Jubilerende banketbakkers richtten
feestmaal in de Vleeshal aan
Verdergaande reorganisatie van
A.R.-partij wordt overwogen
,De kunst in de banketbakkerij
officieel geopend
Agenda voor
Haarlem
„De gehele Friese bevolking voelt
zich door uw komst gesterkt"
Met jeep en lichtbak ten strijde
tegen de plaag der Kennemerduinen
Dr. J. Schouten:
Voorzitter constateert tekort aan
activiteit op vele plaatsen
Welkomstwoord tot de Koningin
Wij kunnen het ook
Geestrijk vocht
Voorlopig Nederlands
elftal op 8 October
tegen Wanderers
Vertrekdata van
emigrantenschepen
Uitspraken
Haarlemse rechtbank
genéést
Vorstin woonde f eestvergadering van
Friese Mij. van Landbouw bij
Als stropers in de nacht
Konijnen-aanwas dwingt tot harde,
weinig weidelijke methoden
Echt stropersweertje
Indonesië wil Duitse
experts werven
DONDERDAG 2 5 SEPTEMBER 19 52
3
Dat men vroeger het goede der aarde
buitensporig wist te waarderen, daarvan
kunnen onder meer de kleurige schutters
stukken in het Frans Halsmuseum getui
gen. De overheid van de stad Haarlem
schijnt hierbij tenslotte zelfs te hebben
ingegrepen en bij ordonnantie bepaald dat
dergelijke feestmaaltijden voortaan ten
hoogste nog maar vier dagen aan één stuk
door mochten duren. Wie zich een indruk
van zo'n historisch diner wil vormen, kan
tot 5 October in de bovenzaal van de Vlees
hal talrijke voorbeelden van sierlijke spijs
kaarten bestuderen. Het is lectuur om bij
te watertanden.
Doch men vindt er ook bewijzen bij de
vleet van de manier waarop de lekkerbek
ken onder onze voorouders in een recenter
verleden een zwierig toebereide gelegen-
heidskost plachten op te dienen en te sa
voureren. Wij hebben al snuffelend in een
der vitrines ontdekt dat die goeie ouwe
tijd, met afgunstige en nostalgische toe
spelingen waarop wij werden grootge
bracht, in ieder geval tijdens de kronings
feesten van 1898 nog bestond. Want toen
kon men in een vermaard restaurant in
Den Haag a raison van een solide rijks
daalder een diner van twaalf uitgelezen
gangen tot zich nemen. Dat men daarbij
enige overdrijving niet schuwde en zelfs
de wonderlijkste aanleidingen verzon om
weer eens joyeus te tafelen, moge blijken
uit het eveneens tentoongestelde menu voor
een bijeenkomst anno 1887 in de club „Jan
nog een halfje" te Rotterdam, nota bene
belegd om het 6000-jarig bestaan van de
oesterteelt in ons land te vieren.
De meeste van die ouderwetse spijskaar
ten zijn in de loop van haar langdurig leven
bijeengebracht en in tientallen albums ver
zameld door mevrouw A. F. Berkhoff-
Deelman, wier naam een bekende klank
heeft voor ieder die wel eens aandachtig
door de Leidsestraat in Amsterdam liep.
Zij bezit meer dan 3000 exemplaren en de
zeldzaamste daarvan liggen op de expositie
van de jubilerende afdeling Haarlem van
de Nederlandse Banketbakkersvereniging
te prijken. Dank zij haar ijver kan men
te weten komen wat er op de avonddis van
14 December 1937 in het Koninklijk Paleis
op de Dam werd geserveerd, toen Prinses
Juliana en Prins Bern'nard hun eerste be
zoek aan de hoofdstad brachten. Men kan
er verder lezen op welke gerechten Truman
en Churchill ten hove werden onthaald,
maar ook de lijst van het verrukkelijk ge
vogelte en de stralende wijnen, waarvan
president Carnot bij zijn bezoek aan Lyon
zou hebben genoten, ware hij niet direct
na zijn aankomst vermoord.
Urenlang zou men zich kunnen verdie
pen in tal van culinaire woordenboeken en
handschriften met lucullische recepten. Zo
leerden wij van „De Geldersche Keuken
meid" hoe men kikvorsen bereidt: „Hier
van worden gemeenlyk de agsterste bille-
tjens gebruikt daar het vel afgestroopt
word en in het water gezet, maar het been
tje moet er uit geligt worden, en dan wor
den ze toegerigt als een fricasse van heele
jonge keukens". Als u nu ook nog wilt
weten hoe men ze kookt of hoe men Kra-
kollen kookt, dan moet u zelf maar eens
gaan kijken. En bekijkt u dan meteen die
met de 'hand geknipte en beschilderde pis
taches met ingewikkelde rebussen en cha
rades, die vroeger op promotiediners en
bruiloften ter tafel kwamen.
Met de tijden veranderen de zeden. Zel
den treft men tegenwoordig een spijskaart
aan, waarop de gerechten met dichterlijke
citaten worden toegelicht en geprezen. Op
de tentoonstelling hangt er een, die begint
met eetlust opwekkende pasteitjes onder
het aan de smulpaap Bredero ontleende
motto: „Die kundij appetijt een nieuwen
honger maken". Even later gevolgd door
gebraden patrijzen, waarop het woord van
Cats: „Niet is soo goet van ons te zijn ge
geten als vleys dat door de lucht met rappe
vleugels swe'éft" van toepassing werd ge
bracht. Ook de lier van Vondel en Tessel-
schade is te hulp geroepen om de toppun
ten van vaderlandse kookkunst te verheer
lijken.
Gelukkig is deze poëtische gewoonte niet
uitgestorven. De Haarlemse banketbakkers
hebben er niet mee willen volstaan hun
gasten gisteravond in de historische Vlees
hal op "een zeldzame keur van door hen
zelf aan het fornuis ontlokte scheppingen
te tracteren, doch zijn op het lumineuze
denkbeeld gekomen de letterkunde in te
schakelen teneinde hun waren in gepaste
verhevenheid te doen verheerlijken. Zij
vonden Godfried Bomans bereid de tekst-
te redigeren van bet nienu, dat met beschei
den trots aan de Commissaris der Koningin
in de provincie Noordholland, aan de
waarnemend burgemeester en de bijna
veertig andere genodigden kon worden
voorgelegd.
Luisterrijk begon het maal, verlicht door
zware kaarsen in massieve kandelabers,
met het door Albert le Brun in het voor
wijnen zo fortuinlijke jaar 1947 in Cham
pagne gestolde zonlicht, ter begeleiding
van een schijf ham van het been, die men
zeker een kwartier op het bord liet liggen
teneinde van de idyllische tint en de pikan
te geur te genieten. Over de daarbij ge
voegde paté en gerookte zalm zou een
zekere Lombardo volgens Bomans hebben
geschreven: „Een treffelijke spijs, die mijne
matighheit in swaare verzoekinghe brocht".
Wij willen geen nodeloze afgunst opwek
ken door het diner van de klare schild
padsoep volgens voorschrift van „De vol
maakte keukenmeid" van 1673 tot de man
nelijke vertroosting met koffie en goudgele
cognac haarfijn te beschrijven, een op
gave die trouwens onze tot gezapigheid
vei'moeide krachten verre te boven zou
gaan. Laten wij daarom met Bomans de af
vallige monnik Palullus aan het woord, die
omstreeks 1700 over filets van tong met
zalm in de Wemheimer Chroniquc schreef:
„Het is een vraag of het toebereiden dezer
tongstreelinghe niet onder de zonde der
hoovaardij te reekenen valt. Het te nuttigen
is sekerlijck een daad, slechts aan de sali-
ghen voorbehouden".
Terecht haalde Bomans bij de verschij
ning van het als zijde glanzende speenvar
ken met verkwikkend keutelmoes een
uit oude overlevering geput mengsel van
appelmoes en krenten de onvergetelijke
woorden van Vergilius aan: „En allen zwe
gen stil". Pietgeen overigens niet in over
eenstemming met de waarheid was, want
die bestond uit een luide zucht van bewon
dering voor zoveel braadkunst. En toen
Bismarck kennis had gemaakt met de spé
cialité van de grote keukenmeester Escof-
fier, bestaande uit fazanten met cham
pignons, moet hij volgens de redacteur van
het menu in tranen zijn uitgebarsten en
zich in het gebergte hebben teruggetrokken
Wij konden dat begrijpen, doch omdat er
geen gebergte in de buurt was, hebben wij
ons verdriet om de wetenschap, dat wij op
de wederverschijning van een dergelijke
délicatesse, zo glorieus veredeld, misschien
onvergetelijke
spoeld.
Clos de Vougeot wegge-
nog jaren moeten wachten, met een glas arm aan poëzie.
Het werd niet alleen een avond van ma
terialistisch genot, zoals de brillant badi
nerende tafelpraeses Godfried Bomans had
gevreesd, want met de diepbruine Madeira
en de robusle Pomerol Pétrus 1949 werd
geleidelijk de ware geest over de aanzitten-
den vaardig en schuimden de improvisaties
in dankbare en schertsende toespraken op.
Zo werd bij voorbeeld de eminente fijn
proever broeder Tarsisius uit Voorburg uit
naam van Abraham Kuyper met elegante
behendigheid geprezen door onze spitse
collega Arie de Gooyer en stelde zijn vak
broeder Fred Thomas niet zonder ironie
vast dat het monumentale in ons volk zich
alleen nog kan uitleven in de étalage van
de banketbakker. Dit naar aanleiding van
de vele pronkstukken van edel ambacht.
En Hildo Kx-op, de beeldhouwer die met
deeg begon, onthulde dat de aankondiging
„Maaltijd door de eeuwen heen" hem vrees
had ingeboezemd. Want als men bij de oude
Germanen was begonnen, dan zou hij een
schedel van een verslagen vijkand hebben
nodig gehad om bier te drinken en waar
waar vindt men heden ten dage nog een
vijand, die werkelijk verslagen is?
De kroon op de feestreden werd gezet
door dr. J. E. bai-on de Vos van Steenwijk,
die de gastheren-patissiers huldigde met
een zinrijke toespeling op de berijmde re
cepten van de dichter-pasteibakker Ra-
guenau uit het tweede bedrijf van Cyi'ano
de Bergerac.
Moge zijn geest in Haarlem blijven heer
sen, want, helaas, het dagelijks leven is
De voetbalwedstrijd tussen het voorlopige
Nederlands elftal en de Engelse eerste divisie
club Wolverhampton Wanderers zal op
Woensdag acht October worden gespeeld in
het Feijenoord-stadion in Rotterdam. De
wedstrijd zal om vier uur 's middags be
ginnen.
ADVERTENTIE
Een maaltijd voor slechts 50 ets
Mekka - bekende Van Dungen's nootvruchten tablet
ADVERTENTIE
Gum Uzelf
Made Irom "sun-kissed" tobaccos
DONDERDAG 25 SEPTEMBER
Stadsschouwburg: „Ballet Recital", 8 uur.
Concertgebouw: Chr. Oratorxumvereniging
Door Zang Vriendschap" concert „Die
Jahreszeiten", 7.30 uur. Minerva: „Potasch
en Perlemoer" (toneelgezelschap Johan
Kaart), 8.15 uur. Rembrandt: „Verboden ver
houding", 18 jaar, 7 en 9.15 u. Palace: „Geen
uitweg", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: „Klok
slag 12", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido: „Scar
let Angel", 18 jaar, 7 en 9.15 u. City: „Kin
derrechter grijpt in", 14 jaar, 7 en 9.15 uur.
Spaarne: „Drums of Fu Manchu", 14 jaax-,
7 en 9.15 uur.
VRIJDAG 26 SEPTEMBER
Bioscopen: Nieuw programma.
Voor de Vleeshal was een grote krakeling aangebracht die loco-burgemeester D. J. A.
Geluk moest breken ter gelegenheid van de officiële opening van de tentoonstelling
„De Kunst in de banketbakkerij".
Met het breken van een krakeling, die
voor de ingang van de Vleeshal was aange
bracht, heeft de heer D. J. A. Geluk, loco-
bürgemeester van Haarlem, Woensdag
middag de tentoonstelling „De kunst in de
banketbakkerij" officieel geopend.
De heer H. Ferd. Kuipers heette als
voorzitter van de afdeling Haax'lem van de
Nederlandse Banketbakkersvereiïiging de
genodigden in de Vleeshal welkom. Hij
bracht dank aan zijn Haarlemse collega's
voor de medewerking die zij aan de voor
bereiding van de tentoonstelling hebben
verleend. Aan hen is het te danken, dat de
Vleeshal en de Vishal er zo goed verzorgd
uitzien. De tentoonstelling is iets bijzon
ders. Meestal ziet men op tentoonstellin
gen van deze aai'd slechts tafels met cakes
en gebak, massa-ai'tikelen dus, maar thans
worden ware wonderen van banketbak
kers-sierkunst en -beeldhouwkunst uitge
stald. Een aantal Nederlandse banketbak
kers heeft daarin een aandeel. De heer
Kuipers richtte zich tot de heer P. J. Kap-
teyn, directeur van Union, voor diens be
zielende leiding. Voorts bracht hij dank
aan de heren M. J. van Buren en P. Leffe-
laax-, die aan de voorbereiding hebben mee-
gewerkt.
Ook de heer H. J. W ij e r s, voorzitter
van de Nedeidandse Banketbakkex'svereni-
ging, bracht dank aan allen die de ten
toonstelling hebben voorbex-eid. Twee or
ganisaties viei'en feest en wel de afdeling
Haax'lem van de N.B.V. en de chocolade-
fabi-ielc Union, die gemeend hebben dat
ook het publiek moet delen in de feest
vreugde. Hij wees op de fraaie producten
die hier geëxposeerd zijn. Er zal een goede
propaganda van uitgaan voor het vak.
De heer P. J. Kaptcyn, die het initia
tief genomen heeft tot de tentoonstelling,
vertelde hoe hij tot de idee is gekomen en
hoe de plannen uitgewerkt zijn. In het bij
zonder richtte hij zich tot de heren Kui
pers, Van Buren en Leffelaar. Voorts her
innerde de heer Kapteyn er aan, dat een
lid der jury, de beeldhouwer Hildo Krop,
vroeger ook banketbakker is geweest.
De heer D. J. A. G el u k bood het bestuur
der afdeling Haarlem van de Nederlandse
Banketbakkersvereniging gelukwensen aan
met haar gouden jubileum en feliciteerde
de organisatoren met hetgeen er tot stand
is gekomen op de tentoonstelling. De heer
Geluk besprak de geschiedenis van het
banketbakkersvak en vroeg ook aandacht
voor de op de bovenverdieping bijeenge
brachte historische verzameling. Daaraan
hebben meegewerkt het Stadsarchief, de
Stadsbibliotheek en het archief van de N.
B.V. Ook i-oemde de heer Geluk de inzen
dingen der Haarlemse banketbakkers voor
deze expositie.
Hierna brak de loco-burgemeester de
symbolische reuzen-krakeling, waarmee de
tentoonstelling officieel geopend was.
Bekroningen
De heren Hildo Krop, A. C. de Wilde,
beiden Amsterdam en D. Stoop, Voorburg,
hebben de werkstukken sierkunst en beeld
houwkunst beoordeeld. Hun uitspraak was:
Beeldhouwkunst: ereprijs werk geheel
massief J. A. de Boer te Bovenkerk-, chef
kok bij de K.L.M.; eerste prijs tijger van
chocoladebrood J. B. Lameijer, Amster
dam; tweede prijzen Lautje van chocolade
B. Smit, chef van de banketbakkerij Bij
ham, Haarlem en artikelen gehouwen uit
suikerbrood G. Telma, Haarlem.
Sierkunst: ereprijs hoi's d'oeuvre van
marsepein D. van Beek te Zutphen; eerste
prijs di'ijfschaal van kunstbloemen J. Jop-
pe, Amsterdam: tweede prijzen Vleeshal in
suiker H. en W. Elhorst, Haarlem; drijf-
schaal met perziken Jac. van der Brink,
Leeuwarden; marsepein plastiek Diet Sme-
lik, Rotterdam; chocolade-bonbormièi'es N.
J. Leufkens, Amsterdam; mand met bloe
men van getrokken suiker A. Bonte, Am
sterdam.
Aan de étalage „huwelijk" die in de Vis
hal te zien is, werd de prijs toegekend voor
de fraaiste inzending in dit gebouw.
Naar het Commissariaat voor de Emi
gratie mededeelt, staan thans de vertrek
data vast van de volgende emigranten
schepen:
26 September: „Sibajak" naar Nieuw
Zeeland;
4 October: „Waterman" naar Australië
en Nieuw Zeeland;
28 October: „Zuiderkruis" naar Zuid-
Afrika;
11 November: „Johan van Oldenbarne-
velt" naar Australië, en
29 November: „Fairsea" naar Australië.
De Anti-Revolutionnaire Partij heeft
zich in het gisteren te Utrecht gehouden
Centralenconvent bezonnen op de poli
tieke situatie, die onstaan is door de
verkiezingsuitslag en de kabinetsformatie.
Voor dit convent bestond zeer grote be
langstelling. De discussies, die gevoerd
zijn onder leiding van de voorzitter van het
Centraal Comité, dr. J. Schouten, werden
gedeeltelijk bijgewoond door de ministers
Algera en Zijlstra.
Uit de resultaten van de jongste ver
kiezingen is_ naar dr. Schouten zeide dui
delijk gebleken, dat men de politiek steeds
meer losmaakt van principiële overwe
gingen. Deze ontwikkeling geeft, naar hij
zeide, reden tot bezorgdheid. De schuld
daarvan moet men niet bij anderen zoeken.
„Op papier ontbreekt er aan de organi
satie van onze partij niet zoveel, maar in
de practijk is er op vele plaatsen een te-
kort aan activiteit geweest", zo zei dr.
Schouten. Aan de oi'ganisatie van de partij
moet dus opnieuw aandacht geschonken
worden. Het jongste element dient ook in
de besturen een plaats te krijgen. Spreker
betreurde het dat nog nooit zo weinig aan
huisbezoek is gedaan als bij de jongste
verkiezingen.
Over de kabinets-formatie merkte
spreker op dat er zijn die menen, dat de
anti-revolutionnairen nooit medewerking
moeten verlenen aan een kabinet waarin
ook socialisten zitting hebben, terwijl daar
tegenover anderen betogen, dat de anti-
revolutionnairen moeten medewerken aan
welk kabinet dan ook. Het standpunt
„nooit met de socialisten" is niet te aan
vaarden. Men zegt wel: waarom nu be
reidheid om mee te doen en in het ver
leden niet? Die vraag achtte spreker on
juist. Bereidheid was er ook in het ver
leden, maar men maakte het toen onmo
gelijk. Thans waren program en samen
stelling van het kabinet van dien aard dat
medewerking kon worden toegezegd. „Dit
kabinet is niet roder dan enig voorgaand
kabinet. Als het program een socialistisch
program zou zijn zou dit door de anti-
revolutionnaire Kamerfractie zeker niet
zijn aanvaard.
Het is wel onbegrijpelijk dat er nu nog
anti-revolutionnairen zijn, die de eis om
een behoorlijke plaats in de sociaal-econo
mische sector te verkrijgen, te hoog
achten.
De anti-revolutionnaire ministers Algera
en Zijlstra staan voor een ontzaglijk moei
lijke taak. Principieel en practisch zou het
onjuist zijn tegen hen te opponeren".
Behoud van onafhankelijkheid
Het Centraal Comité zal, naar dr. Schou
ten zei, overwegen of er gronden zijn voor
verdergaande reorganisatie van de partij
en op welke wijze deze eventueel moet
worden voorbereid.
„Het begrip isolement zoals Groon en
Kuiper ons dat bijgebracht hebben, bete
kent in de samenleving staan en spreken
op de gi-ondslag van ons isolement, met be
houd van eigen principiële onafhankelijk
heid. Wij zijn niet in een socialistische wa
gen gestapt", aldus dr. Schouten. „Niet om
ontevredenen tevreden te stellen hebben
twee van onze mannen zitting genomen in
het kabinet. Mocht het nodig zijn, dan zal
de anti-revolutionnaire fractie zich tegen
de regeringspolitiek verzetten".
Spreker hoopte echter, dat het steeds
mogelijk zal zijn de beide ministers te steu
nen en hun beleid te verdedigen. De anti-
revolutionnairen willen geen toenadering
tot het socialistisch principe of de socialis
tische mening. Zij zullen als partij werk
zaam moeten zijn om een politiek te sti
muleren die waarlijk nationaal is.
De Haarlemse rechtbank heeft uitspraak
gedaan in de zaak tegen de vijfendertig-
jarige loswerkman M. S., zonder vaste
woon- of verblijfplaats, die bekend heeft
zich in de maanden Maart, April en Mei
aan een groot aantal inbraken in het land
schuldig te hebben gemaakt en op 21 Mei
een bezoek heeft gebracht aan een school
te Overveen. Hem was de inbraak, gepleegd
in deze schjpol, ten laste gelegd. De buit be
stond uit een bedrag van 200 en een hoe
veelheid voorwerpen. Het vonnis luidde
een gevangenisstraf van een jaar en zes
maanden en ter beschikking stelling van de
regering.
De Heemstedenaar M. C. T. M., werk
zaam in het verzekeringsbedrijf, had aan
een Haarlemmer meegedeeld, dat hij aan
goedkope sigaren kon komen, afkomstig uit
Indonesië en bestemd voor oud-róilitairen.
De Haai'lemmer voelde er voor de sigaren
te kopen en stelde bedragen beschikbaar.
Wegens oplichting werd M. veroordeeld tot
een gevangenisstraf van een jaar met af
trek.
Verdacht van diefstal van een brom
fiets werd de loswerkman L. H. S. veroor
deeld tot acht maanden gevangenisstraf.
Op Zondagavond 8 Juni is hij naar Haar
lem gegaan en heeft daar cafés bezocht. Hij
kon niet meer per autobus naar huis. Des
nachts om drie uur vond de politie hem op
de Wagenweg en hij was in het bezit van
een bromfiets, die naar later bleek uit een
garage aan de Wagenweg was gestolen.
ADVERTENTIE
schaafwonden, schrammenontvellingen
Koningin Juliana was gistermiddag
tegenwoordig bij een fccstvergadering van
de 100-jarige Friese Maatschappij van
Landbouw in „De Harmonie" in Leeuwar
den.
„Door uw aanwezigheid geeft Uwe Ma
jesteit wederom blijk mede te leven met de
Friese boerenstand. Deze, ja geheel de
Friese bevolking, voelt zich hierdoor ge-
Om vijf uur gister
middag is generaal
Matthew B. Ridgway,
de opperbevelhebber
der geallieerde strijd
krachten, in ons land
aangekomen. Hij arri
veerde met de Shape-
Const ellation op
Schiphol, vergezeld
van zijn echtgenote.
Op de luchthaven
werd hij begroet door
de voorzitter van het
comité van chefs van
staven vice-admiraal
jhr. E. J. van Holthe,
luitenant-generaal B.
R. P. Hasselmande
chef van de marine
staf, vice-admiraal A.
de Booy, de plaats
vervangend chef van
de Luchtmachtstaf
generaal-majoor A.
Baretta, de Ameri
kaanse ambassadeur
in ons land, de heer
Selden Chapin en het
hoofd van de military
advisory and assistent
group, generaal-majoor Noble. Na de begroeting inspecteerde de generaal de erewacht
bestaande uit 100 man Huzaren van Boreel. „Muzikale eerbewijzen" werden
de generaal gebracht door de Koninklijke Militaire Kapel. Na de inspectie begaf de
generaal zich onmiddellijk onder escorte per auto naar Den Haag. De Haagse politie
heeft gisterochtend de 26-jarige metaalbewerker O. van W. en diens br/)er, de 22-jarige
metselaar R. van W., aangehouden wegens het verspreiden van papieren, die gericht
waren tegen het bezoek van Ridgway.
Wij zien de echte weidman al vol min
achting zijn neus optrekken bij het relaas
van het jachtavontuur, dat wij vorige week
in de Kennemerduinen beleefden. En met
de hand op het hart: erg „weidelijk" von
den we het zelf niet, er in een grommen
de jeep met een formidabele lichtbak op
uit te trekken om in dat natuurreservaat
onschuldige konijntjes van het leven te be
roven, want waar blijft in zo'n geval de
„Sporting chance" voor het wild? Maar
fraai of niet, er moet paal en perk gesteld
worden aan de vraat- en graaflust van die
vrolijke knaagdiei'tjes, die zulke meesters
zijn in een bepaald onderdeel van.de ï'e-
kenkunde, dat er gewoon geen bijhouden
aan is. En het is werkelijk „bij de konij
nen af", zoals deze diertjes in de Kenne
merduinen huis houden, het gewas vernie
len en de duinen onder-graven. Daarom
vroeg en kreeg de directeur van de stich
ting speciale toestemming, om zoveel mo
gelijk van deze lastposten af te schieten en
daartoe een stroper zou er zijn vingers
voor aflikken! ook het verboden instru
ment van de lichtbak te gebruiken. Met
het gevolg dat directeur Roderkerk en- zijn
assistenten vorig seizoen 9000 delinquen
ten naar de konijnenhemel deden verhui
zen en dat er ook dit jaar, toen men op
1 September begonnen is, alweer honder
den van deze diertjes tot hun vaderen ver
gaard zijn. Ongeveer tweemaal in de week
rijdt de jeep tot dat doel, volgeladen met
benzine en patronen en met een extra
accu voor het zoeklicht in de cabine, het
nachtelijk duinrevier in om de strooptocht
te beginnen, stoppend bij elke „speel
plaats" waar meestal al gauw een paar
knagers in de aanflitsende lichtbundel op
duiken en de dubbelloops prompt een
einde maakt aan hun carrière.
Op de tocht, die wij vorige week mee
maakten, lukte het echter aanvankelijk
niet zo best. Het was kil, wild weer met
striemende regenvlagen uit laaghangende
inktzwarte wolken; echt stropersweer dus
eigenlijk en erg bevorderlijk voor de ro
mantische sfeer van onze nachtelijke expe
ditie, maar niet zo gunstig voor een flinke
buit. Ook de konijnen waren namelijk tot'van hun eigen verdelging....
de ontdekking gekomen, dat het maar koud
en nat was, zodat zij beter konden schuilen
in hun holen en pijpen dan een schot hagel
te komen halen, waarom wij heimelijk nog
binnenpret hadden óók. Maar lang zou het
niet duren, want nauwelijks was de regen
iets geminderd, of de eerste candidaten
kwamen zich melden en al gauw daarna
lag er een flink partijtje duinwild op de
bodem van de jeep op zijn laatste reis
naar de poelier te wachten. Zo tussen de
schoten door kwamen bovendien de jacht
verhalen los, zoals dat van het geheimzin
nige zwarte konijn waarop de heer Ro
derkerk nu al drie jaar lang jacht maakt,
maar dat hem steeds te slim af is geweest.
En die oude zwarte is niet eens de enige
„wise guy" in het revier, want ginder, in
„de Olmen" en achter het Paardenkopvlak,
zitten nog meer van zulke knapen, die het
klappen van de zweep wel kennen en zich
niet laten verschalken, hoe verleidelijk de
jagers hun lichtbundel ook over hun „wei
den" laten spelen. Sterke verhalen? Niets
daarvan: wij hebben het zelf gezien, hoe
deze „i-ille" jongens de dans ontspringen,
telkens maar eventjes lippend aan de uiter
ste buitenkant van de lichtkegel, maar zich
dan weer schielijk terugtrekkend in het be
schermend duister daarachter.
Meestal loont de buit ruimschoots de
moeite van zo'n nachtelijke expeditie,
waarbij dan nog de oogst van de strikken
ook al zo'n onweidelijke noodzakelijk
heid! komt. „Onze" jacht leverde ne
gentig stuks op; het record van een nacht
was een honderdzestig konijntjes, het ge
middelde ligt omstreekt de honderdtwintig
beesten, die vrijwel alle hun weg vinden
naar de wildhandel om aldus nog na hun
dood een bijdrage te leveren in de kosten
sterkt en weet zich weer sterker een inte
grerend deel van onze gehele Nederlandse
volksgemeenschap," zo sprak de voorzitter,
de heer H. L. Deddcn.
„De Friese boerenstand heeft in de afge
lopen honderd jaar behalve goede ook zeer
moeilijke tijden meegemaakt," aldus ver
volgde hij. „De belangstelling, welke ons
Koninklijk Huis steeds aan de dag heeft
gelegd voor onze Friese boerenstand en
voor onze Maatschappij, heeft aanzienlijk
bijgedragen tot bestendiging der aloude
hechte banden tussen ons Vorstenhuis en
Friesland. Het zij mij vergund Uwe Majes
teit de diep gevoelde dank te betuigen
namens onze leden, voor de waardering van
het werk der Friese Maatschappij van
Landbouw, die uit dit koninklijk bezoek
wederom blijkt."
Na vele andere hoge gasten, waaronder
de minister van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening, de heer S. L. Mansholt,
te hebben verwelkomd, vertelde de heer
Dedden nog iets uit de geschiedenis der
Maatschappij. In de tweede helft van de
vorige eeuw bleek, dat de Friese boter,
door de achterlijkheid van de zuivelberei
ding en het geknoei van boeren en hande
laren op de Londense markt niet meer mee
kon komen. Op alle mogelijke wijzen heeft
de Friese Maatschappij toen getracht hierin
verbetering te brengen, maar het zou tot
omstreeks de eeuwwisseling duren, alvo
rens men de juiste wegen ter verbetering
had gevonden.
Met de verrichte arbeid heeft men een
klein beetje vreugde en blijdschap ver
schaft door verbetering van de maatschap
pelijke positie van een arbeidzaam boei'en-
volk. Dat is de grootste beloning, die de
Maatschappij heeft mogen ontvangen.
Bezoek aan proefboertlery
Aan de Koningin werd een luxe uitgave
van het gedenkboek van de organisatie, ge
titeld: „Geschiedenis van de Friese Land
bouw", aangeboden. De diverse toespraken
werden afgewisseld door de uit vijf tafe
relen bestaande „Friese hoerenspiegel",
geschreven door E. J. van der Molen en
onder regie van Hein Cats gespeeld door
leden van Friese amateur- en beroeps
toneelgezelschappen.
Na de pauze begaf de Koningin zich voor
een kort bezoek naar de px-oefboerdqrij
„Wielzicht" van de Maatschappij te Rijper-
kerk.
Bij dit bezoek werd aan de Koningin een
viertal geschenken van Friese volkskunst
aangeboden voor de vier Prinsessen, en wel
voor Beatrix een tasje met versieringen
naar oud-Friese motieven, voor Irene een
gebeeldhouwd paardje, voor Margriet een
doos crème en voor Marijke een pop in
Fries costume.
Koningin Juliana heeft na haar bezoek
aan Leeuwarden per vliegtuig de terugreis
aanvaard.
Woensdagavond arriveei-de op Schiphol
de heer Zain, die benoemd is tot zaakge
lastigde van Indonesië in West-Duitsland
met de rang van buitengewoon gezant en
gevolmachtigd minister.
Eén van zijn opdrachten is het werven
van Duitse technische experts, aan wie
Indonesië dringend behoefte heeft, zo ver
klaarde hij. Speciaal heeft Indonesië inte
resse voor Duitse mijnexperts. Ook vak
kundige bankmensen uit Duitsland zullen
in Indonesië welkom zijn. De heer Zain zei
verder dat Duitsland op economisch ge
bied voor zijn land van grote betekenis is.
Tin, rubber en copra zijn op het ogenblik
de belangrijkste producten, die Duitsland
van Indonesië betrekt.
