Roep om buitenlands kapitaal wordt niet serieus genomen Ruiten Zes A Australië maakt 5000 km lange omheining tegen „dingo's" HOOVER fZie Boven: Lente, Zondagmorgen 4.54 uur Een betaalt zichzelf Geen misbruik van Clowntje Rick J „Lui en woelig stedelijk proletariaat geeft communisme grote kansen' Auto met twee jongens bij Uitgeest verongelukt iV Na ai1 les te hebben geprobeerd Wilde honden richten overal grote ravages onder schapenkudden aan 4 „THE ECONOMIST" OVER INDONESIë te FEUILLETON Een hunner werd in een sloot geslingerd en verdronk Zaak tegen twee Velser politie-mannen uitgesteld Nog 5000 wagons stapelgroenten Jan Mens in de „boeken week" naar Beverwijk Voor de kinderen BARTEIJORISSTRAAT 20 —TEL. 13439 ZATERDAG 20 MAART 1954 ADVERTENTIE Een Hoover moge in aan schaffingsprijs iets duurder zijn, maar let eens op wat hij U bespaart aan onder houdskosten, aan veiligheid voor Uw goed, aan levens duur. In slechts enkele jaren tijd hebt U dat verschil er ruimschoots uit. Dan zult U dubbel blij zijn, dat U een Hoover hebt gekocht. Op de (niet eens zo lange) duur verreweg de goedkoopste van alle wasmachines. Vraag Uw handelaar demonstratie. HOOVER wast schoner, vlugger en voorxichtiger Model SO; Wast 8 kg droog wasgoed in een hall uur. t J76.incluiiel wringer. Model SI» - Wast 15 kg droog wasgoed in een hall uur Met automa tische pomp I 485.in- clusiel wringer (Van onze correspondent in Londen) Het Engelse weekblad „The Economist" wijdt een hoofdartikel over „Het gevaar van Djakarta", waarin betoogd wordt, dat de kloof tussen theorie en praktijk zelden beter wordt geïllustreerd dan door de ver klaring van de Indonesische minister van Financiën van eind Februari over de be hoefte van zijn land aan buitenlands kapi taal. India was de eerste van nieuwe regerin gen in Azië, dat zijn vijandige houding tegenover buitenlands kapitaal liet varen en ook Birma is begonnen zijn theorieën te veranderen. Terwijl in Delhi een stabiele en tamelijk vastberaden regering in staat is geweest een realistische politiek te volgen hebben in Rangoon en Djakarta ietwat andere omstandigheden de overhand. Ter wijl de voornaamste moeilijkheid in Birma thans blijkt te zijn de langzame terugkeer van het land tot een toestand van normale veiligheid, zijn de handen van de Indonesi sche minister van Financiën gebonden door de situatie binnen de regering en er buiten. „Pleidooien voor buitenlands kapitaal en belofte om het fair te behandelen bezitten een holle klank als ze komen van een zwakke regering, die in belangrijke mate beheerst wordt door mannen, berucht om hun anti-buitenlandse en in sommige ge vallen, anti-Westerse houding," aldus „The Economist". „Velen dringen ondanks hun jongste utispraak nog steeds aan op meer tewerkstelling van Indonesiërs bij buiten landse firma's, terwijl deze politiek reeds de grenzen van het gezond verstand heeft overschreden. Verder wordt zelfs de bin nenkomst van buitenlandse sleutelposities belemmerd door een massa reglementen, welke door domme officials als knuppels worden gebruikt." Verward, dreigend beeld Het Westen heeft altijd in ruime mate sympathie gekoesterd voor Indonesië's moeilijkheden, maar noch Indonesië's be langen noch die van zijn vrienden worden I gediend door de vitale feiten over het hoofd te zien. Vier jaar na de onafhankelijkheid is het beeld verward en ietwat dreigend. De politici hebben het te druk met hun onder linge geschillen dan dat zij tijd schijnen te hebben voor de praktische problemen. Ondertussen dreigen de dingen op drift te ADVERTENTIE raken. Door de val van de prijzen van rub ber en andere producten toont Indonesië's buitenlandse handelsbalans een ernstige achteruitgang. In het openbare leven heer sen apathie, corruptie en eindeloze bureau cratie. „En de communisten consolideren al die tijd via de vakbonden hun greep op een lui en woelig stedelijk proletariaat in zulk een tempo dat verwacht mag worden, dat zij spoedig hun hoofdaanval op de rege ring zullen doen," aldus het blad. Daarom acht „Te Economist" het nauwe lijks waarschijnlijk, dat in de huidige om standigheden de jongste uitnodiging aan het buitenlandse kapitaal succes zal heb ben. De regering is in feite noch bereid noch in staat de veiligheid te verschaffen, welke het noodzakelijk acht om nieuwe be legging aan te moedigen. Maar dit is niet Indonesië's tragedie alleen, doch het ken merk van vele andere landen waar natio nalisme gedurende de laatste jaren buiten controle is geraakt en in Zuid-Oost-Azië betekent dit een bijzonder gevaar. Indo nesië is daar verreweg de grootste staat. De bevolking is groter dan die van Indo china, Siam, Birma en Malakka samen. En hoewel de worsteling in Indochina een critiek stadium heeft bereikt, kan een com munistisch succes in Indonesië aan de ach terdeur van het continent op de lange duur bijna even belangrijke gevolgen hebben. Intelligente Indonesische leiders ontken nen intussen dat zij waarschijnlijk ooit een totalitair systeem zullen kiezen. De schrij ver van het artikel wil daarom een scherp onderscheid maken tussen de deprimeren de sfeer van verval in Djakarta en som mige andere grote steden en het veel be moedigender beeld in de landelijke streken. Stabiliteit in districten „Het feit dat de communisten onpopu lair zijn onder de massa moet de partij deprimeren als zij wil handelen vol gens Mao Tse Tung's voorschrift dat revoluties in Azië gebaseerd moeten zijn op de boeren. Districtsresidenten en plaatselijke autoriteiten doen goed werk. De kleine grondbezitter en de boer, zowel in Java als elders toont nog steeds het geduld en de soliditeit waarop de natie allereerst was ge bouwd. Hoewel op sommige plaatsen leven en eigendommen nog steeds on veilig zijn, leiden vele landelijke ge bieden een bloeiend en gelukkig be staan," aldus het artikel. Het gevaar is echter dat gebeurtenissen in de hoofdstad de rest van de staat zullen infecteren. De stem van de landelijke dis tricten is zwak en zij zijn onvoldoende in het (benoemde) parlement vertegenwoor digd. „Het is in het belang van allen die bij Zuid-Oost-Azië betrokken zijn, dat de lang uitgestelde verkiezingen in Indonesië bin nen redelijke periode, mogelijk later in dit jaar, zullen worden gehouden. Totdat de ontwikkeling der democratie een stap ver der is gebracht, kan er weinig kans zijn dat het land stabiliteit bereikt of dat de uitnodiging tot het buitenlands kapitaal serieus kan worden genomen. Verkiezingen lessen het vraagstuk misschien niet op maar het wordt nu duidelijker dat er, zon der deze, voor iedereen gevaar op komst is," zo luidt de conclusie van „The Econo mist." ADVERTENTIE Verkooplokaal NOTARISHUIS Ook aanbevolen voor oudere mensen tegen ontkalking van het beender- stelsel, bij wintemanden. wintervoeten, en zgn. „kloven" in de vingers. Voorts vooral voor a.s. en Jonge moeders, kleu ters en kinderen. Dir. W N WOl.TERINK Bilderdijkstraat bij de Zijlwee Haarlem - Tel IK 2S0m I192P INBOEDELVEILING 6/7 APRIL '54 Inzendingen van huisraad worden dagelijks aangenomen Eieen afhaaldiensi door Mevr. C. M. BijleveldGelinck 23) Ondertussen zat Beniamini als een rat in de val. Hoewel Minah onafgebroken dóór was blijven gillen had hij zijn dreige ment, haar de nek om te draaien, natuur lijk niet ten uitvoer gebracht, omdat het nekomdraaien hem in figuurlijke zin nu eenmaal beter afging dan in letterlijke zin. Maar desondanks bleef dat gillen toch hin derlijk en belette hem zijn verdere ge- dachtenconcentratie: hoe hier uit te komen. Hij retireerde naar het venster. Hij sloeg een aanval van Minah, die hem met haar nagels te lijf wilde, succesvol af. En hij opende het badkamerraam en zag naar buiten naar de enige uitweg, die hem nu nog openstond: een brandladder die onge veer twee meter lager onder-het-raampje- langs naar beneden doorliep. De slagen, die op de badkamerdeur dreunden, werden talrijker en intenser, zij overstemden nu zelfs de kreten van mevrouw Donders. Hij kon, hier van bin nen uit, de kolonel al horen tieren. De toestand werd precair. Men zegt, dat de nood vleugelen verleent en zo was het ze ker in dit geval. In normale omstandig heden zou het bridgewonder zeker nooit gedaan hebben wat hij nu deed: zijn jas uittrekken en met zijn hoed aan de vijand achterlaten en zichzelf met een sprong door het raampje naar buiten werken, eerst zijn benen, dan hangend op zijn buik in het kozijn, zijn gelaat nu onbeschermd prijsgevend aan een hernieuwde nagel aan val van Minah. Maar dat was dan toch maar even, want r*u hing hij al aan zijn handen, liet zich met een plof, vallen op de brandladder en greep zich dan kramp achtig vast aan de ijzeren leuning. Wéér was de bridge-professor, zij het ietwat gehavend, gered. Maar wéér was het zijn boze gesternte die hc-m ook deze, zo korte verademing, niet gunde. Want Minah, nu teruggesneld tot achter de bad kamerdeur, had naar man er van op de hoogte gesteld, dat de schurk door het raampje op de brandladder ontsnapte en de kolonel was hierop, nog steeds ziedend van drift, naar zijn slaapkamer geijld en had de glazen deuren naar 't balkon open gegooid. Vanaf dit balkon was de brand ladder officieel te bereiken en zonder zich een ogenblik te bedenken stapte hij over de stenen balustrade om de belager van zijn vrouw persoonlijk te grijpen. De ellen deling, snel op weg naar beneden, was juist een verdieping onder hem. Nu hebben brandladders dikwijls, even als sommige feuilletons, de onaangename Hedenmorgen is op de provinciale weg bü Uitgeest een auto-ongeluk gebeurd, waarbij de 17-jarige N. G. uit Bergen om het leven is gekomen. G. en zijn 19-jarige vriend K. D. uit Alkmaar waren met een auto op weg naar Amsterdam. Nabij Uitgeest kwam de wa gen, vermoedelijk door de grote snelheid waarmee gereden werd, in de berm van de weg. D., die de auto bestuurde, trok het stuur zo plotseling om, dat de wagen kantelde. G. werd in een langs de weg lopende sloot geslingerd. D„ die slechts licht gewond was, hield onmiddellijk na het ongeluk een auto aan en vroeg de chauffeur te mogen meerijden naar Alkmaar. Deze voldeed aan dit ver zoek en bracht zijn lifter, die, naar hij vermoedde, onder invloed van sterke drank verkeerde, naar het politiebureau. Intussen hadden automobilisten bij de plaats van het ongeluk het lichaam van G. in de sloot aangetroffen. De jongen bleek te zijn verdronken. Het stoffelijk overschot is naar Alkmaar overgebracht. K. D. is in bewaring gesteld. Vanmorgen zou de Haarlemse rechtbank behandelen een zaak tegen C. N. v. d. V. en K. H„ beiden uit Velsen, verdacht van overtreding van artikel 363, subsidair 362 van het Wetboek van Strafrecht. Hun was ten laste gelegd, dat zij geschenken (sterke drank enzovoort) hadden aangenomen in de periode van 8 tot 31 Augustus 1945, toen zij als opsporingsambtenaren van de politie Velsen belast waren met een onder zoek naar J. V., die als politiek delinquent in arrest was. Volgens de dagvaarding zouden zij de indruk gevestigd hebben dat zij konden bewerkstelligen, dat J. V. en of diens echtgenote spoedig in vrijheid ge steld zouden worden en dat de zaak in korte tijd afgewikkeld zou worden. De verdachten waren verschenen en na dat mr. G. W. F. van der Valk Bouman de dagvaarding had voorgelezen, deelde mr N. Reeling Brouwer, die de zitting leidde, mede dat mr. J. P. Petersen, die ais president zou fungeren, ziek is geworden. Daarom is besloten de zaak voor onbepaal de tijd uit te stellen. Mr. Reeling Brouwer voegde er aan toe, dat getracht zal worden de zaak zo spoedig mogelijk te behandelen, als mr. Petersen hersteld is. Mogelijk kan dit al binnen veertien dagen geschieden, doch zekerheid bestaat niet. Bij de Noordhollandse veilingen lagen dezer dagen nog de volgende voorraden stapelgroenten opgeslagen in wagons van 10 000 kg. (het cijfer tussen haakjes is van de begin-inventarisatie op 5 December 1953) rode kool 1252 (2429), gele kool 485 (1089), witte kool 1738 (3438), uien 407 (1235), peen 695 (1380), ronde bieten 475 (826), lange bieten 52 (74). Totaal thans 5104 wagons tegen 10.471 in December 1953. Wat de koolsoorten betreft zij vermeld, dat de voorraad 3475 wagons bedroeg tegen 3527 op dezelfde tijd in Maart 1953. Ver geleken met vorig jaar is dit dus maar een gering verschil. Toen is het nog redelijk goed verkocht, maar momenteel ziet het er niet erg rooskleurig uit voor deze koude- grondcultuur, daar grote exporttransacties tot heden uitblijven. Gezien het verloop aan de veilingen is wel te verwachten, dat er een inkrimping van de koolteelt zal volgen. Op uitnodiging van de Beverwijkse boekhandel zal de bekende schrijver Jan Mens op Dinsdag 30 Maart tijdens een in ,,'t Centrum" te houden bijeenkomst spre ken over het ontstaan van zijn boek „Elisa beth". Dra. H. Mulder zal tevens het een en ander vertellen over de schrijfster Betje Wolff. De avond zal worden geopend door de burgemeester van Beverwijk, mr. H. J. J. Scholtens. ADVERTENTIE Laxeermiddelen, maar als U een laxans nodig heeft, neem dan Mijnhardt's La x e e r t a b I e t te n. Veroorzaken geen gewenning en werken zacht en zeker. Doos 65 ct. Zondagmorgen vroeg be gint de lente, want om 4.54 uur in de ochtend passeert de zon het „punt Ram". Anders ge zegd: op dat tijdstip staat de zon juist lood- echt boven de evenaar. Dp het Zuidelijke half rond wordt het herfst, jp het Noordelijke half rond lente, aan de Zuid pool valt de zes maan den durende nacht in en aan de Noordpool gloort ie dageraad van een nieuwe dag die een half jaar zal duren. „Punt Ram" is een in deze rubriek nog nooit gebruikte term; wij spreken meestal van lentepunt. Tweeduizend jaar geleden echter stond de zon bij het be gin van de lente altijd in het sterrenbeeld de Ram. De Ram is een van de twaalf sterrenbeelden van de zgn. dierenriem; dat is die grote gordel van sterrenbeelden die het jaarlijkse pad van de zon langs de hemel koepel markeren. Maar geleidelijk-aan is de plaats waar de zon zich bij het begin van de lente bevindt (d.w.z. de plaats waar wij de zon temidden der ster ren zouden zien staan, als de sterren overdag zichtbaar waren) ver schoven. Die verschui ving gaat erg langzaam: slechts één graad in 70 jaar. In één mensenleven valt die verschuiving van het lentepunt dus niet op, maar in twintig eeuwen is zij opgelopen tot een waarde van der tig graden, dat wil dus zeggen het twaalfde deel van de cirkelomtrek die wij de zon jaarlijks zien afleggen. De dierenriem telt twaalf sterrenbeel den en op het ogenblik is het lentepunt dan ook juist één sterrenbeeld opgeschoven: wij zien het niet meer in de rich ting van het sterren beeld Ram maar in die van het naburige ster renbeeld de Vissen. Het wordt echter nog wel ,.punt Ram" genoemd, voorzover men althans niet van „lentepunt" spreekt. De oorzaak van deze verschuiving vinden wij op aarde. Het be wegen van de sterrenhe mel is een weerspiege ling van de bewegingen die onze aarde uitvoert. En dat zijn er drie. Men kan zich die drie het best voorstellen als men denkt aan de bewegin gen van een tol. De tol wentelt om haar as (be- weging nummer één), maar al wentelende „loopt zij weg" (bewe ging nummer twee, te vergelijken dus met de beweging van de aarde om de zon) en verder vooral bij het „uittollen" blijkt dat duidelijk! maakt de as van de tol een zwaaiende bewe ging. Datzelfde nu (be weging nummer drie dus) doet ook de as waarom de aarde wen telt. Alleen voltrekt die zwaaïing de weten schap noemt haar de praecessie zich zeer langzaam: één rondgang duurt 26.000 jaar. Die praecessie, ontdekt reeds door de Griek Hippar- chus, omstreeks 140 voor Christus, heeft dus de verschuiving van het lentepunt op haar gewe ten. Zij zal ook de oor zaak zijn dat over twee duizend jaar de poolster geen Poolster meer is. Pas na 26.000 jaar zal de hemelpool zich weer bevinden op de plaats waar wij nu „stella po- laris" vinden: de uiterste staartster van de Klei ne Beer. G. v. W. (Van onze correspondent in Australië) Meer dan een half millioen schapen val len jaarlijks ten offer aan wilde honden, „dingo's", ondanks het feit dat er een hard nekkige strijd tegen wordt gevoerd door beroepsjagers, gelegenheidsjagers, scliiet- installaties met automatisch werkend veer- contact, het leggen van vergif en zelfs het gebruik van vliegtuigen, die over grote uitgestrektheden vergiftig aas uitstrooien. In Queensland, waar de dingo's de groot ste ravage onder de schapen aanrichten, waardoor elk jaar een schade wordt ge leden van minstens 20 millioen gulden, heeft de regering thans besloten radicaal een einde te maken aan de voortdurende bedreiging van de schapen en jong vee door de zogenaamde „gele honden". Zij heeft besloten een draadomheining te ma ken, die meer dan vijfduizend kilometer lang is en een gebied zal omvatten, waar de honden tot nog toe de meeste schade hebben aangericht. Ondanks het feit dat er Tante Liezebertha had het erg druk. Ze stond in de keuken en was met allerlei geheimzinnige dingen bezig. En het rook er zo lekker! Op die lucht kwam Bunkie af. Hij liep de keuken binnen en keek nieuwsgierig naar de schotels en pannen. „Hm.wat ruikt het hier lekker, tante Liezebertha!", zei hij. „Wat gaat u bakken?" Tante Liezebertha keek hem aan en lachte maar eens. „Wat 'n nieuwsgierig jongetje!", zei ze. „Hoe kom je er bij, dat ik iets aan 't bakken ben?" „Ik ruik het", lachte Bunkie. „En ik zie het ook! Dat wordt vast Iets bijzonders!" Tante Liezebertha zette haar handen in haar zij. „Wel allemoppen."', zei ze. „Hoor me zo'n wijsneus eens aan! Wil je wel eens gauw maken, dat je de keuken uit komt? Pottekijkers heb ik niet nodig!" „Als u eerst vertelt, wat we krijgen, tante Liezebertha!", lachte Bunkie. Tante Liezebertha pakte een houten paplepel, en daar dreigde ze hem mee. „De keuken .uit, en vlug!", lachte ze, en ze zette Bunkie buiten de deur het vorige jaar 45.000 dingo's werden ge dood, schijnt het aantal niet noemenswaard te zijn verminderd. Wanneer de omheining eenmaal gereed is de aanleg ervan zal drie jaar in beslag nemen en de dingo's min of meer binnen dit bepaalde gebied gevangen zitten, zal er een slachting op grote schaal beginnen. De kosten van deze vijfduizend kilome ter lange omheining bedragen naar raming drie en een half millioen gulden. Zij zullen rundvee (want ook dit lijdt elk jaar gevoe lige verliezen onder de kalveren). Zuid-Australië kan eveneens meepraten van de voortdurende bedreiging van de vee- en schapenstapel door de dingo, waar tegen de mens nog steeds een vergeefse strijd voert. In de afgelopen vijftien jaar zijn driehonderdduizend honden in Zuid- Australië gedood zonder merkbare verbe tering in de algemene toestand. In Nieuw Zuid Wales is de dreiging belangrijk min der, maar ook hier werden in de afgelo pen zes jaar toch nog elk jaar duizend dingo's met alle mogelijke middelen omge bracht. In West-Australië is de toestand niet minder erg dan in Queensland, en overal voert de „dogger" die man die er zijn beroep van maakt om op de dingo te jagen een verbeten strijd. Roodbruine veelvraten Hoe dingo aan zijn naam „gele hond" komt, is duister, want zijn kleur is rood bruin, met variaties tussen heel licht rood en zwart, met onder aan de buik lichtere plekken en een beetje wit aan de poten en aan het eind van de staart. Hij heeft een spitse snuit, korte oren en een vossen staart. Sommigen noemen hen „yaller dog' worden bestreden uit een heffing van en- I Vermoedelijk is dat een verbastering van kele centen op elk schaap. Niemand weet yellow (geel). precies hoeveel gele honden er over de uitgestrekte vlakten en in de bergen rond dwalen, maar het zijn er honderdduizen den. Niemand weet ook precies, waar de din go's oorspronkelijk vandaan zijn gekomen. Sommigen beweren dat zij zuivere rashon den zijn en de dingo het oudste ras ter we reld is. Zij zouden al op het Australische vasteland zijn geweest vele duizenden jaren vóór de mens er een voet had gezet. An deren zeggen dat de voorvaderen van de abo's (inboorlingen) ze hebben meege bracht, toen zij van de Polynesische eilan den naar Australië trokken. Het is echter merkwaardig dat de dingo overal in Australië voorkomt, zij het in de ene staat in mindere getale dan in de andere, maar Tasmanië er volkomen vrij van is. Onbekende oorsprong Dr. Neil W. G. Mac Intosh, lector in de anatomie aan de medische faculteit van de universiteit van Sydney, heeft een lange reis door Australië gemaakt om te trach ten de oorsprong van de dingo vast te stellen, maar is daarin niet geslaagd. Hij heeft .ook nog geen antwoord kunnen vin den op de vraag of de dingo een of andere kruising is. Vast staat echter wel dat de dingo's niet als gevaarlijke dieren werden beschouwd door de inboorlingen (voor de komst van de blanken), omdat de „gele hond" klaar blijkelijk alleen maar schapen en jong vee aanvalt en geen mensen. En schapen en vee waren er niét in Australië voor de blanken hier kwamen. Er is geen feit bekend waarbij een dingo een mens heeft aangevallen zonder daartoe uitgelokt te zijn. Er zijn thans 17 millioen schapen in Queensland, maar indien de dingo's op de voorgenomen manier kunnen worden ver nietigd, zou de schapenstapel gemakkelijk spoedig kunnen worden uitgebreid tot 19 millioen. In het Noordelijk territorium werden het vorige jaar tienduizenden hon den gedood. Het gunstige resultaat heeft echter weinig uitwerking gehad op de veiligheid van de schapen en het jonge In sommige plaatsen en districten is het houden van Duitse herdershonden verbo den, omdat kruisingen van deze honden met de dingo's verantwoordelijk zouden zijn voor de grote verliezen onder de scha pen. Maar niemand weet dit met zeker heid. Zelfs dr. Mac Intosh, die de dingo's vier jaar lang bestudeerd heeft, durft zich er niet positief over te uiten. Intussen maken de „graziers" (vee- en schapenhouders) zich ongerust. Er zijn in Westelijk Queensland hele streken, die met uitroeiing van vee en schapen worden be dreigd, indien de wilde honden niet spoe dig worden beteugeld. Op een groot grond bezit is in twee jaar tijds de schapensta pel van 40.000 stuks verminderd tot 18.000 als gevolg van de aanvallen door de din go's. Deze schijnt er een gewoonte van te maken om wanneer hij een lam of schaap heeft gedood en geheel of gedeeltelijk zijn honger ermee heeft gestild, ook nog een paar andere beesten dood te bijten. Met zijn scherpe tanden rijt hij met een ruk genoeg vlees uit het slachtoffer om zich voldaan te voelen. Om dit alles te voorkomen zullen nu vele mannen enige jaren lang eerst een draad- netomheining maken, de dingo's in het nauw drijven en dan vernietigen. In acht jaar tijds vielen elf millioen schapen ten offer en werd de schapenteelt van Queensland tot op bijna de helft ver minderd. Het is dus wel de moeite waard zo'n omheining te maken. De strijd tegen de dingo komt daarmee in een beslissend stadium. Tot nog toe heeft de mens die strijd verloren, en het is de vraag of het nieuwe plan de overwinning zal brengen. De tijd zal het leren. ADVERTENTIE (Jee MORRIS iefmuca iwj! MOTOR-BROMFIETSKLEDING eigenschap om op een ongelegen ogenblik in eens op te houden en dan in de lucht te blijven hangen. Tot zijn ontzetting be merkte Benjamini dat deze brandladder er zo één was. Halverwege de laatste verdie ping, als veiligheidsmaatregel tegen inbre kers van beneden waren de laatste tien sporten op een ingenieuze wijze naar bo ven opgeklapt en konden slechts naar be neden geslagen warden door een klamp los te maken. De bridge-professor, in zijn uiterst be narde positie, kon die klamp niet vinden. De tijd ontbrak hem ten enen male. Want daar kwam, als een lawine van volbloedig heid en woede, de kolonel al op hem af stormen, greep hem bij de keel en bulderde hem in het gezicht. Hij verdedigde zich met de moed der wanhoop. En ze stonden op een treetje van twintig bij vijftig cen timeter, drie meter boven de begane grond. Het. was op dit ogenblik dat inspecteur Renkevoort terugkwam en, niemand vin dend in de benedengang en in het kamertje van de concierge, langzaam naar het ach terhuis doorliep. Er klonken in het tuintje vele stemmen en ongearticuleerde kreten, die een plotseling vermoeden in hem de den opkomen. Hij snelde toe. Maar wat hij zag overtrof toch stellig zijn stoutste ver wachtingen. Hij trof ten eerste alle flatbewoners aan, in een halve kring staande om een groep agenten, die het middelpunt vormden. Alle fiatbewoners, in kennelijk inderhaast aangeschoten jassen en mantels en met een uitdrukking van hevige spanning op het gelaat. Zij keken allen naar boven .Daar, op de onderste trede van de brandladder, die hier in de lucht eindigde, stond kolo nel Donders die zijn naam nog nimmer zóveel eer had aangedaan. Machtig, breed uit stond hij, purper nog, maar met een intense voldoening op zijn gezicht. En aan zijn uil gestrekte arm, vastgeklonken in de ijzeren vuist des overwinnaars hing de on gelukkige Louis Benjamins, flessentrekker, oplichter, vals speler. Hij leek, zo van be neder. gezien, op een geplukte kip. Klaar mannen? daverde de stem des kolonels van boven. Ja meneer! was het antwoord van de vier agenten, die een zwaar talelkleed tus sen zich in gespannen hielden. Vooruit dan maar! De ijzeren vuist slaakte zijn greep, het bridge-wonder kwam naar beneden en plofte neer in het tafelkleed. De agenten vielen bijna over hem heen door de plotselinge gewichtsverplaatsing, dan werd hij met vierdubbele kracht ge grepen. En boven, met haar hoofd uit het badkamerraam, gilde mevrouw Donders: Lillekerrd! Lillekerrd! Lekkerrr. Ja! Het was de meest originele arrestatie die inspecteur Renkevoort ooit aanschouwd had! HOOFDSTUK VII De ongelukkige Benjamini was slechts zeer korte tijd door inspecteur Renkevoort aan de tand gevoeld; daarna had deze hem overgelaten aan rechercheur Smit. Een uiterlijk gehavende en innerlijk geschokte Benjamini, die zijn gehele zelfverzekerde en gewichtige houding had laten varen. Wat ae delicten betreft, waarvoor de poli tie hem reeds lang gezocht had. viel hij spoedig door de mand, iets dat hij in ge wone omstandigheden zeker nooit gedaan zou hebben. Lieden als Benjamini beken nen niet. Maar over het punt professor Van Raesfeldt en het verdwijnen van de ruiten zessen bleef hij hardnekkig, ja hartstoch telijk ontkennen: hij had nog nooit van zijn leven professor Van Raesfeldt gezien, ja zelfs over hem gehoord en die ruiten zessen had hij ook niet weggenomen. Dat had Daalmans gedaan, die aan zag komen dat hij toch ging verliezen en die zijn geld lie ver in zijn zak wilde houden. Hij kende ze, die mooie meneren! En inspecteur Renke voort, die geen oog af had van het vossen gezicht tegenover zich, kreeg toch wèl de indruk dat de man in deze te goeder trouw was. Voorzover een dergelijk type ten minste te goeder trouw kon zijn! Zo liet hij de bridge-professor dan ver der over aan de goede zorgen van recher cheur Smit en belde meteen aan aan de flat van Hugo Daalmans, die hem zelf opendeed. Met de hem eigene vlotte hoffe lijkheid noodde hij de politieman binnen, bood hem een zitplaats aan in zijn beste fauteuil en zette de sigaretten binnen zijn bereik. Dan voorzag hij zijn gast en zich zelf van vuur, zij leunden beiden achteruit in hun stoel en rookten zwijgend. Dan be gon de ander: Het spijt me. dat ik u moet lastig val len, meneer Daalmans. Dat doet er toch niets toe, inspec teur! Ik schiet niet op met deze zaak. Het is vervelend! Hij tipte nadenkend de as van zijn sigaret, zweeg even en vervolgde dan: Die meneer Wichersma blijft weg. Professor Van Raesfeldt blijft weg. En ik ben nog steeds op zoek naar de persoon, die professor Van Raesfeldt gisteravond in zijn laboratorium heeft bezocht en hem er toe gebracht heeft om weg te gaan. U moet die Wichersma door de poli- tie-radio laten omroepen. Misschien is het zelfs al te laat en is hij over de grens ge vlucht. Hij kan die uitvinding best in het buitenland verkocht hebben. Ja, dat is zeer goed mogelijk. Maar, om op professor Van Raesfeldt terug te ko men, er zijn geen tekenen die er op wijzen dat hij met geweld is ontvoerd. Hij is uit vrije wil vertrokken. En er móet iemand boven geweest zijn, gisteravond om elf uur ongeveer, met een boodschap waarop hij vertrokken is. Een belangrijke boodschap natuurlijk Er is geen telefoon. Het is een ellendige historie! Ja. Ellendig. Nu kom ik uw hulp in roepen, meneer Daalmans. Kunt u mij geen aanwijzingen geven, mij misschien namen noemen van personen uit het gezelschap van gisteravond. Personen, die mogelijk boven geweest kunnen zijn? (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1954 | | pagina 6