Twaalf argumenten in stelling tegen eis van Amsterdamse lampekappenf abrikant Vrij baden en zwemmen op het Zandvoortse strand r Visserij-varia Teveel vrijheid even schadelijk als te grote gebondenheid Het proces om de Teyler-millioenen Vanmorgen in de Vishal Aanpassing aan de toestand die zich sedert 1948 ontwikkelde Dodelijk ongeluk op de Dreef DONDERDAG 25 FEBRUARI 1954 7 V.V.I.T. gaf opnieuw een geslaagde opvoering van een blijspel De structuur onzer economie Ir. S. H. Visser:Bedrijfsleven moet zelf de gulden middenzveg aangeven" Hoofdprijzen Staatsloterij Vijf jaar „vriiwillige verkeerscontróleritten" Mr. J. van der Hoeven heeft dezer da gen namens de vijf directeuren van de Teylerstichting te Haarlem de president van de Haarlemse rechtbank de conclusie van antwoord overhandigd op de conclusie van eis. welke zes weken geleden was ge daan namens de Amsterdamse lampekap- penfabrikant Lodewijk Christiaan Wege- rif, die aanspraak meent te kunnen ma ken op de bezittingen van de Teylerstlch- ting. Deze aanspraken zijn gegrond op een legaat in het testament van Pieter Teyler van der Hulst aan Catharina Olt- hoff. Dit legaat, ter grootte van honderd duizend gulden in obligaties, is inmiddels tot bijna honderd millioen gulden aange groeid, zoals wij reeds in een beschouwing in ons blad van 12 Januari j.l. schreven. Uiteraard verzocht de advocaat van de Teylerstichting de eis van de heer Wegerif af te wijzen. Tot die conclusie komt mr. Van der Hoeven in een betoog van twaalf punten. In de eerste plaats ontkennen de gedaag den, dat Pieter Teyler van der Hulst op 17 Mei 1756 een codicil zou hebben ge maakt en geen testament, zoals zij ook De toneelafdeling van de Voetbalver eniging .IJmuiden" geeft mij telkens op nieuw aanleiding tot een bijzonder waar derend oordeel voor de manier, waarop zij er in slaagt haar opvoeringen te verzorgen. Vooral wanneer men in aanmerking neemt, dat deze spelers slechts een of twee keer per jaar in de gelegenheid worden ge steld de planken te betreden, zodat zij min der routine kunnen opdoen dan de meeste dilettanten. En toch valt er bijna nimmer een ernstige tekortkoming in de voorstel lingen van deze vereniging te ontdekken. Integendeel: menig ensemble kan aan deze amateurs nog een voorbeeld nemen, wat betreft tempo, rolkennis en toneelaankle ding. Zo was ook de door A. H. Holtslag gere gisseerde opvoering van „Amor speelt ver stoppertje", welke Woensdagavond in het Patronaatsgebouw te IJmuiden gegeven werd, in alle opzichten waard bekeken te worden. Het is een aardig blijspel van Henk Bakker en J. W. van der Heiden, waarin beide auteurs de geweldige conster natie onthullen, die legermanoeuvres in een klein dorpje op de Veluwe kunnen veroorzaken. Er wordt in bemind en be drogen; de groenteboer geeft zich uit voor staatssecretaris en de rentenier mag van zijn eerzuchtige echtgenote alleen als tuin man zijn eigen huis betreden. Dergelijke situaties hebben uiteraard een groot aan tal komische verwikkelingen ten gevolge, welke door de schrijvers handig en met flair in elkaar werden gezet. De daarbij passende vlotte dialogen kan men rustig aan Henk Bakker overlaten. Het is begrijpelijk dat zo'n blijspel pas dan goed tot zijn recht komt, wanneer het van spelers en regie de nodige vaart krijgt. Welnu, dit onderdeel was bij de V.V.IJ. prima in orde, zodat de toeschouwers danig plezier hebben beleefd. Het was alleen jammer, dat het tafereel in het eerste be drijf, waarin Adolf voor het eerst gedwon gen wordt als tuinman op te treden, niet beter werd uitgespeeld. Men liep te vlot over deze scène heen, waardoor het komi sche effect vrijwel verloren ging. Maar overigens, behoudens de zwak ge speelde rollen van korporaal en majoor, van deze voorstelling niets dan lof. H. Nat speelde met geestdrift de braniemaker Jaap Seegers en hij werd prima geassis teerd door J. v. d. Zwan, die geestig een sulletje typeerde. De dames B. de Kort en mevrouw G. Nat hadden veel succes als hun recalcitrante echtgenoten. De jonge garde werd door de dames J. Guyt en A. Geyteman waardig vertegenwoordigd. Niet mag worden vergeten de recruut Tinus Blom van J. Guijt, met een brede humor raak op de planken gezet. En lest best: me vrouw A. Smit, die van Jetje een heerlijk stuntelig, stupide en lispelend daghitje wist te maken. Dinsdagavond had V.V.IJ. met dit stuk de Ouden van Dagen reeds enige kostelijke uren verschaft. JAN VAN DAM Een trawler Slechts een trawler, de „Polderman'', was vanmorgen aan de afslag met 40 kis ten schelvis, 30 wijting open. 20 wijting dicht, 10 haring, 150 zwarte koolvis, 80 witte koolvis en gul. 20 radio en 500 stuks stijve kabeljauwen. Van de kotters was er de TX33 met tong en verder wat dag schuitjes. Haai naar Belgie Er lag vanmorgen een haai van onge veer honderd kilo in de hal. Het diertje ging voor f 232 naar België. De regels ka beljauw gaven van f 67 tot f 58 en voor de kisten werd van f 80 tot f 100 betaald. Alles voor België. Schelvis duur Hoewel de schelvis tamelijk slap was. bracht ze toch zeer goede prijzen op. Gro te schelvis ging weg voor f 56, middel voor f 60, kleinmiddel van f 60 tot f 65. pennen van f 60 tot f 65, braad van f 48 tot f 50 en de wijting voor f 35. Grote gul len haalden f 33, evenals de middelsoort. Torren maakten f 28. Frankrijk is er weer De weinige tong. die er vandaag was, steeg in prijs. Vooral de fijnere soorten werden beter betaald, nu Frankrijk weer open is. Grote Jong bracht f 2,18 op, groot middel van f 1,35 tot f 1,40, kleinmiddel van f 1,45 tot f 1,50, tong I van f 1.40 tot f 1,50 en de tong 2 van f 1,20 tot f 1.40. Gisteren deed de tong I nog van f 1,10 tot f 1,15 en de slips van f 1.20 tot f 1,15. Paar kistjes schol De paar kistjes schol, die er waren, do ken het binnenland in en werden voor de grote schol betaald met f 17, de middel- schoL met f 21, de zetschol met f 40, de schol I met f 28. schol 2 met f 30 en schol 3 met f 26 tot f 30. Dagen en bedragen De „Flamingo" maakte gisteren voor een reis van 14 dagen f 22.800 en de „Gel- ria" voor veertien dagen f 18.600. Besommingen van hedenmorgen Trawler Johannes Polderman f 14800. Kotters TX33 f 5760, KW 128 f 90, Goerec 28 f 2030. ontkennen, dat de daarbij in het leven ge roepen Teylerstichting geen rechtspersoon zou zijn. Zij zijn voorts directeuren dier stichting zonder meer en dus geen beheer ders van de nalatenschap, zoals door de eiser was gesteld. Immers toen zij hun functie aanvaardden was de uitvoering van de laatste wilsbeschikking van Pieter Tey ler van der Hulst reeds lang geëindigd. Ook is er, volgens gedaagden, geen sprake meer van een legaat aan de „naaste vrienden van moederszijde" omdat dit werd ingetrokken. En ook wanneer dat niet het geval zou zijn geweest, dan betwisten de directeuren van de Teylerstichting nog dat de heer Wegerif in rechte lijn van de rechtheb benden op de nalatenschap afstamt. En zelfs wanneer dat nog het geval zou zijn, dan ontkennen^zij dat thans nog enig recht daarop zou bestaan. Immers de heer Wegerif heeft reeds in 1929 op een bijeenkomst van zich noemen de rechthebbenden op de Te.vlererfenis in Duitsland van zijn aanspraken afstand ge daan ten bate van Onno Olthoff in Leer. Voorts verwijst mr. Van der Hoeven naar de afwijzing der aanspraken door het Amsterdamse Gerechtshof in 1941. Ten zevende brengt de raadsman der Teylerstichting het niet voldoen aan een voorwaarde, welke voor de aanvaarding van het legaat van honderdduizend gulden noodzakelijk was, ter sprake. De rechthebbenden op het bedoelde le gaat hadden namelijk reeds zes weken na het overlijden van de erflater moeten ver klaren dat zij voor het overige van alle aanspraken op de nalatenschap afzagen. Uit de herhaalde processen blijkt wel dat aan die voorwaarde niet is voldaan. Wel heeft de heer Wegerif in October 1953 die verklaring afgelegd, maar mr. Van der Hoeven stelt, dat hij reeds veel eerder van de conditie afwist en deze had behoren na te komen. Vervolgens wordt van de zijde van Teyler gesteld, dat slechts Catharina Olt hoff een persoonlijke actie om het om streden legaat had kunnen instellen. Daarna volgen de ontkenningen dat de directeuren van Teyler enig beheer (en de daaruit voortvloeiende rekening en ver antwoording) hadden moeten voeren, ter wijl in de tiende stelling wordt gewezen op de verjaring van elke aanspraak. Tenslotte wordt nog opgemerkt, dat eiser in elk geval had moeten aangeven welk deel van de nalatenschap hem naar zijn mening zou toekomen, omdat de rech ter toch ook het belang van de eiser bij de vordering zal moeten kunnen beoordelen. De procureur van de tegenpartij, mr. Sylvain Groen, heeft veertien dagen be denktijd gekregen om na te gaan hoeveel tijd het opstellen van de repliek zal vergen. Als alles vlot gaat zullen in het najaar wellicht de pleidooien voor de rechtbank kunnen worden gehouden. D De drie soldaten op deze afbeelding zijn gekleed in de ,.Stopkoud''-pakken en „Thermo"-laarzen van het Amerikaanse leger. De pakken sluiten zo dicht tegen de huid van de drager, dat de lichaamswarmte behouden blijft. De „Thermo"-laarzen, hebben dezelfde prettige eigenschap en blijven die zelfs behouden als zij doorweekt zijn! Een bad in ijskoud water is dus een pretje. ADVERTENTIE Ir. S. H. Visser, algemeen secretaris van •het Verbond van Nederlandse Werkgevers, heeft gisteren in de radiorubriek „Uit het bedrijfsleven" een toespraak gehouden over het onderwerp „vrijheid en gebon denheid in het bedriifsleven". „Sedert het midden van de vorige eeuw zien wii in de Westelijke we~eld een in drukwekkende ontwikkeling van de be drijvigheid op ieder gebied", aldus begon hij zijn inleiding. „De ontplooiing van de industrie is daarin wel het meest opval lend. Eén der belangrijkste voorwaarden voor deze ontplooiing werd vervuld, doordat het liberalisme ook op het economisch ge bied baan brak. Vrijheid in het maatschappelijk leven is, volgens ir. Visser, van het grootste ge wicht, maar dat kan nimmer een vrijheid in ongebondenheid zijn. De juistheid hier van openbaarde zich na de eerste storm achtige periode van ontwikkeling ook hier te lande. Het bedrijfsleven ging beseffen, dat er gegronde redenen zijn, de onder linge concurrentie aan zekere banden te leggen en bepaalde uitwassen tegen te Het bestuur van het strandschap Zand- voort heeft na langdurig beraad besloten uit de „Verordening ordemaatregelen" te schrappen de bepaling, welke verbiedt om nabij het centrale strandgedeclte in zee te baden of te zwemmen. Deze maatregel vormt het sluistuk in de cvolutionnaire ontwikkeling van het bad- en strandleven, aldus deelt men ons van de zijde van het Strandschap mee. In 1920 nog was in de algemene politie verordening van Zandvoort de bepaling opgenomen, dat het. buiten de badinrich tingen, verboden was, voor personen boven de leeftijd van 16 jaren om „pootje te ba den". Pas in 1932 werd, na veel aandrang van de zijde van het publiek, het z.g. zon nebaden op de terreinen der badinrichtin gen getolereerd, nadat de politie dit reeds van 1928 af oogluikend had toegelaten. In de jaren daarop volgend nam het kamperen op het strand zo'n omvang, dat allengs voor het zogenaamde vrije strand het baden en zwemmen in zee, alsmede het zich in badcostuum vertonen, werd toegelaten. Toen in 1947 het strandschap werd opgericht en de verordenende be voegdheid voor het strand en de kuststrook aan het bestuur van dit publiekrechtelijk lichaam werd opgedragen, was het dus zelfs verboden om op het centrale strand- gedeelte in badcostuum of zwembroek te vertoeven. In 1948 werd dit verbod door het strand schap ingetrokken en de sedert dien opge dane ervaringen hebben aangetoond, dat dit een goed besluit is geweest. De bezoe kers van het strand hebben de hun toege stane grotere vrijheid zeer gewaardeerd en de gedragingen van het publiek hebben nimmer tot klachten aanleiding gegeven. Uiteraard oefent de zee op de in bad- of zonnebadcostuum geklede strandbezoekers een grote aantrekkingskracht uit. Het ver bod om nabij het centrale strandgedeelte in zee te baden of te zwemmen werd dan ook door een grote categorie strandbezoe kers als een hinderlijke beperking in hun bewegingsvrijheid gevoeld. Deze door het strandschap uit een oogpunt van openbare veiligheid vastgestelde verbodsbepaling werd herhaaldelijk overtreden en de poli tie stond op dagen, waarop het strand een enorm bezoek te verwerken kreeg, voor een schier hopeloze taak. Aanvankelijk werd de bepaling streng gehandhaafd en het aantal processen-ver baal, ter zake van overtreding van de ver bodsbepaling liep jaarlijks op tot pl.m. 500. Waar de ratio van het voorschrift voor de strandbezoeker niet duidelijk was, vormde deze gang van zaken een verstorend ele ment in de strandsfeer. Hier kwam bij, dat het openbaar ministerie bij het kantonge recht en de kantonrechter niet ten volle overtuigd waren van de juridische ver bindbaarheid van de bewuste bepaling. Immers wat voor het ene strandgedeelte werd toegestaan, werd voor het andere verboden. Deze opvatting van de rechter lijke macht uitte zich in veroordeling van de overtreders tot een minimale geldboete. Allengs ging de politie bij de handhaving van het zwemverbod soepeler te werk en in het seizoen 1953 werden alleen diegenen geverbaliseerd, die eigen of anderer veilig heid opzettelijk in gevaar brachten. Veiligheidsmaatregelen worden getroffen Het bestuur van het strandschap is dan ook na ampele overweging tot de conclu sie gekomen, dat thans het moment is aan gebroken om de verordening-ordemaat regelen aan te passen aan de toestand, zo als deze zich sinds 1948 geleidelijk heeft ontwikkeld. Het toelaten van het baden en zwemmen in zee bij het centrale strandge deelte maakt echter het nemen van be paalde veiligheidsmaatregelen nodig. Met het bestuur van de Zandvoortse Beddings brigade is contact opgenomen opdat deze evenals op het noordelijke en zuidelijke vrije strand ook een reddingspost zal in richten op het centrale strandgedeelte; ge dacht wordt aan een lokaal van de Roton de. Omtrent andere veiligheidsmaatregelen zal overleg met de betrokken gemeente lijke instanties worden gepleegd. Het bestuur van het Strandschap deelt mee, dat de maatregel genomen is in het vertrouwen, dat het publiek ook deze ver dere vergroting van zijn bewegingvrijheid aan de Zandvoortse kust een gepast ge bruik zal maken. Mochten onverhoopt on gewenste toestanden ontstaan, dan zou het bestuur op zijn besluit moeten terug komen. De aandacht wordt er op gevestigd, dat het opheffen van het zwemverbod niet be tekent, dat het baden en zwemmen nabij het centrale strandgedeelte geen gevaren oplevert. Deze zijn gelijk aan die welke zich overal elders bij het baden en zwem men in zee voordoen. De baders en zwem mers gaan uiteraard op eigen risico in zee. Men betrachte dus, waar men zich ook in zee begeeft, de nodige voorzichtigheid. Al leen bij het gebruik maken van een bad inrichting kan men verzekerd zijn van een permanent toezicht en bewaking door des kundig en ervaren badpersoneel. Woensdagmorgen omstreeks half twaalf is een autobus van de N.Z.H.V.M. komende uit de richting Heemstede, op de Dreef na bij de Paviljoenslaan in aanrijding geko men met de 47-jarige landbouwer J. Kloek, wonende aan het Klein Heiligland te Haar lem. De landbouwer, die een handkar voort duwde overleed kort na de aanrijding. Bij zonderheden konden nog niet worden ver strekt. gaan. Zo kwam het tot de samenwerking van ondernemers overal in de wereld, waar het bedrijfsleven een zekere graad van ontwikkeling had bereikt. Deze tendens tot combinatie en concen tratie in het bedrijfsleven, openbaarde zich in Nederland wat later dan in de meeste andere landen, ongetwijfeld door onze la tere industrialisatie en wellicht ook door de individualistische karaktertrek, welke de meeste Nederlanders eigen is. Daaraan is het zeker ook toe te schrijven, dat onze overneid zich in een betrekkelijk laat sta dium. en wel in 1935, met de concentratie van economische macht in de maatschap pij behoefde bezig te houden, aldus ir. Vis ser. De rol der overheid In Nederland, evenals in de meeste an dere Europese landen, aanvaardde men het combinatie- en concentratieverschijnsel als een wezenlijk onderdeel van de maat schappelijke structuur. De neerslag van deze kijk op onze maatschappij treft men aan in de Nederlandse wetgeving op dit gebied en ook in een onlangs ingediend wetsontwerp, dat de bestaande wetgeving zal moeten vervangen. De grondgedachte hiervan is, dat zowel een teveel aan ge bondenheid van liet economisch leven als een te grote vrijheid schadelijk zijn voor de welvaart. Daarom is het volgens ir. Visser noodzakelijk, dat de overheid de bevoegdheid heeft de samenwerking van ondernemingen te aanvaarden en zo no dig te sanctionneren daar, waar deze gun stig werkt en dat zij deze samenwerking kan doorbreken, wanneer deze het alge meen belang schaadt. Ir. Visser stelde voorop dat uiteraard steeds moet worden gestreefd naar een zo groot mogeliike vrijheid voor een ieder om zijn economisch handelen te richten op hetgeen hem wenselijk voorkomt en cm dat te doen op de wijze en in de omvang, welke hij zelf verkiest. Toch zeide hij te aanvaarden, dat aan deze vrijheid grenzen moeten, en in feite ook worden gesteld. In een voorbije periode heeft zich een situatie voorgedaan, welke een volledige vrijheid op economisch gebied dicht nabij kwam. Thans is dit niet meer goed denkbaar, om dat de maatschappij thans in zijn structuur zo verfijnd cn zo gecompliceerd is, dat al leen reeds daardoor het individuele han delen aan banden is gelegd. Aan de andere kant zou onze maatschappij ten dode zijn opgeschreven indien er een tekort aan „bewegingsvrijheid" zou ontstaan. Voor het bedrijfsleven, waarvoor de dynamiek één der voornaamste levensvoorwaarden is, zal die bewegingsvrijheid zo groot mo gelijk moeter. zijn, aldus ir. Visser. Volledige vrijheid en volledige gebon denheid ziin evenwel beide te verwer pen en ergens moet het juiste midden worden gevonden. Het vinden van de juiste middenweg, berust in eerste in stantie bij het bedriifsleven. Tot de taak van de overheid behoort slechts, op te treden wanneer zich op dit terrein uit wassen zouden voordoen die het alge meen belang zouden schaden. De arbeiders, die de laatste hand leggen aan de tentoonstelling ..Ideaal Huis", welke deze week in Parijs zal worden opengesteld, hebben een vreemd, maar gezellig hoekje gevonden om te schaften: een hypermoderne badkamer. De overheid kan daarom, volgens ir. Vis ser. ook krachtens het ingediende „wet sontwerp op de economische mededinging" maatregelen nemen om een onverantwoord gebruik van de vrijheid te matigen en an derzijds ingrijpen, wanneer een te veel aan binding in het bedrijfsleven zou op treden. Wanneer het ingrijpen van de overheid ten doel heeft een onmisbare en verant woorde vrijheid in ons economisch leven te handhaven of te herstellen, zal dit uit een oogpunt van algemeen ondernemers belang nimmer op bezwaren kunnen stui ten. 4e klasse 8e lijst ƒ2.000: 4394 12747 ƒ1.500: 1168 13656 ƒ1.000: 4222 6043 10561 20372 f 400: 6962 7884 8202 18087 19846 20545 200: 2044 2182 2501 3345 5616 6263 8153 10635 11910 12779 13279 14133 14160 14441 14689 15236 15789 15884 16244 17900 18314 19005 19715 20041 20217 21120 Toneel voor kleuterschoolvereniging Evenals andere jaren heeft de Castri- cumse Kleuterschool Vereniging het plan opgevat tot het geven van een toneeluit voering. De Amsterdamse vrienden van de vereniging „De Schouwspelers", zijn we derom bereid gevonden deze uitvoering te verzorgen en zij zullen Zaterdag 13 Maart in hotel Borst voor het voetlicht komen met het blijspel: ,,'n Zeeman ging passa gieren" door Koos Beswino. Prijzen van Woensdag. Heilbot 2.90 2.30. Gr. tong 1.941.85. Grm. tong 121 —1.11. Kim. tong 1.22—1.11. KI. tong I 1.21—1.13. KI. tong II 1.25—1.11. Tarbot I 2.00—1.70, alles per kg. Tarbot II 86—82. Tarbot IV 58—32. Tongschar 77—71. Schar- tong 32—20. Gr. schol 13—10. Grm. schol 20.5012-50. Kim. schol 42—23. KI. schol I 37—21. KI. schol II 25—12. Schar 32—19. Bot 188. V. haring 2110.50. Makreel 26—18.50. Gr. schelvis 60—57. Grm. schel vis 56—50. Kim. schelvis 55—52. KI. schel vis I 56—51. KI. schelvis II 49—17. Wij ting 40—17. Gr. gul 38—28. Mid. gul 34—29. KI. gul 31—24. KI. haai 17—11. Ham 80—52. Poontjes 28—19. KI. koolvis zw. 26—18. KI. koolvis wit 26—22. alles per 50 kg. Gr. kabeljauw 13057. Gr. kool vis zw. 3631. Gr. koolvis wit 62—57. Gr. leng 7356, alles per 125 kg. Aanvoer van Woensdag, 343 kisten tong en tarbot, 8 kisten heilbot, 8 kisten tongschar en schartong, 890 kisten schol, 48 kisten schar, 47 kisten bot. 105 kisten haring, 108 kisten makreel. 278 kisten schelvis. 324 kisten wijting. 490 kisten kabeljauw en gul. 28 kisten leng. 18 kisten kl. haai. 4 kisten ham, 13 kis ten poon, 438 kisten koolvis, 50 kisten diver sen, totaal 3200 kisten. BELGIë Zarah. Bij haar optreden te Brussel heeft de Zweedse actrice Zarah Leander kort maar duidelijk gezegd „Ik ben dol op vis" en zij gaf daar een adres bij van het restaurant in die hoofdstad met de beste visschotel. Haar secretaris liet zich ont vallen: „Zij is flink geïnteresseerd in de vishandel in Zweden". Er wordt de laat ste tijd nogal wat geëxporteerd uit dat land naar België. NOORWEGEN Niet bij te houden. De enorme ha ringvangsten bij Noorwegen houden aan en zijn voor de vissersplaatsen niet bij te houden. Noorwegen verwacht dan ook een record-haringseizoen in dit jaar. Noorse haringschepen stomen nu zelfs naar Duit se havens om daar te losron. Het visserij- onderzoekingsvaartuig van de Noren heeft in deze goede vangsten de hand gehad, want het schip volgt de haringscholen bij de dag een geeft aanwijzingen aan de vloot. RUSLAND Tien fabrieksschepen. Nog niet zo lang geleden publiceerden we een artikel met tekening van het tweede Engelse fa- brieksschip en de'grootste trawler ter we reld, de „Fairtry", die te Aberdeen in aan bouw was, 2500 ton meet, 85.82 meter lang en 13.4 meter breed is en een motor heeft van 1900 pk. Het schip gaat binnenkort met vijfenzeventig man ter visserij. Nu Rusland: dat heeft dezer dagen op Duitse werven tien drijvende visfabrieken be steld. De schepen worden 3000 ton gfoot, 85 meter lang, 13.4 meter breed en krijgen een dieselmotor Howaldt MAN van 1900 pk. De bemanning zal uit negentig koppen bestaan en de capaciteit is dertig ton vis per dag. De huidige fabrieksschepen van conserven kunnen vervaardigen. Rusland vismeel en traan van maken. Deze -tien in Duitsland gebouwde trawlers zul'en ook conserven kunn envervaardigen. Rusland zal de schepen in bedrijf stellen in het Hoge Noorden en op de Oost Aziatische kust. Nog eens twintig:. We hebben al eens gemeld, dat Rusland ook in Engeland eni ge weken geleden grote orders heeft ge plaatst voor nieuwe schepen. Daar zijn ook twintig trawlers bij, wat een contract van f 63.000.000 betekent voor Brooke Marine Ltd. te Lowestoft. De schepen wor den gebouwd naar het type van een IJs landse trawler; de „Jorundur", gebouwd in 1949. De twintig Russische trawlers zuilen speciaal zijn bestemd voor de vis- serij in het Hoge Noorden, zij hebben een actieradius van zevenduizend mijl, zijn 51 meter lang en krijgen een bemanning van vierenveertig koppen. De trawlers kunnen 4500 kisten vis meenemen en meten 1200 ton. De Engelse werf zal zeshonderd ar beiders extra in dienst nemen. CANADA Ooievaar op trawler. Het logboek van het Canadese visserij-onderzockingsvaar- tuig vermeldt van de laatste reis het be zoek van een ooievaar. Toen het schip in de buurt van „Pigeon Island" opsporings werk verrichtte, kwam van dat eiland een oproep om een patiënt naar het ziekenhuis op de wal te brengen. De „Eastern Explo rer" - de naam van het vaartuig - nam de vrouw aan boord en zette koers naar het vasteland. Onderweg in volle zee kwam de baby al ter wereld. ENGELAND Moray Firth niet dicht. De vissers van Schotland hebben er bij de Engelse regering op aangedrongen de grens van de territoriale wateren te wijzigen en de Moray Firth en de Firth of Clyde voor buitenlandse vissersvaartuigen gesloten te verklaren. Voortgaande op de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof te Den Haag zou men dit, evenals IJsland het deed, kunnen doen. 'Het dispuut met IJs land heeft nu vermoedelijk enige invloed gehad op de beslissing van de Engelse re gering. want de Moray Firth en de Firth of Clyde blijven open. De toepassing van de methode in Noorwegen, waar door hef Gerechtshof een bepaalde lijn werd vast gesteld, zou grote voordelen opleveren voor de Engelse kustvisserij. De Engelse regering meent echter, dat iedere visser van elke natie de grootst mogeliike vrij heid in het gebruik van de zeeën moet worden gewaarborgd. Initiatief van de heer M. .4. Reinalda In 1947 nam de Commissaris der Ko ningin in de provincie Utrecht, de heer M. A. Reinalda. het initiatief om te ko men tot „vrijwillige verkeerscontrólerit- ten", opdat met medewerking van het ver keer de verkeersveiligheid zou worden bevorderd. Dit vond veel weerklank bij particulieren. Als gevolg daarvan zijn sedert 1948 in de provincie Utrecht, als enig gewest van het land, door 150 autobe zitters, die bevoegd zijn als politie op te treden, in samenwerking met de daarvoor aangewezen politieorganen geregeld vrij willige verkeerscontróleritten gehouden. Gisteren, vijf jaar nadat deze controle- ritten begonnen zijn heeft de heer Reinalda in de Statenzaal van het provinciehuis aan veertien particulieren uit de provincie een herinneringsplaquette uitgereikt. In zijn dankwoord aan de rijders legde de Com missaris der Koningin de nadruk op de bijzonder goede samenwerking welke er in de provincie Utrecht bestaat tussen de rijks- en gemeentepolitie. Hij bracht hier voor aan de leiders zijn hulde.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1954 | | pagina 13