Een man deelt Zwitserse encyclopedie voor en over de vrouw Een Meisjesjurkje de lakens uit Herkapitalisaties en loonsverhoging Haar rol vroeger en nu Nieuwe regeling Voor M.O.-akten ZATERDAG 19 JUNI 1954 DIT MAKEN WE ZELF Effecten- en Geldmarkt Eén mislukking maar toen werd ze wijzer Prijsindex voor voeding steeg na 15 December met 9 punten Thans geldende bepalingen dateren uit 1863 <V oor de~Ü rouw Een hutten-hofmeesteres zorgt ervoor dat haar passagiers steeds schoon voor de dag kunnen komen. In de vaste veronderstelling verkerend met een linnenjuffrouw te doen te krijgen, stapten we dezer dagen bij de Rotterdamse Lloyd binnen om eens wat te weten te komen omtrent de gang van zaken bij de voorziening van de schepen. Het ging ons in dit geval uitsluitend om de linnenkast. De eerste verrassing was al, dat een meneer de lakens uitdeelt. „Dat versjouwen van die zware stapels goed is toch een veel te zwaar werk voor een vrouw?" zei deze lachend. Ja, daar zat natuurlijk wel wat in, maar er zweefde in ons achterhoofd een vage herinnering aan een linnenjuffrouw, die hier vroeger voor dit werk verantwoordelijk was. Ze bleek al jarenlang gepensionneerd te zijn en wat het sjouwen betreft, daarvoor had zij weer haar mannetjes. Was er dus in zekere zin een vrou welijk element voor ons artikeltje ver vallen, er zit in het werk van de linnen- meneer zoveel „huisvrouwelijks", dat onze lezeressen er zeker belang in zul len stellen. De gang van zaken is eenvoudig ge noeg: zodra een schip is aangekomen, wordt het vuile goed van boord ge haald., Dan gaat het naar de wasserij, een dochteronderneming van de Lloyd, die het zo nodig ook versteld. Zijn wij al trots met zes stel van dit en zes stel van dat, in dit scheepvaart- -bedrijf werkt men met duizelingwek kende getallen. Op onze vraag hoeveel stuks linnengoed er wel op een schip als de Willem Ruys nodig zijn, kregen we zulke eerbiedwaardige cijfers te no teren, dat we even van onze blocnote opkeken en een verbaasd gezicht trok ken. Maar de blik van de employé was doodernstig, toen hij opgaf: „Ik wil voor het gemak de honderdtallen bui ten beschouwing laten, dan kom ik tot om en nabij honderdvijfendertigduizend stuks. Dat zijn dan twaalfduizend la kens, elfduizend slopen, tienduizend badhanddoeken, dertienduizend gewo ne handdoeken, achtienduizend servet ten en vijfenzeventig honderd slabbe tjes. De vingerdoekjes, tafellakens en zo meer moet u er maar bij denken." „En komt al dat goed vuil terug?" „Gedeeltelijk. Aan boord wordt ook nog heel wat gewassen en dat moet ook wel, want de geweldige stapel, die wordt meegenomen, is in enkele dagen ver bruikt. Neem alleen de handdoeken: alle passagiers krijgen elke dag een schone." „Is er dan ook een wasserij aan boord?" Mijn zegsman glimlachte even om zo veel onnozelheid. „En wat voor een wasserij. Er werken eenenwintig Chi nezen en gedurende een reis gaan er honderdzestigduizend stuks goed door hun handen." „En dat leidt dus tot een behoorlijke slijtage." „Inderdaad. Na elke reis is het nodig een duizend tot vijftienhonderd stuks te vernieuwen. In het algemeen komt het hier op neer, dat elk jaar, dat wil zeggen na vijf of zes reizen, de hele inventaris vernieuwd wordt." We begrijpen nu zo'n beetje wat er op dit gebied komt kijken, willen de duizendtwintig passagiers en de twee honderdvijfenzeventig leden van de be manning keurig worden verzorgd. Men kan zich nu ook enigszins een voorstel ling vormen van de enorme voorraad kamer van de Rotterdamse Lloyd; de Willem Ruys, hoewel het vlaggeschip, is slechts een vgn vele. Toen we de cijfers te horen kregen over de Siba- jak, waren we over onze eerste ver wondering heen. Deze getallen mogen er overigens ook zijn: een totaal van honderdvijfentwintigduizend stuks, waaronder dertienduizend lakens, vijf honderd kinderlakens, zevenduizend badhanddoeken, elfduizend servetten, negenduizend kussenslopen, tweedui zend rode spreien, vierduizend vinger doekjes, drieduizend slabbetjes en vijf tienhonderd tafellakens. „Dat zal direct na de oorlog wel de nodige moeilijkheden hebben gegeven," merkten wij op. „Toen heben we vaak moeten schar relen," gaf de linnenmeneer toe. „Er waren toen heel wat lege planken in de- voorraadkamer. Maar het spreekt vanzelf, dat het Rijksbureau voor Tex tiel ons zoveel mogelijk hielp, want men begreep zeer goed welke economi sche belangen er voor Nederland aan de passagiersdiensten van de grote maatschappijen verbonden waren. Ach teraf bezien is de voorraad nog betrek kelijk snel aangevuld, al was de kwa liteit van de eerste spullen niet bepaald wat we gewend waren." „Hoe gaat het nu aan boord van een schip toe?" „Daarvoor zal ik u even in contact brengen met de man, die over het lin nen gaat aan boord van de Sibajak." Een ogenblik later ging deze manne lijke huisvrouw aan het vertellen. Het blijkt ons, dat zijn werk volgens strikte regels verloopt. De linnenkamer is on der in het schip en is voorzien van rek ken. „Ik kan als 't ware met mijn ogen dicht alles vinden," zei hij. „Er zijn spe ciale tijden ingesteld voor het omruilen van vuil linnengoed in schoon, 's Mor gens zes uur is hij al in de weer en hij blijft actief tot een uur of twaalf. De verdere inlevertijden zijn van een tot twee en van vier tot zes. Komt het daar tussendoor voor, dat een zeezieke een schoon laken nodig heeft, nu ja, dan wordt dat natuurlijk verstrekt. Het is duidelijk, dat al dit werk on mogelijk door één man kan worden verricht. Op de Sibajak beschikt het hoofd van de linnenkamer zelfs over vierentwintig helpers. Zich precies aan de tijden houdf^1, kan niet altijd, dat blijkt al uit het voorbeeld, dat wij ga ven van zeezieke passagiers, 's Nachts moet er natuurlijk ook gelegenheid zijn een vuil kinderlakentje te vernieuwen en bij ruw weer, als er hier of daar een zeetje binnenslaat, komt onmiddellijk een linnenhelper in het geweer om het nat geworden beddegoed om te ruilen. Het is een heel bijzonder en een heel interessant bedrijf daar aan boord. En dan hebben we u nog niet eens gespro ken over de werkkleding van de Ja vaanse bedienden, die altijd smetteloos moet zijn, zodat er drieduizend witte pakken op reis meegaan en over de be stellingen, die de maatschappij bij tex tielfabrieken plaatst. Een order voor dertigduizend meter witte yeans is doodgewoon! TINEKE RAAT Wanneer men een encyclopaedie voor de vrouw in handen krijgt, dan kan men niet nalaten om te bepeinzen: waarom nu een naslagwerk alleen voor en over de vrouw- moest verschijnen. Heeft de moderne vrouw niet een all-round belangstelling? Wij wierpen deze vraag reeds op bij de publicatie van de Winkler Prjns Encyclopaedie voor de Vrouw en doordat deze uitgave weliswaar verschillende onderwerpen bevatte, die alleen de vrouw als moeder, als echtgenote en als huisvrouw konden interesseren, meer nog, die prettig waren voor haar om te weten en dus bij niet weten, te kunnen naslaan, maar toch erg beknopt was wat betreft de activiteiten van de vrouw, konden wij geen definitief antwoord vinden. De oplossing, en een o.i. zeer positieve, geeft Encyclios Verlag te Zürich, die onlangs „Das Lexicon der Frau (van AH)" het licht deed zien. Uit verscheidene landen ter wereld hebben vooraanstaande vrouwen aan de totstandkoming van deze encyclopaedie meegewerkt en zoals men uit de stijl kan concluderen, hebben zij dit met enthousiasme gedaan. Iedere beschrij ving, vooral waar het de ontwikkeling van de invloed der vrouw op het maatschappelijk leven betreft, is een stukje boeiende litteratuur. De vrouw en haar rol in de mythen en legenden zoals in Estland, waar zij in volks verhalen èn als scheppende kracht èn als 'bezongene op de voorgrond treedt in de Griekse en Romeinse goden- van 5 cm uit. Nu leggen we de rest van de stof zó dubbel, dat we het voor- en achterpandje van het lijfje aan de vouw kunnen leggen en knippen deze delen ook met naden uit. Het in elkaar naaien van de onder jurk zal niet veel moeite kosten denk ik. De bovenkant en eventueel de on derkant wordt met een stevig linnen kantje afgewerkt en u zult eens zien hoe verguld uw dochtertje zal zijn met haar nieuwe aanwinst. L. S. Voor een meisje van ongeveer 6 jaar geven wij u deze week het patroon van dit onderjurkje. Het lijfje is, zoals u ziet glad, het rokje wijd klokkend. Als we een katoenen onderjurkje maken, kan het iets gesteven worden en staat het leuk wijd uit onder een wijd jurkje. De maten, waarop het patroon gete kend is zijn; bovenwijdte 68, ruglengte 26, lengte 65 cm. Nadat we de maten gecontroleerd hebben, tekenen we het patroon op ware grootte na. Het voor- en rugpand van de rok zijn gelijk. We kopen een lapje lingeriekatoen van 1.35 m en 80 cm breed. We leggen de rokpatroontjes op de stof, zoals de tekening dit laat zien en knippen deze met naden en een zoom wereld reeds, in de Lybisch-Berberse cultuur, waar zij een grote invloed uit oefende men denke ook aan de ge schiedenis der Amazonen heel dat fascinerende leven dat zij van de vroeg ste tijden al heeft geleefd en beïnvloed, waar zij heerseres en slavin is ge weest, wordt hier opengesla gen. Uiteraard be vat de encyclo paedie vele kor te biografieën (10.000) over belangrijke vrouwen. Van dit aantal is on geveer een der de met foto af gedrukt. Kleu renreproducties van schilderijen waarop vrou wen schitterden die schilders wisten te inspi reren, zijn even eens opgenomen en wel heel mooie. Uit de over zichten (tabel len over stude rende vrouwen, vrouwen in be roepen, vrou wen gehuwd en ongehuwd) kan men voorts af- leiden welk een kleurrijk palet het leven van de tegenwoordige vrouw is. Zij beweegt zich op het gebied van de landbouw, de politiek, de weten schap, de kunst, de litteratuur, de gods dienst, en vele andere terreinen. De beroepsmogelijkheden zijn het best in de Sovjet-Unie. De beroepsstandaard is in de Verenigde Staten zeer hoog. Sinds kort komen ook in Azië en Afrika de vrouwelijke artsen en juristen naar voren. Dat niet overal de evolutie zo voor spoedig is gegaan en ook niet op ieder terrein, moge blijken uit het feit, dat de huwelijksmarkt bij de Grieken en Romeinen in de oudheid bekend, nu nog in sommige landen bestaat, onder meer in Groot en Klein Rusland en Schotland. Een grappig feit is, dat het alpinisme, dat ook reeds vroeg door vrouwen werd beoefend, ook in Nederland belang rijke bergbeklimsiers heeft voortge bracht. Beroemd was o.m. Jenny Vis serHooft, die met haar man de Hi malaya heeft beklommen. Eveneens een vurig bergbeklimster was Hetty Dyh- renfurlh-Heyman. Bij de Nederlandse Alpenvereniging is de vrouw ook vol komen gelijkberechtigd aan de man. Het zou teveel zijn om op te noemen, wat het eerste deel van deze Zwitserse encyclopaedie vertelt, maar wie haar leest, zal niet licht teleurgesteld wor den. Een prachtige uitgave verrijkt zo wel het uiterlijke als het innerlijke van de boekenkast van de vrouw. DAPHNE. Anhabella, die gehuwd is geweest met Tyrone Power. Haar ware naam is Suzanne Charpentier. Een bord van Chinees eierschaalporceléin. Uit een krachtig koersherstel dat zowel de New Yorkse als de Amsterdamse beurs deze weck heeft te zien gegeven, mag wel de conclusie worden getrokken dat gelijk we de vorige week schreven, de koers daling, welke toen intrad geen rechtstreeks verband hield met de beoordeling van de economische vooruitzichten. Ook de recente gegevens over de ontwikkeling van het bedrijfsleven in ons land luiden ongetwij feld bemoedigend. Niet alleen dat de jaar verslagen over 1953 voor het merendeel zeer bevredigende cijfers vertonen, ook de mededelingen daarin over de gang van zaken in de eerste maanden van 1954 wek ken goede verwachtingen. En wat van niet minder belang is, de officiële tijfers van de industriële productie voor de eerste vier maanden des jaars liggen gemiddeld niet onbelangrijk boven die van dezelfde maanden in 1953 en ze overtreffen ook het gemiddelde cijfer van het vorig jaar. Dit gemiddelde was 163 tegen 147 in 1952, voor de eerste vier maanden van het lopende jaar zijn de cijfers achtereenvol gens 172, 167, 167 en 175, zodat in April het hoogste cijfer van 1953, namelijk dat van 176 in Novermber wordt benaderd. Dit verschijnsel is daarom zo verheu gend, omdat de jongste loonronde hier en daar de vrees deed opkomen dat ze de Nederlandse exportmogelijkheden zou schaden door een te grote stijging van de kostprijs der producten. Van alle kanten ook van werknemerszijde is er op gewezen dat verhoging van lonen en sa larissen, wil ze de afzet van het Neder landse exportpakket niet schaden, gepaard moet gaan met een grotere arbeidsintensi viteit. Dat deze in verschillende bedrijven thans kan worden geconstateerd stemt dan ook tot grote voldoening. Ze wordt alleen wat getemperd door de stijging van het indexcijfer van het ge zinsgebruik, dat aan de berekeningen voor .e vaststelling van het percentage der loon" en salarisverhoging in Januari jongstleden ten grondslag lag. In België heeft men tussen deze beide een automatisch ver band gelegd en al bestaat dit ten onzent niet, het verband zelve is natuurlijk wel aanwezig. Het is dan ook geen wonder dat de voor zitter van de Katholieke Arbeiders Bond dezer dagen op dat verband heeft gewezen en daarin aanleiding heeft gevonden tot een pleidooi voor een hogere beloning van de arbeid, voor zover deze althans over eenkomstig de wettelijke bepalingen ge schiedt. Het is immers bekend dat de lonen in bepaalde bedrijven niet onbelang rijk hoger zijn dan die, welke officieel zijn vastgelegd, hetgeen op zich zelf reeds een reden kan zijn om de legale loon schalen te herzien en de gedachte van een vrijere loonvorming te concretiseren. Wij spreken ons over dit netelig vraag stuk, dat op „hoger niveau" moeten wor den bezien, niet nader uit, maar vinden in de beschouwingen van de voorzitter van de K.A.B. wel aanleiding tot een enkele opmerking. Dit ter voorkoming van mis verstand. Genoemde voorzitter, de heer Middel huis, heeft namelijk gesproken over de reserves van de ondernemingen, waaruit de laatste tijd via de herkapitalisatie het kapitaal wordt vergroot. Deze reserves zijn, zo zegt hij, mede te danken aan de politiek van zelfbeperking, die de vakbeweging na de oorlog heeft gevoerd. Hij kant zich niet tegen die reserves, maar wel tegen de op vatting alsof deze alleen te danken zijn aan het beleid van de ondernemers en aan de kapitaalverschaffers en hij wenst een rechtvaardiger aandeel van de arbeiders in de stijgende welvaart. Wij betwisten dit aandeel allerminst en beamen ten volle dat de uitbouw van het Nederlandse bedrijfsleven en de succesvolle expansie van de export mede aan de zelf beperking van de arbeiders is te danken. Maar dat dit bij de omzetting van reserves in kapitaal zou worden over het De godin Pallas Athene van de 5 jaar voor Christus levende beeldhouwer M yron. ADVERTENTIE Moeder en moeders moeder ge bruikten al MAÏZENA DURYEA, dus bestelde 't jonge vrouwtje 't ook. Maargij verzuimde te doen, wat die ervaren moeders deden en nóg doentoezien dat ze ook MAÏZENA DURYEA krijgen. De naam op 't pak, daarop moet U letten, om zeker te z\jn dat ge in derdaad MAÏZENA DURYEA koopt, die vermaarde MAÏZENA voor 't binden van groenten, soe- pen en sausen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft thans prijsindexcijfers van het ge- zinsverbruik op basis 1949 100 per 15 Mei 1954 samengesteld. Het totaal indexcijfer steeg tussen 15 April en 15 Mei met 1 punt, hetgeen vrijwel geheel was toe te schrijven aan het oplopen van het index cijfer voor de groep voeding met 2 punten. Binnen deze groep stegen de indexcijfers voor fruit, aardappelen, cacao en vlees. Het indexcijfer voor groe.nten vertoonde een daling. Bij een aantal voedingsmiddelen deden zich voorts kleine prijsdalingen voor, die van geringe invloed op het totaalcijfer waren. Bij de niet-voedingsmiddelen steeg de prijs van anthraciet, waardoor het index cijfer voor de groep „woning" met 1 punt opliep. Het indexcijfer voor voeding is sedert 15 December 1953 (het laatste cijfer vóór de huur- en loonsverhoging) gestegen van 122 tot 131 per 15 Mei. Het indexcijfer voor aardappelen, groen ten en fruit steeg van 108 tot 153, dat voor suiker, koloniale waren en dranken van 126 tot 132. De indexcijfers voor de andere groepen van voedingsmiddelen gaven slechts weinig verandering te zien. Voor de berekening is hét prijsverloop gevolgd in de gemeenten Amsterdam, Rot terdam, 's Gravenhage, Alphen aan de Rijn, Arnhem, Bergen op Zoom, Dongen, Dor drecht, Eindhoven, Enschedé, Gouda, Gro ningen, Haarlem, Heerlen, Hilversum, Leeuwarden, Middelburg, Tilburg, Utrecht, Zaandam en Zwolle. hoofd gezien, lijkt ons niet juist. Want in vele jaarverslagen vindt men de mede deling dat de toewijding van het personeel en het stelsematig overleg tussen bedrijfs leiding en personeel aan de gang van zaken in het bedrijf is ten goede gekomen. Maar afgezien hiervan bestaat er ten aanzien van de reserves en de herkapitali satie blijkbaar bij vele nog een misvatting. In de eerste plaats kan worden opgemerkt dat die reserves doorgaans zijn opgebouwd uit het winstaandeel van aandeelhouders, nadat de winstverdeling heeft plaats ge had, waarbij in vele gevallen ook in een dotatie aan de personeelsfondsen is voor zien, of op andere wijze aan het personeel winstuitkeringen zijn gedaan. Maar voorts wordt over het hoofd gezien dat omzetting van reserve in kapitaal de werkelijke po sitie van aandeelhouders niet verandert, omdat de reserves immers het eigendom zijn van aandeelhouders en waardering van het aantal op het totaal van kapitaal en reserves andere factoren daargelaten is gebaseerd. Dat de aandelenkoersen in het algemeen in verband met een her kapitalisatie stijgen is dan ook geen gevolg van een plotselinge waardevermeerdering der aandelen, maar van een vroegere on derwaardering en het optimisme van de directies, welke daaruit wordt afgeleid. Bovendien hebben vele herkapitalisaties de laatste tijd plaats gehad ten laste van de zogenaamde agio-reserve, ontstaan bij de uitgifte van nieuwe aandelen min of meer boven pari, een reserve dus, die niet in het Bedrijf is ontstaan en aan de vor ming waarvan het personeel in generlei opzicht heeft bijgedragen. Waar dan nog bij komt dat vele herkapitalisaties niet an ders zijn dan een compensatie voor vroe ger ten laste van het kapitaal afgeschreven verliezen. Voor de dekking van deze ver liezen is het personeel niet aangesproken, de kapitaalverschaffers hebben ze ten volle gedragen. Bij Philips bijvoorbeeld is het kapitaal in 1933 met 25% verminderd en door de recente herkapitalisatie wordt deze vroegere afschrijving van kapitaal eenvou dig goedgemaakt. Hetzelfde is bij vele on dernemingen, welke tot herkapitalisatie zijn overgegaan, het geval en al willen we niet ontkennen dat de aanleiding tot deze herkapitalisaties veelal in een gunstige bedrijfsgang moet worden gezien, zo kan. toch niet worden toegegeven dat kapitaal verschaffers hierdoor eenzijdig en ten na dele van de werknemers worden bevoor deeld. Hieraan zou nog kunnen worden toege voegd dat de dividenden op de aandelen de laatste jaren dooreen genomen in mindere mate zijn gestegen dan de lonen. Recente cijfers voor Nederland hebben we thans niet bij de hand, maar wij heb ben de overtuiging dat de statistiek dit te zijner tijd zal uitwijzen. In Engeland, waar men destijds ook tot consumptiebe perking en dividendbeperking is overge gaan, stegen de lonen van 1948 tot 1953 van 100 tot 139%, de dividenden van 100 tot 116% en het zal in Nederland wel niet veel anders zijn. In hoeverre de grotere welvaart in ons land thans verhoging van lonen en sala rissen of grotere winstdelingen aan het personeel mogelijk en wenselijk maakt, laten wij, als gezegd, in het midden. Zulks kan echter ons inziens niet op grond van de herkapitalisaties worden bepleit. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot wijziging van de Middel baar onderwijswet en de Hoger onderwijs wet. In de Memorie van Toelichting zegt de staatssecretaris van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen onder meer, dat het ontbreken van een regeling van de bevoegdheid voor bepaalde vakken, die aan scholen voor voorbereidend hoger- en middelbaar onderwijs worden of mogeri worden onderwezen, in de practijk steeds meer moeilijkheden veroorzaakt naarmate de gedachte van de onderwijsvernieuwing veld wint en meer facultatieve vakken aan het leerplan der scholen worden toege voegd. Een voorziening dient thans te worden getroffen. Een tweede punt dat niet langer uit stel gedoogt is de herziening van bepa lingen van de Middelbaar onderwijswet met betrekking tot de akten van be kwaamheid. Deze bepalingen, die sinds 1863, het jaar, waarin de middelbaar on derwijswet in werking trad, nauwelijks zijn gewijzigd, voldoen niet meer aan de behoeften van de praktijk. Voor de examens ter verkrijging van de eigenlijke akten van bekwaamheid voor de wiskunde en de natuurkunde hebben zich sinds 1870 geen candidaten aange meld. De eigenlijke akte voor de schei kunde is nooit door iemand behaald. De kennis, die voor deze examens wordt ver eist, is meer dan men zich kan eigen maken. In plaats van deze eigenlijke akten worden in de praktijk afzonderlijke akten verkregen voor de onderdelen wis kunde, natuurkunde en scheikunde van de eigenlijke akte wiskunde. Aan het be zit van deze afzonderlijke akten is even eens de bevoegdheid tot het geven van on derwijs aan scholen voor voorbereidend hoger- en middelbaar onderwijs verbon den. Hetzelfde doet zich voor, met de ak ten van bekwaamheid voor de Neder landse taal en de handelswetenschappen. In de oorlogsjaren is zowel de akte Ne derlands als de akte handelswetenschap pen gesplitst in een akte A en een akte B. Door dit alles is het geheel der bepa- overzichtelijk geworden en is de om schrijving van de stof voor sommige examens zozeer verouderd, dat een her ziening van deze bepalingen dringend ge boden is. ADVERTENTIE ROTAN-MEUBELEN i voor huis en tuin vraagt prijscourant HARTENSTRAAT 21 I Telefoon 31180. AMSTERDAM

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1954 | | pagina 3