tVOROL
Agenda voor
Haarlem
Het Hofje van Beresteyn
Tevredenheid en verontrusting
c4"l
Eiysïiraij de vlinders los
Vier of vijf Halsen, eens eigendom van twee
hofjes, gingen voor Haarlem verloren
Henriëtte Bosmans
ter aarde besteld
v.
Buitenlandse belangstelling
voor Nederlandse waarden
SCHOOLBOEKEN
Dirk Coster 65
ZATERDAG 5 JULI 1952
3
Schoonheid in Haarlem en omgeving
Vooraanstaande pianiste
en componiste ging heen
KERKELIJK LEVEN
Uee nuttKlo oetm ip öuuj
Effecten- en
Geldmarkt
LITTERAIRE KANTTEKENINGEN
I
de beste tandpasta
In gesprek met Anne H. Mulder
die men
U
raden
kan
Bezwaren tegen nationale
feestdag op 6 September
H. DE VRIES
In de stijlvolle regentenkamer. Aan de wanden, helaas, copieën van schilderijen
van Frans Hals. Vroeger bezat het hofje de originele werken.
Wij wandelen naar de Lange Heren
straat bij het station. Nu is het daar „hartje"
stad, maar aan het eind der 17e eeuw werd
het daar nog de „nieuwe uitleg" en de
„nieuwstad" genoemd.
Aanvankelijk hadden de wallen en poor
ten van de vesting gestaan op de plaats
v/aar wij nu de Nassau-, Ridder- en Korte
Jansstraat kennen, maar toen werden de
stad vergroot, de Schotersingel- en Klop
persingel gegraven en de Kennemerpoort
gebouwd; de laatste stond waar nu de brug
bij het Frans Halsplein ligt.
Toen Nicolaas van Beresteyn een vrij
gezel die als tekenaar en schilder verdien
stelijk werk had gemaakt in 1684 over
leed, had hij bepaald, dat van zijn nalaten
schap een hofje gesticht zou worden voor
oude lieden (zowel mannen als vrouwen)
behorend tot de R.K. kerk.
In 1688 was het gedeeltelijk klaar en
kwamen de eerste bewoonsters. In 1691
werd het hofje vergroot, zodat ook aan de
Lange Molenstraat huisjes kwamen te staan.
In totaal waren het er toen 12. Ook was er
een regentenkamer.
In de jaren 18821883 stonden de regen
ten voor een moeilijke beslissing. De huis
jes waren bijna een eeuw oud en het werd
hoog tijd dat zij grondig hersteld werden.
•Eigenlijk was het zo, dat afbraak en ver
nieuwing wenselijk werden geacht. Dit werd
financieel mogelijk omdat de regenten be
sloten tot de verkoop van enige familie
portretten, die aan Frans Hals-werden toe
geschreven en die in verwaarloosde toe
stand op de zolder waren gevonden. Deze
stukken hadden ook tot de nalatenschap
van de stichter van het hofje behoord.
Eerst werd in 1882 een jeugdportret van
Emerentia van Beresteyn verkocht aan
baronesse Rotschild te Frankfort aan de
Main voor 100.000. Dit schilderij ziet men
op bovenstaande foto. Emerentia was de
dochter van mr. Paulus van Beresteyn, een
broeder van Nicolaas. In 1885 werden ook
de andere stukken verkocht; het grote stuk
met het gezin van mr. Paulus van Bere
steyn (eveneens op bovenstaande foto te
zien) en verder de portretten van mr. Pau
lus en zijn echtgenote, die op de andere
foto staan. Het Louvre te Parijs gaf er
50.000 voor. Bij de prijs, die baronesse
Rotschild voor het stuk van Emerentia gaf
vergeleken, dus weinig, maar deze stukken
hadden veel meer geleden. Er werd ook
betwijfeld of Frans Hals de familiegroep
geschilderd had (De heer G. D. Gratama
veronderstelt in zijn boek over Frans Hals,
dat Hendrick Gerritszoon Pot de schilder
is). Bovendien was het stuk op een minder
deskundige wijze gerestaureerd.
Met die 150.000 was het mogelijk het
hofje af te breken en geheel te vernieuwen,
terwijl er ook nog geld overbleef om de
premies (uitkeringen) aan de oudjes te
verhogen.
Het bouwplan voor het nieuwe hofje is
van de architect K. Robbers, die voor de
voorgevel van het hoofdgebouw zijn keus
liet vallen op de neo-Romaanse stijl. Op de
verdieping van dit hoofdgebouw werd de
nieuwe regentenkamer gemaakt. Daar zijn
toen de copieën opgehangen, die de schil
der P. Th. van Wijngaarden (die ook zijn
bemiddeling bij de verkoop verleende) van
de schilderstukken gemaakt had.
De verkoop van de stukken van Frans
Hals heeft indertijd nog al wat stof doen
opwaaien. Maar de regenten meenden dat
het toch beter was afstand van de schilde
rijen te doen, dan het hofje te laten ver
waarlozen, zodat het met de ondergang be
dreigd werd. Opmerkelijk is trouwens dat
de regenten van het Hofje van Heythuyzen
(aan de Kleine Houtweg) in 1869 een por
tret van de stichter van het hofje, eveneens
door Frans Hals gemaakt, verkocht hebben
om daardoor de gehavende financiële toe
stand van het hofje te verbeteren. Deze
laatste verkoop had plaats in een veiling te
Heden heeft, op haar verzoek in alle
stilte, de begrafenis plaats gehad van de
Woensdagavond na een langdurige ziekte
overleden componiste en pianiste Henriëtte
Bosmans te Amsterdam.
Henriëtte Hilda Bosmans werd op 5 De
cember 1895 te Amsterdam geboren. Haar
ouders, de cellist Henri Bosmans en de
pianiste Sarah Benedicts, waren beiden als
leerkracht verbonden aan het hoofdstede
lijk conservatorium. Haar eerste piano-
onderricht kreeg zij van haar moeder. Op
17-jarige leeftijd behaalde zij cum laude
het diploma van de Maatschappij tot bevor
dering der Toonkunst. Harmonie en com
positie studeerde zij bij Kersbergen, Dop
per en Willem Pijper.
Als pianosoliste trad zij onder meer ver
scheidene keren op met het Concertgebouw
Orkest onder Mengelberg, Schuricht, Mon-
teux, Ansermet en andere beroemde diri
genten. Zij excelleerde zowel in het klas
sieke als in het moderne répertoire.
Van haar composities moeten genoemd
worden een Concertino voor piano en or
kest, dat voor. het eerst werd uitgevoerd op
het zevende festival van de Internationale
vereniging voor hedendaagse muziek, twee
Celloconcerten en een Poème voor cello en
orkest. Ook schreef zij enige Concertstukken
voor viool en voor fluit en orkest. Haar acti
viteit bewoog zich overigens bij voorkeur op
het gebied van de kamermuziek. Zij compo
neerde een Strijkkwartet, een pianotrio,
een vioolsonate, een cellosonate en talrijke
liederen, zowel op teksten van Franse als
van Nederlandse dichters, speciaal voor
haar kunstzuster Noëmie Perugia, die vele
ervan ten doop heeft gehouden.
Portret van Willem van Heythuyzen, een
schilderstuk van Frans Halsdoor de regen
ten van het hofje van Heythuyzen in 1869
verkocht om de financiën van het hofje
te verbeteren.
Een andere wand van de regentenkamer. Daar hangen de portretten van Mr. Paulus
van Beresteyn en zijn echtgenoteeveneens copieën naar schilderstukken van
Frans Hals.
„Wij hebben deze schat in aarden
vaten, zodat de kracht, die alles te
boven gaat, van God is en niet van
ons".
Deze tekst las dr. H. J. Heering bij de on
langs gehouden Algemene Vergadering dei-
Remonstrantse Broederschap. Hij knoopte
hieraan een openingswoord vast, waarin
een beeld werd gegeven 'van de stand van
zaken in de Broederschap.
„Aarden vaten! de gymnastiekzalen, ver
enigingslokalen, hotel-foyers met hun dik
ke fauteuils, pakhuizen, geleende kerkjes,
waarin het kerkelijk leven veelal nog zijn
rust en middelpunt moet vinden.
Aarden vaten de kas, waarover vrij
wel iedere gemeente in haar jaarverslag
kreunt en waaruit de schamele apparatuur
van ons godsdienstig gemeenschapsleven
mogelijk gemaakt moet worden. En er is
meer te noemen. Ik zeg dit zonder somber
heid. Het is erger voor een kerk om rijk te
zijn dan arm".
De algemene jaarverslagen, deelde dr.
Heering mee, vertonen geen somber beeld.
De Broederschap wordt er in getypeerd als
een klein, kalm schip in woelige wateren.
Hierin strijden voldoening en een kwaad
geweten om de voorrang.
Tevredenheid
Zeker is er reden tot tevredenheid. Het
ledental neemt nog steeds toe al is dit
lang niet meer zo sterk als de volkstelling
van 1947 dit aangaf. Er was toen nl. sprake
van 2 hetgeen nu een toename zou be
tekenen van 400 leden, terwijl het er in
werkelijkheid slechts 130 zijn.
In Friederichstadt deed weer een eigen
voorganger intrede. Meppel, en eigenlijk
ook Arnhem kregen een nieuw kerkgebouw.
In bijna iedere gemeente is sprake van een
toenemend of in ieder geval 'n trouw kerk
bezoek. Het conferentiecentrum „De Hoor
neboeg" mag zich in steeds grotere belang
stelling verheugen. Met de Oecumene wor
den de banden steeds meer versterkt, ter
wijl in het naaste verleden met de zending
behoedzaam de eerste contacten werden
gelegd. Over gebrek aan offeiwaardigheid
wordt over het algemeen niet geklaagd. De
inkomsten zijn sinds 1938 verdubbeld. Dit
wil echter nog niet zeggen, dat hierdoor de
financiële toestand uitgesproken roos
kleurig kan worden genoemd, want men
dient hierbij te bedenken, dat de uitgaven
vanaf 1938 verdriedubbeld zijn. Alles bij
een genomen is er echter reden tot een
voorzichtige tevredenheid.
Verontrusting
Dr. Heering herinnerde er vervolgens
aan, dat er ook leden zijn, die verontrust
zijn. Ook dit is wel begrijpelijk, indien men
bedenkt dat het aantal catechisanten over
het geheel langzaam maar zeker afneemt
en de vrijzinnige jeugdbeweging geenszins
een opwekkend beeld vertoont. Hierbij
komt nog, dat de gemiddelde leeftijd der
Remonstranten steeds hoger wordt, terwijl
men er in hèt geheel niet van overtuigd is,
dat voor de ouderen voldoende wordt ge
zorgd. Voorts is opvallend de onevenredige
verhouding tussen mannen en vrouwen.
Onder de leden bevinden zich bijna twee
maal zoveel vrouwen als mannen, de laat.-
sten laten bovendien in kerk en kerkelijk
werk nog vaak verstek gaan. Vooral in de
grote steden ontbreekt het de mannelijke
lidmaten nog wel eens aan activiteit.
Dr. Heering is verder verontrust over
het feit, dat de Broederschap met haar 9
academisch gevormden het Evangelie on
voldoende steun en gezag verschaft in de
wereld van intellectuelen en kunstenaars.
In deze kringen gaat men nog steeds veel
te veel voorbij aan de bijbelse boodschap.
En heeft een Christen in zo'n kring eens
het gehoor, of wordt er voor een goed tijd
schrift een Christen gezocht die als gelo
vig intellectueel de degen kan kruisen met
zijn vakgenoten, dan. blijkt hij vaak niet
tot de bedoelde 9 te behoren.
De verontrusten leren ook zien, dat vrij
wel geen handarbeiders de remonstrantse
diensten bezoeken. Het gevaar bestaat, dat
dezen de kerk meer zien als een behage-
lijke kring van geest- en standverwanten
dan als de Kerk van Christus.
Zowel de tevredenen als de verontrusten
hebben voor een deel gelijk, In ieder ge
val staat vast, dat zolang God de wereld
liefheeft er veel meer zal moeten worden
gebeden en vamiit het gebed zal men veel
„wereldser" moeten worden. Vanuit Chris
tus veel humanistische!-. In de geloofsge
meenschap meer persoonlijk ter beschik
king van God.
Dr. Heering is verder van mening, dat in
ADVERTENTIE
BARTELJORiSSTRAAT 20 TEL. 13430
iKHAKI SHIRTS PANTALONS
de Oecumene allerwegen een neiging is
om de kerken te versterken zowel in dog
matisch als in organisatorisch opzicht tot
glorieuze vaten, waarbij aan bewogenheid
om de mens te kort wordt gedaan. Dit
laatste geschiedt volgens hen bij de Re
monstranten niet; wel staat men soms God
in de weg met een vroomheid die zonder
wereld is en met een wereldse arbeid zon
der geloof.
„Alleen Gods liefde kan ons en onze
kinderen redden, wij niet. Wij moeten die
liefde Gods enkel aandragen. In onze ge
meenten, in onze prediking, in onze woor
den, in onze levens. Een ieder zal moeten
meedragen, zodat de predikant weer een
beperkte taak krijgt toegewezen, bovenal
die van zielszorger, omdat de gemeente
ook leest in de bijbel, leeft uit het gebed
en omdat met name de 9 academisch ge-
vormden een stuk theologie doordenken".
Zou dit alles uitsluitend gelden voor de
Remonstrantse Broederschap?
Waarschijnlijk niet.
De grotere belangstelling van het buiten
land voor de internationale waarden aan
de Amsterdamse beurs heeft de laatste
weken sterk de aandacht getrokken. Reeds
gei'uime tijd is het agio van de dollar, dat
het vorig jaar tot 18 a 20 percent opliep,
verdwenen en de recente koersstijging van
aandelen Koninklijke van 280 tot 320 per
cent moet, naar mag worden aangenomen,
voornamelijk aan buitenlandse aankopen
worden toegeschreven. En ook de hogere
koersen voor de aandelen H.V.A., welke
deze week zijn ontstaan, zijn, zo zegt men
op de beurs, goeddeels het gevolg van de
buitenlandse belangstelling.
Gelijk bekend is, worden er in Wall-
street, zij het dan niet op de officiële beurs,
een aantal Nederlandse fondsen verhandeld
(o.a. aandelen Koninklijke. AKU, Amster
dam Rubber, Billiton', Deli Mij., H.V.A.,
H.B.U., Unilever, Ford, Philips) in dollars
per coupure in Nederlands geld. Voor een
stuk van 1000 is 1 percent in Amsterdam
10,gelijk aan ongeveer 2,6 dollar en
een koersstijging van zeg 5 pet. in Amster
dam betekent dus dat het fonds in New
York circa 13 punten stijgt. Het groot aan
tal punten, waarmee de New Yorkse koers
van Nederlandse fondsen stijgt of daalt bij
betrekkelijk geringe koersverschillen in
Amsterdam wordt hierdoor verklaard.
Het is duidelijk dat, nu de dollar geen
agio meer doet, tussen de notering te Am
sterdamNew York een zekere pariteit
bestaat. En daar de hoofdmarkt voor ge
noemde fondsen in Nederland ligt, was
doorgaans de practijk dat New York zich
bij Amsterdam aanpaste. Juist omgekeerd
als bij Amerikaanse shares, ten aanzien
Parijs. Het stuk is nu eigendom van het
Koninklijk Museum voor Schone Kunsten
te Brussel en was te zien op de Frans Hals
tentoonstelling in 1937 in het Frans Hals
museum.
Het verwondert ons, dat uit niets is ge
bleken, dat door de regenten van het hofje
van Heythuyzen en van het hofje van
Beresteyn voor de verkoop contact is ge
zocht met het Haarlemse gemeentebestuur
over verkoop van de schilderstukken.
Haarlem had toch reeds in 1862 het ge
meentelijk museum voor schilderijen ge
opend. Of waren de regenten er van over
tuigd, dat het gemeentebestuur daarvoor
geen tonnen beschikbaar kon en wilde
stellen? Het is jammer dat ons Frans Hals
museum niet alleen het schilderij van
Willem van Heythuyzen mist, maar vooral
ook het jeugdportret van Emerentia van
Beresteyn. In de bekende Niederlandisches
Künstler-Lexikon van dr. Alfred von
Warzbach wordt dit, zeker niet ten on
rechte, een hoofdwerk van Frans Hals ge
noemd.
Naast het hofje van Beresteyn staat het
hofje van Spoorwater. De tuinen grenzen
aan elkaar en omdat die slechts door een
laag hekje gescheiden zijn, krijgt men de
indruk dat het één grote tuin is.
Hoewel van Beresteyn bepaald had dat
er zowel mannen als vrouwen in zijn hofje
zouden opgenomen worden, zijn er toch
alleen vrouwen toegelaten. Wel hebben de
regenten in 1887 (hetgeen ook mogelijk was
door de verkoop van de schilderstukken)
in een huis aan de Jansstraat (het tegen
woordige gebouw „de Nijverheid") het St.
Nicolaasgesticht geopend, waar behoeftige
oude mannen verpleegd werden door Broe
ders van Barmhartigheid van St. Joannes
de Deo. Dit heeft later geleid tot de bouw
van de Deo in de Maerten van Heemskerk-
straat.
C. J. van T.
119»
ADVERTENTIE
N EEN SUBLIEM BOEKJE, één van die zeldzame geschriften waar men tienmaal
in kan bladeren om er tienmaal vreugde aan te beleven, staat een zin die mij
telkens weer karakteristiek lijkt voor een proza dat men meditatief zou kunnen
noemen: een eer mijmerende dan een bespiegelende schrijfkunst. „Van iets houden",
staat er, „betekent voor de dichter: het in zijn fantasie opnemen, het daar koesteren,
het met de eigen ziel doordringen, het de eigen adem leven inblazen". Dit dromend
zich bezinnen, dit nadenkend spel met gedachten en gevoelens, heeft met de Europese
geestesgesteldheid nagenoeg niets gemeen en de schrijver van het citaat, de Zwitser
Herman Hesse, voelt zich dan ook meer aan het Oosten verwant dan aan het „avond
land". Al waren het dan „Zeven eeuwen Nederlandse levenskunst" die de bezielende
fantasie van Anne H. Mulder bevleugelden, al bewoog zij zich met alle charme van
haar zeer eigen verteltrant in het grensgebied van historie en litteratuur toch herkent
men haar aan haar toon als één diergenen, voor wie mèt Hesse het zien een ervaren,
het ervaren een mediteren en het mediteren een innerlijk aandachtig-zijn is voor
wat „op duizend manieren kan komen". Voor het ogenblik van „sublieme dwaas
heid", waarop men „de wereld opnieuw en anders ontdekt".
In vijfentwintig improvisaties ge- welqke obsessie, in een sublieme verbijste-
Op het congres van oranje-verenigingen,
dat 11 en 12 Juli te Breda wordt gehouden,
zal, zoals gemeld is, kolonel M. A. Sroeenk
invoering van een Oranjedag op 6 Septem
ber bepleiten. De „Centrale Commissie voor
het Vieren van Nationale Gedenkdagen",
welke volgend jaar een halve eeuw be
staat, neemt stelling tegen deze poging tot-
verschuiving van de nationale feestdag. De
centrale commissie heeft aan alle Oranje
verenigingen in Nederland een brief ge
richt, waarin zij de verenigingen opwekt
zich te Breda beslist tegen het voorstel van
kolonel Smeenk te verklaren. De commissie
meent, dat ons volk de verjaardag van zijn
vorsten wil vieren en niet de kroningsdag,
welke niet spreekt tot de verbeelding van
de massa, voor wie de feestviering in de
eerste plaats bestemd is. De commissie is
van mening, dat bij een verschuiving van
de datum de nieuw gecreëerde feestdag ge
doemd is. tot mislukking en dat een grote
verwarring het gevolg zal zijn. „De afne
mende belangstelling voor de 5 Mei-viering
zij ons een teken en een waarschuwing",
ze|t de centrale commissie.
bundelde radiovoordrachten, geschreven
dus om te worden gehoord en ongewijzigd
in druk gegeven, zodat de lezer de leven
dige gewaarwording heeft met Anne Mul
der in gesprek te zijn vertelt zij van
het kostbare dat tot haar gekomen is: de
stem van een mens, de herinnering aan
een schilderij of een gedicht, de geurende
kruidenweelde van de Hollandse hei, een
brief waarin iets wordt prijsgegeven van
een hartsgeheim, de zin van een folkloris
tisch gebruik, de nagedachtenis aan een
dode, een levensbeschrijving, een histori
sche merkwaardigheid. Want het wonder,
datgene dat op duizend manieren kan ko
men, ligt voor haar overal verborgen. En
meer is er niet nodig dan „de onbevangen
mateloze verwondering van het kind" om
het gewaar te worden en zich vervuld te
voelen van bewondering en eerbied voor
die uiting van leven eeuwig herhaald
en eeuwig nieuw.
Wijze waanzin
Laat het een dwaasheid zijn daarméé en
daarvóór tc leven, te zwerven door landen
die men nooit zal bezoeken, te spelen met
gedachten die men nooit ten einde zal
kunnen denken, te spreken met mensen
die men nimmer zal ontmoeten dan nog
biijft het een „goddelijke dwaasheid", oen
waanzin waarover Anne Mulder enkele
voortreffelijke bladzijden heeft geschreven.
„Het was deze drang" de drang name
lijk om „het zelfverzekerde, veiliggestelde
leven uit te dagen" „die ons heiligen
en kluizenaars bracht, Godzoekers en pre
dikers, weggedroomden en verlorenen".
Hemelzoekcnde, strijdbare, tragische dwa
zen, verdroomde en verliefde dwazen, de
één vóór, de ander na een zonderling, met
wie de wereld in haar sociale, verschijning
nooit goed raad heeft geweten.
Met zekerheid weet men, wiè Anne Mul
der is, geen twijfel is er meer, höè haar
boekje „Passepartout" te lezen en te ver
staan, zodra men in haar trant de slotbe
schouwing van deze overpeinzing („Litanie
der verdwazing") in eigen fantasie heeft
opgenomen om er het zijne uit te puren.
„Misschien", schijft ze, „behoeft de wereld,
behoeven enkele gezegenden of gedoemden
onder ons de waanzin, die mensen geban
nen houdt in een schone droom of een gru-
ring of een nooit eindigende nacht, een
heel leven lang". En men denkt aan Höl-
derlin en Verlaine, aan Kleist en Heine,
aan Van Gogh en Byron. Of aan gestalten
uit de litteratuur: Hamlet, Koning Lear en
Don Quichote. En men weet dat het waar
is: dat het deze verduisterde, misschien
ook door een ander licht verhelderde
dwaasheid is, die „de wereld redt uit een
ondragelijke vlakheid en troosteloze mid
delmatigheid".
Deze erkenning, dit inzicht, dit stukje
menselijke wijsheid heeft AnneMulder open
gesteld voor ongemene ontmoetingen. Ze
leest in de brieven van Rosa Luxemburg-
en in één zinsnede daaruit herkent ze de
vrouw die hoog boven alle politiek uit in
haar tragische grootsheid verschijnt, waar
ze in haar gevangeniscel de herinnering
in zich wakker roept aan het Corsicaanse
landschap en aantekent: „in de hoogte
fluit de wind langs de rotswanden de
zelfde nog, die Odysseus' zeilen deed zwel
len". En zo „ontmoet" ze Manet: in brie
ven uit zijn laatste levensjaren, afgedrukt
in het oorspronkelijke handschrift, brieven
die in woorden alle kleur en geur en wee
dom om het vergankelijk-schone van zijn
schilderijen herhalen.
Vlindergedachten
Bij voorkeur is het de gewone alledaags
heid die Anne Mulder als uitgangspunt
kiest, een speelse inval, een anecdote, een
sprookjesmotief, een historisch gegeven
een verschijnsel of verschijning, waaraan
duizenden ogen overheen hebben gekeken
en die hier, gezien met de argeloze blik
van kinderen en dwazen, contouren ver
krijgt, gestalte aanneemt, een gedachten-
vlucht neemt waarop de lezer wordt mee
genomen, luchtig zwevende eerst en dan
al hoger, tot aan de grens van het won
derbaarlijke, waar Anne Mulder van haar
luisterende of lezende metgezel afscheid
neemt om hem over te laten aan eigen
verbeelding, alleen met zichzelf, zijn ge
dachten, zijn mijmeringen, vèr van het
alledaagse, vèr van de wereld die ons ont
stelt en beklemt, vèr daarboven.
En de bekoring van deze schrijftrant,
van deze korte schetsen die, ondanks hun
ongewoon boeiende eenvoud, zo uiterst
ADVERTENTIE
voor alle inrichtingen voor onderwijs
SCHOOLBOEKHANDEL
Jiicobijncslrual (.icd. Oude Gracht ij-ija
moeilijk tot stand gekomen zullen zijn?
Haar voordrachtje over de Belgische schil
der Edgard Tijtgat besluitend, citeert Anne
Mulder een uitspraak van Emile Langui:
„Over Tijtgat schrijven is vlinders vangen.
Negen kansen tegen tien dat u er naast
slaat. En als u ze plompverloren treft, zijn
het geen vlinders meer". Dat kan ook van
Anne Mulders vederlichte gedachtendro-
men worden gezegd. Wees geen Prikke-
been, criticus. Jaag ze öp noch na. Belem
mer u er niet om of ze „litteratuur" 'zijn,
deze vlinderachtige notities. Het is Anne
Mulder zelf, die Jan Engelman laat her
halen:
„Elysium, de vlinders los
en duizendjarig dolen".
C. J. E. DINAU'X
Anne H.
Em. Querido's
dam).
Mulder: „Passepariout" (N.V.
uitgeversmaatschappijAmster-
Maandag wordt de letterkundige Dirk
Coster 65 jaar. Hij verwierf zich vooral
bekendheid door zijn eerste mindcl „Mar
ginalia'' (1919, tiende druk 1948) en zijn
veelomstreden bloemlezing Nieuwe Ge
luiden". Voor zijn verzameld froza werd
hem in 1926 de Van der Hoogtprijs toege
kend. Met Just Havelaar heeft hij in 1921
„De Stem" opgericht, welk litterair tijd
schrift, waarin gestreefd werd naar een
synthese van acsthetiek en ondogmatische
ethiek, cot 1942 is blijven bestaan. Het
bovenstaande portret werd geschilderd
door Otto B. de Kat in 1935, kort nadat
Dirk Cosier uit Bennebroek, waar hij ge
ruime tijd heeft gewoond, was teruggekeerd
naar zijyi geboortehuis in Delft, waar hij
nog steeds verblijf houdt. Op 7 Juli wordt
hij daar ten -stadhui-ze gehuldigd.
waarvan Amsterdam zich normaliter naar
New York richtte.
Er is een tijd geweest, dat de Ameri
kaanse markt op de Amsterdamse beurs
een zo belangrijke plaats innam, dat zij bij
de koersontwikkeling soms de toon aangaf,
dat New York willig of flauw was omdat
Amsterdam willig of flauw was. De staart
kwispelde dan met de hond, zoals de oude
Van Oss placht te zeggen.
Die tijd is lang voorbij. Wij hebben na
de oorlog een groot deel van onze Ameri
kaanse waarden afgestoten moeten af
stoten om althans ten dele onze impor
ten uit de V.S. te kunnen betalen.
En nog steeds gaat die liquidatie voort,
waarmee de daling en verdwijning van het
dollaragio ten dele verband houdt.
Tot dusver hield de Amsterdamse arbi
trage, die hier Amerikaantjes van het pu
bliek overnam, over de daardoor vrij
komende dollars de beschikking en daar
mee konden andere Amerikaantjes in New
York worden gekocht, of ook, zoals de
laatste tijd enige malen is voorgekomen,
nieuwe Amerikaanse waarden in Amster
dam worden geïntroduceerd. De laatste tijd
hebben er blijkbaar nog al enige liquidaties
op de Amerikaanse markt plaats gehad,
tengevolge waarvan bij de arbitrage een
saldo van z.g. „Arbusdollars" is ontstaan
van naar verluidt rond 10 millioen dollar,
dat deze week door de Nederlandse Bank
is opgevraagd. Dit besluit is temeer be
vreemdend, omdat de deviezenvoorraad de
laatste maanden belangrijk is toegenomen,
al bestaat deze voorraad slechts voor een
klein deel uit dollars. Men vraagt zich af
wat de Nederlandse Bank met deze vorde
ring beoogt. Er is steeds gezegd dat ons be
zit aan Amerikaanse waarden intact moest
blijven als een soort onderpand voor de in
de Verenigde Staten gesloten leningen. En
overigens is ons bezit aan Amerikaanse
waarden een belangrijke bron van inkom
sten gebleken, nog afgezien van de waarde
vermeerdering, welke het sinds de laatste
jaren heeft ondergaan. Men mag daarom
hopen dat de gevorderde dollars niet voor
andere doeleinden zullen worden gebruikt.
Het wordt mogelijk geacht dat de Neder
landse Bank haar dollarbezit wil uitbreiden
met het oog op de verruiming van de valu-
tahandel, welke tot dusver tot Engelse
ponden en Franse francs beperkt bleef.
Men mag zich overigens van deze verrui
ming nog geen te grote voorstelling maken,
want weliswaar mogen de banken thans
binnen bepaalde grenzen onderling ge
noemde valuta's verhandelen, tenslotte
houdt de Nederlandse Bank het heft in
handen. Toen deze dagen bijvoorbeeld een
post ponden per 31 Maart 1953 a 10.30'/*
werd aangeboden, bleek de bank niet be
reid tot deze prijs te bemiddelen en kon de
post niet worden geplaatst. Vroeger, onder
de Gouden Standaard, had men de zoge
naamde goudpunten, welke, zo zij dreigden
te worden overschreden, tot aan- of ver
koop van goud leidden.
Hoe dit alles zij, het is verheugend dat
ten aanzien van de valutahandel een
grotere mate van vrijheid kan worden toe
gestaan en dat de positie van Nederland,
blijkens de verdere toeneming van ons
saldo bij de E.B.U. (in Juni een surplus van
ƒ60 millioen tegen ƒ40 millioen in Mei en
ƒ111 millioen in April) en de stijging van
de deviezenvoorraad tot 2.7 milliard, aan
merkelijk beter is dan een jaar geleden.
Ook de Nederlandse schatkist is thans met
een saldo van 620 millioen zo ruim bij
kas, dat zij de afgifte van schatkistpapier
voorlopig heeft beperkt.
Van een en ander is men uiteraard ook in
het buitenland niet onkundig gebleven en
hét is mogelijk dat de in het begin van dit
artikel genoemde buitenlandse belangstel
ling voor de Nederlandse internationale
waarden daarmee verband houdt.
ZATERDAG 5 JULI
Sportpark Heemstede: Circus Mikkenie, 8
uur. Lido: „Iwo Jima", 18 jaar, 7 en 9.15 uur.
City: „De veroveraar", 14 jaar, 7 en 9.15 uur.
Spaarne: „De terugkeer van Zorro", 14 jaar,
7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Vrouwen in
angst", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Het
avontuur begon in Bombay", 18 jaar, 7 en
9.15 uur. Rembrandt: ,,'s Nachts langs de
weg", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Palace: „Grote
autoraces", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Mr.
Denning drives north". 14 jaar. 7 en 9.15 uur.
ZONDAG 6 JULI
Sportpark Heemstede: Circus Mikkenie. 2
en 8 uur. Rembrandt: „Vijf maanden in de
Braziliaanse wildernis", 11 uur. ,,'s Nachts
langs de weg", .18 jaar, 2. 4.15, 7 en 9.15 uur
Luxor: Journaalvoorstellingen, 10.30. 11.30 en
12.30 uur. „Mr. Denning drives north". 14
jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: en Lido:
2, 4.15, 7 en 9.15 uur. City: 2.15, 4.30, 7 en 9.15
uur. Frans Hals: 2, 4.30, 7 en 9.15 uur. Spaar
ne: 2. 4.15, 7 en 9.15 uur. Minerva: 2, 4.15,
7 en 9.15 uur. Openluchttheater: Ballets Jooss
8.30 uur.
MAANDAG 7 JULI
Sportpark Heemstede: Circus Mikkenie, 8
uur. Rembrandt. Palace, Lido: 2, 4.15, 7 en
9.15 uur. Frans Hals: 2.30, 7 en 9.15 uur. City:
2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur. Minerva: 2.30, 8.15
uur. Luxor: Journaalvoorstellingen 10.30.
11.30 en 12.30 uur; „Mr. Denning drives
north", 2, 7 en 9.15 uur. Spaarne: 2.30, 7 en
9.15 uur.