Een man deelt
Zwitserse encyclopedie
voor en over de vrouw
Een Meisjesjurkje
de lakens uit
Herkapitalisaties
en loonsverhoging
Haar rol vroeger
en nu
Nieuwe regeling
Voor M.O.-akten
ZATERDAG 19 JUNI 1954
DIT MAKEN WE ZELF
Effecten- en
Geldmarkt
Eén mislukking
maar toen
werd ze wijzer
Prijsindex voor voeding
steeg na 15 December
met 9 punten
Thans geldende
bepalingen dateren
uit 1863
<V
oor
de~Ü
rouw
Een hutten-hofmeesteres zorgt ervoor
dat haar passagiers steeds schoon voor
de dag kunnen komen.
In de vaste veronderstelling verkerend met een linnenjuffrouw te doen te krijgen,
stapten we dezer dagen bij de Rotterdamse Lloyd binnen om eens wat te weten
te komen omtrent de gang van zaken bij de voorziening van de schepen. Het ging
ons in dit geval uitsluitend om de linnenkast. De eerste verrassing was al, dat
een meneer de lakens uitdeelt. „Dat versjouwen van die zware stapels goed is
toch een veel te zwaar werk voor een vrouw?" zei deze lachend. Ja, daar zat
natuurlijk wel wat in, maar er zweefde in ons achterhoofd een vage herinnering
aan een linnenjuffrouw, die hier vroeger voor dit werk verantwoordelijk was. Ze
bleek al jarenlang gepensionneerd te zijn en wat het sjouwen betreft, daarvoor
had zij weer haar mannetjes.
Was er dus in zekere zin een vrou
welijk element voor ons artikeltje ver
vallen, er zit in het werk van de linnen-
meneer zoveel „huisvrouwelijks", dat
onze lezeressen er zeker belang in zul
len stellen.
De gang van zaken is eenvoudig ge
noeg: zodra een schip is aangekomen,
wordt het vuile goed van boord ge
haald., Dan gaat het naar de wasserij,
een dochteronderneming van de Lloyd,
die het zo nodig ook versteld.
Zijn wij al trots met zes stel van dit
en zes stel van dat, in dit scheepvaart-
-bedrijf werkt men met duizelingwek
kende getallen. Op onze vraag hoeveel
stuks linnengoed er wel op een schip
als de Willem Ruys nodig zijn, kregen
we zulke eerbiedwaardige cijfers te no
teren, dat we even van onze blocnote
opkeken en een verbaasd gezicht trok
ken. Maar de blik van de employé was
doodernstig, toen hij opgaf: „Ik wil
voor het gemak de honderdtallen bui
ten beschouwing laten, dan kom ik tot
om en nabij honderdvijfendertigduizend
stuks. Dat zijn dan twaalfduizend la
kens, elfduizend slopen, tienduizend
badhanddoeken, dertienduizend gewo
ne handdoeken, achtienduizend servet
ten en vijfenzeventig honderd slabbe
tjes. De vingerdoekjes, tafellakens en
zo meer moet u er maar bij denken."
„En komt al dat goed vuil terug?"
„Gedeeltelijk. Aan boord wordt ook
nog heel wat gewassen en dat moet ook
wel, want de geweldige stapel, die wordt
meegenomen, is in enkele dagen ver
bruikt. Neem alleen de handdoeken:
alle passagiers krijgen elke dag een
schone."
„Is er dan ook een wasserij aan
boord?"
Mijn zegsman glimlachte even om zo
veel onnozelheid. „En wat voor een
wasserij. Er werken eenenwintig Chi
nezen en gedurende een reis gaan er
honderdzestigduizend stuks goed door
hun handen."
„En dat leidt dus tot een behoorlijke
slijtage."
„Inderdaad. Na elke reis is het nodig
een duizend tot vijftienhonderd stuks
te vernieuwen. In het algemeen komt
het hier op neer, dat elk jaar, dat wil
zeggen na vijf of zes reizen, de hele
inventaris vernieuwd wordt."
We begrijpen nu zo'n beetje wat er
op dit gebied komt kijken, willen de
duizendtwintig passagiers en de twee
honderdvijfenzeventig leden van de be
manning keurig worden verzorgd. Men
kan zich nu ook enigszins een voorstel
ling vormen van de enorme voorraad
kamer van de Rotterdamse Lloyd; de
Willem Ruys, hoewel het vlaggeschip,
is slechts een vgn vele. Toen we de
cijfers te horen kregen over de Siba-
jak, waren we over onze eerste ver
wondering heen. Deze getallen mogen
er overigens ook zijn: een totaal van
honderdvijfentwintigduizend stuks,
waaronder dertienduizend lakens, vijf
honderd kinderlakens, zevenduizend
badhanddoeken, elfduizend servetten,
negenduizend kussenslopen, tweedui
zend rode spreien, vierduizend vinger
doekjes, drieduizend slabbetjes en vijf
tienhonderd tafellakens.
„Dat zal direct na de oorlog wel de
nodige moeilijkheden hebben gegeven,"
merkten wij op.
„Toen heben we vaak moeten schar
relen," gaf de linnenmeneer toe. „Er
waren toen heel wat lege planken in
de- voorraadkamer. Maar het spreekt
vanzelf, dat het Rijksbureau voor Tex
tiel ons zoveel mogelijk hielp, want
men begreep zeer goed welke economi
sche belangen er voor Nederland aan
de passagiersdiensten van de grote
maatschappijen verbonden waren. Ach
teraf bezien is de voorraad nog betrek
kelijk snel aangevuld, al was de kwa
liteit van de eerste spullen niet bepaald
wat we gewend waren."
„Hoe gaat het nu aan boord van een
schip toe?"
„Daarvoor zal ik u even in contact
brengen met de man, die over het lin
nen gaat aan boord van de Sibajak."
Een ogenblik later ging deze manne
lijke huisvrouw aan het vertellen. Het
blijkt ons, dat zijn werk volgens strikte
regels verloopt. De linnenkamer is on
der in het schip en is voorzien van rek
ken. „Ik kan als 't ware met mijn ogen
dicht alles vinden," zei hij. „Er zijn spe
ciale tijden ingesteld voor het omruilen
van vuil linnengoed in schoon, 's Mor
gens zes uur is hij al in de weer en hij
blijft actief tot een uur of twaalf. De
verdere inlevertijden zijn van een tot
twee en van vier tot zes. Komt het daar
tussendoor voor, dat een zeezieke een
schoon laken nodig heeft, nu ja, dan
wordt dat natuurlijk verstrekt.
Het is duidelijk, dat al dit werk on
mogelijk door één man kan worden
verricht. Op de Sibajak beschikt het
hoofd van de linnenkamer zelfs over
vierentwintig helpers. Zich precies aan
de tijden houdf^1, kan niet altijd, dat
blijkt al uit het voorbeeld, dat wij ga
ven van zeezieke passagiers, 's Nachts
moet er natuurlijk ook gelegenheid zijn
een vuil kinderlakentje te vernieuwen
en bij ruw weer, als er hier of daar een
zeetje binnenslaat, komt onmiddellijk
een linnenhelper in het geweer om het
nat geworden beddegoed om te ruilen.
Het is een heel bijzonder en een heel
interessant bedrijf daar aan boord. En
dan hebben we u nog niet eens gespro
ken over de werkkleding van de Ja
vaanse bedienden, die altijd smetteloos
moet zijn, zodat er drieduizend witte
pakken op reis meegaan en over de be
stellingen, die de maatschappij bij tex
tielfabrieken plaatst. Een order voor
dertigduizend meter witte yeans is
doodgewoon! TINEKE RAAT
Wanneer men een encyclopaedie voor de vrouw in handen krijgt, dan kan men niet
nalaten om te bepeinzen: waarom nu een naslagwerk alleen voor en over de vrouw-
moest verschijnen. Heeft de moderne vrouw niet een all-round belangstelling? Wij
wierpen deze vraag reeds op bij de publicatie van de Winkler Prjns Encyclopaedie
voor de Vrouw en doordat deze uitgave weliswaar verschillende onderwerpen
bevatte, die alleen de vrouw als moeder, als echtgenote en als huisvrouw konden
interesseren, meer nog, die prettig waren voor haar om te weten en dus bij niet
weten, te kunnen naslaan, maar toch erg beknopt was wat betreft de activiteiten
van de vrouw, konden wij geen definitief antwoord vinden. De oplossing, en een
o.i. zeer positieve, geeft Encyclios Verlag te Zürich, die onlangs „Das Lexicon der
Frau (van AH)" het licht deed zien.
Uit verscheidene landen ter wereld
hebben vooraanstaande vrouwen aan de
totstandkoming van deze encyclopaedie
meegewerkt en zoals men uit de stijl
kan concluderen, hebben zij dit met
enthousiasme gedaan. Iedere beschrij
ving, vooral waar het de ontwikkeling
van de invloed der vrouw op het
maatschappelijk leven betreft, is een
stukje boeiende litteratuur. De vrouw
en haar rol in de mythen en legenden
zoals in Estland, waar zij in volks
verhalen èn als scheppende kracht èn
als 'bezongene op de voorgrond treedt
in de Griekse en Romeinse goden-
van 5 cm uit. Nu leggen we de rest van
de stof zó dubbel, dat we het voor- en
achterpandje van het lijfje aan de vouw
kunnen leggen en knippen deze delen
ook met naden uit.
Het in elkaar naaien van de onder
jurk zal niet veel moeite kosten denk
ik. De bovenkant en eventueel de on
derkant wordt met een stevig linnen
kantje afgewerkt en u zult eens zien
hoe verguld uw dochtertje zal zijn met
haar nieuwe aanwinst. L. S.
Voor een meisje van ongeveer 6 jaar
geven wij u deze week het patroon van
dit onderjurkje. Het lijfje is, zoals u ziet
glad, het rokje wijd klokkend. Als we
een katoenen onderjurkje maken, kan
het iets gesteven worden en staat het
leuk wijd uit onder een wijd jurkje.
De maten, waarop het patroon gete
kend is zijn; bovenwijdte 68, ruglengte
26, lengte 65 cm. Nadat we de maten
gecontroleerd hebben, tekenen we het
patroon op ware grootte na. Het voor-
en rugpand van de rok zijn gelijk. We
kopen een lapje lingeriekatoen van 1.35
m en 80 cm breed.
We leggen de rokpatroontjes op de
stof, zoals de tekening dit laat zien en
knippen deze met naden en een zoom
wereld reeds, in de Lybisch-Berberse
cultuur, waar zij een grote invloed uit
oefende men denke ook aan de ge
schiedenis der Amazonen heel dat
fascinerende leven dat zij van de vroeg
ste tijden al
heeft geleefd en
beïnvloed, waar
zij heerseres en
slavin is ge
weest, wordt
hier opengesla
gen.
Uiteraard be
vat de encyclo
paedie vele kor
te biografieën
(10.000) over
belangrijke
vrouwen. Van
dit aantal is on
geveer een der
de met foto af
gedrukt. Kleu
renreproducties
van schilderijen
waarop vrou
wen schitterden
die schilders
wisten te inspi
reren, zijn even
eens opgenomen
en wel heel
mooie.
Uit de over
zichten (tabel
len over stude
rende vrouwen,
vrouwen in be
roepen, vrou
wen gehuwd en
ongehuwd) kan
men voorts af-
leiden welk een kleurrijk palet het leven
van de tegenwoordige vrouw is.
Zij beweegt zich op het gebied van
de landbouw, de politiek, de weten
schap, de kunst, de litteratuur, de gods
dienst, en vele andere terreinen.
De beroepsmogelijkheden zijn het best
in de Sovjet-Unie. De beroepsstandaard
is in de Verenigde Staten zeer hoog.
Sinds kort komen ook in Azië en Afrika
de vrouwelijke artsen en juristen naar
voren.
Dat niet overal de evolutie zo voor
spoedig is gegaan en ook niet op ieder
terrein, moge blijken uit het feit, dat
de huwelijksmarkt bij de Grieken en
Romeinen in de oudheid bekend, nu
nog in sommige landen bestaat, onder
meer in Groot en Klein Rusland en
Schotland.
Een grappig feit is, dat het alpinisme,
dat ook reeds vroeg door vrouwen werd
beoefend, ook in Nederland belang
rijke bergbeklimsiers heeft voortge
bracht. Beroemd was o.m. Jenny Vis
serHooft, die met haar man de Hi
malaya heeft beklommen. Eveneens een
vurig bergbeklimster was Hetty Dyh-
renfurlh-Heyman. Bij de Nederlandse
Alpenvereniging is de vrouw ook vol
komen gelijkberechtigd aan de man.
Het zou teveel zijn om op te noemen,
wat het eerste deel van deze Zwitserse
encyclopaedie vertelt, maar wie haar
leest, zal niet licht teleurgesteld wor
den. Een prachtige uitgave verrijkt zo
wel het uiterlijke als het innerlijke van
de boekenkast van de vrouw.
DAPHNE.
Anhabella, die gehuwd is geweest met
Tyrone Power. Haar ware naam is
Suzanne Charpentier.
Een bord van Chinees eierschaalporceléin.
Uit een krachtig koersherstel dat zowel
de New Yorkse als de Amsterdamse beurs
deze weck heeft te zien gegeven, mag wel
de conclusie worden getrokken dat gelijk
we de vorige week schreven, de koers
daling, welke toen intrad geen rechtstreeks
verband hield met de beoordeling van de
economische vooruitzichten. Ook de recente
gegevens over de ontwikkeling van het
bedrijfsleven in ons land luiden ongetwij
feld bemoedigend. Niet alleen dat de jaar
verslagen over 1953 voor het merendeel
zeer bevredigende cijfers vertonen, ook de
mededelingen daarin over de gang van
zaken in de eerste maanden van 1954 wek
ken goede verwachtingen. En wat van niet
minder belang is, de officiële tijfers van
de industriële productie voor de eerste
vier maanden des jaars liggen gemiddeld
niet onbelangrijk boven die van dezelfde
maanden in 1953 en ze overtreffen ook
het gemiddelde cijfer van het vorig jaar.
Dit gemiddelde was 163 tegen 147 in 1952,
voor de eerste vier maanden van het
lopende jaar zijn de cijfers achtereenvol
gens 172, 167, 167 en 175, zodat in April
het hoogste cijfer van 1953, namelijk dat
van 176 in Novermber wordt benaderd.
Dit verschijnsel is daarom zo verheu
gend, omdat de jongste loonronde hier en
daar de vrees deed opkomen dat ze de
Nederlandse exportmogelijkheden zou
schaden door een te grote stijging van de
kostprijs der producten. Van alle kanten
ook van werknemerszijde is er op
gewezen dat verhoging van lonen en sa
larissen, wil ze de afzet van het Neder
landse exportpakket niet schaden, gepaard
moet gaan met een grotere arbeidsintensi
viteit. Dat deze in verschillende bedrijven
thans kan worden geconstateerd stemt dan
ook tot grote voldoening.
Ze wordt alleen wat getemperd door de
stijging van het indexcijfer van het ge
zinsgebruik, dat aan de berekeningen voor
.e vaststelling van het percentage der loon"
en salarisverhoging in Januari jongstleden
ten grondslag lag. In België heeft men
tussen deze beide een automatisch ver
band gelegd en al bestaat dit ten onzent
niet, het verband zelve is natuurlijk wel
aanwezig.
Het is dan ook geen wonder dat de voor
zitter van de Katholieke Arbeiders Bond
dezer dagen op dat verband heeft gewezen
en daarin aanleiding heeft gevonden tot
een pleidooi voor een hogere beloning van
de arbeid, voor zover deze althans over
eenkomstig de wettelijke bepalingen ge
schiedt. Het is immers bekend dat de
lonen in bepaalde bedrijven niet onbelang
rijk hoger zijn dan die, welke officieel
zijn vastgelegd, hetgeen op zich zelf reeds
een reden kan zijn om de legale loon
schalen te herzien en de gedachte van een
vrijere loonvorming te concretiseren.
Wij spreken ons over dit netelig vraag
stuk, dat op „hoger niveau" moeten wor
den bezien, niet nader uit, maar vinden in
de beschouwingen van de voorzitter van
de K.A.B. wel aanleiding tot een enkele
opmerking. Dit ter voorkoming van mis
verstand.
Genoemde voorzitter, de heer Middel
huis, heeft namelijk gesproken over de
reserves van de ondernemingen, waaruit
de laatste tijd via de herkapitalisatie het
kapitaal wordt vergroot. Deze reserves zijn,
zo zegt hij, mede te danken aan de politiek
van zelfbeperking, die de vakbeweging na
de oorlog heeft gevoerd. Hij kant zich niet
tegen die reserves, maar wel tegen de op
vatting alsof deze alleen te danken zijn
aan het beleid van de ondernemers en aan
de kapitaalverschaffers en hij wenst een
rechtvaardiger aandeel van de arbeiders
in de stijgende welvaart.
Wij betwisten dit aandeel allerminst en
beamen ten volle dat de uitbouw van het
Nederlandse bedrijfsleven en de succesvolle
expansie van de export mede aan de zelf
beperking van de arbeiders is te danken.
Maar dat dit bij de omzetting van reserves
in kapitaal zou worden over het
De godin Pallas Athene van de 5 jaar
voor Christus levende beeldhouwer
M yron.
ADVERTENTIE
Moeder en moeders moeder ge
bruikten al MAÏZENA DURYEA,
dus bestelde 't jonge vrouwtje 't
ook. Maargij verzuimde te
doen, wat die ervaren moeders
deden en nóg doentoezien dat ze
ook MAÏZENA DURYEA krijgen.
De naam op 't pak, daarop moet U
letten, om zeker te z\jn dat ge in
derdaad MAÏZENA DURYEA
koopt, die vermaarde MAÏZENA
voor 't binden van groenten, soe-
pen en sausen.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek
heeft thans prijsindexcijfers van het ge-
zinsverbruik op basis 1949 100 per
15 Mei 1954 samengesteld. Het totaal
indexcijfer steeg tussen 15 April en 15 Mei
met 1 punt, hetgeen vrijwel geheel was toe
te schrijven aan het oplopen van het index
cijfer voor de groep voeding met 2 punten.
Binnen deze groep stegen de indexcijfers
voor fruit, aardappelen, cacao en vlees. Het
indexcijfer voor groe.nten vertoonde een
daling. Bij een aantal voedingsmiddelen
deden zich voorts kleine prijsdalingen voor,
die van geringe invloed op het totaalcijfer
waren.
Bij de niet-voedingsmiddelen steeg de
prijs van anthraciet, waardoor het index
cijfer voor de groep „woning" met 1 punt
opliep.
Het indexcijfer voor voeding is sedert 15
December 1953 (het laatste cijfer vóór de
huur- en loonsverhoging) gestegen van 122
tot 131 per 15 Mei.
Het indexcijfer voor aardappelen, groen
ten en fruit steeg van 108 tot 153, dat voor
suiker, koloniale waren en dranken van 126
tot 132. De indexcijfers voor de andere
groepen van voedingsmiddelen gaven
slechts weinig verandering te zien.
Voor de berekening is hét prijsverloop
gevolgd in de gemeenten Amsterdam, Rot
terdam, 's Gravenhage, Alphen aan de Rijn,
Arnhem, Bergen op Zoom, Dongen, Dor
drecht, Eindhoven, Enschedé, Gouda, Gro
ningen, Haarlem, Heerlen, Hilversum,
Leeuwarden, Middelburg, Tilburg, Utrecht,
Zaandam en Zwolle.
hoofd gezien, lijkt ons niet juist. Want in
vele jaarverslagen vindt men de mede
deling dat de toewijding van het personeel
en het stelsematig overleg tussen bedrijfs
leiding en personeel aan de gang van
zaken in het bedrijf is ten goede gekomen.
Maar afgezien hiervan bestaat er ten
aanzien van de reserves en de herkapitali
satie blijkbaar bij vele nog een misvatting.
In de eerste plaats kan worden opgemerkt
dat die reserves doorgaans zijn opgebouwd
uit het winstaandeel van aandeelhouders,
nadat de winstverdeling heeft plaats ge
had, waarbij in vele gevallen ook in een
dotatie aan de personeelsfondsen is voor
zien, of op andere wijze aan het personeel
winstuitkeringen zijn gedaan. Maar voorts
wordt over het hoofd gezien dat omzetting
van reserve in kapitaal de werkelijke po
sitie van aandeelhouders niet verandert,
omdat de reserves immers het eigendom
zijn van aandeelhouders en waardering van
het aantal op het totaal van kapitaal en
reserves andere factoren daargelaten
is gebaseerd. Dat de aandelenkoersen in
het algemeen in verband met een her
kapitalisatie stijgen is dan ook geen gevolg
van een plotselinge waardevermeerdering
der aandelen, maar van een vroegere on
derwaardering en het optimisme van de
directies, welke daaruit wordt afgeleid.
Bovendien hebben vele herkapitalisaties
de laatste tijd plaats gehad ten laste van
de zogenaamde agio-reserve, ontstaan bij
de uitgifte van nieuwe aandelen min of
meer boven pari, een reserve dus, die niet
in het Bedrijf is ontstaan en aan de vor
ming waarvan het personeel in generlei
opzicht heeft bijgedragen. Waar dan nog
bij komt dat vele herkapitalisaties niet an
ders zijn dan een compensatie voor vroe
ger ten laste van het kapitaal afgeschreven
verliezen. Voor de dekking van deze ver
liezen is het personeel niet aangesproken,
de kapitaalverschaffers hebben ze ten volle
gedragen. Bij Philips bijvoorbeeld is het
kapitaal in 1933 met 25% verminderd en
door de recente herkapitalisatie wordt deze
vroegere afschrijving van kapitaal eenvou
dig goedgemaakt. Hetzelfde is bij vele on
dernemingen, welke tot herkapitalisatie
zijn overgegaan, het geval en al willen we
niet ontkennen dat de aanleiding tot deze
herkapitalisaties veelal in een gunstige
bedrijfsgang moet worden gezien, zo kan.
toch niet worden toegegeven dat kapitaal
verschaffers hierdoor eenzijdig en ten na
dele van de werknemers worden bevoor
deeld.
Hieraan zou nog kunnen worden toege
voegd dat de dividenden op de aandelen
de laatste jaren dooreen genomen in
mindere mate zijn gestegen dan de lonen.
Recente cijfers voor Nederland hebben
we thans niet bij de hand, maar wij heb
ben de overtuiging dat de statistiek dit
te zijner tijd zal uitwijzen. In Engeland,
waar men destijds ook tot consumptiebe
perking en dividendbeperking is overge
gaan, stegen de lonen van 1948 tot 1953
van 100 tot 139%, de dividenden van 100
tot 116% en het zal in Nederland wel
niet veel anders zijn.
In hoeverre de grotere welvaart in ons
land thans verhoging van lonen en sala
rissen of grotere winstdelingen aan het
personeel mogelijk en wenselijk maakt,
laten wij, als gezegd, in het midden. Zulks
kan echter ons inziens niet op grond van
de herkapitalisaties worden bepleit.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot wijziging van de Middel
baar onderwijswet en de Hoger onderwijs
wet. In de Memorie van Toelichting zegt
de staatssecretaris van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen onder meer, dat
het ontbreken van een regeling van de
bevoegdheid voor bepaalde vakken, die
aan scholen voor voorbereidend hoger- en
middelbaar onderwijs worden of mogeri
worden onderwezen, in de practijk steeds
meer moeilijkheden veroorzaakt naarmate
de gedachte van de onderwijsvernieuwing
veld wint en meer facultatieve vakken aan
het leerplan der scholen worden toege
voegd. Een voorziening dient thans te
worden getroffen.
Een tweede punt dat niet langer uit
stel gedoogt is de herziening van bepa
lingen van de Middelbaar onderwijswet
met betrekking tot de akten van be
kwaamheid. Deze bepalingen, die sinds
1863, het jaar, waarin de middelbaar on
derwijswet in werking trad, nauwelijks
zijn gewijzigd, voldoen niet meer aan de
behoeften van de praktijk.
Voor de examens ter verkrijging van de
eigenlijke akten van bekwaamheid voor
de wiskunde en de natuurkunde hebben
zich sinds 1870 geen candidaten aange
meld. De eigenlijke akte voor de schei
kunde is nooit door iemand behaald. De
kennis, die voor deze examens wordt ver
eist, is meer dan men zich kan eigen
maken. In plaats van deze eigenlijke
akten worden in de praktijk afzonderlijke
akten verkregen voor de onderdelen wis
kunde, natuurkunde en scheikunde van
de eigenlijke akte wiskunde. Aan het be
zit van deze afzonderlijke akten is even
eens de bevoegdheid tot het geven van on
derwijs aan scholen voor voorbereidend
hoger- en middelbaar onderwijs verbon
den. Hetzelfde doet zich voor, met de ak
ten van bekwaamheid voor de Neder
landse taal en de handelswetenschappen.
In de oorlogsjaren is zowel de akte Ne
derlands als de akte handelswetenschap
pen gesplitst in een akte A en een akte
B.
Door dit alles is het geheel der bepa-
overzichtelijk geworden en is de om
schrijving van de stof voor sommige
examens zozeer verouderd, dat een her
ziening van deze bepalingen dringend ge
boden is.
ADVERTENTIE
ROTAN-MEUBELEN
i voor huis en tuin
vraagt prijscourant
HARTENSTRAAT 21 I
Telefoon 31180. AMSTERDAM