onze smaak
een van de mooiste karretjes in dit genre
is, dat ooit in Holland werd vervaardigd.
Dan is er nog de Simca Arondo, het in Rot
terdam geassembleerde nieuwe type, met
de Simca-Sport, een sportwagen met een
lijn die harten breekt.
Van Frankrijk naar Italië, het is maar
één stap voor een automobilist. Wat er uit
het land komt, waar iedereen zijn hart aan
het snelle voertuig heeft verpand, is niet
De Ford Comète, een wagen waaraan de moderne opvattingen in de carosseriebouw
niet onopgemerkt zijn voorbijgegaan. Met zijn twee liter V-8 motor een automobiel,
die voorlopig uw neus nog heel hard zal voorbijgaan, want hij valt niet in de termen
voor de Hollandse markt.
zo veel, maar wel bijzonder best. Ten eer
ste is daar Fiat met zijn ganse reeks pro
ducten van de kleine „wegluis" gf, opklim
mend via de snelle 1100 naar de Fiat-1400,
twee jaar geleden de sensatie van alle
shows en eveneens een type, d,at, zoals bij
Fiat gebruikelijk is, nog voor een heleboel
jaren goed is. Trots pronkt er bovendien de
Campagnola, een Fiat-jeep van het type
waarmee het record Kaapstad-Parijs werd
gevestigd door de Italiaan Butti met zijn
équipe.
En tenslotte we hebben gelijk een
kind, dat de suiker van de taart voor het
laatst bewaard, de Italiaanse industrie niet
voor niets het laatst op de lijst gezet
zijn daar die twee topproducten van de
Europese automobieltechniek, de Lancia en
de Alfa Romeo. Beide vallen in de peper
dure klasse, maar hier op de RAI kunt ge
gerust gratis uw hart ophalen aan zoveel
uitgekiende constructie. Lancia is er met
zijn Aurolia als cabriolet en als 2 liter-
Sedan. Vraag gerust eens of de motorkap
even open mag en staar dan eerbiedig in
die schemerdonkere ruimte, waar dat felle
energie-departement zich ophoudt. Doe
datzelfde bij de Alfa Romeo-stand, waar
uw ogen van links naar rechts worden ge
trokken 'van de „gewone" 1900 met zijn
bescheiden raffinement, naar de ongelofelijk
mooie Superleggera-coupé, die zelfs als hij
stil staat zich aan de grond schijnt vast te
klauwen en naar onze smaak vèruit de
mooiste wagen van de show is.
En kijk per slot naar het antwoord
op de vraag „Hoe is het mogelijk?",
die rode anderhalve liter Grand Prix-racer
met het groene klaverblaadje op zijn flank,
die op alle circuits van Europa zijn triom
fen haalde. En die daar in die opwindende
atmosfeer van blerkende uitlaten, gierende
banden, de bittere lucht van verbrande
race-olie, de basis hielp leggen voor alle
technische verbeteringen, die de automo
biel tot het perfecte vervoersinstrument van
vandaag maakten.
..Die geweldige vis deed een sprong boven het water uit enhap!daar had
hij me bij mijn broekspijp te pakken!"
„Oei!" riep Bunkie. „En toen?"
„Nou, ik gaf een schreeuw, want ik schrikte me 'n staartaapen ik probeerde
me vast te houden aan de touwen. Maar dat lukte niet; de reuzenvis had z'n tanden
stevig in mijn broek gezet 'en hij trok zo hard, dat ik de touwen los moest laten
Ik viel van de boegspriet! En nou kun jullie me geloven of nietmaar ik kwam
precies op de nek van het monster terecht, net of ik op 'n paard zat! Dat ivas eigenlijk
maar gelukkig, want anders had-ie me vast en zeker opgeslokt, als ik in die grote
bek was terecht gekomen. Maar toch was ik er niet best aa?i toe, want het beest
zwom met 'n geweldige vaart door de golven, en ik werd meegevoerd, of ik wou of
nietIk zette 'n keel op, dat snap je; maar niemand op het schip hoorde me, zeker
omdat de wind zo'n herrie maakte. Maar dat was nog niet het ergste
De drie keken hem met grote ogen aan.
Nee want toen de vis 'n paar rondjes om het schip heen gezwommen had, dook hij
opeens naar beneden! Ik zat nog altijd op z'n nek en ik werd meegetrokken, onder
water Jongens, wat kreeg ik het benauwd!"
Zware straf geëist tegen
dader en heler
„Deze jongeman heeft zich in ons arron
dissement aan menig misdrijf schuldig ge
maakt. Hij is een zorgenkind van de rege
ring en er is al veel aan hem gedokterd",
aldus de officier van Justitie bij de Haar
lemse rechtbank, mr. B. van der Burg,
gistermorgen in zijn requisitoir tegen de
22-jarige Amsterdamse banketbakker A. A.
K. Drie keer is deze verdachte al voor
waardelijk en één keer onvoorwaardelijk
ter beschikking van de regering gesteld,
voorts heeft hij al een jaar gevangenisstraf
achter de rug en hangt hem nog twee jaar
jeugdgevangenisstraf boven het hoofd, die
de Amsterdamse rechtbank hem heeft op
gelegd wegens een inbraak. Mr. Van dei-
Burg eiste hedenmorgen óók twee jaar
jeugdgevangenisstraf tegen hem en wel
omdat verdachte zich heeft schuldig ge
maakt aan een tweetal inbraken in een
goederenloods van Van Gend en Loos te
Zaandam. De verdachte gaf toe dat hij daar
eerst met een kennis was binnengedrongen
en daar toen voor een dikke 800 aan
overhemden, voor ruim 400 aan sigaret
ten en een fonkelnieuwe damesfiets had
gestolen. Een dag of wat later was hij op
nieuw naar Zaandam getrokken, om an
dermaal een „bezoek" aan de loods te bren
gen. De buit bedroeg toen een paar man
tels en wat lakens en slopen, een waarde
vertegenwoordigende van meer dan 400.
De raadsman van K., mi-, B. de Boer wees
er op dat de opvoeding van de verdachte
veel te wensen had gelaten. Hij drong er
voorts op aan dat de rechtbank rekening
zou houden met het vonnis van de Amster
damse rechtbank. Behalve voor een in
braak moet K. in de hoofdstad nog terecht
staan, omdat hij een politie-agent een flesje
vergif in het gezicht heeft gegooid.
De oom van K. moest hierna voor de
rechtbank verschijnen: Hij had K. er na
melijk toe bewogen prikkeldraad weg te
nemen, die hij nodig had om zijn tuin af te
zetten. Voorts had de oom, de arbeider J.
A. L. uit Haarlemmermeer, een handeltje
van K. overgenomen, een deel van de spul
letjes namelijk die K. bij Van Gend en
Loos had weggenomen. Hij betaalde er
ruim 400 voor. L. beweerde dat hij er
geen idee van had dat zijn neef al die kost
baarheden had 'gestolen, maar de neef zelf
verklaarde dat hij zijn oom wel degelijk
had verteld dat hij het goed gestolen had.
L. werd er voorts van beschuldigd zijn
neef meermalen tot diefstal te hebben aan
gezet.
De officier van Justitie eiste tegen hem
wegens opzettelijke heling een gevangenis
straf van één jaar met aftrek.
De verdediger van L., mr. W. Boers, be
streed de opzettelijkheid van de heling en
zei weinig waarde te hechten aan de ver
klaringen van K. Hij schilderde zijn cliënt
als een hardwerkend en hulpvaardig mens,
die zeker niet de mentaliteit van een heler
bezat. Mr. Boers kwam tot de conclusie dat
de verdachte vrijgesproken dient te wor
den en verzocht om onmiddellijke invrij-
heidsstelling, welk verzoek werd afgewe
zen.
De rechtbank zal in beide zaken op 13
Maart uitspraak doen.
9
De officier van justitie bij de Haarlemse
rechtbank, mr. B. van der Burg, eiste
gistermorgen één jaar gevangenisstraf met
aftrek van het voorarrest tegen de 22-
jarige IJmuidense los-arbeider G. v. d. W.,
die ervan werd beschuldigd een handslijp
machine te hebben gestolen uit een machi
nefabriek te IJmuiden. De verdachte gaf
het ten laste gelegde toe.
Hij was nog maar kort geleden uit de
jeugdgevangenis ontslagen, toen de reclas
sering hem hielp aan een betrekking in die
fabriek. „Om zijn achterstallig kostgeld te
kunnen betalen" stal hij daar een slijp
machine. Hij zag echter geen kans het
instrument te verkopen en zou het daarom
bij zijn broer verstopt hebben. Daar werd
het door de politie echter niet gevonden,
zodat de officier veronderstelde dat de
verdachte hem maar iets op de mouw
spelde.
De verdediger van Van d. W., mr. J. van
Son, drong er op aan het nog eens met ver
dachte te proberen en hem andermaal naar
de jeugdgevangenis te sturen.
De rechtbank zal op 13 Maart uitspraak
doen.
Te Uden is Woensdag in huize „St. Jan"
overleden oud-minister mr. P. J. Reymer.
Hij bereikte de leeftijd van 69 jaar.
Mr. Reymer is van Augustus 1929 tot
Mei 1933 minister van Waterstaat geweest
in het ministerie Ruys de Beerenbrouck.
Van 19221929 was hij burgemeester van
Hilversum en van 1935 tot 1943 burge
meester van Roermond.
Van 20 Maari lot en met 25 Mei wordt
te Lisse de bloemententoonstelling „Keuken
hof" gehouden. Gedurende dat tijdvak zal
de co:-espondentie te Lisse, alsmede die,
welke in de op het tentoonstellingsterrein
aanwezige brievenbus wordt ter post be
zorgd, van een bijzonder poststempel worden
voorzien.
ADVERTENTIE
VRIJDAG 29 FEBRUARI
Stadsschouwburg: „Arsenicum en oude
kant" (Verenigde Spelers), 8 uur. Concert
gebouw: Concert HOV, 8 uur. Minerva: „Een
zaak van leven en dood", 14 jaar, 8.15 uur.
Rembrandt: „Teresa", 14 jaar, 7 en 9.15 uur.
Palace: „Politie-dossier 301", 18 jaar, 7 en
9.15 uur. City: Macao", 18 jaar, 7 en 9.15 uur.
Luxor: '„Hoffmanns vertellingen", 7 en 9.30
uur. Spaarne: „Sofia", „De baron van Ari
zona", 18 jaar. 7 en 9.15 uur. Frans Hals:
..Stalen haaien" 7 en 9.15 uur.
ZATERDAG 1 MAART
Stadsschouwburg: „Bobbeltje" (Comedia),
8 uur. Minerva, Spaarne, Frans Hals: 2.30, 7
en 9 15 uur. Luxor: 1.30, 4, 7 en 9.30 uur.
Rembrandt, Palace: 2, 4.15, 7 en 9.15 uur.
City: 2.15. 4.30, 7 en 9.15 uur.
Adolf Braun werd verhoord en betuigde
zijn onschuld. En die papieren dan? Hij
kon er geen verklaring van geven. Hij was
onschuldig. Men geloofde hem niet, onder
vroeg hem opnieuw, voelde hem, zoals het
heette, „flink aan de tand", gaf hem in
overweging, in zijn eigen belang, nu maar
te bekennen en Braun zweeg: hij had
niets anders te zeggen dan dat hij on
schuldig was.
Na een vrij langdurige preventieve hech
tenis kwam de zaak voor. Adolf Braun ver
dedigde zich slecht, zijn advocaat (een
broekje nog, zonder ervaring, die hem was
toegewezen omdat hem de middelen ont
braken er zelf een te nemen) deed het nóg
slechter.
Op de vraag, wat hij nog tot zijn verdedi
ging wenste aan te voeren, wist hij niet
anders te antwoorden dan dat hij onschul
dig was onschuldig. Jawel, dat had
hij al genoeg keren beweerd; maar de pa
pieren! Papieren in zijn lessenaar, waarvan
hij alleen de sleutel had. Als de verdachte
daar nu eens een aannemelijke verklaring
voor kon geven, dón zou er reden zijn te
gaan geloven dat.... Maar nu! Hij moest
toch zelf zo langzamerhand gaan inzien
dat.
Ik ben onschuldig. Meer dan dat kon
hij niet over zijn lippen krijgen. Alleen de
gedachte al, dat men hem voor een dief
kón houden, verlamde hem. Zo was het
destijds ook op school an. Men geloof
de zijn woord niet. D voel «ntnam hem
de moed zich te verdc n met argumen
ten, die hem misschien hadden kunnen hel
pen, hoewel nauwelijks meer zouden red
den. Zijn schuchtere aard, zijn gevoelige
natuur bleken een hachelijke aanleg te zijn
in een schaamteloze tijd, waarin het rauwe
geweld het laatste woord had.
Ondanks alles schenen de rechters niet
ongunstig gestemd te zijn. Zijn onbespro
ken gedrag, het ontbreken van positieve
bewijzen, zijn houding en stern het pleit
te voor hem.
Totdat de officier van Justitie het woord
kreeg. Adolf Braun zag een donkere ge
stalte verrijzen, hoorde een scherpe, kra
kende stem. Hij ontwaakte uit zijn verdo
ving: nu pas hoorde hij, wat er gezegd
werd: harde, honende woorden, uitgespro
ken op een toon die aan een van buiten
geleerde les deed denken - woorden, waar
aan hij die ze sprak zelf niet geloofde, niet
kón geloven. De stem klonk scherper, sma-
lender. Adolf Braun wilde overeind sprin
gen om te protesteren en de argumenten te
weerleggen. Dat was allemaal niet waar!
Zijn keel werd dicht geknepen, het duizel
de hem. Wóarom werd hem dit onrecht
aangedaan? Waarom? De stem klonk ver
der en verder af, de ruimte groeide om
Adolf Braun, als een nietigheid zweefde hij
in het onmetelijke, waarin een geluid
gonsde en eindelijk tot zwijgen kwam.
Toen was het voorbij. Toen was het te laat.
Verdachte.... u heeft het gehoord?
De officier eist een gevangenisstraf van
één jaar tegen u.
Pas toen de parketwachter hem aan
stootte om hem te doen opstaan, keerde
zijn bewustzijn terug. Hij werd weggeleid.
Adolf Braun keerde zich om, zag de zwarte
gestalte die daareven tartend de beschuldi
ging tegen hem had uitgesproken, diep in
de ogen en zei:
Ik ben onschuldig.
En met een heldere, vaste stem, zodat
het in de verste hoeken van de zaal was te
horen, voegde hij er aan toe:
En u wéét het!
Het vonnis luidde conform de eis: een
gevangenisstraf voor de tijd van één jaar.
Acht maanden van zijn straf had hij uit
gezeten, toen zijn onschuld aan het licht
kwam. De werkelijke dader was ontdekt.
De revisie van zijn zaak leidde tot vrij
spraak. En daarmee stond Adolf Braun op
straat. Met de enkele formele woorden die
uitdrukking moesten geven aan de verze
kering, dat deze noodlottige toedracht ten
zeerste werd betreurd, kon hij zijn leven
herbeginnen.
Zijn ouders waren inmiddels overleden.
Hij had hen tijdens zijn gevangenschap bei
den één keer gesproken: zijn moeder bij
het eerste bezoek, zijn vader bij het onver
wachte tweede, waarbij hij de dood van
zijn vrouw mededeelde. Kort daarop was
hij aan een hartverlamming gestorven. Zij
hadden niet getwijfeld aan de onschuld
van hun zoon; het onrecht, hem aange
daan, was hun dood geweest.
Hij stond op straat. Zijn bloedverwanten,
gering in getal, ontvingen hem, maar op
een zodanige manier dat hij hen niet meer
bezocht. Weliswaar was hij gerehabiliteerd,
maar hij bleef een man „die gezeten had"
en nu ja, men ,zit" toch niet helemaal
voor niets! Er zal toch wel.
Zijn vrienden waren in alle windstreken
verstrooid; zij waren immers jong, jong
zoals hijzelf eens was geweest, vroeger,
toen hij nog niet „met de rechter in aan
raking was gekomen".
Een jaar van beproeving brak aan. waar
van elke nieuwe dag een hopeloze strijd
betekende met het naakte leven. Hij had
in de gevangenis kennis gemaakt met een
zekere Eduard Pritzow die, lang niet zo
onschuldig als hij, toch eer lichtzinnig dan
slecht was. Zij ontmoetten elkaar „in de
vrijheid" en deelden trouw eikaars ellende
en honger, dagelijks terugkerende ont
goochelingen en talloze vernederingen, die
varieerden van veelzeggend schouderopha
len tot goedkope woorden van troost. Zij
redden zich zo goed en zo kwaad als het
ging met het weinige dat ze verdienden en
werden in deze nood vrienden. Het was
Pritzows aanhankelijkheid en onuitputte
lijke hoewel bittere humor die Adolf
Braun in deze tijd op de been hield en hem
weerhield zijn toevlucht te nemen tot het
uiterste.
Of eigenlijk: neen wat hem in werke
lijkheid het hoofd boven water deed hou
den, wat hem in de maanden achter de
tralies en de ontelbare uren van melancho
lie, mensenhaat en wanhoop nadien de
moed gaf verder te leven, was iets héél
anders, iets wat geen mens wist of zelfs
maar vermoeden kon.
Adolf Braun was in deze paar jaren een
ander mens geworden. Of juister gezegd:
in hem ontwaakte dié kant van zijn karak
ter, welke zich voorbijgaand al in zijn
jeugd had getoond, in zijn volle kracht en
nam volkomen bezit van zijn persoonlijk
heid, zozeer, dat hij even onafscheidelijk
aan hem verbonden was als zijn hand, zijn
oogzijn hart.
Er was onrecht aangedaan. Ditmaal was
hij het slachtoffer. Elk onrecht diende ge
wroken te worden. Ook dit. Het lot had hem
nu eenmaal aangewezen als de wreker.
Goed, hij zou er zich niét aan onttrekken.
Maar.... op wie moest het worden ge
wroken? De man die hem in het ongeluk
had gestort om buiten schot te blijven zat
nu zelf tussen de vier muren, zonder dat
hij zichzelf had gered. Goed, het was hem
gelukt hèm ongelukkig te maken. Hij
boette dat was genoeg. De rechters dan?
Och, ze vormden met elkaar een onper
soonlijke macht en als zodanig waren ze
onaantastbaar. En goed beschouwd waren
zij het niet, die hem hadden veroordeeld:
ze hadden gehandeld onder de suggestie
van die andere, die lange, magere kerel
met zijn duivelse gezicht, zijn snijdende
stem, zijn felle ogen en scherpe haakneus
die man, die zelf niet geloofde wat hij
had gezegd en het toch had uitgesproken
met een onverklaarbare haat, zodat hij hem
op zijn beurt was gaan haten, zo bitter, zo
vurig, zo verbeten als een mens maar kón
haten. (Wordt vervolgd).