Handel en industrie in district Haarlem
over het afgelopen j aar onder de loupe
Nieuwjaarsrede Kamer van Koophandel
Bouw van woningen in te groot aantal
op de markt bij aanbestedingen
Sluis te Spaarndam te smal
en Zijkanaal niet diep genoeg
„Toestand bij pont te Velsen moet
beschamend worden genoemd"
Boete voor landbouwers
en diepvriesfabriek
5
Meisje vastte sinds haar
hond werd verkocht
K.N.Z.H.R.M. redde
in 1953 75 schip
breukelingen
Fakirs
Spinazie in plaats van doperwten
Oordeel in Haarlemse Kamer van Koophandel:
DINSDAG 5 JANUARI 1954
Nadat de heer Ch. E. Visser in de Maandagavond gehouden vergadering van de Kar
mer van Koophandel en Fabrieken voor Haarlem en omstreken opnieuw tot voorzitter
was gekozen (en de heren H. J. L. Klein Schiphorst en B. F. Enschedé tot onder
voorzitters) heeft eerstgenoemde een Nieuwjaarsrede gehouden, waarin hij opmerkte,
dat het afgelopen jaar getekend is door een reeks gebeurtenissen van het allergrootste
belang, zowel voor de wereld in haar geheel als voor het eigen land. In Nederland
heeft de watersnoodramp leed gebracht door het verlies van 1795 mensenlevens en er
is een vermogensverlies geleden van ruim één milliard gulden. Zij heeft geleid tot
een demonstratie van offervaardigheid in binnen- en buitenland, die weldadig aan
deed. Overigens heeft Nederland in 1953 niet slecht gevaren. Zijn productie is hoger
geweest dan ooit te voren en overtreft het jaar 1952 met ongeveer tien procent, dit is
meer dan de helft hoger dan in het vooroorlogse jaar 1938. De heer Visser her
innerde aan de in 1953 bereikte monetaire stabiliteit, aan een positieve betalings
balans met voor het eerst een overschot aan Amerikaanse dollars, aan het einde
sedert Januari 1953 op eigen verzoek van de Marshallhulp en aan het in werking
treden van de Kolen- en Staalgemeenschap. Voorts merkte spreker op, dat de regering
zich ten doel heeft gesteld o.a. te bereiken grotere werkgelegenheid op lange termijn,
investeringen te stimuleren, compensatie voor huurverhoging en matiging in de
progressie bij de loon- en inkomstenbelasting.
Industrie in dit district
De heer Visser gaf vervolgens een over
zicht van de industrie in het afgelopen
jaar in het district van de Haarlemse ka
mer. Wat de walsbedrijven, ijzer, staal en
cement betreft, werd opgemerkt, dat het
afgelopen jaar kan worden gekenmerkt
als een periode van overgang. De „sellers
market" van voorgaande jaren is duidelijk
overgegaan in een „buyers market". De
grondstoffen voorziening baarde geen zor
gen; de ertsmarkt wordt ruimer ook door
uitbreiding van de ertsproductie en de
kolenmarkt gaf evenmin moeilijkheden.
Het in bedrijf nemen en de aanloop van de
walserijen te IJmuiden zijn bevredigend
verlopen. Behalve binnenlandse orders kon
den ook belangrijke exportorders worden
geboekt.
In de bedrijfstak machinebouw was men
ruim van opdrachten voorzien. Wat de uit
eindelijke resultaten van landbouwwerk
tuigen betreft zal het afgelopen jaar waar
schijnlijk niet veel afwijken van 1952, al
heeft wel een zekere verschuiving in de
afzet plaats gevonden. Van een eventuele
verder gaande teruggang in de verkoop
van landbouwwerktuigen verwacht men,
dat deze zal leiden tot een sanering van
deze tak van handel. Na de oorlog toch
hebben velen zich hierop geworpen, zon
der dat zij over voldoende kapitaal of vak
kennis beschikten. Zowel het aantal arbei
ders als het aantal beambten in het in het
district gevestigde bedrijf van rijtuigen en
spoorwagens bleef ongewijzigd. Het accent
lag in 1953 op exportopdrachten. Het be
drijf mocht een nieuwe bestelling ontvan-v
gen, die de bezetting wanneer in het na
jaar 1954 de thans lopende exportopdrach
ten voltooid zullen zijn waarborgt voor
het laatste kwartaal van 1954 en vrijwel
het gehele jaar 1955. Wat de afzetmoge
lijkheden betreft deelde de voorzitter mee,
dat de ontwikkeling van het economisch
leven meebrengt, dat in grote delen van de
wereld' gestreefd wordt naar steeds meer
efficiente vervoersmogelijkheden, waarbij
men snel en comfortabel wil reizen. Spoor
wegmaatschappijen letten sterk op techni
sche eigenschappen van het rollend mate
riaal. De gang van zaken in de vlicgtuigen-
fabricage werd gekenmerkt door een toe
nemende bedrijvigheid en zou daarom stel
lig bevredigend kunnen worden genoemd,
ware het niet, dat het aantrekken van ge
schoolde vakmensen grote moeilijkheden
oplevert. Voorts wordt de personeelssterkte
voortdurend afgetapt door emigratie. In de
bedrijfstak tank- en apparaatbouw is men
vooral in de tweede helft van 1953 vol
doende van werk voorzien geweest, mede
dank zij belangrijke opdrachten voor de
Staatsmijnen in Limburg en die voor ver-
warmingsketels van grote capaciteit. In het
smidsbedrijf was men ook in 1953 voldoen
de van werk voorzien in zo goed als alle
bedrijven. Sommigen vragen zich af of niet
met een tweede ambachtsschool te Haar
lem de klein-industrie gebaat zou zijn. Een
gebrek aan voldoende bekwame vaklieden
laat zich nog steeds gevoelen. Ook in de
draadindustrie was men over het algemeen
goed van orders voorzien en op een kleine
uitzondering na kon de fabricage van
draadproducten op volle kracht geschie
den. meestal in twee-ploegenstelsel. In
laselectroden hadden regelmatige omzet
ten plaats. De daling in geboekte orders
voor centrale verwarming en electro-tech-
nische bedrijven, die zich in de eerste
maanden van het jaar, mede als gevolg van
de terugslag, welke de overstromingsramp
veroorzaakte, demonstreerde, heeft zich in
de volgende kwartalen niet voortgezet. De
afdeling nieuwbouw bij de scheepsbouw was
goed bezet, terwijl ook de reparatie-afde
lingen gedurende het gehele jaar volop
werk hadden. Aan de vraag naar dokge
legenheid kon niet altijd worden voldaan.
De vooruilziehten voor 1954 zijn goed, zo
wel voor nieuw werk als voor reparatie-
werk.
Agrarische sector
Het jaar 1953 is voor het bloembollenvak
goed geweest. Het gewas en de oogst waren
goed tot zeer goed. De export was weer
groter dan in 1952. Een voldoening geven
de stijging der exportcijfers in waarde,
zowel als in gewicht was een succes,
waaraan ook in belangrijke mate het werk
der persoonlijke reclame heeft bijgedragen,
evenals het zeer grote vreemdelingen-
bezoek in het voorjaar tijdens de Flora.
Het verbruik van de producten der bloem
bollenteelt in eigen land blijft voortdurend
toenemen, maar maakt toch slechts een
klein deel van de totale productie uit.
VoedingsvoorzieninS
De in het district gevestigde suikerfabriek
heeft een ongeveer even grote campagne
gemaakt als het vorig jaar; verwerkt wer
den 204 millioen kg suikerbieten tegenover
197 millioen in 1952. In de conserven-
industrie was de afzet van fruit, zowel in
pulpvorm als in conserven in blik, zeer
bevredigend. In de bedrijfstak cacao en
chocolade waren de omzetten in het bin
nenland zeer bevredigend, terwijl de om
zetten naar het buitenland sterk beïnvloed
werden door het heffen van exhorbitante
invoerrechten. Het melkgebruik onderging
geen wijziging van enige betekenis; wel
viel een verschuiving waar te nemen van
losse melk naar flessen-melk. Over de af
zet van azijn, tafelzuren en mosterd mag
men niet ontevreden zijn. De binnenlandse
igrrkoop van wijnen en likeuren, zowel als
ue export, was bevredigend en vertoonde
een .kleine vooruitgang bij vorig jaar ver
geleken. In de vleeshouwerijen is geble
ken dat de huismoeders van grote gezinnen
gevoeliger zijn voor lage prijzen dan zij,
die minder mensen moeten fourageren.
Ook voor de betere kwaliteiten was er een
markt. De toestand in de banketbakkerijen
was niet al te rooskleurig. In verhouding
tot de iets gestegen omzet is er een grotere
stijging van de lasten, hetgeen het eind
resultaat van de netto winst ongunstig be-
invloedt.
Grafische tnüustrie
De in het vorig jaar aangeduide tendenz
naar een zich stabiliserende kopersmarkt
heeft zich in het afgelopen jaar in de gra
fische industrie bestendigd, met het gevolg
dat o.a. bij de verkoop van de grafische
producten de invloed van concurrentie zich
in stijgende mate deed gevoelen. De con
currentie van Duitse producten wordt hoe
langer hoe meer voelbaar. De grondstoffen-
voorziening was ook in 1953 van dien
aard, dat het bedrijf voor papierindustrie
op volle capaciteit heeft kunnen werken.
De vraag naar de producten was bevredi
gend.
Chemische industrie
In het voorjaar viel de omzet van verf
(door het weer) tegen; het droge najaar
heeft nog iets daarvan goedgemaakt. Gang
van zaken bij smeerolie was zeer bevredi
gend. Bedrijvigheid in de sector rubber
was in 1953 ongeveer als in 1952. Bedrijfs
resultaten van lijm waren bevredigend. De
productiecijfers van de verschillende
kunstmeststoffen waren bevredigend. In
toiletzeep bestaat een zeer grote concur
rentie, Waarbij het cadeaustelsel een grote
rol speelt. De productie van petroleum
heeft zich gestabiliseerd en het export
areaal is nog toegenomen.
T extiel
Een voortzetting van de gunstige ont
wikkeling van de bedrijfstak kousen en
handschoenen deed zich voor; verkoops
prijzen konden vrij belangrijk worden ver
laagd en het product volgens de hoogste
normen worden geperfectionneerd. De
kwantitatieve omzet in de pyjama-industrie
wordt bevredigend genoemd. In de over
hemden-industrie deden zich geen moei
lijkheden voor. De verkoop in de kleer
makerijen was in het eerste half jaar
slecht; het tweede half jaar liet zich beter
aanzien.
In de Nieuwjaarsrede van de voorzitter
van de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Haarlem en omstreken heeft deze
opgemerkt, dat de bouwnijverheid in 1953
in hoofdzaak beheerst werd door de bouw
van woningen, welke volgens hem helaas
in veel te groot aantal op de markt werden
aanbesteed en dan in veel te grote objec
ten, zodat slechts de grote aannemersbe
drijven daarvoor in het algemeen in aan
merking kwamen, terwijl in vele gevallen
grote bouwwerken zonder publieke aan
besteding werden uitgegeven.
Door de Februariramp werd de overheid
voor grote moeilijkheden geplaatst. Een en
ander was oorzaak, dat voorgestelde plan
nen moesten worden uitgesteld. De herstel
werkzaamheden in Zeeland en verdere ge
troffen gebieden eisten een belangrijk aan
tal arbeiders ook uit het bouwbedrijf, zo
dat een groot tekort aan geschoolde
arbeidskrachten voor hel overige gebied
ontstond, hetgeen een zeer nadelige invloed
op het bouwbedrijf ten gevolge had. Daar
door moesten ook voor zand- en grond
werken hogere prijzen worden betaald, dan
vóór de watersnood werden berekend. Voor
het uitvoeren van grondwerken ten be
hoeve van bouwwerken kwam, doordat de
rampgebieden veel materiaal eisten, een
groot gebrek aan machines, o.a. aan drag
lines.
De voorzitter vervolgde, dat voor de
bouwondernemers door ongunstige over-
heidsbepalingen beti'effende de woning-
bouw-premieregeling, nog geen gelegen
heid geopend werd om nog door de z.g.
eigen bouw voor de markt, mee te helpen
het grote tekort aan woningen voor parti
culieren te verminderen. Moge de overheid
inzien, aldus spreker, dat een toekenning
van een behoorlijk bedrag aan premie voor
particuliere bouw, altijd voor het rijk be
langrijk voordeliger is, daar op die manier
de kosten voor de bouw voor het grootste
deel door particulieren worden gedragen
en het risico op eventuele waardevermin
dering in de toekomst niet voor rekening
van het rijk komt.
Houthandel
In tegenstelling tot voorgaande jaren heeft
het jaar 1953, wat de prijsontwikkeling in
de houthandel in binnen- en buitenland
betreft, een zeer rustig verloop gehad. Be
langrijke schommelingen in de prijzen
kwamen niet voor. Wel was het prijsniveau
in het binnenland ten aanzien van dat dei-
productielanden over de gehele linie en
gedurende het gehele jaar te laag. Oorza
ken hiervoor aan te wijzen is niet eenvou
dig, maar één der belangrijkste factoren
zal wel geweest zijn de verwachting, dat
tegen het midden van het jaar respectieve
lijk tegen het einde, de prijzen, die op zeer
hoog niveau gelegen waren, tot een wat
lager peil zouden dalen. Zag het in de
herfst bij het bekend worden van de iets
lagere prijzen van de derde Russische
tranche er naar uit, dat dit inderdaad in
geringe mate het geval zou zijn, aldra
De heer Sliu, eigenaar van een Chinees
restaurant te Wageningen, was tot 30
December bezitter van een fox-terrier,
maar hij wilde het dier verkopen, omdat
het lastig was voor de klanten. Sinds
de verkoop aan een 25-jarige jongeman
uit Opheusden of omgeving weigerde
echter zijn 12-jarig doch'ertje Ming
Sjon alle eten en drinken. Zij was bij
zonder aan de hond, die „Teddy" heet,
gehecht. De toestand van Ming Sjon
werd ernstiger en de dokter achtte het
niet onmogelijk, dat het kind ten dode
toe zou blijven „vasten" zolang de hond
niet terug zou keren. Toen werd de
politie te hulp geroepen, die een opspo
ringsbericht via de radio liet versprei
den. Kort hierna meldde de nieuwe
eigenaar van „Teddy" zich telefonisch.
Toen hij van de toestand van het kmd
vernam, liet hij onmiddellijk weten, dat
hij wel afstand van de hond wilde doen
tegen terugbetaling van de koopsom.
Des avonds werd het dier nog gehaald
door een politieman en toen deze hem
aan de woning van de heer Shu aflever
de, trof hij daar de van blijdschap hui
lende Ming Sjon aan. Zij sloot de hond
direct in haar armen. Intussen heeft
Ming Sjon echter nog geen eetlust ge
toond.
bleek na het vlotte opnemen van deze be
trekkelijk kleine stock, het verloop van de
buitenlandse markt niet beïnvloed en zelfs
trekken de prijzen nadien nog aan. Hier
door werd aan de overigens gegronde ver
wachtingen van vele houtkopers op lagere
prijzen, elke hoop ontnomen. Deze gang
van zaken zal wel de hoofdoorzaak zijn van
de te verwachten ongunstige bedrijfsuit-
komsten over 1953 in de Nederlandse
houtkoperij, waarover men allerwege hoort
klagen. De vraag naar hout laat over het
algemeen niet te wensen over en zou dus
op zichzelf geen reden zijn om nog op een
onverantwoorde prijsbasis te verkopen.
Het vorig jaar is 88 keer een beroep ge
daan op een reddingboot of reddingstation
van de Koninklijke Noord- en Zuidholland
se Redding Mij. en wel door schepen
varende onder Belgische, Deense, Duitse,
Engelse, Franse, Italiaanse, Nederlandse,
Foolse. Portugese, Zweedse en Indiase vlag.
In 1953 werden 75 mensen van in nood
verkerende schepen behouden aan wal ge
bracht, waardoor het totaal aantal geredde
schipbreukelingen sedert de oprichting der
K N. Z.H.R.M. in 1824 is gestegen tot 7713.
Bovendien verrichtte een drietal redding
boten goed werk in het watersnoodgebied.
(United Press). Fakirs uit de gehele
wereld zijn begonnen hun kristallen bol
len op te poetsen, de spijkers waar zij
op liggen te slijpen en de zwaarden die
ze inslikken te wetten ter voorbereiding
voor de eerste „wereldkampioenschap
pen Fakir" die in het voorjaar in Lyon
zullen worden gehouden. Er zijn uitno
digingen verzonden voor deelname aan
wedstrijden in het blootsvoets lopen
over brandende kolen, in het gestoken
worden met messen en dolken en in het
levend begraven worden. Er zullen ook
prijzen beschikbaar worden gesteld voor
voorspellen, hypnose en massa-suggestie.
Voorts zullen Fakirs zichzelf martelen
om de hoofdprijs „pijnweerstandsvermo-
gen" in de wacht te slepen. Verder zijn
er nog prijzen voor het liggen op spijker
bedden.
Industrieën aan het Noorder Buiten Spaarne zullen het op prijs stellen als de sluis
te Spaarndam verbreed wordt, want men moest de laatste jaren herhaalde malen
verstek laten gaan bij inschrijving van nieuw te bouwen schepen.
De directeur van Openbare Werken te Haarlem heeft aan het college van B. en W.
het volgende voorgesteld: „Een sociaal economisch advies in te winnen omtrent de
vraag of het, wegens de grote kosten, die gepaard gaan met vernieuwing ver
ruiming van de sluis te Spaarndam, verantwoord is ten behoeve van de bestaande
grootindustrie (scheeps- en aanverwante industrie) aan het Noorder Buiten Spaarne
tot het doen van een dergelijke uitgaaf over te gaan. De hoofdingenieur-directeur
van de Rijkswaterstaat in Noordholland te verzoeken het Zijkanaal C zodanig te
verdiepen dat aan gemotiveerde klachten van de N.V. Haarlemse Scheepsbouw wordt
tegemoet gekomen. De directeur van de Gemeente-Reiniging te verzoeken in overleg
met de directeur van het Havenwezen (ten aanzien van de belangen der industrie)
en met de directeur van Openbare Werken (wegens de standzekerheid van gemeen
telijke kademuren en beschoeiingen) over te gaan tot het plaatselijk verdiepen van
aanleggelegenheden".
Alvorens de directeur van Openbare
Werken zijn voorstellen aan het college van
B. en W. had gezonden had hij aan de Ka
mer van Koophandel en Fabrieken van
Haarlem en omstreken gevraagd een on
derzoek in te stellen naar de wensen van
het bedrijfsleven ten aanzien van de diepte
van het Spaarne en de breedte van de
Sluis bij Spaarndam.
De Kamer van Koophandel heeft de aan
het Spaarne gelegen industrieën geraad
pleegd en antwoordde vervolgens de di
recteur van Openbare Werken dat was
komen vast te staan, dat de diepte van de
eigenlijke vaargeuld in het Spaarne te
wensen overlaat, doch. dat de diepte van
het Spaarne tussen vaargeul en loswal van
de aan het Spaarne gelegen bedrijven in
derdaad te gering is. Een der bedrijven had
op vier punten peilingen verricht met het
volgende resultaat:
Langs de wal
1 m uit de wal
2 m uit de wal
3 m uit de wal
70
100
100
180
70
90
100
160
100
150
160
180
60 cm
120 cm
170 cm
210 cm
Hieruit blijkt dat er veel te weinig water
voor de wal staat, vandaar, dat regelma
tig last wordt ondervonden met ladende
of lossende schepen.
Wat betreft de breedte van de sluis te
Spaarndam deelde een der onderne
mingen mede, dat zij de laatste jaren reeds
herhaalde malen verstek had moeten laten
gaan bij de inschrijving voor nieuw te
bouwen schepen. Gezien de lengte van de
hellingen en de breedte van het N.B.
Spaarne zou deze maatschappij schepen
kunnen bouwen van 3000 a 4000 ton, doch
de breedte van zodanige vaartuigen wordt
ongeveer 14 meter terwijl de doorvaart-
breedte van de sluis te Spaarndam thans
ruim 12 meter is.
Ten aanzien van de diepte van het
Spaarne en het zijkanaal van Spaarndam
af naar het Noordzeekanaal wordt opge
merkt, dat elk zeeschip van de werf moet
vertrekken met een alleruiterst minimum
aan water en brandstof aan boord en dat
dan nog herhaalde malen schepen vast
lopen Het eerste na de oorlog afgeleverde
schip was ca 800 ton groot. Na vertrek
van de werf liet men de hoofdmotor van
het schip langzaam lopen, doch in het
zijkanaal moest worden gestopt, daar alle
buitenboordfilters vol modder zaten en de
motor geen koeling meer kreeg.
Behalve de mening van deze onderne
ming, gaven nog twee andere onderne
mingen aan de Kamer van Koophandel te
kennen, dat het gewest geacht werd de
sluis te Spaarndam te verbreden en te
brengen op 16 meter, tenminste, indien
verwacht mag worden, dat de doorvaart-
wijdte bij de brug te Buitenhuizen ook
van 14 op 16 meter wordt gebracht. Een
der ondernemingen wees er bovendien op,
dat het vestigen van nieuwe bedrijven,
alsook het uitbreiden van bestaande on
dernemingen, slechts dan mogelijk en aan
trekkelijk zal zijn, indien de ondernemer
de waarborg wordt gegeven, dat van over
heidswege alles in het werk wordt gesteld
om eventuele remmende factoren, welke
thans aanwezig zijn, op te heffen.
Het bestuur der Kamer is van oordeel,
dat het speciaal met betrekking tot de
mogelijkheid van het aantrekken van
nieuwe industrieën en van ontwikkeling
van de bestaande werven wel van be
lang is, indien de sluis te Spaarndam zou
worden verbreed. Het bestuur verheelt zich
echter niet, dat hiermede zeer belangrijke
sommen gemoeid zijn, terwijl het niet de
indruk heeft gekregen, dat de Haarlemse
industrieën langs het Spaarne, met uit
zondering dan van de werven, aan verbre
ding van vorengenoemde sluis behoefte
hebben.
Maandagmorgen moesten voor de Haar
lemse economische politierechter mr. J.
Bletz een zevental landbouwers uit Haar
lemmermeer verschijnen, omdat zij allen
in strijd zouden gehandeld hebben met een
der bepalingen van de Tuinbouwteelt
verordening 1949. Hierin staat namelijk,
dat er voor de teelt van spinazie een teelt
vergunning nodig is en deze landbouwers
hadden, hoewel zij vrijwel allen van deze
bepaling op de hoogte waren, toch een ge
deelte van hun grond met spinazie bezaaid.
In de nazomer van het vorig jaar kreeg
een Utrechtse fabriek van diepvriespro
ducten namelijk de order van een Engelse
scheepvaartonderneming, dat er binnen
korte tijd een vrij grote hoeveelheid inge
vroren spinazie geleverd diende te wor
den.
De directeur van de fabriek wendde zich
toen tot enkele van zijn doperwtenleve
ranciers in de Haarlemmermeer en stelde
hen voor om voor een gunstige minimum
prijs, spinazie op het braakliggende land
te verbouwen. De landbouwers aanvaard
den dit voorstel grif, maar begingen daar
bij, daar zij geen vergunning hadden, te
gelijkertijd een overtreding. Een controleur
van de C.C.D. ontving enkele klachten van
tuinders en maakte na verloop van tijd een
proces-verbaal op.
De officier van Justitie, mi*. J. Wiarda,
meende, dat bij alle zeven landbouwers
opzet in het spel was en dat zij zelfs bij
contractteelt zelf verantwoordelijk blijven
voor hun doen en laten hoewel de diep
vriesfabriek had verzekerd, dat zij voor
alle nodige formaliteiten zou zorg dragen.
De officier eiste tegen de landbouwers F.
F. uit Aalsmeer, J. L., A. B., P. F. en C. v.
d. V., allen uit Badhoevedorp en tegen N.
J. v. R. uit Hoofddorp een geldboete van
vijftig gulden. Tegen de landbouwer P. v.
D. uit Hoofddorp eiste hij een geldboete
van vijfentwintig gulden, omdat deze in
tegenstelling tot zijn collega's slechts een
zeer klein stukje grond met spinazie had
bebouwd.
Tegen de hoofdverdachte in deze zaak,
de N.V. in diepvriesproducten te Utrecht,
eiste de officier een onvoorwaardelijke
geldboete van duizend gulden en een voor
waardelijke boete van tweeduizend gulden
met een proeftijd van twee jaar.
De officier was namelijk van mening dat
het aan deze N.V. tenlaste gelegde, op
zettelijke uitlokking, bewezen moest wor
den geacht. Daarbij kwam echter het gun
stige feit, aldus mr. Wiarda, dat door de
teelt van de spinazie de binnenlandse
markt niet was beïnvloed.
De economische politierechter meende
dat alle landbouwers gelijk gestraft dien
den te worden en veroordeelde hen dan
ook tot een geldboete van vijfentwintig
gulden. Hij veroordeelde de diepvriesfa
briek tot een boete van vijfentwintig
honderd gulden waarvan vierhonderd
gulden onvoorwaardelijk.
In de Maandagavond gehouden vergade
ring van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Haarlem en omstreken is
besloten in samenwerking met de andere
kamers uit de provincie Noordholland en
met die van Leeuwarden, Leiden en Den
Haag, een brief te zenden aan de minister
van Verkeer en Waterstaat inzake de tun
nelbouw. Enkele leden waren van mening,
dat in de concept-brief te weinig aandacht
wordt besteed aan de huidige toestand bü
de pont en zij drongen er op aan de brief
anders te redigeren.
De voorzitter, de heer C h. E. Visser,
deelde mee, dat aan het concept de bestu
ren van diverse kamers hebben meege
werkt.
Ir. A. H. Ingen Housz merkte op,
dat de toestand bij de pont te Velsen be
schamend genoemd moet worden. In het
concept wordt hierop niet voldoende de
aandacht gevestigd: het geeft alleen een in
zicht van de situatie en er wordt te veel
gedacht aan de tunnelbouw, waarvan het
tempo versneld dient te worden. Het zal
nog ongeveer vier jaar duren, alvorens de
tunnel gereed is, maar in al die jaren moet
het verkeer over de ponten. Te verwachten
is, dat het aantal voertuigen in de komende
jaren enorm zal toenemen en dat betekent,
Personeel van de K.L.M. houdt de wacht bij de overleden president-directeur dr. A. Plesman in de Chapelle Ardente aan de
Raamweg te Den Haag. Links gezagvoerder Eilders, rechts voor, le boordwerktuigkundige Raddar, links achter, le telegrafist
Buytendijk, rechts achter, le steward Hostemeier.
dat de toestand bij de ponten steeds erger
wordt. Vier ponten is te gering en getracht
moet worden het aantal op te voeren tot
zes. Dan zal het nodig zijn een nieuwe
steiger te bouwen, zoals ook bij de Hem-
brug is geschied. Spreker besloot met te
zeggen, dat de huidige situatie niet te hand
haven is.
De voorzitter was van mening, dat
in het concept wel gezegd wordt, dat de
toestand bij de ponten onhoudbaar is ge
worden. De ervaringen bij de Hembrug
moeten worden afgewacht, alvorens over
gegaan zal worden bij Velsen een nieuwe
pont in de vaart te brengen. Voor het win
terseizoen zijn vier ponten voldoende.
Spreker zeide zich te kunnen verenigen
met de opmerkingen van de heer Ingen
Housz en zal trachten die nog in de brief
te verwerken. Daarbij is samenwerking
nodig met de andere kamers, die de brief
zullen verzenden. Vergeten mag niet wor
den, dat die kamers weer andere belangen
hebben dan de Haarlemse.
Ir. Ingen Housz was daarom van
mening, dat Haarlem het initiatief moet
nemen zelf een brief tot de minister te
richten. De ponten liggen in het Haarlemse
district.
I r. G. O. J. van Ditzhuyzen ondersteun
de de opmerkingen van de heer Ingen
Housz. De toestand bij de pont is bescha
mend en ontoelaatbaar. Er staan te veel
belangen op het spel.
De heer D. Verbaan zeide zich ook te
kunnen verenigen met hetgeen gezegd is.
In de brief wordt aangedrongen op ver
snelling van het tempo van de bouw van
de tunnel. Is dat echter wel mogelijk? Zijn
de technische voorbereidingen van dien
aard, dat er meer ploegen arbeiders aan het
werk kunnen gaan? Spreker noemde het
concept een gemoedelijke beschrijving van
de toestand. „We moeten in Den Haag een
noodkreet laten horen, anders zal de brief
weinig effect sorteren." Er dient aandacht
aan de huidige toestand besteed te worden.
De heer Th. S. J. H o o y merkte op, dat
er mogelijk technische bezwaren zijn, maar
men mag de budgetaire bezwaren ook niet
uit het oog verliezen. In geheel Nederland
moeten voorzieningen worden getroffen
door Waterstaat, maar dit ministerie heeft
een bepaald bedrag beschikbaar om te
werken.
De voorzitter was van mening, dat
een versnelling van de bouw van een tun
nel van primair belang is. Dan komt de
toestand bij de ponten en gevraagd wordt
aan de minister een oplossing te zoeken, die
kunnen de kamers niet aangeven.
Ir. Ingen Housz was het niet eens
met de opmerking, dat de tunnelbouw pri
mair is. Mogelijk zal het bouwen een kwart
of half jaar sneller geschieden dan ver
wacht was, maar de toestand bij de ponten
blijft nog te lang voortduren. Het gaat er
volgens spreker in de eerste plaats om een
oplossing voor het huidige ogenblik te
vinden.
Nadat de voorzitter had toegezegd
te zullen streven naar wijziging van cte
concept-brief, waarbij hij de hoop uitsprak,
dat andere kamers daaraan zullen mee
werken, besloot de Haarlemse kamer een
brief aan de minister van Waterstaat te
zenden in samenwerking met andere
kamera