Traditionele handwerkkunst
in moderne toepassing
Dit maken we zelf:
Machteld Wisse,
fotografe
dee MORRIS êefm ijcu fiiuj!
■Clowntje Rick
Predikant vraagt priesterwijding
WENEN ALS MODEST AD:
Eigen stijl bleef
geheel behouden
Bloemsierkunst
Heringa Wuthrich
Een sportblouse voor
de zoon des huizes
Het onderhoud van
onze schoenen
7
FEUILLETON
(De misdaad op het eiland)
door Else Hofker
BARTF.UORISSTRAAT 20 TEL 13459
Geslaagd dank
HILVERSUM
Voor de kinderen
KERKELIJK LEVEN
ZATERD.\C 12 JULI 19 52
Van voor de oorlog zal men zich waarschijnlijk nog wel de aparte truitjes en hoedjes,
de sierlijke pakjes en jurken in jersey en de verfijnde blouses herinneren, die uit de
mode-stad Wenen afkomstig waren. Op het mode-toneel speelde Wenen toen reeds zijn
eigen en zeker niet onbelangrijke rol. Tientallen couturiers werkten in deze stad aan de
Donau, om de naam van Wenen op dit gebied hoog te houden. Elk seizoen stelden deze
mode-ontwerpers, zoals dat ook in Parijs gebeurt, hun collecties samen, die, hoewel
steeds .jpisch Weens van karakter, nieuwe vondsten op mode-gebied naar voren
brachten. Wenen heeft een moeilijke tijd doorgemaakt en vele couturiers moesten
na de oorlog hun bedrijf weer van voren af aan opbouwen. De activiteit en het door
zettingsvermogen waarmede dat is geschied verdient bewondering.
Thans neemt Wenen onder de mode
centra in Europa weer een belangrijke
plaats in. En dat heeft het vooral te dan
ken aan het feit, dat degenen die binnen
zijn muren de mode dienden, er in de eer
ste plaats naar hebben gestreefd het eigen
karakter te behouden. Een greep uit de
collecties van de Weense mode-huizen, die
wij een dezer dagen te zien kregen, bewees
dat men daarin ook werkelijk is geslaagd.
De typische Weense kledingstijl voegt een
nieuw facet toe, aan de zo gevarieerde
verschijningsvormen van de Europese
mode, die in Parijs en Londen haar voor
naamste inspiratie-bronnen heeft. De
Weense mode heeft een sportief accent en
verschilt toch weer sterk van de typische
Engelse kledingstijl. Zij is bestudeerd en
elegant, maar toch niet direct of langs een
Handgeweven stoffen worden in de Weense
mode veel toegepast. Men weet er zeer
aparte effecten mee te bereiken. Dit origi
nele jasje, waarbij de streep op een bij
zondere manier is verwerkt is hiervan een
voorbeeld.
omweg van de Parijse mode afgeleid.
Zij is bovendien afgestemd op de tegen
woordige omstandigheden van de vrouw,
maar heeft meer dan de Amerikaanse
mode een zekere romantiek weten te be
houden.
Jersey favoriet
Hoewel de zomermode in de collectie
die wij te-zien kregen rijk was vertegen
woordigd, werden er ook reeds nieuwe
creaties voor de komende herfst en zelfs
voor de winter getoond.
Jersey wordt door de Weense mode
ontwerpers ook nu nog met grote voor
liefde toegepast. Men weet dit materiaal
zowel in wollen als in zijden uitvoering
op een heel aparte manier te verwerken.
Pakjes, jurkjes en blouses van fraai ge
drapeerde dan wel uiterst perfect gecou
peerde jersey die ook voor ons land in
teressant zijn, daar er élégance en prac-
tische zin op een vernuftige manier bij
gecombineerd zijn, trokken wel het meest
onze belangstelling.
Hoe doelmatig een bepaald model ook
is, steeds weet men er door de verzor
ging van de détails, door de garnering of
door de keuze van de accessoires die er
bij worden gedragen, op een werkelijk
verrassende manier een zeer vrouwelijk
cachet aan te geven. En dat is wel de
voornaamste verdienste van de Weense
mode. Hoe uitgebalanceerd zij ook is, de
vrouwelijke verfijning wordt er niet licht
bij over het hoofd gezien, wat'bij de even
eens sterk op de doelmatigheid ingestelde
Amerikaanse mode bijvoorbeeld, heel dik
wijls wel het geval is. In deze Weense
jersey-mode voor het nieuwe seizoen wer
den ook verschillende nieuwe kleuren naar
voren gebracht.
Rood bleek bijzonder in trek, maar bij
voorkeur in diepe, warme en dikwijls zeer
donkere naar bruin of paars overhellende
tinten.
Paars en violet is naast allerlei heel
aparte schakeringen van bruin, eveneens
toonaangevend. Grijs treedt minder sterk
op de voorgrond dan momenteel in Parijs
en Londen het geval is.
Groen behoort daarentegen tot de uitge
sproken lievelingskleuren van de Weense
ontwerpers, vooral in naar grijs of blauw
overhellende schakeringen. Snoezige hoed
jes en mutsjes van jersey completeerden
de creaties in dit zo uitgesproken Weense
genre en luchtige dopjes van zijden jersey,
met een enkele sierlijke speld of een sim
pel maar zeer smaakvol geborduurd mo
tief, behoren tot de favorieten.
Fraaie borduursels
Bij de zomerkleding woi'dt veel katoen
toegepast met aparte dessins versierd en
in boeiende kleuren-combinaties Een strak
keursje houdt meestal de ruimte van de
zeer wijde rokjes in de taille bijeen. Iets
wat aan de Oostenrijkse nationale kleder
drachten herinnert en bijzonder jeugdig
staat.
Dat de Oostenrijkse vrouw graag hand
werkt, weet ieder die wel eens de kleur
rijke, fijn bewei-kte nationale klederdrach
ten uit dat land bewonderde. Deze natio
nale eigenschap komt ook in de Weense
mode sterk naar voren. Van generatie op
generatie zijn de oude handwerk-technie-
ken en de traditionele patronen bewaard
gebleven, waarmee de vrouwen hier op de
lange winteravonden hun nationale tooi
versierden.
Deze folkloi-istische gegevens weten de
Weense mode-ontwerpers op een heel
eigen manier, die nergens te gezocht aan
doet, maar wel steeds een aparte noot aan
hun creaties geeft, bij modieuse kleding
uit te werken. Zo wordt deze typische mo
de steeds gevoed door inspiraties die zijn
ontleend aan de cultuur van 't eigen volk.
En dat geeft deze mode in de eerste plaats
haar eigen allure. Rijk van kleur en sier
lijk uitgevoerd zijn de borduursels, die
menig zomerjurkje sieren. En hoewel de
patronen bewust ontleend zijn aan het ver
leden, weet men ze zo uit te voeren dat
het geheel hoogst modieus aandoet. Men
moet wel sterk met de bronnen, waaraan
deze gegevens zijn ontleend, verbonden
zijn, om een dergelijk effect te kunnen
bereiken.
Vondsten in tricot
Tricot-kleding is eveneens een speciali
teit van dit Oostenrijkse mode-centrum.
De aparte truitjes en vestjes, die er reeds
voor de oorlog werden vervaardigd, heb
ben daar ruimschoots bekendheid aan ge
geven. Geheel nieuw doen echter de crea
ties aan die thans in dit genre door Ween
se experts worden gebracht. Op zichzelf is
deze machinaal gebreide kleding wonder
lijk eenvoudig. Er is echter steeds iets in
de afwerking, de manier waarop het ma
teriaal is toegepast of de garnering, dat
aan deze tricot-mode van Weense origine
een aparte noot geeft.
Zelfs de zeer sportieve truitjes doen
sierlijk en daardoor prettig vrouwelijk aan
en op geen enkel terrein weten de Weense
mode-ontwerpei-s zo overtuigend te be
wijzen, dat practische zin en een vleugje
vrouwetijke romantiek bij de moderne kle
ding heel goed samen kunnen gaan.
Smaakvolle combinaties
De Weense vrouw stelt het erg op prijs
bij haar kleding steeds de juiste accessoi
res te dragen en haar smaak is in dat op-
Niet alleen op het gebied van kleding, maar
ook op dat van sieraden, heeft Wenen een
geheel eigen stijl. Van kraaltjes, koord,
gitten, pailletten en fluweel zijn deze oor
hangers met bijpassende armband vervaar
digd. Kunstzinnig, aparten heel vrouwelijk.
25)
Welnee, ik ben een beetje verreisd.
Wat is er met Machteld?, vraagt ze er
gauw achter aan, om de aandacht van haar
persoontje af te leiden.
Tja. De rustige, evenwichtige hoofd
onderwijzer is bepaald van de kook. Hij
kijkt een beetje verlegen.
Ik weet het niet zeker, wel Inger?
Maar ik geloof, dat er een zwager voor je
op komst is.
Dus toch, dus toch, gaat het door Joke
heen. Haar schrik wordt voor verbazing
aangezien.
Heb jij er niets van gemerkt?
Nee, aarzelt Joke. Ik zou niet weten,
wie. Machteld is op dat punt nogal geslo
ten.
Ze weet het zelf nauwelijks, geloof
ik. Haar vader lacht plotseling als een
schooljongen.
Maar als je die twee gezichten had
gezien, vandaag. Hm, nee, ik twijfel er
niet aan.
Maar wie dan?, vraagt Joke en op
hetzelfde ogenblik schiet een helle vreugde
door haar" heen.
Vader, zeg 't is toch niet Michel
Cripps?
Ken je hem? Ja, natuurlijk, 't Is een
beste kerel.
Hij is zo vergenoegd, dat hij Joke uit
zichzelf een sigaret presenteert. Hij houdt
er anders niet van, dat zijn dochters roken,
al past hij er voor op, het tegen te gaan.
Wat ben ik daar blij om, zegt Joke
uit de grond van haar hart.
Ik ook.
Jullie zijn al te voorbarig. Dit is
moeder met haar gewone voorzichtigheid.
Het is niet eens zeker. Ze hebben immers
nog niets gezegd.
Nee, maar een kind kan het zien.
Vader is niet van het tegendeel te over
tuigen. Niemand zal weten, wat een ang
stige tijd hij heeft doorgemaakt, van het
ogenblik af, dat Machteld naar Amsterdam
ging. Hij kende het milieu niet, waarin ze
verzeild raakte; die wereld was hem
vreemd. Doodsbenauwd is hij geweest, dat
ze in handen van de een óf andere artist
zou vallen, en aan alles, wat naar die
richting zweemt, heeft hij een hekel.
En nu kwam ze ineens met die knaap
uit de lucht vallen. En van het goeie soort-
Die vriend van hem is ook een beste kerel.
De oude Wisse is op het ogenblik in
ADVERTENTIE
WINDJACKETS SWEATERS
zicht doorgaans feilloos. Dat stimuleert de
mode-ontwerpers steeds aan de kleinighe
den van de garderobé zoals hoedjes, tasjes,
handschoenen en byoux, eveneens grote
aandacht te besteden.
Zelfs bij truitjes en vestjes worden dik
wijls bijpassende handschoenen, shawls of
mutsjes gebracht, wat een zeer smaakvol
effect geeft. Niet alleen is handwerk als
garnering zeer gewild, ook handweefstof
fen worden in dit mode-centrum veel meer
toegepast, dan elders het geval is.
Bijzondere kleurencombinaties geven
daaraan hun charme en nergens zagen wij
deze stoffen zo flatteus verwerkt als juist
bij Weense modellen.
Ook op het gebied van sieraden heeft
men hier een eigen stijl bereikt. Daarvan
zijn vooral de kunstzinnige byoux van
Adrienne Ezdorf een voorbeeld.
Zij speelt met kralen, kleurige simili-
stenen, fluweel, pailletjes, gitten, koord en
stukjes metaal en vervaardigt daarvan
heel aparte colliers, armbanden en oorhan
gers, die in kleuren geheel zijn afgestemd
op de kleding, waarbij ze worden gedragen.
Weense luchtigheid, fantasie en vooral
cultuur-gebondenheid voegt zo bij de
élégance van Parijs en de klassieke streng
heid van de Engelse mode een nieuwe fa
cet. En door de activiteit van de Weense
mode-ontwerpers, die ondanks de vele
moeilijkheden de kans zagen in eigen geest
te blijven werken wordt de Oostenrijkse
vrouw in staat gesteld zich op een manier
die het best bij haar past, t,e blijven kleden.
FLORENCE.
De bloemsierkunst is niet alleen een wer
kelijke kunst, het is ook een vak, waarvoor
een degelijke vakkennis en technische vaar
digheid vereist zijn.
Er bestaat dan ook een Tuinbouwvak-
school voor Bloemsierkunst in Utrecht en
wel in het gebouw van het Rijkstuinbouw-
consulentschap, Herenstraat 34.
Het doel van deze school is een grondige
theoretische en practische opleiding te
geven aan hen, die in het bloemsierkunst-
vak werkzaam zijn.
Hoewel niet voor een bepaald examen
wordt opgeleid, zullen toch de leerlingen,
die met goed gevolg de school hebben door
lopen, gemakkelijk in staat moeten zijn het
zogenaamde diploma „Aalsmeer" te be
halen.
De duur van de crusus in 240 lesuren,
namelijk 40 lesdagen van elk 6 uur. De
ene helft daarvan wordt besteed aan theo
retische, de andere aan practische vakken.
De laatste omvatten alle in de bloemsier
kunst voorkomende werkzaamheden zoals
het maken van bruidsboeketten, grafbloem
werken, vaasvullingen, fantasiestukken,
enzovoorts.
Voorts wordt les gegeven in kunstgeschie
denis, stijl- en kleurenleer, tekenen, plan-
tenmorphologie en nomenclatuur. In de
loop van de cursus worden enkele excur
sies gemaakt naar grote kwekerijen, bloe-
menzaken, aardewerkfabrieken en derge
lijke.
De lopende cursus eindigt half Augustus,
de nieuwe vangt half September aan.
ADVERTENTIE
HAARLEM
CENTRALE VERWARMING
JOHNSON OLIEBRANDERS
Uw zoons die deze zomer uit kamperen
willen gaan, zullen zeker enige blouses van
dit model nodig hebben. Het patroon van
deze blouse is gemaakt voor een jongen
van ongeveer 16. jaar. De heupwijdte is 92,
ruglengte 38, halswijdte 36, en mouwlengte
20 cm.
Deze blouse heeft net als een overhemd
geen schoudernaden, wel een pas op de rug
waaraan een stukje van het voorpand bij
aangeknipt is, dus daardoor vervalt een
naad op de schouder.
Allereerst moet u weer de patronen teke
nen en deze op de stof leggen zoals dit op
de tekening aangegeven is. De stof is 80
cm breed en u hebt ongeveer 2 m nodig.
Zoals u ziet wordt het rugpasje twee dubbel
geknipt, dit is sterker en bovendien kunt
u alles nu mooier afwerken, want de naden
komen, net als bij een overhemd, binnenin
te zitten. Het rugpand heeft midden achter
een plooi, de kraag en de rugpas worden ter
versiering éénmaal extra doorgestikt. De
mouwen en zijnaden worden 'afgewerkt met
een platte naad. Aan de onderkant van de
mouw knipt u een zoom van 6 cm, deze
zoom wordt er ingestikt en later naar de
goede kant omgevouwen. Dit is de mooiste
manier om de mouw aan de onderkant af
te werken. L. S.
ADVERTENTIE
Bekende
schriftelijke cursus
H. B. S. - Onderwijzersakte
„Nou, dat is watmoois!'', zei oom Tripje. „Dat is nu al de tweede maal in korte tijd,
'dat toe overstroming hebben in huisEerst door de bevroren waterleiding, en
nu door jouiv vergeetachtigheid! Ga gauw de anderen waarschuwen, dat ze met dwei
len en emmers komen, voordat het nog erger wordt!"
Bunkie reilde weg, en even later kwamen ze allemaal aangehold met emmers, dweilen
en bezemsMet alle macht begonnen ze de plassen in de badkamer en op het por
taal op te nemen. Het was 'n heel werk, en het vorderde maar langzaam. Bunkie
deed heel erg zijn bestmaar hij voelde zich ook wel schuldig aan het geval! Hij
dribbelde heen en weer en wrong telkens zijn natte dweil uit boven een emmer. Zodra
de emmers vol waren, werden ze door de gootsteen leeggegooid en dan konden ze
weer verder dweilen.
„Pffff!, dat is hard werken!", zei tante Liezebertha. „Ik hoop, dat dit de laatste over
stroming is!"
Maar als je zo met zijn allen flink aanpakt, komt er toch een eind aan 't karwei. De
plassen werden langzamerhand kleiner, het portaal was zo goed als droog.
„Zie zo," zei tante Liezebertha, toen ze klaar waren. „Daar zal een lekker kopje thee
op smaken!"
In de laatste maanden is de naam van
de Hilversumse predikant ds. J. Loos vele
malen in de pers verschenen. Er is rumoer
rondom hem ontstaan, maar de zaak waar
het om ging werd velen niet duidelijk,
vooral ook omdat de berichtgeving van
sommige bladen verwarde en tegenstrij
dige indrukken vestigde. Nu het eerste
ergste rumoer om deze zaak verstild is,
wordt een eenvoudig en duidelijk betoog
mogelijk.
In de pérs verschenen, binnen de tijd
van enkele dageri, de volgende mededelin
gen: le. ds. Loos heeft aan de kerkeraad
bekend gemaakt, dat hij het voornemen
heeft om over te gaan naar de R.-K. kerk
en zal in verband daarmee ontslag vragen
uit zijn ambt; 2e. ds. Loos deelt mede, dat
hij op zijn voornemen, over te gaan naai
de R.-K. kerk, is teruggekomen, maar
handhaaft zijn aanvrage om ontslag; 3e.
ds. Loos heeft zijn aanvrage tot ontslag
als predikant teruggenomen.
Allereerst rijst de vraag hoe deze predi
kant tot dit alles is gekomen. Nu blijkt het,
dat een en ander nauw samenhangt met de
zogenaamde priesterwijding. In de R.-K.
kerk kent men deze wijding als sacrament.
De gedachte daarbij is deze: Jezus blijft,
de eeuwen door, mensen verkiezen en wij
den tot priesters, opvolgers van zijn eerste
priesters, de Apostelen. Deze wijding ge
schiedt door de handoplegging van de bis
schop, van geslacht op geslacht. Op deze
wijze is elke priester een schakel in de
apostolische successie.
Deze priesterwijding nu wenst ds. Loos
te ontvangen. Het is voor hem niet nood
zakelijk dat de R.-K. kerk hier ingescha
keld wordt, want ook een bisschop van de
Anglicaanse kerk zou hem kunnen geven
wat hij verlangt. Zijn oorspronkelijke wens
was dan ook om dezelfde sanctie te ont
vangen die in de Church of England be
staat. In Duitsland hebben enkele predi
kanten eveneens deze priesterwijding ont
vangen, zonder dat zij overigens hun kerk
verlieten en al is daar protest tegen ge
weest, de betrokkenen zijn nog steeds als
predikant van de Evangelische Kirche in
functie.
Er is een tijd geweest, dat ds. Loos de
mogelijkheid zag om over te gaan tot de
Church of England en zijn wijding tot An
glicaans geestelijke stond voor de deur,
toen deze deur plotseling toeging om finan
ciële redenen. Hij had zich ondertussen
gericht tot de synode van de Ned. Her
vormde kerk om zijn verlangens en bezwa
ren kenbaar te maken, maar reacties van
de kant van de synode bleven uit. Meer en
meer ondervond ds. Loos het voor zichzelf
als ondragelijk, om als niet-gewijde pries
ter de gewijde handelingen van zijn ambt
te moeten verrichten.
Toen heeft ds. Loos het voornemen op
gevat om over te gaan naar de R.-K. kerk,
als de kerk waarin de priesterwijding een
der belangrijkste elementen is. Maar juist
het uitspreken van dit voornemen veroor
zaakte bij hem een heftige geestelijke cri
sis, vooral voortkomende uit zijn grote
liefde voor het oecumenisch streven. Hij
kwam terug op zijn voornemen om R.-K.
te worden, maar handhaafde zijn ontslag
aanvrage als predikant.
In verband met deze aanvrage had hij
vervolgens, daartoe verzocht, een onder
houd met leidende kerkelijke figuren. Na
dit onderhoud heeft ds. Loos, daartoe ge
adviseerd, zijn ontslagaanvrage ingetrok
ken. Men zeide hem namelijk bij het ge
noemde onderhoud: Er is natuurlijk geen
enkel bezwaar, u ontslag te verlenen.
Maar dan is de kwestie zelf meteen weg-
gerangeerd. Willen wij principieel oorde
len over de vraag, of het mogelijk moet
zijn, dat een predikant zich tot priester
laaf wijden en predikant in de Hervormde
kerk blijft, dan is het beter, dat u nog in
uw ambt blijft, zodat deze zaak zijn kerk
rechtelijk beloop kan hebben.
Zo is dus de toestand thans deze: ds.
Loos is nog tenvolle predikant van de
Hervormde kerk, echter een ambtsdrager,
die zijn bezwaren heeft kenbaar gemaakt
bij de betreffende instanties en daaraan
de vraag verbindt, of de gewenste wijding
kan worden toegestaan
Voorlopig vrijgesteld van
werkzaamheden.
Tot 1 September a.s. heeft ds. L. verlof,
met als voorwaarde, dat hij zich zal ont
houden van elke actie en publicatie.
In de synodevergaderingen van de vo
rige week is deze aangelegenheid voor de
eerste maal aan de orde geweest. De synode
ADVERTENTIE
Als eerste in Haarlem brengen wij de
nieuwste Franse
haarverf-methode
in alle tinten.
Zeer snelle behandeling vanaf 5.
Mislukkingen uitgesloten.
Molendijk's Kapsalons
Santpoorterplein I - Tel. 19706 llaarl.
stelde nadrukkelijk vast, dat de bedoelde
wijding geen plaats inneemt in de belijde
nis en de kerkorde. Voorts besloot de sy
node, na zich uitvoerig en ernstig beraden
te hebben, om aan een commissie van theo
logen op te dragen, de redactie vast te
stellen van haar standpunt ten aanzien
van de apostolische successie en de pries
terwijding.
Een ieder weet, dat het dagelijkse
schoenen poetsen het behoud van het leer
is. Toch zijn er nog wel enkele kleinig
heden die door een heleboel huisvrouwen
door onwetendheid veronachtzaamd wor
den.
Natte schoenen moeten eerst kurk
droog zijn voordat men ze weer kan
poetsen. Plet vlugst kan men de schoe
nen droog krijgen door ze met proppen
krantenpapier op een winderige of toch
tige plaats op him kant neer le zetten.
Vooral niet bij de kachel of in de zon,
want dan gaat het leer barsten. De prop
pen krantenpapier moeten na enige tijd
verwisseld worden door droge. Modder
kan men heel gemakkelijk van de droge
schoenen afborstelen. Klei, die met bor
stelen niet afgaat, kan men met een voch
tig doekje verwijderen.
Nu niet direct de schoen insmeren
maar even wachten tot de vochtige plek
weer droog is. Bij het inwrijven van de
schoen moet men niet alleen het boven
leer doen maar ook de rand van de zool
wanneer de schoen leren zolen heeft
de naad van het bovenleer aan de zool, en
bij de hakken de verbinding van de hak
en de voetzool. Niet iedere dag hoeft dit
te gebeuren maar het moet toch vooral
niet in het vergeetboekje raken.
Schoenen, die niet gebruikt zijn kun
nen veelal muf ruiken en in een vochtig
huis zelfs uitgeslagen zijn. Deze schoe
nen kunnen we het beste eerst eens een
tijd in de zon leggen en proberen het
vocht er met een droge borstel uit te
schuieren. Daarna afnemen met een doekje
met verdunde azijn en met schoon water
nadoen. Hierbij moet opgepast worden,
dat de schoen vooral niet te nat wordt.
Wanneer de schoen helemaal droog is
moet men deze zorgvuldig inwrijven en
pas na enige tijd b.v. een uur uitwrijven.
Wanneer schoenen een heel goede beurt
moeten krijgen dan ook de veter er uit
halen en in een sopje uitwassen. Het lipje
onder de veter moet een enkele keer ge
wreven worden, hierbij echter oppassen
dat er niet met de creme over de rand
gegaan wordt, anders komt dit later aan
de kousen. Vlekken op de schoenen kan
men er meestal met een beetje tetra af
halen, als dit niet gaat dan kan men het
met een beetje terpentijn proberen.
Een kale plek kan met schoencrème in
een iets donkerde kleur voorzichtig bij
gewerkt worden, pas daarna kan de hele
schoen met de crème in de goede kleur
gewreven worden. Kan men niet de bij
behorende kleur crème krijgen dan kan
men beter een tint lichter nemen of hele
maal wit. Nooit mag men hiervoor meu-
belwas nemen, die tast namelijk het leer
aan. Omgekeerd kan men wel schoen
crème voor hout gebruiken. Witte en grijze
schoencrème verkleuren op den duur, deze
worden langzamerhand geel.
Wit leren schoenen kan men op twee
manieren onderhouden. Men kan dit doen
met witleerdressing of'met witte schoen
crème. De 1ste keer moet de keus gemaakt
worden, daarna moeten de schoenen steeds
op de zelfde manier behandeld worden.
Suède kan men met een rubber bor
steltje geregeld opborstelen, waardoor de
vezel van de suède ruw blijft. Op den
duur kan hiermee niet volstaan worden
en moet men overgaan tot opstomen. Hier
toe moet men niet te veel water koken en
de schoen op ongeveer 15 cm afstand van
de tuit in de stoom opborstelen. Zijn de
schoenen niet helemaal van suède maar
gedeeltelijk van leer, dan het leer pas
wrijven na het opstomen. Komt er per
ongeluk een beetje was op de suède dan
moet men dit met een beetje terpentina
er afhalen. Wanneer de suède op het
laatst toch vlekkerig gaat worden, dan
kan men nog zijn toevlucht nemen tot
dressing. Dit is een duur middel en niet
tegen regen bestand. De dressing is in
allerlei kleuren in de handel, bij iedere
soort is een gebruiksaanwijzing gegeven
die men nauwkeurig moet opvolgen.
Lakleer, dat nu eigenlijk alleen nog als
garnering bij gewoon leer gebruikt wordt
of een enkele keer voor sandalen, kan
men het mooiste houden met een heel klein
beetje slaolie. Vooral niet te veel hiervan
gebruiken, want anders blijft al het stof
op de olie kleven en de schoenen krijgen
een blauwachtige glans van de olie.
Wit linnen schoenen kan men met spe
ciale witsteentjes of witsel behandelen,
hierbij vooral de gebruiksaanwijzing pre
cies volgen. Vooraf kunnen de schoenen
met zeepsop en daarna met schoon water
geborsteld worden. Veelal worden deze
schoenen door de huisvrouwen in bleek-
water gezet. Hierdoor tast het rubber van
de zool aan, dus deze manier is niet aan
te bevelen.
staat alles, wat om Michel heen hangt, met
het praedicaat „goed" te bestempelen.
Ze praten nog een tijdje door. Een en
kele maal kijkt Joke tersluiks naar de
zware pendule, welker wijzers steeds dich
ter bij de eindstreep van deze dag komen.
Haar eindstreep.
Nu werpt ook moeder een blik op de
klok.
We moeten de zitting maar opheffen,
stelt ze voor, en begint vast de vuile kopjes
in elkaar te zetten.
Een oud, vertrouwd gebaar. Jokë kijkt
er naar, met het besef, dat ze dit nu voor
het laatst ziet.
Ze beheerst zich. Misschien is haar nacht
kus iets hartelijker dan anders, maar wie
merkt dat? Er waren zoveel emoties van
daag.
In de kleine, stille slaapkamer met het
slapende Pummeltje blijft ze staan. Eén
ogenblik is het, of ze niet meer verder kan.
Alle ellende en verlatenheid schijnen op
dit moment met een bijna ondraaglijke
kracht op haar af te stormen. Ze heeft een
impuls, om naar de slaapkamer van haar
ouders te vluchten en als een klein kind
haar hoofd onder de dekens te verbergen.
Zo deed ze vroeger, als zij iets had uit
gehaald, wat nog niet was uitgekomen.
Het is maar even.
Dan pakt ze resoluut de dingen bij el
kaar, die ze nodig heeft. Haar tas, de zak
lantaarn, de brief voor vader. Ze heeft een
extra dikke trui meegenomen, voor de
tocht.
In haar hersenen dreunt op de cadans
van de trein: „Voorbij, voorbij!"
Het is koud in de slaapkamer. De wind
duwt met korte, hevige vlagen tegen-de
ramen. Ze hoort de bomen in de tuin kreu
nen. Verder, is het stil in huis: een angst
aanjagende, dreigende stilte.
Ze wacht met haar horloge in de hand
op de rand van haar bed. Beneden slaat de
halklok twaalf bronzen slagen.
Vijf minuten voor, denkt ze automa
tisch.
Ze luistert ingespannen of ze de pendule
op de schoorsteen kan horen. Ze rekt haar
verblijf in de kleine kamer bij het slapen
de Ingertje. Nog even nog even.
Nu is het middernacht. De oude stad is
uitgestorven: de storm raast als een dolle
man door de lege straten.
Nog even, denkt Joke. Haar ogen bran
den; haar voeten zijn verstijfd van de kou,
maar van binnen schroeit haar hart. Ineens
moet ze denken aan de tijd, toen Ingertje
geboren werd. Toen was ze ook ellendig en
eenzaam; afgesloten van vader en moeder
en in voortdurende zorg om Hans, die in
een kamp zat. Maar het was allemaal niets
vergeleken 'bij wat ze nu moet doormaken.
Het is, alsof iemand haar een duw geeft.
Gehoorzaam staat ze op. Met de lantaarn
in de ene hand, de brief in de andere, bukt
ze zich over Ingers bed.
Mam, zucht Ingertje, half luid in haar
slaap.
Dit is het laatste woord, dat ze meekrijgt
op deze laatste, moeilijke gang. Wat volgt
is kinderspel, vergeleken bij dit.
Geluidloos sluipt ze de trap af; zorgvul
dig de treden die kraken mijdend. Ze zet
de brief op vaders bureau, zo, dat hij on
middellijk in het oog valt. Nog even be
kruipt haar de gedachte, hoe ze de vreugde
van alle mensen om haar heen aan het
vernietigen is. Maar het kan niet anders.
In de keuken vindt ze, op het oude
plaatsje, de sleutel van de schuur. Orde en
regelmaat; de kenmerken van dit huis.
Ze pakt Machtelds oude fiets uit de
schuur, hangt 'de sleutel op zijn plaats en
verlaat achterom het huis.
Het wordt een moeilijke tocht. Als een
razende werpt de wind zich op dit hoopje
mens, dat de moed heeft op dit uur de
strijd tegen de elementen aan te binden.
Öpen en vlak is de weg, die van Middel
burg over Serooskerke naar Vrouwenpol
der loopt. Hier heeft de wind ongehinderd
spel; hier wordt een meedogenloze strijd
geleverd. Joke staat meer naast de fiets,
dan dat ze er op zit. Ze vordert maar heel
weinig maar hardnekkig gaat ze voort. Een
half uur, een uur, anderhalf uur.
De weg van Serooskerke af is een hel,
met al die bochten. Komt er dan nooit een
eind aan? Zinnen spoken door haar hoofd;
korte, doch veelzeggende zinnen: „Gejaagd
door de wind, gejaagd door de wind". Hoe
komt ze daaraan? Ach, het is de titel van een
boek. Zij wordt niet gejaagd door de wind;
liet is het leven zelf, dat haar voortstuwt
langs deze eindeloze, bochtige weg, langs
de kleine, gesloten en donkere boerderijen.
Een uitgestotene. Ja, een uitgestotene.
De wind herhaalt: „Uitgestoten!"
In de hoofdstraat van Vrouwenpol
der branden drie lantaarns met geelgroen,
flakkerend licht. Drie kaarsen lijken het
bij een bed van een dode. Het dorpje is
de dode.
Ze passeert het grote, vierkante huis te
genover het kerkje. Hoge, slanke popu
lieren slaan met hun takken tegen de
muur.
Nu nog de smalle, rechte weg en dan is
zij bij de duinen.
Als ze van haar fiets springt, om het
hek te openen, dat toegang geeft tot de
„eigen weg", trillen haar knieën. Ze is
doodop, 't Liefst zou ze, zo maar, ergens
gaan liggen en vergeten.Maar ze moet
nog terug.
Haar verstijfde vingers kunnen het tasje,
waarin de sleutel zit, bijna niet openen.
En dan lijkt het, of alle duivels zijn los
gebarsten. De wind jammert om het hou
ten huisje en in de hoge bomen om haar
heen; met woedende kracht smijt hij een
lading hagelstenen tegen haar aan. Drijf
nat en door en door verkleumd trachten
haar bevende vingers de sleutel in het
slot te steken. Nog eenmaal bereikt haar
een woedende uitbarsting van die onzicht
bare tegenstander, dan valt ze voorover
in het gangetje. Het is, alsof ei* een warme,
stevige deken om haar heen wordt gesla
gen. (Wordt vervolgd