Duizenden brengen huiverend
hun offer aan de krater Bromo
j EK
Kort en bondig
Vier Italiaanse vocalisten
gaven operaconcert
-Clowntje Rick
Terwille van de oogst
De oude berggod heeft zijn eisen
aait gepast aan de nieuwe tijd
Tweeëntwintigste keer
voor de rechtbank
4
Oplichting door middel
van huwelijksadvertentie
P.T.T.-besteller hield
telegrammen achter
Vacantiesluiting volgens
Winkelsluitingswet 1951
Vacantiegangertje in
zwembad verdronken
Glazenwasser valt
van derde étage
Stichting ter behartiging
van emigrantenbelangen
Goud- en deviezenreserve
overschreed 3 milliard
Voor de kinderen
Uitgezonden militairen
mogen gezin meenemen
Examens
FEUILLETON
Flamingo Eiland
door Dorothy Quentin
WOENSDAG 6 AUGUSTUS 1952
(Van onze correspondent in Soerabaja)
Zoals zo vele Aziatische landen, is Indonesië een land van grote en vaak frappante
tegenstellingen. Men ziet er tot zelfs in de grootste steden naast kaarsverlichting néon-
lampen branden. Door de straten rijden de duurste Amerikaanse auto's, en aan de
kanten van die straten zitten bedelaars bij tientallen. In dagbladen leest men over
plannen van de_ Indonesische regering, om een televisie-zender te bouwen, maar men
kan in een dessa de gehele bevolking uit zien lopen om getuige te zijn van het daar
nog nooit vertoonde wonder van een in een auto gemonteerd radiotoestel. Een andere
grote tegenstelling werden wij gewaar, toen wij op nauwelijks 125 km. van Soerabaja
met zijn moderne ziekenhuizen, zijn grote fabrieken en zijn universiteit het
jaarlijkse nachtelijke offerfeest op de rand van de krater van de vulkaan de Bromo
meemaakten.
De Bromo is op zichzelf reeds een be
zienswaardigheid. Zij ligt op een hoogte
van ruim 2000 meter in een grote zand
vlakte de Zandzee geheten te midden
van het Tenggergebergte. Die zandvlakte is
een oord van troosteloze verlatenheid, over
dag gloeiend heet en des nachts steenkoud.
Toen wij er in de tweede helft van Juli
waren, vroor het er zelfs. De Zandzee is
omgeven door een keten van steile en enige
honderden meters hoge bergwanden. Mid
den in de zandvlakte verrijst de bijne 300
meter hoge Bromokrater, waarboven jaar
in, jaar uit een grote rookpluim hangt.
De oude Bromo berokkent de met weinig
aardse goederen bedeelde bewoners' van
het water-arme Tenggergebergte veel
schade. Zijn zwaveldampen zijn slecht
voor de groentetuinen. De asregen, die hij
ten minste eenmaal per jaar de hoge ijle
lucht inblaast, valt vaak in zo'n dikke laag
op de aarde, dat alle jonge planten gedood
worden.
Is het dus wonder, dat een keer per jaar
de Tenggerezen aanhangers van het
Hindoeïsme hun krater beklimmen om
de vulkaan offers te brengen? Dat gebeurt
in de nacht, een maand en een dag na het
Indonesische Nieuwjaar.
Huurpenningen
In die offernacht onder het schijnsel van
een zilveren maan, dat het zand in mat licht
zette, heeft de oude berggod Bromo bij een
temperatuur, die tegen de ochtend beneden
het vriespunt daalde, de van vrieskou hui
verende en klappertandende bewoners van
zijn gebied kleine nietige mensjes in een
machtige natuur ontvangen en in de ge
legenheid gesteld hun jaarlijkse offers te
brengen, opdat, zoals het heet, de oude
heer, die daar diep in de aarde verborgen
woont en af en toe in de aardkorst, die het
dak van zijn woning vormt, met zijn duim
een gaatje krabt, in het komende jaar door
dit gaatje niet te veel van zijn opgekropte
boosheid zal „uiten".
Gemoedelijk een klein pijpje smorend,
waaraan hij zo nu en dan slechts een onbe
tekenend haaltje deed, net genoeg om het
vuur niet geheel te laten doven, nam de
oude Bromo op waardige wijze de gaven in
ontvangst, de huurpenningen van de be
woners van het dak van zijn huis.
Duizenden trotseren de nachtelijke koude
van een zandvlakte op een hoogte van 2100
meter en kwamen naar het middelpunt
van de altijd indx*ukwekkende Zandzee. Zij
vormden een kleurig lint, dat zich langs de
Oostelijke zijde van de berg omhoog slin
gerde en weer terug gleed naar beneden.
Economisch offeren
Het einddoel van de tocht, de smalle
kraterrand, was dicht bezet met een van
koude rillende menigte. Urenlang werden
de offeranden in de krater geworpen
waar ze (zeg niet te vlug: „wat zonde")
werden opgevangen door vrienden van
Bromo, die deze nacht voor hem de hon
neurs waarnamen.
De wat beter gesitueerden wierpen hun
gaven in de armen van hun minder met
aardse goederen gezegende broeders, die
zich enkele meters onder de rand van de
krater hadden opgesteld en zich daar han
dige keepers toonden. Een levensgevaarlijke
toer, want wie uitglijdt en verder in de
krater valt, komt er niet meer uit. En ge
looft ge niet met ons, dat deze economische
en liefdadige opvattingen van het offer-
ceremoniëel de oude Bromo zeer welgeval
lig moet zijn en dat hij er stellig een jaar
lang dat is tenslotte toch de bedoeling
goéd gemutst door zal blijven, niet te vaak
en niet te hevig de as uit zijn pijp zal klop
pen en geen te grote halen zal doen, of met
stenen zal gaan gooien, zoals wel eens voor
komt
Zo verdwenen de witte kolen, de bossen
wortelen, de maiskolven en zo nu en dan
eens een enkele levende kip in de krater,
om er een tijdje later door de nieuwe eige
naar weer uitgedragen te worden. Alleen
het geld, dat men Bromo toebedeelde, ging
verloren in het zand. Dat was dan echt voor
de oude bergman.
Geen geiten meer
De keepers daar beneden riepen voort
durend: „Waar blijven de geiten?" Zij her
innerden daarmede aan de vooroorlogse
jaren, toen Bromo op elk offerfeest ook
tientallen van deze dieren aangeboden
kreeg. Bromo zelf echter stemde met al dat
geblaat kennelijk niet in. Hij bleef onver
stoorbaar doorroken, liet hier en daar eens
een klein vlammetje zien, of rommelde
enkele minuten wat luidruchtiger dan nor
maal. Tenslotte zal ook hij wel weten, dat
een geit tegenwoordig geen 50 cent meer
kost, maar zelfs 50 tot 60 roepiah
In lang vervlogen jaren hebben de Teng-
gerrezen ook mensenoffers in de krater
geworpen en vergeleken bij die barre ver
schrikking was dit offerfeest, hoewel zeer
ernstig gemeend, een vriendelijk en idyl
lisch schouwspel.
Tenslotte, na de lange nacht, kwam de
zon op met felle kleuren en haar lange
schaduwen over de witte wolkennevels, die
zich in de Zandzee hadden gespreid. Het
offerfeest was ten einde. Het Gamelan-
ovkest, dat zich de gehele nacht aan de
voet van de krater had laten horen, ging
naar huis en de bergbewoners keerden naar
hun dessa's terug.
De procureur-generaal van het Amster
dams gerechtshof vroeg gisteren bevesti
ging van het vonnis van de Amsterdamse
rechtbank te weten drie jaar gevangenis
straf met aftrek van preventieve hechtenis
in de zaak tegen de 55-jarige typograaf W.
K. te Amsterdam.
Hem was oplichting, meermalen ge
pleegd, ten laste gelegd.
Hij had in het najaar van 1951 een ad
vertentie in een dagblad geplaatst van de
volgende inhoud: „Net persoon, niet onbe
middeld, eigen zaak, zoekt kennismaking
met meisje of weduwe, liefst niet geheel
onbemiddeld", ofschoon hij gehuwd was.
Hierop hadden enkele dames gerefflecteerd
en een van haar, die als getuige werd ge
hoord, had hem in het vooruitzicht van een
huwelijk 1500,en later 1000.ge
geven. K. had dit geld nodig, zo verklaarde
de getuige, om een compagnon van een
drukkerij, waarin hij 10.000,had ge
stoken, te helpen omdat deze bijna failliet
was. Dit laatste ontkende K. met klem. Hij
zeide, dat hij de advertentie plaatste onder
druk van de omstandigheden, waarin hij
leefde. „Het was trouwens geen huwelijks
advertentie. want ik vroeg slechts kennis
making." zeide hij.
Uit verklaringen van andere getuigen
bleek, dat K. ook nog enige mensen een
woning had aangeboden, waarvoor hij
geldsbedragen had gekregen van 300,
en 200,De woning bleek echter van
een der goedgelovige dames te zijn, waar
hij door zijn advertentie mee in contact was
gekomen.
De procureur-generaal zeide in zijn re
quisitoir dat verdachte moreel zeer afkeu
renswaardig heeft gehandeld door gebruik
te maken van moeilijke omstandigheden
van anderen.
De verdediger vond de oplichting door
middel van een advertentie in dit geval
geen strafbaar feit en het tweede geval
achtte hij niet bewezen. Hij vroeg vrij
spraak. Het hof zal 19 Augustus arrest
wijzen.
„In ambtenaren van de post moeten wij
onvoorwaardelijk vertrouwen kunnen stel
len. Kan men dat niet, dan zijn ernstige
gevolgen niet uitgesloten". Dit zei de offi
cier van Justitie gisteren voor de Amster
damse rechtbank in de zaak tegen een ex-
besteller van de P.T.T. uit Amsterdam, die
een aantal expressebrieven en telegrammen
niet ter plaatse had bezorgd. De als getuige
gehoorde chef van de afdeling verklaarde
ter zitting, dat men bij de besteller thuis
tijdens een controle elf expressebrieven en
vijf telegrammen had gevonden. De hoe- i
veelheid brieven, die door de besteller niet
zijn bezorgd, is onbekend, daar men pas na
klachten van het publiek tot een intensief
onderzoek was Overgegaan.
De officier eiste 1 jaar onvoorwaardelijke
gevangenisstraf met aftrek van preventieve
hechtenis.
Minister Van den Brink
beantwoordt vragen
Door het Tweede Kamerlid Cornelissen
(VVD) zijn vragen gesteld in verband
met. de toepassing van de artikelen 3 en 5
van de Winkelsluitingswet. De vragen luid
den:
1. Wil de minister mededelen, of het
naar zijn oordeel de gemeenteraad is toe
gestaan bij de toepassing van artikel 3, lid
3. van de Winkelsluitingswet 1951 de ver
ruiming van het sluitingsuur der winkels
tot uiterlijk 22 uur (de „koopavond") te
beperken tot bepaalde bedrijfstakken,
welke daaraan behoefte zouden hebben,
zodat het winkelsluitingsuur voor alle
overige winkels blijft gelden?
2. Wil de minister mededelen, of het
bepaalde in artikel 5 der Winkelsluitings
wet 1951 zó mag worden opgevat, dat de
gemeenteraad bevoegd is bij verordening
een gedétailleerde regeling voor de sluiting
van één of meer groepen van winkels in
verband met vacantie te treffen, en, zo ja,
of de keuze van het systeem in overleg met
betrokken organisaties van het bedrijfsle
ven en met Inachtneming van het bepaalde
in het 2de lid volkomen vrij is? Kunnen
met name verschillenle soorten van rou-
leringssystemen voor de sluiting gedurende
een vacantieperiode, eventueel verbonden
met verplichte openstelling van de overige
winkels in dezelfde branche, zulks in het
belang van de behoeftevoorziening van het
publiek, zonder bezwaar worden doorge
voerd?
De heer Van den Brink, minister van
Economische Zaken heeft schriftelijk het
volgende geantwoord:
1. Alhoewel uit de geschiedenis van de
totstandkoming van artikel 3, lid 3, der
Winkelsluitingswet 1951 blijkt, dat de wet
gever een algehele terzijdestelling van het
verbod van artikel 2, onder c, voor ogen
heeft gestaan, verzet de tekst van eerst
bedoelde bepaling er zich niet tegen, dat
daaraan toepassing wordt gegeven niet
voor alle groepen winkels.
2. Uit de bepaling in het tweede lid van
artikel 5 der Winkelsluitingswet 1951, dat
de voor een groep winkels voor vacantie
sluiting aangewezen tijdsruimte niet voor
alle betrokken winkels geheel of gedeelte
lijk dezelfde mag zijn, vloeit voort, dat de
gemeenteraad verplicht is, bij de aan
wijzing van die tijdsruimte een roulerings-
systeem toe te passen. In de keuze van dit
systeem is de raad vrii. Een verplichting
tot openstelling van winkels kan evenwel
in een regeling krachtens het onderhavige
artikel niet worden opgenomen.-
Dinsdagmiddag is in het zwembad in
Terneuzen de 7-jarige C. J. van der Peyl
uit Goes verdronken. Het jongetje, dat bij
zijn grootvader in Terneuzen logeerde, was
met andere kinderen in het zwembad aan
het spelen. Het moet ongemerkt in het diepe
gedeelte zijn geraakt. Een zwemmer ont
dekte het lichaampje onder water. Hoewel
een direct gealarmeerde dokter trachtte de
levensgeesten nog op te wekken, lukte dit
niet. Het stoffelijk overschot is naar het
ziekenhuis te Terneuzen overgebracht.
De 39-jarige glazenwasser G. Swart uit
de Haarlemmerstraat, is Dinsdag van de
derde verdieping van een huis in de Nico-
laas Maasstraat te Amsterdam naar be
neden gevallen. De man was op slag dood.
De oorzaak van het ongeluk is niet bekend.
Op school had Suzie Eves geleerd dat kamelen lange tijd buiten drinken kunnen, maar
toen de droogte aanhield besloot zij de natuur te hulp te komen en het aardige product
van haagscheerkunst in de tuin van haar w oning in Humberstone, Leicester, Engeland,
voor verschrompeling te behoeden.
In Den Haag is opgericht de Stichting
Emigrantenbelangen, die zich ten doel stelt
gratis adviezen te verstrekken en hulp te
verlenen aan emigranten. Dit in aansluiting
aan het werk van officiële instanties en van
confessionele emigratiecentra.
Bij de stichting, die haar centraal bureau
heeft in Den Haag (Bazarstraat 16) is
verkrijgbaar een zogenaamd emigranten
zakboekje dat echter eigendom van de
stichting blijft waarin de emigrant de
moeilijkheden en problemen, waarvoor hij
zich geplaatst zou kunnen zien, vindt weer
gegeven. Ook liggen er op het centraal
bureau vele internationale dagbladen en
periodieken en andere emigratielectuur
kosteloos ter inzage.
In samenwerking met deelnemers der
stichting zal een permanente tentoonstelling
in Den Haag worden ingericht, waarvoor
kosteloos entréekaarten worden verstrekt
en waar de emigrant alle soorten van goe
deren en voorwerpen, speciaal voor de
diverse emigratielanden vervaardigd, kan
bezichtigen.
De stichting ia echter geen aanmeldings
bureau en geeft geen voorlichting omtrent
landen, streken of plaatsen.
Uit de weekstaat van de Nederlandse
Bank blijkt een uitzetting van de bankbil-
jettencirculatie met f21 millioen tot f2953
millioen.
De stijging van oifs deviezenbezit is deze
keer niet zo markant, maar goud en devie
zen tezamen hebben de drie milliard toch
ruimschoots overschreden. Goud bleef on
veranderd mot f 1.324,7 millioen en de de
viezenvoorraad steeg mét f 26,4 millioen tot
f 1694 millioen.
MESSENTREKKER MELDT ZICH
De 37-jarigé F. van D. uit Breda heeft
zich bij de politie in zijn woonstad aange
meld omdat hij Zondag te Antwerpen zijn
vroegere verloofde, mejuffrouw D. D. met
mes heeft gestoken.
1472
(||pSS'Pw'
-c\
|0 0 ;>p>
L.
V
w
s M
„Daar is-ie!", zei de boswachter.
Hij stak zijn hand op; de chauffeur zag het en stopte.
„Ziezo, jongens, instappen maar.en goeie reis. Doe de groeten aan oom Tripje!"
„Dat zullen we doen, meneeren nog wel bedankt, hoor!"
Rick betaalde de kaartjes met het geld, dat de vriendelijke boswachter hun had ge
geven; de chauffeur zette de motor weer aan en daar gingen ze.
Ze zwaaiden nog door de raampjes, maar al gauw konden ze van de boswachter niets
meer zien; de mist had hem na enkele meters al onzichtbaar gemaakt.
De jongens hadden een goed plaatsje gezocht en ze zaten daar nu lekker op hun gemak.
„Stel je voor, dat we daar in die dikke mist het hele bos nog door hadden moeten
lopen!", zei Oepoetie.
„Gelukkig, dat we die aardige man hebben getroffen", vond Bunkie.
Toen ze thuis kwamen, stond oom Tripje juist gereed om naar buiten te gaan....
Hij was ongerust geworden, omdat de jongens nog niet thuis waren met die zware mist.
Gelukkig dat jullie er bent!", zei hij opgelucht.
En toen vertelden ze hem hoe aardig die boswachter hen geholpen had.
Aan een militair van de Koninklijke
Landmacht (Luchtmacht inbegrepen), die
voor drie jaar of langer wordt uitgezonden,
kan door de minister van Oorlog worden
vergund, zich bij zijn uitzending en bij
terugkeer naar Nederland door zijn gezin
te doen vergezéllen of volgen voor reke
ning van het Rijk, indien verwacht kan
v/orden, dat het gezinsverband in het be
trokken gebied gedurende tenminste een
jaar zal bestaan.
De verlening van een dergelijke vergun
ning is uiteraard mede afhankelijk van de
huisveslingsmogelijkheden in het betrok
ken gebied, die meermalen buitengewoon
moeilijk zijn.
„Op de uitkijk gestaan" was ten laste
gelegd aan de 37-jarige los werkman J. M.
P. uit Schiedam, die 21 keer is veroor
deeld, bij elkaar ruim tien jaar in de ge
vangenis heeft doorgebracht en Dinsdag
wederom voor de Rotterdamse rechtbank
terecht stond.
De mede-verdachten, de 25-jarige chauf
feur J. H. H. en de 21-jarige varensgezel
H. J. J. H. beiden uit Schiedam, zouden
in de nacht van 17 op 18 Maart uit een
étalage te Schiedam twee opname-came
ra's, twee kleinbeeldcamera's en nog een
andere camera hebben gestolen. Allen be
kenden.
De officier eiste tegen J. H. H. een ge
vangenisstraf van één jaar met aftrek,
waarvan vier maanden voorwaardelijk, te
gen H. J. J. H. acht maanden met aftrek,
waarvan vier maanden voorwaardelijk en
tegen J. M. P. een gevangenisstraf van een
jaar en zes maanden met aftrek.
De raadslieden vroegen een lichtere straf
voor hun cliënten.
Uitspraak volgt Zaterdag.
BINNENLAND
De trekking van de loterij van het
Irenefonds is twee maanden uitgesteld tot
1 October.
Ongeveer anderhalf jaar geleden plaat
ste de Argentijnse regering een millioenen-
order aan rollend materieel voor de Argen
tijnse spoorwegen bij Werkspoor. De eerste
rijtuigen van deze order hebben de Utrecht
se werkplaatsen van Werkspoor verlaten,
op weg naar Rotterdam.
Prof. dr. J. P. Bakker uit Bussum, hoog
leraar in de physische geogx-afie, klimato
logie en kartografie aan de gemeentelijke
universiteit van Amsterdam, is naar Amerika
vertrokken om als vertegenwoordiger van
de Nederlandse regering deel te nemen aan
het internationaal geografisch congres, dat
van 8—15 Augustus in Washington wordt
gehouden.
De Victoria Regia in de Hortus Bota
nicus te Amsterdam bloeit, en zal Woensdag
en Donderdagavond van acht tot tien uur te
bezichtigen zijn.
Op 30 Augustus zal het een eeuw ge
leden zijn dat de grote Nederlandse schei
kundige en Nobelprijswinnaar, prof. dr. J. H.
van 't Hoff, te Rotterdam geboren werd. Die
dag zal in hoofdzaak worden herdacht te
Amsterdam.
Veertig jongelui uit Southampton en
Newport zijn vanmiddag door de loco-bur
gemeester van Den Haag, ir. L. J. M. Feber,
ontvangen. Hun komst is mogelijk gemaakt
door een uitwisselingsprogi-amma tussen Den
Haag en beide Engelse steden.
De Engelse fregatten „Loch Tralaig" en
„Loch Veyatie" en de torpedobootjager
„Creole" zullen van 23—27 Augustus voor
een onofficieel bezoek in de Amsterdamse
haven komen.
In de dezer dagen gehouden algemene
vergadering van de „Pullman Club" werden
het jaarverslag en de balans alsmede de
rekening van baten en lasten over het jaar
1951 goedgekeurd. Met voldoening werd ge
constateerd. dat het ledental zich in steeds
stijgende lijn beweegt (6000).
Zaterdag 16 Augustus hopen de heer
C. L. van der Drift en mevrouw M. A. van
der DriftVan Rijn, Nassaulaan 104 te Delft,
hun 65-jarig huwelijksfeest te vieren.
De Stichting Kindertehuizen „Wees een
Zegen" organiseert Donderdag 14 Augustus
een boottocht voor 500 kinderen naar het
vogelpark in Alphen aan de Rijn. Het zijn
allen meisjes en jongens uit gezinnen, waar
van de ouders niet in staat zijn hun kinderen
in de vacantietijd een tochtje te laten maken.
HAARLEM EN OMGEVING
Het programma der orgelbespeling in
de Grote Kerk, op Donderdagmiddag van 3
tot 4 uur, door Gerai-d Kievit, Baarn, luidt:
1. Praeludium, Fuge und Ciacona in C, D.
Buxtehude; 2. Vater unser im Himmélréich
(3 Strophen), D. Buxtehude: 3. Ps. 24, A. v.
Noordt; 4. Toccata en Do Major, J. Caba-
nilles; 5. Praeludium und Tripel fuga in Es
dur, J. S. Bach; 6. Toccata, M. W. Kooy; 7.
a. Partita Sopra „Christ, der du bist der
helle Tag", H. Distierb. Trio Super „Christe
qui lux es et dies", M. W. Kooy; 8. Partita
Sopra Ps 8, A. v. d. Horst.
In de afgelopen nacht is een vierentwin
tigjarige Haarlemmer aangehouden, verdacht
van diefstal van 50 kg. aardappelen, 12 strui
ken andijvie en 6 kroppen sla van een land
langs het Rollandspad.
Een twintigjarige jongen in Haarlem-
Oost was gisteravond niet tevreden over het
eten dat hem was voorgezet en maakte zich
zo kwaad, dat hij een schemerlamp, koppen
en schotels en een bloempot vernielde.
Daarna heeft hij de ouderlijke woning ver
laten. De politie werd gewaarschuwd; zij zal
proces-verbaal opmaken wegens vernieling.
De wethouder van Onderwijs, kunsten
en wetenschappen, de heer D. J. A. Geluk,
zal Donderdag om negen uur spreekuur
houden.
Italië is het land van de opera bij uit
nemendheid. Hét heeft zijn monopolie nog
steeds niet aan andere landen moeten af
staan. En toch kan niet worden beweerd,
dat er elders op dit gebied slechts weinig
tot stand kwam. Denk bijvoorbeeld aan
Frankrijk, Duitsland, Oostenxijk, Tsjecho-
slowakije, waar tal van componisten ope
ra's schreven, die genoemd mogen worden.
Maar in Italië bloeiden melodieën en har
monieën, warm als de subtropische zon,
die het land overstraalt. In Italië worden
de zangers en zangerepen gevonden, die
met gouden stem en levendige bewogen
heid de in wezen eenvoudige, zo vlug aan
sprekende melodieën kunnen zingen. Zo
wil het ook in ons land de traditie. Ita
liaanse zangers en zangeressen, die hier
concex-ten komen geven, kunnen daarom
steeds op een geestdx-iftig gestemd publiek
rekenen. Dat ondervonden ook de Italia
nen, die gisteravond met de Nederlandse
pianist Henk Bijvanck in de uitstekend
bezette gemeentelijke Concertzaal optra
den. Er was al direct davex'ende bijval na
de vooi-dracht van een ax-ia uit Verdi's
„Don Carlos" door de bariton Mario Bo-
laffio, hoewel de stem van deze zanger in
de hoogte weinig glans had en alleen in
het middenregister kwaliteiten toonde, die
wezen op in vroeger jaren bereikte hoogte
punten. Maar uit de voordracht sprak nog
een jeugdig vuur, dat bijvoorbeeld de pro
loog uit „Paljas" overtuigingskracht kon
schenken. De zang van Maria Teresa Man-
dalari was nogal wisselend van vocaal ge
halte. Haar mezzo-sópraart viel meermalen
uit de toon door het onbeheerste afdalen
naar alt-diepten. Maar ook hier was het
de voordracht die veel goed maakte. De
sopraan in dit gezelschap was Beatrice
Preziosa. In de hoogte klonk haar stem
scherp (coloratuur in „Una voce pocofo"
uit Rossini's „Barbier van Sevilla"), maar
bij rustig uitgezongen fragmenten kon men
genieten van het klare, typisch Italiaanse
timbre. De vierde zanger, Luigi Rumbo,
spande de kroon. Deze jonge tenor heeft
een prachtige stem, mooi gelijkmatig en
met een jeugdige, verrukkelijke glans. Zijn
zang werd het hoogtepunt van de avond.
De toehoorders brachten hem een geest
driftige ovatie en pas na twee toegiften lie
ten zij Rumbo gaan.
Natuurlijk kwam ook nu als slotnum
mer „het" kwartet uit „Rigoletto" van
Verdi, in een uitvoering, die enorm insloeg.
Henk Bijvanck verdient lof voor zijn mu
zikale en slagvaardige begeleidingen. Hij
vertolkte voorts de „Danse rituelle du feu"
van M. de Falla als instrumentale onder
breking van de zangvoordrachten.
P. ZWAANSWIJK
gedeelte
Hoofdakte
B 3 candi-
Geëxamineerd voor
daten. 2 afgewezen.
Geslaagd zijn de dames: A. Ch. Leyfeldt
te Heemstede; A. J. A. Lippe te Heemstede;
H J. M. te Morsche te Nederhorst den Berg;
C. M. Roest te Bodegraven; en de hex-en: J.
A. de Backker te Heemstede; F. Ligthart te
Zaandam.
vertaald uit het Engels.
7)
„O, ik zou hier uren en uren willen blij
ven," riep Toni in kinderlijk enthousiasme
uit. Een grote West-Indiër, die de mensen
verzocht, wegens sluitingstijd, de tuinen te
verlaten, lachte haar vriendelijk toe.
„Dat zou mijn grootmoeder zeker niet
goedvinden", merkte Nigel op, terwijl hij
een sigaret opstak.
Toni bloosde en voelde, dat ze haar en
thousiasme tegenover de verkeerde persoon
geuit had. Ze keek nog eens om naar de
tak met zeldzaam fraaie zachtlila orchi
deeën. De neger-tuinman die haar opnieuw
lachend aankeek, sneed opeens in een spon
taan gebaar een takje met enkele prachtige
bloemen af en bood het haar aan.
„Gaat de juffrouw naar het schip terug?
Zet ze dan op water, dan bewaart u ze een
hele tijd!"
„Dank u zeer! „riep Toni met grote
warmte uit, en even vroeg ze zich af, of ze
de man iets moest geven. Maar deze had
zich al afgewend en scheen niet op een
fooitje te rekenen. Nigel liet bovendien
duidelijk merken, dat hij ongeduldig werd.
In de open taxi hield ze de orchideeën
voorzichtig in haar schoot, en in het Myrtle
Bank Hotel, waar ze gingen dineren, vroeg
ze om een glas water, om haar kostelijk
geschenk in te zetten. Ze trok zich niets aan
van Nigel's vragen en geamuseerde blik
ken. „Ga je ze niet opsteken?" vroeg hij
tenslotte. „Orchideeën zijn ervoor om door
vrouwen gedragen te worden. Bovendien
zijn het hier doodgewone bloemen!"
Toni schudde haar hoofd. „Ik wil ze be
waren tot we op Flamingo Eiland aanko
men, als 't mogelijk is. En je mag iets wat
zo mooi is, niet doodgewoon noemen,
Nigel!"
„Ik wist niet, dat verpleegsters zo poë
tisch konden zijn", merkte Nigel op, terwijl
hij haar met zijn nietszeggende ogen gade
sloeg. „Ik dacht altijd dat ze van nature
alleen maar practisch ingestelde mensen
warén. Thermometers en kruiken en zo...."
„Misschien komt het juist wel, omdat we
door ons beroep in prozaïsche dingen als
thermometers en kruiken enz. geïnteres
seerd moeten zijn, dat we iets heel moois
extra weten te waarderen", antwoordde
Toni hem, niet wetend of ze moest lachen
of verontwaardigd zijn over zijn stupide
opmerking.
Het Myrtle Bank Hotel met zijn marme
ren hal en grote galerijen, die op een prach
tige tuin én de zee uitkeken, met zijn cos-
mopolitische gasten en inheemse kellners,
maakte niet zo'n indruk op haar als het
takje orchideeën, constateerde Nigel met
enig vermaak. Ze was een wonderlijk
meisje. Hij bestelde een uitstekend diner,
dat ze nuttigden op een terras, hetwelk
grensde aan een verlicht zwembad. Het was
een mooie avond, warm en vol geuren van
de tropische bloemen, die om de terrassen
in grote overdaad bloeiden. Het zou een
romantische avond geweest zijn, dacht Toni
met iets van droefgeestigheid, als ze in ge
zelschap van iemand anders dan Nigel ge
weest was.
Ze weigerde te gaan dansen of zwemmen,
maar stelde' voor een tocht over het eiland
te maken. In een taxi zouden ze in be
weging zijn en naar het landschap kunnen
kijken, zodat ze niet met Nigel op gedwon
gen manier zou behoeven te converseren.
Ze vond het heel moeilijk om op natuur
lijke, prettige wijze met hem te praten. Een
dergelijke luie, verfijnde jongeman met een
grote erfenis in het vooruitzicht en een
grootmoeder, die van dynamiet gemaakt
scheen te zijn, viel buiten het kader van de
jonge mensen, waarmee ze gewoon was
geweest om te gaan. Nigel sloeg haar gade,
niet met werkelijke belangstelling, maar
met een gevoel van amusement, als vond
hij haar reacties op een en ander intens
gi'appig. Ze haatte zijn wat neerbuigende
houding en ze was blij, toen de taxi hen
tenslotte terugbracht naar het kleine
vrachtschip, waarop ze het laatste deel van
de reis zouden afleggen. Ze bedankte Nigel
beleefd voor de prettige dag en verdween
haastig in haar nut om de kostbare orchi
deeën opnieuw in water te zetten.
,,'n Prettige, dag gehad, m'n kind?" riep
Olivia door de deur, die haar hut met die
van de oude vrouw verbond, en die half
open stond. Olivia lag al enige tijd in bed
en had geprobeerd te lezen. Ze was echter
rusteloos en verlangde ernaar, dat het schip
zou vertrekken. Ondanks de fans, die op
volle kracht werkten, was het drukkend
warm in de hutten. Ook hing er overal een
onaangename lucht aan boord tengevolge
van het kolenladen, dat des middags had
plaats gevonden.
„O ja," antwoordde Toni. „Een tuinman
van de Botanische Tuinen gaf me deze or
chideeën, zijn ze niet beeldig?" Toni liep de
tussendeur door en liet haar kostelijk ge
schenk, dat ze in een waterglas gezet had,
zien. Olivia glimlachte. Ze vond Toni aan-
biddellijk. Ze vroeg zich af, of Nigel de
kansen, die hij vanavond gekregen had, had
weten te gebruiken. Toni zag er allerliefst
uit in haar gebloemde jurk, maar volkomen
koel en ongemotiveerd. Ze zag er bepaald
niet uit als een vrouw, aan wie een man zo
juist speciale attenties bewezen heeft. Nigel
is een stomme idioot, hij leert 't nooit,
dacht Olivia geïrriteerd.
„Ze zijn inderdaad héél mooi", antwoord
de ze vriendelijk, zonder haar irritatie te
laten merken. „Maar ze zullen niet lang
goed blijven. Alles verwelkt snel in de tro
nen. Ik geloof, dat Jamaica geen bijzondere
indruk op je gemaakt heeft. Wij zelf vinden
het natuurlijk heel gewoon en niets verge-
I leken bij Flamingo Eiland. Dat is véél
mooier, wilder en bovendien vruchtbaar
der!"
„Dan moet het werkelijk héél bijzonder
zijn, want ik heb nog nooit zoveel bloemen
gezien als ik vandaag hier al zag", ant
woordde Toni met een glimlach.
Ze zei de oude vrouw goedennacht en
liet de tussendeur half open staan. Ze had
het gevoel, dat ze nooit zou kunnen insla
pen in deze hitte en voor ze naar bed ging,
nam ze een koude douche. Maar tot haar
verwondering had ze al geslapen, toen ze
wakker werd van het lawaai van de „San
Diego", die startte. Nu zijn we dus werke
lijk bijna op Flamingo Eiland, besefte ze
half slapend. De zee was volkomen kalm en
het schip maakte weinig bewegingen. Toni
sliep weer in.
HOOFSTUK 6
Het vrachtschip „San Diego" beviel Toni
beter dan de grote mailboot. Het was lang
niet zo ruim en mooi gedecox-eerd en
schoon. Er hing altijd een luchtje van fruit
en er waren vieze torren, die tussen de
trossen bananen kropen, maar het was een
gezellig schip. Er waren ongeveer 12 pas
sagiers, en de kapitein en de bemanning
waren vriendelijke mensen. Niet alléén
maar beleefd mondain, zoals op het grote
schip. De meeste passagiers waren op de
thuisvaart. Toni hoorde van hen veel over
het leven op de West-Indische eilanden.
En in 't bijzonder over Flamingo Eiland.
„Het eiland heeft lagunen langs een ge
deelte van de kust, vertelde haar een van
hen. De bodem is meest van vulcanische
aard en de hoogste berg, de Casello, is een
uitgedoofde vulkaan. De Muru-rivier heeft
zich een weg gebaand door de lava-rotsen
en een lagune gevormd aan de zeekust. De
Muru loopt voor een groot deel door Me
vrouw Burdens bezittingen. Alle mensen,
wat moeten de Burdens een geld gemaakt
hebben uit die vruchtbare bodem in de loop
der tijden!"
„De oude dame is nog altijd een vooraan
staande persoonlijkheid op het eiland, ook
al komt ze zelden in Miranda," voegde de
echtgenote van de spreker hieraan toe.
Toni was steeds vol belangstelling voor
dergelijke verhalen; ze wilde alles weten
over het merkwaardige eiland, maar per
soonlijke opmerkingen over haar werk
geefster wees ze af. Ze wilde haar eigen
mening vormen over de Burden-familie. Ze
merkte dat Olivio zich op het vrachtschip
meer op een afstand hield en ook dat de
mede-passagiers haar met een zekex~e on
derdanigheid behandelden. Zij zelf werd
met nieuwsgierigheid bekeken en enkele
jongere meisjes schenen min of meer ja
loers pp haar te zijn. Toni begon te beseffen
wat h'et betekende in dienst te zijn bij een
millionnaire. Vreemden zijn nieuwsgierig
naar zo iemand en willen bijzonderheden
weten van diens particuliere leven.
(Wordt vervolgd).