In Wageningen wordt hard gewerkt voor productieverhoging der granen Centraal Bureau voor de Statistiek gaat vrijuit IN DE WERELDPOLITIEK De onheilige oorlog IViet krabben PÉBRALIIME Een Eeuw Geleden NOG 280.000 HECTAREN GROND TE WINNEN ^Hoe is het ontstaand MINISTER ZIJLSTRA: Partij lucifers werd gescheiden van vuur DINSDAG 6 OCTOBER 1953 3 Agenda voor Haarlem Scheuring in Gerefor meerde Gemeente in Katwijk aan Zee Nieuwe sopraan bij de Nederlandse Opera VAN DER HUMMES Met in Mei verstrekte prijs-indexcijfer was niet het officiële BRAND OP ZWEEDS SCHIP Uit de Opregte Haarlemsche Courant van 6 October 1853 t In het IJselmeer is een nieuwe polder :n wording, de Zuidoostpolder. De laatste polder, die drooggelegd werd, was de Noordcostpolder. Deze voegde 52.000 hectaren vruchtbare grond aan ons land toe. De Zuidoostpolder zal er nog eens 50.000 hectaren bij doen. Om de landbouwproductie op te voeren of tenminste op peil te houden, is landwinning door inpoldering een noodzakelijkheid. Maar.... als men bedenkt, dat er nog slechts 280.000 hectaren grond in ons land te winnen zijn, en als men zich tevens realiseert, dat ieder jaar 3000 hectaren cultuurgronden aan hun bestemming worden onttrokken ten behoeve van stadsuitbreiding, industrievestiging, wegenaan leg enzovoort, hetgeen bij een toenemende bevolking onvermijdelijk is, dan begrijpt men, dat hier iets tegenover moet staan. Verbetering van de graanproductie per hec tare is een ander middel en stellig een steeds dringender noodzakelijkheid. Verschil lende stichtingen houden zich in ons land bezig met dit moeizame en doorzettigsver- niogen vergende werk. Een van die stichtingen is de Cocobro. Wat is die Cocobro voor een stichting? In het midden van ons land ligt een kleine stad: Wageningen. Als men er bin nen komt, doet zij rustig en provinciaal aan. Maar in dit stille stadje wordt hard gewerkt aan een groot nationaal belang. In Wageningen, het landbouwcentrum van Nederland, zetelt de Cocobro, die zich bezig houdt met broodgraanverbetering, öf, het opvoeren van de kwaliteit van onze broodgranen, tarwe cn rogge. We hebben in Wageningen een gesprek gèhad met de deskundige van de stichting Cocobro, dr. S. Broekhuizen. We vonden hem in zijn woning voor een hoge kast van waaruit ons lange rijen litteratuur mappen aankeken. De etiketten duidden er op, dat deze bibliotheek bestaat uit ge gevens over een intensief onderzoek tot verbetering van onze tarwe; een graan soort, waarvan de Nederlandse bevolking een milliocn ton per jaar verbruikt, en waarvan de verbouw in ons land een op pervlakte van 80.000 tot 100.000 hectaren beslaat en die dus wel een van onze be langrijkste. akkerbouwcultures is. De arbeid waar de Cocobro zich mee bezig houdt, is een werk van geduld en lange adem. Het vordert langzaam en soms lijkt het wel zonder resultaat te zijn, want met het kweken van nieuwe rassen gaan jaren heen. Maar wanneer we bedenken, dat elke procent productieverhoging per opper vlakte-eenheid, die door onderzoek be reikt kan worden, voor ons land een extra meer-waarde van bijna een millioen gulden betekent, dan blijkt wel hoe belangrijk het is hier aandacht aan te besteden. Meer en beter Wij hebben dr. Broekhuizen gevraagd naar de resultaten van de laatste jaren. „Wat ons land betreft," antwoordde hij, „is de tarweopbrengst per hectare in de loop van honderd jaar verdrievoudigd en van gemiddeld 1400 kilogram per hectare gestegen tot een gemiddelde productie van meer dan 4000 kilogram. Dit is het gecom bineerde resultaat van betere grondbewer king, betere bemesting, betere cultuur methoden en van het gebruik van produc tievere rassen. De reactie van de boeren was in dit opzicht zo snel, dat gedurende de laatste twintig jaar de samenstelling van het Nederlandse tarwerassensortiment zich enige malen volledig heeft gewijzigd." DINSDAG G OCTOBER Concertgebouw: Concert door het N. Ph. O., 8 uur. Gebouw „Cultura": Ned. Ver. voor Sexuele Hervorming: Lezing door dr. A. L. Constandse over: „Het Protestantisme cn de geboortebeperking", 8 uur. Minerva: „De Haarlemse Jazzclub presenteert: „Birth of the Blues". 14 jaar, 8.15 uur. City: „Er kan nog meer bij", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Gesloten grenzen", 14 jaar, 8 uur. Rembrandt;. „De man met de wassen beel den", 18 jaar, 7 cn 9.15 uur. Palace: „Hét mysterie van het leven". 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Luxor: „De terugkeer van Don Ca- millo", alle leeft.. 7 en 9.15 uur. Lido: „Har tenvrouw", 14 jaar, 7 cn 9.15 uur. WOENSDAG 7 OCTOBER Concertgebouw: Concert door de Mariniers- kapel ten bate van het Marine Sanatorium- fonds, 8 uur. Hotel „De Leeuwerik": Insti tuut voor Arbeidersontwikkeling; lezing met film over Suriname en de Ned. Antillen, 8 uur. Concertgebouw: Orgelconcert door George Robert, 3 uur. Minerva: Vara- tournée: „Muzikaal blijspel over 25 jaar", 8.15 uur. City: „Er kan nog meer bij", 14 jaar, 2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Gesloten grenzen", 14 jaar, 2.30 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „De man met de wassen beelden", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „Het mysterie van het leven". 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „De terug keer van Don Camillo", alle leeft., 2. 7 en 9.15 uur. Lido: „Hartenvrouw", 14 jaar, 2, 4.15, i en 9.15 uur. „Waren de Egyptenaren al niet veel verder?", wagen wij te vragen. Men hoort telkens van graan uit de pyramiden, dat fantastische oogsten moet opleveren." „Het Osirisgraan bedoelt u," zegt dr. Broekhuizen. „Inderdaad staat deze graan soort ieder jaar weer even in het middel punt van de belangstelling. Er blijken tel kens weer belangstellenden (als regel niet landbouwers) te zijn, die kleine hoeveel heden van het Osirisgraan uitzaaien. Met de oogst bloeit dan ieder jaar weer de historie op van 7000 jaar oude korrels uit Egyptische sarcophagen, die een jaar of twintig geleden werden „teruggevonden" en hun kiemkracht niet zouden hebben verloren. Ik geloof niet in dat verhaal. Er zijn resten van graankorrels in Egyptische graven gevonden, maar ze zijn vergaan, zodat het onmogelijk is, dat zij hun kiem kracht hebben behouden. En wat betreft het Osirisgraan, dat verbouwd wordt in Frankrijk, in België en in ons land; het is waarschijnlijk een zeer oude tarwesoort, die uit Noord-Afrika stamt cn door de oude Egyptenaren misschien ook al ver bouwd werd. Deze soort bezit zeker geen betere kwaliteiten dan ons graan, en kan bij onze productieverhoging van geen be lang zijn." Maaien in de Wieringermeer Het antwoord luidt bevestigend. „Zeker zal de tarweveredeling ons land nog pro ductievere rassen schenken. Ik heb juist," vertelt dr. Broekhuizen verder, „samen met enkele tarwekwekers een reis gemaakt door een aantal landen van West- en Zuid- Europa, en daarbij zijn wij in onze mening gesterkt, dat er in Nederland nog wel wat meer te bereiken is. Neem Italië. De Po- vlakte. Goed, Strampelii was een ras- larweveredelaar, en de Italianen bouwen nog steeds op de resultaten van zijn suc cesvolle onderzoekingen. Maar dat proef station in Bologna! Enorm. En ze hebben het toch maar klaar gespeeld zes korrels uit een pakje te halen. Wij moeten dr. Broekhuizen vragend hebben aangekeken, want hij ging zijn technische termen verklaren. „Een aar is opgebouwd uit zogenaamde „pakjes." Deze bevatten de omhulsels (het kaf) waarin de korrels zitten. In ons land groeien de halmen ieder jaar talrijk op, de aren zien er vrijwel altijd mooi uit, maar zes korrels in een pakje.Bij ons blijft het bij vier. En daarmee zijn we al erg blij. Maar als je dan meemaakt, dat een Italiaan in de prachtige vruchtbare Povlakte een pakje opent met zes korrels, dan besef je, dat wij moeten zien dat ook te bereiken." „Hebt u enig idee hoeveel de opbrengst zou stijgen indien...." „Jazeker," onderbreekt ons onze gast heer, „een vermeerdering van vier tot zes korrels per pakje kan procentsgewijs een verschil maken van dertig tot veertig procent, of, voor ons land een meer-waarde van dertig tot veertig millioen gulden. Maar ja, zo een twee drie gaat dat niet. Het klimaat en de grond spreken ook nog een woordje mee. De grond van de Po- vlakte komt wel min of meer overeen met de onze, maar hoe groot is de resistentie van een Italiaanse tarweplant bij een forse Hollandse winter? Onderzoeken is de leus. „Is er een voortdurende productiever-Maar opnieuw.... het duurt zo lang voor hoging van ons graan mogelijk?" we echt resultaat hebben. De ruimte die we in ons land voor uitgebreide proefnemingen beschikbaar hebben is tot nog toe gering. Maak eens honderd nieuwe kruisingen. Misschien twee ervan blijken onder hun nakomelingen de gewenste combinatie van eigenschappen te bezitten. En de kans om in deze nakomelingschap het meest ge wenste type te vinden is onnoemelijk klein. Daarom is er ruimte nodig. Ruimte waar duizenden nakomelingen van verschillende kruisingen tegelijk kunnen worden be proefd, zodat de afstand tussen proef neming en resultaat wordt verkleind." „Ik kwam in Joegoslavië. De graanstand is er zeker niet slecht. Maar wat een zonde. Honderdduizenden hectaren vruchtbare grond liggen braak, omdat de financiële kracht van dat land niet reikt tot een vol ledige en intensieve cultivering ervan. Het is land waar wij om verlegen zitten, waar eigenlijk duizenden boeren een goed be staan zouden kunnen hebben." Dr. Broekhuizen heeft deze reis niet alleen gemaakt om te zien hoe het buiten landse graan er bij staat, maar vooral ook om de banden met het buitenland nauwer aan te trekken. Om onze proefnemingen zo uitgebreid en snel mogelijk te laten ge schieden, bewijzen andere landen met hun klimaatsomstandigheden ons land grote en eigenlijk onmisbare diensten. Bij het graanonderzosk werken we met verschei dene samen. Deze samenwerking wordt overal graag gegeven. En zo worden sinds 1950 onze tarweras- sen uitgezaaid in België, Duitsland, Enge land, Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland. Ze worden beproefd boven de boomgrens in de Zwitserse sneeuw, in de warme Franse Alpen, in gebieden met constant vochtige grond, overal waar extreme kli maatsomstandigheden heersen, die af cn toe in ons land ook kunnen voorkomen. Dit al is nodig voor de bevordering van onze graanproductie, voor de verbetering van de oogstzekerheid en de kwaliteit. In werkelijkheid komt er nog heel wat meer kijken dan wij hier vluchtig ver tellen. Maar het geeft een indruk van 'een werk waar de meeste Nederlanders de om vang, de intensiteit en de noodzakelijkheid niet van kennen. En tochhet gebeurt allemaal voor onze boterham. Een gedeelte van de Gereformeerde Ge meente te Katwijk aan Zee heeft zich ge conformeerd met de ideeën van dr. Steen blok uit Gouda de afgezette hoogleraar aan de Theologische school van de Gere formeerde Gemeente te Rotterdam en is uitgetreden. De gemeente telde veertig ge zinnen. Het aantal uitgetreden gezinnen is twaalf. Deze gezinnen houden hun gods dienstoefeningen nu in een vergaderzaal achter een restaurant. De kerkelijke goe deren zijn het eigendom gebleven van de bestaande gemeente, evenals het kerkge bouw. De gemeente te Katwijk aan Zee heeft reeds lange jaren geen predikant. De Nederlandse sopraanzangeres Nelly Burbach wordt met ingang van 1 Decem ber vast verbonden aan de Nederlandsche Opera. Zij is sinds twee jaren lid van het Nederlands Kamerkoor van Felix de Nobel en heeft haar muzikale opleiding genoten bij prof. Lohmann Martiensen te Potsdam en bij mevrouw Ruth Horna. Mevrouw Petronella Burbach stamt uit een muzikale familie: haar vader was trompettist, haar zuster Greetjê maakt deel uit van de Opera te Oldenburg (Duits land) en een broer is trompettist in het U.S.O. In de zomer van 1953 heeft Nelly Burbach enige keren in de Opera te Olden burg de rol van Constanze in de „Ontvoe ring uit het Serail" gezongen. Vermoede lijk zal zij bij de Nederlandse Opera de buteren in de rol van Koningin van de Nacht in „De Toverfluit". De onderscheiding hen (vierde naam val meervoud) hun (derde naamval meervoud) die in de schrijftaal nog wordt gehandhaafd, maar in de spreek taal niet bestaat (men zegt in plaats van hen: ze), danken wjj aan Hooft. Zijn poging dit onderscheid ook voor het enkelvoud in te voeren door in de derde naamval hum en in de vierde hem te schrijven, is gelukkig mislukt. Alleen dialectisch komt hum nog voor. En ver der leeft het nog in de schertsende ge slachtsnaam Van der Hummes, gevormd naar het voorbeeld van Dinges, met welk woord wij iemand aanduiden, wiens naam ons is ontschoten, of die wij om de een of andere reden niet noemen ^kunnen. In antwoord op de dezer dagen door het Tweede Kamerlid mr. Burger (PvdA) aan de regering gestelde vragen over de bere keningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek ten aanzien van de omvang van de bestaande consumptiebeperking, heeft de minister van Economische Zaken het volgende geantwoord: „Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft in Mei op verzoek van een vertegen woordiger van de Raad van Vakcentralen een berekening gemaakt ten einde met be hulp van de toentertijd beschikbaar geko men uitkomsten van het nationale budget onderzoek 1951 de gegevens omtrent het prijsverloop te perfectionneren. Deze bere kening was informeel en kon derhalve niet worden beschouwd als een herziening van het officiële prijsindexcijfer van het ge- zinsverbruik. De vervolgens met gebruik making van deze berekening in de Stich ting van de Arbeid gemaakte becijferingen over de mate der consumptiebeperking bleven uiteraard buiten de verantwoorde lijkheid van het Centraal Bureau voor dc Statistiek, waarop door dit bureau destijds uitdrukkelijk is gewezen. Bij een nader onderzoek, kort voor de instelling der deskundigen-commissie die door de centrale werkgevers- en werk nemersorganisaties en dus niet door de re gering werd benoemd is gebleken, dat een bij bedoelde berekening voorlopig als 's Werelds mooiste boek is het ,.Book of Kelts", een van de oudste manuscripten. Jaarlijks wordt het door zeker 20.000 personen bewonderd. Het boek is duizend jaar oud en krijgt nu een „goede beurt". Het wordt chemisch gereinigd en zal daarna opnieuw worden ingebonden. Nu de politieke Korea-conferentie voor de deur staat, een conferentie die volgens verwachtingen moet bijdragen tot een nieuwe verhouding tussen Oost en West niet het Oosten dat zich achter het IJzeren Gordijn ver schuilt, doch in bredere betekenis de Aziatische volken omvattend rijst opnieuw de vraag of de ontwikkeling der wereldverhoudingen mogelijk een nieuwe basis tussen dit Oosten en de Westerse landen als geheel met zich zal brengen. De Korea-conferentie is slechts een ondergeschikte factor in het gigantische probleem van deze Oost-Westerse verhouding cn zal geenszins het verlossende woord kunnen spreken voor alle moeilijkheden, die zich op dit gebied voordoen, ook al slaagt zij in alle opzichtenwat ook nog te betwijfelen valt. Doch temeer verduidelijkt deze betrekkelijke onmacht dc noodzakelijkheid, om het Oost-Westerse vraagstuk in grote lijnen te zien en bij gedetailleerde regelingen het ganse panorama van Oosterse bewustwording in het oog te houden, omdat juist die bewust wording de kern van de meeste Aziatische problemen uitmaakt. Bij gesprekken met Indiërs is mij zeer recent gebleken, dat de afkeer van Azia ten tegen het Westen niet uitsluitend zijn oorzaak vindt in het koloniale ver leden, cn evenmin in het feit dat bij dit kolonialisme de Aziatische cultuur op vaak brute wijze werd gekwetst cn als minder waardig genegeerd. De Aziaten kunnen desnoods nog accepteren, dat de moderne beschaving, de Westerse techniek ook in hun landen de boventoon gaat voeren. Zij zien de noodzakelijkheid van een aanvaar ding dezer Westerse technische en econo mische ontwikkeling wel in niet omdat zij niet meer geloven in hun eigen levens filosofieën, doch omdat zij voor de een heid van de wereld, die zij als een be reikbaar ideaal plegen te zien, een zekere gelijkvormigheid onmisbaar achten. Bo vendien zijn zij volledig doordrongen van de Aziatische achterstand op dit gebied, die armoede en ellende voor de massa dei- bevolking in Azië meebrengt. Zij willen niet terug naar een puur Azia tische maatschappij, een toepassing van religieuze waandenkbeelden uit de tijd der kruistochten en naar een maatschap pelijke isolatie op Aziatische basis. Zij onderkennen de invloed van het Westen in hun directe omgeving en waarderen die weliswaar minder door de onaangename herinneringen aan koloniale mistoestan den, doch zij zullen de sporen van de Wes terse invloed op hun samenleving en hun denkbeelden niet willen vernietigen. Er is echter iets anders, dat hen een machtige vrees voor het Westen inboezemt en hun afkeer versterkt. Dat is de Westerse oor logspraktijk. De Islam om deze, 90.'000.000 aanhan gers in Indië tellende godsdienst als voor beeld te nemen heeft eens gegolden als de inspiratiebron tot de Heilige Oorlog. De Koran bevatte volgens de eens geldende uitleggingen een duidelijke aansporing tot de strijd op leven en dood tegen de „on gelovigen". Hij predikte als het ware een wereldrevolutie, die de verbreiding van de Islam ten doel had. In dat opzicht zou men de Islam met het communisme kunnen vergelijken. De tijden zijn echter veranderd. Het Westen heeft twee Wereldoorlogen in Europa uitgevochten en daarbij dankbaar gebruik gemaakt van de krachten die het uit Indië putte. In Azië zijn oorlogen ge voerd waarbij de Westerse bewapening het hoogste woord had. De oorlog in China, de Pacific-strijd tegen Japan, de Noord-Afri kaanse veldslagen zij brachten de vol ledige verschrikking van een militaire techniek ook in het Oosten, dat op het ge bied van deze techniek (op de Japanners na) zelf niets presteerde. De Aziaten zagen en voelden de praktijk van de moderne oorlog, zij ondervonden de daaropvolgende verwarring en zij namen deel aan de pogingen om de chaos eniger mate te herstellen. In dat kader is de komende Korea-con ferentie een factor, die door de Aziaten in zijn samenhang met de wereldgeschiede nis en met de toekomst van hun wereld deel allerminst wordt onderschat. Doch wanneer hun religieuze en volks-karakte- ristieke aanleg vroeger de Heilige Oorlog in idealistische zin heeft gehuldigd, dan heeft de praktijk hen en speciaal de intellectuelen onder hen juist door die aanleg tot pacifisten gemaakt. Tot nog grotere pacifisten dan de Euro peanen in het algemeen, die, nog teveel verknocht aan het materialisme van hun tijd, zouden aarzelen tussen een gedeelte lijk verlies van hun materialistische bezit en de kans op een nieuwe oorlog. De Heilige Oorlog heeft zijn aantrekke lijkheid voor de Mohammedaan verloren. Voor de Hindoe heeft hij nooit enige betekenis gehad. Waaruit mag worden ge concludeerd dat het Westen met zijn ma terialisme en het Oosten met zijn zich snel verbreidend pacifisme hun overeenkomst zullen moeten zoeken in de vredige onder handeling. Dit denkbeeld is in India en Pakistan met name reeds bij de intellectuele boven laag en de politieke leiders gemeengoed. Vandaar de invloed, die deze landen trach ten aan te wenden in het zoeken naar een vergelijk met Rusland. Vandaar dat zij hun onderlinge geschillen die een licht ontvlambare materie vonden in fanatieke religieuze tegenstellingen op vreedzame wijze trachten op te lossen door in de tegenstellingen naar accoorden te zoeken. Dit is nu het beginsel van de India- Pakistaanse politiek naar buiten, die in het Westen nog zo vaak verkeerd begre pen wordt: Het zoeken naar accoorden in tegenstellingen. De Mohammedaanse filo sofen en wetenschapsmensen van vandaag speuren naarstig naar elementen in hun religie en hun maatschappelijke overtui gingen, die gelijkgeschakeld kunnen wor den met elementen in Westerse opvattin gen. Het aantal Indische geleerden en stu denten, dat naar Europa reist om de Wes terse maatschappij met dat doel te door gronden. is legio. Mijn zegslieden, met hetzelfde doel in Europa, bevestigden mij dat zij ondanks grote moeilijkheden hun bestemming von den in het bevorderen van begrip tussen de Oosterse en de Westerse mens. In die mens vinden zij accoorden, belangrij ker dan politieke of religieuze tegenstel lingen. Doch zij bevestigden tevens, dat het communisme daarbij hun grootste tegen stander is, omdat deze maatschappelijke „religie" de Aziatische massa een wereld vrede beloofde via vernietiging van het gehate materialistische kapitalisme, in één adem genoemd met oorlog-om-winst. De grote verbreiding van het commu nisme in Azië vindt haar voornaamste oor zaak in de pacifistische instelling der Azia ten,doch óók in de cultivering van de onmis kenbaar bestaande Aziatische afkeer van het Westen. Wanneer het Westen aan de ene kant dat pacifisme weet te honoreren door zelf ook pacifistisch te zijn, en aan de andere kant met daden de communistische beweringen ten aanzien van de Westerse bedoelingen in Azië weet te ontzenuwen, zal het een gerede kans krijgen de Aziati sche bovenlaag en daardoor de massa in een algemeen accoord te ontmoeten. Daar om was de uitsluiting van India bij de ko mende politieke Korea-conferentie niet al leen een politieke misgreep, doch vooral een tactische fout tegenover de Aziatische massa. Plet helaas in ernst naar voren ge brachte motief van die uitsluiting: „India heeft niet aan de oorlog in Korea willen meedoen" maakte die fout nog vele malen ontactischer. Want voor de Aziaat was die oorlog uit den boze. En hij werd in Azië gevoerd. J. L. werkhypothese aanvaarde veronderstelling omtrent de verhoudingen tussen de voor de verschillende artikelen van het budget in 1951 in vergelijking met 1949 bestede bedragen, niet voldoende was gefundeerd. Herziene berekeningen, waarbij zuiverder coëfficiënten werden toegepast, leidden de deskundigencommissie er toe, bijgestaan door de waarnemende directeur van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de waarnemende directeur van het Centraal Planbureau en mede voorgelicht door en kele deskundigen uit de interdepartemen tale commissie voor lonen en prijzen, een ander cijfer aan te houden, dat als een betere benadering van de omvang der ge middelde prijsstijging kon worden be schouwd. In feite bleek dit cijfer vrijwel overeen te komen met het officiële index cijfer voor de kosten van levensonderhoud, waarmede c'e representativiteit van laatst genoemd cijfer ook in het licht van het thans beschikbare ruimere waarnemings materiaal werd bevestigd". De minister is er van overtuigd, dat het Centraal Bureau voor de Statistiek bij zijn streven, het bedrijfsleven door het ver schaffen van de meest recente gegevens behulpzaam te zijn, naar beste weten han delt. Hij is intussen van mening dat, in het bijzonder wanneer het belangrijke vraag stukken van sociaal-economisch of enig ander beleid betreft, met het verstrekken van nog voor correctie vatbare cijfers naast en in afwijking van de officieel ge publiceerde indexcijfers de grootst moge lijke reserve moet worden betracht. Defi nitieve wijzigingen in de officiële index cijfers worden slechts na zorgvuldige toet sing en bewerking van nieuwe gegevens tot stand gebracht. Een zodanige wijziging heeft met betrekking tot het prijsindex cijfer van het gezinsverbruik nog niet plaats gevonden. De op velerlei wijze in de practijk beproefde betrouwbaarheid dezer officiële CBS-gegevens wettigt naar de mening van de minister een ongeschokt vertrouwen in de objectiviteit van het bureau. Vannacht om half een schoof het 2500 ton metende Zweedse motorvrachtschip „Reine Astrid" op weg naar de Coenhaven in Amsterdam, de Middensluis te IJmuiden binnen. „Het vuur is geblust en hij kan ge woon naar binnen", had men van de loods boot gemeld en daarmee kwam voor de bemanning van dit vrachtschip van Stein- liager uit Gothenborg de „Reine Astrid" maakte pas de tweede reis het einde van een tocht, waarop het niet aan spanning heeft ontbroken. Zoals gisteren al gemeld brak Maandag morgen om vijf uur op ongeveer 65 mijl ten Noorden van de Noordpunt van Ter schelling brand uit op het schip. Het Deen se „Arkansas' voer enige tijd in de rich ting van de Zweed mee, maar om kwart over zes had de bemanning het vuur be dwongen. De brand heeft gewoed in ruim I, waarin tussen het stukgoed, dat de „Reine Astrid" meevoerde, ook een partij lucifers lag opgeslagen. Aanvankelijk is de kapitein nog al bevreesd geweest voor het overslaan van het vuur naar de hoek, waar deze brandbare lading gestouwd lag. De bemanning, die het vuur met eigen middelen heeft aangepakt, wist de lucifers evenwel gescheiden te houden van de vuurhaard. De kapitein was zeer goed te spreken over het gedrag van zijn mannen. Omtrent de oorzaak en schade was nog niets mee te delen. "advertentie als Uw huid jeukt Dat maakte f== het erger en het veroorzaakt infecties. Neem vandaag nog het - beroemde huidgeneesmiddel HAARLEM. Uit mededeelingen van eenen geneesheer Burg kan worden opge maakt. dat koper en staal een zeker mid del opleveren tegen de cholera, die thans ook in eenige steden van ons land is uit gebroken. De heer Burg heeft in Parijs een groot aantal cholera-zieken genezen door hen koperen ringen en banden aan te doen. Reeds in 1848 schreef Dr. Fleischer in Weenen, dat men, overal waar de cholera heerscht, het ontbreken der electro- magnetische stof, die tot het onderhoud van het menschelijke lichaam zoo drin gend noodig is. heeft geconstateerd. De zaak is thans in onderzoek bij de Academie te Parijs.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1953 | | pagina 5