Er wordt naar gestreefd dit jaar 65.000 huizen te bouwen Parapsycholoog sprak over de „buitenzintuigelijke waarneming" Huis vol mysterie -Clowntje Rick 4 Gevonden actetas met f 2900 achtergehouden Conflict specialisten ziekenfondsen De werkloosheid in Nederland H. J. Woudenberg vraagt ontvijanding Bevordering van de werkgelegenheid A.R.-partij en passief vrouwenkiesrecht DONDERDAG 8 JANUARI 1953 Bekende paragnost Croiset gaf er de voorbeelden bij Millioenen dames Verzending van zeepost Gezin voor rechtbank; twee keer 8 maanden geëist Bespreking met minister Suurhoff Zestien Britten wilden niet in de boot Voor de kinderen Aanbesteding visserij laboratorium eind Februari Explosie in raflinaderij van Shell in Texas Discussie van het Centralen Convent Amerikaans vliegtuig neergestort Tóch reclame in de Britse televisie FEUILLETON door Jane England Hoe groot de belangstelling is voor para-psychologie, een terrein, dat in ternationaal door de wetenschap steeds intensiever doorvorst wordt, bleek gisteravond in de Kroonzaal van het restaurant Brinkmann, waar door de afdeling Haarlem van de Stu dievereniging voor „Psychical Re search" een bijeenkomst met introdu cés werd gehouden. Voor een stamp volle zaal, waarin verscheidene plaat sen werden ingenomen door leden van de rechterlijke macht, van de balie en van de politie, gaf dr. W. H. C. Tenhaeff, docent in de parapsycholo gie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht een uiteenzetting van het wetenschap pelijk onderzoek naar buitenzintuige lijke waarnemingen. Deze werd ingeleid door de voorzitter van de afdeling Haarlem ,de heer W. J. Gor ter, die de aandacht vestigde op het zuiver wetenschappelijke doel van de vereniging, „die zich niet inlaat met spiritisten of an dere occulte kringen". De beschouwingen over de parapsycho logie werden gevolgd door enige experi menten, waaraan de door zijn hulp aan de politie en justitie reeds in ons land be kend geworden paragnost de heer G. Croiset zijn medewerking verleende. Deze practische voorbeelden van para- gnosie (buitenzimtuigelijke waarneming) waren uitermate boeiend, mede dank zij de achtergrond van de theorie, welke er aan voorafging. Niet bovennatuurlijk Dr. Tenhaeff legde er de nadruk op, dat dergelijke para-normale vermogens allerminst als wonderen of bovennatuur lijke zaken behoeven te worden be schouwd. Deze vermogens zijn algemeen menselijk, getuige de duizenden spontane telepathische gewaarwordingen, die onder mensen voorkomen. Er is slechts sprake van graduele verschillen. Telepathie kan men het best omschrijven als „het inval len van denkbeelden uit een vreemd be wustzijn op para-normale wijze". „Dit lijkt alleen mogelijk als onze bewustzijnen alle een soort ondervloers contact met elkaar hebben", aldus de spreker, „en dit leidde weer tot de stelling, dat alle mensen één gemeenschappelijk onderbewustzijn bezit ten, een mogelijkheid, die in de diepte psychologie steeds meer de aandacht trekt". De werkwijze van de heer Croiset kan men ook aanduiden als die van een „psy- choscopist", dat wil zeggen, dat hij zich gewoonlijk van bepaalde voorwerpen als hulpmiddelen bedient. De rol, die een der gelijk voorwerp (inductor) bij het experi ment speelt kan men bijvoorbeeld verge lijken met die van een steen die een toe rist vond op een plekje in de natuur, dat hem bijzonder bekoorde en die hij mee naar huis nam om als presse-papier te gebruiken. Als hij later deze steen nog eens in handen neemt doemen de herinne ringen bij hem op van het bewuste slekje en weldra van de gehele reis, die hij maakte. Diezelfde herinneringen ziet de psyehos- copist nu ook, als hij deze steen in han den neemt. Evenmin als overigens de toe rist de steen nodig heeft om deze herin neringen te zien langstrekken, heeft de psychoscopist hem nodig. De herinnerin gen uit dit vreemde bewustzijn kunnen ook zonder inductor door hem worden waargenomen. Van de experimenten, die de heer Croi set ten dienste van de politie volbrengt, heeft hij er natuurlijk, die in politiëel- en die in parapsychologisch opzicht slagen. Geslaagd in beiderlei opzicht was de op sporing van een vermist jongetje, waarvan hij, toen hij er over opgebeld werd, reeds zeide dat het verdronken was en onder een platboomde schuit bij een witte brug lag „waarachter een fabriek met een laag weiland". Alleen de aangehaalde toevoe ging klopte niet en het bleek dat het hoofd ADVERTENTIE zeggen: Voor de handen niets beter dan HAMEA - GELEI. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan tussen haakjes achter de naam van het schip vermeld: Indonesië m.s. „Willem Ruys" (21 Januari), Nieuw Guinea: s.s. „Overijsel" (19 Januari); Ne derlandse Antillen: m.s. „Oranjestad" (20 Januari); Suriname: m.s. „Bonaire" (21 Januari); Zuid-Afrika en Zuid-West-Afri- ka: m.s. „Bloemfontein" (13 Januari); Ca nada: s.s. „Hurricane" (9 Januari); s.s. „Rijndam" (15 Januari); Argentinië, Uru guay, Chili, Paraguay, Bolivia, Brazilië: s.s. „Andes" (12 Januari); Australische Staten bond en Nieuw-Zeeland; ss.s. „Stratmore", 9 Januari. van de kinderpolitie, dat hem opgebeld had, wel sterk aan een laag weiland met een fabriek gedacht had, als een plek waar, naar zij meende, beslist ook gezocht moest worden. Sexblerum Tijdens de proeven hebben de proef personen een sterk verlaagd bewust zijnsniveau, dat hen beeldend doet denken, inplaats van in woorden. Het gebeurt zelfs herhaaldelijk dat hij de naam uitbeeldt. „Komt u uit het café bedrijf", vroeg de heer Croiset eens aan een man. Deze ontkende dit. „Toch zie ik achter u zes glazen bier, en dat bier verandert weer in rum". Wat bleek? De man kwam uit Sex- bierum in Friesland. „In diepste wezen kunnen we allen onze eigen toekomst zien, maar dat we daar zo weinig van merken komt volgens een nieuwe, veldwinnende theorie door de her senen: een stoffelijk apparaat ten dienste van een niet-stoffelijke psyche, dat rem mend werkt. Het leven zou immers niet te dragen zijn als we telkens met de ge- diadhtenwereld van andere mensen, in con tact waren", zei dr. Tenhaeff. Volgens de genoemde theorie is een paragnost iemand, bij wie de hersenen deze remmende func tie niet vervullen. Stoelenproef Een experiment, dat reeds vaak en ook deze avond met de heer Croiset werd ge nomen, was de stoelenproef. Daartoe wordt aan deze te voren een plattegrond van de zaal toegezonden en hierop worden hem een paar plaatsen aangewezen. Hij beschrijft dan in een brief de personen, die op de bewuste avond op deze stoelen zullen zitten. Een dergelijke brief werd ook deze avond voorgelezen. Een nadeel daarbij was onmiskenbaar, dat de zaal er door de grote drukte geheel anders uitzag dan op de plattegrond, mede doordat er stoelen waren verschoven. Het gevolg daarvan was uiterst merkwaardig: dingen, die de heer Croiset bijvoorbeeld van een dame vertelde bleken slechts voor een ge deelte juist te zijn en voor een ander deel betrekking te hebben op een dame vlak achter haar. Ook de volte van de zaal werkte wat belemmerend voor de proeven, hetgeen echter niet wegnam dat hij tal van phenomenen liet zien. Vader, moeder en twee zoons van een Amsterdamse familie uit de Korte Keizers- dwarsstraat hebben zich gisteren voor de Amsterdamse rechtbank moeten verant woorden wegens verduistering en heling van een actetas met bUna 2900, die de jongste zoon op 21 October onbeheerd had aangetroffen in een publieke telefooncel op de Nieuwmarkt te Amsterdam. De kantoor bediende J. van V., die in de cel had opge beld, had de tas van zijn patroon met zijn waardevolle inhoud bij vergissing laten staan en vond de cel leeg, toen hij tien mi nuten later zijn verzuim trachtte te her stellen. Van de vondst werd door niemand aan gifte bij de politie gedaan. Het onderzoek van de recherche werd al spoedig met suc ces bekroond, toen het buurtgenoten in de Korte Keizersdwarsstraat opviel, dat het zeker niet rijke gezin van de 55-jarige grondwerker G. I. buitensporig hoge uit gaven deed en bijna een geheel nieuwe in boedel liet aanrukken. De vier familie leden en een 50-jarige kostganger werden twee maanden geleden alle vijf opgepakt en bevinden zich sedertdien in voorarrest. Ter zitting van gisteren erkende de jong ste zoon, de 19-jarige A. I., de tas in de telefooncel te hebben aangetroffen en deze mee naar huis te hebben genomen. Tegen hem eiste de officier, jhr. mr. A. Reigers man, wegens diefstal 8 maanden zonder af trek van het voorarrest. Deze jongen beriep zich echter op het verschoningsrecht, dat de wet familieleden toekent, toen hem gevraagd werd of hij wilde getuigen tegen zijn moeder, vader en oudere broer. Dit drietal ontkende iets van de tas geweten te hebben en verklaarde de aankopen te hebben bekostigd uit „spaar geld". De officier achtte hen echter wel schuldig en eiste tegen de vader, G. I., eveneens 8 maanden zonder aftrek. De overige eisen luiden: tegen de moeder, de 55-jarige W. I.-W. en tegen de oudste zoon, de 23-jarige expeditieknecht F. I., wegens schuldheling ieder 4 maanden voorwaarde lijk met een proeftijd van 3 jaar. Tot slot eiste de officier tegen de inwonende grond werker W. R„ die erkende de tas ergens in de haven te hebben weggegooid, drie maan den met aftrek. De laatste drie verdachten werden ter zitting in vrijheid gesteld. Uitspraak in deze zaken zal gedaan wor den op 21 Januari. De minister van Sociale Zaken en Volks gezondheid heeft op hun verzoek enige vertegenwoordigers van de Nederlandse Vereniging van Specialisten in audiëntie ontvangen teneinde hen in de gelegenheid te stellen het standpunt der vereniging ten aanzien van de in Noord-Brabant gerezen moeilijkheden met de algemene zieken fondsen nader uiteen te zetten. Van de zijde van het ministerie wordt medege deeld dat bij deze bespreking is komen vast te staan, dat een aantal bij de Neder landse Vereniging van Specialisten aange sloten specialisten sedert 1 Januari 1953 weigert ziekenfondspatiënten te behande len tegen de honoreringsregeling, welke in 1952 heeft gegolden, ofschoon over de voortzetting en eventueel wijziging van deze regeling tussen ziekenfondsen en lan delijke specialisten vereniging nog onder handelingen gaande zijn en de vereniging ermede accoord is gegaan de oude regeling nog voor drie maanden te continueren. De specialisten, aangesloten bij de N.V.V.S., wensen niet langer de kortingen, zoals die in de overeenkomsten voor 1952 waren op genomen, te aanvaarden. Wel zijn zij be reid hun hulp aan ziekenfondspatiënten te blijven verlenen tegen de tarieven, welke voor 1952 hebben gegolden, evenwel zon der enige korting. Nieuwe gezichtspunten heeft de bespre king niet opgeleverd. De minister gaf de N.V.V.S.-vertegenwoordigers dringend in overweging de onderhandelingen met de ziekenfondsen te hervatten en de leden te adviseren intussen door te werken onder de voorwaarden van de oude honorerings regeling. De regering zou anders, zeer tegen haar zin, genoodzaakt zijn maatregelen te nemen. Uitvoering der wettelijke zieken fondsverzekering door organisaties van het particulier initiatief eist, aldus de minis ter, dat alle betrokken partijen bereid blij ven tot overleg en elkaar niet voor vol dongen feiten stellen. Nederlanders vervingen hen op s.s. Maidenhead Woensdagmorgen vertrok uit de Rotter damse haven naar Monrovia het 7120 ton metende s.s, „Maidenhead" uit Londen. Zestien Britse zeelieden hebben geweigerd op dit schip te monsteren. Hun plaatsen zjjn ingenomen door Nederlandse zeelieden. De zestien Britten waren van oordeel, dat de verblijven op de „Maidenhead" niet schoon waren en ook maakten zij aanmer kingen op verschillende voorzieningen op het dek. Zij wendden zich daarop tot de Britse consul te Rotterdam en tot een vertegen woordiger van de „Shipping Federation", die de bezwaren gedeeltelijk gegrond acht ten, zodat het schip door personeel van de Rotterdamsche Droogdokmaatschappij on derhanden werd genomen. Daarna zijn de Britten in de gelegenheid gesteld het schip opnieuw te inspecteren, waarna zij zouden kunnen monsteren, maar er verscheen nie mand. Toen werden 17 man Nederlands georganiseerd dekpersoneel aangenomen van wie een aantal reeds lid van de „Shipping Federation" was en de overigen zijn lid geworden. De „Maidenhead" vertrok in ballast naar Monrovia om daar ets te laden. 160 000 150 000 140 000 130 000 120 000 110000 100000 90 000 80 000 70000 60 000 50 000 40 000 30 000 20 000 10 000 CART0 Eind December stonden bij de arbeids- bureau's 166.020 werkloze mannen gere gistreerd, waarvan er 31.357 waren te werkgesteld bij een DUW-object of bij een gemeentelijk werkverruimings- of werk voorzieningsobject. Op 30 November be droeg hét aantal werklozen 129.560, waar onder 30.186 DUW-arbeiders. De normale seizoensstijging van de werkloosheid in December werd nog versterkt door het on gunstige weer en door de afloop van vele landbouwwerkzaamheden, die door het natte weer in November nog niet waren gereed gekomen. Bij de bouwvakarbeiders nam de werk loosheid toe van 28.914 tot 36.834, bij de metaalarbeiders van 11.210 tot 12.783, bij de landarbeiders van 14.007 tot 27.788, bij het transportpersoneel van 7907 tot 9942 en bij de losse arbeiders van 21.220 tot 26.106. Het aantal ingeschrevenen beneden 19 jaar steeg van 5445 tot 7622. Het aantal aanvragen voor mannelijk personeel daal de in December van 9793 tot 9023. H. J. Woudenberg, in de oorlogsjaren iiquidateur van vakverenigingen en leider van het „Arbeidsfront" werd wegens colla boratie door het Bijzonder Gerechtshof te Amsterdam veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf, waarna de bijzondere raad van cassatie hem 20 jaar gevangenisstraf oplegde. Hij ondergaat deze straf thans in Norg. Op grond van het Besluit Vijandelijk Vermogen heeft het Beheersinstituut hem aangemerkt als vijandelijk onderdaan, aan gezien Woudenberg door de rijkscommis saris werd aangewezen als commissaris van het N.V.V. en dus in Duitse staats dienst was. De afdeling rechtspraak van de Raad voor het Rechtsherstel heeft thans een be roep van Woudenberg behandeld tegen de afwijzing van zijn verzoek om ontvijand te worden. Hij was zelf bij de zitting tegen woordig. Namens hem werd het beroep toe gelicht door de heer J. J. Toutenhoofd, accountant te Amsterdam, die betoogde, dat de benoeming met het oog op de beharti ging van de openbare orde in Nederland en niet ter behartiging van de belangen van het „Groot-Duitse Rijk" is geschied. Voor het Beheersinstituut pleitte mr. J H. A. Dubois. Woudenberg heeft deze zaak aanhangig gemaakt, omdat hij bij ontvijanding een claim kan instellen bij de Schade-enquête commissie. De beschikking in deze zaak zal later volgen. c De werkloosheid was eind December het hoogst in Drente met 111. het laagst in Limburg met 31 werklozen per 1000 man nelijke beroepsbeoefenaren. Het rijksge middelde bedroeg 54 tegen 42 op 30 No vember. Het aantal als werkloos geregistreerde vrouwen steeg van 8968 tot 9745. De vraag naar vrouwelijk personeel daalde van 12.294 tot 11.810. Van de zijde van de Rijksgebouwendienst vernamen wü, dat de openbare aanbeste ding van het nieuwe visserülaboratorium in IJmuiden omstreeks eind Februari begin Maart zal plaats hebben. Een maand daarna zal met de bouw be gonnen kunnen worden en aan het eind van het jaar kan het gebouw al een aan zienlijk stuk gevorderd zijn. SHERIDAN (Reuter) In een olieraffi naderij van de Shell nabij Sheridan in de Amerikaanse staat Texas heeft zich Woens dag een zware ontploffing voorgedaan, waardoor brand uitbrak. Er zijn vier per sonen om het leven gekomen. Drie werden gewond. De kracht van de ontploffing was tot op 30 kilometer afstand merkbaar en te Rock Island, 20 kilometer ten Oosten van Sheri dan, werden mensen door de luchtdruk omver geworpen. Wegens het gevaar van nieuwe ontploffingen is het gehele gebied j afgezet. In de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer over de rijksbegroting voor 1953 deelt de regering onder meer mede dat ten behoeve van verhoging der werkge legenheid de woningbouw boven het als minimum voor ogen staande programma 1953 van 55.000 woningen zal worden opge voerd, waarbij een aantal van 65.000 wo ningen voor 1953 als maximum gedacht is. Die Eerste Kamerleden, die in het Voor lopig Verslag verklaarden, dat het mate riaal en de arbeidskrachten beschikbaar zijn om 75.000 woningen per jaar te bou- Dat deden ze. Allen namen ze plaats op een stoel rond de grote tafel. En de gemoede lijke waard ging de koffie en de glazen limonade klaar maken. „Laat het nou maar stormen", lachte Rick. „We zitten hier best!" Ja, het was daar best gezellig. Ze dronken hun limonade, die smaakte lekker. Oom Tripje stak een pijp op. De waard kwam een babbeltje maken en vroeg, of ze op vacantie waren. ,,Dat gaat fijn met zo'n autobus!", zei hij. „Nou, en of!", zeiden de jongens. „We hebben al zo'n eind gereden!" De waard keek door de ramen naar buiten. „Het zal wel meevallen met die bui", meende hij. „Die trekt wel over, en dan wordt het wel weer goed. Ik geloof, dat het ergste al voorbij is!" Het scheen wel, dat hij gelijk kreeg. Toen ze een uurtje daar hadden doorgebracht, be gon het onweer al minder te worden; ook de wind en de regen waren aan het afnemen. En eindelijk werd het een stuk lichter. De regen kletterde niet langer tegen de ruiten. „Ik geloof, dat het voorbij is", zei oom Tripje. „Hij ging naar buiten en keek naar de lucht. De wolken waren al voor 't grootste deel weggetrokken, het zonnetje begon in de verte al door de open plekken te schijnen. „We kunnen weer vertrekken!", zei oom Tripje. Het centralen-convent van de Anti-revo- lutionnaire Partij heeft zich gisteren in Utrecht de gehele dag beziggehouden met de bespreking van het rapport van de com missie inzake het vraagstuk van de ver kiesbaarheid van de vrouw voor de ver tegenwoordigende politieke lichamen, de commissie-Donner. Na deze bijeenkomst, die onder leiding stond van dr. J. Schou ten, werd een communiqué verstrekt, waarin werd medegedeeld dat uiteraard op dit convent, dat geen beslissingen kan ne men, meer sprekers aan het woord kwa men, die bezwaren ontwikkelden, dan af gevaardigden, die instemming mét de con clusies van het nieuwe rapport betuigden. Prof. dr. H. Ridderbos bepleitte aanvaar ding van de voorgestelde conclusies, echter niet dat de vrouw candidaat gesteld móét worden, maar wel, dat de uitsluiting niet .gerechtvaardigd is. Mr. C. J. Verplanke uit Haarlem zeide door het rapport niet overtuigd te zijn en betreurde de naar zijn mening eenzijdige samenstelling van de commissie. Hij deed de suggestie aan de hand een nieuwe com missie te benoemen, die het thans uitge brachte rapport zou beoordelen. De heer C. J. van den Heuvel uit Moer- kapelle zette breedvoerig zijn bezwaren uiteen. Volgens deze spreker is het zo, dat het regeren, leiding geven, niet méér op de weg van de man ligt, dan van de vrouw, maar op de weg ligt van de man en niet op de weg van de vrouw. Hij erkende de mogelijkheid van uitzonderingen. De heer C. Smeenk uit Arnhem meende dat het gewenst kan zijn dat ook van A.R.- zijde vrouwen in de politieke colleges zit ting nemen. De kijk van een deskundige vrouw is heel veel waard. Ds. Nederlof uit Dokkum verklaarde dat in Christelijk Gereformeerde kring niet eenstemmig over deze kwestie geoordeeld wordt. Hij pleitte echter voor aanvaarding van het rapport. De tegenstand is volgens hem hoofdzakelijk een gevolg van aversie tegen propageren van de vrouwen-emanci patie. Het is, naar hij zeide, een zwakheid van het reformatorisch belijden, „dat wij achter aankomen, terwijl wij vooraan had den moeten gaan. De reformatie wil de vrij making door Christus tot volle gelding doen komen in het leven." Prof. dr. J. Severijn uit Utrecht zeide dat de partij bij het vraagstuk om de regeer macht „niet moet gaan meewerken om tegen de regel van de Schrift te gaan han delen." De sprekers werden beantwoord door dr. J. Donner, prof. dr. H. Ridderbos en dr. J. Schouten. wen, verliezen volgens de regering kenne lijk uit het oog, dat de gebieden waar grote werkloosheid is, dikwijls gebieden zijn, waar men nu juist niet de woningbouw kan verhogen zonder de kans te lopen, dat er binnenkort woningen leeg zouden komen te staan. De werkloosheid in de bouwvakken loopt in de verschillende delen van het land sterk uiteen. Er zijn reeds gebieden in het Westen van het land, waar men niet meer kan spreken van werkloosheid van die werknemers, die aan de bouw van wonin gen werken. Buitenlandse politiek In antwoord op een verzoek van vele Eerste Kamerleden om nadere mededelin gen, welke zouden kunnen aantonen, dat de regering niets onbeproefd laat om de verdediging van ons staatsgebied volledig te handhaven en dat dit belang in het be staande bondgenootschappelijke kader van de Noord-Atlantische verdragsorganisatie ook ten volle is beveiligd, zegt de regering, dat de Noord-Atlantische Raad tijdens zijn jongste bijeenkomst te Parijs geen twijfel heeft laten bestaan aan de opzet Neder land in dezelfde mate te verdedigen als elk ander continentaal Europees lid van de N.A.V.O. Betrekkingen met Indonesië Over de verhouding met Indonesië zegt de regering dat het streven naar een nieu we basis van de betrekkingen tussen beide landen ook voor Nederland wenselijk is. Het doel moet zijn gericht op het zoeken van een reële verdragsverhouding, die door beide verdragsluitende partijen met vol ledige instemming wordt aanvaard. Of dit doel zal kunnen worden bereikt, is thans nog niet te zeggen. SEATTLE (AFP) Op 24 kilometer ten Oosten van Seattle in de Amerikaanse staat Washington is Woensdagavond een passa giersvliegtuig tegen een berg gevlogen en uitgebrand. Het was een Dakota van de „Flying Tiger Line", die met een beman ning van vier leden, een vrouw en twee kinderen op weg was van Burbank in Ca- lifornië naar Seattle. Alle zeven inzitten den kwamen om het leven. Een tweemotorig Amerikaans transport- v^egtuig van het type C-46 wordt in het Zuiden van de Amerikaanse staat Idaho vermist. Er bevinden zich 41 personen aan boord. Een woordvoerder van de burgerlijke luchtvaart verklaarde: „Wij vermoeden dat het toestel is neergestort". (Reuter) De Kamer van Koophandel van Manchester heeft medegedeeld, dat plannen bestaan, om over geheel Groot- Brittannië een net van 50 televisiestations te bouwen, die door een particuliere maat schappij beheerd zullen worden. De stations zullen op commerciële basis wer ken en geheel onafhankelijk zijn van de BBC, die tot nu toe een monopolie op het gebied van televisie en radio heeft. Van de nieuwe maatschappij zou Norman Collins, een vroegere directeur van de af deling-televisie van de BBC, de leider zijn. De stations zouden mogelijk een radius hebben van 15 tot 25 kilometer en een publiek van 500.000 personen bereiken. Zevenentwintig organisaties, met inbegrip van kranten, hebben reeds bij de posterijen zendtijd vergunning aangevraagd. 16) „Goedenmorgen Philip", zei ze met een lachje, ,,'n Mooie morgen, ja, ja. Blijf je bij ons ontbijten, Philip?" Ze scheen Neill en Constance niet op te merken. Al haar aandacht was gericht op Bagnet en de manier waarop ze zich op hem concentreerde, deed vreemd aan. Er was zelfs iets van een meisjesachtige coqu- etterie in haar houding, die Constance even deed rillen. „Ik heb zoals gebruikelijk de post ge bracht", antwoordde Bagnet. „Wat het ont bijt betreft, nee, dank u. Ik heb al een uur geleden ontbeten". Zijn houding tegenover haar was onpersoonlijk en vriendlijk, maar toch had Constance de indruk dat er ook in hem iets van afschuw was voor haar misplaatste coquetterie. „Een uur geleden al!" herhaalde me vrouw Fincham. „Wat een energieke man, wat een energieke man! Om een voorbeeld aan te nemen!" Opeens scheen ze Neill en Constance gewaar te worden en het aan stellerige verdween uit haar houding om plaats te maken voor de schijnheilige vriendelijkheid, welke Constance nu al van haar kende. „Goedenmorgen juffrouw Fairlie, goedenmorgen", zei ze. „Al op en klaar om aan het werk te gaan? Goedzo, goedzo. Neill, lieve jongen, omhels je oude tante". Neill vertrok geen spier van zijn gezicht, toen hij zich vooroverboog en een kus op de verwelkte wang van mevrouw Fincham drukte. „Goedenmorgen tante Chloë", zei hij op gewekt. Met moeite hief ze een slappe dikke arm omhoog en klopte hem even op z'n wang. Mary verscheen op dat moment met een zwaar beladen blad. Ze zag er grauw en dodelijk vermoeid Uit. Er kwam een vaag glimlachje op haar gezicht. „Goedenmor gen, mevrouw", zei ze onderdanig, „het ontbijt is klaar". „De hoogste tijd, de hoogste tijd", zei me vrouw Fincham. „Wat krijgen we voor ons ontbijt? Laat me eens kijken". „Mevrouw Fincham, dat blad is werke lijk tè zwaar voor Mary om lang te tor sen", zei Bagnet vriendelijk, doch met grote nadruk. „U ziet straks aan tafel wel, wat u te eten krijgt. Dan is het een prettige verrassing". „Ja", antwoordde mevrouw Fincham met een wreedheid die abnormaal aandeed", ze wordt echt te oud voor haar werk, hè? We zullen haar moeten ontslaan. Juffrouw Fairlie zal daar wel voor zorgen". Mary zuchtte even en wandelde dan moeizaam met het blad naar de eetkamer. Ze leek werkelijk een heel zielig en nietig mensje. „U kunt haar niet ontslaan", zei Bagnet ernstig, tenzij u haar een behoorlijk pen sioen geeft. Als juffrouw Fairlie haar ont slaat, dan ga ik er ook vandoor. Er kwam een diepe blos op Constance's wangen. Hoe kwam hij èrbij, dat zij be reid zou zijn die oude gedienstige te ont slaan? Ze kon hem op dit ogenblik helaas niet duidelijk maken, dat zij gisteren me vrouw Fincham hetzelfde gezegd had, n.l. dat de twee oude gedienstigen niet aan kant gedaan konden worden, zonder een behoor lijke verzorging voor hun oude dag. Maar Philip en Neill zouden haar natuurlijk niet geloven, als ze hun dit nu vertelde. „Je hebt een goed hart, Philip, een tè goed hart", merkte mevrouw Fincham op, „maar ik kan zo iets nu eenmaal niet be talen. Nee, nee, werkelijk niet". „Nonsens", zei Neill scherp. „Nee, nee, nee.zei mevrouw Fincham weer en begon op onrustbarende manier te hijgen en zich op te winden. Constance deed onwillekeurig een stap terug. Ze vond de oude vrouw afstotelijker dan ooit en angstaanjagend. Bagnet legde een hand op haar arm en fluisterde ge ruststellend in haar oor: „Trekt u zich er niets van aan. Het betekent allemaal niets. Ze heeft geld genoeg". Op dat moment kwam Fiona de trap af- rennnen. Haar smal gezichtje zag er ont steld uit. Haar haar hing slordig om haar hoofd. „O, Neill, riep ze uit, „Neill, mijn ring. Mijn geluksring. Hij is weg. gestolen.. O, Neill!" Mevrouw Fincham hield op met hijgen en haar gezicht, dat rood had gezien, werd weer vaalbleek. „Aha", zei ze met iets van triomf in haar stem, „dus dit keer is de dief naar boven gegaan! Misschien heeft hij dan geen in- terresse meer in mijn kostbaarheden! Prachtig, prachtig!" Ze draaide zich om en begon moeizaam in de richting van de eetkamer te lopen. Er sprongen tranen in Fiona's ogen. „Mijn mooie ring", snikte ze ongelukkig, „de ring van mijn moeder!" Bagnet legde zijn han den op haar schouders en zei zacht: „Tracht kalm te zijn, Fi. Ben je er werke lijk helemaal zeker van?" „O ja", antwoordde Fiona, „helemaal ze ker. Ik bewaar die ring altijd in mijn flu welen bijouteriedoosje in de bovenste la van mijn kast. En nu is hij weg. Weg. O Neill, het is vreselijk! Die dief begint nu boven, precies zoals ze zegt". Neill keek even naar Bagnet. „De oude vrouw kan het zelf niet zijn, ze kan onmo gelijk de trap op", merkte hij aarzelend op. „Onzin, antwoordde Bagnet. „Ze kan heel goed lopen, ze doet maar alsof ze zo invalide is. Het is alleen maar die abnor male dikte en daarbij is ze ontstellend lui. Maar ze zou het heel goed gedaan kunnen hebben". „Toch geloof ik niet, dat zij het deed", zei Fiona en er klonk iets van angst in haar stem. „Ik weet, dat we het vaak gedacht hebben, maar ik geloof niet, dat ze met dit geval iets te maken heett". „Ik geloof het ook niet", viel Neill haar bij. „Ze is in geen vijf jaren boven geweest. Dat weet jij ook, Philip. Ze beweegt zich alleen van haar zitkamer naar haar slaap kamer en verder naar de eetkamer, dat is zo'n soort gewoonte geworden, haar lede maten doen dat automatisch. Maar ik ge loof werkelijk niet, dat ze de trap op zou kunnen komen". Bagnet fronste. Wees niet zo dwaas", zei hij kortaf. „Wie zou het anders kunnen zijn? Wie? We zijn het er altijd over eens geweest, dat zij het zelf moest zijn. Altijd! Is dit een demonstratie ten behoeve van juffrouw Fairlie?" „Niet in het minst", zei Neill koel. Con stance maakte op dat moment een won derlijk geluid. Neill keek haar aan en zag, dat ze doodsbleek was geworden en dat er gen kleur meer op haar lippen was. Tot haar grote schande moest Constance Fair lie, de wereldse, moderne, onafhankelijke jonge vrouw, bekennnen, dat ze zich dood misselijk voelde. ,,'t Is al dat gepraat bovenop een lege maag", zei Neill troostend. „Ga maar mee naar de garderobe". Hij sloeg een sterke arm om haar schou ders en ging met haar een deur aan de lin kerkant van de hal binnen. Even later kwam hij weer te voorschijn. Bagnet merk te met een spottend lachje op: „Ze schijnt dus niet zo taai te zijn, als ze het wil laten voorkomen. Kom Fi, kop op. Iémand heeft die ring van je gestolen. Wel, dit is een nieuwe fase en ik kies nu juffrouw Fair- lie's kant. Ik ga zelf ook alles op alles zet ten om er achter te komen, wie de dader is". Mary kwam uit de eetkamer. „Mevrouw Fincham vraagt, waar u blijft", zei ze zacht. „We komen", zei Neill, „in orde Mary. Krijgen we wat lekkers voor het ontbijt?" „O, meneer Neill", antwoordde de oude gedienstige, „U weet wel, dat er nooit veel bijzonders is. Er zijn alleen die visjes en de toast. Het was mijn laatste blik. We heb ben verder niets meer". Bagnet keek haar aam en merkte op enigszins smalende toon op: „Je behoeft je geen zorgen meer te maken, Mary. Me vrouw Fincham heeft gezegd, dat, nu juf frouw Fairlie hier is, alles op rolletjes zal gaan lopen". Fiona scheen zich over haar verdriet heengezet te hebben. Ze liep op Mary toe en vroeg met grote nadruk: „Mary, wat hebben Anna en jij voor jullie ontbijt?" „O, dat is onbelangrijk, juffrouw Fiona", antwoordde Mary verlegen, „maakt u zich daarover maar niet bezorgd". „Wat hébben jullie", drong Fiona aan, en terwijl ze haar armen om de oude vrouw heen sloe, zei ze zacht: „Lieve Mary, werkelijk, je moét het me vertellen. Wat 'krijgen Anna en jij te eten?" „O, juffrouw Fiona", zei Mary, van haar stuk gebracht, „we hebben., het best. Maakt u zich echt niet bezorgd. We hebben brood en jam. Heus, juffrouw Fiona". (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1953 | | pagina 6